Vermogen veiligstellen bij een vordering in EU-landen

Nederland
Inhoud aangereikt door
European Judicial Network
Europees justitieel netwerk (in burgerlijke en handelszaken)

1 De verschillende soorten maatregelen

Welke verschillende soorten maatregelen zijn er?

Er zijn twee soorten maatregelen: voorlopige en bewarende maatregelen.

Voorlopige maatregelen zijn maatregelen die vooruit lopen op beslissingen van de rechter in een bodemprocedure. De uitspraak van de rechter in de bodemprocedure kan de voorlopige maatregel bekrachtigen of terzijde stellen.

Bewarende maatregelen zijn maatregelen die tot doel hebben zeker te stellen dat de schuldenaar zijn verplichtingen nakomt. Schuldeisers kunnen hiermee voorkomen dat zij niet krijgen waarop zij recht hebben.

De rechter kan voorlopige en bewarende maatregelen gelasten met betrekking tot de goederen van de schuldenaar. De wetgever heeft aan de schuldeiser het recht gegeven reeds vóór het vonnis, zelfs vóór de procedure, bepaalde maatregelen te vragen , die strekken tot behoud van de rechten die pas na het vonnis kunnen worden uitgeoefend. Hiermee wordt beoogd te voorkomen dat de wederpartij het verhaalsrecht van de schuldeiser illusoir maakt door, bijvoorbeeld, goederen te verkopen, onvindbaar te maken of weg te schenken of met pand of hypotheek te bezwaren.

1.1 Voorlopige maatregelen

Voorlopige maatregelen worden getroffen in kort geding of in een aanhangige bodemprocedure.

Voor voorlopige voorzieningen in scheidingsprocedures gelden speciale regels.

1.2 Bewarende maatregelen

A. Conservatoir beslag

De rechter kan de schuldeiser verlof geven om conservatoir beslag te leggen op de goederen van de schuldenaar. Dit heeft tot doel is bewaring van de goederen totdat het door de beslaglegger gevraagde recht is vastgesteld.

Er bestaan vier soorten conservatoire beslagen:

  1. De conservatoire verhaalsbeslagen. Er wordt beslag gelegd op goederen na een toewijzend vonnis tot nakoming van een geldvordering.
  2. Conservatoir beslag tot afgifte van roerende zaken of levering van goederen. Hierbij wordt beslag gelegd onder de schuldenaar om bewaring van rechten als eigenaar of gerechtigde tot levering te verzekeren.
  3. Het conservatoir maritaal beslag. De echtgenoot, die echtscheiding, scheiding van tafel en bed of opheffing van de huwelijksgoederengemeenschap verzoekt, kan dit beslag leggen, teneinde te voorkomen dat goederen aan de gemeenschap worden onttrokken voor de verdeling plaatsvindt.
  4. Het conservatoir bewijsbeslag. Dit beslag heeft als doel om bewijsmateriaal veilig te stellen.

B. Gerechtelijke bewaring

Deze maatregel ziet vooral op gevallen waarin gevaar bestaat dat zaken aan een beslag zullen worden onttrokken. Op verzoek van de conservatoir beslaglegger beveelt de rechter dat de zaken die zijn of zullen worden beslagen, worden afgegeven aan een door hem aan te wijzen bewaarder .

Ook los van beslag kan gerechtelijke bewaring worden bevolen.

C. Onderbewindstelling

Goederen waarover geschil bestaat aan wie zij toekomen kunnen door de rechter onderbewind gesteld worden. Voorbeeld: er bestaat geschil over het recht op levering van een onderneming. Beslag op of gerechtelijke bewaring van de goederen van de onderneming zou aan voortzetting van de onderneming in de weg kunnen staan. De bewindvoerder kan hangende het geschil de onderneming voortzetten.

