Please note that the original language version of this page French has been amended recently. The language version you are now viewing is currently being prepared by our translators.
Swipe to change

Verdachten (in strafzaken)

France

Content provided by:
France

Wat is het doel van het opsporingsonderzoek en het strafrechtelijk onderzoek?

Het opsporingonderzoek is het totaal van de onderzoeken in verband met een strafbaar feit, die onder toezicht van een magistraat van de rechterlijke orde door de gerechtelijke politie worden uitgevoerd.

Het opsporingsonderzoek kan plaatsvinden buiten het kader van het gerechtelijk onderzoek. Tijdens dit onderzoek worden strafbare feiten vastgesteld, bewijzen verzameld en de daders opgespoord.

Er wordt onderscheid gemaakt tussen heterdaadonderzoek en voorbereidend onderzoek. Het eerstgenoemde onderzoek wordt verricht bij strafbare feiten die nog gaande zijn of kortgeleden hebben plaatsgevonden. Hierbij worden aan de politie dwingende bevoegdheden verleend. In alle andere gevallen wordt het tweede onderzoek uitgevoerd. Aanvankelijk werden hierbij minder dwingende bevoegdheden toegekend, maar onlangs zijn er wetsteksten aangenomen waardoor dit onderzoek veel is gaan lijken op het heterdaadonderzoek.

In ingewikkelder zaken kan het opsporingsonderzoek ook plaatsvinden in het kader van het gerechtelijk vooronderzoek. In dat geval wordt het op last van de onderzoeksrechter uitgevoerd. Het gerechtelijk onderzoek heeft meer specifiek tot doel te bepalen of de bezwarende feiten voldoende aanleiding geven om de dader van een strafbaar feit naar de bevoegde rechtbank te verwijzen en eventueel de zaak in staat van wijzen te brengen.

Een dergelijk onderzoek is alleen verplicht bij zwaardere misdrijven.

Uit welke fasen bestaat het opsporingsonderzoek en het gerechtelijk onderzoek?

Een heterdaadonderzoek kan worden ingesteld wanneer een strafbaar feit wordt of kort geleden is begaan of wanneer een persoon ervan verdacht wordt aan een strafbaar feit te hebben deelgenomen. Dit onderzoek duurt acht dagen en kan onder bepaalde omstandigheden door de procureur van de Republiek met maximaal acht dagen worden verlengd.

Tijdens dit onderzoek kan de ambtenaar van de gerechtelijke politie zich naar de plaats van het strafbare feit begeven, materiële vaststellingen doen, alle voorwerpen of media die helpen bij de waarheidsvinding, in beslag nemen, huiszoeking doen bij personen die aan het strafbare feit blijken te hebben deelgenomen of stukken of informatie met betrekking tot de feiten onder zijn hoede nemen, elke persoon die inlichtingen over de feiten kan verstrekken, horen of een persoon die ervan wordt verdacht aan het strafbare feit te hebben deelgenomen, in verzekering stellen.

In het kader van het voorbereidend opsporingsonderzoek informeert de ambtenaar van de gerechtelijke politie de procureur van de Republiek zodra hij heeft vastgesteld wie de mogelijke dader van het strafbare feit is.

In het kader van het gerechtelijk onderzoek doet de rechter onderzoek à charge en à decharge en verricht hij alle handelingen die hij met het oog op de waarheidsvinding nuttig acht. Hij kan ambtshalve handelingen verrichten of op verzoek van de procureur van de Republiek of de partijen (bijv. vervoer ter plaatse, verhoren, huiszoekingen). Wanneer de rechter dit weigert, dient hij daarvoor gegronde redenen aan te voeren. Er kan hoger beroep tegen de weigering worden ingesteld.

In het kader van de rogatoire commissies kan de onderzoeksrechter de uitvoering van deze handelingen aan de ambtenaren van de gerechtelijke politie delegeren.

