How to enforce a court decision

When a Court is involved in solving a dispute, there are two steps that must be ensured at the end of the process.  First, the Court must hand down a judgment and then the judgment needs to be enforced in practice.

To force the other party (defendant or your debtor) to comply with the judgment against him/her (for example to pay up), you will have to go to the enforcement authorities. They alone have the power to force the debtor to pay, calling on the forces of law and order if need be.

Under the Brussels I Regulation (recast) which governs the recognition and enforcement of judgments in cross border cases, if you have an enforceable judgment issued in the Union Member State, you can go to the enforcement authorities in other Member State where e.g. the debtor has assets without any intermediary procedure being required (the Regulation abolishes the 'exequatur ' procedure). The debtor against whom you seek the enforcement may apply to the court requesting refusal of enforcement. The names and location of those competent courts and courts for further appeals are provided here.

The purpose of enforcement is generally to recover sums of money, but it may also be to have some other kind of duty performed (duty to do something or refrain from doing something, such as to deliver goods or finish work or refrain from trespassing).

Different European procedures (such as the European Payment Order, the European Small Claims Procedure and the European Enforcement Order) can be used in cross border civil cases, but for all of them, a judgment must be enforced in accordance with the national rules and procedures of the State of enforcement (usually where the debtor or his/her assets are).

In practice, you need to have an enforceable document (a court judgment or a deed) if you wish to apply for enforcement. The enforcement procedures and the authorities who handle them (courts, debt-collection agencies and bailiffs) are decided by national law of the Member State where enforcement is sought.

Please select the relevant country's flag to obtain detailed national information.

Related link

The enforcement atlas, developed by an EU funded project, provides information on the enforcement procedures (procedures, requirements, competence, costs and timing) in the enforcement systems of the EU countries and of the UK.

Last update: 02/06/2023

This page is maintained by the European Commission. The information on this page does not necessarily reflect the official position of the European Commission. The Commission accepts no responsibility or liability whatsoever with regard to any information or data contained or referred to in this document. Please refer to the legal notice with regard to copyright rules for European pages.

Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - België

1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

Wanneer een schuldenaar de rechterlijke uitspraak niet vrijwillig naleeft, kan de schuldeiser de naleving in rechte afdwingen; dit noemt men gedwongen tenuitvoerlegging. Zij vereist een uitvoerbare titel (artikel 1386 van het Gerechtelijk Wetboek), aangezien het een ingreep op de rechtssfeer van de schuldenaar inhoudt. Deze titel zal meestal een vonnis of een notariële akte zijn. Uit respect voor de persoonlijke levenssfeer van de schuldenaar is tenuitvoerlegging op bepaalde momenten uitgesloten (artikel 1387 van het Gerechtelijk Wetboek). De tenuitvoerlegging wordt verricht door een gerechtsdeurwaarder.

Meestal gebeurt gedwongen tenuitvoerlegging met het oog op de inning van geldsommen, maar het kan ook gaan over de verrichting van een doen of een laten.

Daarnaast is de dwangsom belangrijk (artikel 1385bis van het Gerechtelijk Wetboek). Een dwangsom is een drukkingsmiddel, gebruikt om de veroordeelde aan te sporen om de rechterlijke uitspraak na te leven. In bepaalde gevallen is het opleggen van een dwangsom echter uitgesloten: bij veroordeling tot betaling van een geldsom of tot nakoming van een arbeidsovereenkomst en wanneer het niet strookt met de menselijke waardigheid. De tenuitvoerlegging van een dwangsom gebeurt op basis van de titel waarin ze werd vastgesteld. Er is dus geen nieuwe titel vereist.

Gaat het om een veroordeling tot het betalen van een geldsom, dan gebeurt de tenuitvoerlegging op het vermogen van de schuldenaar. We spreken in dat geval van beslag. Hierin onderscheiden we, naargelang de aard van de beslagen goederen, roerend en onroerend beslag en, naargelang de aard van het beslag, bewarend en uitvoerend beslag. Bij bewarend beslag worden de beslagen goederen in spoedeisende gevallen zogenaamd "onder de hand van het gerecht" geplaatst: de situatie wordt bevroren om de latere tenuitvoerlegging veilig te stellen. Dit houdt in dat de beslagene niet meer over de beslagen goederen kan beschikken. Hij mag ze niet meer verkopen of wegschenken. Bij uitvoerend beslag worden de goederen van de schuldenaar verkocht en de opbrengst gaat naar de schuldeiser. De schuldeiser heeft immers geen recht op de beslagen goederen zelf, maar enkel op de opbrengst van hun verkoop.

Hiernaast bestaat ook, bij toepassing van artikel 1445 en volgende, van het Gerechtelijk Wetboek, beslag onder derden (zie verder).

Naast het gewone bewarende en uitvoerende beslag op roerende en onroerende goederen zijn er ook bijzondere regels voor beslag op schepen (artikelen 1467 tot en met 1480 en de artikelen 1545 tot en met 1559 van het Gerechtelijk Wetboek), pandbeslag (artikel 1461 van het Gerechtelijk Wetboek), beslag tot terugvordering (artikelen 1462 tot en met 1466 van het Gerechtelijk Wetboek) en beslag op tak- en wortelvaste vruchten (artikelen 1529 tot en met 1538 van het Gerechtelijk Wetboek). In het vervolg van dit dossier concentreren we ons nog uitsluitend op het gewone beslag.

2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

De gerechtdeurwaarders en de beslagrechters. Laastgenoemden zijn bevoegd om uitspraak te doen over betwistingen inzake uitvoering.

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    3.1 De procedure

    2.1.1. Bewarend beslag

    Voor bewarend beslag is in principe de toestemming van de beslagrechter vereist en er moet spoedeisendheid zijn (artikel 1413 van het Gerechtelijk Wetboek). Deze machtiging moet gevraagd worden bij éénzijdig verzoekschrift (artikel 1417 van het Gerechtelijk Wetboek). Hetzelfde verzoekschrift mag niet tegelijk voor roerend als voor onroerend beslag dienen. Voor beslag op onroerende goederen is immers steeds een afzonderlijke aanvraag vereist.

    De beslagrechter beslist ten laatste acht dagen na de neerlegging van het verzoekschrift (artikel 1418 van het Gerechtelijk Wetboek). Hij kan beslissen om de toelating te weigeren of om ze deels of volledig te verlenen aan de schuldeiser. De beschikking van de beslagrechter moet betekend worden aan de schuldenaar. De beschikking van de beslagrechter wordt aan een gerechtsdeurwaarder afgegeven die vervolgens het nodige doet.

    Er bestaat een belangrijke uitzondering in welk geval geen toestemming van de beslagrechter wordt vereist: elk vonnis geldt als toelating om bewarend beslag te leggen voor de uitgesproken veroordelingen (artikel 1414 van het Gerechtelijk Wetboek). Ook hier moet het gaan om een spoedeisend geval. Het volstaat het vonnis aan een gerechtsdeurwaarder af te geven opdat die het nodige zou doen voor het beslag.

    Bewarend beslag kan omgezet worden in uitvoerend beslag (artikel 1489 tot en met 1493 van het Gerechtelijk Wetboek).

    2.1.2. Uitvoerend beslag

    A. Algemeen

    Een uitvoerend beslag mag alleen worden gelegd dan krachtens een uitvoerbare titel (artikel 1494 van het Gerechtelijk Wetboek). Vonnissen en akten kunnen alleen ten uitvoer worden gelegd op de overlegging van de uitgifte of van de minuut, voorzien van het formulier van tenuitvoerlegging dat de Koning bepaalt.

    Het vonnis van de rechter wordt vooraf aan de verweerder betekend (artikel 1495 van het Gerechtelijk Wetboek). Is de uitvoerbare titel een vonnis, dan is de voorafgaande betekening van dit vonnis immers verplicht om de schuldenaar op de hoogte te brengen. Dit is niet nodig als de uitvoerbare titel een notariële akte is, want dan kent de schuldenaar de titel al. De betekening van het vonnis doet de termijnen voor het instellen van de gewone rechtsmiddelen lopen. De verzetstermijnen hebben schorsende werking voor uitvoerend beslag (in tegenstelling tot het bewarend beslag) in geval van veroordeling tot het betalen van een geldsom. Een uitzondering op de schorsende werking van de gewone rechtsmiddelen is de voorlopige tenuitvoerlegging (vonnis uitvoerbaar bij voorraad).

    De tweede stap in de weg naar uitwinning van de schuldeiser door gedwongen tenuitvoerlegging is het bevel tot betalen (artikel 1499 van het Gerechtelijk Wetboek). Dit is de eerste daad van tenuitvoerlegging. Dit bevel is de laatste waarschuwing voor de schuldenaar, die het beslag dus nog kan vermijden. De wachttermijn die loopt vanaf het bevel is een dag voor roerend beslag (artikel 1499 van het Gerechtelijk Wetboek) en 15 dagen voor onroerend beslag (artikel 1566 van het Gerechtelijk Wetboek). Het bevel moet betekend worden aan de schuldenaar, wat geldt als een ingebrekestelling, d.i. een aanmaning tot betalen. De tenuitvoerlegging kan enkel strekken tot voldoening van de in het bevel vermelde bedragen.

    Na de wachttermijn die het bevel tot betalen doet lopen, kan tot beslag worden overgegaan. Dit moet gebeuren bij gerechtsdeurwaardersexploot. Tenuitvoerlegging gebeurt dus door middel van tussenkomst van een bevoegde ambtenaar. Deze ambtenaar wordt beschouwd als lasthebber van de schuldeiser wiens taak wettelijk omschreven staat en die onder gerechtelijk toezicht staat. Hij is contractueel aansprakelijk tegenover de schuldeiser en buitencontractueel tegenover derden (uit de wet en uit schending van de algemene zorgvuldigheidsplicht).

    De gerechtsdeurwaarder zendt binnen de 3 werkdagen een bericht van beslag aan het Centraal Bestand van berichten van beslag, delegatie, overdracht en collectieve schuldenregeling en van protest (artikel 1390, §1, van het Gerechtelijk Wetboek). Dit is zowel voor roerend als onroerend beslag verplicht. Er is geen uitvoerend beslag of procedure van verdeling mogelijk zonder voorafgaande raadpleging van de beslagberichten in het Centraal Bestand van Berichten (artikel 1391, §2, van het Gerechtelijk Wetboek). Deze regel werd ingevoerd om overbodige beslagen te voorkomen en om de collectieve dimensie van het beslag te versterken.

    B. Uitvoerend roerend beslag

    Voor uitvoerend beslag op roerende goederen is een bevel tot betalen vereist. De schuldenaar kan hiertegen verzet aantekenen. Het beslag wordt gelegd bij gerechtsdeurwaardersexploot en heeft in de eerste plaats een bewarend karakter: de goederen worden niet verplaatst en het bezit en genot van de goederen wijzigt niet. Het beslag is ook mogelijk buiten de woonplaats van de schuldenaar en bij een derde.

    Bij roerend uitvoerend beslag is er geen eenheid van beslag, maar een tweede beslag op dezelfde goederen blijft vrij nutteloos aangezien dit kostelijk is. Bij de evenredige verdeling van de opbrengst van de goederen van de schuldenaar komen ook de andere schuldeisers dan degene die beslag hebben laten leggen in samenloop (artikel. 1627 en volgende van het Gerechtelijk Wetboek).

    Van het beslag wordt proces-verbaal opgemaakt. Ten vroegste 1 maand na de betekening of kennisgeving van het afschrift van het proces verbaal van beslaglegging worden de beslagen goederen verkocht. Deze wachttermijn wil aan de schuldenaar een laatste kans geven om de verkoop te voorkomen. De verkoop moet aangekondigd worden aan het publiek door middel van aanplakbrieven en berichten in de pers. De verkoop vindt plaats in een veilingzaal of op een openbare markt, tenzij er verzocht wordt om een meer geschikte plaats, en hij wordt geleid door een gerechtsdeurwaarder. Die maakt er een proces verbaal van op en ontvangt de verkoopsommen. De opbrengst van de verkoop wordt door de gerechtsdeurwaarder binnen de 15 dagen verdeeld in een procedure van evenredige verdeling (artikel 1627 en volgende van het Gerechtelijk Wetboek). Deze procedure verloopt in beginsel in der minne. Is dit niet mogelijk, dan wordt de beslagrechter ingeschakeld.

    C. Uitvoerend onroerend beslag (artikel 1560 tot en met 1626 van het Gerechtelijk Wetboek)

    De eerste daad van tenuitvoerlegging is de betekening van het bevel tot betalen.

    Daarna moet, ten vroegste binnen de 15 dagen en ten laatste binnen de 6 maanden, beslag worden gelegd. Zoniet verliest het bevel van rechtswege zijn gevolg. Het beslagexploot moet vervolgens binnen de 15 dagen worden overgeschreven op het hypotheekkantoor en binnen de 6 maanden betekend worden. De overschrijving leidt tot onbeschikbaarheid van de goederen en is maximum zes maanden geldig. Bij gebreke van overschrijving is het beslag nietig. Bij onroerend uitvoerend beslag geldt, in tegenstelling tot bij roerend uitvoerend beslag, het beginsel van eenheid van beslag: “saisie sur saisie ne vaut”

    De laatste stap is het verzoek voor de beslagrechter tot aanstelling van een notaris, die belast wordt met de verkoop van de goederen en met de rangregeling. De schuldenaar kan voor de beslagrechter in verzet komen tegen de handelingen die de aangestelde notaris stelt. De nadere regelen van de verkoop zijn door de wetgever duidelijk vastgelegd (zie de artikelen 1582 en volgende van het Gerechtelijk Wetboek). In principe is de verkoop openbaar, maar op initiatief van de rechter of op verzoek van de beslagleggende schuldeiser is een verkoop uit de hand mogelijk. De verkoopopbrengst wordt volgens de rangregeling verdeeld onder de verschillende schuldeisers (zie de artikelen 1639 tot en met 1654 van het Gerechtelijk Wetboek). Betwistingen inzake de rangregeling worden voor de beslagrechter gebracht.

    2.1.3. Beslag onder derden

    Onder beslag onder derden verstaat men het beslag op schuldvorderingen die de schuldenaar op een derde heeft (vb. zijn werkgever voor zijn loon). Die derde is dus de onderschuldenaar van de beslagleggende schuldeiser. Beslag onder derden is niet hetzelfde als beslag bij derden: hieronder verstaat men beslag op goederen van de schuldenaar die zich bij een derde bevinden.

    De schuldvordering waarvoor beslag wordt gelegd is deze die de beslagleggende schuldeiser heeft op de beslagen schuldenaar. De schuldvordering waarop beslag wordt gelegd is deze die de beslagene op de derde/onderschuldenaar heeft.

    De nadere regels voor beslag onder derden zijn te vinden in de artikelen 1445 tot en met 1460 van het Gerechtelijk Wetboek voor bewarend beslag en in de artikelen 1539 tot en met 1544 van het Gerechtelijk Wetboek voor uitvoerend beslag.

    2.1.4. Kosten

    Behalve de gerechtskosten moet er inzake beslag ook rekening gehouden worden met de kosten voor de gerechtsdeurwaarder. Het tarief voor deze ambtshandeling van de gerechtsdeurwaarder is vastgelegd bij het Koninklijk Besluit van 30 november 1976 tot vaststelling van het tarief voor akten van gerechtsdeurwaarders in burgerlijke en handelszaken en van het tarief van sommige toelagen (zie Federale Overheidsdienst Justitie).

    3.2 De grondvoorwaarden

    A. Bewarend beslag

    Bewarend beslag kan gelegd worden door elke schuldeiser die beschikt over een schuldvordering met bepaalde kwaliteiten, ongeacht de waarde van de beslagen goederen en van het bedrag van de schuldvordering (zie artikel 1413 van het Gerechtelijk Wetboek).

    Om te kunnen overgaan tot beslaglegging moet er in de eerste plaats sprake zijn van urgentie: de solvabiliteit van de schuldenaar moet bedreigd zijn, zodat de latere uitwinning van zijn vermogen in gevaar komt. Of aan deze voorwaarde is voldaan wordt door de rechter beoordeeld aan de hand van objectieve maatstaven. De urgentie moet niet enkel op het moment van de beslaglegging aanwezig zijn, maar ook op het moment dat er geoordeeld wordt over de handhaving van het beslag. Er zijn wel enkele uitzonderingen op deze voorwaarde: beslag inzake namaak, beslag voor wisselschulden en tenuitvoerlegging van een buitenlands vonnis.

    Een tweede voorwaarde om tot bewarend beslag te kunnen overgaan is dat de schuldeiser moet beschikken over een schuldvordering. Indien er een schuldvordering vereist is, moet deze voldoen aan bepaalde kwaliteiten(artikel 1415 van het Gerechtelijk Wetboek): de schuldvordering moet zeker (in tegenstelling tot voorwaardelijk), eisbaar (maar het kan ook gaan tot zekerheid van toekomstige schuldvorderingen) en vaststaand (bedrag is bepaald of bepaalbaar) zijn. De aard en omvang van deze schuldvordering zijn daarentegen irrelevant. De beslagrechter oordeelt of aan deze eisen is voldaan, maar de bodemrechter is later niet gebonden door deze beslissing.

    Ten derde moet de schuldeiser die bewarend beslag wil leggen hiertoe bekwaam zijn. Het gaat hier om een loutere daad van beheer (niet van beschikking), die eventueel door een wettelijk vertegenwoordiger kan worden gesteld.

    De toestemming van de beslagrechter is vereist tenzij de schuldeiser reeds beschikt over een vonnis (zie hoger). Die is echter niet vereist voor bewarend derdenbeslag, voor pandbeslag en voor een schuldeiser die reeds over een vonnis beschikt (artikel 1414 van het Gerechtelijk Wetboek: elk vonnis geldt als titel). Ook een notariële akte levert een uitvoerbare titel.

    B. Uitvoerend beslag

    Ook voor uitvoerend beslag is er een uitvoerbare titel vereist (artikel 1494 van het Gerechtelijk Wetboek). Het kan gaan om een rechterlijke beslissing, een authentieke akte, een fiscaal dwangbevel, een buitenlandse beslissing na exequatur, ...

    De schuldvordering moet immers worden vastgesteld in een akte met een bepaalde kwaliteit. Het moet net zoals bij bewarend beslag gaan om een zekere, vaststaande en opeisbare vordering. Artikel 1494, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek bepaalt dat beslag, gelegd ter verkrijging van periodiek te vervallen inkomsten, ook voor nog te vervallen termijnen geldt, naarmate deze vervallen.

    Daarnaast moet de titel ook nog actueel zijn. De beslagrechter zal de titel niet meer actueel achten wanneer de beslaglegger geen schuldeiser meer is of wanneer de schuldvordering deels of volledig is uitgedoofd (door verjaring, betaling of dading).

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    A. Algemeen

    Beslag kan enkel gelegd worden op de (roerende en onroerende) goederen van de schuldenaar. Beslag op goederen van een derde is niet mogelijk, maar het is wel irrelevant in wiens bezit de goederen van de schuldenaar zich bevinden. Beslag bij een derde is dus wel mogelijk mits hiertoe rechterlijke toestemming werd verleend (artikel 1503 van het Gerechtelijk Wetboek).

    De schuldeiser kan zich in principe enkel verhalen op het actuele vermogen van de schuldenaar. Enkel wanneer de schuldenaar zich op bedrieglijke wijze onvermogend maakt is ook beslag op diens vroeger vermogen mogelijk. Beslag op toekomstige goederen is principieel ook uitgesloten, met uitzondering van toekomstige schuldvorderingen.

    De vruchten van de beslagen goederen blijven in geval van bewarend beslag in principe bij de beslagene. Bij uitvoerend beslag daarentegen, vallen de vruchten ook onder het beslag en gaan ze dus naar de beslaglegger.

    Beslag op een onverdeeldheid is mogelijk, maar de uitwinning wordt in dat geval opgeschort tot na de verdeling (zie o.a. artikel 1561 van het Gerechtelijk Wetboek). Er gelden bijzondere regels voor echtgenoten.

    B. Beslagbaarheid.

    De goederen waarop beslag wordt gelegd moeten vatbaar zijn voor beslag. Sommige goederen zijn immers onbeslagbaar. Deze onbeslagbaarheid kan enkel voortvloeien uit de wet, uit de aard van de goederen of uit het feit dat de goederen strikt verbonden zijn met de persoon van de schuldenaar. Er is dus bijvoorbeeld geen onbeslagbaarheid op basis van het doel mogelijk. Niet voor beslag vatbare goederen zijn aldus:

    • Goederen opgesomd in artikel 1408 van het Gerechtelijk Wetboek. Deze beperking is ingesteld om redelijke leefomstandigheden voor de schuldenaar en zijn gezin te waarborgen.
    • Goederen die geen verkoopswaarde hebben en dus nutteloos zijn voor de schuldeiser.
    • Goederen die onvervreemdbaar zijn omdat ze zo nauw vast hangen aan de persoon van de schuldenaar.
    • Goederen die door van bijzondere wetten onbeslagbaar zijn verklaard (bijv. het inkomen en loon van een minderjarige, onuitgegeven boeken en muziek, het inkomen van gedetineerden uit hun gevangenisarbeid…).
    • Loon (loonbeslag) en soortgelijke vorderingsrechten zijn meestal slechts in beperkte mate vatbaar voor beslag (zie artikel 1409, artikel 1409bis en artikel 1410,§ 1, van het Gerechtelijk Wetboek). Hieronder valt onder andere de alimentatie-uitkering, die door de rechter werd toegewezen aan de niet schuldige echtgenoot. Sommige bedragen zijn echter helemaal niet vatbaar voor beslag, bijvoorbeeld het bestaansminimum (zie artikel 1410,§ 2, van het Gerechtelijk Wetboek). De beperkingen op de beslagbaarheid gelden echter niet voor de alimentatieschuldeiser. Deze heeft een zgn. superprivilegie (zie artikel 1412 van het Gerechtelijk Wetboek).

    Vroeger gold het principe van uitvoeringsimmuniteit van de overheid, waardoor elk beslag op overheidsgoederen uitgesloten was. Dit principe werd intussen genuanceerd door artikel 1412bis van het Gerechtelijk Wetboek.

    Voor beslag op schepen en luchtvaartuigen gelden bijzondere regels (voor bewarend beslag: zie de artikelen 1467 tot en met 1480 van het Gerechtelijk Wetboek en voor uitvoerend beslag: zie de artikelen 1545 tot en met 1559 van het Gerechtelijk Wetboek)

    C. Kantonnement

    Wanneer een goed in beslag wordt genomen treft het beslag normaal gezien dit goed in zijn geheel, ook al overstijgt de waarde van dit goed de omvang van de schuldvordering. Dit is zeer nadelig voor de schuldenaar, want het goed wordt voor hem volledig onbeschikbaar. Om de gevolgen van deze onbeschikbaarheid te temperen heeft de Belgische wetgever voorzien in de mogelijkheid van het kantonnement: de schuldenaar geeft een bepaald bedrag in consignatie (zie de artikelen 1403 tot en met 1407bis van het Gerechtelijk Wetboek) en kan terug over zijn goed beschikken.

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    A. Beslag

    De schuldenaar wordt vanaf het beslag beschikkingsonbevoegd over de beslagen goederen. Het beslag geeft echter geen voorrecht in hoofde van de beslaglegger. De beschikkingsonbevoegdheid van de schuldenaar houdt in dat hij de beslagen goederen niet meer kan vervreemden of bezwaren, maar ze blijven dus wel in het bezit van de schuldenaar. Feitelijk gezien verandert de situatie dus niet, juridisch gezien wel.

    De sanctie op het niet naleven van deze beschikkingsonbevoegdheid is dat de door de beslagene gestelde handelingen niet tegenstelbaar zijn aan de beslaglegger.

    De beschikkingsonbevoegdheid is echter slechts relatief, dit wil zeggen dat ze alleen in het voordeel van de beslagleggende schuldeiser geldt. Andere schuldeisers moeten nog steeds fluctuaties in het vermogen van hun schuldenaar dulden. Zij kunnen zich evenwel op eenvoudige wijze bij het reeds gelegde beslag aansluiten.

    Deze beschikkingsonbevoegdheid is de eerste fase van de uitwinning van het vermogen. De goederen komen aldus "onder de hand van het gerecht". Zo heeft dus ook het uitvoerend beslag in de eerste plaats een bewarende functie.

    B. Beslag onder derden

    Door dit beslag wordt de volledige beslagen schuldvordering onbeschikbaar, ongeacht het bedrag van de schuldvordering waarvoor beslag wordt gelegd. De derde kan wel kantonneren. Handelingen die de schuldvordering doen tenietgaan zijn niet tegenstelbaar aan de beslaglegger. Er is vanaf het beslag ook geen compensatie meer mogelijk tussen de beslagen schuldenaar en de derde.

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    A. Bewarend beslag

    Bewarend beslag is maximum 3 jaar geldig. Voor roerend beslag en voor beslag onder derden loopt deze termijn vanaf de datum van de beschikking of van het exploot (artikel 1425 en 1458 van het Gerechtelijk Wetboek). Voor onroerend beslag geldt de dagtekening van de overschrijving op het hypotheekkantoor als beginpunt van de driejarige termijn (artikel 1436 van het Gerechtelijk Wetboek).

    Deze termijn kan omwille van gegronde redenen verlengd worden (de artikelen 1426, 1459 en 1437 van het Gerechtelijk Wetboek.).

    B. Uitvoerend beslag

    Bij uitvoerend beslag is enkel het aan het beslag voorafgaand bevel onderworpen aan een maximum geldigheidsduur. Voor uitvoerend beslag op roerende goederen is deze termijn 10 jaar (gemene verjaringstermijn want geen bijzondere bepaling), voor uitvoerend beslag op onroerende goederen 6 maanden (artikel 1567 van het Gerechtelijk Wetboek). Voor scheepsbeslag geldt een termijn van 1 jaar (artikel 1549 van het Gerechtelijk Wetboek).

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    A. Bewarend beslag

    Wanneer de beslagrechter de toelating tot bewarend beslag weigert te verlenen kan de verzoeker (dit is de schuldeiser) binnen een maand bij het Hof van Beroep hoger beroep tegen die beschikking instellen. De procedure in hoger beroep blijft eenzijdig. Staat de rechter in hoger beroep het beslag wel toe, dan kan de schuldenaar hiertegen derdenverzet aantekenen. (zie artikel 1419 van het Gerechtelijk Wetboek).

    Wanneer de beslagrechter het bewarend beslag toestaat kan de schuldenaar of elke andere belanghebbende derdenverzet instellen tegen deze beschikking. Dit moet binnen een termijn van 1 maand gebeuren bij de rechter die de beschikking heeft gewezen. Dit keer zal de rechter oordelen in een rechtspleging op tegenspraak. Het derdenverzet werkt in beginsel niet schorsend. (zie artikel 1419 en artikel 1033 van het Gerechtelijk Wetboek).

    Tegen een bewarend beslag dat kon worden gelegd zonder rechterlijke machtiging kan de beslagen schuldenaar opkomen door aan de beslagrechter opheffing van dat beslag te vragen (artikel 1420 van het Gerechtelijk Wetboek). Dit is de procedure van verzet tegen het beslag. Deze procedure wordt behandeld zoals in kort geding en kan eventueel gepaard gaan met het opleggen van een dwangsom. De vordering kan worden gegrond op het gebrek aan urgentie (Cass. 14 september 1984, Arr. Cass. 1984-85, 87).

    In geval van gewijzigde omstandigheden kan zowel de beslagene (door dagvaarding van alle partijen voor de beslagrechter) als de beslaglegger of een tussenkomende partij (op verzoekschrift) de beslagrechter verzoeken om de wijziging of intrekking van het beslag.

    B. Uitvoerend beslag

    De schuldenaar kan verzet aantekenen tegen het bevel tot betalen en aldus de rechtsgeldigheid van het bevel aanvechten. Hiertoe is geen wettelijke termijn voorzien en het verzet werkt niet schorsend. De grieven waarop het verzet gebaseerd kan zijn, zijn onder andere vormgebreken en het verzoek om respijt (wanneer de uitvoerende titel een notariële akte is).

    De schuldenaar kan zich bij de beslagrechter verzetten tegen de verkoop van zijn goederen, maar ook dit verzet schorst het beslag niet.

    Andere schuldeisers dan de beslaglegger kunnen zich wel verzetten tegen afgifte van de verkoopprijs, maar niet tegen de verkoop zelf.

    Ook een derde, die beweert eigenaar te zijn van de beslagen goederen, kan in verzet komen bij de beslagrechter (artikel 1514 van het Gerechtelijk Wetboek). Dit is de revindicatieprocedure. Dit verzet werkt wel schorsend.

     

    De partij die het vonnis ten uit voer wenst te laten leggen krijgt maar een enkele uitgifte. De uitgifte van een vonnis wordt afgeleverd door de griffie mits betaling van een belasting (uitgifterecht).

    Formulier van tenuitvoerlegging:

    "Wij, Filip, Koning der Belgen,

    Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, doen te weten:

    • Lasten en bevelen dat alle daartoe gevorderde gerechtsdeurwaarders dit arrest, dit vonnis, deze beschikking, dit bevel of deze akte ten uitvoer zullen leggen;
    • Dat Onze procureurs-generaal en Onze procureurs des Konings bij de rechtbanken van eerste aanleg daaraan de hand zullen houden en dat alle bevelhebbers en officieren van de openbare macht daartoe de sterke hand zullen bieden wanneer dit wettelijk van hen gevorderd wordt;
    • Ten blijke waarvan dit arrest, dit vonnis, deze beschikking, dit bevel of deze akte is ondertekend en gezegeld met het zegel van het hof, de rechtbank of de notaris."

    wat zijn handelingen betreffende de tenuitvoerlegging van het vonnis of de akte aangaat staat de gerechtdeurwaarder onder toezicht van de beslagrechter en wat zijn plichtenleer betreft staat hij onder toezicht van het openbaar ministerie en de arrondissementele kamer van gerechtsdeurwaarders.

    Het kantoor van de plaats waar de goederen zijn gelegen (artikel 1565 van het Gerechtelijk.Wetboek). Op dit kantoor wordt publiciteit verschaft over de onroerende goederen, vb. over het eigendomsrecht, over de hypotheken die op de goederen rusten.

    dit wil zeggen dat alle partijen in zake komen.

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

    In het Gerchtelijk Wetboek worden diverse regels vermeld met betrekking tot de goederen die niet in beslag kunnen worden genomen (de artikelen 1408 tot 1412quater van het Gerechtelijk Wetboek).

    Worden onttrokken aan de vervolging van de shuldeisers: bepaalde lichamelijke roerende goederen die noodzakelijk zijn voor het dagelijkse leven van de beslagene en zijn gezin, voor de uitoefening van zijn beroep of voor de voortzetting van de opleiding of van de studies van de beslagene of van de kinderen ten laste die onder hetzelfde dak wonen (zie art. 1408 van het Gerechtelijke Wetboek). Een gedeeltelijke niet-vatbaarheid voor beslag en niet-overdraagbaarheid zijn van toepassing op de inskomsten uit werk en uit andere activiteiten, evenals op de uitkeringen, pensioenen en andere inkomsten.

    De drempels op grond waarvan de volledige of gedeeltelijke niet-vatbaarheid voor beslag wordt bepaald, zijn vermeld in artikel 1409, §1, van het Gerechtelijk Wetboek en worden jaarlijks geïndexeerd. De progressieve bedragen van de schijven van vatbaarheid voor beslag of van overdraagbaaheid worden vermeerderd wanneer de schuldenaar kinderen ten laste heeft.

    De rechtsvordering met het hoog op de uitvoering van de veroordeling uitgesproken bij rechterlijke beslissing is in beginsel onderworpen aan de algemene verjaringstermijn, te weten 10 jaar.

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 15/12/2020

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Bulgarije

    1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

    Gedwongen tenuitvoerlegging is de laatste stap van de rechtsvordering. Deze stelt een eiser ten gunste van wie een rechterlijke beslissing is gewezen, in staat om van de tenuitvoerleggingsautoriteit te eisen dat deze alle wettelijk vastgestelde maatregelen die onder haar bevoegdheid vallen, treft om de vordering die de tegenpartij niet vrijwillig voldoet, te laten voldoen.

    Het recht op gedwongen tenuitvoerlegging vloeit voort uit het bestaan van een gerechtelijke akte of ander akte, en de afgifte op basis daarvan van een akte die de tenuitvoerlegging mogelijk maakt (executoriale titel).

    Enkele tenuitvoerleggingsmaatregelen zijn:

    • beslag op roerende zaken;
    • beslag op onroerende zaken;
    • inventarisatie en taxatie van onroerende zaken;
    • openbare veiling van onroerende zaken;
    • beslag op de bankrekening van de schuldenaar;
    • beslag op een voertuig;
    • terugneming;
    • inbeslagneming van roerende zaken;
    • tenuitvoerlegging in verband met deelnemingsbewijzen in een vennootschap;
    • tenuitvoerlegging van de plicht om een kind over te dragen;
    • tenuitvoerlegging in verband met huwelijksgoederen.

    2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

    In Bulgarije zijn deurwaarders belast met gedwongen tenuitvoerlegging. Het kan gaan om:

    1. openbare gerechtsdeurwaarders;
    2. particuliere gerechtsdeurwaarders.

    De rechtspositie van particuliere gerechtsdeurwaarders wordt beheerst door de wet inzake de tenuitvoerlegging van het privaatrecht (Zakon za chastnoto sadebno izpalnenie). De wet definieert een particuliere gerechtsdeurwaarder als een ambtenaar die door de staat gemachtigd is tot de gedwongen tenuitvoerlegging van particuliere vorderingen.

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    3.1 De procedure

    Krachtens artikel 404 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering (hierna "WvRV" genoemd) kan er op de volgende gronden een vordering tot gedwongen tenuitvoerlegging worden ingesteld:

    1. rechterlijke beslissingen en beschikkingen die in kracht van gewijsde zijn gegaan (res judicata); beslissingen van een gerechtshof; tenuitvoerleggingsbeschikkingen; rechterlijke schikkingen; uitvoerbare rechterlijke beslissingen en beschikkingen of rechterlijke beslissingen en beschikkingen die bij voorbaat of onmiddellijk uitvoerbaar zijn verklaard; en beslissingen van scheidsgerechten, evenals schikkingen die door deze gerechten zijn bekrachtigd;
    2. echterlijke beslissingen, handelingen en schikkingen van buitenlandse gerechten, als deze zonder enige andere procedure in Bulgarije uitvoerbaar zijn;
    3. rechterlijke beslissingen, handelingen en schikkingen van buitenlandse gerechten en rechterlijke beslissingen en schikkingen die zijn gewezen en bekrachtigd door buitenlandse scheidsgerechten, als deze in Bulgarije uitvoerbaar zijn verklaard.

    Ingevolge artikel 405 WvRV worden executoriale titels afgegeven op basis van een schriftelijk verzoek, zonder dat het nodig is om een afschrift aan de schuldenaar te betekenen.

