Vermogen veiligstellen bij een vordering in EU-landen

Luxemburg
Inhoud aangereikt door
European Judicial Network
Europees justitieel netwerk (in burgerlijke en handelszaken)

1 De verschillende soorten maatregelen

Het Luxemburgse recht kent verschillende soorten maatregelen die erop gericht zijn de rechten van partijen veilig te stellen in afwachting van de afloop van een bodemprocedure waarin een definitieve uitspraak ter zake van de vorderingen zal worden gegeven.

Er wordt onderscheid gemaakt tussen:

  • maatregelen die door de rechter worden genomen zonder behandeling op tegenspraak. In dat geval wordt de rechter eenzijdig door een partij verzocht om toepassing van een voorlopige of bewarende maatregel, en de rechter doet dan uitspraak op basis van de door deze partij overgelegde stukken;
  • maatregelen die door de rechter worden genomen na behandeling op tegenspraak. In dat geval doet de rechter pas uitspraak nadat er een openbare zitting heeft plaatsgevonden (of soms een zitting in raadkamer) tijdens welke zitting partijen de mogelijkheid hebben hun standpunt toe te lichten. Partijen worden voor deze zitting opgeroepen door middel van een dagvaarding (deurwaardersexploot) of door middel van een oproeping van de griffier, afhankelijk van de in de wet voorgeschreven procedurele vereisten.

2 De voorwaarden om maatregelen te kunnen treffen

In alle spoedeisende gevallen kan de kortgedingrechter in kort geding alle maatregelen opleggen die niet op enige ernstige betwisting stuiten of die door het bestaan van een geschil gerechtvaardigd zijn.

Hij kan eveneens uitspraak doen over de moeilijkheden met betrekking tot de tenuitvoerlegging van zijn eigen beschikkingen.

Hij kan in kort geding eveneens de bewarende maatregelen of maatregelen ter herstel opleggen die nodig zijn om hetzij een dreigende schade te voorkomen, hetzij een klaarblijkelijk onwettige stoornis in het bezit te doen stoppen.

2.1 De procedure

Een vordering in kort geding wordt door dagvaarding op een zitting gebracht op de dag en het uur dat voor kortgedingzittingen gebruikelijk is.

In spoedeisende zaken kan de president of de rechter die hem vervangt, echter toelaten ter zitting of te zijnen huize te dagvaarden op het bepaalde uur, zelfs op feestdagen of op doorgaans niet-werkdagen.

In spoedeisende gevallen kan de president van de arrondissementsrechtbank of de rechter die hem vervangt, in kort geding alle maatregelen opleggen die niet op enige ernstige betwisting stuiten of die door het bestaan van een geschil gerechtvaardigd zijn. Hij kan eveneens uitspraak doen over de moeilijkheden met betrekking tot de tenuitvoerlegging van een vonnis of een andere executoriale titel. Indien het kort geding betrekking heeft op moeilijkheden betreffende de tenuitvoerlegging van een titel of een vonnis, is de rechter van de plaats waar de tenuitvoerlegging wordt vervolgd, bevoegd.

De president of de rechter die hem vervangt, kan in kort geding de bewarende maatregelen of maatregelen ter herstel opleggen die nodig zijn om hetzij een dreigende schade te voorkomen, hetzij een klaarblijkelijk onwettige stoornis in het bezit te doen stoppen. Om de integriteit van de bewijzen te waarborgen, kan hij elke nuttige maatregel van instructie opleggen, met inbegrip van het horen van getuigen.

Er bestaat een groot aantal specifieke wettelijke bepalingen waarin de toepasselijke voorlopige of bewarende maatregelen op bepaalde gebieden worden omschreven (bv. inzake huur, onverdeelde boedel, gemeenschappelijke eigendom, successie, huwelijksgoederengemeenschap enz.). De competentieregels blijken doorgaans specifiek uit de wettekst op grond waarvan de rechter een voorlopige maatregel kan opleggen. Er bestaat geen algemene competentieregel, zij het dat gewoonlijk de bevoegdheid voor het opleggen van voorlopige maatregelen wordt toegekend aan de president van de rechtbank die ook uitspraak doet in de bodemprocedure.

Wanneer er geen speciale procedure is voorgeschreven, moet de partij die een voorlopige maatregel wenst te laten opleggen, zich tot de kortgedingrechter wenden. Afhankelijk van het belang van de zaak is dat de vrederechter (juge de paix) (tot 15 000 EUR) of de kortgedingrechter in de rechtbank van het desbetreffende arrondissement. Deze rechters hebben een algemene bevoegdheid om bewarende maatregelen of maatregelen ter herstel op te leggen die nodig zijn om hetzij een dreigende schade te voorkomen, hetzij een klaarblijkelijk onwettige stoornis in het bezit te doen stoppen.