Wanneer het gerechtelijk onderzoek volgens hem is afgerond, stelt de onderzoeksrechter de partijen en hun advocaten daarvan onmiddellijk op de hoogte. Vervolgens hebben de procureur van de Republiek en de partijen, als de persoon in verdenking wordt gesteld, een maand en in alle andere gevallen drie maanden de tijd om opmerkingen of met redenen omklede verzoeken aan de onderzoeksrechter te richten.

Na afloop van deze termijn heeft de procureur (als een in verdenking gestelde persoon in hechtenis wordt gehouden) tien dagen of (in alle andere gevallen) een maand de tijd om in het licht van de verstrekte gegevens vorderingen of aanvullende opmerkingen aan de onderzoeksrechter te richten.

Vervolgens geeft de onderzoeksrechter:

  • hetzij een beschikking tot buitenvervolgingstelling wanneer hij meent dat de feiten die aan hem zijn voorgelegd, geen misdrijf of overtreding vormen of als de dader van de feiten nog steeds onbekend is of als de bezwarende feiten tegen hem onvoldoende zijn,
  • hetzij een verwijzingsbeschikking (in geval van een licht misdrijf of overtreding) of een beschikking tot inbeschuldigingstelling (in geval van een zwaarder misdrijf) wanneer de bezwarende feiten tegen de in verdenking gestelde persoon daartoe voldoende aanleiding bieden.

Mijn rechten tijdens het opsporingsonderzoek en het gerechtelijk onderzoek

Mijn rechten tijdens de inverzekeringstelling (1)

Als u ervan wordt verdacht te hebben deelgenomen aan een strafbaar feit, kan de ambtenaar van de gerechtelijke politie u in verzekering stellen. Onmiddellijk nadat hij deze maatregel heeft genomen, dient hij, afhankelijk van de situatie, de procureur van de Republiek of de onderzoeksrechter daarvan op de hoogte te stellen.

Als het gaat om een gewoon strafbaar feit kunt u niet langer dan 24 uur worden vastgehouden. Deze detentie kan eenmaal met een nieuwe periode van 24 uur worden verlengd, in het kader van het opsporingsonderzoek door de procureur van de Republiek of in kader van het gerechtelijk onderzoek door de onderzoeksrechter.

Er bestaan echter afwijkende regimes voor de inverzekeringstelling. In geval van (georganiseerde) criminaliteit, handel in verdovende middelen of terrorisme duurt de inverzekeringstelling langer. Verder zijn er doorgaans striktere voorwaarden gebonden aan de inverzekeringstelling van minderjarigen en aan de mogelijkheid om deze maatregel voor hen te verlengen.

Wanneer de duur van de inverzekeringstelling niet in acht wordt genomen, kan dit leiden tot nietigverklaring van de maatregel en van alle latere handelingen waarvan deze de noodzakelijke basis vormt.

Wat krijg ik te horen over het verloop van de inverzekeringstelling?

De rechten van de in verzekering gestelde persoon zijn grondrechten. U moet onmiddellijk op de hoogte worden gebracht van de aard van het strafbare feit waarop de onderzoeken betrekking hebben, de duur van de inverzekeringstelling en uw rechten. Deze informatie moet u worden meegedeeld in een taal die u begrijpt. U kunt kosteloos gebruik maken van de diensten van een tolk.

De kennisgeving en de uitoefening van deze rechten worden in een proces-verbaal vermeld.

  • Recht om iemand uit uw naaste omgeving op de hoogte te laten brengen

U hebt het recht om iemand uit uw naaste omgeving (een persoon met wie u samenwoont, een verwant in rechte lijn, een van uw broers of zussen of uw werkgever) op de hoogte te laten brengen. Binnen drie uur na de inverzekeringstelling zal de ambtenaar van de gerechtelijke politie telefonisch contact opnemen met deze persoon.

  • Recht op raadpleging van een arts

Tijdens de inverzekeringstelling mag u om de 24 uur vragen om een medisch onderzoek. De arts wordt gekozen door de ambtenaar van de gerechtelijke politie of de procureur van de Republiek.

  • Recht om een gesprek met een advocaat aan te vragen

U kunt een gesprek met een advocaat aanvragen. Dit gesprek mag uiterlijk dertig minuten duren en heeft een vertrouwelijk karakter. De advocaat kan schriftelijke opmerkingen formuleren die aan het procesdossier worden toegevoegd.

