Nationale wetgeving

Roemenië

Deze pagina bevat informatie over het Roemeense rechtsstelsel en een overzicht van het Roemeense recht.

Inhoud aangereikt door
Roemenië

Rechtsbronnen

De bronnen van het Roemeense recht zijn:

  • de Roemeense grondwet;
  • wetten aangenomen door het parlement (grondwettelijke wetten, organieke wetten en gewone wetten);
  • de decreten van de president van Roemenië;
  • wetgevingshandelingen van de overheid (decreten, nooddecreten, besluiten);
  • wetgevingshandelingen van de centrale overheid (ministeriële decreten, instructies en regelingen);
  • wetgevingshandelingen van lokale overheden (districtsraad, gemeenteraad, algemene gemeenteraad Boekarest);
  • het recht van de Europese Unie (verordeningen, richtlijnen);
  • internationale verdragen waarbij Roemenië partij is.

Soorten rechtsinstrumenten – beschrijving

De Roemeense rechtsorde omvat de volgende juridische instrumenten:

  • De grondwet is de hoogste norm in het Roemeense recht. Deze bepaalt dat Roemenië een nationale, ondeelbare eenheidsstaat is en regelt de verhoudingen tussen de uitvoerende, wetgevende en rechterlijke macht, alsook tussen overheidsorganen, burgers en rechtspersonen.
  • Grondwettelijke wetten worden opgesteld door de constituerende macht, d.w.z. de constituerende vergadering die voor dit doel wordt gekozen en bijeen wordt geroepen.
  • Organieke wetten betreffen kwesties die van groot belang zijn voor de staat, zoals de landsgrenzen, het Roemeense burgerschap, het nationale wapenschild en zegel, de rechtsnormen met betrekking tot eigendom en nalatenschappen, de organisatie en het houden van referendums, delicten, vonnissen en regels betreffende de tenuitvoerlegging van vonnissen, de organisatie en werking van de hoge raad voor de magistratuur, van de rechtbanken, het openbaar ministerie en de algemene rekenkamer, de rechten van burgers wier belangen worden geschaad door de overheid, de nationale krijgsmacht, de organisatie van overheidsorganen en politieke partijen.
  • Gewone wetten regelen alle overige kwesties die niet door organieke wetten worden geregeld. Een gewone wet kan een hogere norm, zoals een organieke wet of de grondwet, niet amenderen of wijzigen.
  • In speciale gevallen (parlementair reces) kunnen bepaalde onderwerpen die zijn vastgesteld door het parlement op grond van wetgevingsdelegatie worden geregeld bij regeringsdecreten. Decreten worden uitgevaardigd op grond van een speciale machtigingshandeling, binnen de daarin bepaalde grenzen en voorwaarden. In noodsituaties kan de regering indien dit noodzakelijk wordt geacht op alle gebieden nooddecreten uitvaardigen.
  • Regeringsbesluiten bepalen hoe wetten feitelijk moeten worden uitgevoerd, alsook andere organisatorische aspecten van de tenuitvoerlegging.
  • Wetgevingshandelingen van het centrale overheidsbestuur (decreten en richtsnoeren)  worden uitsluitend vastgesteld op grond van en ter uitvoering van wetten, regeringsbesluiten en decreten.
  • Handelingen van zelfstandige bestuursorganen
  • Wetgevingshandelingen van lokale overheden (districtsraad, gemeenteraad, algemene gemeenteraad Boekarest) betreffen kwesties die onder hun bevoegdheid vallen.

Andere rechtsbronnen

  • De jurisprudentie van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens en de rechterlijke instanties van de Unie.
  • Hoewel de nationale jurisprudentie geen rechtsbron is, vormen de uitspraken van het hof van cassatie ter waarborging van een eenvormige uitleg van bepaalde wettelijke bepalingen ongetwijfeld een secundaire rechtsbron. Daarnaast kunnen ook de uitspraken van het grondwettelijk hof die rechtsgevolgen erga omnes en niet alleen inter partes litigantes hebben, worden beschouwd als secundaire rechtsbronnen.
  • Volgens artikel 1 van wet nr. 287/2009 (burgerlijk wetboek) vormen wetten, praktijken en algemene rechtsbeginselen de bronnen van burgerlijk recht. Met “praktijken” worden hier traditie (gewoonte) en beroepspraktijken bedoeld.
  • De hierboven genoemde bepalingen bevatten de volgende regels voor het gebruik van praktijken als rechtsbron:
    • Praktijken kunnen alleen als rechtsbron worden gebruikt in gevallen waarin de wet niet voorziet; wanneer er geen toepasselijke praktijken bestaan, zijn de wettelijke bepalingen betreffende analoge situaties van toepassing. Wanneer dergelijke bepalingen niet bestaan, zijn de algemene rechtsbeginselen van toepassing.
    • In gevallen die wettelijk geregeld zijn, kunnen praktijken alleen worden toegepast als er in de wet uitdrukkelijk naar wordt verwezen.
    • Alleen praktijken die in overeenstemming zijn met het overheidsbeleid en de algemene zedelijke beginselen kunnen als rechtsbron worden erkend.
    • De belanghebbende partij moet het bestaan en de inhoud van de praktijken aantonen. Praktijken die zijn gepubliceerd in juridische verzamelingen die worden uitgegeven door de desbetreffende bevoegde entiteiten of organen, worden geacht te bestaan tot het tegendeel wordt bewezen.