    Conform artikel 405, lid 2, WvRV zijn de volgende gerechten bevoegd voor de volgende verzoeken:

    • in de gevallen die zijn vermeld in artikel 404, lid 1, WvRV het gerecht van eerste aanleg dat uitspraak heeft gedaan in de zaak of de tenuitvoerleggingsbeschikking heeft gewezen en als een document onmiddellijk uitvoerbaar is, het gerecht dat de beslissing of de tenuitvoerleggingsbeschikking heeft gegeven;
    • in de gevallen die zijn vermeld in artikel 404, leden 2 en 3, WvRV het gerecht dat bevoegd is om toestemming te geven voor de tenuitvoerlegging;
    • wat betreft rechterlijke beslissingen van nationale scheidsgerechten en schikkingen die door de genoemde gerechten zijn bekrachtigd in arbitrageprocedures, het gerecht van eerste aanleg van Sofia (Sofiyski Gradski Sad).

    De termijn voor het instellen van beroep tegen de beslissing voor het inwilligen of verwerpen van een verzoek om een executoriale titel bedraagt twee weken (artikel 407 WvRV).

    Ingevolge het Bulgaarse recht kan een verzoek om een executoriale titel worden ingediend door een andere partij dan een advocaat, met inbegrip van de partij die om de gedwongen tenuitvoerlegging verzoekt of haar vertegenwoordiger. Er hoeft niet aan bijzondere indieningsvoorwaarden te worden voldaan om een executoriale titel te verkrijgen.

    De tenuitvoerleggingskosten worden vastgesteld binnen het tarief van de honoraria en kosten die zijn vastgelegd in de wet inzake particuliere tenuitvoerlegging (Bulgaarse staatscourant nr. 35/2006). De kosten van afgifte van een executoriale titel komen ten laste van de persoon ten gunste waarvan die titel is afgegeven.

    3.2 De grondvoorwaarden

    Voor het in gang zetten van de tenuitvoerleggingsprocedure dient de betrokken partij een schriftelijk verzoek in te dienen bij een openbare of particuliere gerechtsdeurwaarder, met daarbij een executoriale titel of een ander bindend instrument. In het verzoek dient de voorkeurswijze van tenuitvoerlegging te staan, die gedurende de procedure kan worden gewijzigd (artikel 426 GPK).

    Een verzoek om tenuitvoerlegging moet bij de gerechtsdeurwaarder worden ingediend met een praktijk die betrekking heeft op de locatie van de goederen waartegen de tenuitvoerlegging moet worden verricht of van de statutaire zetel van de schuldenaar (indien de tenuitvoerlegging is gericht tegen te ontvangen vorderingen), de plaats waar de schuldenaar is verplicht te handelen of zich te onthouden van handelen, en het vaste adres van de schuldeiser of van de schuldenaar (naar keuze van de schuldeiser) (indien de tenuitvoerlegging bestemd is voor de inning van alimentatie).

    De deurwaarder dient de schuldenaar schriftelijk te sommeren om zijn vordering vrijwillig binnen twee weken na ontvangst van de sommatie te voldoen. In de sommatie wordt de schuldenaar gewaarschuwd dat niet-betaling van de vordering aanleiding vormt voor het treffen van executiemaatregelen. In de sommatie dienen de opgelegde beslagen en inbeslagnemingen te staan en er dient een afschrift van de uitvoerbare rechterlijke beslissing te zijn bijgesloten als bijlage. Bij het sommeren van de schuldenaar om zijn vordering vrijwillig te voldoen, dient de deurwaarder eveneens aan te geven op welke datum de zaken worden geïnventariseerd en als de tenuitvoerlegging betrekking heeft op onroerende zaken dient hij een kennisgeving van beslag aan de administratie van het kadaster te verzenden.

    In opdracht van de schuldeiser kan de particuliere gerechtsdeurwaarder in het kader van de tenuitvoerleggingsprocedure de volgende stappen ondernemen: de eigendomsstatus van de schuldenaar nagaan, registers doorzoeken, documenten en stukken verkrijgen, de wijze van tenuitvoerlegging bepalen en de gespecificeerde goederen bewaren.

    De deurwaarder houdt een overzicht bij van iedere maatregel die hij treft of ten uitvoer legt.

    Als de oorspronkelijke tenuitvoerleggingswijze wordt gewijzigd, dient de deurwaarder de schuldenaar schriftelijk in kennis te stellen van de wijziging in overeenstemming met artikel 428 WvRV.

    Als de schuldenaar bij de inleiding van de tenuitvoerleggingsprocedure geen permanent of huidig adres heeft dat in het dossier staat, dan dient de rechter die handelt op verzoek van de schuldeiser een ad hoc-vertegenwoordiger van de schuldenaar aan te wijzen (artikel 430 WvRV).

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    Er kunnen executiemaatregelen worden getroffen jegens de volgende eigendommen van de schuldenaar:

    • roerende zaken;
    • salarissen;
    • inkomsten uit onroerende zaken, met inbegrip van huurinkomsten enz.;
    • bankrekeningen;
    • onroerende zaken;
    • aandelen en obligaties die zijn uitgegeven door commerciële ondernemingen;
    • onderdelen van roerende of onroerende zaken, met inbegrip van huwelijksgoederen.

    Overeenkomstig artikel 442 WvRV kan een schuldeiser de tenuitvoerlegging aanwenden tegen iedere zaak of waarde van de schuldenaar.

    De door de deurwaarder opgelegde conservatoire maatregelen en de toegepaste dwangmaatregelen moeten evenredig zijn aan het bedrag van de verplichting. Indien de betrokken conservatoire maatregelen onevenredig blijken te zijn, moet de gerechtsdeurwaarder deze opheffen.

    Artikel 444 WvRV bevat een overzicht van de goederen die niet voor beslag vatbaar zijn (d.w.z. ten aanzien waarvan geen tenuitvoerlegging mag worden verricht):

    • alledaagse voorwerpen die de schuldenaar en zijn gezin gebruiken en die zijn opgenomen in het door de Ministerraad (Ministerski savet) goedgekeurde overzicht ;
    • de voedingsmiddelen die nodig zijn om de schuldenaar en zijn gezin gedurende een maand te voeden of, in geval van landbouwers, tot de volgende oogst of het equivalent daarvan voor andere landbouwproducten;
    • de energie die gedurende drie maanden nodig is voor verwarming, koken en verlichting;
    • machines en apparatuur die de schuldenaar nodig heeft om zijn activiteit voor te zetten of zijn beroep uit te oefenen;
    • een deel van het land dat de schuldenaar bezit (tot 0,5 ha voor wijngaarden en andere teelt en tot 3 ha voor percelen voor onbepaald gebruik, evenals machines en werktuigen, bemestingsmiddelen, gewasbeschermingsmiddelen en zaden die bestemd zijn om te zaaien gedurende een jaar);
    • voor veehouders, het noodzakelijke vee, met name twee trekdieren, een koe, vijf schapen en geiten, tien bijenkorven en gevogelte, evenals de voedingsmiddelen die nodig zijn om deze te voeden tot de volgende oogst of tot hun terugkeer naar de wei;
    • de woning waarvan de schuldenaar eigenaar is, als de schuldenaar en zijn gezinsleden geen andere woning bezitten, ongeacht of de schuldenaar hier al dan niet verblijft. Als de woning de behoeften van de schuldenaar en zijn gezin overschrijdt, zoals is aangegeven in een specifiek reglement dat is goedgekeurd door de Ministerraad, dient een deel hiervan te worden verkocht, mits de voorwaarden uit artikel 39, lid 2, van de wet inzake eigendom (Zakon za sobstvenostta) worden nageleefd;
    • andere voorwerpen en waarden die bij wet worden beschermd tegen gedwongen tenuitvoerlegging.

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    Bij het sommeren van de schuldenaar om zijn vordering vrijwillig te voldoen, dient de deurwaarder eveneens aan te geven op welke datum de zaken worden geïnventariseerd en als de tenuitvoerlegging betrekking heeft op onroerende zaken dient hij een kennisgeving van beslag aan de administratie van het kadaster te verzenden.

    Beslag op roerende zaken of een vordering wordt opgelegd na het opmaken van een inventaris.

    Beslag en bezwaar hebben de volgende gevolgen voor de schuldenaar:

    Vanaf het moment dat deze beslagen worden opgelegd, heeft de schuldenaar niet meer het recht om te beschikken over de waarden of (roerende of onroerende) zaken of om deze, op straffe van strafrechtelijke vervolging, te wijzigen, te beschadigen of te vernietigen. Deze gevolgen gelden vanaf de overlegging van de sommatie voor de vrijwillige betaling van de schuld.

    Beslag en bezwaar hebben de volgende gevolgen voor de schuldeiser:

    Overeenkomstig 452, lid 1, WvRV is iedere overdracht van waarden of in beslag genomen roerende zaken nietig jegens de schuldeiser en iedere medeschuldeiser, tenzij de cessionaris zich kan beroepen op artikel 78 van de wet inzake eigendom. In deze bepaling staat dat een partij die een roerende zaak of effecten aan toonder wettig verkrijgt hier eigenaar van wordt, zelfs als dit buiten zijn medeweten gebeurde bij een persoon die niet de eigenaar is, tenzij er voor de eigendomsoverdracht een notariële akte of een echtverklaring van handtekeningen van de partijen bij de transactie door de notaris vereist is. Dezelfde regel geldt voor het verkrijgen van andere zakelijke rechten op roerende zaken.

    Als er executiemaatregelen worden getroffen jegens onroerende zaken, dan is de nietigheid uitsluitend effectief wat betreft overdrachtstransacties die zijn gedaan nadat het conservatoir beslag is geregistreerd (artikel 452, lid 2, WvRV).

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    In de wet staat geen enkele tijdslimiet voor de geldigheid van de genoemde maatregelen. Deze zijn bedoeld voor de betaling van de vordering van de schuldeiser en blijven derhalve geldig tot het einde van de tenuitvoerleggingsprocedure.

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    De beroepsmogelijkheden gedurende de tenuitvoerleggingsprocedure zijn gedefinieerd in deel I en II van hoofdstuk 39 WvRV.

    • De schuldeiser kan beroep instellen tegen:
      • de weigering van de deurwaarder om gespecificeerde executiemaatregelen ten uitvoer te leggen;
      • de weigering van een gerechtsdeurwaarder om een nieuwe taxatie te doen van het goed waartegen de tenuitvoerlegging plaatsvindt; en
      • evenals tegen de opschorting en beëindiging van de tenuitvoerlegging.
    • De schuldeiser kan beroep instellen tegen:
      • een bevel waarbij een deurwaarder de schuldenaar een boete oplegt;
      • de tenuitvoerlegging tegen goederen waarvan de schuldenaar vindt dat ze niet voor beslag vatbaar zijn;
      • de inbeslagneming van een roerende zaak of de uitzetting van de schuldenaar uit een onroerend goed, op grond dat de schuldenaar niet naar behoren in kennis was gesteld van de tenuitvoerlegging;
      • de weigering van een gerechtsdeurwaarder om een nieuwe taxatie te doen van het goed waartegen de tenuitvoerlegging plaatsvindt;
      • de aanwijzing van een derde als bewaarder;
      • de weigering van een gerechtsdeurwaarder om de tenuitvoerlegging op te schorten of te beëindigen; en
      • de kosten van de tenuitvoerlegging.
    • derden (personen die geen partij zijn bij de tenuitvoerleggingsprocedure) kunnen uitsluitend beroep instellen tegen maatregelen die de deurwaarder heeft getroffen als de gedwongen tenuitvoerlegging betrekking heeft op zaken die op het moment van beslag, inbeslagneming of afgifte in hun bezit zijn;
    • een derde kan uitsluitend in beroep gaan tegen de teruggave van een onroerende zaak, als hij vóór de datum van indiening van de vordering die ten uitvoer wordt gelegd in bezit was van de genoemde zaak (artikel 435 GPK);
    • als er een openbare veiling is georganiseerd, kan er tegen de beslissing om een zaak toe te kennen in beroep worden gegaan door een derde die uiterlijk op de laatste dag van de veiling een voorschot heeft betaald, door een schuldeiser die een bod heeft gedaan zonder een voorschot te betalen, of door de schuldenaar omdat de veiling niet wettig is gehouden of omdat de zaak niet is toegekend aan de hoogste bieder.

    Overeenkomstig artikel 436 WvRV kan er beroep worden ingesteld in de week na de betwiste handeling als de partij aanwezig was bij de genoemde handeling of hiervoor was opgeroepen en in alle andere gevallen in de week na de datum waarop kennis is gegeven van deze handeling. Er kan met tussenkomst van de gerechtsdeurwaarder beroep worden ingesteld bij het provinciale gerecht dat bevoegd is voor de plaats van tenuitvoerlegging. Als er beroep wordt ingesteld, dient de deurwaarder aan te geven waarom de betwiste maatregelen zijn getroffen.

    Een dergelijk beroep wordt achter gesloten deuren behandeld, met uitzondering van beroep dat is ingesteld door derden. Dit wordt behandeld in een openbare zitting waarbij alle partijen bij de tenuitvoerleggingsprocedure worden opgeroepen. Er dient binnen een maand worden besloten over een beroep.

    Een beroep heeft geen opschortende werking voor de tenuitvoerleggingsprocedure, maar de rechter kan beslissen om de procedure op te schorten in afwachting van een beslissing over de beroepsmiddelen. Als de procedure wordt opgeschort, dient de deurwaarder hiervan onverwijld van in kennis te worden gesteld (artikel 438 WvRV).

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

    De verschillende scenario's waarin een rechter de procedure op verzoek van de schuldeiser wettig kan opschorten zijn gedefinieerd in artikel 432 WvRV.

    Overeenkomstig artikel 433, lid 1, punt 8, WvRV wordt de tenuitvoerleggingsprocedure door de gerechtsdeurwaarder beëindigd, indien de schuldeiser er niet in slaagt de tenuitvoerlegging binnen twee jaar te laten plaatsvinden. De enige uitzondering op deze regel geldt voor onderhoudszaken.

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 16/02/2022

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Tsjechië

    1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

    Het gaat om de tenuitvoerlegging van een verplichting die krachtens een executoriale titel is opgelegd tegen de wil van de persoon die deze verplichting moet nakomen. Indien de schuldenaar de verplichting die bij de uitvoerbare beslissing is opgelegd niet vrijwillig nakomt, kan de schuldeiser bij een rechter of gerechtsdeurwaarder een verzoek om gerechtelijke of gedwongen tenuitvoerlegging van de beslissing indienen.

    De rechter gelast de tenuitvoerlegging van beslissingen en gaat daartoe over, met uitzondering van titels die ten uitvoer worden gelegd in administratieve of fiscale procedures. In burgerlijke zaken kan de schuldeiser zich derhalve in principe altijd tot de rechter wenden.

    De schuldeiser kan zich eveneens wenden tot een gerechtsdeurwaarder. Deze gaat in opdracht van een rechter over tot de tenuitvoerlegging van beslissingen, met uitzondering van de volgende beslissingen:

    • beslissingen betreffende het gezag over minderjarige kinderen;
    • beslissingen in zaken betreffende de bescherming tegen huiselijk geweld;
    • beslissingen van de instellingen van de Europese Unie;
    • beslissingen die in het buitenland zijn gewezen.

    Een verzoek voor de gedwongen tenuitvoerlegging door een gerechtsdeurwaarder kan echter worden ingediend als de tenuitvoerlegging gedaan dient te worden krachtens een beslissing over alimentatie die bestemd is voor een of meerdere minderjarige kinderen of een buitenlandse beslissing, en waarvoor een uitvoerbaarverklaring is afgegeven conform de direct toepasselijke regelgeving van de Europese Unie, een internationale overeenkomst of een erkenningsbeslissing.

    De tenuitvoerlegging van beslissingen via de rechter wordt geregeld door de artikelen 251 tot en met 351a van de huidige versie van wet nr. 99/1963 (wetboek van burgerlijke rechtsvordering). In zaken die onder het familierecht vallen, valt de tenuitvoerlegging van beslissingen echter onder de bepalingen van de artikelen 492 tot en met 513 van de huidige versie van wet nr. 292/2013 inzake bijzondere gerechtelijke procedures.

    De tenuitvoerlegging van beslissingen via de gerechtsdeurwaarder wordt voornamelijk geregeld door de bepalingen van de artikelen 35 tot en met 73 van de huidige versie van wet nr. 120/2001 inzake gerechtsdeurwaarders en tenuitvoerlegging (wetboek van tenuitvoerlegging). Bij zijn optreden houdt de gerechtsdeurwaarder eveneens rekening met het wetboek van burgerlijke rechtsvordering, bijvoorbeeld wat betreft het juridische kader van de verschillende uitvoeringsmiddelen.

    2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

    Doorgaans is de gewone rechtbank van de woonplaats van de schuldenaar bevoegd om de tenuitvoerlegging van een beslissing te gelasten en om daartoe over te gaan (artikel 252, lid 1, van de huidige versie van wet nr. 99/1963 (wetboek van burgerlijke rechtsvordering)). De uitzonderingen op deze regel staan in artikel 252 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering.

    Raadpleeg voor gedetailleerde informatie over de bevoegde gewone rechtbank “De link wordt in een nieuw venster geopend.Algemene regels voor territoriale bevoegdheid” (punt 2.2.1 van informatieblad “In welk land is de rechtbank bevoegd? - Tsjechische Republiek”).

    Rechters en de door een rechter gemachtigde gerechtsdeurwaarders kunnen overgaan tot gedwongen tenuitvoerlegging. Conform artikel 45 van de huidige versie van wet nr. 120/2001 inzake gerechtsdeurwaarders en tenuitvoerlegging (wetboek van tenuitvoerlegging) is de districtsrechtbank ter zake materieel bevoegd. De territoriaal bevoegde rechtbank is de rechtbank van de plaats waar de schuldenaar zijn woonplaats heeft of eventueel, als het om een buitenlandse onderdaan gaat, waar hij zijn verblijfplaats, statutaire zetel enz. op het grondgebied van de Tsjechische Republiek heeft afhankelijk van de aard van het verblijf. De rechterlijke bevoegdheid wordt gedetailleerder omschreven in de voornoemde bepalingen van het wetboek van tenuitvoerlegging.

    Raadpleeg voor meer informatie eveneens de vraag “Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?”.

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    3.1 De procedure

    Gerechtelijke tenuitvoerlegging van beslissingen

    De procedure kan uitsluitend op verzoek van de schuldeiser worden ingeleid als de schuldenaar niet vrijwillig de verplichting nakomt die bij de uitvoerbare beslissing is opgelegd. Krachtens de huidige versie van wet nr. 292/2013 inzake bijzondere gerechtelijke procedures kan de rechter echter zelfs ambtshalve de tenuitvoerlegging van bepaalde voorlopige voorzieningen gelasten, bijvoorbeeld in zaken met betrekking tot de bescherming tegen huiselijk geweld.

    De tenuitvoerlegging van een beslissing kan uitsluitend worden gelast wanneer uit de beslissing kan worden opgemaakt wie de schuldeiser en de schuldenaar zijn, wat de omvang en de inhoud is van de verplichtingen uit het tenuitvoerleggingsverzoek, en binnen welke termijn deze tenuitvoerlegging dient plaats te vinden. Indien de rechterlijke beslissing geen termijn voor de tenuitvoerlegging van de verplichting bevat, wordt verondersteld dat de opgelegde verplichtingen binnen drie dagen dienen te worden uitgevoerd of, in het geval van huisuitzetting, binnen vijftien dagen nadat de beslissing in kracht van gewijsde is gegaan. Als de verplichting krachtens de beslissing door meerdere schuldenaren dient te worden uitgevoerd en de verplichtingen deelbaar zijn, dienen deze in gelijke delen door alle schuldenaren te worden uitgevoerd, behoudens indien in de beslissing anders is bepaald.

    Een schuldeiser hoeft zich niet door een advocaat te laten vertegenwoordigen voor de indiening van een verzoek om tenuitvoerlegging van een beslissing.

    Als er krachtens het verzoek om tenuitvoerlegging van een beslissing een geldbedrag moet worden betaald, dienen het concrete uitvoeringsmiddel en de andere bij wet vastgestelde voorwaarden te worden vermeld. Bij het verzoek dient een afschrift van de beslissing, waarop de formule van tenuitvoerlegging is aangebracht, te worden gevoegd. Deze formule wordt aangebracht door de rechter die in eerste aanleg uitspraak doet over de zaak. Als het tenuitvoerleggingsverzoek wordt ingediend bij de rechter die in eerste aanleg uitspraak heeft gedaan over de zaak, is het niet nodig om het afschrift van de beslissing bij te voegen.

    In tenuitvoerleggingsprocedures wordt altijd uitspraak gedaan door middel van een beschikking.

    Doorgaans gelast de rechter de tenuitvoerlegging van de beslissing zonder de schuldenaar te horen.

    In de Tsjechische Republiek moeten voor gerechtelijke procedures gerechtskosten worden betaald (zie de huidige versie van wet nr. 549/1991 inzake gerechtskosten). In gerechtvaardigde gevallen geldt er krachtens de wet een vrijstelling van gerechtskosten.

    Procedure voor gedwongen tenuitvoerlegging door een gerechtsdeurwaarder

    De gedwongen tenuitvoerlegging wordt uitgevoerd door de gerechtsdeurwaarder die de schuldeiser in zijn verzoek tot gedwongen tenuitvoerlegging heeft aangewezen. De handelingen van de gerechtsdeurwaarder worden geacht handelingen van de rechter te zijn.

    Procedure inzake gedwongen tenuitvoerlegging kunnen worden ingeleid op verzoek van de schuldeiser of van de persoon die bewijst dat het recht dat is toegekend in de beslissing aan hem is gecedeerd of overgedragen. De procedure wordt ingeleid op de datum waarop de gerechtsdeurwaarder het verzoek ontvangt. Laatstgenoemde kan pas beginnen met het inventariseren van de zaken van de schuldenaar en het uitvoeren van een conservatoire maatregel nadat de rechter hem heeft gemachtigd en de gedwongen tenuitvoerlegging heeft gelast.

    Het verzoek tot gedwongen tenuitvoerlegging dient de volgende zaken te bevatten:

    • de gerechtsdeurwaarder die dient over te gaan tot de tenuitvoerlegging, het adres van zijn kantoor (het overzicht van gerechtsdeurwaarders staat op de website van de De link wordt in een nieuw venster geopend.Kamer van gerechtsdeurwaarders van de Tsjechische Republiek. Gerechtsdeurwaarders hebben geen beperkte territoriale bevoegdheid: iedere gerechtsdeurwaarder kan optreden op het gehele grondgebied van de Tsjechische Republiek);
    • het doel van het verzoek en de conclusies;
    • de partijen, te weten de schuldeiser of in voorkomend geval de persoon aan wie het recht in de beslissing is toegekend en de schuldenaar; als het om natuurlijke personen gaat: hun voornaam, achternaam, het adres van hun woonplaats of voor buitenlandse onderdanen het adres van hun verblijfplaats op het grondgebied van de Tsjechische Republiek, afhankelijk van de aard van hun verblijf, en eventueel het inschrijvingsnummer in het geboorteregister of de geboortedatum; als het om rechtspersonen gaat: de handelsnaam of firmanaam, de statutaire zetel en het inschrijvingsnummer van de rechtspersoon;
    • de exacte naam van de executoriale titel;
    • de beschrijving van de verplichting die door de gedwongen tenuitvoerlegging dient te worden gehonoreerd en informatie over of en in hoeverre de schuldenaar de vereiste verplichting heeft uitgevoerd;
    • eventuele bewijzen waarop de schuldeiser zich baseert;
    • een handtekening.

    Bij het verzoek tot gedwongen tenuitvoerlegging dient de originele executoriale titel met daarin de formule van tenuitvoerlegging te worden gevoegd of een gewaarmerkt conform afschrift, of een afschrift van de notariële akte die de tenuitvoerlegging toestaat, tenzij de executoriale titel is afgegeven door dezelfde rechter. De formule van tenuitvoerlegging in de executoriale titel wordt aangebracht door de autoriteit die deze heeft afgegeven, terwijl de formule op transacties en overeenkomsten wordt aangebracht door de autoriteit die deze heeft gevalideerd.

    3.2 De grondvoorwaarden

    De gerechtelijke tenuitvoerlegging van een beslissing (of de tenuitvoerlegging waartoe de gerechtsdeurwaarder overgaat) kan worden gelast op basis van een executoriale titel, als de opgelegde verplichting niet vrijwillig wordt nagekomen.

    Executoriale titels zijn:

    • uitvoerbare beslissingen van een rechter of gerechtsdeurwaarder als deze een recht toekennen, een verplichting opleggen of betrekking hebben op zaken;
    • uitvoerbare beslissingen van een rechter of een andere wetshandhavingsautoriteit, als deze een recht toekennen of betrekking hebben op zaken;
    • uitvoerbare scheidsrechterlijke uitspraken (opmerking: het Tsjechische hooggerechtshof heeft herhaaldelijk geoordeeld dat, hoewel scheidsrechterlijke uitspraken op grond van het Verdrag van New York over de erkenning en tenuitvoerlegging van buitenlandse scheidsrechterlijke uitspraken als basis kunnen dienen voor gerechtelijke tenuitvoerlegging van een beslissing zonder speciale procedure, deze uitspraken niet als zelfstandige executoriale titel kunnen worden gebruikt - zie arrest ref. 20 Cdo 754/2018 van het hooggerechtshof van 12 juni 2018; arrest ref. 20 Cdo 5882/2016 van het hooggerechtshof van 16 augustus 2017 en arrest ref. 20 Cdo 1165/2016 van het hooggerechtshof van 3 november 2016);
    • notariële akten die executoriale titels vormen en die zijn opgesteld conform speciale regelgeving;
    • uitvoerbare beslissingen die zijn genomen door overheidsinstanties en andere uitvoerbare executoriale titels die zijn afgegeven door overheidsinstanties;
    • andere uitvoerbare beslissingen, gevalideerde transacties en documenten waarvan de tenuitvoerlegging wettelijk is toegestaan.

    Indien de executoriale titel geen termijn voor de tenuitvoerlegging van de verplichting bevat, wordt verondersteld dat de opgelegde verplichting binnen drie dagen dient te worden uitgevoerd of, in het geval van huisuitzetting, binnen vijftien dagen nadat de beslissing in kracht van gewijsde is gegaan.

    Gerechtelijke tenuitvoerlegging van beslissingen

    De gewone rechtbank van de woonplaats van de schuldenaar is bevoegd om de tenuitvoerlegging van een beslissing te gelasten en om daartoe over te gaan, en om iedere gerechtelijke activiteit voorafgaand aan het gelasten van de tenuitvoerlegging uit te voeren en om vermogensverklaringen af te nemen, behoudens indien anders is bepaald in artikel 252 van de huidige versie van wet nr. 99/1963 (wetboek van burgerlijke rechtsvordering).

    De tenuitvoerlegging van een beslissing kan slechts worden gelast voor zover de schuldeiser hierom verzoekt en voor zover zulks conform de beslissing toereikend is om de schuldeiser te betalen (artikel 263, lid 1, van de huidige versie van wet nr. 99/1963 (wetboek van burgerlijke rechtsvordering)).

    De rechter verwerpt het tenuitvoerleggingsverzoek als al uit het verzoek duidelijk blijkt dat het bedrag dat verkregen zou worden zelfs niet voldoende is om de tenuitvoerleggingskosten te dekken (artikel 264, lid 2, van de huidige versie van wet nr. 99/1963 (wetboek van burgerlijke rechtsvordering)).

    Procedure voor gedwongen tenuitvoerlegging door een gerechtsdeurwaarder

    De gerechtsdeurwaarder gaat in opdracht van een rechter over tot de tenuitvoerlegging van beslissingen, met uitzondering van de bovengenoemde beslissingen (onder punt 1).

    Als de gerechtsdeurwaarder een verzoek tot gedwongen tenuitvoerlegging heeft ontvangen, verzoekt hij de rechter uiterlijk binnen vijftien dagen vanaf de ontvangst van het verzoek om een volmacht en een tenuitvoerleggingsbeschikking. Als er is voldaan aan alle wettelijke voorwaarden, geeft de rechter binnen vijftien dagen een volmacht af. Als er niet is voldaan aan alle wettelijke voorwaarden voor de gedwongen tenuitvoerlegging, geeft de rechter de gerechtsdeurwaarder de instructie om het verzoek tot gedwongen tenuitvoerlegging geheel of gedeeltelijk te weigeren of te verwerpen of om de tenuitvoerleggingsprocedure op te schorten. Deze instructie is bindend voor de gerechtsdeurwaarder.

    De districtsrechtbank is de materieel bevoegde rechtbank.

    De territoriaal bevoegde rechtbank is voor een natuurlijk persoon de rechtbank waar de schuldenaar zijn woonplaats heeft of eventueel, als het om een buitenlandse onderdaan gaat, waar hij zijn verblijfplaats op het grondgebied van de Tsjechische Republiek heeft, afhankelijk van de aard van het verblijf. Als de schuldenaar een rechtspersoon is, is de rechtbank van de plaats waar de schuldenaar zijn statutaire zetel heeft territoriaal bevoegd. Als de schuldenaar een natuurlijk persoon is en geen woon- of verblijfplaats in de Tsjechische Republiek heeft, of als de schuldenaar een rechtspersoon is en geen zetel in de Tsjechische Republiek heeft, is de rechtbank van de plaats waar zijn zaken zich bevinden territoriaal bevoegd.

    In de huidige versie van wet nr. 292/2013 inzake bijzondere gerechtelijke procedures staan enkele uitzonderingen op de territoriale bevoegdheid, bijvoorbeeld in artikel 511.

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    De gerechtelijke tenuitvoerlegging van een beslissing (of de tenuitvoerlegging door de gerechtsdeurwaarder) kan, onder voorbehoud van enkele uitzonderingen, bestaan in het in beslag nemen van roerende of onroerende zaken, rechten en andere soorten zaken.

    Overeenkomstig de artikelen 321 en 322 van de huidige versie van wet nr. 99/1963 (wetboek van burgerlijke rechtsvordering) kan er geen beslag worden gelegd op:

    • zaken waarvan de verkoop krachtens bijzondere bepalingen is verboden of zaken die krachtens bijzondere bepalingen niet zijn onderworpen aan tenuitvoerlegging;
    • zaken waarvan de schuldenaar de eigenaar is en die strikt noodzakelijk zijn om te voorzien in zijn directe materiële behoeften en die van zijn gezin of voor het uitvoeren van zijn professionele taken, alsook andere zaken waarvan de verkoop strijdig zou zijn met de morele regels (gewone kleding, voorzieningen voor het huis, verlovingsringen en andere vergelijkbare voorwerpen, medische apparatuur en andere voorwerpen die de schuldenaar nodig heeft wegens ziekte of handicap, contant geld binnen de limiet die overeenkomt met het dubbele van het minimum voor levensonderhoud voor een persoon conform de bijzondere regelgeving, gezelschapsdieren die niet voor commerciële doeleinden worden gehouden);
    • als de schuldenaar een zelfstandig ondernemer is, de zaken waarvan hij de eigenaar is en die hij strikt nodig heeft voor het uitvoeren van zijn activiteit (deze bepaling geldt niet voor zaken die zijn verpand en als de schuldeiser de op deze wijze gegarandeerde vordering wil innen);
    • technische hulpmiddelen die worden gebruikt voor de registratie van beleggingsinstrumenten conform de bijzondere regelgeving, of voor het bewaren van documenten in verband met gegevens van deze registraties, technische hulpmiddelen voor het verstrekken van gegevens over de eigenaars van beleggingsinstrumenten conform de bijzondere regelgeving;
    • zaken die de schuldenaar heeft verkregen als vervangende zaken (deze bepaling geldt niet als de schuldenaar vrij kan beschikken over deze zaken of als de tenuitvoerlegging van de beslissing gericht is op het verkrijgen van de betaling van schulden van een overledene of schulden in verband met het noodzakelijke beheer van de als vervangende zaken verkregen zaken).

    De schuldeiser kan echter altijd verzoeken om beslag op de bovengenoemde zaken, als deze zijn verkregen door een schuldenaar die door het plegen van een opzettelijk strafbaar feit een nadeel heeft veroorzaakt en financieel voordeel heeft verkregen en de schuldeiser het slachtoffer van dit strafbare feit is.

    Bovendien kunnen ook de volgende zaken niet worden onderworpen aan tenuitvoerlegging van een beslissing:

    • vorderingen die betrekking hebben op schadevergoedingen die een verzekeraar uit hoofde van een verzekeringsovereenkomst heeft overgemaakt, als deze schadevergoedingen dienen voor de wederopbouw of de reparatie van een woning;
    • sociale uitkeringen, hulp voor personen in een kwetsbare situatie, huisvestingsvergoedingen, sociale hulp die in één keer is betaald en hulp voor pleeggezinnen;
    • vorderingen die de schuldenaar heeft verkregen als vervangende zaken (deze bepaling geldt niet als de schuldenaar vrij kan beschikken over deze vorderingen of als de tenuitvoerlegging van de beslissing gericht is op het verkrijgen van de betaling van schulden van een overledene of de betaling van schulden in verband met het noodzakelijke beheer van de als vervangende zaken verkregen zaken);
    • er kan slechts beslag worden gelegd op twee vijfde van het bedrag van vorderingen van natuurlijke personen die zelfstandig ondernemer zijn en die zijn ontstaan in het kader van hun professionele activiteit. Als het verzoek tot beslag echter betrekking heeft op een bevoorrechte vordering, kan drie vijfde van dat bedrag in beslag worden genomen;
    • er kan slechts beslag worden gelegd op twee vijfde van het bedrag van vorderingen die zijn verkregen uit hoofde van auteursrechten, als de auteur de schuldenaar is. Als de verzochte tenuitvoerlegging betrekking heeft op een bevoorrechte vordering, kan drie vijfde van de auteursrechten in beslag worden genomen (deze bepaling geldt mutatis mutandis ook voor vorderingen uit de rechten van uitvoerende kunstenaars en industriële-eigendomsrechten van initiators).

    Dit overzicht bevat de belangrijkste beperkingen inzake beslag op zaken in het kader van gerechtelijke of gedwongen tenuitvoerlegging. Het wetboek van burgerlijke rechtsvordering bevat nog andere specifieke beperkingen, bijvoorbeeld in artikel 267b.

    De wijze waarop beslag wordt gelegd op zaken van de gemeenschap van de echtgenoten staat beschreven in artikel 262a, leden 1 en 2, van de huidige versie van wet nr. 99/1963 (wetboek van burgerlijke rechtsvordering) en artikel 42 van de huidige versie van wet nr. 120/2001 (wetboek van tenuitvoerlegging). De tenuitvoerlegging die betrekking heeft op zaken die behoren tot de gemeenschap van de echtgenoten kan eveneens worden gelast voor de terugbetaling van een schuld die gedurende of voorafgaand aan het huwelijk is aangegaan en die slechts betrekking heeft op één van de echtgenoten. Voor de toepassing van een tenuitvoerleggingsbeschikking worden ook de volgende zaken beschouwd als gemeenschappelijke zaken van de schuldenaar en zijn echtgenoot: zaken die niet langer deel uitmaken van de gemeenschap van de echtgenoten als gevolg van een rechterlijke beslissing waarin de ontbinding van de gemeenschap is uitgesproken of de bestaande omvang is verkleind, als gevolg van een overeenkomst die de gemeenschap van goederen van de echtgenoten verkleint, als gevolg van het aannemen van een stelsel van huwelijkse voorwaarden of als gevolg van het bestaan van een overeenkomst met betrekking tot de uitgestelde gemeenschap van goederen.