U kunt zelf een advocaat kiezen als u er een kent, of vragen of de deken van de orde van advocaten u er ambtshalve een toewijst (een "ambtshalve toegevoegde" advocaat).

Als u voor een gewoon strafbaar feit in verzekering bent gesteld, kunt u vanaf het begin van de inverzekeringstelling met uw advocaat spreken en als de inverzekeringstelling wordt verlengd, zijn dergelijke gesprekken vanaf het begin van de verlenging mogelijk.

Als u echter in verzekering bent gesteld wegens een strafbaar feit dat verband houdt met (georganiseerde) criminaliteit, met de handel in verdovende middelen of een terroristische activiteit, kunt u pas na 48 uur of 72 uur met een advocaat spreken.

De ambtenaar van de gerechtelijke politie heeft aan zijn verplichting voldaan wanneer hij alles in het werk heeft gesteld om de advocaat te bereiken.

  • Recht om te zwijgen

Dit recht wordt u niet door de ambtenaar van de gerechtelijke politie meegedeeld; niettemin mag u zwijgen en hoeft u zichzelf niet te beschuldigen.

  • Recht om te verzoeken dat het consulaat van de staat waar u vandaan komt, over uw arrestatie wordt ingelicht

Wat gebeurt er als ik het niet eens ben met de wijze waarop mijn verklaringen op schrift worden gesteld?

U kunt weigeren het proces-verbaal te ondertekenen waarin deze verklaringen zijn opgenomen.

Wat gebeurt er na de inverzekeringstelling?

Afhankelijk van de situatie kan de procureur van de Republiek of de onderzoeksrechter op elk moment de inverzekeringstelling beëindigen. U kunt worden vrijgelaten of, wanneer u tijdens een opsporingsonderzoek in verzekering bent gesteld, worden voorgeleid aan een onderzoeksrechter met het oog op de instelling van een gerechtelijk vooronderzoek, of aan een Tribunal correctionnel (correctionele rechtbank).

Als een gerechtelijk vooronderzoek wordt ingesteld, kunt u na een verhoor bij eerste verschijning in verdenking worden gesteld of de status krijgen van getuige die door een advocaat wordt bijgestaan. Als u in verdenking wordt gesteld, kunt u onder gerechtelijk toezicht of in voorlopige hechtenis worden geplaatst.

Als u bij een Tribunal correctionnel wordt voorgeleid, kan deze onmiddellijk uitspraak doen in de zaak wanneer hij daartoe in staat is, of hij geeft u een bepaalde tijd om uw verdediging voor te bereiden als u daarom verzoekt. In dat geval zal er een besluit worden genomen over uw plaatsing in voorlopige hechtenis of onder gerechtelijk toezicht.

Kan mij worden gevraagd om vingerafdrukken te laten maken of DNA-monsters of andere lichaamsvloeistoffen te laten afnemen? Wat zijn mijn rechten?

Als u getuige of verdachte in een strafproces bent, kunnen er bij u na toestemming van de procureur van de Republiek uitwendig monsters worden afgenomen (vooral monsters van speeksel om uw genetisch profiel vast te stellen). Daarnaast kunnen er, ook na toestemming van de procureur van de Republiek, identiteitsgegevens worden verzameld (vooral vinger- en handpalmafdrukken of foto's).

U kunt weigeren, maar als de bovengenoemde activiteiten volgens de wettelijke regels worden verricht, bent u onder bepaalde omstandigheden strafbaar wanneer u weigert zich daaraan te onderwerpen: u krijgt dan een jaar gevangenisstraf en een boete van 15 000 euro.

Kan ik worden gefouilleerd?

Doorgaans voert de ambtenaar van de gerechtelijke politie een oppervlakkige fouillering uit (kloppen op de kleren) om zich ervan te vergewissen dat u geen enkel voorwerp bij u draagt dat gevaar oplevert voor uzelf of voor anderen.