D. Verzegeling en boedelbeschrijving

Met verlof van de kantonrechter kunnen zaken die tot een nalatenschap of bepaalde gemeenschappen behoren door de notaris worden verzegeld. Een advocaat is niet nodig. Deze maatregel komt weinig voor. Ze kan onder meer worden gevraagd door erfgenamen, de overgebleven echtgenoot of geregistreerd partner, executeurs en (beperkt) gerechtigden op een aandeel van de gemeenschap.

Ontzegeling wordt eveneens aan de kantonrechter verzocht.

Op verzoek van onder meer bovengenoemde personen kan de kantonrechter een boedelbeschrijving door een notaris bevelen. Een advocaat is niet nodig. Doel van de maatregel is de omvang (en de waarde) van de boedel te bepalen. Het verzoek kan samen met een verzoek tot verzegeling of ontzegeling worden gedaan. De maatregel behelst een korte beschrijving van alle tot de boedel behorende goederen en schulden en, op verlangen van een partij, een taxatie van de waarde van de roerende zaken. Indien partijen het niet eens worden over de aanwijzing van de beëdigde taxateur(s), word(t)(en) deze benoemd door de notaris.

1.3 Voorlopige tenuitvoerlegging

De rechter kan zijn uitspraak desgevorderd uitvoerbaar bij voorraad verklaren in alle voorkomende gevallen, tenzij uit de wet of uit de aard van de zaak anders voortvloeit. De uitvoerbaarverklaring bij voorraad moet, als dit niet uit de wet volgt, door de eiser worden gevorderd. De rechter kan dit niet ambtshalve uitspreken.

De uitspraak kan ingeval van uitvoerbaarverklaring bij voorraad meteen ten uitvoer worden gelegd, ook al zou tegen de beslissing verzet, hoger beroep of cassatie worden ingesteld. De uitvoerbaarverklaring kan de gehele uitspraak betreffen of een deel ervan. Zonder uitvoerbaarheid bij voorraad zou de uitspraak ook kunnen worden geëxecuteerd, maar deze executie zou door het instellen van een rechtsmiddel worden geschorst. Wanneer een vonnis uitvoerbaar bij voorraad is verklaard, kan de tenuitvoerlegging daarvan worden voortgezet en zelfs nog worden aangevangen nadat een rechtsmiddel tegen het vonnis is ingesteld.

2 De voorwaarden om maatregelen te kunnen treffen

2.1 De procedure

A. Conservatoir beslag

Conservatoir beslag wordt gelegd met verlof van de voorzieningenrechter van de rechtbank. Het verlof wordt verzocht door een advocaat. De rechter mag in beginsel afgaan op de stellingen van de verzoeker. De schuldenaar wordt in beginsel niet gehoord. De beschikking volgt doorgaans dezelfde dag. Bij een geldvordering stelt de rechter het bedrag vast waarvoor het verlof wordt verleend. Hij kan zekerheidstelling bevelen voor schade die het beslag mocht veroorzaken.

Het beslag wordt gelegd bij exploot van een deurwaarder. De beslaglegger die later blijkt ten onrechte beslag te hebben gelegd kan tot schadevergoeding worden veroordeeld.

Aan de procedure met betrekking tot het vragen van conservatoir beslag zijn kosten verbonden zoals: griffierecht ( http://www.rechtspraak.nl/), kosten voor het inschakelen van een advocaat (http://www.advocatenorde.nl/) en kosten voor de inschakeling van een deurwaarder (http://www.kbvg.nl/).

B. Gerechtelijke bewaring

Gerechtelijke bewaring wordt op verzoek van de conservatoire beslaglegger bevolen door de voorzieningenrechter van de rechtbank. De beslagene en eventuele andere belanghebbenden worden gehoord behoudens spoedeisende omstandigheden. Tegen het bevel is geen hogere voorziening toegelaten. De rechter kan zekerheidstelling bevelen.

Los van beslag kan gerechtelijke bewaring worden bevolen door de voorzieningenrechter van de rechtbank in kort geding.

