Vermogen veiligstellen bij een vordering in EU-landen

Griekenland
Inhoud aangereikt door
European Judicial Network
Europees justitieel netwerk (in burgerlijke en handelszaken)

1 De verschillende soorten maatregelen

De voorlopige en conservatoire maatregelen en de maatregelen in kort geding in het algemeen bestaan uit de voorlopige toekenning van een bijkomstige rechtsbescherming bij de gerechtelijke bodemprocedure die al loopt of op het punt staat te beginnen met betrekking tot het te erkennen recht. Deze voorlopige toekenning van rechtsbescherming heeft tot doel om de toekomstige voldoening van de vordering die moet worden vastgesteld, te beschermen. Deze maatregelen zijn: de zekerheidstelling, de voorlopige hypotheekregistratie, conservatoir beslag, gerechtelijk beslag, de voorziening in kort-geding, de voorlopige regeling van een situatie, verzegeling, ontzegeling, inventaris en consignatie, conservatoire maatregelen van bezit.

2 De voorwaarden om maatregelen te kunnen treffen

2.1 De procedure

Deze maatregelen worden altijd opgelegd door een rechtbank.

De rechtbank van eerste aanleg die met één rechter uitspraak doet, is algemeen bevoegd om deze maatregelen op te leggen. Deze bevoegdheid komt toe aan het kantongerecht in het geval van een voorlopige regeling van bezit of verzekerde bewaring en wanneer hij, krachtens algemene bepalingen van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, bevoegd is om kennis te nemen van het bodemgeschil. Daarnaast heeft hij exclusieve bevoegdheid voor de voorlopige inschrijving en opheffing van een hypotheek door wederzijdse instemming. Daarnaast heeft de hogere rechtbank waar de zaak ten principale loopt, concurrerende bevoegdheid met de rechtbank van eerste aanleg met één rechter om deze maatregelen te nemen. De rechtbank die in het district bevoegd is, is in principe degene die in het district bevoegd is om kennis te nemen van het bodemgeschil, maar deze maatregelen mogen ook worden opgelegd door de rechtbank die het dichtst gelegen is van de plaats waar deze moeten worden uitgevoerd. Deze beschikking wordt betekend aan degene aan wie de plicht wordt opgelegd en wordt uitgevoerd door de deurwaarder. Indien deze laatstgenoemde niet kan uitvoeren, vraagt hij hulp aan politiefunctionarissen. De kosten zijn moeilijk in te schatten, omdat de vergoedingen van advocaten en deurwaarders variëren.  De indicatieve kosten zijn ongeveer 250 euro.

2.2 De basisvereisten

De rechtbank legt conservatoire maatregelen op:

a) in dringende gevallen of om een dreigend gevaar te voorkomen, om een recht te waarborgen of te beschermen of om een situatie te regelen, en

b) als het recht dat de conservatoire maatregel beoogt te beschermen, waarschijnlijk bestaat.

De vordering moet in beginsel gegrond en waarschijnlijk zijn; met andere woorden, er is geen volledig bewijs nodig, maar onvolledig bewijs met enige overtuiging ten aanzien van de te bewijzen feiten: voor toekenning van de verzochte rechtsbescherming volstaat het dat de rechter deze eenvoudigweg waarschijnlijk acht. Voor de toekenning van deze bescherming geldt de voorwaarde van urgentie of een dreigend risico dat de schuldenaar zijn goederen die vatbaar zijn voor beslag, vervreemdt zodat de toekomstige gedwongen uitvoering ten opzichte van hem onmogelijk wordt wanneer de schuldeiser, na afloop van het geding ten principale, een executoriale titel heeft verkregen.

3 Het doel en de aard van dergelijke maatregelen

3.1 Welke goederen kunnen het voorwerp uitmaken van dergelijke maatregelen?

Deze maatregelen kunnen worden toegepast op alle goederen van de schuldenaar in het algemeen, ongeacht of hij dan wel een derde deze in bezit heeft: het volstaat dat ze overdraagbaar zijn volgens de regels van het privaatrecht en dat ze door de wet niet worden aangemerkt als niet vatbaar voor beslag. In het bijzonder kunnen de volgende zaken het voorwerp zijn van deze maatregelen: de onroerende goederen van de schuldenaar, de roerende goederen die niet worden beschouwd als niet vatbaar voor beslag, zoals boten, vliegtuigen, vervoermiddelen over land, bankdeposito's en ongecertificeerde aandelen.

