1 – Mijn rechten tijdens het proces

A. Ik ben een buitenlandse onderdaan: heeft dat invloed op het onderzoek?

Alleen personen die op grond van de wet of het internationale recht voorrechten en immuniteiten genieten, onttrekken zich aan de jurisdictie van de bij de strafprocedure betrokken instanties. Dat u een buitenlandse onderdaan bent, heeft dus op zich geen invloed op het onderzoek.

U hoeft niet aanwezig te zijn tijdens het onderzoek als u dat niet wilt, zolang de bij de strafprocedure betrokken instantie u niet oproept voor een bepaalde handeling waarvoor uw aanwezigheid noodzakelijk is (met name voor een verhoor). Wel zult u in contact moeten blijven met de bij de strafprocedure betrokken instanties en hen in kennis moeten stellen van het adres waar u de documenten ontvangt.

Maar als u wordt vervolgd voor een opzettelijk strafbaar feit waarvoor in de wet een vrijheidsstraf met een maximumduur van meer dan twee jaar is bepaald, of voor een strafbaar feit in verband met nalatigheid waarvoor in de wet een vrijheidsstraf met een maximumduur van meer dan drie jaar is bepaald, kunnen de rechtbank en, op verzoek van de openbare aanklager in het kader van het voorbereidend onderzoek, de rechter u een beperking opleggen die bestaat in een verbod om naar het buitenland te reizen, als dat noodzakelijk blijkt voor de strafprocedure. Wanneer er geen grond meer is voor het verbod, wordt deze beperking opgeheven door de president van de kamer en, in het kader van het voorbereidend onderzoek, door de openbare aanklager, ook als er niet om is verzocht. Als deze beperking aan u is opgelegd, kunt u op ieder moment verzoeken om opheffing ervan. Het is ook mogelijk dat u een dergelijke beperking wordt opgelegd in plaats van voorlopige hechtenis.

Als u de Tsjechische taal niet voldoende beheerst, hebt u het recht bepaalde belangrijke documenten te laten vertalen (bv. de beslissing tot instelling van strafvervolging, de tenlastelegging, het vonnis) en wordt de procedure bij de instanties die betrokken zijn bij de strafprocedure, door een tolk voor u vertaald naar de taal van uw nationaliteit of naar een andere taal die u machtig bent. Op uw verzoek wordt u in het overleg met uw advocaat tijdens de strafprocedure of in rechtstreeks verband daarmee ook bijgestaan door een tolk.

B. Welke fasen zijn er in het onderzoek?

We kunnen veeleer spreken van soorten onderzoek dan van fasen, want het wetboek van strafvordering onderscheidt het verkorte voorbereidende onderzoek, het gewoon onderzoek en het diepgaande onderzoek.

Aan de fase van strafrechtelijk onderzoek gaat evenwel een fase van voorbereidend opsporingsonderzoek vooraf, dat is bedoeld om de feiten vast te stellen en aan het licht te brengen om te weten of er een strafbaar feit is gepleegd en, zo ja, wie de dader is. In dit stadium zijn personen tegen wie de strafprocedure wordt gevoerd, nog niet officieel aangewezen als verdachten, maar tijdens hun verhoor kunnen zij zich wel al door een advocaat laten bijstaan. Als u in dit stadium wordt verhoord als mogelijke dader van een strafbaar feit, hebt u het recht geen verklaring af te leggen en moet u daarvan vooraf op de hoogte worden gebracht.

Met ingang van het strafrechtelijk onderzoek is de persoon tegen wie de strafrechtelijke procedure wordt gevoerd, officieel als verdachte aangemerkt en heeft hij recht op bijstand door een advocaat. In deze fase worden bewijsmiddelen verzameld en gedocumenteerd met het oog op de tenlastelegging en het proces. Daartoe worden bijvoorbeeld getuigen gehoord, documenten bestudeerd en maatregelen genomen voor onderzoek door deskundigen.

Tegelijkertijd zoekt de politie zowel naar bewijsmiddelen die tegen u pleiten, als naar bewijsmiddelen die voor u pleiten.

Verkort voorbereidend onderzoek

Deze procedure betreft minder ernstige strafbare feiten (strafbare feiten die in eerste aanleg
kunnen worden berecht door een districtsrechtbank en waarvoor de wettelijk vastgelegde straf maximaal vijf jaar gevangenis bedraagt), is snel en minder formeel. Als er geen andere belemmeringen zijn (bv. gronden voor inhechtenisneming), kan deze procedure worden gevoerd, mits

  • u op heterdaad of onmiddellijk na het strafbare feit bent betrapt, of
  • er tijdens het onderzoek van de aanklacht of van een ander initiatief tot strafvervolging feiten zijn vastgesteld die strafrechtelijke vervolging rechtvaardigen en er kan worden aangenomen dat u terecht kunt staan binnen twee weken na de datum waarop de politiële autoriteit u in kennis heeft gesteld van de daad waarvan u wordt verdacht en van het strafbare feit dat met die daad is gepleegd.

Het verkort voorbereidend onderzoek tegen u vangt aan wanneer u tijdens het eerste verhoor in kennis wordt gesteld van de tenlastelegging.
In het kader van het verkorte voorbereidende onderzoek hebt u dezelfde rechten als een verdachte, waaronder het recht op bijstand door een advocaat. Wat uw rechten betreft, is het belangrijkste verschil met een traditioneel onderzoek dat het niet begint met een formele beslissing tot vervolging, waartegen u een klacht zou kunnen indienen, en dat u aan het eind van het verkorte voorbereidende onderzoek niet het recht hebt het strafdossier te bestuderen en om aanvullend bewijsmateriaal te vragen; dit doet niets af aan uw recht het strafdossier in te zien, tenzij de politiële autoriteit u dit recht op ernstige gronden ontzegt, en evenmin aan uw recht te verzoeken om aanvullend bewijs in de gerechtelijke procedure.

Tenzij anders wordt besloten, eindigt het verkort voorbereidend onderzoek met de indiening van een verzoek tot veroordeling (in beginsel een vereenvoudigde tenlastelegging zonder gronden). Het verzoek wordt door de openbare aanklager voorgelegd aan de rechter.

Gewoon onderzoek

Wanneer dit onderzoek tegen u wordt ingeleid, ontvangt u een betekening van de beslissing tot vervolging, waartegen u een klacht kunt indienen. Tijdens dit onderzoek hebt u recht op een advocaat. Vergeleken met het verkorte voorbereidende onderzoek wordt het gewone onderzoek uitgevoerd bij ernstigere strafbare feiten (maar ook bij belemmering of niet-tijdige afronding van het verkorte voorbereidende onderzoek); verder is het langer en formeler. Zoals gezegd, kunnen u en uw advocaat aan het eind van het onderzoek het strafdossier bestuderen en om aanvullende bewijsmiddelen vragen. Tenzij het onderzoek anders wordt afgesloten, eindigt het met de tenlastelegging, die door de openbare aanklager aan de rechter wordt voorgelegd. Anders dan een verzoek tot veroordeling bevat de tenlastelegging een motivering.

Diepgaand onderzoek

Dit onderzoek betreft de ernstigste strafbare feiten, waarvoor een regionale rechtbank in eerste aanleg bevoegd is (strafbare feiten waarvoor in het wetboek van strafrecht een minimale vrijheidsstraf van vijf jaar is bepaald, strafbare feiten waarvoor een uitzonderlijke straf kan worden opgelegd, of bepaalde uitdrukkelijk vermelde strafbare feiten). Omdat dit soort onderzoek wordt geacht het langst te duren, kan meer bewijsmateriaal worden verzameld en geproduceerd dan in een gewoon onderzoek. Verder verschilt het niet van een gewoon onderzoek. Het begint met de betekening van de beslissing u strafrechtelijk te vervolgen en eindigt met de tenlastelegging, tenzij het onderzoek op andere wijze wordt afgesloten.

i. Bewijsgaring/bevoegdheden van de onderzoekers

Deze fase van de strafprocedure wordt uitgevoerd door de politiële autoriteit onder toezicht van de openbare aanklager, die de politie bindende instructies kan geven, kan deelnemen aan de ondernomen acties, de zaak kan terugverwijzen naar de politie met instructies om de zaak aan te vullen, haar onwettige of ongegronde beslissingen en maatregelen kan vernietigen enz. U kunt de openbare aanklager verzoeken de door de politie genomen maatregelen te herbeoordelen (behalve als het een beslissing betreft waartegen u een klacht kunt indienen).