    De tenuitvoerlegging van de beslissing door middel van beslag op salaris of andere inkomsten van de echtgenoot van de schuldenaar, door middel van derdenbeslag op de bankrekening van de echtgenoot van de schuldenaar, derdenbeslag van een andere geldvordering van de echtgenoot van de schuldenaar, of door beslag op andere vermogensrechten van de echtgenoot van de schuldenaar kan uitsluitend worden gelast als de terug te betalen schulden onder de gemeenschap van de echtgenoten vallen.

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    Gerechtelijke tenuitvoerlegging van beslissingen

    De betaling van een geldbedrag kan worden verkregen door middel van beslag op salaris, derdenbeslag, het beheer van een onroerende zaak, de verkoop van roerende of onroerende zaken, door beslag en verkoop van een fabriek of door het vestigen van een gerechtelijk zekerheidsrecht op de onroerende zaken (artikel 258, lid 1, van de huidige versie van wet nr. 99/1963 (wetboek van burgerlijke rechtsvordering)).

    De tenuitvoerlegging van een beslissing die een andere verplichting oplegt dan de betaling van een geldbedrag hangt af van de aard van de opgelegde verplichting. Deze kan bestaan in een huisuitzetting, bewarend beslag, de verdeling van gemeenschappelijke zaken of de uitvoering van werkzaamheden of diensten (artikel 258, lid 2, van de huidige versie van wet nr. 99/1963 (wetboek van burgerlijke rechtsvordering)).

    De tenuitvoerlegging van de beslissing door de verkoop van verpande zaken kan in geval van een vordering met een zekerheidsrecht worden uitgevoerd door de verkoop van verpande roerende zaken of onroerende zaken die zijn bezwaard met een hypotheek, door de verkoop van geheel in bewaring genomen zaken en verzamelingen van zaken (feitelijke universaliteit) en door beslag op andere verpande zaken, door de omzetting van conservatoir beslag op een geldbedrag in derdenbeslag en door beslag op andere verpande vermogensrechten (artikel 258, lid 3, van de huidige versie van wet nr. 99/1963 (wetboek van burgerlijke rechtsvordering)).

    Nadat de gedwongen tenuitvoerlegging is ingeschreven in het register van gedwongen tenuitvoerleggingen, onderzoekt de gerechtsdeurwaarder de geldende tenuitvoerleggingsmiddelen en geeft of vernietigt hij een bevel betreffende de zaken die krachtens de gedwongen tenuitvoerlegging in beslag genomen dienen te worden. Met een tenuitvoerleggingsbevel wordt de opdracht bedoeld om over te gaan tot de gedwongen tenuitvoerlegging met een van de tenuitvoerleggingsmiddelen die zijn vastgelegd in de huidige versie van wet nr. 120/2001 (wetboek van tenuitvoerlegging). Bij het opstellen van een tenuitvoerleggingsbevel is de gerechtsdeurwaarder verplicht een tenuitvoerleggingsmiddel te kiezen dat niet kennelijk ongeschikt is, bijvoorbeeld wat betreft de onevenredigheid tussen de hoogte van de schulden van de schuldenaar en de waarde van de zaak waarvan de verkoop het mogelijk moet maken om deze schulden terug te betalen.

    De gedwongen tenuitvoerlegging betreffende de betaling van een geldbedrag kan worden gerealiseerd door beslag op salaris of andere inkomsten, derdenbeslag, de verkoop van roerende of onroerende zaken, door beslag en verkoop van een fabriek, door het vestigen van een zekerheidsrecht op onroerende zaken, door het beheer van een onroerende zaak of door de opschorting van een rijbewijs.

    Het tenuitvoerleggingsmiddel betreffende een andere verplichting dan de betaling van een geldbedrag, hangt af van de aard van de opgelegde verplichting. Dit kan bestaan in een huisuitzetting, bewarend beslag, de verdeling van gemeenschappelijke zaken of de uitvoering van werkzaamheden of diensten.

    De gedwongen tenuitvoerlegging door de verkoop van verpande zaken kan in geval van een vordering met een zekerheidsrecht worden gerealiseerd door de verkoop van verpande roerende zaken of onroerende zaken die zijn bezwaard met een hypotheek.

    Het verbod om te beschikken over zaken staat in artikel 44a en artikel 47, lid 5, van de huidige versie van wet nr. 120/2001 (wetboek van tenuitvoerlegging). Behoudens indien de gerechtsdeurwaarder anders bepaalt, kan de schuldenaar vanaf de datum van de betekening van de gedwongen tenuitvoerlegging niet meer vrij beschikken over zijn zaken, met inbegrip van onroerende zaken en zaken die tot de gemeenschap van de echtgenoten behoren, met uitzondering van zaken die onmisbaar zijn voor de normale uitvoering van de commerciële en industriële activiteit van de schuldenaar, zaken die onmisbaar zijn om te voorzien in zijn basisbehoeften en die van de personen jegens wie hij onderhoudsplichtig is, en zaken die noodzakelijk zijn voor het behoud en beheer van zijn vermogen. Rechtshandelingen verricht in strijd met dit verbod zijn nietig. Deze handeling wordt echter als geldig beschouwd als de gerechtsdeurwaarder, een preferente schuldeiser of een opgegeven schuldeiser geen beroep tot nietigverklaring instelt om de inning van opgeëiste vordering te garanderen. De rechtsgevolgen van een beroep tot nietigverklaring beginnen op de datum van inwerkingtreding van de rechtshandeling, op voorwaarde dat het uitvoerbare bevel dat de gerechtsdeurwaarder heeft opgesteld of een ander document waaruit de wil van de gerechtsdeurwaarder, de preferente schuldeiser of de opgegeven schuldeiser blijkt, is bezorgd aan alle partijen bij de rechtshandeling die het onderwerp is van het beroep tot nietigverklaring dat de gerechtsdeurwaarder, de preferente schuldeiser of de opgegeven schuldeiser heeft ingesteld.

    De schuldenaar heeft niet het recht de zaken waar het uitvoerbare bevel betrekking op heeft over te dragen en hij kan deze niet bezwaren met een last of hier op andere wijze over beschikken. Rechtshandelingen verricht in strijd met dit verbod zijn nietig.

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    De maatregelen worden gehandhaafd tot de beëindiging van de tenuitvoerleggingsprocedure, het innen van de vordering en de betaling van de rente, de betaling van de tenuitvoerleggingskosten enz. Het verbod om te beschikken over de zaken wordt door middel van een beslissing beëindigd, zodra de schuldenaar het bedrag heeft overgemaakt aan de gerechtsdeurwaarder dat overeenkomt met de opgeëiste vordering, de tenuitvoerleggingskosten en de kosten die de schuldeiser heeft gemaakt.

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    Tijdens de gerechtelijke tenuitvoerlegging van een beslissing kan er beroep worden ingesteld conform de algemene bepalingen in verband met beroep uit het wetboek van burgerlijke rechtsvordering. De schuldenaar dient binnen vijftien dagen vanaf de betekening van een afschrift van de schriftelijke beslissing beroep in te stellen bij de rechter van wie de beslissing wordt aangevochten. Als degene die daartoe het recht heeft tijdig een ontvankelijk beroep instelt, gaat de beslissing niet in kracht van gewijsde voordat de beroepsrechter definitief uitspraak doet over het beroep (zie ook artikel 254 van de huidige versie van wet nr. 99/1963 (wetboek van burgerlijke rechtsvordering)).

    Tijdens de tenuitvoerlegging van de beslissing is het om redenen die in de wet zijn vastgesteld niet mogelijk om de procedure op te schorten en het verval dat voortkomt uit het verstrijken van de termijn ongedaan te maken. Het is evenmin mogelijk om een beroep in te stellen voor de herziening van de beslissing. Het is echter wel mogelijk om cassatieberoep in te stellen, maar uitsluitend als het beroep wordt ingesteld tegen een definitieve beslissing die is gewezen door een beroepsrechter die het beroep heeft verworpen of de beroepsprocedure heeft beëindigd, of tegen een definitieve beslissing van een beroepsrechter die de beschikking van de rechter van eerste aanleg heeft bevestigd of opnieuw heeft geformuleerd met verwerping van het beroep of het verzoek inzake het ongedaan maken van het verval (zie ook artikel 229, lid 4, en artikel 254, lid 2, van de huidige versie van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering).

    Een recht op de zaken dat tot gevolg heeft dat deze niet vatbaar zijn voor beslag kan worden aangevoerd tegen de schuldeiser door middel van een verzoek tot opheffing van het beslag op deze zaken (artikel 267, lid 1, van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering).

    Het recht op de zaken die behoren tot de gemeenschap van de echtgenoten of die voor de toepassing van de tenuitvoerleggingsbeschikking worden beschouwd als onderdeel van het gemeenschappelijke vermogen van de schuldenaar en zijn echtgenoot, maar waarop geen beslag kan worden gelegd voor het innen van de opgeëiste vordering, kan mutatis mutandis worden uitgeoefend door middel van een dergelijk verzoek (artikel 267, lid 2, van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering).

    In het verzoek jegens de schuldeiser kan eveneens bezwaar worden gemaakt tegen de waarheidsgetrouwheid, de hoogte, de aard of de rang van een van de vorderingen die zijn opgegeven voor de verdeling van de opbrengst van de verkoop of die op andere wijze worden voldaan tijdens de tenuitvoerlegging van de beslissing, volgens de procedures voor gedwongen tenuitvoerlegging die in de wet zijn vastgesteld (artikel 267a van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering).

    Partijen bij de procedure kunnen bezwaar maken tegen bepaalde beschikkingen van de rechter. De schuldenaar kan bijvoorbeeld bezwaar maken tegen de inventaris, het rapport over het beheer van de fabriek of de veiling.

    Ten slotte en bovenal kan de schuldenaar in het kader van een procedure voor gerechtelijke tenuitvoerlegging of gedwongen tenuitvoerlegging door een gerechtsdeurwaarder verzoeken om uitstel of opschorting van de gerechtelijke tenuitvoerlegging van de beslissing (of de gedwongen tenuitvoerlegging). Het uitstel en de opschorting van de gerechtelijke tenuitvoerlegging (of de gedwongen tenuitvoerlegging) zijn geregeld in het wetboek van burgerlijke rechtsvordering en het wetboek van tenuitvoerlegging (met name de artikelen 266, 268 en 269 van de huidige versie van wet nr. 99/1963 (wetboek van burgerlijke rechtsvordering) en de artikelen 54, 55 en 55a van de huidige versie van wet nr. 120/2001 (wetboek van tenuitvoerlegging)).

    Beroep tegen gedwongen tenuitvoerlegging door een gerechtsdeurwaarder

    Uitsluitend in de gevallen die zijn vastgesteld in het wetboek van tenuitvoerlegging (artikel 55c) kan beroep worden ingesteld tegen beslissingen van een gerechtsdeurwaarder.

    Er kan bij de rechter beroep worden ingesteld tegen de beslissing van de gerechtsdeurwaarder over het verzoek om een zaak te schrappen uit de inventaris en zulks via een verzoek tot opheffing van het beslag op deze zaak conform artikel 267 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering. De beroepstermijn bedraagt dertig dagen vanaf de betekening van de beslissing van de gerechtsdeurwaarder waarmee laatstgenoemde het verzoek om de zaak te schrappen uit de inventaris niet of slechts gedeeltelijk heeft ingewilligd. Geïnventariseerde roerende zaken kunnen niet worden verkocht gedurende de periode tussen de datum van indiening van het verzoek tot schrapping van de zaak uit de inventaris en de datum waarop deze termijn is verstreken en gedurende de beroepsprocedure.

    Partijen kunnen tegen het bevel tot betaling van de proceskosten bezwaar maken binnen acht dagen nadat het bevel is betekend.

    Zie voor het verzoek tot uitstel of opschorting van de gedwongen tenuitvoerlegging door een gerechtsdeurwaarder het kopje "Beroep tegen de gerechtelijke tenuitvoerlegging van beslissingen" hierboven.

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

    Na het gelasten van de gedwongen tenuitvoerlegging (de artikelen 44 en volgende van het wetboek van tenuitvoerlegging) geldt het verbod om vrij te beschikken over de zaken niet voor de zaken die onmisbaar zijn voor de normale uitvoering van de commerciële en industriële activiteit van de schuldenaar, voor de zaken waarmee de schuldenaar voorziet in zijn basisbehoeften en die van de personen jegens wie hij onderhoudsplichtig is, en voor de zaken die noodzakelijk zijn voor het behoud en beheer van zijn vermogen. De schuldenaar kan de gerechtsdeurwaarder bovendien verzoeken om een deel van zijn zaken niet op te nemen in dit verbod. In zijn verzoek dient de schuldenaar te bewijzen dat het restant van zijn zaken duidelijk en onmiskenbaar toereikend is voor de betaling van de opgeëiste vordering, met inbegrip van de kosten die de schuldeiser heeft gemaakt en de kosten voor de gedwongen tenuitvoerlegging.

    Na ontvangst van het bevel tot betaling van de gerechtsdeurwaarder, waarin de betalingstermijn en de eventuele gevolgen van niet-betaling worden vermeld, heeft de schuldenaar eveneens de mogelijkheid om de opgeëiste schuld te betalen alsook een voorschot op de minimale kosten voor de tenuitvoerlegging. Het verbod om te beschikken over de zaken eindigt met de betaling van de opgeëiste schuld en het voorschot (artikel 44a, lid 1, en artikel 46, lid 6, van het wetboek van tenuitvoerlegging). Als dit niet gebeurt, gaat de gerechtsdeurwaarder over tot inbeslagname.

    De schuldenaar geniet bescherming krachtens artikel 65 van gewijzigd besluit nr. 37/1992 van het Tsjechische ministerie van Justitie van 23 december 1991 inzake het huishoudelijke reglement van de districtsrechtbanken en regionale rechtbanken, bijvoorbeeld als hij uit zijn huis of een andere woonruimte gezet dient te worden. Er kan niet worden overgegaan tot uitzetting als de gerechtsdeurwaarder die belast is met de uitzetting uit een pand, een woning of een kamer vaststelt dat degene die uitgezet dient te worden bedlegerig is wegens een ziekte, of als het gaat om een vrouw die net is bevallen of die hoogzwanger is en de uitzetting de gezondheid van die persoon ernstig in gevaar zou kunnen brengen. Als er geen medische verklaring is of er twijfels bestaan over de waarheidsgetrouwheid van een dergelijke verklaring, vraagt de gerechtsdeurwaarder om advies van een medisch specialist.

    Overeenkomstig het wetboek van burgerlijke rechtsvordering zijn bepaalde zaken niet vatbaar voor beslag. Zie "Welke soorten zaken kunnen worden onderworpen aan een tenuitvoerlegging?".

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 28/03/2022

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Let op: de oorspronkelijke versie van deze pagina (Duits) is onlangs gewijzigd. Aan de vertaling in het Nederlands wordt momenteel gewerkt.
    De volgende vertalingen zijn al beschikbaar: Engels

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Duitsland

    1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

    Gedwongen tenuitvoerlegging is de procedure waarmee een eis naar privaatrecht kan worden opgelegd met dwang van de staat. Alleen de staat is bevoegd om de tenuitvoerlegging via zijn instellingen af te dwingen.

    Een overzicht van de verschillende executiemaatregelen waarmee de schuldenaar tot de uitvoering van de hem opgelegde prestatie, handeling enz. kan worden gedwongen:

    • beslag op materiële zaken;
    • beslag op vorderingen en andere vermogensrechten (en met name loonbeslag);
    • vermogensverklaring;
    • dwangmaatregelen om de schuldenaar te verplichten tot handelen of tot nalaten en;
    • gedwongen openbare verkoop;
    • gedwongen onderbeheerstelling.

    In Duitsland wordt de gedwongen tenuitvoerlegging voornamelijk beheerst door de artikelen 704 en volgende van het Zivilprozessordnung (ZPO, Duits wetboek van burgerlijke rechtsvordering) en de Gesetz über die Zwangsversteigerung und Zwangsverwaltung (ZVG, Duitse wet inzake gedwongen openbare verkoop en gedwongen onderbeheerstelling).

    Verordening (EU) nr. 655/2014, waarin de grensoverschrijdende tenuitvoerlegging van vorderingen tussen lidstaten van de Europese Unie wordt geregeld, is in Duitsland omgezet door de artikelen 946 en volgende ZPO.

    2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

    Zie punt 3 hieronder.

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    3.1 De procedure

    • Zijn gerechtelijke en buitengerechtelijke titels uitvoerbaar?

    Ja. In kracht van gewijsde gegane of voorlopig uitvoerbaar verklaarde eindvonnissen (artikel 704 ZPO) komen in aanmerking, alsook derdenbeslag en voorlopige voorzieningen (de artikelen 929 en 936 ZPO) en de andere executoriale titels die worden genoemd in artikel 794 ZPO; naast de gerechtelijke titels gaat het ook om buitengerechtelijke schikkingen die zijn aangegaan voor een bemiddelingsinstantie, schikkingen die zijn aangegaan met behulp van een advocaat (Anwaltsvergleiche) en notariële akten.

    • Is er een gerechtelijke beslissing nodig om de titel ten uitvoer te kunnen leggen?

    In geval van beslag op vorderingen en andere vermogensrechten van de schuldenaar is een gerechtelijke beslissing nodig, alsook bij de gedwongen tenuitvoerlegging waarbij de schuldenaar wordt verplicht tot handelen of tot nalaten en gedwongen tenuitvoerlegging op onroerende zaken overeenkomstig de ZVG.

    • Welk gerecht is bevoegd?

    In geval van beslag op vorderingen: het Amtsgericht (kantongerecht) van de woonplaats van de schuldenaar.

    In geval van een gedwongen tenuitvoerlegging waarbij de schuldenaar wordt verplicht tot handelen of tot nalaten: het gerecht van eerste aanleg waar de zaak aanhangig is gemaakt.

    In geval van gedwongen openbare verkoop en gedwongen onderbeheerstelling: het gerecht in de plaats waar de desbetreffende onroerende zaak zich bevindt.

    • Positie en bevoegdheden van de gerechtsdeurwaarder

    Een gerechtsdeurwaarder is een gerechtelijk ambtenaar van een deelstaat en staat onder toezicht van de directeur of president van het kantongerecht waar hij onder valt. De gerechtsdeurwaarder oefent zijn beroep echter onafhankelijk uit en er mag in het kader van het administratieve toezicht op hem geen invloed worden uitgeoefend. De handelingen en kostentoewijzing van de gerechtsdeurwaarder kunnen door middel van een Erinnerung (herinnering) worden aangevochten. Hetzelfde geldt als de gerechtsdeurwaarder weigert om een opdracht uit te voeren. De met de tenuitvoerlegging belaste rechter is bevoegd om zich uit te spreken over de Erinnerung.

    De gerechtsdeurwaarder is verantwoordelijk voor de tenuitvoerlegging van gerechtelijke beslissingen in burgerlijke zaken overeenkomstig Boek 8 ZPO. Daarbij ligt het zwaartepunt op de tenuitvoerlegging op roerende zaken. De gerechtsdeurwaarder is in het bijzonder bevoegd om de schuldenaar in termijnen te laten betalen en zo te streven naar een snelle en minnelijke afwikkeling van de tenuitvoerleggingsprocedure. Een andere essentiële taak van de gerechtsdeurwaarder is de afname van de vermogensverklaring die de schuldenaar onder ede dient af te leggen. Andere bevoegdheden van de gerechtsdeurwaarder zijn:

    • de tenuitvoerlegging van verplichtingen inzake het leveren van roerende en onroerende zaken (ontruiming);
    • het breken van het verzet van de schuldenaar tegen handelingen die hij moet aanvaarden;
    • op initiatief van de partijen betekening verrichten die noodzakelijk is voor de gedwongen tenuitvoerlegging;
    • de tenuitvoerlegging van beschikkingen tot conservatoir beslag en beschikkingen in kort geding (voor zover dat niet onder de bevoegdheid van de rechter valt);
    • de tenuitvoerlegging van aanhoudingsbevelen na de weigering om vermogensverklaringen af te leggen.
    • Moet het tenuitvoerleggingsverzoek worden ingediend door een beoefenaar van een juridisch beroep?

    Over het algemeen zijn de Amtsgerichte bevoegd om tenuitvoerleggingsverzoeken te behandelen. In dat geval is vertegenwoordiging door een advocaat niet vereist.

    Ieder verzoek om een beslissing betreffende een verplichting om iets te doen of na te laten, moet daarentegen worden ingediend bij het gerecht waar de zaak in eerste aanleg aanhangig was. In sommige gevallen is dit dus een hoger gerecht, zoals het Landgericht (regionaal gerecht), waar vertegenwoordiging door een advocaat in principe wel vereist is.

    Kosten van executiemaatregelen

    Afhankelijk van het toegekende recht zijn er in de wet verschillende executiemaatregelen vastgesteld; de executiekosten verschillen afhankelijk van het soort maatregel.

    • a. Beslag op materiële zaken

    Als de betaling van een bepaalde geldsom is erkend, vertrouwt de schuldeiser het innen van de vordering doorgaans toe aan een gerechtsdeurwaarder. Een beslag op roerende goederen van de schuldenaar door de gerechtsdeurwaarder kost 26,00 EUR conform punt 205 van de Kostenverzeichnis (KV, tarievenlijst) bij de Gerichtsvollzieherkostengesetz (GvKostG, wet inzake de kosten voor gerechtsdeurwaarders). De (al dan niet openbare) verkoop van de zaak waarop beslag is gelegd als verkoop op locatie of verkoop op internet via een veilingplatform, of iedere andere wijze van vervreemding van de zaak, kost 52,00 EUR extra overeenkomstig punt 300 van de KV. Naast deze kosten worden er conform punt 500 van de KV toeslagen geheven als de ambtshandeling langer dan drie uur duurt, zoals blijkt uit het proces-verbaal van de gerechtsdeurwaarder. Deze toeslag bedraagt 20,00 EUR per aangevangen uur. Daarbovenop komen nog de door de gerechtsdeurwaarder gemaakte kosten/uitgaven, zoals zijn reiskosten (punt 711 van de KV).

    • b. Beslag op vorderingen

    Op basis van een Zahlungstitel (betalingstitel) kan bovendien worden verzocht om gerechtelijk beslag op een vordering van de schuldenaar (bijvoorbeeld beslag op zijn salaris) en de overschrijving van deze in beslag genomen vordering op de rekening van de schuldeiser als wijze van inning of inbetalinggeving (de artikelen 829 en 835 ZPO). Doorgaans wordt in één beslissing (van beslag en betaling) gezamenlijk verzocht om het beslag en de betaling. De procedure voor dit verzoek kost eenmalig 20,00 EUR overeenkomstig punt 2111 van de Kostenverzeichnis (KV, tarievenlijst) bij de Gerichtskostengesetz (GKG, wet inzake gerechtskosten). De kosten, met name voor de betekening van de gerechtelijke beslissing, worden apart geheven conform deel 9 van de KV.

    • c. Afname van de vermogensverklaring

    Voor het afnemen van de vermogensverklaring ontvangt de gerechtsdeurwaarder conform punt 260 van de KV bij de GvKostG een vergoeding van 33,00 EUR.

    • d. Tenuitvoerlegging op onroerende zaken

    De gedwongen tenuitvoerlegging betreffende onroerende zaken van de schuldenaar gebeurt door het vestigen van een hypotheek in het kadaster teneinde de vordering zeker te stellen, door gedwongen openbare verkoop of door gerechtelijke onderbeheerstelling van de onroerende zaak.

    Voor het vestigen van een hypotheek in het kadaster wordt er conform punt 14121 van de Kostenverzeichnis (KV, tarievenlijst) bij de Gerichts- und Notarkostengesetz (GNotKG, wet inzake gerechts- en notariskosten) een vergoeding geheven volgens een tarief van 1,0 punt van de waarde van de zeker te stellen vordering (artikel 53, lid 1, GNotKG). Er is een overzicht van deze vorderingsrechten tot 3 miljoen EUR opgenomen in bijlage 1.

    De gerechtskosten voor de procedures die worden bedoeld in de ZVG worden vastgesteld volgens deel 2, hoofdstuk 2, sectie 1 en 2, van de KV bij de GKG. Voor de beslissing over het verzoek om een onroerende zaak gedwongen openbaar te laten verkopen of over de instemming met de procedure bedragen de te betalen rechten 100,00 EUR. Bovendien dient er een algemene vergoeding voor de procedure te worden betaald, evenals een vergoeding voor het houden van ten minste één openbare verkoop met een uitnodiging voor inschrijvingen, een vergoeding voor de veiling en een vergoeding voor de verdeling van de opbrengst van de verkoop. Elk van deze vergoedingen is vastgesteld op een tarief van 0,5 punt. De hoogte van de algemene vergoeding voor de procedure en de vergoeding voor het houden van de openbare verkoop wordt iedere keer gebaseerd op de waarde van de onroerende zaak die is vastgesteld door de rechter (verkoopwaarde, artikel 54, lid 1, GKG). De vergoedingen voor de veiling en voor de verdeling van de opbrengst van de verkoop worden vastgesteld op basis van de laatste verkoop, zonder rente, met inbegrip van de waarde van de residuele rechten die zijn vastgesteld in de veilingvoorwaarden (artikel 54, leden 2 en 3, GKG). Er is een overzicht van deze vorderingsrechten tot 500 000 EUR opgenomen in bijlage 2. Naast deze vergoedingen moeten de proceskosten apart worden betaald conform deel 9 van de KV bij de GKG, met name de kosten die uit hoofde van de Justizvergütungs- und -entschädigungsgesetz (JVEG, wet inzake justitiële beloning en vergoeding) betaald dienen te worden voor het opstellen van een deskundigenrapport over de verkoopwaarde van de onroerende zaak (punt 9005 van de KV bij de GKG).

    Voor de beslissing over het verzoek om gerechtelijke onderbeheerstelling of over de instemming met de procedure bedragen de te betalen rechten 100,00 EUR. De jaarlijkse vergoeding voor de tenuitvoerlegging van de procedure bedraagt 0,5 punt, maar niet minder dan 120,00 EUR in het eerste kalenderjaar en 60,00 EUR in het laatste kalenderjaar. De hoogte van de vergoeding wordt vastgesteld op basis van de totale waarde van de opbrengst van het beheer van de zaak (artikel 55 GKG).

    • e. Tenuitvoerlegging van de verplichting tot afgifte en een procedure met als doel iemand te dwingen iets te doen, iets te dulden of iets na te laten

    Als de schuldenaar verplicht is om een roerende zaak af te geven, dan dient de gerechtsdeurwaarder hem de zaak te ontnemen en deze over te dragen aan de schuldeiser. Voor deze ambtshandeling ontvangt de gerechtsdeurwaarder conform punt 221 van de KV bij de GvKostG een vergoeding van 26,00 EUR. Naast deze kosten worden er conform punt 500 van de KV bij de GvKostG toeslagen geheven als de ambtshandeling langer dan drie uur duurt, zoals blijkt uit het proces-verbaal van de gerechtsdeurwaarder. Deze toeslag bedraagt 20,00 EUR per aangevangen uur.

    Als de schuldenaar een onroerende zaak dient af te geven, dient de gerechtsdeurwaarder hem het bezit te ontnemen en de schuldeiser in het bezit van de zaak te stellen (gedwongen uitzetting). Voor deze transactie ontvangt de gerechtsdeurwaarder conform punt 240 van de KV bij de GvKostG een vergoeding van 98,00 EUR. Ook in dit geval wordt er conform punt 500 van de KV bij de GvKostG een toeslag van 20,00 EUR per aangevangen uur geheven als de ambtshandeling langer dan drie uur duurt. Daarbovenop komen nog de door de gerechtsdeurwaarder betaalde voorschotten/onkosten, zoals voor het inschakelen van derden (bijvoorbeeld vervoerskosten, kosten voor de slotenmaker enz.).

    Voor de gerechtelijke procedure die tot doel heeft de schuldenaar te dwingen een handeling te verrichten (ofwel doet de schuldenaar dat zelf ofwel wordt dat in zijn plaats gedaan door een andere persoon) of een handeling na te laten of een handeling te dulden, zijn 20,00 EUR gerechtskosten verschuldigd conform punt 2111 van de KV bij de GKG.

    3.2 De grondvoorwaarden

    De schuldeiser dient ter staving van zijn recht in het bezit te zijn van een executoriale titel. Dat kan een in kracht van gewijsde gegaan of voorlopig uitvoerbaar verklaard eindvonnis zijn (artikel 704 ZPO) of een in artikel 794 ZPO genoemde executoriale titel (bijvoorbeeld gerechtelijke schikkingen, beschikkingen tot tenuitvoerlegging of notariële akten). De titel dient in principe de zogenaamde formule van tenuitvoerlegging te bevatten en te worden betekend aan de schuldenaar. Voor beschikkingen tot tenuitvoerlegging, beschikkingen tot conservatoir beslag en beschikkingen in kort geding is alleen in bepaalde gevallen een formule van tenuitvoerlegging vereist (artikel 796, artikel 929, lid 1, artikel 936 ZPO).

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    De roerende zaken, vorderingen en andere vermogensrechten en de onroerende zaken van de schuldenaar kunnen worden onderworpen aan executiemaatregelen.

    Artikel 811 ZPO somt bepaalde materiële zaken op waarop geen beslag kan worden gelegd, zodat de schuldenaar en de personen in zijn huishouden een minimumaantal voorwerpen behouden die noodzakelijk zijn voor hun persoonlijke behoeften of de uitoefening van hun professionele activiteit.

    Er gelden eveneens beperkingen voor beslag op het inkomen uit arbeid van de schuldenaar. Derhalve zijn in de artikelen 850 en volgende ZPO bepaalde bedragen vastgesteld waarop geen beslag mag worden gelegd en die absoluut in het bezit van de schuldenaar moeten blijven, om te garanderen dat hij over een bestaansminimum beschikt. De tegoeden op een rekening kunnen tegen beslag worden beschermd op een zogenaamde "Pfändungsschutzkonto" (artikel 850k ZPO). Op bepaalde bedragen op deze rekening kan geen beslag worden gelegd (niet voor beslag vatbare bedragen), ongeacht de herkomst van de creditering.

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    • Voor de schuldenaar

    De tenuitvoerlegging op het roerende vermogen van de schuldenaar gebeurt door middel van beslag en liquidatie van de in beslag genomen zaken. Op de vorderingen en rechten van de schuldenaar jegens derden wordt beslag gelegd door middel van een beslissing tot beslag van de rechter. In beide gevallen is het beslag een overheidshandeling die leidt tot de inbeslagneming van het voorwerp. Het belangrijkste gevolg van de inbeslagneming is dat de schuldenaar de bevoegdheid om over het voorwerp te beschikken wordt ontnomen.

    • Voor derden

    Als de gerechtsdeurwaarder beslag heeft gelegd op roerende zaken die niet van de schuldenaar maar van een derde zijn, kan laatstgenoemde door middel van derdenverzet bezwaar maken tegen de inbeslagneming van zijn zaak.

    In geval van derdenbeslag van vorderingen van de schuldenaar jegens derden, heeft deze derde niet langer het recht om de in beslag genomen vordering te betalen aan de schuldenaar. Hij kan zijn schuld alleen nog inlossen door geld te betalen aan de schuldeiser die aanspraak maakt op die vordering. Als de derde deze verplichting niet nakomt, kan van hem een schadevergoeding worden geëist.

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    Uitvoerbare vorderingen en rechten die voortkomen uit een schikking of een uitvoerbare akte verjaren na dertig jaar overeenkomstig artikel 197 van het Bürgerliches Gesetzbuch (BGB, Duits burgerlijk wetboek). Binnen die verjaringstermijn kan de schuldeiser te allen tijde executiemaatregelen laten uitvoeren.

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    Het Duitse recht heeft geen bijzondere procedure voor de goedkeuring van de tenuitvoerlegging.

    De schuldenaar kan bezwaar maken tegen de maatregelen die jegens hem zijn getroffen in de tenuitvoerleggingsprocedure. Hij beschikt over de zogenaamde Erinnerung tegen de wijze waarop de gedwongen tenuitvoerlegging is uitgevoerd. De schuldenaar kan beslissingen die tijdens de tenuitvoerlegging zonder mondelinge behandeling zijn genomen, aanvechten door middel van onmiddellijk bezwaar. Dit bezwaar dient binnen twee weken te worden aangetekend bij de rechter van wie de beslissing wordt aangevochten of bij het regionale gerecht, dat optreedt als beroepsrechter.

    Als de schuldenaar een rechtsmiddel aanwendt, heeft dat geen invloed op de voortzetting van de lopende tenuitvoerleggingsprocedure en wordt de procedure niet opgeschort.

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

    Zie punt 4 hierboven.


    Bijlage 1

    Waarde van de vordering
    tot … EUR

    Te betalen recht
    Tabel B
    … EUR

    Waarde van de vordering
    tot … EUR

    Te betalen recht
    Tabel B
    … EUR

    Waarde van de vordering
    tot … EUR

    Te betalen recht
    Tabel B
    … EUR

    500

    15,00

    200.000

    435,00

    1.550.000

    2.615,00

    1.000

    19,00

    230.000

    485,00

    1.600.000

    2.695,00

    1.500

    23,00

    260.000

    535,00

    1.650.000

    2.775,00

    2.000

    27,00

    290.000

    585,00

    1.700.000

    2.855,00

    3.000

    33,00

    320.000

    635,00

    1.750.000

    2.935,00

    4.000

    39,00

    350.000

    685,00

    1.800.000

    3.015,00

    5.000

    45,00

    380.000

    735,00

    1.850.000

    3.095,00

    6.000

    51,00

    410.000

    785,00

    1.900.000

    3.175,00

    7.000

    57,00

    440.000

    835,00

    1.950.000

    3.255,00

    8.000

    63,00

    470.000

    885,00

    2.000.000

    3.335,00

    9.000

    69,00

    500.000

    935,00

    2.050.000

    3.415,00

    10.000

    75,00

    550.000

    1.015,00

    2.100.000

    3.495,00

    13.000

    83,00

    600.000

    1.095,00

    2.150.000

    3.575,00

    16.000

    91,00

    650.000

    1.175,00

    2.200.000

    3.655,00

    19.000

    99,00

    700.000

    1.255,00

    2.250.000

    3.735,00

    22.000

    107,00

    750.000

    1.335,00

    2.300.000

    3.815,00

    25.000

    115,00

    800.000

    1.415,00

    2.350.000

    3.895,00

    30.000

    125,00

    850.000

    1.495,00

    2.400.000

    3.975,00

    35.000

    135,00

    900.000

    1.575,00

    2.450.000

    4.055,00

    40.000

    145,00

    950.000

    1.655,00

    2.500.000

    4.135,00

    45.000

    155,00

    1.000.000

    1.735,00

    2.550.000

    4.215,00

    50.000

    165,00

    1.050.000

    1.815,00

    2.600.000

    4.295,00

    65.000

    192,00

    1.100.000

    1.895,00

    2.650.000

    4.375,00

    80.000

    219,00

    1.150.000

    1.975,00

    2.700.000

    4.455,00

    95.000

    246,00

    1.200.000

    2.055,00

    2.750.000

    4.535,00

    110.000

    273,00

    1.250.000

    2.135,00

    2.800.000

    4.615,00

    125.000

    300,00

    1.300.000

    2.215,00

    2.850.000

    4.695,00

    140.000

    327,00

    1.350.000

    2.295,00

    2.900.000

    4.775,00

    155.000

    354,00

    1.400.000

    2.375,00

    2.950.000

    4.855,00

    170.000

    381,00

    1.450.000

    2.455,00

    3.000.000

    4.935,00

    185.000

    408,00

    1.500.000

    2.535,00



    Bijlage 2

    Waarde van het geschil
    tot ... EUR

    Te betalen recht
    ... EUR

    Waarde van het geschil
    tot ... EUR

    Te betalen recht
    ... EUR

    500

    35,00

    50.000

    546,00

    1.000

    53,00

    65.000

    666,00

    1.500

    71,00

    80.000

    786,00

    2.000

    89,00

    95.000

    906,00

    3.000

    108,00

    110.000

    1.026,00

    4.000

    127,00

    125.000

    1.146,00

    5.000

    146,00

    140.000

    1.266,00

    6.000

    165,00

    155.000

    1.386,00

    7.000

    184,00

    170.000

    1.506,00

    8.000

    203,00

    185.000

    1.626,00

    9.000

    222,00

    200.000

    1.746,00

    10.000

    241,00

    230.000

    1.925,00

    13.000

    267,00

    260.000

    2.104,00

    16.000

    293,00

    290.000

    2.283,00

    19.000

    319,00

    320.000

    2.462,00

    22.000

    345,00

    350.000

    2.641,00

    25.000

    371,00

    380.000

    2.820,00

    30.000

    406,00

    410.000

    2.999,00

    35.000

    441,00

    440.000

    3.178,00

    40.000

    476,00

    470.000

    3.357,00

    45.000

    511,00

    500.000

    3.536,00

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 18/01/2024

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Let op: de oorspronkelijke versie van deze pagina (Ests) is onlangs gewijzigd. Aan de vertaling in het Nederlands wordt momenteel gewerkt.
    De volgende vertalingen zijn al beschikbaar: Engels

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Estland

    1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

    Onder tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken wordt verstaan dat de activa van de schuldenaar worden aangewend om het in de executoriale titel gevorderde te voldoen, of dat de schuldenaar wordt verplicht om een bepaalde handeling voor een persoon te verrichten dan wel achterwege te laten.