Aan de procedure met betrekking tot het vragen van gerechtelijke bewaring zijn kosten verbonden zoals: griffierecht (http://www.rechtspraak.nl/), kosten voor het inschakelen van een advocaat (http://www.advocatenorde.nl/) en loon bewaarder.

C. Onderbewindstelling

Onderbewindstelling wordt op vordering van de belanghebbende partij uitgesproken door de voorzieningenrechter van de rechtbank in kort geding. De maatregel houdt geen verband met enig gelegd beslag. Eventuele op de goederen gelegde beslagen beperken de bewindvoerder niet in zijn bevoegdheden. De maatregel kan alle soorten goederen betreffen, roerende en onroerende zaken en vermogensrechten. Het bewind is vooral van belang om het beheer over de goederen van bijvoorbeeld ondernemingen door een onafhankelijke derde gedurende het geschil te doen voortzetten.

Aan de procedure met betrekking tot het vragen van onderbewindstelling zijn kosten verbonden zoals: griffierecht (http://www.rechtspraak.nl/), kosten voor het inschakelen van een advocaat (http://www.advocatenorde.nl/) en loon bewindvoerder.

D. Voorlopige maatregelen

Het kort geding is een procedure die geheel los van een bodemprocedure kan worden gevoerd en niet door een bodemprocedure hoeft te worden gevolgd.

De voorzieningenrechter van de rechtbank is desgevraagd in alle zaken bevoegd tot het geven van een voorlopige voorziening. In zaken die als bodemzaak door de kantonrechter moeten worden behandeld is ook de kantonrechter bevoegd. Naast de normale territoriale bevoegdheid geldt een extra bevoegdheid voor de rechter in wiens rechtsgebied de maatregel moet worden getroffen. Ieder gebod of verbod dat in een bodemzaak zou kunnen worden gevorderd kan in kort geding worden gevraagd. Geldvorderingen zijn onder voorwaarden toewijsbaar (zie 2.2).

Bij de voorzieningenrechter moet eiser zich laten bijstaan door een advocaat. Gedaagde mag zich laten bijstaan door een advocaat. Bij de kantonrechter kunnen partijen zonder advocaat procederen. De behandeling is mondeling en informeel. Het vonnis krijgt men doorgaans na enkele weken. De voorlopige maatregel kan ambtshalve uitvoerbaar bij voorraad worden verklaard.  ‘Voorlopig’ wil zeggen dat de uitspraak juridisch omkeerbaar is. In een eventuele bodemprocedure kan immers een andere uitspraak volgen.

Aan deze procedure zijn de volgende kosten verbonden: griffierecht (http://www.rechtspraak.nl/), kosten voor het inschakelen van een deurwaarder (http://www.kbvg.nl/) en voor de eiser kosten voor het inschakelen van een advocaat (http://www.advocatenorde.nl/).

Ook in een aanhangige bodemprocedure kunnen voorlopige voorzieningen worden getroffen, die gelden voor de duur van het geding. De te vragen voorlopige vordering moet samenhangen met de vordering in de hoofdzaak. Er wordt weinig gebruik van deze weg gemaakt.

In echtscheidingszaken kunnen voorlopige voorzieningen worden gevraagd voor de duur van de procedure en enige tijd daarna. Voorbeelden zijn: de echtelijke woning, de goederen bedoeld voor dagelijks gebruik, de kinderen en het levensonderhoud van de ene echtgenoot ten laste van de andere.

Deze voorzieningen worden bij apart verzoekschrift gevraagd, voorafgaand aan, tijdens en zelfs na een scheidingsprocedure tot op het moment waarop zij hun werking verliezen. De mondelinge behandeling moet uiterlijk in de derde week na indiening zijn begonnen en de rechter beslist zo spoedig mogelijk.

Aan deze procedure zijn de volgende kosten verbonden: griffierecht (http://www.rechtspraak.nl/) en kosten voor het inschakelen van een advocaat (http://www.advocatenorde.nl/).