Sommige handelingen in een voorbereidend onderzoek kunnen alleen door de openbare aanklager worden verricht (bv. stopzetting van het voorbereidend onderzoek) of moeten vooraf worden goedgekeurd door de openbare aanklager (bv. inbeslagneming van goederen, indien er geen spoed is geboden). De rechter beslist vervolgens over de ernstigste schendingen van de fundamentele rechten en vrijheden (bv. voorlopige hechtenis, uitvaardiging van een aanhoudingsbevel, huiszoeking en telefoontaps).

ii. Inverzekeringstelling

Als u al in staat van beschuldiging bent gesteld en een van de gronden voor voorlopige hechtenis van toepassing is, kan de politiële autoriteit u in verzekering stellen. De politie moet de openbare aanklager daarvan wel onverwijld in kennis stellen en hem de documenten verstrekken die hij nodig heeft om in voorkomend geval een verzoek om voorlopige hechtenis in te dienen. Dat verzoek moet zodanig zijn opgesteld dat u binnen 48 uur na uw inverzekeringstelling aan de rechter wordt voorgeleid, anders moet u worden vrijgelaten.

Als u nog niet in staat van beschuldiging bent gesteld maar wordt verdacht van het plegen van een strafbaar feit en een van de gronden voor voorlopige hechtenis van toepassing is, kan de politiële autoriteit u in een spoedeisend geval in verzekering stellen, ook als er nog geen strafvervolging tegen u is ingesteld (bv. als u geen kennisgeving van de beslissing tot vervolging heeft kunnen ontvangen). In dat geval moet de openbare aanklager toestemming verlenen voordat u in verzekering kunt worden gesteld. Zonder die toestemming is inverzekeringstelling alleen toegestaan als de zaak niet kan worden uitgesteld en het niet mogelijk is vooraf toestemming te verkrijgen. De politiële autoriteit die u heeft aangehouden, zal u verhoren. Van uw kant hebt u het recht te vragen om de aanwezigheid van een advocaat van uw keuze (indien beschikbaar) tijdens uw verhoor, en met hem te overleggen zonder dat anderen daarbij aanwezig zijn. U hebt het recht het consulaat van het land waarvan u onderdaan bent, in kennis te laten stellen van uw inverzekeringstelling.

Als er geen vermoeden meer bestaat dat u een strafbaar feit hebt gepleegd, wordt u onmiddellijk in vrijheid gesteld. Als u niet wordt vrijgelaten, verstrekt de politiële autoriteit het proces-verbaal van uw verhoor aan de openbare aanklager, samen met een kopie van de beslissing tot instelling van strafvervolging en andere bewijsstukken, zodat laatstgenoemde in voorkomend geval een verzoek om voorlopige hechtenis kan indienen. Dat verzoek moet worden ingediend door de politiële autoriteit, zodat u binnen 48 uur na uw inverzekeringstelling aan de rechter kunt worden voorgeleid, anders moet u worden vrijgelaten.

Als er gronden zijn voor voorlopige hechtenis en u zich aan strafvervolging onttrekt, kan de rechter een aanhoudingsbevel tegen u uitvaardigen. Als u wordt aangehouden door de politie, hebt u dezelfde rechten als wanneer u in verzekering zou zijn gesteld. De politie is verplicht u binnen 24 uur na uw aanhouding aan de rechter voor te leiden. De rechter ondervraagt u
en neemt een beslissing over uw voorlopige hechtenis; de rechter geeft u daarvan binnen 24 uur na uw verhoor kennis. U hebt het recht op aanwezigheid van uw advocaat tijdens de ondervraging, indien hij beschikbaar is binnen de door de rechter gestelde termijn.

iii. Verhoor

Voordat u als verdachte wordt verhoord, moeten de bij de strafprocedure betrokken instanties uw identiteit verifiëren, de aard van de aanklacht uitleggen en u informeren over uw rechten en de strafrechtelijke gevolgen van valse beschuldigingen en laster. Als u wordt vervolgd voor een strafbaar feit waarvoor u met de openbare aanklager een straf kunt overeenkomen op grond van uw schulderkenning (transactie), moet u er verder op worden gewezen dat u in het voorbereidend onderzoek met de openbare aanklager een dergelijke, door de rechter goed te keuren transactie kunt overeenkomen en wat de gevolgen van een zodanige regeling zijn.

Tijdens het verhoor mag u in geen geval worden gedwongen tot een verklaring of bekentenis. In het kader van het onderzoek moet u de mogelijkheid hebben om uitgebreid te reageren op de tenlastelegging, met name om een samenhangend beeld van de ten laste gelegde feiten te geven, om de omstandigheden weer te geven die de tenlastelegging verzachten of weerleggen, en om daarvoor bewijsmiddelen aan te voeren. Het kan ook zijn dat u vragen worden gesteld ter aanvulling van uw verklaring of ter wegneming van onvolkomenheden, dubbelzinnigheden of tegenstrijdigheden. De vragen moeten op een duidelijke, begrijpelijke manier worden gesteld, zonder misleidende of onjuiste voorstelling van de omstandigheden, en zij mogen u niet in de richting van een bepaald antwoord sturen.

U moet de mogelijkheid krijgen het proces-verbaal van de ondervraging te lezen of te vragen om voorlezing ervan (bij verhoor via videoconferentie wordt het proces-verbaal aan u voorgelezen). U kunt vragen om aanvulling of correctie van het proces-verbaal om het in overeenstemming te brengen met uw verklaring.

iv. Voorlopige hechtenis

U kunt alleen in voorlopige hechtenis worden genomen als u van een strafbaar feit wordt beschuldigd. De rechter beslist of u wel of niet in voorlopige hechtenis wordt genomen.

De gronden voor voorlopige hechtenis zijn als volgt:

  • er is gegronde vrees dat u anders op de vlucht zal slaan of zich schuil zal houden om vervolging of straf te ontlopen,
  • er is gegronde vrees dat u anders het onderzoek zal belemmeren, bv. door getuigen aan te zetten tot een valse verklaring of
  • er is gegronde vrees dat u het u ten laste gelegde strafbare feit anders opnieuw zal plegen of dat u, in het geval van een strafbaar feit waarmee u bent begonnen, dat strafbare feit zal afmaken of dat u, in het geval van een strafbaar feit dat u hebt voorbereid of waarmee u hebt gedreigd, dat strafbare feit zal gaan plegen.

Als die gronden niet aanwezig zijn, beslist de rechter niet tot voorlopige hechtenis; als zij niet geldig zijn, wordt u in vrijheid gesteld. U moet ook worden vrijgelaten na afloop van de maximale wettelijke termijn voor voorlopige hechtenis. Bij voorlopige hechtenis wegens mogelijke beïnvloeding van getuigen is die termijn drie maanden (dit geldt echter niet indien is vast komen te staan dat u de verduidelijking van voor de strafprocedure relevante feiten hebt belemmerd). Naargelang de ernst van het strafbare feit kan de totale duur van de voorlopige hechtenis variëren van één tot maximaal vier jaar. Van elk van deze termijnen is maar een derde bestemd voor het voorbereidende onderzoek en de overige twee derde voor de gerechtelijke procedure.