    2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

    Gerechtsdeurwaarders – de contactgegevens vindt u De link wordt in een nieuw venster geopend.hier.

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    3.1 De procedure

    Een gerechtelijke beslissing wordt ten uitvoer gelegd:

    1) nadat de beslissing van kracht is geworden

    Een gerechtelijke beslissing wordt van kracht, zodra zij niet meer kan worden betwist anders dan door middel van de herzieningsprocedure (teistmismenetlus). Wanneer rechtmatig beroep wordt ingesteld tegen een gerechtelijke beslissing, wordt de inwerkingtreding van die beslissing opgeschort. Wordt beroep ingesteld tegen een deel van de beslissing, dan wordt het deel van kracht waartegen geen beroep is ingesteld. Wanneer beroep wordt ingesteld tegen een deel van een beslissing dat geen betrekking heeft op de vaststelling van de proceskosten, treedt het deel van de beslissing op grond waarvan het bedrag van de proceskosten wordt vastgesteld, evenmin in werking. Een gerechtelijke beslissing die van kracht is geworden, is bindend voor de deelnemers aan de procedure voor zover over de aanhangig gemaakte vordering of reconventionele vordering is besloten op basis van de omstandigheden die ten grondslag lagen aan de vordering, tenzij anderszins in de wet bepaald.

    Een beslissing wordt ten uitvoer gelegd op basis van een verzoek daartoe van de eiser.

    2) voordat de beslissing van kracht is geworden, indien het gerecht heeft geoordeeld dat zij onmiddellijk uitvoerbaar is.

    Een beslissing die onmiddellijk uitvoerbaar is verklaard, wordt ten uitvoer gelegd voordat zij van kracht is geworden. Het gerecht verklaart dat een beslissing onmiddellijk uitvoerbaar is in de beslissing zelf of door middel van een uitspraak.

    Beslissingen worden ten uitvoer gelegd op grond van een executoriale titel.

    Een executoriale titel in burgerlijke en handelszaken kan het volgende omvatten:

    • beslissingen en uitspraken in burgerlijke zaken die van kracht zijn geworden of onmiddellijk uitvoerbaar zijn;
    • beslissingen van een gerecht van een andere staat die worden erkend dan wel zonder erkenning uitvoerbaar zijn;
    • beslissingen van een permanente arbitragecommissie in Estland en beslissingen van andere arbitragecolleges die uitvoerbaar zijn verklaard;
    • beslissingen van een arbeidsgeschillencommissie of huurcommissie die van kracht zijn geworden.

    Zie hoofdstuk 2 van het De link wordt in een nieuw venster geopend.wetboek van tenuitvoerleggingsprocedures (Täitemenetluse seadustik) voor een volledig overzicht van executoriale titels.

    Wanneer een executoriale titel niet vrijwillig ten uitvoer wordt gelegd, kan een tenuitvoerleggingsprocedure worden ingeleid op basis van een verzoek daartoe van de eiser.

    Vorderingen die voortvloeien uit executoriale titels waarin de wet voorziet, worden ten uitvoer gelegd in overeenstemming met het wetboek van tenuitvoerleggingsprocedures. Executoriale titels worden ten uitvoer gelegd door een gerechtsdeurwaarder, tenzij anderszins in de wet bepaald.

    • Een gerechtsdeurwaarder voert de tenuitvoerleggingsprocedure op basis van een verzoek van de eiser en een executoriale titel. Een gerechtsdeurwaarder voert de tenuitvoerleggingsprocedure ook als de eiser daar niet om heeft verzocht, indien de executoriale titel een beslissing betreft inzake de betaling van de deurwaarderskosten of inzake een bevel tot betaling van de tenuitvoerleggingskosten, alsmede in andere situaties zoals in de wet voorzien.
    • Voor een tenuitvoerleggingszaak wordt een tenuitvoerleggingsdossier geopend, waarin de executiemaatregelen en verzonden kennisgevingen in chronologische volgorde worden weergegeven. In het tenuitvoerleggingsdossier worden ook de door de gerechtsdeurwaarder in het kader van de tenuitvoerleggingszaak ontvangen en verzonden stukken (of afschriften daarvan) bewaard.
    • Zodra wordt voldaan aan de voorwaarden voor inleiding van de tenuitvoerleggingsprocedure, doet de gerechtsdeurwaarder de schuldenaar een bericht van tenuitvoerlegging toekomen. De tenuitvoerleggingsprocedure wordt geacht aan te vangen zodra het bericht van tenuitvoerlegging bij de schuldenaar is afgeleverd.
    • Een gerechtsdeurwaarder moet bij de schuldenaar het bericht van tenuitvoerlegging afleveren, en bij deelnemers aan de tenuitvoerleggingsprocedure een verklaring van inbeslagname, een proces-verbaal van de veiling, de beslissingen van de gerechtsdeurwaarder inzake klachten die tegen zijn handelingen zijn ingediend en andere stukken zoals in de wet bepaald.
    • Indien er in de wet of een gerechtelijke beslissing geen termijn is vastgesteld voor vrijwillige naleving van een executoriale titel, wordt die termijn door de gerechtsdeurwaarder vastgesteld. Die termijn bedraagt ten minste dertig dagen, tenzij in het wetboek van tenuitvoerleggingsprocedures een andere termijn is voorgeschreven. De gerechtsdeurwaarder kan met instemming van de eiser een termijn van meer dan dertig dagen vaststellen voor vrijwillige naleving van een executoriale titel.

    Een gerechtsdeurwaarder moet onmiddellijk alle bij de wet toegestane maatregelen nemen om een executoriale titel ten uitvoer te leggen, de voor de tenuitvoerleggingsprocedure vereiste informatie inwinnen en deelnemers aan de tenuitvoerleggingsprocedure uitleg geven over hun rechten en plichten.

    • Een gerechtsdeurwaarder kan een tenuitvoerleggingsprocedure uitstellen op grond van een verzoek daartoe van de eiser of een gerechtelijke beslissing, of wanneer de persoon die de tenuitvoerleggingsprocedure voert, wordt vervangen.
    • Op grond van een verzoek van de schuldenaar kan een gerecht een tenuitvoerleggingsprocedure aanhouden dan wel de tenuitvoerlegging uitstellen, als voortzetting van de procedure niet billijk zou zijn jegens de schuldenaar. Daarbij moeten wel de belangen van de eiser en overige omstandigheden in aanmerking worden genomen, met inbegrip van de belangen van gezinsleden van de schuldenaar en diens financiële situatie.

    3.2 De grondvoorwaarden

    Hieronder staan de grondvoorwaarden voor tenuitvoerlegging van een executoriale titel vermeld.

    1. Voor tenuitvoerlegging worden zowel een gerechtelijke beslissing met kracht van gewijsde als een beslissing van een arbeidsgeschillencommissie of huurcommissie die van kracht is geworden en als zodanig is aangeduid, aanvaard. Een onmiddellijk uitvoerbare beslissing gaat niet vergezeld van een aanduiding dat zij van kracht is geworden.
    2. In het geval van een goed dat naar zijn aard geschikt is voor persoonlijk gebruik door slechts één van de beide echtgenoten, wordt verondersteld dat het toebehoort aan de echtgenoot voor wie het gezien zijn aard is bedoeld.
    3. Het in beslag nemen van goederen is toegestaan, indien de echtgenoot die geen schuldenaar is daarmee instemt of indien uit hoofde van de executoriale titel de verplichting door beide echtgenoten moet worden vervuld. Een eiser kan verlangen dat een gemeenschap van goederen wordt verdeeld en dat beslag wordt gelegd op het deel van die gemeenschap dat toebehoort aan de schuldenaar. Als een beslag wordt gelegd op een gemeenschap van goederen in het kader van een tenuitvoerleggingsprocedure met betrekking tot de goederen van een van de echtgenoten, wordt verondersteld dat de echtgenoot die geen schuldenaar is daarmee instemt ten gunste van de eiser. Op de beoogde goederen kan beslag worden gelegd en ze kunnen worden verkocht. De veronderstelde instemming heeft geen betrekking op de onroerende zaken en inkomsten van de echtgenoot die geen schuldenaar is en evenmin op geld dat op diens eigen rekening staat. De echtgenoot die geen schuldenaar is wordt van de beslaglegging op de in deze paragraaf beoogde goederen op de hoogte gesteld en wordt gewezen op de mogelijkheid hiertegen bezwaar te maken.
    4. Voor beslaglegging op eigendommen die deel uitmaken van een vennootschap, is een executoriale titel vereist die op alle vennoten van toepassing is.
    5. Komt een schuldenaar gedurende een tenuitvoerleggingsprocedure te overlijden, dan wordt die procedure voortgezet ten aanzien van de nalatenschap van de schuldenaar, tenzij anderszins door de wet is voorgeschreven.
    6. Indien een executoriale titel ook van toepassing is op de rechtsopvolger van de eiser of de schuldenaar die daarin wordt vermeld, dan zal de gerechtsdeurwaarder die executoriale titel ten uitvoer leggen mits de rechtsopvolging krachtens een gerechtelijke beslissing, een uittreksel uit een openbaar register of een notariële akte tegenover de gerechtsdeurwaarder is bewezen. Dit geldt ook wanneer een gerechtelijke beslissing ten aanzien van de bezitter van een betwist voorwerp ten uitvoer wordt gelegd en dat voorwerp na de datum van de gerechtelijke beslissing in het bezit komt van een andere bezitter.
    7. Indien het opeisbaar worden van een in een executoriale titel vermelde vordering afhankelijk is van het verstrijken van een termijn, het bereiken van een vervaldatum of het vervullen van een voorwaarde, kan de tenuitvoerleggingsprocedure van start gaan, zodra die termijn is verstreken, die datum is bereikt of die voorwaarde is vervuld.
    8. Indien een tenuitvoerleggingsprocedure afhankelijk is van een door de eiser te verstrekken zekerheid, kan die procedure uitsluitend van start gaan indien in een schriftelijke akte is bevestigd dat die zekerheid is verstrekt en een afschrift van die akte, vergezeld van het bericht van tenuitvoerlegging, bij de schuldenaar is of wordt bezorgd.
    9. Als een executoriale titel slechts ten uitvoer kan worden gelegd wanneer de eiser gelijktijdig een verplichting jegens de schuldenaar vervult, kan de gerechtsdeurwaarder pas met de tenuitvoerleggingsprocedure beginnen als de eiser die verplichting heeft vervuld of, indien de eiser of gerechtsdeurwaarder de schuldenaar heeft aangeboden dat de eiser de verplichting zal vervullen, pas als de schuldenaar de vervulling van die verplichting op onredelijke gronden heeft geweigerd te aanvaarden of om andere redenen heeft verzuimd die tijdig te aanvaarden.
    10. Indien de eiser met het oog op gedwongen tenuitvoerlegging een verklaring van rechtsopvolging dan wel enig ander document nodig heeft, kan hij – in plaats van de schuldenaar zelf – verlangen dat een notaris of een bestuurlijke instantie die verklaring verstrekt. Daartoe moet de eiser de executoriale titel overleggen.

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    Een beslaglegging kan plaatsvinden op de roerende en onroerende activa en de eigendomsrechten van de schuldenaar. Als de schuld is voortgekomen uit het niet betalen van levensonderhoud voor kinderen, kan een gerecht in de loop van de tenuitvoerleggingsprocedure bepaalde rechten van de schuldenaar en vergunningen die aan hem zijn verleend, opschorten of het verstrekken van die rechten of vergunningen verbieden.

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    Beslaglegging op en verkoop van een roerend goed

    Bij beslaglegging op en verkoop van een roerend goed wordt dat goed in beslag genomen en verkocht. Vanaf het moment van beslaglegging kan de schuldenaar niet langer over dat goed beschikken. De vordering van de eiser en de boete voor te late betaling en andere secundaire vorderingen waarvan de hoogte in de executoriale titel is aangegeven, worden voldaan uit de opbrengst van de verkoop. Roerende goederen worden niet in beslag genomen, als aannemelijk is dat de verkoopopbrengst van die goederen niet hoger zou zijn dan de kosten van tenuitvoerlegging. Een gerechtsdeurwaarder maakt het bedrag dat als gevolg van gedwongen tenuitvoerlegging uit de activa van de schuldenaar op de officiële bankrekening van de gerechtsdeurwaarder is bijgeschreven (hierna de “tenuitvoerleggingsopbrengst” genoemd) binnen tien werkdagen na ontvangst van dat bedrag over aan de eiser.

    Wanneer een financiële vordering aanhangig wordt gemaakt tegen een staat of plaatselijke overheid, wordt beslag gelegd op financiële middelen. Is dat niet binnen een redelijke periode succesvol gebleken, dan wordt beslag gelegd op goederen.

    Vanaf het moment van beslaglegging heeft de eiser een pandrecht op het in beslag genomen goed. Het pandrecht op de in beslag genomen activa verleent de eiser dezelfde rechten als een pandrecht dat is gevestigd op grond van een overeenkomst of enigerlei wettelijk pandrecht, tenzij bij wet anders is bepaald.

    De in beslag genomen roerende goederen worden door de gerechtsdeurwaarder verkocht op een openbare elektronische of mondelinge veiling, waarbij geen voorkeursrecht kan worden uitgeoefend. Op verzoek van een eiser of schuldenaar kan een gerechtsdeurwaarder de in beslag genomen goederen verkopen anders dan via een mondelinge of elektronische veiling, indien de veiling niet is geslaagd of indien kan worden aangenomen dat de goederen niet via een veiling kunnen worden verkocht of de te verwachten opbrengst van de veiling aanzienlijk lager is dan de tenuitvoerleggingsopbrengst wanneer de goederen op een andere wijze worden verkocht.

    De tenuitvoerleggingsopbrengst uit de verkoop van de goederen wordt door de gerechtsdeurwaarder verdeeld onder de eisers en andere personen die aanspraak maken op die opbrengst, en wel in de volgorde waarin zij een pandrecht hebben verworven of ingevolge een overeenkomst tussen de eisers. Het bedrag dat resteert nadat de tenuitvoerleggingskosten en vorderingen zijn voldaan, wordt terugbetaald aan de schuldenaar. Is de tenuitvoerleggingsopbrengst niet toereikend om alle vorderingen te voldoen en zijn de eisers er niet in geslaagd overeenstemming te bereiken over de verdeling van de middelen, dan wordt de tenuitvoerleggingsopbrengst door een gerechtsdeurwaarder conform een verdeelplan verdeeld onder de eisers die deelnemen aan de tenuitvoerleggingsprocedure. De tenuitvoerleggingskosten worden in mindering gebracht op de op grond van het verdeelplan te verdelen tenuitvoerleggingsopbrengst.

    Beslaglegging op een onroerend goed

    Wordt beslag gelegd op een onroerend goed, dan wordt dat goed hetzij in beslag genomen en verkocht hetzij onderworpen aan gerechtelijke sanering, in welk geval de vordering van de eiser wordt voldaan uit de opbrengst van die gerechtelijke sanering. Beslaglegging op een onroerend goed is mogelijk indien een schuldenaar als eigenaar van dat goed is ingeschreven in het kadaster of indien de schuldenaar rechtsopvolger onder algemene titel is van de in het kadaster ingeschreven eigenaar. Beslaglegging op een onroerend goed vindt ook plaats voor door een hypotheek gedekte goederen.

    Met het oog op inbeslagneming van een onroerend goed zal de gerechtsdeurwaarder het onroerende goed, de bijbehorende inventaris en andere door een hypotheek gedekte voorwerpen registreren, vervreemding daarvan verbieden en dat vervreemdingsverbod in het kadaster laten aantekenen. Eenmaal in beslag genomen blijven de onroerende goederen in bezit van de schuldenaar en kan deze de goederen blijven beheren en gebruiken binnen de reguliere grenzen die daarvoor gelden, tenzij de onroerende goederen het voorwerp zijn van gerechtelijke sanering. Vanaf het moment van beslaglegging kan de schuldenaar niet langer over dat goed beschikken. Indien in beslag genomen onroerende goederen ook roerende goederen omvatten, kan de schuldenaar hierover binnen de grenzen van regulier beheer beschikken. Onroerende goederen worden hetzij via executoriale openbare verkoop verkocht, hetzij door de schuldenaar onder toezicht van een gerechtsdeurwaarder, in het laatste geval evenwel slechts met voorafgaande instemming van de eiser.

    Onroerende goederen worden aan gerechtelijke sanering onderworpen op grond van een verzoek daartoe van een gerechtsdeurwaarder, eiser of schuldenaar. De beheerder bij gerechtelijke sanering heeft het recht om onroerende goederen in bezit te nemen op grond van een uitspraak waarin hij als beheerder wordt aangewezen. Een beheerder heeft het recht en de verplichting om alle transacties en handelingen te verrichten die nodig zijn voor het reguliere beheer en voor het behoud van de goede staat van de onroerende goederen. De gerechtelijke sanering wordt beëindigd op grond van een beslissing van de gerechtsdeurwaarder nadat de vordering van de eiser is voldaan.

    De uit de verkoop en gerechtelijke sanering van onroerende goederen ontvangen tenuitvoerleggingsopbrengst wordt door een gerechtsdeurwaarder onder de eisers en andere personen die daarop aanspraak maken verdeeld, en wel op basis van hun rangorde in het kadaster en op volgorde van de inbeslagneming of op basis van een overeenkomst ter zake tussen de eisers. De tenuitvoerleggingskosten worden in mindering gebracht op de op grond van het verdeelplan te verdelen tenuitvoerleggingsopbrengst.

    Beslaglegging op eigendomsrechten

    Er kan ook beslag worden gelegd op de bankrekening van een schuldenaar. Daartoe laat een kredietinstelling de gerechtsdeurwaarder weten of de schuldenaar een bankrekening heeft. Op die bankrekening wordt beslag gelegd aan de hand van een beslagleggingsbeschikking en wel in de mate zoals daarin vermeld. Tot het in de beslagleggingsbeschikking vermelde bedrag worden de tegoeden op de bankrekening overgemaakt naar de officiële bankrekening van een gerechtsdeurwaarder, tenzij de executoriale titel een uitspraak inzake het veiligstellen van een vordering betreft anders dan een in het kader van een gerechtelijke procedure aanhangig gemaakte vordering voor het betalen van levensonderhoud voor een kind. Indien de tegoeden op de bankrekening van de schuldenaar op het moment van beslaglegging lager zijn dan het in de beslagleggingsbeschikking vermelde bedrag, wordt ook beslag geacht te zijn gelegd op gelden die na het moment van beslaglegging op de bankrekening worden bijgeschreven, tot het uitstaande bedrag. De gelden die na het moment van beslaglegging op de bankrekening worden bijgeschreven, worden overgemaakt naar de officiële bankrekening van een gerechtsdeurwaarder tot de beslagleggingsbeschikking wordt uitgevoerd. Indien een gerechtsdeurwaarder een beschikking tot beslaglegging op de bankrekening van een schuldenaar aflevert bij een kredietinstelling met het oog op tenuitvoerlegging, dan geldt die beschikking ook ten aanzien van eventuele in de toekomst door die schuldenaar te openen bankrekeningen. Een kredietinstelling kan weigeren een rekening voor een schuldenaar te openen, als zij beschikt over een beslagleggingsbeschikking van de gerechtsdeurwaarder die betrekking heeft op de beslaglegging op de rekening van de schuldenaar.

    Een beslaglegging kan ook plaatsvinden op effecten. Met het oog op beslaglegging op de in artikel 2 van de Estse wet inzake de registratie van effecten (väärtpaberite keskregistri seadus) vermelde effecten zal de gerechtsdeurwaarder de griffier opdragen een verbod op vervreemding van rechten en verplichtingen op te nemen. Een effect is in beslag genomen vanaf het moment waarop het in het register wordt bevroren. Een gerechtsdeurwaarder verkoopt effecten overeenkomstig de bepalingen inzake de beslaglegging op en verkoop van roerende goederen. Een gerechtsdeurwaarder heeft het recht om een effect op naam van een koper te registreren en daartoe zelf de nodige aanvragen in te dienen in plaats van de schuldenaar. Een gerechtsdeurwaarder zal een wissel, cheque of obligatie overleggen indien het effect dat mogelijk maakt.

    Er kan ook beslag worden gelegd op een aandeel in een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid. Indien een aandeel in een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid niet in het door de centrale effectenbewaarinstelling bijgehouden register is ingeschreven, wordt beslag geacht te zijn gelegd op dat aandeel overeenkomstig de procedure voor inbeslagneming van roerende goederen. De directie van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid wordt door de gerechtsdeurwaarder in kennis gesteld van de beslaglegging. Een gerechtsdeurwaarder verkoopt een aandeel in een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid overeenkomstig de bepalingen inzake de beslaglegging op en verkoop van roerende goederen. De gerechtsdeurwaarder die een aandeel heeft verkocht, stuurt de beheerder van het handelsregister binnen twee dagen na de veiling een bericht van overdracht van het aandeel, en wel in de vorm zoals voorgeschreven door de verantwoordelijke minister.

    In aanvulling op het bovenstaande kan een beslaglegging op financiële verplichtingen jegens derden, een lidmaatschap van een bouwvereniging, het aandeel van een vennoot in het vennootschapsvermogen, een onvervreemdbaar recht en andere eigendomsrechten plaatsvinden.

    Beperking van rechten wanneer een bijdrage is verschuldigd in het levensonderhoud van een kind

    Indien een schuldenaar tijdens een tenuitvoerleggingsprocedure die is ingeleid om de bijdrage in de kosten van levensonderhoud van een kind te innen, verzuimt bij te dragen in de reguliere kosten van levensonderhoud van dat kind en de gerechtsdeurwaarder er niet in is geslaagd om die bijdrage uit de activa van de schuldenaar te verwerven, kan het gerecht met instemming van de eiser en uit hoofde van een verzoek daartoe van de gerechtsdeurwaarder, en na aanzegging aan de schuldenaar, beslissen dat de onderstaande rechten en vergunningen voor onbepaalde tijd worden opgeschort:

    • jachtrechten;
    • het recht om een motorvoertuig te besturen;
    • wapenvergunningen en vergunningen om wapens te verwerven;
    • het recht om recreatievoertuigen of vaartuigen voor persoonlijk gebruik te besturen;
    • visvergunningen.

    Het gerecht kan onder dezelfde voorwaarden bij beschikking de volgende documenten van de schuldenaar nietig verklaren en de verstrekking ervan voor de duur van maximaal twee jaar verbieden:

    1. paspoort van een Estse onderdaan;
    2. vreemdelingenpaspoort;
    3. reisdocument voor vluchtelingen;
    4. tijdelijk reisdocument;
    5. zeemansboekje;
    6. vaarcertificaten;
    7. diplomatiek paspoort.

    Als een gerecht krachtens deze sectie een recht van de schuldenaar beperkt, de geldigheid van een vergunning opschort of beide, of een document van de schuldenaar nietig verklaart, verbiedt het bij dezelfde beschikking eveneens de toekenning van een dergelijk recht, een dergelijke vergunning of een dergelijk document. Een gerecht kan tegelijkertijd meerdere rechten als bedoeld in deze sectie beperken, de geldigheid van meerdere vergunningen opschorten of meerdere documenten nietig verklaren en de verstrekking ervan verbieden.

    Een gerecht zal bij beschikking de opschorting van rechten en de geldigheid van vergunningen van de schuldenaar, alsook het verbod op de verstrekking ervan of van documenten op verzoek van de schuldenaar beëindigen indien:

    • de schuldenaar zijn bijdrage aan het levensonderhoud van een kind gedurende ten minste drie maanden heeft voldaan;
    • de schuldenaar met de eiser een betalingsschema is overeengekomen en zich daar ten minste gedurende drie opeenvolgende maanden aan heeft gehouden;
    • de weigering om een recht van de schuldenaar te herstellen of weer toe te staan dat hem een recht wordt toegekend, onbillijk zou zijn jegens de schuldenaar;
    • de verplichting om bij te dragen in het levensonderhoud van een kind niet langer geldt.

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    Voor vorderingen die in een beslissing met kracht van gewijsde zijn toegewezen en vorderingen die voortvloeien uit een gerechtelijke schikking of enige andere executoriale titel, geldt een verjaringstermijn van tien jaar. De verjaringstermijn vangt aan op het moment dat de beslissing kracht van gewijsde krijgt of enig andere executoriale titel wordt toegekend, maar niet voordat de vordering opeisbaar is geworden.

    De verjaringstermijn voor een vordering tot het vervullen van terugkerende verplichtingen, met uitzondering van vorderingen tot het vervullen van onderhoudsverplichtingen jegens kinderen, is drie jaar per verplichting, ongeacht de juridische basis voor de vordering. De verjaringstermijn vangt aan na afloop van het kalenderjaar waarin de met de verplichting verband houdende vordering opeisbaar wordt. De verjaringstermijn voor het vervullen van onderhoudsverplichtingen jegens kinderen is tien jaar per verplichting.

    Komt een schuldenaar gedurende een tenuitvoerleggingsprocedure te overlijden, dan wordt die procedure voortgezet ten aanzien van de nalatenschap van de schuldenaar, tenzij anderszins door de wet is voorgeschreven.

    Voordat de termijn voor de verwerping of aanvaarding van een nalatenschap is verstreken, kan een tenuitvoerleggingsprocedure op grond van een vordering op de nalatenschap uitsluitend worden gevoerd ten aanzien van de nalatenschap. In dat geval kan geen betalingsvordering op de nalatenschap worden ingesteld ten aanzien van persoonlijke verplichtingen van de erfgenaam.

    Indien een executoriale titel ook van toepassing is op de rechtsopvolger van de eiser of de schuldenaar die daarin wordt vermeld, dan zal de gerechtsdeurwaarder die executoriale titel ten uitvoer leggen mits de rechtsopvolging krachtens een gerechtelijke beslissing, een uittreksel uit een openbaar register of een notariële akte tegenover de gerechtsdeurwaarder is bewezen. Dit geldt ook wanneer een gerechtelijke beslissing ten aanzien van de bezitter van een betwist voorwerp ten uitvoer wordt gelegd en dat voorwerp na de datum van de gerechtelijke beslissing in het bezit komt van een andere bezitter.

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    Een deelnemer aan een tenuitvoerleggingsprocedure kan bij een gerechtsdeurwaarder een klacht indienen tegen een beslissing of handeling van de gerechtsdeurwaarder bij het ten uitvoer leggen van een executoriale titel of wanneer die gerechtsdeurwaarder weigert een tenuitvoerleggingshandeling te verrichten. Die klacht moet worden ingediend binnen tien dagen na de dag waarop de betreffende handeling of beslissing ter kennis komt van de klager dan wel bij hem bekend had moeten zijn, tenzij bij wet anders is bepaald.

    Een deelnemer aan een procedure kan tegen een beslissing van een gerechtsdeurwaarder met betrekking tot een klacht beroep aantekenen bij een kantongerecht (maakohus) dat bevoegd is voor de plaats waar de gerechtsdeurwaarder is gevestigd, en wel binnen tien dagen nadat de beslissing is gegeven. Een beroep tegen een beslissing of handelingen van een gerechtsdeurwaarder kan pas worden ingesteld nadat bij die gerechtsdeurwaarder een klacht is ingediend.

    Tegen een gerechtelijke beslissing in een tenuitvoerleggingsprocedure kan beroep worden ingesteld, tenzij bij wet anders is bepaald.

    Deelnemers aan een procedure kunnen ook beroep instellen tegen de uitspraak van een kantongerecht inzake de opschorting van een aan een schuldenaar verleend recht of de geldigheid van een aan hem verleende vergunning en inzake een verbod op het aan die schuldenaar verlenen van een recht, vergunning of document, conform de procedure en termijnen die daarvoor zijn neergelegd in het De link wordt in een nieuw venster geopend.wetboek van burgerlijke rechtsvordering (tsiviilkohtumenetluse seadustik). Tegen de uitspraak van een arrondissementsgerecht inzake een beroep dat is ingesteld tegen een uitspraak van een kantongerecht (ringkonnakohus), kan beroep worden ingesteld.

    Een schuldenaar kan een zaak aanspannen tegen een eiser om gedwongen tenuitvoerlegging op grond van een executoriale titel niet-ontvankelijk te laten verklaren, met name op grond van het argument dat de vordering is voldaan, uitgesteld of verrekend. Wordt de schuldenaar in die zaak in het gelijk gesteld, dan heeft dat geen gevolgen voor de geldigheid of rechtskracht van de executoriale titel. Een dergelijk bezwaar is slechts ontvankelijk als de grond waarop het berust pas na de gerechtelijke beslissing is ontstaan. Een dergelijke zaak kan aanhangig worden gemaakt tot het einde van de tenuitvoerleggingsprocedure (artikel 221 van het wetboek van tenuitvoerleggingsprocedures).

    Een derde die recht heeft op een voorwerp van gedwongen tenuitvoerlegging dat de gedwongen tenuitvoerlegging verhindert, en in het bijzonder het recht van eigendom of een beperkt zakelijk recht, kan tegenover een gerecht onder wiens bevoegdheid de gedwongen tenuitvoerlegging wordt verricht, vorderen dat het beslag op dat voorwerp wordt opgeheven of dat de gedwongen tenuitvoerlegging om andere redenen niet-ontvankelijk wordt verklaard.

    Binnen dertig dagen na aflevering van een veilingrapport kan een deelnemer aan een tenuitvoerleggingsprocedure bij een gerecht vorderen dat de veiling ongeldig wordt verklaard indien er activa zijn verkocht aan een persoon die niet was gerechtigd tot de koop daarvan of de veiling plaatsvond op basis van een nietige inbeslagneming, of indien andere essentiële voorwaarden voor het houden van de veiling zijn geschonden. Wordt een veiling ongeldig verklaard, dan kan de schuldenaar eisen dat de eiser een verkocht voorwerp vrijgeeft overeenkomstig artikel 80 van de De link wordt in een nieuw venster geopend.wet op het eigendomsrecht (asjaõigusseadus) of, als dit niet mogelijk is, een vordering indienen op grond van onrechtmatige verrijking; een deelnemer aan een procedure kan schadevergoeding van een gerechtsdeurwaarder verlangen overeenkomstig de wet op de gerechtsdeurwaarders (kohtutäituri seadus).

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

    Tenuitvoerleggingsprocedures vallen onder het wetboek van tenuitvoerleggingsprocedures. Volgens de beperkingen op de inbeslagneming van activa in artikel 53, lid 1, is het niet toegestaan om meer van de activa van een schuldenaar in beslag te nemen dan nodig is om de vordering van een eiser te voldoen, inclusief de tenuitvoerleggingskosten, tenzij het niet mogelijk is om de vordering van de eiser op enig andere wijze te voldoen. De inbeslagneming is nietig en heeft geen rechtsgevolgen wanneer sprake is van materiële schending van de procesbepalingen ten aanzien van inbeslagneming, en met name indien:

    1. eigendommen in beslag worden genomen zonder geldige executoriale titel;
    2. er geen bericht van tenuitvoerlegging is afgeleverd bij de schuldenaar;
    3. eigendommen in beslag worden genomen door een persoon die daartoe niet is bevoegd;
    4. een schuldenaar in wezenlijke mate niet op de hoogte is gesteld van zijn rechten in een tenuitvoerleggingsprocedure en er als gevolg daarvan sprake is van schending van diens rechten (artikel 55 van het wetboek van tenuitvoerleggingsprocedures).

    Zie voor het overzicht van voorwerpen die niet in beslag kunnen worden genomen artikel 66 van het wetboek van tenuitvoerleggingsprocedures. De volgende voorwerpen kunnen in het kader van een tenuitvoerleggingsprocedure niet in beslag worden genomen of worden verkocht:

    1. persoonlijke bezittingen van een schuldenaar en huisraad, keukengerei, kleding, beddengoed, bedden en andere zaken voor huishoudelijk gebruik die essentieel zijn om in de huishoudelijke behoeften te voorzien, met inachtneming van het bedrag dat de schuldenaar verschuldigd is;
    2. ten minste één technisch apparaat dat waarborgt dat de schuldenaar het recht op het ontvangen van informatie zoals neergelegd in artikel 44, lid 1, van de Grondwet van de Republiek Estland, kan uitoefenen;
    3. een voorraad levensmiddelen die toereikend is om gedurende één maand in de behoefte van de schuldenaar en diens gezinsleden te voorzien, alsmede voldoende brandstof om de woning gedurende een stookseizoen te verwarmen of, indien die voorraad ten tijde van de tenuitvoerlegging niet voorhanden is en verwerving daarvan op geen enkele andere wijze gegarandeerd is, het bedrag aan contanten dat nodig is voor de aankoop daarvan;
    4. de landbouwapparatuur, het vee, de kunstmest en de primaire landbouwproducten die voor een schuldenaar die landbouwer is, essentieel zijn om zichzelf en zijn gezin tot aan de eerstvolgende oogst te onderhouden;
    5. zaken die noodzakelijk zijn om de economische of beroepsmatige activiteiten dan wel de dienstbetrekking van een natuurlijk persoon voort te zetten;
    6. boeken en andere objecten die een schuldenaar of zijn gezinsleden gebruiken voor studie of de eredienst;
    7. de boekhouding, familiedocumenten, trouwringen en onderscheidingen die tot het bezit van een schuldenaar behoren;
    8. prothesen, brillen en andere medische hulpmiddelen die de schuldenaar of een van zijn gezinsleden nodig heeft vanwege een lichamelijke handicap;
    9. voorwerpen die nodig zijn voor een begrafenis binnen het gezin van de schuldenaar;
    10. (voorwerpen uit) de collecties van rijksmusea, gemeentemusea en musea van publiekrechtelijke rechtspersonen, alsmede de (voorwerpen uit de) collecties van rijksmusea die in bruikleen zijn gegeven aan een stichting;
    11. gearchiveerde documenten;
    12. andere zaken waarvan de inbeslagname in strijd zou zijn met de wet of de goede zeden;
    13. beperkt verhandelbare rijksbezittingen en zaken welke de schuldenaar die een staat of plaatselijke overheid is, nodig heeft om zijn publieke taak te kunnen verrichten en waarvan de overdracht in strijd zou zijn met het publieke belang. Voordat hieromtrent een besluit wordt genomen, moet een vertegenwoordiger van een bevoegd ministerie of lichaam om advies worden gevraagd.