E. Voorlopige tenuitvoerlegging

De rechter in een gewone dagvaardingsprocedure kan op vordering van de eiser zijn vonnis geheel of gedeeltelijk uitvoerbaar bij voorraad verklaren, tenzij uit de wet of uit de aard van de  zaak anders voortvloeit. Hij kan daaraan de voorwaarde van zekerheidstelling verbinden. In kort geding is uitvoerbaarverklaring bij voorraad ook ambtshalve mogelijk. Hetzelfde geldt in een verzoekschriftprocedure.

2.2 De basisvereisten

A. Conservatoir beslag

Het verzoekschrift dient bepaalde gegevens te bevatten: de aard van het te leggen beslag en  het door de verzoeker ingeroepen recht en, als het om een geldvordering gaat, ook het (maximum) bedrag daarvan. Afhankelijk van het te leggen beslag moet bovendien al dan niet gegronde vrees voor verduistering worden gesteld. Een spoedeisend belang is niet noodzakelijk.

B. Gerechtelijke bewaring

Als het om het verzoek van een beslaglegger gaat is spoedeisendheid niet nodig. In kort geding moet de eiser wel een spoedeisend belang hebben. Vrees voor verduistering hoeft niet te worden gesteld.

C. Onderbewindstelling

Het gaat hier om een kort geding, zodat de eiser een spoedeisend belang moet hebben. Vrees voor verduistering hoeft niet te worden gesteld.

D. Voorlopige maatregelen

In kort geding geldt dat de eiser een spoedeisend belang moet hebben, dat de rechter de belangen van partijen tegen elkaar afweegt en dat de uitspraak een voorlopige voorziening oplevert. Het spoedeisend belang van eiser hoeft niet te liggen in omstandigheden van de gedaagde. De vordering mag betwist of betwistbaar zijn. Voor de toewijsbaarheid van geldvorderingen in kort geding gelden scherpere eisen. Daarbij wordt extra gelet op eisers spoedeisend belang, terwijl voorts in de belangenafweging het risico van onmogelijkheid van terugbetaling - dat kan leiden tot weigering van de voorziening - zal moeten worden betrokken. Bij alle rechtbanken is een zogenaamd incasso-kort geding mogelijk voor onbetwiste of in redelijkheid niet te betwisten vorderingen uit overeenkomst ter zake van geleverde goederen en/of verrichte diensten.

Voor voorlopige voorzieningen in echtscheidingsprocedures en andere bodemprocedures gelden geen eisen in de sfeer van betwistbaarheid of spoedeisendheid van de zaak. Vrees voor verduistering speelt eveneens geen rol.

E. Voorlopige tenuitvoerlegging

Niet van toepassing.

3 Het doel en de aard van dergelijke maatregelen

Het doel van bewarende maatregelen is om een feitelijke of juridische situatie te handhaven ter bewaring van (verhaals)rechten. Het doel van voorlopige maatregelen is om, vooruitlopend op een beslissing in een bodemgeding, een feitelijke of juridische situatie in het leven te roepen.

3.1 Welke goederen kunnen het voorwerp uitmaken van dergelijke maatregelen?

A. Conservatoir beslag

In beginsel is conservatoir beslag mogelijk op alle soorten goederen, met uitzondering van  goederen bestemd voor de openbare dienst en op de zaken genoemd in art. 447, 448 en 712 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering). Voor conservatoir beslag op loon en andere vorderingen tot periodieke betaling geldt een beslagvrije voet. Conservatoir beslag kan ook worden gelegd op een beperkt recht of op een aandeel van een goed. De regels voor conservatoir beslag op een zodanig goed zijn in dat geval van overeenkomstige toepassing (art. 707 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering).

B. Gerechtelijke bewaring

Roerende zaken die geen registergoederen zijn.