De gronden om u in voorlopige hechtenis te houden, moeten door de rechter voortdurend opnieuw worden beoordeeld, terwijl de duur ervan na een bepaalde tijd steeds moet worden verlengd. U hebt ook het recht te verzoeken om invrijheidstelling. Voorlopige hechtenis kan worden vervangen door een maatregel die niet samenhangt met een vrijheidsstraf (verblijf in de gevangenis), bijvoorbeeld betaling van een bepaalde som geld, plaatsing onder toezicht door een reclasseringsambtenaar, verplicht verblijf in een bepaalde woning gedurende een bepaalde tijd enz. U hebt het recht de rechter te verzoeken de voorlopige hechtenis te vervangen door een van deze maatregelen.

C. Wat zijn mijn rechten tijdens het proces?

Bij het uitoefenen van uw recht van verweer hebt u het recht:

  • door de bij de strafprocedure betrokken instanties te worden gewezen op uw rechten en die volledig te kunnen uitoefenen;
  • te laten weten wat u vindt van de tegen u ingebrachte beschuldigingen en de vergaarde bewijsmiddelen;
  • te weigeren te verklaren;
  • de dossiers te raadplegen, er uittreksels en aantekeningen van te maken en voor eigen rekening kopieën van (delen van) de dossiers te maken (dit recht kan worden ingeperkt als daar in het kader van een onderzoek ernstige redenen voor zijn);
  • bewijsmiddelen te leveren voor uw verweer;
  • voorstellen en verzoeken in te dienen;
  • een rechtsmiddel in te stellen;
  • uw moedertaal of een andere taal die u machtig bent, te gebruiken tegenover de bij de strafprocedure betrokken instanties, als u verklaart het Tsjechisch niet te beheersen;
  • een advocaat te kiezen (als u dat niet zelf doet, kan bijvoorbeeld een gezins- of familielid dat voor u doen);
  • te vragen dat een advocaat u gratis of tegen een verlaagd tarief wordt toegewezen, als u over onvoldoende middelen beschikt om uw verdediging te betalen;
  • met uw advocaat te spreken zonder dat anderen daarbij aanwezig zijn;
  • te eisen dat uw ondervraging plaatsvindt in het bijzijn van uw advocaat en dat uw advocaat deelneemt aan het voorbereidende onderzoek.

i. Heb ik recht op een tolk en op vertaling van de stukken? In welke mate heb ik recht op die bijstand?

Als u aangeeft het Tsjechisch niet machtig te zijn, mag u tegenover de bij de strafprocedure betrokken instanties gebruikmaken van uw moedertaal of een andere taal die u verklaart te beheersen.

Wanneer een document, een verklaring of een andere processtuk moet worden vertaald, of als u verklaart het Tsjechisch niet machtig te zijn, zal een tolk-vertaler worden ingeschakeld om de stukken te vertalen die in het kader van de strafprocedure op u betrekking hebben. Op uw verzoek kan de toegewezen tolk u ook bijstaan tijdens het overleg dat u met uw advocaat voert in rechtstreeks verband met de procedure, en tijdens het overleg gedurende de procedurehandelingen.

In dat geval moeten de bij de strafprocedure betrokken instanties u een schriftelijke vertaling verstrekken van de in de wet vermelde documenten (bv. de beslissing tot inleiding van de strafprocedure, de beslissing tot voorlopige hechtenis, de beslissing u te laten observeren in een medische instelling, de tenlastelegging, de transactie met de openbare aanklager en het voorstel tot goedkeuring daarvan, de voorgestelde straf en de beslissing tot schorsing van de strafprocedure enz.), tenzij u afstand doet van dat recht. Bij uw aanhouding of inverzekeringstelling krijgt u ook een schriftelijke vertaling van de informatie over uw rechten. U hebt het recht de bij de strafprocedure betrokken instantie te verzoeken om een vertaling van ieder ander document dat met name van belang is voor de uitoefening van uw rechten van verweer.

ii. Heb ik recht op informatie en op inzage in mijn dossier?

Tijdens het voorbereidend opsporingsonderzoek kunt u uw dossier raadplegen als de politiële autoriteit daarvoor toestemming heeft gegeven en als dat noodzakelijk is om uw rechten te kunnen uitoefenen.

Wordt u beschuldigd van het plegen van een strafbaar feit, dan kunt u uw dossier raadplegen, er uittreksels en aantekeningen van maken en voor eigen rekening kopieën van (bepaalde delen van) het dossier maken.

In het kader van het voorbereidend onderzoek kan de openbare aanklager of de politiële autoriteit u echter om ernstige redenen het recht op inzage in de dossiers ontzeggen, evenals de andere voornoemde rechten. Deze rechten kunnen u niet worden ontzegd wanneer u eenmaal bent geïnformeerd over de mogelijkheid het dossier te bestuderen en wanneer u met de openbare aanklager een transactie overeenkomt. Inzage in de beslissing tot vervolging kan u niet worden ontzegd en u hebt het recht kennis te nemen van de delen uit het dossier over de beslissing tot voorlopige hechtenis.

iii. Heb ik recht op een advocaat en om iemand anders te informeren over mijn situatie?

Als u wordt beschuldigd van een strafbaar feit, hebt u recht op een advocaat. Als u niet zelf een advocaat kiest, kan bijvoorbeeld een gezins- of familielid dat voor u doen, of u kunt uw eigen verweer voeren. In bepaalde gevallen moet u echter een advocaat hebben (“verplichte verdediging”); in dat geval wijst de rechter een advocaat aan als u er niet zelf een kiest binnen de gestelde termijn. In de volgende situaties moet u al in de fase van het voorbereidende onderzoek een advocaat hebben:

  • u bent in voorlopige hechtenis genomen, u ondergaat een vrijheidsstraf, u bent het voorwerp van een beschermingsmaatregel waarbij u uw vrijheid is ontnomen, of u bent voor observatie in een instelling voor gezondheidszorg geplaatst;
  • u bent slechts beperkt in staat uw rechten te genieten (bv. vanwege een geestelijke stoornis);
  • er loopt een procedure tegen u als voortvluchtige (u bent gevlucht en de procedure wordt in uw afwezigheid gevoerd);
  • de procedure heeft betrekking op een strafbaar feit waarvoor in de wet een gevangenisstraf van meer dan vijf jaar is bepaald;
  • de openbare aanklager vindt het nodig dat u een advocaat hebt, omdat hij twijfelt of u uw eigen verweer wel naar behoren kunt voeren, gezien uw huidige toestand;
  • u bent een minderjarige in de leeftijd van 15-18 jaar.

Als de procedure betrekking heeft op een strafbaar feit waarvoor in de wet een maximale vrijheidsstraf van meer dan vijf jaar is bepaald, kunt u afzien van dit verweermiddel, tenzij het gaat om een strafbaar feit waarvoor een uitzonderlijke straf (levenslange gevangenisstraf of een straf van meer dan twintig jaar en ten hoogste dertig jaar) kan worden opgelegd.

Als u in verzekering bent gesteld of in voorlopige hechtenis bent genomen, hebt u het recht daarvan kennis te geven aan het consulaat van het land waarvan u onderdaan bent, en aan een gezins- of familielid of andere door u aangewezen natuurlijke persoon. U hebt het recht te communiceren met uw consulaat; als u daarvoor niet genoeg geld hebt, mag u dat gratis doen. U moet daarop worden gewezen.

iv. iv. Heb ik recht op rechtsbijstand?

In het kader van het voorbereidend opsporingsonderzoek, d.w.z. vóór inleiding van de strafprocedure (strafrechtelijk onderzoek), hebt u recht op bijstand door een advocaat tijdens uw verhoor (toelichting).

Als u van een strafbaar feit wordt beschuldigd, hebt u recht op een advocaat, die verplicht is u de nodige rechtsbijstand te verlenen. U kunt uw eigen advocaat kiezen; in het geval van verplicht verweer wordt u een advocaat aangewezen als u er niet zelf een kiest. Als u niet genoeg geld hebt om uw advocaat te betalen, kunt u de rechter vragen om te beslissen dat u recht hebt op een gratis advocaat of op een advocaat tegen een lager tarief.

v. Wat moet ik weten over:

a. het vermoeden van onschuld?