Om veiligheidsredenen of omdat dit in het kader van de onderzoeken noodzakelijk is, kan de ambtenaar van de gerechtelijke politie eveneens besluiten tot een lichaamsvisitatie, waarbij u zich geheel of gedeeltelijk dient uit te kleden. Inwendig fouilleren mag uitsluitend door een arts worden gedaan.

Deze werkzaamheden kunnen uitsluitend worden verricht door een ambtenaar van de gerechtelijke politie die van dezelfde sekse is als u.

Alle afgenomen goederen worden in bewaring gegeven en worden u aan het eind van uw inverzekeringstelling teruggegeven als u wordt vrijgelaten.

Mag men mijn woning, mijn kantoor, mijn auto, enz. doorzoeken?

Een huiszoeking kan slechts plaatsvinden tussen 6.00 en 21.00 uur. Een huiszoeking die vóór 21.00 uur is begonnen, kan echter tot in de nacht voortduren.

Hiervan kan worden afgeweken in geval van strafbare feiten die te maken hebben met georganiseerde misdaad, terrorisme, koppelarij en handel in verdovende middelen. Een rechter dient hiervoor toestemming te geven.

Huiszoeking mag plaatsvinden in elke woning waar voorwerpen aanwezig kunnen zijn die helpen bij de waarheidsvinding.

Het kan gaan om uw eigen woning of de woning van een andere persoon die mogelijk voorwerpen onder zijn hoede heeft die met het strafbare feit verband houden.

Onder woning wordt verstaan de plaats waar zich het hoofdverblijf van de persoon bevindt, maar ook de plaats die de persoon als zijn thuis mag beschouwen, ongeacht of hij er woont of niet.

Zo worden diverse verblijfplaatsen (bijv. hotelkamers) en de bijgebouwen ervan als woningen beschouwd.

Of er sprake is van een woning, wordt ter beoordeling gelaten van de rechter. In beginsel wordt een voertuig niet als woning beschouwd, maar dat ligt anders als dat voertuig tot woning dient.

Kan ik hoger beroep instellen?

Wanneer de bovengenoemde formaliteiten niet in acht worden genomen, is er sprake van schending van de rechten van de verdediging en kan er een procedure worden ingeleid om de huiszoeking en de verrichte inbeslagnames nietig te verklaren.

Het gerechtelijk onderzoek: Mijn rechten tijdens het verhoor bij eerste verschijning (2)

Het verhoor bij eerste verschijning heeft tot doel u te ondervragen over de feiten die u worden aangerekend.

Nadat de onderzoeksrechter uw identiteit heeft vastgesteld, zal hij u wijzen op de feiten die aan hem zijn voorgelegd, en de juridische kwalificatie ervan aan u meedelen.

De onderzoeksrechter informeert u over uw rechten:

  • U hebt recht op een beëdigd tolk,
  • U hebt recht op bijstand van een advocaat (zelf gekozen of ambtshalve toegevoegd).

U kunt samen met uw advocaat naar deze zitting komen en u wordt dan onmiddellijk ondervraagd. In alle andere gevallen dient de onderzoeksrechter u opnieuw mee te delen dat u recht op bijstand hebt, eventueel van een ambtshalve toegevoegde advocaat.

Als u ervoor kiest door een advocaat te worden bijgestaan, kan de advocaat het dossier raadplegen en dit onder bepaalde voorwaarden aan u ter inzage geven.

U hebt het recht om te zwijgen.

Als de feiten waarvoor u wordt vervolgd, een zwaarder misdrijf vormen, worden bij het verhoor audiovisuele middelen gebruikt.

Kan ik vóór het proces bekennen schuldig te zijn aan alle of een deel van de ten laste gelegde feiten?

U kunt erkennen dat u alle feiten of slechts een deel daarvan hebt begaan. Dat is een kwestie van strategie die u met uw advocaat moet bespreken.

Kan er vóór het proces iets aan de tenlastelegging worden veranderd?

Tijdens het gerechtelijk onderzoek, dat à charge en à decharge wordt verricht, kan de juridische kwalificatie van de feiten die aan de onderzoeksrechter zijn voorgelegd, worden gewijzigd (omvorming tot een licht misdrijf/zwaarder misdrijf).