C. Onderbewindstelling

Alle goederen waarover geschil bestaat aan wie zij toekomen.

D. Voorlopige maatregelen

Alle soorten goederen kunnen inzet zijn van een vordering in kort geding of van een provisionele vordering in een bodemprocedure.

E. Voorlopige tenuitvoerlegging

Niet van toepassing.

3.2 Wat zijn de gevolgen van dergelijke maatregelen?

A. Conservatoir beslag

Het gevolg van conservatoir beslag is blokkering. De beslagene mag de goederen niet meer verkopen, schenken, bezwaren, verhuren e.d. Deze beschikkingsonbevoegdheid is relatief: zij werkt alleen jegens de beslaglegger. Bij derdenbeslag mag de derde-beslagene eveneens geen betaling of afgifte meer doen. De bonafide derde-verkrijger wordt echter onder voorwaarden beschermd. Bij derdenbeslag is de derde-beslagene verplicht te verklaren wat hij voor de beslagene onder zich heeft. Het onttrekken van een goed aan het beslag is strafbaar.

B. Gerechtelijke bewaring

Het onttrekken van een goed aan gerechtelijke bewaring is strafbaar.

C. Onderbewindstelling

Het beheer van de goederen gaat op de bewindvoerder over.

D. Voorlopige maatregelen

De nakoming wordt vaak afgedwongen met een dwangsom.

3.3 Is de geldigheid van de maatregelen beperkt in de tijd?

A. Conservatoir beslag

De rechter moet bij zijn verlof steeds de termijn bepalen waarbinnen de eis in de hoofdzaak moet zijn ingesteld. Als nog geen hoofdzaak aanhangig is bepaalt de rechter in het beslagverlof een termijn van ten minste acht dagen na het beslag waarbinnen de hoofdzaak moet zijn ingesteld. Alleen een geding dat strekt tot het verkrijgen van een voor tenuitvoerlegging vatbare veroordeling tot voldoening aan de vordering ter verzekering waarvan het beslag is gelegd, kan als hoofdzaak worden aangemerkt. Het conservatoir beslag kan tussentijds door de rechter worden opgeheven op vordering van degene op wiens goederen beslag is gelegd of op verzoek van een andere belanghebbende. Overschrijding van de door de rechter gestelde termijn doet het beslag vervallen.

Conservatoir beslag gaat over in executoriaal beslag zodra de beslaglegger een voor executie vatbare executoriale titel heeft gekregen en deze aan de beslagene (en bij derdenbeslag ook aan de derde) is betekend.

Bij onherroepelijk worden van een afwijzing van de eis in de hoofdzaak vervalt het conservatoire beslag. Conservatoir beslag kan op vordering van de beslagene worden opgeheven.

B. Gerechtelijke bewaring

Gerechtelijke bewaring kan door de voorzieningenrechter.op vordering van elke belanghebbende in kort geding worden opgeheven Deze bepaalt desverlangd aan wie de bewaarder de zaak dient af te geven. Opheffing van het beslag waarin de bewaring haar grond vindt, heeft opheffing van de bewaring tot gevolg. De bewaarder geeft de zaak dan aan de beslagene af. Nadat bij onherroepelijk of uitvoerbaar bij voorraad verklaard vonnis is bepaald wie recht heeft op afgifte, geeft de bewaarder de goederen aan deze persoon af.

C. Onderbewindstelling

Voor zover nog niet aanhangig moet de vordering in de hoofdzaak worden ingesteld binnen een door de rechter te bepalen termijn. Bij overschrijding eindigt het bewind.

Nadat bij onherroepelijk of uitvoerbaar bij voorraad verklaard vonnis is bepaald wie rechthebbende is, doet de bewindvoerder de goederen aan deze persoon toekomen. Het bewind wordt door een gezamenlijk besluit van partijen of op verzoek van een van hen door de voorzieningenrechter opgeheven.