Er zijn vier basisniveaus waarop het beginsel van het vermoeden van onschuld wordt toegepast in strafprocedures:

  • u moet schuldig worden bevonden; zolang uw schuld niet is bewezen, moet u als onschuldig worden beschouwd;
  • bij twijfel over uw schuld moet de beslissing in uw voordeel worden gegeven;
  • u kunt pas schuldig worden verklaard nadat de rechter zich in een definitief vonnis over uw schuld heeft uitgesproken;
  • tijdens de strafprocedure kunnen uw rechten slechts worden beperkt voor zover dat strikt noodzakelijk is.

b. het zwijgrecht en het recht niet aan uw eigen veroordeling mee te werken

U bent niet verplicht in een strafprocedure te getuigen en u kunt in geen geval worden gedwongen tot een verklaring of bekentenis. U bent evenmin verplicht bewijsmiddelen tegen u te produceren. De bij de strafprocedure betrokken instanties kunnen u geen boete opleggen als u weigert een document of ander bewijsmateriaal te overhandigen dat tegen u pleit.

c. de bewijslast

De bij de strafprocedure betrokken instanties zijn verplicht de omstandigheden die vóór u pleiten, met evenveel aandacht toe te lichten als die welke tegen u pleiten. De openbare aanklager is verplicht uw schuld te bewijzen voor de rechter. U bent niet verplicht te bewijzen dat u onschuldig bent. Dat belet u echter niet gebruik te maken van uw recht de feiten uiteen te zetten en bewijsmiddelen te leveren voor uw verweer.

vi. Welke speciale regels gelden er voor kinderen?

Als u een onrechtmatige daad met de kenmerken van een strafbaar feit hebt verricht en een kind bent van minder dan 15 jaar, bent u daar niet strafrechtelijk aansprakelijk voor en kunnen alleen in een civiele procedure voor een gespecialiseerde jeugdrechter corrigerende maatregelen worden opgelegd. In die procedure moet u worden bijgestaan door een advocaat, die door de staat wordt betaald, tenzij de staat om bijzondere redenen besluit een deel van de kosten te laten betalen door u of veeleer door uw familie.

Als u een strafbaar feit hebt gepleegd en een minderjarige bent in de leeftijd van 15-18 jaar, is in beginsel de bijzondere wet op het jeugdrecht van toepassing. Bij het voorbereidend opsporingsonderzoek en het strafrechtelijk onderzoek van de door u gepleegde strafbare feiten moeten de bij de strafprocedure betrokken instanties rekening houden met uw leeftijd, gezondheidstoestand en intellectuele en morele rijpheid, om uw toekomstige ontwikkeling zo min mogelijk in gevaar te brengen. Uw persoonsgegevens en persoonlijke levenssfeer zijn wettelijk beschermd, de procedure is niet-openbaar, als u niet wilt dat er publiek aanwezig is, en in de bekendmaking van het vonnis wordt geen melding gemaakt van uw naam en andere gegevens waarmee uw identiteit kan worden vastgesteld, zoals uw woonplaats. U hebt vanaf de eerste handeling tegen u in de strafprocedure recht op een advocaat (d.w.z. bij aanvang van de fase van het strafrechtelijk onderzoek). Uw wettelijke vertegenwoordiger (doorgaans uw ouders) of uw voogd, de bevoegde instantie voor de sociale en juridische bescherming van kinderen en de dienst voor reclassering en bemiddeling worden onmiddellijk in kennis gebracht wanneer u strafrechtelijk wordt vervolgd, in verzekering wordt gesteld, wordt aangehouden of in voorlopige hechtenis wordt genomen. De bij de strafprocedure betrokken instanties werken samen met de instantie die verantwoordelijk is voor de sociale en juridische bescherming van kinderen, de dienst voor reclassering en bemiddeling en de verenigingen en instellingen die zich inzetten voor kinderen.

vii. Welke speciale regels gelden er voor kwetsbare verdachten?

De rechter zal u vanaf het begin van de strafprocedure een advocaat toewijzen als dat volgens hem en, tijdens het voorbereidende onderzoek, de openbare aanklager, nodig is, vooral als zij twijfelen of u uw verweer wel naar behoren kunt voeren vanwege uw huidige lichamelijke of geestelijke toestand.

Voor doven en doofblinden is de wijze van communicatie geregeld bij Wet nr. 155/1998 Coll. betreffende communicatiesystemen voor doven en doofblinden. In het kader van een strafprocedure hebt u recht op ondersteuning door tolkdiensten in het communicatiesysteem van uw keuze.

Als u maar beperkt gebruik kunt maken van uw rechten, wordt u in strafprocedures vertegenwoordigd door een voogd, meestal een gezins- of familielid, tenzij de belangen van dat gezins- of familielid in strijd zijn met die van u.

D. Wat zijn de wettelijke termijnen tijdens het proces?

Strafprocedures moeten door de bij de strafprocedure betrokken instanties zo snel mogelijk en zonder onnodige vertraging worden afgehandeld, met name in het geval van voorlopige hechtenis en in zaken waarin goederen in beslag zijn genomen, wanneer dat gezien de waarde en de aard van de goederen vereist is.

Voor de fase van het voorbereidend opsporingsonderzoek (vóór instelling van vervolging) geldt dat de politiële autoriteit die binnen de volgende termijnen moet hebben afgerond:

  • twee maanden in het geval van een zaak die onder de bevoegdheid van een alleensprekende rechter valt, waarin geen verkort voorbereidend onderzoek plaatsvindt,
  • drie maanden in het geval van een andere zaak die onder de bevoegdheid van de districtsrechtbank valt,
  • zes maanden in het geval van een zaak die onder de bevoegdheid van een regionale rechtbank van eerste aanleg valt.

Deze termijn kan op gemotiveerd verzoek meerdere keren door de openbare aanklager worden verlengd.

Het verkort voorbereidend onderzoek moet zijn afgerond binnen twee weken na de datum waarop de politiële autoriteit u in kennis heeft gesteld van de daad waarvan u wordt verdacht en van het strafbare feit dat met die daad is gepleegd. Is het verkort voorbereidend onderzoek niet binnen die tijd afgerond, dan kan de openbare aanklager de termijn verlengen met ten hoogste tien dagen en, in geval van een met de openbare aanklager overeen te komen transactie, met ten hoogste dertig dagen.

De politiële autoriteit moet het gewone onderzoek binnen de volgende termijnen hebben afgerond:

  • twee maanden na instelling van strafvervolging in het geval van een zaak die onder de bevoegdheid van een alleensprekende rechter valt,
  • drie maanden na instelling van strafvervolging in het geval van een andere zaak die onder de bevoegdheid van een districtsrechtbank valt.

Deze termijn kan op gemotiveerd verzoek meerdere keren door de openbare aanklager worden verlengd. In het kader van het toezicht moet de openbare aanklager vervolgens het dossier ten minste eenmaal per maand onderzoeken.

Het diepgaand onderzoek moet binnen zes maanden na instelling van strafvervolging zijn afgerond. Deze termijn kan op gemotiveerd verzoek meerdere keren door de openbare aanklager worden verlengd. In het kader van het toezicht moet de openbare aanklager vervolgens het dossier ten minste eenmaal per maand onderzoeken.

Voor sommige handelingen zijn in het wetboek van strafvordering andere specifieke wettelijke termijnen bepaald (de beslissing van de rechter u binnen 48 uur na uw inverzekeringstelling of binnen 24 uur na uw aanhouding in voorlopige hechtenis te nemen, de maximumduur van de voorlopige hechtenis, de termijn voor de verplichte toetsing van de gronden voor de voorlopige hechtenis enz.)

E. Wat gebeurt er vóór het proces? Zijn er bijvoorbeeld alternatieven voor voorlopige hechtenis of kan ik naar mijn eigen land worden overgebracht (Europees surveillancebevel)?