3.2 Wat zijn de gevolgen van dergelijke maatregelen?

Wanneer de beschikking is verstrekt, heeft de schuldenaar geen vrije beschikking over zijn goederen meer als deze een conservatoire maatregel oplegt die deze blokkeert, zoals conservatoir beslag van zijn goederen of een voorlopige hypotheekregistratie op zijn onroerende goederen. Als de schuldenaar de beschikking van de rechtbank niet naleeft, wordt hij gestraft met een gevangenisstraf van ten minste zes maanden in overeenstemming met artikel 232A van het Wetboek van Strafrecht.

Wetsbesluit 1059/1971 voorziet in het depositogeheim en in een gevangenisstraf van ten minste zes maanden voor leden van de raad van bestuur, kaderleden of medewerkers van banken die dit geheim schenden. Deze regel staat het conservatoir beslag ervan echter niet in de weg, omdat de beschikking die deze conservatoire maatregel oplegt, niet noodzakelijkerwijs het bankdeposito of de ongecertificeerde aandelen hoeft te specificeren die voorlopig moeten worden geblokkeerd krachtens de beschikking in kort geding. Bovendien doet het verbod om erover te beschikken, dat door de beschikking wordt opgelegd, niets af aan het geheim, omdat de banken niet wordt gevraagd om informatie over hun bestaan te verstrekken. Wanneer het conservatoir beslag betrekking heeft op goederen die zich in het bezit van andere derden bevinden, moeten deze laatsten verklaren of een vordering of het in beslag genomen recht bestaat en of er een ander beslag in hun bezit is en voor welk bedrag.

3.3 Is de geldigheid van de maatregelen beperkt in de tijd?

Volgens de wet blijven deze maatregelen van kracht

a) zolang er geen definitieve uitspraak is gedaan in de procedure ten aanzien van de zaak ten principale tegen degene die heeft verzocht om de conservatoire maatregel en deze uitspraak geen kracht van gewijsde heeft gekregen,

b) zolang er geen definitieve uitspraak is gedaan ten gunste van hem en deze niet is uitgevoerd,

c) indien er geen schikking is verkregen met betrekking tot de zaak ten principale,

d) gedurende 30 dagen na afloop van het proces of de voltooiing ervan op een andere wijze,

e) zolang de beschikking niet is ingetrokken of gewijzigd, vanwege nieuwe omstandigheden, door de rechtbank die deze heeft verstrekt of, zonder dat hiervoor nieuwe feiten nodig zijn, door de rechter die uitspraak doet ten principale, en,

f) wanneer de beschikking een termijn heeft bepaald voor de indiening van de vordering ten principale, indien deze vordering binnen de termijnen wordt uitgevoerd.

Als een van de partijen niet ter zitting verschijnt, terwijl ze volgens de regels van de wet en binnen de termijnen is gedagvaard, leidt dit tot haar veroordeling bij verstek. De rechtbank onderzoekt de zaak echter alsof alle partijen aanwezig waren, omdat het niet ter zitting verschijnen bij een kort geding niet veronderstelt dat de feiten die in de vordering uiteen zijn gezet, worden bekend. De rechtbank mag de zaak alleen opnieuw onderzoeken als de bij verstek veroordeelde partij verzoekt om intrekking of wijziging van de beschikking door zich te beroepen op nieuwe omstandigheden waardoor de rechtbank, als hij dat had geweten, een andere beschikking had verstrekt.

4 Rechtsmiddelen tegen de maatregelen

Tegen de beschikking in kort geding kan geen beroep worden ingesteld, behalve als deze de voorlopige regeling van bezit of bewaring oplegt: in dat geval biedt de wet uitdrukkelijk de mogelijkheid van beroep bij de bevoegde hogere rechtbank binnen een termijn van tien dagen na publicatie van de beschikking. Daarnaast mag de procureur-generaal bij het hof van cassatie mag een beroep instellen tegen alle beschikkingen indien er een vraag van algemeen belang wordt opgeworpen. Na onderzoek van de zaak bevestigt of verwerpt deze rechter de aangevochten beschikking en zijn arrest heeft een voorlopige geldigheid. Zoals hierboven is gesteld, kunnen de partijen een verzoek om intrekking of wijziging van de beschikking indienen, net als derden (derdenverzet) die niet zijn gedagvaard bij de procedure en hier niet aan hebben deelgenomen, terwijl ze wel een belang hierbij hebben.

Laatste update: 04/01/2018

De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.