D. Voorlopige maatregelen

Voorlopige voorzieningen gelden totdat de rechter in de bodemprocedure heeft beslist.

De rechter in kort geding kan ook zelf de werking in tijd begrenzen of daaraan de voorwaarde verbinden dat binnen zekere termijn een bodemprocedure wordt gestart. Voorlopige voorzieningen gegeven in een bodemprocedure eindigen voorts als de hoofdzaak voortijdig tot een einde komt.

Voorlopige voorzieningen in scheidingsprocedures kunnen nog enige tijd na de scheiding doorwerken. Zij kunnen worden gewijzigd of ingetrokken. Voorlopige voorzieningen die voorafgaand aan de scheidingsprocedure zijn gegeven vervallen als het verzoek tot scheiding niet binnen vier weken na de uitspraak van de voorlopige voorzieningen is ingediend.

E. Voorlopige tenuitvoerlegging

De rechter in hoger beroep kan de tenuitvoerlegging schorsen. Schorsing kan ook worden bereikt via een executiegeschil.

4 Rechtsmiddelen tegen de maatregelen

Algemene regels

Tegen een vonnis zijn verzet, hoger beroep en cassatie mogelijk.

Verzet staat binnen vier weken (aanvang variabel) open bij de rechter die het verstekvonnis wees voor de bij verstek veroordeelde gedaagde.

Hoger beroep staat (boven € 1.750,--) binnen drie maanden na de dag van de uitspraak open bij het gerechtshof voor de in het ongelijk gestelde partij.

Cassatie staat binnen drie maanden na de dag van de uitspraak die, hetzij in eerste en hoogste ressort, hetzij in hoger beroep is gewezen, open bij de Hoge Raad der Nederlanden voor de in het ongelijk gestelde partij.

Tegen een beschikking zijn hoger beroep bij het gerechtshof en cassatie bij de Hoge Raad der Nederlanden mogelijk.

Hoger beroep wordt door de verzoeker en door in de procedure verschenen belanghebbenden ingesteld binnen drie maanden na de uitspraak en door andere belanghebbenden binnen drie maanden na bekend worden met de beschikking.

Cassatie kan worden ingesteld door hen die in een van de vorige instanties zijn verschenen, binnen drie maanden na de uitspraak.

Het effect van deze rechtsmiddelen is dat zij de executie schorsen, tenzij de uitspraak uitvoerbaar bij voorraad was verklaard.

A. Conservatoir beslag

Tegen een gegeven beslagverlof is geen hogere voorziening toegelaten (art. 700 lid 2 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering). Tegen een afwijzende beschikking staat voor de beslaglegger hoger beroep open en vervolgens cassatie.

B. Gerechtelijke bewaring

Is gerechtelijke bewaring bevolen op verzoek van de beslaglegger, dan is tegen het bevel geen hogere voorziening toegelaten.

Tegen een afwijzing staat voor de verzoeker hoger beroep open en vervolgens cassatie.

Tegen een uitspraak in kort geding zijn verzet, hoger beroep en cassatie mogelijk.

C. Onderbewindstelling

In geval van onderbewindstelling zijn verzet, hoger beroep en cassatie mogelijk.

D. Voorlopige maatregelen

Tegen voorlopige voorzieningen gegeven in kort geding of in een bodemprocedure staan verzet, hoger beroep en cassatie open. Tegen voorlopige voorzieningen in scheidingsprocedures is geen appel of cassatie toegelaten.

E. Voorlopige tenuitvoerlegging

Is een uitspraak niet uitvoerbaar bij voorraad verklaard, dan kan dat alsnog in hoger beroep en in cassatie, of via een executiegeschil. Is een uitspraak wel uitvoerbaar bij voorraad verklaard, dan kan de rechter in hoger beroep de tenuitvoerlegging schorsen. In cassatie kan dat niet. Schorsing kan ook worden bereikt via een executiegeschil.

Laatste update: 09/02/2022

De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.