Het voorbereidend onderzoek is de eerste fase van de strafprocedure. Deze fase is bedoeld om vast te stellen of er voldoende gronden zijn voor de verdenking dat u het strafbare feit hebt gepleegd, om u in staat van beschuldiging te stellen. In dit stadium moeten bewijsmiddelen worden vergaard die uw schuld bevestigen, evenals bewijsmiddelen die uw schuld weerleggen.

Het voorbereidend onderzoek heeft vooral als doel:

  • een basis te leggen om te besluiten of er een tenlastelegging moet worden ingediend en de zaak moet worden behandeld door de rechter, dan wel of de zaak moet worden geseponeerd;
  • alle omstandigheden vast te stellen die relevant zijn voor de beslissing over het strafbare feit, de dader, de straf of de beschermende maatregel, evenals voor de beslissing over de schadevordering van het slachtoffer, en de nodige bewijsmiddelen te verkrijgen;
  • de oorzaken van het strafbare feit en de omstandigheden die het plegen ervan mogelijk hebben gemaakt of vergemakkelijkt, vast te stellen.

Als een van de gronden voor voorlopige hechtenis van toepassing is, kan de rechter die over de hechtenis beslist, u vrijlaten, of u in vrijheid stellen als hij een van de volgende alternatieve maatregelen vaststelt:

  • een groep burgers of een vertrouwenspersoon stelt zich garant voor uw verdere gedrag en waarborgt dat u voor de rechter, de openbare aanklager of de politiële autoriteit zult verschijnen wanneer u wordt opgeroepen; u geeft steeds vooraf door wanneer u niet op uw verblijfplaats bent; en de instantie die over de voorlopige hechtenis beslist, oordeelt dat de geboden waarborgen voldoende zijn ten opzichte van de in staat van beschuldiging gestelde persoon en de aard van de zaak en stemt ermee in;
  • u belooft schriftelijk een ordelijk leven te zullen leiden, in het bijzonder geen strafbare feiten te plegen, voor de rechter, de openbare aanklager of de politiële autoriteiten te verschijnen wanneer u wordt opgeroepen, steeds vooraf door te geven wanneer u niet op uw verblijfplaats bent en de u opgelegde verplichtingen en beperkingen na te leven, en de instantie die beslist over uw voorlopige hechtenis, oordeelt dat deze belofte voldoende is en stemt ermee in;
  • u wordt onder toezicht van een reclasseringsambtenaar geplaatst;
  • aan u wordt een van de voorlopige maatregelen opgelegd;
  • de rechter aanvaardt de borgtocht (een bepaald geldbedrag); borgtocht kan echter niet worden aanvaard bij beschuldiging van bepaalde ernstige strafbare feiten.

Bij vervanging van hechtenis door een van deze maatregelen kan de instantie die over de voorlopige hechtenis beslist, ervoor kiezen met behulp van een elektronische enkelband toe te zien op naleving van de in het kader van de maatregel opgelegde verplichtingen, als u zich ertoe verbindt de nodige medewerking te verlenen. De instantie die over uw voorlopige hechtenis beslist, kan u ook een beperking opleggen door u te verbieden het land te verlaten.

Als u burger van een EU-lidstaat bent of als u een familierechtelijke band hebt met een EU-lidstaat, hebt u overeenkomstig Kaderbesluit 2009/829/JBZ van de Raad van 23 oktober 2009 inzake de toepassing, tussen de lidstaten van de Europese Unie, van het beginsel van wederzijdse erkenning op beslissingen inzake toezichtmaatregelen als alternatief voor voorlopige hechtenis, dat is omgezet in Wet nr. 104/2013 Coll. inzake internationale justitiële samenwerking in strafprocedures, het recht te verzoeken om toestemming voor uitvoering van een maatregel als alternatief voor voorlopige hechtenis in de staat waar u uw gewone verblijfplaats hebt of in een andere door u aangegeven lidstaat, indien die andere staat daarmee instemt. Voorwaarde daarbij is dat het mogelijk is toe te zien op de uitvoering van deze alternatieve maatregelen in de betrokken lidstaat of dat toezicht op een andere manier kan worden gewaarborgd. Als u de opgelegde alternatieve maatregelen niet naleeft, wordt u naar Tsjechië teruggestuurd.

Laatste update: 16/09/2020

De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken lidstaten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. De Europese Commissie aanvaardt geen verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid met betrekking tot informatie of gegevens in dit document. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

2 – Mijn rechten tijdens het proces

A. Waar wordt het proces gehouden?

Naargelang de ernst van het strafbare feit vindt de procedure in eerste aanleg plaats voor de districtsrechtbank of de regionale rechtbank in wier rechtsgebied het strafbare feit is gepleegd. Als niet kan worden vastgesteld waar het strafbare feit is gepleegd of als het strafbare feit in het buitenland is gepleegd, wordt de procedure gevoerd door de rechtbank in het district waarin u woont, werkt of verblijft; als deze plaatsen niet kunnen worden vastgesteld of buiten Tsjechisch grondgebied liggen, wordt de procedure gevoerd door de rechtbank in het district waarin het strafbare feit is geconstateerd.

B. Kan de aanklacht nog worden aangepast? Zo ja, wat is in dit verband mijn recht op informatie?

De procedure wordt alleen gehouden om te beslissen over het in de tenlastelegging beschreven feit. Nadat de tenlastelegging is ingediend, kan de openbare aanklager haar niet meer wijzigen maar alleen intrekken.

Als uit de uitkomst van de procedure blijkt dat de omstandigheden van de zaak substantieel zijn gewijzigd, of als aanvullend onderzoek nodig is om meer duidelijkheid in de zaak te krijgen, of als blijkt dat u een ander strafbaar feit hebt gepleegd en de openbare aanklager verzoekt de zaak terug te verwijzen voor gezamenlijke beoordeling, zal de rechter de zaak terugverwijzen naar de fase van het voorbereidend onderzoek. De openbare aanklager zal dan een nieuwe tenlastelegging indienen die overeenstemt met de wijzigingen. Aan u en uw advocaat wordt altijd een kopie van de gewijzigde tenlastelegging verstrekt, uiterlijk bij de oproeping voor de procedure of bij de in verband met het proces verstrekte informatie. Bij de verstrekking van een kopie van de tenlastelegging wijst de president van de kamer u op uw recht binnen een door hem gestelde termijn opmerkingen in te dienen over de in de tenlastelegging uiteengezette feiten, en daarbij met name aan te geven

  • of u zich onschuldig of schuldig acht aan het (de) in de tenlastelegging genoemde feit(en) en op welke gronden,
  • of u met de openbare aanklager een transactie wilt overeenkomen dan wel of u uw schuld tijdens de procedure wilt erkennen,
  • of u het eens bent met de beschrijving en de juridische kwalificatie van het feit, en met de voorgestelde straf of beschermende maatregel, indien van toepassing, en
  • welke feiten volgens u onweerlegbaar zijn.

Daarnaast zal de president van de kamer u wijzen op de gevolgen van dergelijke verklaringen en u uitleggen dat uw advocaat namens u een verklaring over de tenlastelegging mag afleggen, als het althans niet gaat om een bekentenis of een schulderkenning.

Verder zal de president van de kamer u verzoeken de rechtbank tijdig te informeren over uw voorstellen voor het inbrengen van aanvullende bewijsmiddelen in de procedure en daarbij aan te geven welke omstandigheden u met die bewijsmiddelen wilt verduidelijken.

De rechter is niet verplicht de juridische kwalificatie van het strafbare feit in de tenlastelegging te volgen maar kan het beoordelen als een ander (meer of minder ernstig) feit of concluderen dat het geen strafbaar feit is maar slechts een overtreding. Als de rechter oordeelt dat voor het feit een zwaardere straf op zijn plaats is dan het ten laste gelegde feit, moet hij u van die wijziging in kennis stellen en erop toezien dat u de gelegenheid krijgt om in het kader van uw verdediging te reageren op de wijziging en dat u voldoende tijd hebt om uw verweer aan te passen.