    De in de bovenstaande clausules 1), 2), 4) en 5) vermelde zaken kunnen wel in beslag worden genomen indien een verkoper gedwongen tenuitvoerlegging verlangt op grond van een financiële vordering die is zekergesteld door een eigendomsvoorbehoud in geval van de verkoop van deze zaken. Zaken die nodig zijn voor erediensten conform clausule 6) hierboven, kunnen in beslag worden genomen indien zij worden aangewend op een wijze die strafbaar is of in strijd is met de goede zeden.

    Overeenkomstig artikel 67 van het wetboek van tenuitvoerleggingsprocedures kan geen beslag worden gelegd op dieren die om niet-commerciële redenen thuis worden gehouden. Op grond van een verzoek dienaangaande van een eiser kan een rechter de inbeslagneming van een dier met een hoge waarde toestaan, indien door het verbod op inbeslagneming de belangen van de eiser die zwaarder wegen dan het belang van bescherming van het dier of de legitieme belangen van de schuldenaar, in significante mate worden geschonden.

    Zie de artikelen 131 en 132 van het wetboek van tenuitvoerleggingsprocedures voor de beperkingen ten aanzien van de beslaglegging op inkomsten. Er kan geen beslag worden gelegd op de volgende soorten inkomsten:

    1. gezinstoelagen van het rijk;
    2. sociale uitkeringen voor gehandicapten;
    3. sociale uitkeringen in de zin van de De link wordt in een nieuw venster geopend.wet op de sociale voorzieningen (sotsiaalhoolekande seadus);
    4. werkloosheidsuitkeringen, beurzen, vervoers- en huisvestingstoelagen en subsidies voor startende ondernemingen die worden uitgekeerd via het Estse werkloosheidsverzekeringsfonds (Eesti Töötukassa);
    5. schadevergoeding wegens het veroorzaken van lichamelijk letsel of een medische aandoening, met uitzondering van schadevergoeding wegens inkomstenderving en wegens niet-patrimoniale schade;
    6. arbeidsgeschiktheidstoelagen;
    7. wettelijke alimentatie;
    8. ziektekostenverzekeringsuitkeringen in de zin van de De link wordt in een nieuw venster geopend.wet op de ziektekostenverzekeringen (ravikindlustuse seadus), met uitzondering van uitkeringen in verband met tijdelijke arbeidsongeschiktheid;
    9. algemeen ouderdomspensioen voor zover daarin door de wet is voorzien;
    10. ondersteuning bij vrijlating na een periode van detentie;
    11. vergoedingen voor slachtoffers van onderdrukking op grond van de wet op de slachtoffers van onderdrukking door bezettingsmachten (okupatsioonirežiimide poolt represseeritud isiku seadus).

    Indien een beslaglegging op andere activa van een schuldenaar niet heeft geleid of vermoedelijk niet zal leiden tot volledige voldoening van de vordering van de eiser en indien inbeslagneming billijk is gezien het soort vordering en de omvang van de inkomsten, kan jegens de in de clausules 5) tot en met 7) hierboven vermelde inkomsten wel een betalingsvordering worden ingesteld, als de eiser daarom verzoekt. Voordat een beslissing wordt genomen wordt de schuldenaar, indien mogelijk, door een gerechtsdeurwaarder gehoord.

    Er wordt geen beslag gelegd als de inkomsten onder het maandelijkse minimumloon of het daarmee overeenkomende week- of dagloon blijven.[1]

    Indien de beslaglegging op andere activa van de schuldenaar niet heeft geleid of vermoedelijk niet zal leiden tot volledige vervulling van een onderhoudsverplichting jegens een kind, kan beslag worden gelegd op maximaal de helft van de beoogde inkomsten. Indien het bedrag van de beslaglegging op de inkomsten van de schuldenaar om een onderhoudsverplichting jegens een kind te vervullen, lager is dan de helft van het bedrag dat onder punt 1 van dit deel wordt beoogd, kan maximaal op een derde van de inkomsten van de schuldenaar beslag worden gelegd.

    Indien de beslaglegging op andere activa van de schuldenaar niet heeft geleid of vermoedelijk niet zal leiden tot volledige vervulling van de verplichting, kan gedurende een maand, ongeacht het aantal tenuitvoerleggingsprocedures dat tegen de schuldenaar loopt, beslag worden gelegd op maximaal 20 % van de inkomsten, wat niet hoger mag zijn dan de beoogde inkomsten na aftrek van het door het bureau voor de statistiek (Statistikaamet) gepubliceerde bestaansminimum. Er wordt geen beslag gelegd als de inkomsten onder het door het bureau voor de statistiek gepubliceerde bestaansminimum liggen. Deze bepalingen zijn niet van toepassing op de onderhoudsverplichting jegens kinderen. Indien de schuldenaar personen ten laste heeft, wordt de 20 % berekend over de inkomsten van de schuldenaar, verminderd met het bedrag waarop geen beslag wordt gelegd voor elke persoon ten laste, en met het door het bureau voor de statistiek gepubliceerde bestaansminimum. Het bureau voor de statistiek publiceert voor 1 februari van elk jaar in het officiële publicatieblad Ametlikud Teadaanded het bestaansminimum in euro’s, berekend op basis van de gegevens van het voorgaande jaar.

    Indien overeenkomstig de wet de schuldenaar een andere persoon onderhoudt of aan diens levensonderhoud bijdraagt, wordt het bedrag waarop geen beslag mag worden gelegd, verhoogd met een derde van het maandelijkse minimumloon voor elke persoon ten laste, tenzij een onderhoudsverplichting jegens een kind is onderworpen aan een gedwongen tenuitvoerlegging Van de inkomsten boven het niet voor beslaglegging vatbare bedrag kan beslag worden gelegd op maximaal twee derde van een bedrag dat gelijk is aan vijf maal het minimumloon en op het gehele bedrag van de inkomsten die het bedrag gelijk aan vijf maal het minimumloon te boven gaan, op voorwaarde evenwel dat het voor beslaglegging vatbare bedrag niet hoger is dan twee derde van de totale inkomsten (dit geldt niet wanneer een vordering inzake het levensonderhoud het onderwerp is van gedwongen tenuitvoerlegging).

    Overeenkomstig artikel 133 van het wetboek van tenuitvoerleggingsprocedures zal een gerechtsdeurwaarder, op verzoek van een schuldenaar, de beslaglegging op de bankrekening van de schuldenaar binnen drie werkdagen nietig verklaren voor zover daarmee het deel van de inkomsten van de schuldenaar dat niet vatbaar is voor beslaglegging, gewaarborgd is (beperkingen uit hoofde van de artikelen 131 en 132 van het wetboek van tenuitvoerleggingsprocedures). Worden inkomsten van meer dan één maand overgemaakt naar de bankrekening van een schuldenaar, dan zal een gerechtsdeurwaarder de beslaglegging op de bankrekening binnen drie werkdagen nietig verklaren, op verzoek van de schuldenaar, voor zover daarmee het deel van de inkomsten van de schuldenaar dat niet vatbaar is voor beslaglegging, per vooruitbetaalde maand, gewaarborgd is, met inachtneming van de beperkingen uit hoofde van de artikelen 131 en 132 van het wetboek van tenuitvoerleggingsprocedures. Als het tijdvak waarvoor de naar de bankrekening van de schuldenaar overgemaakte inkomsten zijn bedoeld, niet kan worden vastgesteld, dan waarborgt een gerechtsdeurwaarder de inkomsten voor één maand van de schuldenaar die niet vatbaar zijn voor beslaglegging. Tot het moment waarop over het verzoek wordt beslist, kan een gerechtsdeurwaarder de overdracht van gelden aan eisers vanuit een rekening waarop beslag is gelegd, opschorten en het beslag op die rekening opheffen, voor zover nodig is om in het levensonderhoud van een schuldenaar en diens gezinsleden te voorzien.

    [1] Overeenkomstig artikel 1, lid 1, van Verordening nr. 116 van de Regering van de Republiek Estland van 9 december 2021 bedraagt met ingang van 1 januari 2022 het maandelijkse minimumloon bij een voltijds aanstelling 654 EUR en het minimum uurloon 3,86 EUR.

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 17/08/2023

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Ierland

    1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

    Er bestaat geen nauwkeurige definitie van tenuitvoerlegging in Ierland. In de praktijk komt het neer op het uitvoering geven aan een gerechtelijke beslissing of een gerechtelijk bevel. Deze tenuitvoerleggingsprocedure wordt gewoonlijk door de rechter goedgekeurd alvorens te worden uitgevoerd.

    De tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken vindt in Ierland doorgaans op de hieronder vermelde wijzen plaats.

    Executoriaal beslag

    Hierbij gaat het om beslaglegging op goederen van de executieschuldenaar. Op verzoek van de in het gelijk gestelde eiser geeft de rechter een bevel waarin de County Registrar (of de Sheriff in het geval van Dublin of Cork) wordt opgedragen beslag te leggen op goederen ter waarde van de vastgestelde schuld (inclusief eventuele gemaakte proceskosten). Deze goederen kunnen vervolgens ter vereffening van de schuld worden verkocht.

    Registratie

    Het bestaan van een beslissing kan worden bekendgemaakt door middel van registratie in het register van uitspraken van de High Court (Hooggerechtshof). Het register bevat alle beslissingen (dus zowel die van de District Court en de Circuit Court als die van de High Court) die op verzoek van de schuldeiser zijn geregistreerd. De naam en het adres van de schuldenaar en de gegevens van de beslissing worden in enkele dagbladen en commerciële publicaties, zoals de Stubbs Gazette, bekendgemaakt. Daarnaast leggen kredietinstellingen deze gegevens vast en een beslissing inzake niet-betaling kan voor de schuldenaar gevolgen hebben bij het verkrijgen van een lening.

    Schriftelijke hypotheekverklaring

    De in het gelijk gestelde schuldeiser kan een beëdigde schriftelijke verklaring afleggen, die, met goedkeuring van de rechter, kan worden geregistreerd als hypotheek op de goederen van de schuldenaar. De opbrengst van de verkoop van de goederen moet met inachtneming van de voorrang van andere hypotheken worden gebruikt ter volledige betaling van de schuld; pas daarna kan het saldo van de opbrengst aan de schuldenaar worden betaald. Voorts kan een verzoek om een well charging order (beslagleggingsbevel) en een verzoek om bevel tot de verkoop van goederen worden ingediend.

    Termijnbevelen / Bevelen tot inhechtenisneming

    De District Court kan worden verzocht om een bevel tot betaling in termijnen ingevolge de De link wordt in een nieuw venster geopend.Enforcement of Court Orders Act 1926 to 2009 (wet op de tenuitvoerlegging van rechterlijke bevelen). Een rechter beslist over de te betalen termijnbedragen en houdt daarbij rekening met de middelen van de schuldenaar. Een bevel tot inhechtenisneming (Committal Order) is slechts mogelijk tegen natuurlijke personen en niet tegen rechtspersonen, zoals bedrijven. Het nalaten van betaling van een termijnbevel kan aanleiding zijn tot een verzoek om inhechtenisneming. Dit houdt in dat een persoon in hechtenis kan worden genomen als hij over de middelen beschikt waarmee hij zijn schuld kan betalen, maar weigert dit te doen.

    Loonbeslag

    Een schuldeiser kan om een bevel tot loonbeslag verzoeken waarmee bedragen rechtstreeks worden ingehouden. Loonbeslag houdt in dat de betaling rechtstreeks plaatsvindt van de werkgever van de schuldenaar aan de schuldeiser.

    Derdenbeslag

    Als een schuldeiser er weet van heeft dat derden een schuld hebben bij de schuldenaar, kan hij bij de rechter een verzoek tot derdenbeslag indienen. In geval van derdenbeslag moeten de betrokken derden een bepaald bedrag rechtstreeks aan de schuldeiser betalen. De rechtbank beslist over de toekenning of afwijzing van dit verzoek tot derdenbeslag.

    Aanwijzing van een curator

    Bij deze maatregel stelt de rechter een curator aan om bijvoorbeeld de opbrengst te innen van een verkoop door de schuldenaar met het oog op de betaling van de schuld. De rechtbank beslist tot de aanwijzing van een curator.

    Er moet worden beklemtoond dat de wijze waarop een beslissing ten uitvoer wordt gelegd een zaak is van de schuldeiser en diens advocaten. De De link wordt in een nieuw venster geopend.Courts Service spreekt zich niet uit over een bepaalde handelwijze. De bovenstaande lijst is niet uitputtend en geeft slechts in grote lijnen aan welke procedures in het algemeen worden gevolgd.

    2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

    In het geval van een nationaal vonnis kan de toestemming van de rechtbank die het vonnis heeft uitgesproken, noodzakelijk zijn voor de tenuitvoerlegging (zie hierboven). In bepaalde gevallen, zoals bij executoriaal beslag en registratie van een vonnis hoeft geen verzoek bij de rechter te worden ingediend en kan een verzoek tot tenuitvoerlegging worden ingediend bij de griffie van de betrokken rechtbank.

    Voor vonnissen die door andere gerechten in de Europese Unie zijn uitgesproken, is de High Court de bevoegde rechtbank. In het geval van periodieke betalingen van alimentatie die in andere gerechten van de Europese Unie zijn gecertificeerd als Europese executoriale titels, is de District Court de bevoegde rechtbank.

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    3.1 De procedure

    Gerechtelijke en bepaalde buitengerechtelijke beslissingen zijn executoriaal. Naast bevelen van de rechter behoren daartoe beslissingen in gewone burgerrechtelijke zaken van een Registrar in de High Court dan wel de County Registrar in de Circuit Court.

    Vaak is de goedkeuring van de rechter die de beslissing heeft gegeven nodig om de beslissing ten uitvoer te kunnen leggen. In bepaalde gevallen, zoals bij executoriaal beslag, registratie en schriftelijke hypotheekverklaring, hoeft geen verzoek bij de rechter te worden ingediend en kan de goedkeuring door de griffie van de betrokken rechtbank worden verleend.

    Voor beslissingen van buitenlandse gerechten die volgens de EU-regels ten uitvoer moeten worden gelegd, is de High Court bevoegd (of de District Court in het geval van periodieke betalingen van alimentatie die zijn gecertificeerd als Europese executoriale titels). De toepassing van Verordening (EG) nr. 44/2001 [vervangen door Verordening (EU) nr. 1215/2012, die van toepassing is op gerechtelijke schikkingen die zijn goedgekeurd of getroffen op of na 10 januari 2015] behoort tot de bevoegdheid van de Master of the High Court en een verzoek om een verklaring dat een beslissing in Ierland ten uitvoer kan worden gelegd, kan ter openbare zitting worden ingediend. Vervolgens kan om een bevel tot tenuitvoerlegging daarvan worden verzocht.

    Een beslissing die overeenkomstig Verordening (EG) nr. 805/2004 is gewaarmerkt als Europese executoriale titel, wordt beschouwd als en heeft dezelfde geldigheid als een beslissing van de High Court en wordt dienovereenkomstig ten uitvoer gelegd. De rechtbank die bevoegd is voor de tenuitvoerlegging van een periodieke betaling van alimentatie die is gecertificeerd als Europese executoriale titel, is de District Court. De nationale wetgeving die op deze procedure van toepassing is, kan worden gevonden in S.I. 274 van 2011.

    In het geval van een beslissing betreffende een niet-betwiste schuldvordering die in een andere EU-staat ten uitvoer moet worden gelegd, is de rechter die de beslissing heeft gegeven bevoegd voor verzoeken betreffende de tenuitvoerlegging overeenkomstig Verordening (EG) nr. 805/2004 inzake Europese executoriale titels.

    Het verzoek om de tenuitvoerlegging van een beslissing wordt meestal bij de rechter (of de griffie van de rechtbank) ingediend door een advocaat, ofschoon een schuldeiser niet door een advocaat hoeft te worden vertegenwoordigd. Alle verzoeken moeten echter persoonlijk worden ingediend; verzoeken kunnen niet per post worden toegezonden. Bepaalde verzoeken bij griffies, zoals verzoeken om executoriaal beslag, registratie en certificering van een vonnis voor een beëdigde schriftelijke hypotheekverklaring op de goederen van de schuldenaar, kunnen wel per post worden ingediend. Informatie over de praktische aspecten en de procedure is verkrijgbaar bij de Judgments Section van de High Court (De link wordt in een nieuw venster geopend.HighCourtCentralOffice@Courts.ie).

    De kosten (leges) die door de Court Service in rekening worden gebracht zijn gering; de momenteel geldende tarieven zijn te vinden onder De link wordt in een nieuw venster geopend.Fees Orders op de website van de De link wordt in een nieuw venster geopend.Courts Service. Honoraria van advocaten worden vastgesteld in onderling overleg tussen schuldeisers en hun advocaten. De rechter kan een partij veroordelen tot betaling van (een deel) van de kosten van de tenuitvoerleggingsprocedure.

    3.2 De grondvoorwaarden

    In artikel 15 van de De link wordt in een nieuw venster geopend.Enforcement of Court Orders Act 1926 (zoals vervangen door artikel 5, lid 1, van de Courts (nr. 2) Act 1986) ) wordt bepaald dat de schuldeiser in geval van een op grond van een beslissing of uitspraak invorderbare schuld bij de District Court een verzoek kan indienen tot oproeping van de schuldenaar waarbij de laatstbedoelde wordt gelast ter terechtzitting te verschijnen in verband met nader onderzoek betreffende zijn/haar middelen door een rechter van de District Court. Een verzoek om een executoriale titel dient te worden gedaan binnen zes jaar vanaf de datum van de beslissing of uitspraak. De schuldeiser dient bewijzen betreffende de oorspronkelijke schuld over te leggen en de schuldenaar dient een inkomensverklaring in te vullen. Op grond van artikel 16 van de Act 1926, zoals gewijzigd bij artikel 9 van de Act 1986, mag bewijs worden overgelegd en is een kruisverhoor van de schuldenaar en de schuldeiser mogelijk. Een executoriale titel kan gedurende een periode van twaalf jaar vanaf de datum van de desbetreffende beslissing of uitspraak van kracht blijven.

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    Alle soorten activa en goederen, met uitzondering van bederfelijke goederen of goederen die de schuldenaar in consignatie heeft (sale or return).

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    Niet-naleving van een gerechtelijk bevel kan ertoe leiden dat de in gebreke zijnde partij sancties worden opgelegd wegens contempt of court (minachting van het gerecht). De rechter kan tot de beëindiging van de contempt boetes of gevangenisstraffen opleggen. Er is geen beperking aan de tijdsduur gedurende welke iemand in gevangenschap kan worden gehouden. Dit geldt ook voor derden die de voorwaarden van een gerechtelijk bevel niet nakomen.

    Er moet worden beklemtoond dat ingevolge artikel 20 van de De link wordt in een nieuw venster geopend.Enforcement of Court Orders Act 1926 de gevangenschap van een schuldenaar wegens niet-nakoming van een termijnvordering niet leidt tot de vereffening of kwijtschelding van de schuld of een deel daarvan en de schuldeiser evenmin andere middelen om de schulden te innen ontneemt.

    Banken en andere financiële instellingen hebben dezelfde verplichtingen als andere partijen met betrekking tot de naleving van gerechtelijke bevelen. In omstandigheden die niet expliciet in een gerechtelijk bevel zijn geregeld, moet rekening worden gehouden met de relevante wetgeving en voorschriften inzake persoonsgegevens in het bezit van een dergelijke instelling (bijvoorbeeld de De link wordt in een nieuw venster geopend.Data Protection Act 1988).

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    In bepaalde bevelen wordt vermeld gedurende welke periode de betrokken partij moet voldoen aan de voorwaarden van het bevel, al hoeft dit niet altijd het geval te zijn. Een beslissing is geldig gedurende een periode van twaalf jaar, hoewel voor sommige tenuitvoerleggingsmaatregelen een tijdsbeperking geldt die in de Court Rules of in de wetgeving is vastgelegd. Een voorbeeld is een tenuitvoerleggingsbevel van de High Court dat gedurende één jaar na uitvaardiging geldig is. Na deze periode is een nieuw tenuitvoerleggingsbevel vereist.

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    Een beroep heeft meestal niet betrekking op de tenuitvoerleggingsmaatregel zelf zoals deze door de griffie van de rechtbank is goedgekeurd maar op de beslissing of het bevel waarop deze maatregel is gebaseerd. Een betrokken partij kan beroep instellen bij de beroepsrechter om de beslissing of het bevel te laten intrekken. De onderscheiden beroepstermijnen zijn de volgende:

    • District Court/Circuit Court: 14 dagen na de beslissing of het bevel;
    • Circuit Court/High Court: 10 dagen na het bevel;
    • Master’s Court/High Court: 6 dagen vanaf de datum van afronding van het bevel, of als het bevel ex parte is gegeven, vanaf de kennisgeving van het bevel, of in geval van afwijzing, vanaf de datum van deze afwijzing (één maand vanaf het betekenen van het bevel in het geval van tenuitvoerlegging van een buitenlandse beslissing, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 44/2001).
    • High Court/Hof van beroep: ofwel 10 dagen ofwel 28 dagen vanaf de datum van afronding van het bevel, naar gelang van de aard van de zaak;
    • High Court of Hof van beroep/Supreme Court: 28 dagen vanaf de datum van afronding van het bevel.

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

    Een vonnis is 12 jaar geldig en na het verstrijken van deze 12 jaar vanaf de datum waarop het uitvoerbaar is geworden, kan op grond van het vonnis geen rechtsvordering meer worden ingesteld. Bovendien geldt voor sommige tenuitvoerleggingsmaatregelen een tijdsbeperking die in de Court Rules of in de wetgeving is vastgelegd. Een voorbeeld is een tenuitvoerleggingsbevel van de High Court, dat gedurende één jaar na uitvaardiging geldig is. Na deze periode is een nieuw tenuitvoerleggingsbevel vereist. Een ander voorbeeld is dat er toestemming van de rechtbank is vereist voor een tenuitvoerleggingsbevel van de High Court als er een periode van meer dan zes jaar is verstreken sinds het betrokken gerechtelijk bevel is gegeven.

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 13/02/2023

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Griekenland

    1 Xi tfisser eżekuzzjoni fi kwistjonijiet ċivili u kummerċjali?

    Tenuitvoerlegging (executie) is een handeling waarbij op grond van een executoriale titel met hulp van de bevoegde overheidsinstanties de voldoening van een materiële vordering wordt afgedwongen. De middelen voor tenuitvoerlegging zijn:

    • verwijdering van een roerende zaak met gebruik van dwang
    • ontruiming van een onroerende zaak met gebruik van dwang
    • beslag
    • gijzeling
    • dwangsom
    • gerechtelijke bewaring
    • verplichte verklaring onder ede

    2 Liema awtorità jew awtoritajiet huma kompetenti għall-eżekuzzjoni?

    Overeenkomstig de bepalingen van het [nieuwe] wetboek van burgerlijke rechtsvordering (artikelen 927 tot 931) wordt de tenuitvoerlegging uitgevoerd op initiatief van de persoon die daartoe gerechtigd is en die, op de grosse (Apógrafo), het desbetreffende bevel geeft aan een specifieke gerechtsdeurwaarder en vermeldt op welke wijze en, indien mogelijk, op welke objecten de tenuitvoerlegging plaatsvindt. In geval van beslag wijst de bevoegde persoon een notaris aan in het rechtsgebied waar de beslaglegging plaatsvindt die als veilingmeester de openbare verkoop zal begeleiden. Het bevel moet zijn gedateerd en getekend door de begunstigde of zijn gevolmachtigde. Tenzij anders bepaald, geeft het bevel de bevoegdheid om alle tenuitvoerleggingshandelingen te verrichten.

    De gerechtsdeurwaarder die de grosse ontvangt waarop het bevel tot tenuitvoerlegging wordt vermeld, is bevoegd de betaling in ontvangst te nemen, kwijting te verlenen en tegelijkertijd de grosse af te geven als de prestatie volledig is uitgevoerd. Hij kan eventueel een deelbetaling aanvaarden waarvoor hij een betalingsbewijs afgeeft en waarvan hij een aantekening maakt op de grosse. De deelbetaling staat de voortzetting van de tenuitvoerlegging niet in de weg.

    De gerechtsdeurwaarder is ten behoeve van de tenuitvoerlegging bevoegd de woning of een andere ruimte die in het bezit is van de persoon tegen wie de tenuitvoerlegging is gericht, binnen te betreden, deuren te openen en doorzoekingen te verrichten en gesloten meubels, gebruiksvoorwerpen en dozen te openen. De gerechtsdeurwaarder kan de hulp inroepen van de bevoegde rechtshandhavingsdienst (doorgaans de politie) die verplicht is bijstand te verlenen.

    Is er tijdens de tenuitvoerlegging sprake van verzet, dan mag de gerechtsdeurwaarder geweld gebruiken om zich te verweren tegen het verzet en daarbij moet hij een beroep doen op de rechtshandhavers (doorgaans de politie).

    De gerechtsdeurwaarder stelt een verslag op van iedere handeling in de tenuitvoerleggingsprocedure. Wanneer de tenuitvoerlegging niet is uitgevoerd, stelt de gerechtsdeurwaarder hierover een verslag op met vermelding van de redenen. De gerechtsdeurwaarder is verplicht een verslag op te stellen van elk strafbaar feit dat tijdens de tenuitvoerlegging is gepleegd en dit verslag in te dienen bij de bevoegde procureur.

    3 Liema huma l-kundizzjonijiet biex jingħataw titoli jew deċiżjonijiet li jkunu eżekuttivi?

    Een executoriale titel is een openbaar document dat het verzoek bevestigt en de schuldeiser het recht geeft de schuldenaar middels tenuitvoerlegging te verzoeken de inhoud ervan na te komen. De noodzakelijke voorwaarden voor tenuitvoerlegging zijn het voor handen zijn van een executoriale titel en de gegrondheid van het verzoek.

    3.1 Il-proċedura

    Tenuitvoerlegging is een gerechtelijke handeling die tot doel heeft rechtsbescherming te bieden en geen bestuurlijke handeling. Verzoeken gericht aan de gerechtelijke instanties en verrichte tenuitvoerleggingshandelingen zijn procedurehandelingen. De voorwaarden voor tenuitvoerlegging zijn:

    • rechtsmacht en bevoegdheid van de tenuitvoerleggingsfunctionarissen
    • bekwaamheid om in rechte op te treden
    • bevoegdheid om als procespartij deel te nemen
    • bevoegdheid om in rechte te vertegenwoordigen
    • bestaan van een gerechtvaardigd belang
    • actieve en passieve procesbevoegdheid
    • bestaan van een executoriale titel
    • bestaan van een verzoek waaraan middels tenuitvoerlegging kan worden voldaan

    Zowel rechterlijke beslissingen als buitengerechtelijke beslissingen zijn uitvoerbaar zonder dat in alle gevallen een rechterlijk bevel nodig is. Executoriale titels zijn:

    • beslissingen van Griekse rechters die in kracht van gewijsde zijn gegaan
    • beslissingen van Griekse rechters die uitvoerbaar bij voorraad zijn verklaard
    • arbitrale vonnissen
    • processen-verbaal van Griekse rechters die een akkoord of een raming van de kosten bevatten
    • authentieke akten
    • betalingsbevelen uitgevaardigd door Griekse rechters
    • ontruimingsbevelen inzake een gehuurde onroerende zaak
    • buitenlandse executoriale titels die uitvoerbaar zijn verklaard
    • bevelen en akten die op grond van de wet uitvoerbaar zijn verklaard

    De tenuitvoerlegging wordt uitgevoerd door directe en indirecte tenuitvoerleggingsfunctionarissen. Directe functionarissen worden door de schuldeiser aangesteld en zijn: a) gerechtsdeurwaarders; dit zijn onbezoldigde ambtenaren met de bevoegdheid tot beslaglegging op roerende zaken die in het bezit zijn van de schuldenaar, tot beslaglegging op onroerende zaken, schepen of luchtvaartuigen van de schuldenaar, directe tenuitvoerlegging, aanhouding van de schuldenaar tegen wie een bevel tot inhechtenisneming is uitgevaardigd, en het voorbereiden van openbare verkopen; b) notarissen of rechters van de civiele districtsrechtbanken die hen vervangen, zijn bevoegd om vrijwillige of gedwongen openbare verkopen van de in beslag genomen goederen van de schuldenaar te begeleiden en om de verkoopopbrengst te verdelen aan de hand van een door hen opgestelde uitdelingslijst. Indirecte functionarissen zijn de ambtenaren van de politie en het leger en de getuigen van de deurwaarder met wie hij samenwerkt wanneer verzet wordt geboden bij de tenuitvoerlegging of daarmee wordt gedreigd. Al deze functionarissen zijn aansprakelijk voor enig verwijtbaar verzuim van hun verplichtingen bij het uitoefenen van hun taak.

    Het bevel om tot tenuitvoerlegging over te gaan wordt gegeven door de persoon die daartoe gerechtigd is (begunstigde) of zijn gemachtigde, die al dan niet advocaat is. De belangrijkste tenuitvoerleggingskosten zijn:

    • de kosten voor de deurwaarder voor beslag: voor vorderingen tot maximaal 590 euro: 53 euro; voor vorderingen tussen de 591 en 6 500 euro: 53 euro verhoogd met 2,5 % van het bedrag; en voor vorderingen van meer dan 6.500 euro: 53 euro verhoogd met 1 % van het bedrag. Het deurwaarderstarief bedraagt maximaal 422 euro per in beslag genomen onroerende zaak, schip of luchtvaartuig;
    • de kosten voor de deurwaarder voor de voorbereiding van een openbare verkoop of een veilingprogramma of van de samenvatting van het proces-verbaal van beslag voor vorderingen tot 590 euro: 53 euro; voor vorderingen tussen de 591 en 6.500 euro: 53 euro verhoogd met 2 % van het bedrag; en voor vorderingen van meer dan 6 501 euro: 53 euro verhoogd met 1 % van dit bedrag. Het deurwaarderstarief bedraagt maximaal 210 euro
    • kosten voor de veilingmeester: 30 euro;
    • de kosten voor de deurwaarder voor elke andere tenuitvoerleggingshandeling: tussen de 240 en 400 euro, zoals overeengekomen tussen de deurwaarder en zijn opdrachtgever;
    • de vergoeding voor getuigen: 30 euro per getuige of 60 euro als de getuige een gerechtsdeurwaarder is;
    • indien de tenuitvoerlegging wordt geannuleerd, zijn de kosten voor de gerechtsdeurwaarder gelijk aan de helft van de bovengenoemde bedragen;
    • reiskosten van 0,50 euro per afgelegde kilometer, wanneer een gerechtsdeurwaarder en zijn getuigen buiten hun eigen rechtsgebied moeten reizen voor het verrichten van een bepaalde handeling;
    • een bijzonder tarief berekend door de deurwaarder al naar gelang de moeilijkheidsgraad van de tenuitvoerlegging: overeen te komen tussen de deurwaarder en zijn opdrachtgever. De kosten kunnen nooit in rekening worden gebracht bij de persoon tegen wie de tenuitvoerlegging wordt verzocht.

    3.2 Il-kundizzjonijiet ewlenin

    De belangrijkste voorwaarden voor tenuitvoerlegging zijn:

    • het bestaan van een gerechtvaardigd belang, dat wil zeggen er bestaat een noodzaak tot het verrichten van een tenuitvoerleggingshandeling en tot het verkrijgen van de rechtsbescherming die deze handeling biedt;
    • de gegrondheid van het verzoek.

    Het doel van de regelgeving inzake tenuitvoerlegging is in feite het met elkaar in evenwicht brengen van de tegenstrijdige belangen van schuldeisers enerzijds en schuldenaren of derden anderzijds. De criteria die de rechter hanteert bij het bevelen van een tenuitvoerleggingsmaatregel zijn:

    • snelle voldoening van de vorderingen van schuldeisers tegen lage kosten;
    • bescherming van de persoon en van de gerechtvaardigde belangen van de schuldenaar in het algemeen;
    • samenloop van de belangen van de schuldeiser en de schuldenaar wat de noodzaak betreft om de hoogst mogelijke opbrengst bij de openbare verkoop te realiseren;
    • bescherming van de belangen van derden.

    4 L-għan u n-natura ta’ miżuri eżekuttivi

    Tenuitvoerleggingsmaatregelen kunnen gericht zijn tegen de goederen van de schuldenaar of tegen de schuldenaar persoonlijk. Tenuitvoerleggingsmaatregelen zijn materiële handelingen die worden verricht door daartoe bevoegde functionarissen en die direct of indirect leiden tot de voldoening van vorderingen door middel van tenuitvoerlegging door de overheid. De volgende goederen zijn vatbaar voor tenuitvoerlegging:

    • roerende zaken die in handen zijn van de schuldenaar, de schuldeiser of een derde die bereid is deze zaken over te dragen;
    • zakelijke rechten van de schuldenaar op een roerende zaak die niet zijn eigendom is;
    • geldbedragen;
    • geldvorderingen die de persoon tegen wie de tenuitvoerlegging zich richt op derden heeft;
    • onroerende zaken die toebehoren aan de schuldenaar of zakelijke rechten van de schuldenaar op een onroerende zaak;
    • schepen;
    • luchtvaartuigen;
    • intellectuele-eigendomsrechten, octrooien, filmrechten.

    Er kan geen beslag worden gelegd op:

    • de persoonlijke bezittingen van de schuldenaar en zijn gezin;
    • de benodigde voeding en brandstof voor de schuldenaar en zijn gezin;
    • medailles, souvenirs, manuscripten, brieven, persoonlijke documenten en zakelijke boeken;
    • boeken, muziekinstrumenten, kunstenaarsbenodigdheden;
    • gereedschap, werktuigen, boeken of andere zaken die ambachtslieden nodig hebben;
    • voorwerpen die direct beschadigd kunnen raken;
    • aandelen in vennootschappen;
    • wettelijke alimentatievorderingen;
    • vorderingen betreffende salarissen, pensioenen of socialezekerheidsuitkeringen

    4.1 Liema tipi ta’ assi jistgħu jkunu suġġetti għall-eżekuzzjoni?

    De schuldenaar, en iedere derde, dient te voldoen aan de beslissing waarin het bevel voor de tenuitvoerleggingsmaatregel wordt gegeven. Indien er tijdens de tenuitvoerlegging verzet wordt geboden, mag de deurwaarder geweld gebruiken om zich te verweren en moet daarbij tegelijkertijd de hulp inroepen van bevoegde rechtshandhavers. De deurwaarder mag twee volwassen personen of een tweede deurwaarder inschakelen als getuigen. Verzuim van de schuldenaar heeft de volgende gevolgen:

    • indien de schuldenaar zijn verplichting niet nakomt om een handeling te verrichten die ook door een derde kan worden verricht, heeft de schuldeiser het recht om de handeling op kosten van de schuldenaar te verrichten;
    • indien de schuldenaar zijn verplichting niet nakomt om een handeling te verrichten die niet door een derde kan worden verricht en die uitsluitend afhangt van de bereidheid van de schuldenaar om de handeling al dan niet te verrichten, beveelt de rechter hem de handeling te verrichten; doet hij dit niet, dan veroordeelt de rechter hem tot het betalen van een dwangsom ten gunste van de schuldeiser en tot een gevangenisstraf;
    • indien de schuldenaar verplicht is om iets te laten of te dulden, kan de rechter hem een dwangsom opleggen per overtreding ten gunste van de schuldeiser en een gevangenisstraf.