Als tijdens het gerechtelijk onderzoek nieuwe strafbare feiten aan het licht komen, kan de rechter op verzoek van de procureur van de Republiek deze nieuwe feiten onderzoeken.

Kan ik in staat van beschuldiging worden gesteld in verband met een strafbaar feit waarvoor ik al in een andere lidstaat ben vervolgd?

Als u in een andere lidstaat bent vervolgd zonder dat er berechting heeft plaatsgevonden, kunt u wegens deze feiten op Frans grondgebied worden aangehouden.

Als er met betrekking tot deze feiten echter wel berechting heeft plaatsgevonden in een andere lidstaat, kunt u op grond van het beginsel "non bis in idem" (u kunt niet tweemaal voor dezelfde feiten worden berecht) in Frankrijk niet worden vervolgd of berecht.

Krijg ik informatie over de personen die tegen mij getuigen en over de bewijzen die er tegen mij gevonden zijn?

Op basis van het beginsel van tegenspraak worden alle bewijzen (getuigenissen, materiële gegevens) aan u overgelegd zodat u zich zo goed mogelijk op uw verdediging kunt voorbereiden en uw opmerkingen kenbaar kunt maken.

Deze gegevens bevinden zich in het dossier waarvan u via uw advocaat afschriften kunt ontvangen na toestemming van de rechter.

U en uw advocaat mogen deze stukken niet aan derden doorspelen. Gebeurt dat wel, dan is het risico aanwezig dat het vertrouwelijke karakter van het gerechtelijk onderzoek wordt geschonden.

Wordt er naar mijn strafblad geïnformeerd?

In het onderzoeksdossier moet een uittreksel uit het strafregister zijn opgenomen.

Ik woon in een ander land. Moet ik tijdens het gerechtelijk onderzoek aanwezig zijn?

Krachtens de verplichtingen die op basis van het gerechtelijk toezicht kunnen worden vastgesteld, mag u het Franse grondgebied tijdens de onderzoeksprocedure niet verlaten.

De status van inverdenkinggestelde en van getuige die door een advocaat wordt bijgestaan (3)

Na het verhoor bij eerste verschijning wordt u door de onderzoeksrechter in verdenking gesteld of hij verleent u de status van getuige die door een advocaat wordt bijgestaan.

U wordt in verdenking gesteld wanneer er ernstige of eensluidende aanwijzingen zijn dat u hebt deelgenomen aan een strafbaar feit. U bent dan een echte partij bij het strafproces, wat niet geldt voor de getuige die door een advocaat wordt bijgestaan.

U krijgt daarentegen de status van getuige die door een advocaat wordt bijgestaan, wanneer er aanwijzingen zijn die een onvoldoende zeker karakter hebben om een inverdenkingstelling te rechtvaardigen. Daarom is deze getuige geen partij bij het strafproces maar heeft hij wel toegang tot het dossier, geniet hij dezelfde rechten als de verdediging en kan hij de onderzoeksrechter vragen een aantal handelingen te verrichten.

Beide statussen hebben verschillende gevolgen. Alleen de in verdenking gestelde persoon kan door de rechter, met redenen omkleed, onder gerechtelijk toezicht (wat inhoudt dat hij het grondgebied niet mag verlaten) of in voorlopige hechtenis worden geplaatst en alleen hij kan naar een bevoegde rechtbank worden verwezen.

U kunt dan een verzoek tot invrijheidstelling indienen.

Als u de status geniet van getuige die door een advocaat wordt bijgestaan, kunt u op elk moment van de procedure verzoeken om in verdenking te worden gesteld.

Wat zijn de voorwaarden voor het gerechtelijk toezicht?

U kunt onder gerechtelijk toezicht worden geplaatst wanneer u in aanmerking komt voor een gevangenisstraf of een zwaardere straf.