C. Wat zijn mijn rechten in de rechtszaal?

In de praktijk hebt u het recht:

  • door de bij de strafprocedure betrokken instanties te worden gewezen op uw rechten en die volledig te kunnen uitoefenen;
  • schuld te bekennen, schuldig te pleiten of, voordat de bewijsmiddelen worden onderzocht, een transactievoorstel in te dienen;
  • commentaar te geven op de beschuldigingen tegen u;
  • te weigeren te verklaren;
  • de dossiers te raadplegen, er uittreksels en aantekeningen van te maken en voor eigen rekening kopieën van (delen van) de dossiers te maken;
  • deel te nemen aan het onderzoek van de zaak tijdens de procedure en de openbare zittingen;
  • een slotverklaring af te leggen tijdens de procedure en op de openbare zitting in hoger beroep;
  • als laatste iets te zeggen tijdens de procedure;
  • feiten te presenteren en bewijs te leveren voor uw verweer;
  • commentaar te geven op de diverse vergaarde bewijsmiddelen en de wijze waarop zij zijn vergaard, aan te vechten;
  • vragen te stellen aan de ondervraagden;
  • verzoeken en voorstellen in te dienen (met betrekking tot het overleggen van bewijs en de wijze van beslissen);
  • rechtsmiddelen in te stellen (zowel gewone, d.w.z. klacht, beroep, verzet, als buitengewone, d.w.z. herziening, beroep) of een klacht in te dienen wegens schending van de wet;
  • een advocaat te kiezen (als u dat niet zelf doet, kan bijvoorbeeld een gezins- of familielid dat voor u doen) en hem om advies te vragen, ook bij handelingen van de bij de strafprocedure betrokken instantie zelf;
  • met uw advocaat te spreken zonder dat anderen daarbij aanwezig zijn;
  • te eisen dat uw ondervraging plaatsvindt in het bijzijn van uw advocaat en dat uw advocaat deelneemt aan de diverse handelingen van de strafprocedure;
  • uw moedertaal of een andere taal die u machtig bent, te gebruiken tegenover de bij de strafprocedure betrokken instanties als u verklaart de Tsjechische taal niet machtig te zijn.

i. Ben ik verplicht om mijn proces bij te wonen? Onder welke voorwaarden mag ik wegblijven?

De procedure kan alleen plaatsvinden in uw afwezigheid als volgens de rechter de zaak betrouwbaar kan worden behandeld en het doel van de strafprocedure ook kan worden bereikt zonder dat u aanwezig bent; voorwaarde daarbij is

  • dat de tenlastelegging op de juiste wijze aan u is overhandigd en dat u op de juiste wijze en tijdig bent opgeroepen voor de procedure; en
  • dat u al door een bij de strafprocedure betrokken instantie bent ondervraagd over het in de tenlastelegging beschreven feit, dat de bepalingen over de instelling van strafvervolging zijn nageleefd en dat u in kennis bent gesteld van de mogelijkheid uw dossier te bestuderen en voorstellen te doen ter aanvulling van het onderzoek.

In de oproeping moet u erop worden gewezen wat de gevolgen zijn als u het proces niet bijwoont.

De procedure kan dus plaatsvinden in uw afwezigheid, tenzij:

  • u in voorlopige hechtenis bent genomen of in verzekering bent gesteld;
  • u een gevangenisstraf uitzit;
  • het in de zaak gaat om een strafbaar feit waarop een gevangenisstraf van meer dan vijf jaar staat.

U bent echter ook in die gevallen niet verplicht te verschijnen als u de rechter uitdrukkelijk verzoekt de zaak in uw afwezigheid te behandelen en het volgens de rechter niet onontbeerlijk is dat u persoonlijk aanwezig bent.

In gevallen waarin verdediging verplicht is, kan de zaak niet worden behandeld zonder dat uw advocaat daarbij aanwezig is.

ii. Heb ik recht op een tolk en op vertaling van de stukken? In welke mate?

Als u aangeeft het Tsjechisch niet machtig te zijn, mag u tegenover de bij de strafprocedure betrokken instanties gebruikmaken van uw moedertaal of een andere taal die u verklaart te beheersen.

Wanneer een document, een verklaring of een andere processtuk moet worden vertaald, of als u verklaart het Tsjechisch niet machtig te zijn, zal een tolk-vertaler worden ingeschakeld om tijdens de strafprocedure te tolken en te vertalen. Op uw verzoek kan de toegewezen tolk u ook bijstaan tijdens het overleg dat u met uw advocaat voert in rechtstreeks verband met de procedure, en tijdens het overleg gedurende de procedurehandelingen.

In dat geval moeten de bij de strafprocedure betrokken instanties u een schriftelijke vertaling verstrekken van de in de wet vermelde documenten (bv. beslissing tot voorlopige hechtenis, vonnis, strafbeschikking, beslissing in beroep); u kunt afstand doen van het recht op vertaling.

U kunt de rechter verzoeken om een vertaling van ieder ander document dat met name van belang is voor de uitoefening van uw rechten van verweer.

iii. Heb ik recht op een advocaat?

  • Als u wordt beschuldigd van een strafbaar feit, hebt u recht op een advocaat. Als u niet zelf een advocaat kiest, kan bijvoorbeeld een gezins- of familielid dat voor u doen, of u kunt uw eigen verweer voeren. In bepaalde gevallen moet u echter een advocaat hebben (“verplichte verdediging”); in dat geval wijst de rechter u een advocaat toe als u er niet zelf een kiest binnen de gestelde termijn. In de volgende gevallen moet u een advocaat hebben tijdens de procedure voor de rechter tot het moment waarop de beslissing waarmee de procedure wordt afgesloten, definitief wordt:
    • u bent in voorlopige hechtenis genomen, u ondergaat een vrijheidsstraf, u bent het voorwerp van een beschermingsmaatregel waarbij u uw vrijheid is ontnomen, of u bent voor observatie in een instelling voor gezondheidszorg geplaatst;
    • u bent slechts beperkt in staat uw rechten te genieten (bv. vanwege een geestelijke stoornis);
    • er loopt een procedure tegen u als voortvluchtige (u bent gevlucht en de procedure wordt in uw afwezigheid gevoerd);
    • de procedure heeft betrekking op een strafbaar feit waarvoor in de wet een maximale vrijheidsstraf van meer dan vijf jaar is bepaald;
    • de openbare aanklager vindt het nodig dat u een advocaat hebt, omdat hij twijfelt of u uw eigen verweer wel naar behoren kunt voeren, gezien uw huidige toestand;
    • u bent een minderjarige in de leeftijd van 15-18 jaar;
    • u bent in verzekering gesteld;
    • in een procedure waarin wordt beslist tot het opleggen of wijzigen van een aanhouding of tot het opleggen of wijzigen van een medische beschermingsbehandeling, met uitzondering van een behandeling tegen alcoholproblemen.
  • In een executoriale procedure moet u een advocaat hebben als de rechter in openbare zitting uitspraak doet, indien
    • u maar beperkt gebruik kunt maken van uw rechten,
    • u zich in voorlopige hechtenis bevindt,
    • er twijfels zijn of u uw eigen verweer naar behoren kunt voeren.
  • In procedures over buitengewone rechtsmiddelen (klachten wegens schending van de wet, beroep en herziening) moet u een advocaat hebben in de volgende gevallen:
    • u bent in voorlopige hechtenis genomen, u ondergaat een vrijheidsstraf, u bent het voorwerp van een beschermingsmaatregel waarbij u uw vrijheid is ontnomen, of u bent voor observatie in een instelling voor gezondheidszorg geplaatst;
    • u kunt maar beperkt gebruik maken van uw rechten;
    • de procedure heeft betrekking op een strafbaar feit waarvoor in de wet een maximale vrijheidsstraf van meer dan vijf jaar is bepaald;
    • er zijn twijfels of u uw eigen verweer naar behoren kunt voeren.
  • Als de procedure betrekking heeft op een strafbaar feit waarvoor in de wet een maximale vrijheidsstraf van meer dan vijf jaar is bepaald, kunt u afzien van de advocaat, tenzij het gaat om een strafbaar feit waarvoor een uitzonderlijke straf (levenslange gevangenisstraf of een straf van meer dan twintig jaar en ten hoogste dertig jaar) kan worden opgelegd. U kunt ook afzien van uw advocaat als u in verzekering bent gesteld en het proces moet plaatsvinden.