    In elk van de bovengenoemde gevallen behoudt de schuldeiser het recht aan om een vergoeding te eisen die in het materieel recht is voorzien voor schade die hij ondervindt als gevolg van het verzuim van de schuldenaar. In beginsel kan een schuldenaar een goed vervreemden, maar wanneer beslag op het betreffende goed is gelegd, is vervreemding verboden en nietig ten gunste van de persoon die beslag heeft laten leggen en de schuldeisers die hun vorderingen hebben ingediend.

    Indien de tenuitvoerlegging zich richt op bankrekeningen van de schuldenaar, is de bank niet verplicht de precieze details over deze rekeningen te verstrekken aan de persoon die om tenuitvoerlegging verzoekt. Indien een bevel tot beslag op geldvorderingen van de schuldenaar aan een bank wordt betekend, is overdracht van het bedrag echter verboden en nietig ten gunste van de beslaglegger. De bank dient in dat geval binnen acht dagen na betekening van het beslagbevel aan te geven of het beslagobject (geld op een bankrekening) bestaat, en als het saldo toereikend is om de vordering van de beslaglegger te voldoen, moet de bank het betreffende geldbedrag aan hem overmaken.

    4.2 X’inhuma l-effetti tal-miżuri eżekuttivi?

    In beginsel zijn er geen termijnen van toepassing voor de persoon die om tenuitvoerlegging verzoekt. Er zijn wel bepaalde tijdslimieten vastgesteld, maar dit zijn eerder termijnen waarbinnen bepaalde handelingen niet rechtsgeldig kunnen worden verricht in plaats van dwingende termijnen. Daarbij is er niet direct een bepaald moment vastgesteld waarna de persoon die om tenuitvoerlegging verzoekt niet langer tot handelen kan overgaan. De verplichting die bestaat om bepaalde handelingen binnen een vastgestelde termijn na beslaglegging of voorafgaand aan een openbare verkoop te verrichten, verandert niets aan de grondslag van het systeem. Om te voorkomen dat de procedure eindeloos blijft voortduren, is er een maximale termijn van een jaar vastgesteld waarna een beslaglegging of elke andere handeling niet meer op grond van hetzelfde bevel mag worden verricht en een openbare verkoop niet langer kan worden gehouden op basis van een inbeslagneming die, vanwege het verstrijken van deze termijn, bij rechterlijke beslissing is ingetrokken.

    4.3 X’inhi l-validità ta’ miżuri bħal dawn?

    5 Hemm possibilità li d-deċiżjoni li tawtorizza din il-miżura tiġi appellata?

    Het enige rechtsmiddel tegen de tenuitvoerleggingsprocedure is verzet tegen een verstekvonnis. Dit rechtsmiddel kan binnen 15 dagen na de eerste tenuitvoerleggingshandeling worden ingesteld door de persoon tegen wie de tenuitvoerlegging zich richt en door elke schuldeiser met een gerechtvaardigd belang, indien het verzet betrekking heeft op de geldigheid van de titel of de procedure die voorafgaat aan de behandeling van de zaak; dit kan tot aan de laatste tenuitvoerleggingshandeling, indien het verzet betrekking heeft op de geldigheid van een van de tenuitvoerleggingshandelingen, van de eerste tot en met de laatste handeling; en het kan tot zes maanden na de laatste tenuitvoerleggingshandeling, indien het verzet betrekking heeft op de geldigheid van de tenuitvoerlegging. Ook een derde kan verzet aantekenen in het geval van schending van een van zijn rechten op het goed dat voorwerp is van de tenuitvoerlegging, waarbij hij dit recht kan inroepen jegens de persoon tegen wie de tenuitvoerlegging is gericht, zonder dat daarvoor een uiterste termijn geldt. De bevoegde rechtbank is de rechtbank van de plaats waar de tenuitvoerlegging plaatsvindt, in het bijzonder de civiele districtsrechtbank indien de executoriale titel een beslissing is van de civiele districtsrechtbank of, indien van toepassing, van de rechtbank van eerste aanleg met enkelvoudige kamer. Het ingestelde verzet heeft geen opschortende werking op de tenuitvoerlegging Wel kan de eiser in verzet verzoeken bij rechterlijke beslissing de opschorting van de tenuitvoerleggingsprocedure te bevelen, met of zonder borgstelling. Deze beslissing wordt betekend aan de tenuitvoerleggingsfunctionarissen die geen enkele tenuitvoerleggingshandeling mogen verrichten, tenzij in de rechterlijke beslissing tot opschorting van de procedure specifiek toestemming is gegeven voor een bepaalde handeling.

    6 Hemm xi limiti fuq l-eżekuzzjoni, b’mod partikolari relatati ma’ ħarsien tad-debitur jew preskrizzjonijiet?

    Aan de tenuitvoerlegging met betrekking tot beslag op goederen zijn de volgende beperkingen gesteld: niet vatbaar voor beslag zijn: a) voorwerpen die direct beschadigd kunnen raken; b) aandelen in een vennootschap; c) alimentatievorderingen zoals vastgesteld in de wet of een testamentaire beschikking, evenals vorderingen inzake de bijdragen van echtgenoten om in de behoeften van het gezin te voorzien; d) vorderingen op salarissen, pensioenen of socialezekerheidsuitkeringen, tenzij dit een alimentatievordering betreft zoals vastgesteld in de wet of een testamentaire beschikking of het gaat om een bijdrage om in de behoeften van het gezin te voorzien. In dat geval kan beslag worden gelegd tot de helft van het bedrag, met inachtneming van de geldbedragen die de schuldenaar ontvangt, de omvang van de verplichtingen die zijn ontstaan door zijn huwelijk om te kunnen voorzien in de behoeften van het gezin en het aantal schuldeisers; e) alle soorten Europese steun en subsidies in handen van OPEKEPE (het Griekse betalings- en controleagentschap van de communautaire oriëntatie- en garantiesteun) als derde partij, tot aan de storting daarvan op de bankrekening van de begunstigden of betaling aan de begunstigden op elke andere manier. De uitzondering bedoeld in alinea 2, onder d) geldt ook wanneer het bedrag is gedeponeerd op de rekening van de schuldenaar bij een kredietinstelling. De uitzondering geldt alleen voor zover het saldo op de rekening, gedurende de periode tussen de beslaglegging en de dag na de betaling, niet hoger is dan het bedrag van de vordering dat van beslag is uitgesloten.

    Bovendien kan de schuldenaar twee rechtsmiddelen tegen de tenuitvoerleggingsprocedure aanwenden:

    a) verzet, zoals bedoeld in artikel 933 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering waarin is bepaald dat: de bezwaren van de persoon tegen wie de tenuitvoerlegging is gericht en van iedere schuldeiser van die persoon met een gerechtvaardigd belang met betrekking tot de geldigheid van een executoriale titel, de tenuitvoerleggingsprocedure of de vordering, kunnen slechts door middel van verzet worden ingediend bij de civiele districtsrechtbank, indien de executoriale titel door die rechtbank is afgegeven, of indien van toepassing, bij de rechtbank van eerste aanleg met enkelvoudige kamer. Indien er verzet is ingesteld middels meerdere afzonderlijke exploten, inventariseert de griffier deze exploten die verplicht tijdens dezelfde zitting behandeld dienen te worden. Aanvullende gronden voor verzet kunnen alleen in een afzonderlijk exploot worden opgenomen, dat moet worden ingediend bij de griffie van de rechtbank waaraan het exploot van verzet is gericht. Onderaan het exploot wordt een verslag opgetekend dat uiterlijk binnen acht (8) dagen voor de zitting aan de wederpartij moet worden betekend. De zitting voor de behandeling van het verzet moet verplicht binnen zestig (60) dagen na indiening van het exploot van verzet worden vastgesteld en de verweerder moet uiterlijk twintig (20) dagen voor de zitting worden gedagvaard. De relatief bevoegde rechtbank is de rechtbank van de plaats van tenuitvoerlegging wanneer er na de betekening van de beslissing andere handelingen binnen de tenuitvoerleggingsprocedure zijn verricht, of anders de rechtbank bedoeld in artikel 584. Als de executoriale titel een rechterlijke beslissing of een betalingsbevel is, die in kracht van gewijsde is gegaan, zijn bezwaren niet-ontvankelijk conform respectievelijk artikel 330 en artikel 633, lid 2, derde alinea. Beweringen betreffende de vereffening van de vordering kunnen alleen worden gestaafd met documenten of een gerechtelijke bekentenis. De beslissing op het verzet dient te worden gegeven binnen een termijn van zestig (60) dagen na de zittingsdatum.

    b) de schuldenaar kan overeenkomstig artikel 1000 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering, een verzoek indienen tot opschorting van de openbare verkoop die ten laste van hem is bevolen. Op verzoek van de schuldenaar, dat uiterlijk vijftien (15) dagen voor de datum van de openbare verkoop moet zijn gediend op straffe van niet-ontvankelijkheid, kan de rechtbank bedoeld in artikel 933, die uitspraak doet in het kader van de procedure als bedoeld in artikel 686 en volgende, de openbare verkoopprocedure namelijk voor een periode van maximaal zes (6) maanden opschorten, te rekenen vanaf de oorspronkelijke datum van de openbare verkoop. Daarbij geldt als voorwaarde dat de persoon die het verzoek om tenuitvoerlegging heeft ingediend, geen risico loopt op enige schade en dat er redelijkerwijs vanuit kan worden gedaan dat de schuldenaar binnen die periode de schuldeiser zal betalen of dat, na afloop van deze periode, de opbrengst van de openbare verkoop hoger zal zijn. De beslissing dient uiterlijk op de maandag voor de datum van de openbare verkoop vóór 12 uur te worden gegeven en het verzoek tot opschorting wordt alleen toegewezen na betaling van: a) de eventuele kosten voor de voortzetting van de openbare verkoop, die in de beslissing zullen worden geraamd, en b) ten minste een kwart van het verschuldigde geldbedrag aan de persoon die om tenuitvoerlegging heeft verzocht. De beslissing tot opschorting van de openbare verkoop wordt op de datum van de beslissing aan de veilingmeester betekend. De verplichte betaling van de kosten dient uiterlijk op de dag van de openbare verkoop vóór 10 uur te zijn verricht, anders vindt de openbare verkoop alsnog plaats.

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 16/12/2020

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Let op: de oorspronkelijke versie van deze pagina (Spaans) is onlangs gewijzigd. Aan de vertaling in het Nederlands wordt momenteel gewerkt.

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Spanje

    1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

    In het algemeen betekent de uitdrukking “burgerrechtelijke en handelsrechtelijke tenuitvoerlegging” dat wanneer een executoriale beslissing (zoals een definitieve rechterlijke uitspraak) niet vrijwillig wordt uitgevoerd door de veroordeelde, de eiser verplicht is om bij de rechtbanken te verzoeken om tenuitvoerlegging daarvan. Om bijvoorbeeld de betaling te verkrijgen van een schuld die de verweerder moet betalen, maar niet daadwerkelijk betaalt, verzoekt de eiser-schuldeiser om de gerechtelijke tenuitvoerlegging en verkrijgt de betaling door middel van een rechtstreeks beslag op de betaalrekeningen van de schuldenaar of door middel van beslag op een onroerend goed van de schuldenaar zodat de schuldeiser, met de opbrengst van de veiling daarvan, kan worden terugbetaald.

    De tenuitvoerlegging maakt deel uit van het door de Spaanse grondwet van 1978 aan rechters en rechtbanken verstrekte mandaat om recht te spreken en rechterlijke beslissingen ten uitvoer te leggen (artikelen 117 en 118 van de grondwet). Als gevolg moeten de procespartijen vonnissen en andere rechterlijke uitspraken naleven en de vereiste medewerking verlenen voor de tenuitvoerlegging van beslissingen. De rechter moet ervoor zorgen dat er op de juiste wijze wordt voldaan aan deze voorwaarden.

    De tenuitvoerlegging van een rechterlijke beslissing houdt in dat er wordt gedaan wat de rechtbank heeft vastgesteld, namelijk de uitvoering van het recht dat is toegewezen aan de partij die in het gelijk is gesteld bij het geschil. Dit geeft de eiser (hierna “executerende partij” (ejecutante) genoemd) in theorie het recht om, afhankelijk van de inhoud van de veroordeling, de betaling van een geldbedrag te eisen, te eisen dat een handeling (bijvoorbeeld een bouwproject) wel of niet wordt uitgevoerd of de naleving van een erkend recht te eisen door dit in te schrijven in openbare registers.

    De tenuitvoerlegging kan definitief of voorlopig zijn. In het tweede geval en in welomschreven omstandigheden wordt een rechterlijke beslissing ook ten uitvoer gelegd als deze nog niet definitief is, teneinde te voorkomen dat de schuldeiser, in de tussenliggende periode (gedurende de hele bezwaarprocedure tegen deze uitspraak en tot het moment van uitspraak van de definitieve rechterlijke beslissing), verlies lijdt als gevolg van de traagheid van de procedures (artikelen 524 tot en met 537 van het Spaanse wetboek van burgerlijke rechtsvordering (Ley de Enjuiciamiento Civil)).

    2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

    De Spaanse wetgeving kent de rechters en rechtbanken, overeenkomstig de wetgeving en regels inzake bevoegdheid, de taak toe om rechterlijke beslissingen ten uitvoer te laten leggen (artikel 117, lid 3, van de Spaanse grondwet).

    Krachtens de grondwet en het wetboek van burgerlijke rechtsvordering (Wet 1/2000 van 7 januari 2000, BOE nr. 7 van 8 januari 2000, die verschillende keren is geactualiseerd), dat van toepassing is op de tenuitvoerleggingsprocedure in burgerlijke zaken, is de rechter belast met de controle van de rechtmatigheid van de tenuitvoerleggingsprocedure (artikelen 545, 551, 552 en gelijkwaardige artikelen). Op verzoek van de executerende partij begint de rechter de procedure met behulp van “het algemene bevel tot tenuitvoerlegging” dat hij verstrekt in de vorm van een beschikking na beoordeling van de executoriale titel die de executerende partij heeft ingediend. De rechter doet ook uitspraak in het geval dat de verweerder (hierna “geëxecuteerde partij” (ejecutado) genoemd) zich tegen de tenuitvoerlegging verzet, wat leidt tot de specifieke procedure van verzet tegen de tenuitvoerlegging, die hieronder wordt beschreven.

    De referendarissen van de gerechtelijke administratie (letrados de la administración de justicia) (huidige benaming van de personeelsleden die vroeger “griffiers” (secretarios judiciales) werden genoemd) moeten vervolgens de concrete tenuitvoerleggingsmaatregelen bepalen en vaststellen (betalingswijzen, beslag op goederen van de geëxecuteerde partij, inhoudingen op betaalrekeningen, salarissen enz.). De referendaris van de gerechtelijke administratie houdt daarbij, nadat de rechter “het algemene bevel tot tenuitvoerlegging” heeft uitgesproken, toezicht op de tenuitvoerleggingsprocedure en neemt de daarmee samenhangende besluiten, zonder afbreuk te doen aan de mogelijkheid, in bepaalde gevallen, om tegen de genoemde beslissingen beroep in te stellen bij de rechter.

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    In het algemeen moet het gaan om een definitief vonnis of rechterlijke uitspraak of een andere executoriale titel die recht geeft op de tenuitvoerlegging (in bepaalde uitzonderlijke gevallen kan een uitspraak niet definitief, maar toch executoriaal zijn, bijvoorbeeld in het geval van voorlopige tenuitvoerlegging van rechterlijke beslissingen waartegen bezwaar is aangetekend, wat in bepaalde omstandigheden geoorloofd is).

    Overeenkomstig de wettelijke bepalingen van artikel 517 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering, dat betrekking heeft op de executoriale procedure en executoriale titels, moet het verzoek om tenuitvoerlegging gebaseerd zijn op een titel die uitvoerbaar is. Alleen de volgende titels zijn uitvoerbaar:

    1. de definitieve rechterlijke uitspraak;
    2. arbitrale uitspraken of beslissingen en bemiddelingsafspraken, waarbij deze laatste moeten worden ingeschreven in overeenstemming met de wet op de bemiddeling in burgerlijke zaken en handelszaken (Ley de mediación en asuntos civiles y mercantiles);
    3. rechterlijke beslissingen tot goedkeuring of bevestiging van tijdens de procedure gesloten rechterlijke schikkingen en overeenkomsten met daarbij, indien nodig, de desbetreffende stukken ter staving van hun concrete strekking;
    4. authentieke akten, mits het om eerste kopieën gaat. Als het om tweede kopieën gaat, moeten de akten zijn uitgevaardigd krachtens een rechterlijk bevel dat vermeldt tegen welke persoon de akten zijn gericht of wie de opsteller ervan is, of moeten deze zijn uitgevaardigd met instemming van alle partijen;
    5. handelsovereenkomsten die zijn ondertekend door de partijen en door een erkende makelaar die lid is van een beroepsorganisatie en die daar toezicht op houdt, mits deze vergezeld gaan van een certificaat waarin de makelaar verklaart dat de overeenkomst in overeenstemming is met de inschrijvingen in zijn/haar register en met de data van deze inschrijvingen;
    6. rechtmatig uitgegeven effecten aan toonder of op naam die opeisbare schulden vertegenwoordigen en de eveneens opeisbare coupons van deze effecten, mits deze coupons bij de effecten horen en de effecten overeenstemmen met de inschrijvingen in de kwitantieboeken.
      Wanneer bij de controle van overeenstemming de echtheid van de effecten wordt betwist, verhindert dit niet, als er overeenstemming is, dat de tenuitvoerlegging wordt gelast, onverminderd het recht van de schuldenaar om in een latere fase beroep aan te tekenen tegen de tenuitvoerlegging en aan te voeren dat de effecten vervalst zijn;
    7. niet vervallen certificaten die door de registerinstanties zijn afgegeven en die betrekking hebben op effecten in de vorm van inschrijvingen op rekeningen zoals bedoeld in de effectenmarktwet (Ley del mercado de valores), mits deze vergezeld gaan van een kopie van de authentieke akte betreffende de effecten of, voor zover dit door de wet is voorgeschreven, betreffende de afgifte van de effecten.
      Zodra de tenuitvoerlegging is aangevraagd en gelast, kunnen de hierboven bedoelde certificaten niet vervallen;
    8. de rechterlijke uitspraak waarbij het maximumbedrag wordt vastgesteld dat als schadevergoeding kan worden gevorderd, en die wordt verstrekt onder de door de wet genoemde voorwaarden bij strafrechtelijke procedures betreffende feiten die onder de verplichte wettelijke aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen vallen;
    9. andere rechterlijke beslissingen en akten die krachtens de bepalingen van deze wet of een andere wet uitvoerbaar zijn.

    3.1 De procedure

    Voor de rest wordt de procedure beschreven in artikel 548 en volgende van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering. Er moet worden benadrukt dat alleen opdracht wordt gegeven voor de tenuitvoerlegging op verzoek van een van de partijen in de vorm van een verzoekschrift, zoals hieronder wordt beschreven. Wanneer het verzoek om tenuitvoerlegging is ingediend, verstrekt de rechtbank, mits er is voldaan aan de procedurele voorwaarden en regels, de beschikking met daarin het “algemene bevel tot tenuitvoerlegging”. Wanneer deze beschikking is verstrekt door de rechter of de magistraat, publiceert de referendaris van de gerechtelijke administratie een besluit met daarin de desbetreffende concrete executoriale maatregelen en de maatregelen voor de tracering en vaststelling van de goederen van de geëxecuteerde partij die ten uitvoer kunnen worden gelegd.

    Deze beschikking en dit besluit worden samen met de kopie van het tenuitvoerleggingsverzoek betekend aan de geëxecuteerde partij, onverminderd de instelling van maatregelen om de schuldeiser tegen mogelijk verlies te beschermen.

    De geëxecuteerde partij kan zich tegen de tenuitvoerlegging verzetten om een aantal specifieke redenen die materieel (zoals betaling van de schuld) of procedureel (zoals wanneer er fouten zitten in de ingediende titel) zijn, in overeenstemming met artikel 556 en volgende van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering. In dat geval wordt er een procedure op tegenspraak aangevangen om bewijzen te verkrijgen en aan het einde hiervan wordt er een beschikking verstrekt die het bevel tot tenuitvoerlegging bevestigt of geheel of gedeeltelijk ongeldig verklaart. Tegen dit besluit kan beroep worden ingesteld bij de desbetreffende provinciale rechtbank (Audiencia Provincial).

    3.2 De grondvoorwaarden

    Zoals hierboven is beschreven, moet de tenuitvoerlegging worden aangevraagd op verzoek van de betrokken partij door middel van de indiening van een verzoekschrift met daarin het verzoek om tenuitvoerlegging. Het tenuitvoerleggingsverzoek moet vermelden op welke titel de tenuitvoerlegging is gebaseerd, de rechtsbescherming die aan de rechtbank wordt gevraagd, de goederen van de geëxecuteerde partij die in aanmerking komen voor beslag, de te nemen maatregelen om het vermogen van de schuldenaar te traceren en vast te stellen en de naam van de persoon of personen op wie de tenuitvoerlegging betrekking heeft door deze op geëigende wijze te identificeren. Als de executoriale titel een beslissing is van de referendaris van de gerechtelijke administratie of een vonnis of beslissing van de rechtbank die de tenuitvoerlegging volgt, wordt met het tenuitvoerleggingsverzoek beoogd dat er opdracht wordt gegeven tot de tenuitvoerlegging, met aanduiding van het vonnis of de beslissing die ten uitvoer moet worden gelegd (artikel 549 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering), terwijl in de andere gevallen bij het tenuitvoerleggingsverzoek de stukken moeten worden gevoegd waarop de tenuitvoerlegging is gebaseerd en die worden vermeld in artikel 550 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering. Indien het tenuitvoerleggingsverzoek voldoet aan de bovengenoemde vereisten en indien de overgelegde titel het bevel tot tenuitvoerlegging bevat, wordt er middels beschikking van de rechter opdracht gegeven tot de tenuitvoerlegging en vervolgens middels besluit van de referendaris van de gerechtelijke administratie. Hierin wordt, in het geval van beslag op geld, het bedrag bepaald dat de hoofdsom is van het beslag, evenals het voorlopig vastgestelde bedrag voor rente en kosten, onverminderd verdere liquidatie en beoordeling daarvan, waarbij altijd de betrokken personen en de in te stellen tenuitvoerleggingsmaatregelen worden vermeld.

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    Onverminderd de niet-vatbaarheid voor beslag van bepaalde goederen die hieronder worden vermeld, moet er altijd worden benadrukt dat de tenuitvoerleggingsmaatregelen in verhouding moeten staan tot het bedrag waarvoor de tenuitvoerlegging wordt gelast. Als de verzochte maatregelen overmatig worden geacht, kan de rechtbank derhalve opdracht geven om ze te matigen of te verminderen. En als de vastgestelde maatregelen niet toereikend blijken te zijn, kan executerende partij verzoeken om een aanvulling door middel van een verhoging of een herwaardering van de vastgestelde maatregelen. Indien de executerende partij niet weet over welke goederen de geëxecuteerde partij beschikt, kan er aan de rechtbank worden gevraagd om maatregelen ter bepaling daarvan. Deze worden uitgevoerd door de referendaris van de gerechtelijke administratie, hetzij rechtstreeks vanuit de rechtbank, hetzij door dit uit te zetten bij de betrokken organisaties. Er zijn echter verschillende schalen of beperkingen voor inhoudingen of beslag op lonen of salarissen die hieronder worden genoemd. Er geldt een uitzondering voor de gevallen waarin de tenuitvoerlegging voortvloeit uit een veroordeling tot de betaling van alimentatie (die is bepaald bij een geding ten aanzien van de alimentatieplicht tussen ouders of bij een geding inzake de verschuldigde alimentatieplicht voor de kinderen). In die gevallen zijn de wettelijk bepaalde schalen niet van toepassing op de tenuitvoerlegging; de rechtbank bepaalt dan hoeveel er in beslag kan worden genomen (artikel 608 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering).

    Wat betreft goederen die niet vatbaar zijn voor beslag is in artikel 605 en volgende van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering het volgende bepaald (de verwijzingen naar de “griffier” moeten worden opgevat als verwijzingen naar de “referendaris van de gerechtelijke administratie”):

    Artikel 605. Absoluut niet voor beslag vatbare goederen

    Er mag in geen geval beslag worden gelegd op:

    1º onvervreemdbaar verklaarde goederen;

    2º afgeleide rechten die niet los van de hoofdrechten kunnen worden vervreemd;

    3º goederen die op zich geen vermogenswaarde hebben;

    4º goederen die krachtens een wettelijke bepaling uitdrukkelijk niet voor beslag vatbaar zijn.

    Artikel 606. Goederen van de geëxecuteerde partij die niet vatbaar zijn voor beslag.

    Evenmin vatbaar voor beslag zijn:

    1º meubelen en huisraad, evenals de kleding van de geëxecuteerde partij of die van zijn/haar gezin voor zover deze niet als overbodig kunnen worden beschouwd. In het algemeen goederen zoals voedsel, brandstof enz. die, naar mening van de rechtbank, onmisbaar zijn opdat de geëxecuteerde partij en de mensen die afhankelijk van hem/haar zijn een redelijk en waardig leven kunnen leiden;

    2º boeken en instrumenten die de geëxecuteerde partij nodig heeft voor de uitoefening van zijn/haar beroep, ambacht of bedrijf wanneer de waarde daarvan niet buiten verhouding staat tot de gevorderde schuld;

    3º religieuze goederen en goederen die worden gebruikt voor de uitoefening van wettelijk erkende religies;

    4º bedragen die krachtens de wet uitdrukkelijk niet vatbaar zijn voor beslag;

    5º goederen en bedragen die krachtens de door Spanje geratificeerde verdragen niet vatbaar zijn voor beslag.

    Artikel 607. Beslag op lonen en pensioenen

    1. Salarissen, lonen, pensioenen, bezoldigingen of equivalente typen beloningen, indien deze lager zijn dan of gelijk zijn aan het bedrag van het sectorale minimumloon, zijn vrijgesteld van beslag.

    2. Op salarissen, lonen, bezoldigingen of pensioenen boven het sectorale minimumloon kan beslag worden gelegd volgens onderstaande schaal:

    1º voor het extra bedrag tussen het sectorale minimumloon en het dubbele daarvan, 30 procent;

    2º voor het extra bedrag daarboven tot het drievoudige van het sectorale minimumloon, 50 procent;

    3º voor het extra bedrag daarboven tot het viervoudige van het sectorale minimumloon, 60 procent;

    4º voor het extra bedrag daarboven tot het vijfvoudige van het sectorale minimumloon, 75 procent;

    5º voor elk bedrag daarboven, 90 procent.

    3. Indien de beslagene meer dan één vergoeding ontvangt, worden al deze vergoedingen bij elkaar opgeteld en wordt het voor beslag vatbare deel daar in één keer van ingehouden. Ook wordt rekening gehouden met de salarissen, lonen, pensioenen, bezoldigingen en soortgelijke vergoedingen van echtgenoten als hiervoor geen huwelijkse voorwaarden gelden. Als dat wel het geval is, moet dit ten overstaan van de griffier worden aangetoond.

    4. Wat betreft de gezinslasten van de beslagene kan de griffier de percentages die zijn vastgesteld onder de punten 1, 2, 3 en 4 van lid 2 van het onderhavige artikel verlagen met 10 tot 15 procent.

    5. Indien er op de salarissen, lonen, pensioenen of bezoldigingen permanente of eenmalige belastingen of socialezekerheidsbijdragen worden ingehouden, vormt het door de geëxecuteerde partij ontvangen bedrag na aftrek van deze inhoudingen de basis voor de vaststelling van het voor beslag vatbare bedrag.

    6. De bovengenoemde bepalingen van dit artikel zijn ook van toepassing op inkomsten van zelfstandige beroeps- en handelsactiviteiten.

    7. De bedragen waarop beslag wordt gelegd volgens de onderhavige bepaling kunnen rechtstreeks worden terugbetaald op de rekening die de executerende partij daarvoor heeft aangeduid, indien de griffier die belast is met de tenuitvoerlegging hiertoe besluit.

    In dat geval moeten de persoon of de entiteit die de inhouding en de verdere betaling uitvoert en de executerende partij de griffier elke drie maanden in kennis stellen van de respectievelijk terugbetaalde en ontvangen bedragen en heeft de geëxecuteerde partij in elk geval het recht om claims in te dienen, omdat zij van mening is dat de schuld volledig is afbetaald en dat het bevel tot tenuitvoerlegging daarmee ongeldig is of omdat de inhoudingen of betalingen niet zijn uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de griffier.

    Om zich te verzetten tegen het besluit van de griffier waarmee die rechtstreekse betaling wordt toegekend, moet er een rechtstreeks beroep worden ingesteld bij de rechtbank.

    Overeenkomstig Koninklijk Wetsdecreet 8/2011, van 1 juli 2011 betreffende maatregelen ter ondersteuning van hypotheekhouders (Real Decreto-Ley 8/2011 de medidas de apoyo a los deudores hipotecarios), in werking getreden op 7 juli 2011, wordt een aantal verduidelijkingen aangebracht in de bepalingen van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering. In artikel 1 van dit wetsdecreet wordt het volgende bepaald:

    Artikel 1 Vrijstelling van beslag op het minimale gezinsinkomen.

    “Indien, overeenkomstig het bepaalde in artikel 129 van de Hypotheekwet (Ley Hipotecaria), de prijs verkregen uit de verkoop van de gebruikelijke woning waarop een hypotheek rust, na de tenuitvoerlegging met betrekking tot die schuld, ontoereikend is om de zekergestelde lening te dekken, zal het van beslag vrijgestelde bedrag zoals bepaald in artikel 607, lid 1, van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering met 50 procent worden verhoogd en voorts met nog eens 30 procent van het sectorale minimumloon per lid van de gezinseenheid dat geen reguliere inkomsten, salaris of pensioen ontvangt boven het sectorale minimumloon. In dit verband bestaat een gezinseenheid uit de echtgeno(o)t(e) of samenwonende en de ascendenten en afstammelingen in de eerste graad die bij de geëxecuteerde partij wonen.

    Op salarissen, lonen, bezoldigingen of pensioenen boven het sectorale minimumloon en, voor zover van toepassing, de bedragen die voortvloeien uit de toepassing van het in voorgaande alinea bepaalde ter bescherming van de gezinseenheid, zal beslag worden gelegd volgens de in artikel 607, lid 2, van bovengenoemde wet opgenomen schaal.”

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    In het geval van onroerende goederen of andere goederen die in het hypotheekregister kunnen worden ingeschreven, kan de rechtbank, op verzoek van de executerende partij, een preventieve annotatie inzake beslag laten opnemen in het desbetreffende openbare register (meestal het kadaster), om te zorgen voor verdere tenuitvoerlegging.

    In de overige gevallen kan worden besloten tot maatregelen die bijvoorbeeld betrekking hebben op:

    • contanten: inbeslagneming;
    • lopende rekeningen: aan de bank gegeven bevel tot inhouding;
    • lonen: aan de betaler gegeven bevel tot inhouding;
    • rente, opbrengsten en ontvangsten: inhouding bij de betaler, plaatsing onder gerechtelijk bewind of gerechtelijk beslag;
    • effecten en financiële instrumenten: inhouding van rente aan de bron, kennisgeving aan de directie van de beurs of van de secundaire markt (als de effecten zijn genoteerd aan een openbare beurs) en kennisgeving aan de vennootschap;
    • overige roerende goederen: inbeslagneming.

    Daarnaast is er, met het oog op de garantie van de tenuitvoerlegging, een plicht om mee te werken aan de handelingen van tenuitvoerlegging voor alle personen en alle openbare en particuliere instellingen (door hen te wijzen op het feit dat ze een boete kunnen krijgen of in overtreding zijn als ze niet aan het verzoek voldoen). Dit houdt in dat ze alle gevraagde informatie moeten verstrekken of alle aangeduide garantiemaatregelen moeten treffen, met de plicht om aan de rechtbank alle stukken en gegevens over te leggen die in hun bezit zijn, zonder andere beperkingen dan die welke aan hen zijn opgelegd door de inachtneming van de fundamentele rechten of de beperkingen die, in bepaalde specifieke gevallen, uitdrukkelijk worden opgelegd door de wet.

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    De tenuitvoerleggingsmaatregelen hebben geen vooraf bepaalde geldigheidsduur. Ze blijven van kracht, totdat de tenuitvoerlegging is voltooid. Ten aanzien van de genoemde maatregelen moet de executerende partij in elk afzonderlijk geval om de betreffende tenuitvoerlegging verzoeken. Wat betreft het beslag op roerende of onroerende goederen kunnen deze bijvoorbeeld worden verkocht bij veilingen om de benodigde bedragen bij elkaar te krijgen voor de betaling van de executerende partij. In andere gevallen, bijvoorbeeld wanneer de veroordeling bestaat uit de teruggave van een onroerend goed aan de executerende partij (zoals het geval zou zijn bij uitzetting vanwege het niet betalen van de huur), bestaan de tenuitvoerleggingsmaatregelen uit de teruggave van het onroerende goed aan de executerende partij nadat de nalatige huurder eruit is gezet.

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    Er is geen beroep mogelijk tegen het bevel tot tenuitvoerlegging. De geëxecuteerde partij kan zich echter wel verzetten tegen de tenuitvoerlegging, wanneer deze aan haar is betekend door gebruik te maken van de hierboven beschreven procedure van verzet tegen de tenuitvoerlegging. Dit verzet is mogelijk op basis van materiële gronden of procedurefouten. Deze verzetsgronden variëren al naar gelang de titel waar de tenuitvoerlegging op van toepassing is (in overeenstemming met de bepalingen van artikel 556 en volgende van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering, die variëren al naar gelang het gaat om: procedurele beslissingen van de rechter of de referendaris van de gerechtelijke administratie, arbitrale beslissingen of bemiddelingsafspraken; titels van een maximaal bedrag die zijn verstrekt in het kader van strafrechtelijke procedures ten aanzien van verkeersongevallen; of titels die zijn bepaald in de punten 4, 5, 6 en 7 van artikel 517 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering, evenals in andere authentieke akten die worden vermeld in artikel 517, lid 2, punt 9). Verzet vanwege ultra petita is geregeld in artikel 558 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering, verzet vanwege procedurefouten in artikel 559 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering). Er moet worden opgemerkt dat enkele van deze gronden eerder van rechtswege kunnen zijn opgeworpen door de rechtbank zelf (indien deze van mening was dat bepaalde clausules in een executoriale titel die bestaat uit authentieke akten, stukken of certificaten onrechtmatig konden zijn, in welk geval de rechtbank van rechtswege moet handelen door de partijen de mogelijkheid te geven om zich uit te spreken voordat hij uitspraak doet). De partijen kunnen beroep instellen tegen de door de rechtbank in eerste aanleg verstrekte beschikking die uitspraak deed over de verschillende gronden van verzet. Hierover wordt beslist door de desbetreffende provinciale rechtbank (Audiencia Provincial).