Hiërarchie van normen

In Roemenië kennen normen de volgende hiërarchie:

  • De Roemeense grondwet en de grondwettelijke wetten vormen de hoogste rechtsvoorschriften. Alle andere wetgevingshandelingen moeten daarmee verenigbaar zijn.
  • Organieke wetten nemen hiërarchisch de tweede plaats in. Het parlement neemt organieke wetten aan bij gekwalificeerde meerderheid.
  • Gewone wetten vormen de derde categorie rechtsnormen. Het parlement neemt gewone wetten aan bij gewone meerderheid. Organieke wetten en de grondwet kunnen niet bij gewone wet worden geamendeerd of gewijzigd.
  • De vierde categorie rechtsnormen wordt gevormd door regeringsdecreten.
  • Regeringsbesluiten vormen de vijfde categorie in de hiërarchie van rechtsnormen.
  • De zesde categorie in de hiërarchie wordt gevormd door de wetgevingshandelingen van de centrale overheid en van zelfstandige overheidsorganen.
  • Wetgevingshandelingen van de lagere overheid (districtsraad, gemeenteraad, algemene gemeenteraad Boekarest) nemen hiërarchisch de laagste plaats in.

Institutioneel kader

De instellingen verantwoordelijk voor het aannemen van wetgeving

Volgens de grondwet is de staat gebaseerd op de grondwettelijke democratische beginselen van de scheiding der machten en op de beginselen van “checks and balances” tussen de machten (wetgevende, uitvoerende en rechterlijke macht).

Ook de macht die wordt uitgeoefend door het parlement, de regering en de gerechtelijke autoriteiten wordt gescheiden. Het grondwettelijk hof, de Roemeense ombudsman (Avocatul Poporului din România), de algemene rekenkamer (Curtea de Conturi) en de wetgevende raad (Consiliul Legislativ) waarborgen bovendien het machtsevenwicht tussen de overheid en burgers.

Het parlement is het hoogste vertegenwoordigend orgaan van de Roemeense burgers en de enige wetgevende autoriteit in Roemenië. Het bestaat uit het huis van afgevaardigden en de senaat. In principe is wetgeving een exclusieve bevoegdheid van het parlement, maar in bepaalde gevallen deelt het deze bevoegdheid met de uitvoerende macht (de regering) en de kiezers (burgers).

De regering kan decreten uitvaardigen op basis van een specifieke machtigingswet die door het parlement wordt aangenomen. In dringende gevallen kan de regering ook nooddecreten uitvaardigen.

Wetgevingsproces

Het wetgevingsproces bestaat uit drie fasen:

1. De bestuurlijke of pre-parlementaire fase omvat:

  • het opstellen van de ontwerpwetgeving op regeringsniveau;
  • het onderwerpen van de ontwerpwetgeving aan openbaar debat, overeenkomstig de wettelijk bepaalde voorwaarden;
  • goedkeuring door de wetgevende raad, op het niveau van de betrokken ministeries en door andere instellingen;
  • het goedkeuren van de ontwerpwetgeving door de regering.

2. De parlementaire fase omvat:

  • het voorleggen van het ontwerp van de wetgevingshandeling aan een van de kamers (het huis van afgevaardigden of de senaat als eerste kamer), afhankelijk van de in de Roemeense grondwet vastgestelde bevoegdheden;
  • debat en vaststelling van het verslag/advies betreffende het ontwerp van de wetgevingshandeling in de permanente kamercommissies (in bepaalde gevallen kunnen ook speciale commissies worden opgericht);
  • Tijdens een plenaire zitting bepaalt de eerste kamer haar standpunt over de ontwerpwetgeving en de bijbehorende wetgevingsvoorstellen die aan haar zijn voorgelegd binnen 45 dagen vanaf de dag waarop deze bij het presidium zijn ingediend.
    • In het geval van wetboeken of andere bijzonder complexe wetgeving is de uiterste datum 60 dagen na indiening bij het presidium.
    • Voor nooddecreten van de regering is de termijn 30 dagen.
  • Als deze uiterste datums worden overschreden, wordt de ontwerpwetgeving of het wetsvoorstel geacht te zijn aangenomen en wordt de wetgeving of het voorstel doorgestuurd naar het huis van afgevaardigden, dat de definitieve beslissing neemt.