iv. Welke andere rechten zou ik nog moeten kennen? (bv. de presentatie van de verdachten voor het gerecht)

Gedurende de gehele gerechtelijke procedure blijven de aanwezigen op hun plaats zitten. Vragen stellen en het woord nemen is alleen mogelijk met toestemming van de president van de kamer (alleensprekende rechter), die alleen staand kan worden toegesproken, ongeacht de duur van de interventie (de president van de kamer kan echter toestaan dat getuigen en sprekers blijven zitten als hun leeftijd of gezondheidstoestand dat rechtvaardigt). Alle aanwezigen staan op om het vonnis te horen wanneer de president van de kamer (alleensprekende rechter) hun dat vraagt. Medewerkers van de rechtbank en andere aanwezigen spreken elkaar aan met "mijnheer” of "mevrouw", samen met de functie of positie die de betrokkene in de procedure vervult (bv: mijnheer de president, mijnheer de adviseur, mijnheer de advocaat, mijnheer de arts, mevrouw de openbare aanklager, mijnheer de deskundige, mijnheer de getuige enz.). Het is verboden in de rechtszaal te praten, te eten, te drinken of te roken zonder toestemming van de president van de kamer (alleensprekende rechter), ook tijdens de pauzes. Degenen die aanwezig zijn in de rechtszaal, moeten zich onthouden van alles wat het goede en waardige verloop van de procedure zou kunnen verstoren, in het bijzonder uitingen van instemming of afkeuring van het verloop van de procedure, de getuigenverklaringen, de aangekondigde beslissingen enz. Verder moeten alle apparaten worden uitgezet die het goede en waardige verloop van de procedure zouden kunnen verstoren, in het bijzonder mobiele telefoons.

Het uitzenden per beeld- of geluidsverbinding en het maken van beeldopnamen tijdens de procedure is slechts toegestaan met voorafgaande toestemming van de president van de kamer of de alleensprekende rechter. Het maken van geluidsopnamen is toegestaan, mits de president van de kamer of de alleensprekende rechter daarvan op de hoogte is; de president van de kamer of de alleensprekende rechter kan de opnamen verbieden als het goede en waardige verloop van de procedure zou kunnen worden verstoord door de wijze waarop zij worden gemaakt.

Het is verboden de rechtszaal te betreden met een wapen.

D. Mogelijke straffen

  • verbod de woonplaats te verlaten,
  • taakstraf,
  • beslaglegging op vermogen,
  • boete,
  • verbeurdverklaring van een voorwerp,
  • beroepsverbod,
  • verbod op het houden en fokken van dieren,
  • verblijfsverbod,
  • verbod op toegang tot sport-, culturele en andere sociale evenementen,
  • verlies van eretitels of onderscheidingen,
  • verlies van militaire rang,
  • uitzetting.

Beschermende maatregelen zijn maatregelen van preventieve aard die, anders dan straffen, kunnen worden opgelegd voor bijvoorbeeld overigens strafbare feiten aan personen die wegens hun geestelijk onvermogen of gebrek aan oordeelsvermogen ontoerekeningsvatbaar zijn. Beschermende maatregelen kunnen afzonderlijk of in aanvulling op een straf worden opgelegd, mits wordt voldaan aan de wettelijke voorschriften. Beschermende maatregelen zijn:

  • medische beschermingsbehandeling,
  • hechtenis uit veiligheidsoverwegingen,
  • inbeslagneming van een voorwerp,
  • beslaglegging op een deel van het vermogen,
  • educatie in bescherming.
Laatste update: 16/09/2020

De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken lidstaten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. De Europese Commissie aanvaardt geen verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid met betrekking tot informatie of gegevens in dit document. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

3 – Mijn rechten na afloop van het proces

A. Kan ik tegen de beslissing van de rechtbank in beroep gaan?

Ja, u kunt in beroep gaan tegen het vonnis van de rechtbank van eerste aanleg, en dit beroep heeft een schorsende werking. Een vonnis waarbij de rechter een met de openbare aanklager overeengekomen straf (transactie) heeft goedgekeurd, kunt u alleen aanvechten als dat vonnis afwijkt van de transactie die de openbare aanklager ter goedkeuring aan de rechter had voorgelegd.

Door beroep in te stellen, kunt u het vonnis aanvechten wegens een onjuistheid die rechtstreeks op u betrekking heeft, indien het niet gaat om een veroordeling waarbij de rechter uw schulderkenning had aanvaard. Het beroep wordt ingesteld bij de rechtbank die het door u aangevochten vonnis heeft gewezen, en wel binnen acht dagen na verstrekking van een kopie van het vonnis.

B. Welke andere mogelijkheden heb ik?

In een strafprocedure beschikt u over gewone rechtsmiddelen (beroep, klacht en verzet) en buitengewone rechtsmiddelen (beroep in cassatie, verzoek om herziening), en kunt u ook een klacht indienen wegens schending van de wet.

Het rechtsmiddel tegen een beschikking is een klacht die u indient bij de instantie waarvan u de beslissing aanvecht. Voor indiening van de klacht geldt een termijn van drie dagen na de kennisgeving van de beslissing. Een beschikking van de rechter (en van de openbare aanklager) kan alleen met het rechtsmiddel van een klacht worden aangevochten in de gevallen die in de wet zijn vastgelegd. Een beschikking kan worden aangevochten in het geval van onjuistheid van een van de conclusies, of in het geval van schending van de bepalingen van de procedure die aan de beschikking voorafging, indien ten gevolge van die schending een van de conclusies van de beschikking onjuist zou kunnen zijn. Een klacht heeft alleen schorsende werking als dat in de wet uitdrukkelijk is bepaald.

Tegen een strafbeschikking kunt u zich verzetten bij de rechtbank die haar heeft gegeven, en wel binnen acht dagen na ontvangst ervan. Bij verzet door de daartoe bevoegde persoon binnen de gestelde termijn wordt de strafbeschikking ingetrokken, en gelast de alleensprekende rechter een procedure in de zaak.

Alleen tegen een definitieve uitspraak van de rechter ten principale kunnen rechtsmiddelen worden ingesteld, als de uitspraak in tweede aanleg is gedaan en de wet dit toelaat. Een onjuistheid in de conclusies van de beslissing van een rechter die rechtstreeks op u betrekking heeft, kunt u alleen aanvechten op een van de in de wet vastgelegde gronden voor beroep. U moet uw beroep altijd via uw advocaat instellen. Het beroep moet binnen twee maanden na ontvangst van de betrokken beslissing worden ingesteld bij de rechter die in eerste aanleg heeft beslist. Het beroep heeft geen schorsende werking, tenzij het hooggerechtshof anders beslist.

U hebt ook het recht te verzoeken om herziening. In het algemeen is herziening in een met een definitief vonnis of een strafbeschikking afgesloten procedure toegestaan, als er voor de rechter nieuwe feiten of bewijsmiddelen aan het licht komen die op zichzelf of samen met reeds bekende feiten en bewijsmiddelen een andere beslissing over de schuldvraag zouden kunnen rechtvaardigen, of op grond waarvan de aanvankelijk opgelegde straf duidelijk niet in verhouding staat tot de aard en de ernst van het strafbare feit of tot uw persoonlijke, gezins-, familie-, vermogens- of andere omstandigheden, of in het licht waarvan de soort opgelegde straf duidelijk onverenigbaar zou zijn met het doel van de straf. De rechter die de zaak in eerste aanleg heeft beoordeeld, beslist over het verzoek om herziening van de procedure die is afgesloten met een definitief vonnis of strafbeschikking. In de wet is geen termijn bepaald voor het indienen van een verzoek om herziening in uw voordeel.