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

    De tenuitvoerleggingsmaatregel kan komen te vervallen. Een tenuitvoerleggingsmaatregel die is gebaseerd op een vonnis, een beslissing van de rechtbank of van de referendaris van de gerechtelijke administratie ter goedkeuring van een gerechtelijke schikking of een overeenkomst die is gesloten tijdens het proces, op een arbitrale beslissing of een bemiddelingsafspraak komt dus te vervallen als het overeenkomstige verzoek om tenuitvoerlegging niet wordt ingediend binnen vijf jaar na de datum waarop het vonnis of de beslissing definitief is verklaard (artikel 518 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering).

    Er bestaat ook een wachtperiode voor het verzoek om tenuitvoerlegging van procedurele beslissingen (van de rechter of de referendaris van de gerechtelijke administratie), van arbitrale beslissingen of bemiddelingsafspraken. Het doel van deze periode is om de geëxecuteerde partij de tijd te geven om vrijwillig uit te voeren wat er van hem wordt geëist, waardoor wordt voorkomen dat de eiser die in het gelijk is gesteld, om tenuitvoerlegging moet verzoeken. Daarom wordt er geen opdracht gegeven tot de tenuitvoerlegging van procedurele of arbitrale beslissingen of bemiddelingsafspraken binnen twintig dagen na de datum waarop de definitieve veroordeling is uitgesproken of waarop het besluit tot goedkeuring van de overeenkomst of ondertekening van de afspraak is betekend aan de geëxecuteerde partij (artikel 548 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering). Het doel van deze wachtperiode is om de vrijwillige tenuitvoerlegging door de geëxecuteerde partij te stimuleren.

    Zoals uitgelegd in een van de bovenstaande punten (punt 4.1) bepaalt het wetboek van burgerlijke rechtsvordering, ter bescherming van de schuldenaar, dat bepaalde goederen niet vatbaar zijn voor beslag, en stelt het ook kwantitatieve beperkingen vast die evenredig zijn met derdenbeslagen op salarissen, lonen, bezoldigingen of pensioenen.

    Bij de veiling van goederen wordt bepaald dat de toekenning aan de hoogste bieder moet worden uitgesproken met inachtneming van minimale waarden in evenredigheid met de taxatiewaarde van het goed of het bedrag van de schuld. Deze beperkingen ter bescherming van de schuldenaar zijn strenger indien het hoofdverblijf van de schuldenaar wordt geveild (artikelen 670 en 671 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering).

    Het wetboek van burgerlijke rechtsvordering bepaalt eveneens dat, als algemene regel, het beslag op rente van de hoofdsom en van de procedurele kosten niet hoger mag zijn dan 30 procent van de hoofdsom (artikel 575 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering).

    In het geval dat het beslag betrekking heeft op het hoofdverblijf mogen de kosten die van de geëxecuteerde partij worden gevorderd, niet hoger zijn dan 5 procent van het bedrag dat wordt gevorderd in het tenuitvoerleggingsverzoek (artikel 575 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering).

    Bij beslag op met hypotheek bezwaarde goederen en voor schuldenaren die zich in een economisch en maatschappelijk zeer kwetsbare positie bevinden, wordt uitstel verleend voor het beslag op het hoofdverblijf (artikel 441 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering).

    Overeenkomstig de artikelen 55 en 57 van de Spaanse Faillissementswet (Ley Concursal) mag er, zodra het faillissement is uitgesproken, geen afzonderlijke tenuitvoerlegging worden gelast, omdat de rechter die belast is met het liquidatiedossier als enige bevoegd is voor de tenuitvoerlegging tegen de insolvente schuldenaar. Hierdoor kan worden voorkomen dat bepaalde schuldeisers begunstigd worden ten opzichte van andere.

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 18/08/2023

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Frankrijk

    1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

    Onder tenuitvoerlegging (d.w.z. gedwongen tenuitvoerlegging, want als schuldenaren hun verplichtingen vrijwillig nakomen is er geen procedure nodig) worden alle procedures verstaan waarmee een schuldenaar kan worden gedwongen om zijn of haar verplichtingen uit hoofde van een executoriale titel na te komen. Executoriale titels zijn doorgaans uitspraken van een (Franse of buitenlandse) rechtbank en notariële akten waarop de formule van tenuitvoerlegging is aangebracht (zie punt 2). In het Franse recht kunnen deze titels de schuldenaar drie soorten verplichtingen opleggen: betalen, doen of nalaten, en geven of teruggeven.

    Het recht op tenuitvoerlegging geldt uitsluitend ten aanzien van de goederen van de schuldenaar. Er bestaat geen tenuitvoerlegging ten aanzien van personen. Dit betekent bijvoorbeeld dat schuldenaren niet gevangen kunnen worden gezet, enkel en alleen omdat zij hun schuld niet betalen. Toch is de weigering om bepaalde verplichtingen (alimentatieverplichtingen) na te komen, een misdrijf dat kan leiden tot vervolging en een veroordeling tot gevangenisstraf van de schuldenaar. Hetzelfde geldt voor de frauduleuze insolvabiliteit van een schuldenaar.

    Een betalingsverplichting wordt ten uitvoer gelegd door middel van beslaglegging op geldbedragen, roerende zaken of onroerende zaken van de schuldenaar. Indien er beslag wordt gelegd op een geldbedrag, wordt dit bedrag aan de schuldeiser uitbetaald (bv. beslaglegging-toewijzing op een bankrekening). Indien het beslag een roerende of onroerende zaak van de schuldenaar betreft, vindt een gedwongen verkoop plaats en wordt uit de opbrengst het bedrag van de vordering uitbetaald aan de schuldeiser.

    De wijze waarop een verplichting om iets te geven of terug te geven ten uitvoer wordt gelegd, hangt af van de aard van het betrokken goed. Een roerende zaak wordt in beslag genomen en aan zijn wettige eigenaar teruggegeven. Teruggave van een onroerende zaak aan zijn eigenaar gebeurt door uitzetting van de bewoner.

    Omdat het verboden is om een persoon fysiek te dwingen tot het uitvoeren van een verplichting om te doen of na te laten, zet de rechtbank de schuldenaar ertoe aan om die verplichtingen uit te voeren door een dwangsom op te leggen. Deze dwangsom is het geldbedrag dat de schuldenaar moet betalen wanneer hij of zij de verplichtingen niet nakomt. Het verschuldigde bedrag wordt berekend op basis van de duur van het verzuim (bij een verplichting om te doen) of het aantal schendingen van de verplichting om na te laten. Een verplichting om te betalen, te geven of terug te geven kan ook als een verplichting om te doen worden uitgelegd en kan daarom ook worden gecombineerd met een geldboete, naast de andere maatregelen van gedwongen tenuitvoerlegging die kunnen worden genomen.

    Er zij ook op gewezen dat in beginsel alleen verplichtingen die in een executoriale titel zijn vastgesteld, gedwongen ten uitvoer kunnen worden gelegd.

    2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

    Gerechtsdeurwaarders hebben het monopolie op gedwongen tenuitvoerlegging. Zij zijn openbare ambtenaren die als zodanig zijn benoemd door de minister van Justitie, die erop toeziet dat zij bij de uitoefening van hun bevoegdheden strikte ethische regels in acht nemen. Zij worden voor hun diensten betaald (zie punt 3). De schuldeiser betaalt de kosten van de maatregelen van gedwongen tenuitvoerlegging en de schuldenaar moet deze vervolgens terugbetalen.

    Wanneer een vordering voor een rechtbank wordt gebracht, is de bevoegde rechter in beginsel de juge de l’exécution, een gespecialiseerde rechter in de gecombineerde (regionale en districts)rechtbank (tribunal judiciaire).

    Conservatoire maatregelen vergen in beginsel de toestemming van de juge de l’exécution, maar kunnen ook worden toegestaan door de president van de handelsrechtbank (tribunal de commerce), wanneer ze bedoeld zijn ter bescherming van een vordering binnen de bevoegdheid van de handelsrechtbank.

    Het is niet nodig een advocaat te hebben om een gerechtelijk commissaris (voorheen gerechtsdeurwaarder) te vragen om maatregelen van gedwongen tenuitvoerlegging te nemen.

    Een advocaat is wel verplicht gedurende de gehele procedure voor beslaglegging op een onroerende zaak. Bij wijze van uitzondering kan de schuldenaar, zonder advocaat, aan de juge de l’exécution om toestemming vragen om zijn of haar goederen onderhands te verkopen.

    In de andere procedures is vertegenwoordiging door een advocaat in beginsel verplicht, tenzij de betwiste tenuitvoerleggingsmaatregel betrekking heeft op een vordering van minder dan 10 000 EUR. In dit laatste geval mogen de partijen persoonlijk verschijnen of worden bijgestaan of vertegenwoordigd door een advocaat, hun echtgenoot, hun samenwonende partner, een persoon met wie zij een geregistreerd partnerschap zijn aangegaan, hun bloedverwanten in de rechte lijn, hun bloedverwanten in de zijlijn tot en met de derde graad, of personen die uitsluitend bij hen persoonlijk of bij hun onderneming in dienst zijn.

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    3.1 De procedure

    Artikel L. 111-3 van het Franse wetboek van civielrechtelijke tenuitvoerleggingsprocedures (Code des procédures civiles d’exécution) bevat een lijst van de executoriale titels die in Frankrijk worden erkend. Dit zijn:

    • beslissingen van gerechtelijke en bestuursrechtelijke instanties zodra zij in kracht van gewijsde zijn gegaan, alsmede overeenkomsten waaraan door deze instanties kracht van gewijsde is verleend;
    • buitenlandse rechtshandelingen en vonnissen, alsmede arbitrale uitspraken die uitvoerbaar zijn verklaard bij een beslissing waartegen geen beroep met schorsende werking openstaat, zonder afbreuk te doen aan de toepasselijke bepalingen van het recht van de Europese Unie;
    • beslissingen van het eengemaakt octrooigerecht;
    • uittreksels van processen-verbaal van minnelijke schikkingen, ondertekend door de rechter en de partijen;
    • notariële akten die de formule van tenuitvoerlegging bevatten;
    • overeenkomsten waarbij echtgenoten wederzijds instemmen met hun echtscheiding door middel van een door advocaten medeondertekende onderhandse akte die door een notaris is neergelegd in een authentieke akte overeenkomstig de regelingen in artikel 229-1 van het Franse burgerlijk wetboek (Code civil);
    • titels afgegeven door een gerechtelijk commissaris bij een ongedekte cheque of bij een overeenkomst tussen de schuldeiser en de schuldenaar volgens de voorwaarden van artikel L. 125-1 van het wetboek van civielrechtelijke tenuitvoerleggingsprocedures;
    • titels afgegeven door publiekrechtelijke rechtspersonen die als zodanig bij wet zijn aangewezen, of beslissingen waaraan de wet de rechtsgevolgen van een vonnis toekent;
    • schikkingen en rechtshandelingen tot vaststelling van een overeenkomst die voortvloeit uit een bemiddeling, een minnelijke schikking of een participatieve procedure, wanneer de advocaten van beide partijen die medeondertekenen en de griffie van de bevoegde rechtbank de formule van tenuitvoerlegging erop heeft aangebracht.

    Beslissingen van algemene rechtbanken zijn uitvoerbaar en kunnen dus de mogelijkheid scheppen om maatregelen van gedwongen tenuitvoerlegging te nemen, wanneer er tegen de uitspraak geen procedure met schorsende werking, d.w.z. beroep of verzet, openstaat of wanneer de voorlopige tenuitvoerlegging van rechtswege plaatsvindt (hetgeen in beginsel het geval is voor beslissingen in eerste aanleg) dan wel speciaal is gelast. De beslissingen van bestuursrechtelijke instanties zijn ook uitvoerbaar wanneer beroep openstaat.

    Toegestane maatregelen van gedwongen tenuitvoerlegging:

    Zodra een persoon een executoriale titel heeft, kan hij of zij in beginsel alle maatregelen van gedwongen tenuitvoerlegging nemen overeenkomstig het wetboek van civielrechtelijke tenuitvoerleggingsprocedures, zonder voorafgaande toestemming van de rechter. Bij wijze van uitzondering zijn er twee procedures van gedwongen tenuitvoerlegging die wel alleen met voorafgaande toestemming van de rechter mogen worden ingeleid:

    • beslag op bezoldiging, waarvoor toestemming moet worden verleend door de juge de l’exécution van de woonplaats van de schuldenaar of de derde-beslagene als de schuldenaar in het buitenland woont of diens woonplaats onbekend is,
    • beslaglegging op een onroerende zaak, die moet plaatsvinden bij de rechter die in de plaats waar de desbetreffende zaak zich bevindt, verantwoordelijk is voor de tenuitvoerlegging.

    Bovendien moet voor beslaglegging op roerende zaken voor de inning van vorderingen van bedragen lager dan 535 EUR in woonruimten vooraf toestemming worden verleend door de juge de l’exécution.

    De maatregelen van gedwongen tenuitvoerlegging die zijn vastgelegd in het wetboek van civielrechtelijke tenuitvoerleggingsprocedures, zijn divers en naargelang van de aard van de betroffen goederen (onroerende zaken, roerende lichamelijke zaken, geld; zie punt 4.2). Hoe dan ook moeten deze maatregelen worden beperkt tot wat noodzakelijk blijkt voor de invordering van de schuld en mag er bij de keuze van deze maatregelen geen sprake zijn van misbruik.

    In afwijking van het beginsel dat maatregelen van gedwongen tenuitvoerlegging alleen mogen worden genomen op basis van een executoriale titel, mogen er, voordat er een executoriale titel is afgegeven, al wel conservatoire maatregelen worden genomen. Conservatoire maatregelen geven de schuldeiser de mogelijkheid om in afwachting van een executoriale titel zijn of haar rechten te waarborgen.

    Het gaat hierbij om beslagen en zekerheden. Deze worden toegestaan door de rechter, als de vordering in beginsel gegrond lijkt en de aanvrager aantoont dat de invordering door omstandigheden in gevaar kan komen. Wanneer de schuldeiser een vonnis heeft dat nog niet uitvoerbaar is, is er geen voorafgaande toestemming van de rechter nodig. Hoe dan ook vervallen de in die omstandigheden genomen maatregelen, indien de gerechtsdeurwaarder ze niet snel aan de schuldenaar meedeelt en de schuldeiser geen bodemprocedure heeft ingeleid om een rechterlijke beslissing over zijn of haar vordering te verkrijgen.

    De tijd waarop maatregelen van gedwongen tenuitvoerlegging kunnen worden uitgevoerd:

    Tenuitvoerleggingsmaatregelen mogen enkel plaatsvinden tussen 6 uur ’s ochtends en 21 uur ’s avonds. Zij mogen niet op zon- en feestdagen worden uitgevoerd, tenzij de juge de l’exécution hiervoor voorafgaande toestemming heeft gegeven.

    De kosten van maatregelen van gedwongen tenuitvoerlegging:

    Gerechtelijk commissarissen verrichten hun diensten tegen betaling. De schuldeiser betaalt de kosten van de maatregelen van gedwongen tenuitvoerlegging en de schuldenaar moet deze vervolgens naast de schuld terugbetalen. De schuldeiser betaalt echter eveneens een deel van deze kosten.

    De vergoeding voor gerechtsdeurwaarders is vastgesteld in Decreet nr. 2016-230 van 26 februari 2016 en op grond van een arrest van 26 februari 2016 waarin voor elke tenuitvoerleggingsmaatregel het verschuldigde bedrag is bepaald. De voornaamste bedragen op deze tarievenschaal zijn:

    • een vast recht voor elke maatregel, waarvan de hoogte in het arrest is vastgesteld; naargelang van de hoogte van de vordering wordt dit vaste recht vermenigvuldigd met 0,5 (vordering tot en met 128 EUR), met 1 (vordering van meer dan 128 EUR, tot en met 1 280 EUR) of met 2 (vordering van meer dan 1 280 EUR);
    • een recht voor de inleiding van de procedure, dat slechts eenmaal per executoriale titel mag worden geheven; voor vorderingen van minder dan 76 EUR bedraagt het 4,29 EUR; daarboven is het evenredig aan de hoogte van de vordering, tot een maximum van 268,13 EUR;
    • een invorderings- en incasseringsrecht; dit is een proportioneel bedrag volgens een degressieve schaal dat de gerechtelijk commissaris pas in rekening brengt, wanneer hij of zij de vordering geheel of gedeeltelijk heeft ingevorderd of geïncasseerd; in elk geval komt een deel van dit recht voor rekening van de schuldeiser (artikel A. 444-32 van het Franse wetboek van koophandel (Code de Commerce));
    • dossierbeheervergoedingen; de gerechtelijk commissaris brengt telkens wanneer de schuldenaar een betaling doet, 6,37 EUR in rekening, behalve voor het saldo van de schuld, waarvoor hij of zij dit bedrag niet in rekening mag brengen; in totaal mogen deze vergoedingen voor één dossier niet meer dan 32,74 EUR bedragen;
    • een reiskostenvergoeding van 7,67 EUR (8,80 EUR als de betekening uitsluitend op elektronische wijze plaatsvindt);
    • btw (20 %);
    • behalve in bepaalde uitzonderingsgevallen, een forfaitaire belasting van 14,89 EUR (tarief op 1 januari 2017) die gerechtelijk commissarissen aan de staat betalen;
    • verzendkosten voor brieven die verplichte procedureformaliteiten vormen;
    • slotenmakers-, ontruimings-, garage- en inboedelopslagkosten (per factuur);

    Voorbeeld: voor een ingevorderd bedrag van 10 000 EUR is het minimumbedrag voor enkele tenuitvoerleggingsmaatregelen als volgt:

    • beslaglegging-toewijzing betreffende een bankrekening: 129,64 EUR incl. belastingen (vast recht, reiskosten en forfaitaire belasting),
    • beslaglegging op of verkoop van roerende zaken: 114,21 EUR incl. belastingen (vast recht, reiskosten en forfaitaire belasting),
    • beslaglegging op een voertuig door middel van een verklaring bij de prefectuur: 124,50 EUR incl. belastingen (vast recht, reiskosten en forfaitaire belasting),
    • bevel tot betaling dat geldt als beslag op onroerende zaken: 178,55 EUR incl. belastingen (vast recht, reiskosten en forfaitaire belasting).

    Bij deze vaste rechten worden met name de proportionele rechten opgeteld, die voor de hele vordering 707,52 EUR, incl. belastingen bedragen, waarvan 118,46 EUR ten laste van de schuldenaar en 589,06 EUR ten laste van de schuldeiser.

    3.2 De grondvoorwaarden

    In beginsel is er geen rechterlijke toestemming vereist om over te gaan tot tenuitvoerleggingsmaatregelen op basis van executoriale titels (zie punt 3.1).

    Schuldeisers die geen executoriale titel hebben, kunnen conservatoire maatregelen nemen, mits aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan (zie punt 3.1).

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    In beginsel kan een maatregel van gedwongen tenuitvoerlegging worden toegepast op alle goederen van de schuldenaar.

    Bij wijze van uitzondering sluit de wet bepaalde goederen echter van beslaglegging uit. Dit is met name het geval voor:

    • geld dat nodig is voor het levensonderhoud; daarom is het bijvoorbeeld niet mogelijk om beslag te leggen op de volledige bezoldiging van een persoon, omdat die persoon voldoende geld over moet houden om aan zijn of haar dagelijkse behoeften te voldoen; de hoogte van dat bedrag wordt jaarlijks vastgesteld, waarbij rekening wordt gehouden met hoogte van de bezoldiging en het aantal personen dat de schuldenaar ten laste heeft;
    • roerende zaken die noodzakelijk zijn voor het dagelijks leven en het werk van de schuldenaar; op deze goederen mag in beginsel alleen beslag worden gelegd voor de betaling van de aanschafprijs ervan of wanneer zij een aanzienlijke waarde hebben; een lijst van deze goederen is opgenomen in artikel R.112-2 van het wetboek van civielrechtelijke tenuitvoerleggingsprocedures; het is bijvoorbeeld niet mogelijk om beslag te leggen op het bed of de tafel van de schuldenaar, tenzij deze beslaglegging gerechtvaardigd is, omdat de aanschafprijs ervan niet is betaald of wanneer het goederen van aanzienlijke waarde zijn;
    • voorwerpen die onmisbaar zijn voor gehandicapten of die bestemd zijn voor de verzorging van zieken; de rolstoel van een persoon met een handicap is bijvoorbeeld niet vatbaar voor beslag.

    In bepaalde gevallen hebben personen met een eenmanszaak recht op bijzondere bescherming van hun gehele vermogen of een deel daarvan.

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    Maatregelen van gedwongen tenuitvoerlegging ten aanzien van roerende zaken en financiële schulden worden in meerdere fasen uitgevoerd. Eerst gaat de gerechtelijk commissaris over tot beslag. Dit betekent dat de schuldenaar niet meer over de goederen kan beschikken. Hij of zij mag ook geen afstand doen van de goederen waarop beslag is gelegd. Indien de schuldenaar de verplichting om de goederen in bezit te houden niet nakomt, maakt hij of zij zich schuldig aan een misdrijf. Geldbedragen waarop beslag is gelegd, blijven geblokkeerd op de rekening van de schuldenaar. Vervolgens wordt het beslag door de gerechtelijk commissaris aan de schuldenaar meegedeeld. Indien deze het beslag niet betwist bij de juge de l’exécution, kan de gerechtelijk commissaris de goederen in beslag nemen om deze te veilen of de geldbedragen waarop beslag is gelegd, aan hem laten overmaken. Indien het beslag wel wordt betwist, geeft de juge de l’exécution ofwel toestemming voor de uitvoering van de maatregel van gedwongen tenuitvoerlegging, ofwel hij of zij heft de maatregel op indien deze onrechtmatig is uitgevoerd.

    De maatregel van gedwongen tenuitvoerlegging op gebouwen is de procedure voor beslaglegging op onroerende zaken. Daarbij betekent de gerechtelijk commissaris eerst een bevel tot betaling dat geldt als beslag, zodat de schuldenaar niet meer over de onroerende zaken kan beschikken. De schuldeiser brengt de zaak voor de juge de l’exécution, die beslist over het verdere verloop. Als onderhandse verkoop van het onroerende goed mogelijk is en de schuldenaar daarom verzoekt, geeft de rechter toestemming voor een onderhandse verkoop en stelt hij of zij een termijn waarbinnen die verkoop moet zijn afgerond. Als onderhandse verkoop niet mogelijk is of niet is gelukt, geeft de rechter bevel tot openbare verkoop van het goed. De openbare verkoop vindt plaats tijdens een zitting voor de rechter.

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    In beginsel zijn executoriale titels gedurende een periode van tien jaar uitvoerbaar (artikel L. 111-4 van het wetboek van civielrechtelijke tenuitvoerleggingsprocedures). Deze periode gaat in, wanneer op basis van die titel een maatregel van gedwongen tenuitvoerlegging wordt genomen.

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    Deze vraag heeft betrekking op:

    • beslagen wanneer de schuldeiser nog geen executoriale titel heeft,
    • bevelen tot het afgeven of teruggeven van een bepaald roerend goed, wanneer degene die verzoekt om afgifte of teruggave van het goed, nog geen executoriale titel heeft,
    • beslag op bezoldiging,
    • beslag op een onroerende zaak.

    Deze procedures zijn de enige maatregelen van gedwongen tenuitvoerlegging waarvoor toestemming van een juge de l’exécution nodig is. Het vonnis van de rechter is vatbaar voor beroep of voor een beroep bij het hof van cassatie (Cour de cassation), afhankelijk van de hoogte van de vordering.

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

    In beginsel zijn executoriale titels gedurende een periode van tien jaar uitvoerbaar (artikel L. 111-4 van het wetboek van civielrechtelijke tenuitvoerleggingsprocedures). Deze periode gaat in, wanneer op basis van die titel een maatregel van gedwongen tenuitvoerlegging wordt genomen.

    Tenuitvoerleggingsmaatregelen mogen enkel plaatsvinden tussen 6 uur ’s ochtends en 21 uur ’s avonds. Zij mogen niet op zon- en feestdagen worden uitgevoerd, tenzij de juge de l’exécution hiervoor voorafgaande toestemming heeft gegeven.

    Voorts moeten de tenuitvoerleggingsprocedures worden beperkt tot wat noodzakelijk is voor de invordering van de schuld en mag er bij de keuze van deze maatregelen geen sprake zijn van misbruik.

    Bovendien zijn bepaalde goederen uitgesloten van beslaglegging (zie punt 4.1) en is voor elke beslaglegging of verkoop van onroerende zaken die als woonruimte worden gebruikt, voorafgaande toestemming nodig, als het gaat om de inning van een vordering, anders dan tot het verstrekken van levensonderhoud, van een bedrag van minder dan 535 EUR (artikelen L. 221-2 en R. 221-2 van het wetboek van civielrechtelijke tenuitvoerleggingsprocedures).

    Tot slot mogen er, als de schuldenaar zich kan beroepen op immuniteit van executie, geen maatregelen van gedwongen tenuitvoerlegging worden genomen tegen zijn of haar goederen die onder die immuniteit vallen. Om een maatregel van gedwongen tenuitvoerlegging te kunnen uitvoeren op een goed dat een dergelijke persoon toebehoort, op grond van het feit dat hij of zij niet onder immuniteit van executie valt, moet voorafgaande toestemming van de rechter worden verkregen (artikelen L. 111-1 tot en met L. 111-3 en R. 111-1 tot en met R. 111-5 van het wetboek van civielrechtelijke tenuitvoerleggingsprocedures).

    Links

    De link wordt in een nieuw venster geopend.Legifrance

    De link wordt in een nieuw venster geopend.De website van de Nationale Kamer van gerechtelijk commissarissen (Chambre Nationale des Commissaires de Justice)

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 22/08/2023

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Kroatië

    1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

    In de Republiek Kroatië zijn de procedures voor tenuitvoerlegging geregeld in de bepalingen van de Wet op de gedwongen tenuitvoerlegging (Ovršni zakon) (Narodne Novine (NN; Staatsblad van de republiek Kroatië), nrs. 112/12, 25/13, 93/14, 55/16 en 73/17; hierna: "OZ"). Deze wet regelt de procedure volgens welke rechtbanken en notarissen onvrijwillige inning van vorderingen verrichten op basis van executoriale titels (documenten) en authentieke akten (procedure van gedwongen tenuitvoerlegging), tenzij anders bepaald door een bijzondere wet.

    2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

    Tenuitvoerleggingsprocedures worden door rechtbanken behandeld op basis van executoriale titels (documenten), terwijl notarissen dergelijke procedures behandelen op basis van authentieke akten.

    Wat een executoriale titel is, wordt bepaald in artikel 23 van de OZ, terwijl authentieke akten in artikel 31 van dezelfde wet worden beschreven.

    Ook het Financieel Agentschap (Financijska agencija) (hierna "het Agentschap" genoemd) is partij bij de tenuitvoerleggingsprocedure; het Agentschap is een juridische entiteit die instaat voor de tenuitvoerlegging volgens de bepalingen van de OZ en de Wet inzake beslag op fondsen; andere partijen zijn de werkgevers, het Kroatische Instituut voor Pensioenverzekering (Hrvatski zavod za mirovinsko osiguranje) en andere bij wet bepaalde autoriteiten.

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    Rechtbanken leggen een tenuitvoerleggingsprocedure op op basis van executoriale titels; krachtens de OZ gaat het hierbij om de volgende documenten:

    1. uitvoerbare gerechtelijke beslissingen en schikkingen,

    2. uitvoerbare schikkingen zoals bedoeld in artikel 186.a van de Wet op de Burgerlijke Rechtsvordering

    3. uitvoerbare beslissingen van een arbitragecommissie,

    4. uitvoerbare beslissingen die zijn uitgevaardigd in een administratieve procedure en uitvoerbare schikkingen die in een administratieve procedure tot stand zijn gekomen, indien het gaat om het vervullen van een geldelijke verplichting, tenzij de wet anders bepaalt,

    5. notariële tenuitvoerleggingsbeslissingen en notariële tenuitvoerleggingsclausules,

    6. schikkingen die als gevolg van procedures voor "ererechtbanken" (sudovi časti) in raadkamer tot stand komen in de republiek Kroatië en door bemiddeling bereikte schikkingen overeenkomstig de bepalingen van de Wet inzake bemiddelingsprocedures,

    7. andere krachtens de wet uitvoerbare documenten.

    Uitvoerbare documenten zijn geschikt voor tenuitvoerlegging indien daarin de schuldeiser en de schuldenaar, het onderwerp, het type, de omvang en de termijn voor het voldoen van de geldelijke verplichting worden gespecificeerd.

    Indien het uitvoerbare document een beslissing is die het innen van een schuld door betaling of uitvoering van een handeling oplegt, moet het ook een termijn voor vrijwillige voldoening bevatten; indien de termijn voor vrijwillige voldoening niet is gespecificeerd, wordt de termijn door de rechtbank in de executoriale titel vastgesteld.

    3.1 De procedure

    Een schuldeiser zet de tenuitvoerleggingsprocedure in gang op basis van een uitvoerbaar document door bij de rechtbank een verzoek tot tenuitvoerlegging in te dienen. Aanvragen voor tenuitvoerlegging kunnen persoonlijk worden ingediend door de schuldeiser als partij in de procedure of via een vertegenwoordiger. Uitvoeringsprocedures kunnen ambtshalve worden ingesteld indien dit specifiek door de wet bepaald wordt.

    De gemeentelijke rechtbanken hebben materiële rechtsmacht in de tenuitvoerleggingsprocedure, tenzij wettelijk anders bepaald. De tenuitvoerlegging gebeurt binnen de grenzen die in de executoriale titel zijn vastgelegd.

    In de executoriale titel moet het uitvoerbare, d.w.z. authentieke document worden vermeld op grond waarvan de tenuitvoerlegging plaatsvindt, de schuldeiser en de partij tegen wie de tenuitvoerlegging wordt gevraagd (de schuldenaar), de vordering die wordt afgedwongen, de middelen en het voorwerp van tenuitvoerlegging, alsook andere informatie die nodig is om de tenuitvoerlegging uit te voeren.

    3.2 De grondvoorwaarden

    De aanvraag tot tenuitvoerlegging moet het verzoek tot tenuitvoerlegging bevatten, waarin het uitvoerbare of authentieke document moet worden gespecifieerd op basis waarvan de tenuitvoerlegging wordt gevraagd, de schuldeiser en de schuldenaar, de persoonlijke identificatienummers van de schuldeiser en de schuldenaar, de vordering die men verwezenlijkt wenst te zien, de middelen die nodig zijn om de tenuitvoerlegging te verrichten en (indien nodig) het voorwerp van de tenuitvoerlegging. De aanvraag moet andere voorgeschreven informatie bevatten die nodig is om de tenuitvoerlegging te verrichten.

    De aanvraag tot tenuitvoerlegging op grond van een authentieke akte moet het volgende bevatten:

    1. een verzoek aan de rechtbank om de schuldenaar te bevelen de schuldvordering met de eventuele bijbehorende kosten binnen acht dagen te vereffenen en – in geval van geschillen waarbij wissels en cheques betrokken zijn – binnen drie dagen,

    2° de uitvoerbare aanvraag.

    Daarom zijn de belangrijkste voorwaarden waaraan een executoriale titel moet voldoen: een uitvoerbare of authentieke akte op grond waarvan de tenuitvoerlegging wordt bevolen en een uitvoerbare aanvraag.

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    Het voorwerp van de tenuitvoerlegging bestaat uit voorwerpen en rechten die volgens de wet onderworpen kunnen zijn aan tenuitvoerlegging met het oog op het innen van een vordering. De tenuitvoerlegging wordt uitgevoerd om te voldoen aan de vordering van een schuldeiser op voorwerpen van tenuitvoerlegging die integraal deel uitmaken van de eigendom van de schuldenaar.

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    De activa van de schuldenaar (geld, onroerend goed, roerend goed, effecten en deelnemingen) of bepaalde niet-eigendomsrechten van de aanvrager (de overdracht en levering van roerend goed, het ontruimen en overdragen van onroerend goed, het hervatten van het werk, enz.) kunnen onderworpen zijn aan de tenuitvoerlegging. Tijdens de procedure kan de aanvrager kiezen welke voorwerpen hij/zij wil afdwingen.

    Voorwerpen die niet worden verhandeld, mogen niet worden onderworpen aan de tenuitvoerlegging; dit geldt eveneens voor andere voorwerpen daar waar dit door specifieke wetgeving verboden is. Belastingvorderingen en andere vergoedingen mogen evenmin aan tenuitvoerlegging onderworpen worden.

    Voorzieningen, wapens en uitrusting bestemd voor defensie en voorzieningen die bestemd zijn voor het werk van lokale en regionale overheden en gerechtelijke overheden kunnen evenmin aan tenuitvoerlegging onderworpen worden.

    De vraag of een bepaald voorwerp of recht vatbaar is voor tenuitvoerlegging, d.w.z. of de tenuitvoerlegging van een voorwerp of een recht gebonden is aan beperkingen, wordt beoordeeld met inachtneming van de omstandigheden die bestonden op het moment dat de tenuitvoerleggingsaanvraag werd ingediend, tenzij uitdrukkelijk anders bepaald door de OZ.

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    De belangrijkste gevolgen van maatregelen met betrekking tot tenuitvoerlegging zijn dat het recht van de schuldenaar om over zijn activa te beschikken, beperkt wordt.

    De tenuitvoerleggingsprocedures voor onroerende goederen en roerende goederen resulteren in de verkoop van onroerende goederen of roerende goederen om met de opbrengst van de verkoop de schuldvordering van de schuldeiser te vereffenen.

    Tenuitvoerleggingsprocedures met betrekking tot financiële vorderingen leiden tot de inbeslagneming en overdracht aan de schuldeiser van de geldelijke vordering tot het bedrag dat nodig is om de vordering te vereffenen.

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    De uitvoeringsmaatregelen zijn geldig tot de beëindiging van de tenuitvoerleggingsprocedure, waarvan sprake zodra de vordering van de schuldeiser volledig is voldaan of nadat hij of zij de aanvraag tot tenuitvoerlegging heeft ingetrokken.

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    De schuldenaar heeft het recht om:

    • hoger beroep aan te tekenen tegen een uitgegeven executoriale titel, of

    • een vordering in te dienen tegen een door een notaris uitgevaardigde beslissing op basis van een authentieke akte.

    Een tijdig ingediend en ontvankelijk hoger beroep tegen een executoriale titel die is uitgevaardigd op grond van een uitvoerbaar document schort de tenuitvoerleggingsprocedure niet op.