Vervolgens wordt er gestemd over de ontwerpwetgeving/wetgevingsvoorstellen (goedgekeurd of verworpen), waarna deze worden doorgestuurd naar de kamer met beslissingsbevoegdheid (het huis van afgevaardigden of de senaat), die de definitieve versie van de wetgevingshandeling vaststelt.

3. De post-parlementaire fase omvat:

  • grondwettigheidstoetsing van de wet (a priori toetsing) (het grondwettelijk hof bevestigt dat de wet verenigbaar is met de grondwet). Om deze toetsing mag worden verzocht door de Roemeense president, de voorzitter van een van de kamers van het parlement, de regering, het hof van cassatie, de Roemeense ombudsman of door ten minste 50 afgevaardigden of 25 senatoren. Een grondwettelijke toetsing mag ook ambtshalve worden uitgevoerd.
  • Tot slot wordt de wet afgekondigd door de president binnen 20 dagen na ontvangst. Als de president verzoekt om herbeoordeling van de wet (een dergelijk verzoek kan slechts één keer worden gedaan) of om grondwettigheidstoetsing, wordt de wet goedgekeurd binnen 10 dagen nadat de president deze na herbeoordeling ontvangt of nadat het grondwettelijk hof heeft bevestigd dat de wet verenigbaar is met de grondwet.
  • De wet treedt in werking drie dagen na bekendmaking in deel I van het Roemeense staatsblad of op een latere datum vermeld in de wet.

Juridische gegevensbanken

a) Het wetgevingsportaal, beheerd door het ministerie van Justitie, is een wetgevingsinformatiesysteem dat geïnteresseerden snelle, vrije en onbeperkte toegang biedt tot de geactualiseerde en geconsolideerde Roemeense wetgeving. Deze applicatie is gekoppeld aan de Europese portaalsite naar nationale wetgeving N-Lex.

Het wetgevingsportaal is ontwikkeld door het ministerie van Justitie in het kader van een project met subsidie van het Europees Sociaal Fonds (operationeel programma “Ontwikkeling administratieve capaciteit”).

De gegevensbank wordt dagelijks bijgewerkt en biedt toegang tot meer dan 150 000 wetten vanaf 1989 tot heden, plus nog relevante wetgeving van vóór 1989.

De gegevensbank kan aan de hand van meerdere criteria worden doorzocht, waaronder:

  • woorden uit de titel;
  • woorden uit de tekst;
  • soort document;
  • documentnummer;
  • soort en nummer van officiële bekendmaking;
  • datum van bekendmaking;
  • de instantie die de wet heeft aangenomen enz.

b) Een andere juridische gegevensbank in Roemenië, ontworpen, beheerd en bijgehouden door de wetgevende raad, biedt ook vrije, openbare toegang tot de Roemeense wetgeving.

Deze gegevensbank vormt de online versie van het Roemeense wetgevingsrepertorium® – het officiële overzicht van Roemeense wetgeving, dat nauwkeurige en betrouwbare informatie biedt over de status van iedere wet in de loop der tijd.

De gegevensbank omvat de periode van 1864 tot heden.

De gegevensbank kan worden doorzocht aan de hand van de volgende zoekcriteria:

  • categorie/soort wetgevingshandeling;
  • nummer;
  • jaar (periode) van vaststelling;
  • periode bekendmaking;
  • officiële bekendmaking (soort, nummer, jaar);
  • trefwoorden uit de titel;
  • status van de handeling (van kracht, niet langer van kracht);
  • overige criteria (algemeen verbindend/individueel; gepubliceerd/niet-gepubliceerd).

Het intranet van de wetgevende raad bevat een actuele gegevensbank met uitgebreide juridische informatie die nodig is voor de goedkeuring van ontwerpwetgeving en nuttige informatie voor het wetgevingsproces.

c) Een andere juridische gegevensbank (weliswaar anders opgezet) kan worden geraadpleegd via de website van het huis van afgevaardigden (een van de kamers van het parlement). Zoekopdrachten kunnen worden uitgevoerd op grond van:

  • soort wetgevingshandeling;
  • nummer;
  • datum;
  • overheidsorgaan dat de wetgevingshandeling heeft vastgesteld;
  • publicatiedatum en trefwoorden (zowel uit de titel als uit de tekst van de handeling).

Is de toegang tot de gegevensbank kosteloos?

Ja, de toegang tot de gegevensbank is kosteloos.

Laatste update: 16/07/2020

De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken lidstaten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. De Europese Commissie aanvaardt geen verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid met betrekking tot informatie of gegevens in dit document. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.