U kunt ook een klacht indienen wegens schending van de wet, maar alleen de minister van Justitie is bevoegd om dit buitengewone rechtsmiddel in te stellen en het is aan hem dat wel of niet te doen. Een klacht wegens schending van de wet kan worden ingediend tegen iedere definitieve beslissing van een rechtbank, behalve het hooggerechtshof, of van een openbare aanklager die in strijd is met de wet of die op grond van een procedurefout is genomen. In de wet is geen termijn voor indiening vastgelegd.

C. Wat gebeurt er als ik word veroordeeld?

Na een definitieve veroordeling voor een strafbaar feit volgt de fase van uitvoering, in het bijzonder de uitvoering van de straf of beschermingsmaatregel en daarmee samenhangende acties.

Indien u bij definitieve beslissing bent veroordeeld voor een strafbaar feit, kunt u niet opnieuw voor hetzelfde feit worden berecht, ook niet in een andere lidstaat, tenzij herziening is toegestaan.

De veroordeling wordt in het strafregister opgenomen en blijft in het uittreksel uit het strafregister voorkomen tot de veroordeling wordt tenietgedaan. Dit kan gevolgen hebben voor de mogelijkheid bepaalde beroepen uit te oefenen, voor de verkrijging van bepaalde toestemmingen of vergunningen, voor het recht op wapenbezit enz.

Zodra uw veroordeling nietig is verklaard, wordt u behandeld alsof u niet was veroordeeld. De bij de strafprocedure betrokken instanties en bepaalde andere autoriteiten beschikken echter over een kopie van het strafregister waarin uw veroordeling is opgenomen, ook na de nietigverklaring ervan.

i. Strafregister

Wanneer de veroordeling definitief is, vindt opneming ervan plaats in het strafregister, waarin veroordelingen en andere voor de strafprocedures relevante feiten worden bijgehouden. Deze gegevens worden tot honderd jaar na uw geboortedatum bewaard, ongeacht of u daar al dan niet uw toestemming voor geeft. Als de veroordeling is opgeheven, staan de gegevens ervan niet langer in het uittreksel van het strafregister maar nog wel in de kopie, zoals hierboven beschreven. De veroordeling kan worden tenietgedaan binnen de in het wetboek van strafrecht vastgestelde termijnen, waarvan de duur afhangt van de ernst van de veroordeling. Deze termijnen variëren van één tot vijftien jaar nadat de straf is uitgezeten; in het geval van bepaalde straffen wordt u geacht niet veroordeeld te zijn geweest, onmiddellijk nadat de straf is uitgevoerd.

Indien u burger van een andere EU-lidstaat bent, wordt de informatie over uw veroordeling doorgegeven aan de bevoegde instantie van de lidstaat waarvan u onderdaan bent.

v. Uitvoering van de straf, overbrenging van gevangenen, proeftijd en alternatieve straffen

Zodra de veroordeling definitief is geworden, gelast de president van de kamer de uitvoering ervan.

Als u bij definitieve beslissing bent veroordeeld tot een vaste gevangenisstraf, stuurt de president van de kamer het bevel tot uitvoering van de straf naar de betrokken gevangenis en, indien u in vrijheid bent, verzoekt hij u de straf binnen de gestelde termijn te ondergaan. Als u zich onttrekt aan de uitvoering van uw straf, kan de Tsjechische politie u naar de gevangenis brengen.

Als aan de wettelijke voorwaarden is voldaan, kan de rechter vervolgens beslissen de uitvoering van de straf op te schorten, de wijze van uitvoering van de straf te wijzigen, de uitvoering van de straf te onderbreken, voorwaardelijke vrijlating te verlenen enz. De rechter kan ook afzien van de uitvoering van de vrijheidsstraf of de resterende termijn daarvan, als u moet worden uitgeleverd aan een ander land of moet worden uitgezet naar een ander land.

Een soortgelijke procedure is van toepassing als u een medische beschermingsbehandeling of hechtenis uit veiligheidsoverwegingen is opgelegd. Zodra de beslissing daartoe uitvoerbaar wordt, stuurt de president van de kamer een uitvoeringsbevel naar de medische instelling of het detentiecentrum waar de beschermingsmaatregel moet worden uitgevoerd en verzoekt hij u zich aan de uitvoering van de beschermingsmaatregel te onderwerpen. Als u zich onttrekt aan de beschermingsmaatregel, kan de Tsjechische politie u naar de betrokken instelling brengen.

Als u daarom verzoekt en het betrokken land ermee instemt, kunt u worden overgebracht naar uw eigen land of zelfs naar een ander land om uw vaste gevangenisstraf of de met vrijheidsontneming samenhangende beschermingsmaatregel daar uit te zitten, zolang er wordt voldaan aan de voorwaarden van de wet of van een internationaal verdrag. In het kader van de veroordeling kan u ook een van de alternatieve straffen worden opgelegd. Alle straffen die geen onmiddellijke vrijheidsontneming door opsluiting in een penitentiaire inrichting inhouden, kunnen worden beschouwd als alternatieve straffen. U kunt ook onder toezicht van een reclasseringsambtenaar worden geplaatst die erop toeziet dat u de u opgelegde verplichtingen nakomt en die u hulp en ondersteuning biedt bij uw terugkeer in de maatschappij en het leiden van een waardig leven. Als u onder toezicht bent geplaatst, moet u:

  • met de reclasseringsambtenaar meewerken op de door hem voorgeschreven wijze
    en voldoen aan het plan voor reclasseringstoezicht;
  • zich binnen de door de reclasseringsambtenaar gestelde termijn bij hem melden;
  • de reclasseringsambtenaar laten weten waar u woont, wat u voor werk doet en welke middelen van bestaan u hebt, welke redelijke beperkingen en redelijke verplichtingen u zijn opgelegd door de rechtbank, en van welke andere belangrijke omstandigheden hij op de hoogte moeten zijn om het door hem bepaalde toezicht te kunnen uitoefenen;
  • de reclasseringsambtenaar toegang verlenen tot de woning waar u verblijft.

Als u op grond van de beslissing van de rechter een passend programma voor scholing en sociale aanpassing moet volgen of psychologisch begeleid moet worden, kunt u in een programma voor reclassering en terugkeer in de maatschappij worden geplaatst. Plaatsing in een dergelijk programma is ook mogelijk als u voldoet aan de toelatingseisen van de instantie die het programma verzorgt, zonder dat de rechter u verplicht het programma te voltooien: in dat geval kunt u met de reclasseringsambtenaar overeenkomen dat u het programma volgt binnen de voorwaarden voor toezicht en kan uw deelname aan het programma volledig worden gemonitord binnen het plan voor reclasseringstoezicht. Als u het programma volgt terwijl u een gevangenisstraf uitzit, kan uw deelname aan het programma worden overeengekomen met een daarvoor aangewezen functionaris van de Tsjechische dienst voor het gevangeniswezen.

Sommige van deze alternatieve straffen kunt u ook ondergaan in uw eigen land of in een ander land waarmee u banden hebt, mits er wordt voldaan aan de voorwaarden van de wet en die van een internationaal verdrag, en de uitvoering van uw straf kan plaatsvinden onder toezicht of de controle erop op andere wijze kan worden gewaarborgd. De mogelijkheden hiertoe verschillen per EU-lidstaat en per niet-EU-lidstaat (in laatstgenoemd geval zijn die beperkter).

Laatste update: 16/09/2020

De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken lidstaten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. De Europese Commissie aanvaardt geen verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid met betrekking tot informatie of gegevens in dit document. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.