In het algemeen is de bijstand van een advocaat niet verplicht.

2.2 De basisvereisten

De rechter zal over het algemeen deze maatregelen pas opleggen indien er sprake is van een noodzaak of een spoedeisend belang, hetgeen ter beoordeling van de rechter is.

Indien een schuldeiser verzoekt om toestemming voor beslaglegging, moet de rechter, op basis van de aan hem overgelegde stukken en gegeven toelichting, verifiëren of de schuldvordering hem in beginsel gegrond lijkt te zijn.

3 Het doel en de aard van dergelijke maatregelen

3.1 Welke goederen kunnen het voorwerp uitmaken van dergelijke maatregelen?

Voorlopige maatregelen kunnen betrekking hebben op alle roerende zaken van een persoon. Slechts bepaalde zaken die in het dagelijkse leven onmisbaar zijn, zijn volgens de wet niet vatbaar voor beslag. Zie ook het infoblad “Procedures voor de tenuitvoerlegging van rechterlijke beslissingen – Luxemburg”.

Op grond van de Luxemburgse wet kan conservatoir beslag worden gelegd op het salaris en de beloning van een persoon en zelfs op vervangende inkomsten (pensioenen, renten enz.). Een deel van het inkomen, zijnde het bedrag dat onmisbaar wordt geacht om in de noodzakelijke kosten van levensonderhoud te kunnen voorzien, is evenwel niet vatbaar voor beslag.

Het is daarentegen niet mogelijk conservatoir beslag te laten leggen op onroerende goederen. Beslag op onroerende goederen is slechts mogelijk op grond van een rechterlijke beslissing die in kracht van gewijsde is gegaan.

3.2 Wat zijn de gevolgen van dergelijke maatregelen?

In de meeste gevallen is het aan de rechter zelf om de gevolgen te bepalen van de maatregel ter zake waarvan hij een beslissing moet nemen. Zo kan hij de gevolgen van zijn beschikking in de tijd beperken of bepalen dat de maatregel slechts op bepaalde goederen of handelingen betrekking heeft.

Ingeval door de rechter toestemming is gegeven voor beslaglegging op basis van een eenzijdig verzoek van een partij, schrijft de wet vaste termijnen voor waarbinnen een verzoek tot bekrachtiging bij de rechter moet worden ingediend. Indien binnen die termijn niet om bekrachtiging is verzocht, wordt het beslag van rechtswege nietig.

3.3 Is de geldigheid van de maatregelen beperkt in de tijd?

Men spreekt van voorlopige maatregelen indien de wet de rechter de mogelijkheid biedt een tijdelijke regeling te treffen in geval van een geschil tussen verschillende partijen, in afwachting van een definitieve oplossing in het kader van de bodemprocedure.

Volgens het Hof van Justitie van de Europese Unie gaat het om “maatregelen die worden genomen teneinde de rechten veilig te stellen ter zake waarvan daarnaast aan de rechter in de bodemprocedure om erkenning is verzocht, waarbij de alsdan bestaande feitelijke en juridische status blijft gehandhaafd”.

Het gaat eveneens om maatregelen die worden genomen om een bepaalde situatie niet te laten verslechteren.

In de praktijk geven deze maatregelen een schuldeiser de mogelijkheid zich te wapenen tegen het risico van het onbetaald blijven van vorderingen, waarbij twee wegen kunnen worden bewandeld: enerzijds kunnen de goederen van de schuldenaar onvervreemdbaar worden verklaard, anderzijds kan er op die goederen een zekerheid worden gevestigd, hetgeen de schuldeiser een volgrecht (droit de suite) geeft wanneer deze goederen in andere handen komen.

4 Rechtsmiddelen tegen de maatregelen

Tegen een door de kortgedingrechter gegeven beschikking op tegenspraak staat hoger beroep open. Er moet evenwel reeds hoger beroep worden ingesteld binnen 15 dagen na betekening van de beschikking.

Tegen een door de rechter op eenzijdig verzoek gegeven beslissing staat echter geen hoger beroep open. De partij die van mening is dat een dergelijke maatregel ten onrechte is genomen, heeft evenwel de mogelijkheid zich tot de kortgedingrechter te wenden met het verzoek een nieuwe bewarende maatregel op te leggen, waarbij de gevolgen van de maatregel die de rechter heeft genomen op basis van door één partij verstrekte gegevens, worden opgeschort.

Links

http://www.legilux.lu/

Laatste update: 11/01/2024

De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.