Deze vorm van toezicht wordt toegepast wanneer het gerechtelijk onderzoek dit vereist (bijv. om een vlucht naar het buitenland te voorkomen) of als veiligheidsmaatregel (bijv. verbod om het slachtoffer te ontvangen of te ontmoeten). De meeste maatregelen die in het kader van het gerechtelijk toezicht worden genomen, zijn bedoeld om te voorkomen dat de dader van het strafbare feit op de vlucht slaat.

Deze maatregel kan op elk moment worden beëindigd, door een besluit van de onderzoeksrechter, op vordering van de procureur van de Republiek of op uw verzoek.

Als u een dergelijk verzoek indient, moet de onderzoeksrechter daarover binnen vijf dagen beslissen.

Als u zich aan de verplichtingen van het gerechtelijk toezicht onttrekt, loopt u het risico in voorlopige hechtenis te worden geplaatst.

Ten slotte kunt u bij de Chambre de l'instruction (onderzoekskamer) hoger beroep instellen tegen de beschikking tot plaatsing onder gerechtelijk toezicht.

Wat zijn de voorwaarden voor plaatsing in voorlopige hechtenis?

Om in voorlopige hechtenis te worden geplaatst, moet u in aanmerking komen voor een straf van een zekere zwaarte: een straf voor een zwaarder misdrijf of een straf voor een licht misdrijf van ten minste drie jaar gevangenisstraf.

Voorlopige hechtenis dient het enige middel te vormen om het bewijs of de materiële aanwijzingen die met het oog op de waarheidsvinding noodzakelijk zijn, te bewaren, druk op de getuigen of de slachtoffers en hun familie te voorkomen, frauduleus overleg tussen de in verdenking gestelde persoon en zijn mededaders of medeplichtigen te vermijden, de in verdenking gestelde persoon te beschermen, te waarborgen dat u ter beschikking van justitie blijft, een eind te maken aan het strafbare feit of te voorkomen dat het opnieuw wordt gepleegd, en in strafzaken, buitengewone en aanhoudende verstoring van de openbare orde als gevolg van de ernst van het strafbare feit te beëindigen.

U kunt binnen tien dagen na de betekening van de beschikking tot plaatsing in voorlopige hechtenis deze aanvechten via het hoofd van de penitentiaire inrichting waar u gedetineerd bent, of via de griffie van de rechtbank die de uitspraak heeft gedaan.

Sluiting van het gerechtelijk onderzoek (4)

Het gerechtelijk onderzoek wordt bij beschikking gesloten. Er kunnen verschillende beschikkingen worden gegeven.

Beschikking tot buitenvervolgingstelling

De rechter kan een beschikking tot buitenvervolgingstelling geven wanneer hij onvoldoende bezwarende feiten tegen u heeft verzameld. Het kan gaan om een volledige of gedeeltelijke buitenvervolgingstelling.

Als een gedeeltelijke buitenvervolgingstelling wordt uitgesproken, geeft de onderzoeksrechter voor het andere deel van de feiten een verwijzingsbeschikking of een beschikking tot inbeschuldigingstelling.

Als voor u een beschikking tot volledige buitenvervolgingstelling geldt en u was in voorlopige hechtenis geplaatst, wordt u vrijgelaten en krijgt u eventueel in beslag genomen voorwerpen terug.

U hebt de mogelijkheid een procedure tot schadevergoeding in te stellen.

Let wel: de civiele partij kan binnen tien dagen na betekening hoger beroep tegen deze beschikking instellen bij de griffie van de rechtbank die de uitspraak heeft gedaan.

Verwijzingsbeschikking

Als de rechter meent voldoende bezwarende feiten tegen u in handen te hebben, kan hij besluiten u naar de bevoegde rechtbank te verwijzen.

Als u onder gerechtelijk toezicht of in voorlopige hechtenis was geplaatst, maakt deze beschikking daar een eind aan.

Via een nieuwe, met speciale redenen omklede beschikking kan de rechter evenwel besluiten deze maatregelen te handhaven, voor ten hoogste twee maanden. Als u na afloop van deze termijn nog niet voor de bevoegde rechtbank bent verschenen, wordt u in vrijheid gesteld.

Via een met redenen omklede beschikking waarin wordt bepaald dat het onmogelijk is binnen een termijn van twee maanden tot berechting over te gaan, kan de rechter enkel "bij uitzondering" twee verlengingen van elk twee maanden gelasten. Als u na zes maanden nog niet bent berecht, wordt u in vrijheid gesteld.

U kunt tegen deze beschikking geen hoger beroep instellen behalve wanneer u meent dat de feiten die naar de Tribunal correctionnel zijn verwezen, een zwaarder misdrijf vormen dat had moeten leiden tot een beschikking tot inbeschuldigingstelling voor het Cour d'assises (hof van assisen). Dit rechtsmiddel staat ook open voor de civiele partij.

Beschikking tot inbeschuldigingstelling

De onderzoeksrechter geeft deze beschikking als er sprake is van een zwaarder misdrijf.

Als u onder gerechtelijk toezicht staat wanneer de rechter zijn beschikking geeft, blijft deze maatregel gehandhaafd.

Omdat u in verdenking bent gesteld, hebt u het recht om beroep tegen deze beschikking aan te tekenen.

Het Europees aanhoudingsbevel (5)

Het Europees aanhoudingsbevel is een procedure die de uitlevering tussen de lidstaten moet vervangen.

Het betreft een rechterlijke beslissing die door een lidstaat wordt uitgevaardigd met het oog op de aanhouding en de overlevering door een andere lidstaat van een persoon die wordt gezocht met het oog op strafvervolging of uitvoering van een tot vrijheidsbeneming strekkende straf of maatregel.

Elke lidstaat kan de nodige en evenredige dwangmaatregelen vaststellen met betrekking tot de gezochte persoon.

Een gezochte persoon die wordt aangehouden, wordt in kennis gesteld van de inhoud van het aanhoudingsbevel en heeft recht op bijstand van een advocaat en van een tolk.

In ieder geval heeft de uitvoerende rechterlijke autoriteit het recht te beslissen of de betrokkene in hechtenis blijft dan wel onder bepaalde voorwaarden in vrijheid wordt gesteld.

In afwachting van een beslissing wordt de betrokkene door de uitvoerende rechterlijke autoriteit gehoord. Een definitieve beslissing over de tenuitvoerlegging van het Europees aanhoudingsbevel moet uiterlijk zestig dagen na de aanhouding van de gezochte persoon worden genomen. De uitvoerende rechterlijke autoriteit stelt de uitvaardigende rechterlijke autoriteit onmiddellijk in kennis van de genomen beslissing. Als de door de uitvaardigende rechterlijke autoriteit meegedeelde gegevens onvoldoende zijn, kan de uitvoerende rechterlijke autoriteit evenwel om aanvullende gegevens verzoeken.

Elke periode van vrijheidsbeneming op grond van het Europees aanhoudingsbevel moet in mindering worden gebracht op de totale duur van de opgelegde vrijheidsstraf.

De voorbereiding van het proces door de verdediging (6)

De relatie met uw advocaat is gebaseerd op wederzijds vertrouwen. Hij is uw vertrouwenspersoon. In die hoedanigheid is hij gebonden aan het beroepsgeheim.

Aarzel niet hem alle vragen te stellen die u bezighouden en hem om nadere uitleg te verzoeken zodat misverstanden worden voorkomen.

Overhandig hem tijdens uw eerste ontmoeting alle documenten en gegevens die met uw zaak verband houden, zodat hij uw verdediging zo goed mogelijk kan voorbereiden.

Bespreek alle vragen die bij u opkomen, vooral over het verloop van de procedure, de te volgen strategie met betrekking tot de keuze van de procedure of het type vragen dat de rechters die met uw dossier zijn belast, u kunnen stellen.

Stel hem gerust vragen over de afloop van de procedure, de straffen die u opgelegd kunt krijgen en de aanpassingen die mogelijk daarvoor gelden.

Laatste update: 06/12/2021

De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken lidstaten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. De Europese Commissie aanvaardt geen verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid met betrekking tot informatie of gegevens in dit document. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.