    Een tijdig ingediende en ontvankelijke vordering tegen een beslissing van een notaris die op basis van een authentieke akte is uitgevaardigd (ingediend bij de notaris, maar verder behandeld door de rechtbank) wordt verder behandeld in een reguliere rechtszaak (klasična parnica) die voor de rechtbank wordt voortgezet en waarin de partijen, die nu eiser (voordien schuldeiser) en de verweerder (voordien schuldenaar) genoemd worden, hun argumenten moeten staven om in de procedure hun gelijk te behalen. Als aan de voorwaarden van de OZ is voldaan, heeft de schuldenaar het recht om de tenuitvoerleggingsprocedure op te schorten.

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

    De rechtbank bepaalt de tenuitvoerlegging met behulp van de middelen en met betrekking tot de voorwerpen die in de aanvraag tot tenuitvoerlegging gespecifieerd zijn. Indien verschillende middelen en voorwerpen worden voorgesteld, beperkt de rechtbank de tenuitvoerlegging, op voorstel van de schuldenaar, tot de gekozen middelen of voorwerpen, indien zij toereikend geacht worden om aan de vordering te voldoen.

    Een van de basisprincipes van de tenuitvoerleggingsprocedure is dat de rechtbank bij het uitvoeren van de tenuitvoerleggings- en veiligheidsprocedures verplicht is de waardigheid van de schuldenaar te respecteren door ervoor te zorgen dat de tenuitvoerlegging zo gunstig mogelijk is.

    De bescherming van de schuldenaar wordt gewaarborgd door het uitsluiten en beperken van de voorwerpen en middelen waarover de schuldeiser tijdens de tenuitvoerleggingsprocedure afdwingbaar kan beschikken, door de schuldenaar bepaalde procedurele en materiële waarborgen te verschaffen tijdens en in verband met de tenuitvoerlegging. Deze bescherming manifesteert zich in de aanvaarding van het legaliteitsbeginsel bij het bepalen of tenuitvoerlegging is toegestaan, bij het bepalen van de voorwerpen en middelen van tenuitvoerlegging en in de procedure die gebruikt wordt om op afdwingbare wijze de vordering van de schuldeiser te vereffenen.

    Er zijn beperkingen op de tenuitvoerlegging van onroerende goederen met betrekking tot voorwerpen die niet onderworpen zijn aan tenuitvoerlegging, zoals voorgeschreven door artikel 91 van de OZ.

    Er zijn beperkingen op de tenuitvoerlegging van roerende goederen met betrekking tot voorwerpen die niet onderworpen zijn aan tenuitvoerlegging, zoals door artikel 135 van de OZ.

    Er zijn beperkingen op de tenuitvoerlegging van geldelijke vorderingen zoals voorgeschreven door artikel 173 van de OZ, terwijl artikel 172 van de OZ bepaalt welke inkomsten van de schuldenaar zijn vrijgesteld van tenuitvoerlegging.

    Artikel 212 van de OZ schrijft bijzondere regels voor aangaande de tenuitvoerlegging van financiële middelen die zijn vrijgesteld van tenuitvoerlegging of waarvoor de tenuitvoerlegging beperkt is, terwijl artikel 241 en 242 van de OZ bijzondere regels voorschrijven voor de vrijstelling en beperking van de tenuitvoerlegging met betrekking tot rechtspersonen.

    De bescherming van schuldenaren die natuurlijke personen zijn in tenuitvoerleggingsprocedures van geldelijke vorderingen is voorzien in artikel 75 van de OZ, terwijl de bescherming van rechtspersonen is bepaald in artikel 76 van de OZ.

    Bepalingen van de OZ die beperkingen op de tenuitvoerlegging voorschrijven, d.w.z. die bepaalde voorwerpen uit de tenuitvoerlegging uitsluiten, bieden de schuldenaar bescherming tijdens de tenuitvoerleggingsprocedure.

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 06/02/2023

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Let op: de oorspronkelijke versie van deze pagina (Italiaans) is onlangs gewijzigd. Aan de vertaling in het Nederlands wordt momenteel gewerkt.

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Italië

    1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

    Onder tenuitvoerlegging wordt verstaan gedwongen tenuitvoerlegging van gerechtelijke beslissingen en andere executoriale titels (schuldbewijzen, authentieke akten en gewaarmerkte onderhandse akten voor bepaalde diensten). Deze fase, die in ieder geval rechterlijk van aard is, behelst de interventie van de politie als de schuldenaar zijn verplichting niet uit eigen beweging nakomt.

    2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

    De gewone gerechten zijn de bevoegde instanties voor de tenuitvoerlegging. Bij deze gerechten dient het verzoek tot weigering van de tenuitvoerlegging dat wordt bedoeld in artikel 47, lid 1, van Verordening (EU) nr. 1215/2012 [verordening Brussel I (herschikking)] te worden ingediend.

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    Het bezit van een executoriale titel is een noodzakelijke en toereikende voorwaarde voor het aanspannen van een tenuitvoerleggingsprocedure. De verschillende soorten executoriale titels staan normaliter vermeld in artikel 474 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen enerzijds gerechtelijke titels en anderzijds buitengerechtelijke titels. Gerechtelijke titels zijn onder andere gewezen uitspraken en akten en maatregelen die gedurende of na afloop van een gerechtelijke procedure zijn genomen door een gerechtelijke instantie. Buitengerechtelijke titels zijn onder andere schuldbewijzen, authentieke akten en gewaarmerkte onderhandse akten die de partijen autonoom kunnen opstellen.

    3.1 De procedure

    De tenuitvoerlegging wordt begonnen door de betekening van een executoriale titel aan de schuldenaar die uitgevoerd dient te worden na de overlegging van de titel met daarin de formule van tenuitvoerlegging conform artikel 475 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, en door de betekening van het betalingsbevel. Dit betalingsbevel bestaat uit een ingebrekestelling van de schuldenaar, waarin deze wordt uitgenodigd om zijn verplichtingen binnen ten minste tien dagen na te komen en waarin hij wordt gewaarschuwd dat er bij gebreke van betaling op de vervaldatum wordt overgegaan tot gedwongen tenuitvoerlegging overeenkomstig artikel 480 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. In het derde lid van ditzelfde artikel staat dat het betalingsbevel de domiciliekeuze van de eisende partij in de gemeente waar het bevoegde gerecht is gevestigd dient te bevatten. Bij gebreke van een domiciliekeuze kunnen rechtsmiddelen tegen het betalingsbevel worden ingesteld bij het gerecht van de plaats waar de akte is betekend en worden betekeningen aan de eisende partij ingediend bij de griffie van het genoemde gerecht. Zodra deze formaliteiten zijn vervuld, kan de tenuitvoerleggingsprocedure aanvangen en de gerechtsdeurwaarder gaat na de voorlegging van de bovengenoemde vereiste documenten binnen een vaste termijn van negentig dagen vanaf de datum van betekening van het betalingsbevel over tot beslag. Het beslag kan in ieder geval niet plaatsvinden vóór de datum die is aangegeven in het betalingsbevel. Bij gebreke van beslag binnen de voorgeschreven termijn wordt het betalingsbevel nietig (artikel 481). Tijdens deze fase van de procedure is de bijstand van een advocaat vereist.

    Als er binnen vijfenveertig dagen na de beslagprocedure geen verzoek tot toekenning of verkoop is ingediend, wordt deze procedure nietig.

    De tenuitvoerleggingsprocedure is erop gericht om met behulp van de politie de gedwongen tenuitvoerlegging van niet-nagekomen verplichtingen te garanderen. Deze kan zowel worden aangewend voor geldvorderingen als voor verplichtingen betreffende de levering van roerende zaken of de levering van onroerende zaken, en voor niet-fungibele verplichtingen om iets te doen.

    3.2 De grondvoorwaarden

    De noodzakelijke en toereikende voorwaarde voor het aanspannen van een tenuitvoerleggingsprocedure is in het bezit zijn van een executoriale titel die een “zeker, liquide en invorderbaar” recht toekent (artikel 474). De mate van “zekerheid” varieert afhankelijk van de titel: het spreekt voor zich dat een (voorlopig uitvoerbare) uitspraak in eerste aanleg een hogere mate van zekerheid heeft dan een schuldbewijs of juridische transacties opgenomen in authentieke akten of gewaarmerkte onderhandse akten.

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    Tijdens de procedure kan de rechter verschillende maatregelen nemen, doorgaans in de vorm van een ordinanze (beschikking). Deze variëren van maatregelen die vereist zijn voor het goede verloop van de procedure, tot maatregelen met concreet nut, zoals de beslissing om de in beslag genomen zaak toe te kennen aan de persoon die deze op de veiling heeft verkregen of aan degene aan wie deze is toegewezen.

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    Gedwongen tenuitvoerlegging kan worden toegepast op: a) roerende zaken; b) onroerende zaken; c) de vorderingen en de roerende zaken van de schuldenaar die bij derden berusten; d) aandelen.

    Gedwongen tenuitvoerlegging kan ook worden toegepast op verplichtingen inzake de levering van roerende zaken en de levering van onroerende zaken en op fungibele verplichtingen om iets te doen of iets na te laten.

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    Voor geldbedragen is beslag de eerste stap van de tenuitvoerlegging; de schuldenaar verliest daardoor de beschikking over die zaken. Alle beschikkingshandelingen betreffende deze zaken zijn derhalve nietig en kunnen niet worden ingeroepen om de tenuitvoerlegging te verhinderen.

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    Het gaat om uitvoerbare maatregelen waarmee recht kan worden gedaan aan de eis van de schuldeiser en die dientengevolge geen declaratoire werking hebben.

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    De rechtsorde voorziet in rechtsmiddelen die door de schuldenaar (en/of de derde die is onderworpen aan de tenuitvoerlegging) kunnen worden ingesteld tegen de beslissingen en handelingen in verband met de tenuitvoerleggingsprocedure. Er zijn twee typen rechtsmiddelen:

    - rechtsmiddelen tegen de tenuitvoerlegging conform de artikelen 615 en 616 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, als het recht om over te gaan tot gedwongen tenuitvoerlegging (dat wil zeggen het bestaan van het recht van de schuldeiser om over te gaan tot gedwongen tenuitvoerlegging) wordt betwist;

    - rechtsmiddelen tegen uitvoeringshandelingen conform de artikelen 617 en 618 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, als de geldigheid van de procedure wordt betwist (om de rechtmatigheid van handelingen die zijn genomen tijdens de tenuitvoerleggingsprocedure te betwisten).

    Rechtsmiddelen tegen de tenuitvoerlegging en tegen uitvoeringshandelingen die voor aanvang van de gedwongen tenuitvoerlegging worden ingesteld, worden gedefinieerd als rechtsmiddelen tegen het betalingsbevel, omdat deze volgen op de akte waarin de tenuitvoerlegging wordt aangekondigd: het rechtsmiddel is immers gericht tegen het betalingsbevel en wordt ingesteld via een dagvaarding bij het gerecht dat krachtens de algemene wettelijke bepalingen materieel (inhoud en bedrag van de betrokken zaak) en territoriaal bevoegd is.

    Als de tenuitvoerlegging al loopt, dat wil zeggen als de beslagakte al is betekend aan de schuldenaar, dan wordt er een rechtsmiddel ingesteld tegen de tenuitvoerlegging of tegen uitvoeringshandelingen door het instellen van een specifiek rechtsmiddel bij de rechter zelf.

    Derden die beweren zakelijke rechten te hebben op de in beslag genomen zaken kunnen bij de rechter een rechtsmiddel instellen zolang de desbetreffende zaken niet zijn verkocht of toegekend.

    Dit alles is geregeld in de artikelen 615, 616, 617, 618 en 619 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

    Naast de zaken die ingevolge bijzondere wettelijke bepalingen niet vatbaar zijn voor beslag kan er ook geen beslag worden gelegd op:

    1) heilige zaken of zaken voor de uitoefening van erediensten;

    2) trouwringen, kleding, linnengoed, bedden, tafels en stoelen die worden gebruikt om te eten, garderobes, commodes, koelkasten, pannen en gas- of elektrische fornuizen, wasmachines, huishoudelijke benodigdheden en keukengerei en het meubilair om dit in op te bergen, voor zover deze zaken onmisbaar zijn voor de schuldenaar en de gezinsleden met wie hij samenleeft. Uitgesloten zijn echter meubels (met uitzondering van bedden) van grote financiële waarde, met name vanwege hun artistieke waarde of hun ouderdom (antiek);

    3) voedingsmiddelen en brandstoffen die de schuldenaar en de andere in het bovenstaande punt vermelde personen nodig hebben om een maand te overleven.

    Meubels (met uitzondering van bedden) van grote financiële waarde zijn eveneens uitgesloten (met name vanwege hun artistieke waarde of hun ouderdom).

    Er kan evenmin beslag worden gelegd op: wapens en voorwerpen die de schuldenaar dient te bewaren voor de uitvoering van een openbare dienst, onderscheidingen, brieven, registers en in het algemeen familiegeschriften en manuscripten (tenzij deze onderdeel zijn van een verzameling).

    Enkele andere zaken die volgens de wet evenmin vatbaar zijn voor beslag, zijn: domaniale zaken van de staat, niet beschikbare zaken van de staat of andere openbare instellingen, zaken bestemd voor het huwelijksvermogen, zaken die toebehoren aan kerkelijke instellingen en eredienstgebouwen.

    De tenuitvoerleggingsprocedure kan niet tot een goed einde worden gebracht als de verjaringstermijn van de aangevoerde vordering volledig is verstreken. De verjaringstermijn varieert afhankelijk van het desbetreffende recht. In de wet is soms echter een andere verjaringstermijn vastgesteld afhankelijk van het soort akte waarmee de vordering wordt gestaafd die ten grondslag ligt aan de tenuitvoerlegging. Een vordering die is vastgesteld in een uitspraak die in kracht van gewijsde is gegaan, verjaart bijvoorbeeld na een periode van tien jaar, ondanks het feit dat de wettelijke termijn voor de betrokken vordering doorgaans korter is.

    De wetgever heeft onlangs bepaald dat de president van het gerecht van de plaats waar de schuldenaar zijn woonplaats, verblijfplaats of zetel heeft op verzoek van de schuldeiser digitaal kan toestaan dat wordt overgegaan tot het opsporen van voor beslag vatbare zaken (artikel 92 bis van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, zoals gewijzigd door De link wordt in een nieuw venster geopend.wetsbesluit nr. 83 van 27 juni 2015, na wijzigingen omgezet in De link wordt in een nieuw venster geopend.wet nr. 132 van 6 augustus 2015). In het kader van de omzetting van beslag zijn voorts wijzen voor gespreide betaling ingevoerd met betrekking tot beslag op roerende zaken.

    Verwante documenten

    Codice di procedura civile (Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering – de artikelen 474 tot en met 482)PDF(64 Kb)it

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 22/12/2021

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Cyprus

    1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

    Tenuitvoerlegging is de gedwongen uitvoering van de inhoud van een gerechtelijke beslissing of een bevel, met de hulp van de rechter en in sommige gevallen met aanvullende hulp van bevoegde organen/diensten (bijvoorbeeld het kadaster). De partij bij het proces die een gerechtelijke beslissing of een bevel in zijn voordeel heeft verkregen, kan via een rechter overgaan tot het treffen van executiemaatregelen.

    2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

    De gerechtelijke dienst (gerechtsdeurwaarders) en het kadaster. In geval van de tenuitvoerlegging van een bevel voor het innen van achterstallige alimentatietermijnen, is de politie de voor de tenuitvoerlegging bevoegde autoriteit.

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    Een gerechtelijke beslissing of een bevel wordt uitvoerbaar door de afgifte ervan. De termijn voor het instellen van beroep schort de tenuitvoerlegging niet op. Hiertoe dient de appellant een specifiek verzoek in te dienen.

    3.1 De procedure

    Buitengerechtelijke titels (bijvoorbeeld arbitrale beslissingen) zijn niet automatisch uitvoerbaar, maar kunnen dit worden na een gerechtelijke procedure inzake de uitvoerbaarverklaring ervan. Het gerecht dat bevoegd is om het bevel af te geven dat een buitengerechtelijke titel of een beslissing van een buitenlands gerecht uitvoerbaar maakt, is het gerecht van de woonplaats van de persoon jegens wie de tenuitvoerlegging wordt gevraagd of het gerecht voor familiezaken in geval van een bevel dat betrekking heeft op alimentatie. Gerechtelijke beslissingen worden doorgaans ten uitvoer gelegd door de advocaat die de zaak voor de rechter heeft behandeld. Hij handelt volgens een van de wijzen die hieronder in punt 3.1 zijn vermeld.

    Als een buitenlandse beslissing wordt geregistreerd en ten uitvoer wordt gelegd krachtens een multilateraal of bilateraal verdrag, wordt de procedure ingeleid door de juridische dienst van het ministerie van Justitie en Openbare Orde, als centrale autoriteit. In andere gevallen kan de procedure eveneens worden ingeleid door particuliere advocaten.

    De proceskosten kunnen niet van tevoren worden vastgesteld, maar worden door de griffier van het gerecht berekend op basis van de relevante regelgeving inzake rechten. Deze komen voor rekening van de in het ongelijk gestelde partij.

    De tenuitvoerlegging wordt hoofdzakelijk gerealiseerd door gerechtsdeurwaarders, ambtenaren en personeelsleden van de gerechten. Om de tenuitvoerleggingsprocedures sneller te laten verlopen, is de betekening van stukken in alle burgerlijke zaken sinds 1996 toevertrouwd aan particuliere deurwaardersbedrijven, waardoor de gerechtsdeurwaarders zich kunnen richten op de tenuitvoerlegging van beslissingen.

    3.2 De grondvoorwaarden

    De voorwaarden voor de tenuitvoerlegging van een beslissing tussen partijen op Cyprus verschillen per geval. Een gerechtelijke beslissing is verplicht, evenals de betekening van de beslissing die de verplichting creëert en de weigering/het nalaten van de gedaagde partij om het in de beslissing aangegeven bedrag te betalen.

    De voorwaarden voor het afgeven van een bevel tot tenuitvoerlegging van een beslissing van een derde land zijn doorgaans vastgesteld in de relevante overeenkomst. In dit geval is het doorgaans vereist dat de gedaagde partij naar behoren in kennis is gesteld van de procedure die jegens haar is aangespannen in het buitenland.

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    Tenuitvoerlegging is mogelijk op bankrekeningen, aandelen, geregistreerde voertuigen, onroerende zaken en andere zaken. Zeer persoonlijke voorwerpen die onmisbaar zijn voor het overleven of de uitoefening van het beroep van de persoon jegens wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht, zijn niet vatbaar voor beslag.

    De executiemaatregelen zijn:

    • bevel tot beslag en verkoop van roerende zaken;
    • bevel tot teruggave van roerende zaken (als de roerende zaak het onderwerp van een rechtsvordering was, bijvoorbeeld bij schending van een huurkoopovereenkomst, het voorwerp van de huurkoop);
    • bevel tot derdenbeslag;
    • bevel tot betaling van maandelijkse termijnen van de schuld die is aangegeven in de beslissing;
    • bevel tot inhouding op het maandsalaris van de schuldenaar (beslissing ter tenuitvoerlegging betekend aan de werkgever);
    • bevel tot teruggave van het bezit van een onroerende zaak;
    • bevel tot verkoop van een onroerende zaak;
    • bevel tot inbeslagneming van een onroerende zaak (afgegeven op verzoek van de schuldenaar die is aangegeven in de beslissing, als de rechter ervan overtuigd is dat de opbrengst van de onroerende zaak de schuld, de rentes en alle in de beslissing aangegeven kosten binnen maximaal drie jaar kan dekken);
    • last die op de onroerende zaak is gecreëerd door de inschrijving van een gerechtelijke beslissing hierop;
    • insolventieprocedure;
    • procedure tot ontbinding van een vennootschap.

    In geval van een bevel over alimentatie behelst de tenuitvoerlegging eveneens de mogelijkheid om te vragen om een bevel tot inhechtenisneming van de onderhoudsplichtige.

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    De schuldenaar en alle derden dienen zich te houden aan de beslissing waarin de executiemaatregel wordt gelast. Als de schuldenaar weigert of nalaat om het bevel dat de executiemaatregel oplegt na te leven, kan er een procedure jegens hem worden aangespannen die ertoe kan leiden dat hij in hechtenis wordt genomen wegens het niet-naleven van een gerechtelijk bevel.

    De bank waaraan een bevel tot derdenbeslag is betekend, dient de relevante rekening te blokkeren, tenzij die bank redenen heeft om bezwaar te maken tegen het bevel. In dit geval dient de bank te verschijnen voor de rechter die het bevel heeft afgegeven en aan te tonen waarom dit niet moet worden toegepast.

    Een bevel waartegen geen bezwaar wordt gemaakt wordt dwingend en gaat in kracht van gewijsde.

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    Executiemaatregelen zijn geldig gedurende zes (6) maanden vanaf het moment dat ze zijn aangenomen. De gerechtelijke beslissing op basis waarvan de executiemaatregelen zijn aangenomen, is geldig gedurende zes (6) jaar vanaf de datum waarop deze is gewezen. Indien de tenuitvoerlegging niet binnen deze termijn plaatsvindt, kan de rechter de beslissing verlengen conform bepaling 40D.8 van de bepalingen inzake burgerlijke rechtsvordering.

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    Afhankelijk van het geval kan er beroep worden ingesteld, bijvoorbeeld om te verzoeken om opschorting van de tenuitvoerlegging, vernietiging van de inschrijving enz.

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

    Ter bescherming van de schuldenaar kan geen beslag worden gelegd op de persoonlijke bezittingen die onmisbaar zijn om te overleven of om de beroepsactiviteit uit te oefenen.

    Als de schuldenaar een overheidsorgaan of een openbare dienst is, kan er evenmin beslag worden gelegd op voorwerpen en voorzieningen die noodzakelijk en essentieel zijn voor het grote publiek, zoals voorzieningen van de krijgsmacht en de veiligheidsdiensten, voorwerpen met artistieke, archeologische, culturele, religieuze en historische waarde en valutareserves.

    Bovendien wordt de tenuitvoerlegging van een bevel tot beslag en verkoop van een roerende zaak gerealiseerd tussen zonsopgang en zonsondergang.

    Zaken waarop beslag is gelegd (anders dan geld of effecten) kunnen pas worden verkocht na het verstrijken van een termijn van minimaal drie dagen vanaf de dag na het beslag, behoudens als die zaken zijn blootgesteld aan slijtage of als de eigenaar hier schriftelijk om verzoekt. Tot de verkoop dienen de zaken op een geschikte plaats te worden bewaard of onder toezicht van een bevoegde persoon te blijven.

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 02/04/2024

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Letland

    1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

    Tenuitvoerlegging is een stadium in een civiele procedure waarbij een gerechtsdeurwaarder een door een rechterlijke of andere instantie of een functionaris gedane uitspraak ten uitvoer legt indien een schuldenaar (verweerder) de uitspraak niet binnen de bij wet of door de rechter bepaalde termijn vrijwillig naleeft.

    Zie Juridische beroepen: Letland inzake de executiemaatregelen die een gerechtsdeurwaarder kan treffen.

    2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

    Een gerechtsdeurwaarder legt beslissingen van rechterlijke en andere instanties ten uitvoer en voert andere activiteiten uit die in de wetgeving zijn omschreven.

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    Gerechtelijke beslissingen zijn uitvoerbaar nadat ze van kracht zijn geworden, behoudens waar bij wet of gerechtelijke uitspraak in onmiddellijke tenuitvoerlegging is voorzien. Een gerechtsdeurwaarder kan tenuitvoerleggingsprocedures in gang zetten op grond van een tenuitvoerleggingsdocument.

    In het kader van de procedure voor tenuitvoerlegging van gerechtelijke uitspraken moeten de volgende beslissingen van rechters en rechterlijke en andere instanties ten uitvoer worden gelegd:

    • gerechtelijke uitspraken en rechterlijke beslissingen in civiele en bestuursrechtelijke zaken;
    • gerechtelijke beslissingen en beslissingen of beschikkingen van officieren van justitie in strafzaken die betrekking hebben op het terugvorderen van eigendom;
    • rechterlijke of gerechtelijke beslissingen bij bestuursrechtelijke overtredingen die betrekking hebben op het terugvorderen van eigendom;
    • gerechtelijke beslissingen tot goedkeuring van een schikking;
    • uitspraken van permanente hoven van arbitrage;
    • beslissingen van buitenlandse gerechten of bevoegde autoriteiten en buitenlandse hoven van arbitrage in gevallen die in de wetgeving zijn omschreven;
    • een gerechtelijke beslissing inzake het opleggen van een procedurele sanctie (boete);
    • beslissingen van sectorale geschillencommissies;
    • beslissingen van nationale regelgevende instanties voor openbare diensten (hierna "de regelgevende instantie") inzake geschillen of beslechting van conflicten.

    Tenzij in de wetgeving anders is bepaald, vallen ook de volgende documenten onder de procedures voor de tenuitvoerlegging van gerechtelijke uitspraken:

    • beslissingen van instanties en functionarissen bij bestuursrechtelijke overtredingen en schendingen van de wet in door de wetgeving omschreven gevallen;
    • bestuursrechtelijke handelingen aangaande betalingen van autoriteiten en functionarissen die daartoe door de staat zijn gemachtigd;
    • beslissingen van rechtsbeoefenaren (zoals notarissen, advocaten en deurwaarders) aangaande honoraria, beloning voor verleende rechtsbijstand, vergoeding van kosten in verband met verleende diensten, en zegelrechten;
    • handelingen van de Raad, de Commissie of de Europese Centrale Bank op grond van artikel 299 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie;
    • notariële akten die zijn opgesteld volgens de procedure van afdeling D1 van de Wet op het notariaat.

    Een tenuitvoerleggingsdocument is:

    • een executoriale titel die in civiele of bestuursrechtelijke zaken is afgegeven op basis van een gerechtelijke uitspraak of beslissing, of in strafzaken op basis van een gerechtelijke uitspraak tot goedkeuring van een schikking, een uitspraak van een permanent hof van arbitrage, een beslissing van een sectorale geschillencommissie, een beslissing van de regelgevende instantie inzake geschillen of beslechting van conflicten, een beslissing van een buitenlands gerecht of hof van arbitrage, en handelingen van de Raad, de Commissie of de Europese Centrale Bank op grond van artikel 299 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie;
    • een beslissing van instanties en functionarissen bij bestuursrechtelijke overtredingen en schendingen van de wet;
    • een gerechtelijke beslissing bij bestuursrechtelijke overtredingen;
    • een uittreksel uit een beslissing of beschikking van een officier van justitie in strafzaken die betrekking hebben op het terugvorderen van eigendom;
    • een executoriale titel op grond van een bestuursrechtelijk besluit (artikel 539, lid 2, punt 2, van de Wet op de burgerlijke rechtsvordering);
    • een beslissing van een rechter inzake de niet-betwiste uitwinning van vorderingen, de uitwinning van vorderingen in het kader van een aanmaningsprocedure of de vrijwillige verkoop van onroerende zaken tijdens een gerechtelijk ten uitvoer gelegde veiling;
    • een gerechtelijke beslissing inzake het opleggen van een procedurele sanctie (boete);
    • een nota van een notaris, advocaat of deurwaarder;
    • een Europese executoriale titel die is afgegeven door een buitenlandse rechtbank of bevoegde autoriteit krachtens Verordening (EG) nr. 805/2004 van het Europees Parlement en de Raad;
    • een door een buitenlandse rechtbank of bevoegde autoriteit afgegeven certificaat krachtens artikel 41, lid 1, van Verordening (EG) nr. 2201/2003 van de Raad;
    • een door een buitenlandse rechtbank of bevoegde autoriteit afgegeven certificaat krachtens artikel 42, lid 1, van Verordening (EG) nr. 2201/2003 van de Raad;
    • een door een rechtbank, waaronder een buitenlandse rechtbank, afgegeven certificaat krachtens artikel 20, lid 2, van Verordening (EG) nr. 861/2007 van het Europees Parlement en de Raad;
    • een door een rechtbank, waaronder een buitenlandse rechtbank, uitgevaardigd betalingsbevel krachtens artikel 18 van Verordening (EG) nr. 1896/2006 van het Europees Parlement en de Raad;
    • een gerechtelijke beslissing inzake de toestemming van de pandhouder om het verpande goed van de schuldenaar te verkopen in rechtsbeschermingsprocedures (artikel 37, lid 2, van de Insolventiewet);
    • een uittreksel uit de beslissing van een buitenlandse rechtbank of bevoegde autoriteit krachtens artikel 20, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 4/2009 van de Raad;
    • een uittreksel uit de authentieke akte die door een buitenlandse bevoegde autoriteit is afgegeven krachtens artikel 48 van Verordening (EG) nr. 4/2009 van de Raad;
    • de uniforme titel voor het nemen van executiemaatregelen in de aangezochte lidstaat volgens het model in bijlage II bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1189/2011 van de Commissie van 18 november 2011;
    • notariële akten van tenuitvoerlegging die zijn opgemaakt volgens de procedure van afdeling D1 van de Wet op het notariaat;
    • een certificaat dat door een buitenlandse rechtbank of bevoegde autoriteit is afgegeven krachtens artikel 53 of artikel 60 van Verordening (EU) nr. 1215/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2012 betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken;
    • een uittreksel uit een beslissing van een bevoegde autoriteit van een lidstaat van de Europese Unie of van de Europese Economische Ruimte tot oplegging van een bestuursrechtelijke boete die betrekking heeft op inbreuken in verband met de detachering van werknemers en is opgenomen in het Informatiesysteem Interne Markt (IMI);
    • deel A van een Europees bevel tot conservatoir beslag op bankrekeningen dat is uitgevaardigd door een rechtbank, waaronder een buitenlandse rechtbank, op grond van artikel 19, lid 1, onder a), van Verordening (EU) nr. 655/2014 van het Europees Parlement en de Raad.

    3.1 De procedure

    Gerechtelijke en buitengerechtelijke beslissingen zijn uitvoerbaar nadat ze van kracht zijn geworden, behoudens waar bij wet of gerechtelijke uitspraak in onmiddellijke tenuitvoerlegging is voorzien. Als een vrijwillige tenuitvoerleggingsperiode is vastgesteld met betrekking tot de tenuitvoerlegging van een gerechtelijke uitspraak en de uitspraak niet ten uitvoer wordt gelegd, stelt de rechter een executoriale titel op wanneer de vrijwillige tenuitvoerleggingsperiode is verstreken. Een gerechtsdeurwaarder kan tenuitvoerleggingsprocedures in gang zetten op grond van een tenuitvoerleggingsdocument.

    Een executoriale titel wordt op verzoek aan de handhavingsambtenaar afgegeven door het gerecht dat de zaak op dat moment behandelt. Voor elke uitspraak moet een executoriale titel worden afgegeven. Als de uitspraak op verschillende plaatsen ten uitvoer moet worden gelegd, moeten alle gedeelten van de uitspraak onmiddellijk ten uitvoer worden gelegd. Wordt de uitspraak gedaan ten gunste van meerdere eisers of tegen meerdere verweerders, dan moet de rechter op verzoek van de handhavingsambtenaar meerdere executoriale titels afgeven. Wanneer meerdere executoriale titels worden afgegeven, moet de exacte plaats van tenuitvoerlegging of het gedeelte van de uitspraak dat volgens de executoriale titel ten uitvoer moet worden gelegd in elk van deze executoriale titels worden vermeld. In geval van hoofdelijke verbintenissen moet de verweerder worden genoemd tegen wie de tenuitvoerlegging volgens de betrokken executoriale titel is gericht.

    Om de tenuitvoerlegging van een uitspraak in gang te zetten, dient de aan de handhavingsambtenaar of diens gemachtigde verstrekte executoriale titel samen met een verzoekschrift aan een gerechtsdeurwaarder te worden overgelegd.

    3.2 De grondvoorwaarden

    De Wet inzake gerechtsdeurwaarders en verordening nr. 202 "Verordening betreffende het bijhouden van een register van beëdigde gerechtsdeurwaarders", die op 14 maart 2006 door het kabinet is aangenomen, zijn van toepassing op de algemene vraagstukken in verband met de activiteiten en de registratie van beëdigde gerechtsdeurwaarders.

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    De toepassing van in de Wet betreffende het burgerlijk procesrecht vastgestelde tenuitvoerleggingsmaatregelen in de procedure voor tenuitvoerlegging van beslissingen van rechterlijke en andere instanties is gericht op het beperken van de rechten van de schuldenaar, teneinde het evenwicht te herstellen tussen de rechten van de persoon wiens wettelijk beschermde burgerrechten of belangen in het geding zijn en de verplichting van de schuldenaar om de beslissing van de rechterlijke (of andere) instantie na te leven.

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    Gerechtsdeurwaarders zijn gemachtigd om beslag te leggen op roerende zaken (ook die onder derden) en immateriële activa van de schuldenaar, gelden die door anderen aan de schuldenaar zijn verschuldigd (beloning voor werk, gelijkwaardige betalingen, overige inkomsten van de schuldenaar, beleggingen bij kredietinstellingen) en op onroerende zaken.

    Bepaalde in de wetgeving omschreven vermogensbestanddelen en voorwerpen die geheel of gedeeltelijk aan de schuldenaar toebehoren, zijn niet vatbaar voor beslag krachtens een executoriale titel (zoals huishoudelijke inventaris, kleding, voedingsmiddelen, boeken, instrumenten en gereedschappen die de schuldenaar in zijn dagelijkse werkzaamheden nodig heeft om in zijn levensonderhoud te voorzien enz.).

    De volgende voorwerpen die geheel of gedeeltelijk aan de schuldenaar toebehoren, zijn niet vatbaar voor beslag krachtens een executoriale titel:

    • huishoudelijke inventaris en kleding die de schuldenaar, zijn gezinsleden en de van de schuldenaar afhankelijke personen nodig hebben:
      • kleding, schoeisel en ondergoed voor dagelijks gebruik;
      • bedaccessoires, nachtgoed en handdoeken;
      • keukengerei, servies en bestek voor dagelijks gebruik;
      • meubilair: één bed en stoel per persoon, en één tafel en één toilet per gezin;
      • alle accessoires voor kinderen.
    • een hoeveelheid levensmiddelen in huis die nodig is om drie maanden lang te voorzien in het levensonderhoud van de schuldenaar en zijn gezinsleden;
    • geld ten bedrage van het minimummaandloon van de schuldenaar, elk lid van zijn gezin en personen die van de schuldenaar afhankelijk zijn; in zaken betreffende de inning van levensonderhoud voor minderjarige kinderen of ten behoeve van het beheer van het alimentatiewaarborgfonds geld ten bedrage van 50 % van het minimummaandloon van de schuldenaar, elk lid van zijn gezin en personen die van de schuldenaar afhankelijk zijn;
    • één koe of geit en één varken per gezin, en een hoeveelheid voer die nodig is totdat nieuw voer wordt ingeslagen of totdat het vee naar de weide wordt gebracht;
    • brandstof die nodig is voor het bereiden van het eten voor het gezin en voor het verwarmen van de woonruimten gedurende het verwarmingsseizoen;
    • boeken, instrumenten en gereedschappen die de schuldenaar nodig heeft in zijn dagelijkse werkzaamheden om de middelen te verschaffen die nodig zijn voor het levensonderhoud;
    • agrarische voorraden (landbouwgereedschappen, machines, vee en zaad die nodig zijn voor de boerderij) en de hoeveelheid voer die voor de instandhouding van de veestapel van de betrokken boerderij nodig is tot aan de nieuwe oogst. In instructies van de minister van Landbouw zijn de landbouwgereedschappen, de omvang van de veestapel en de noodzakelijk geachte hoeveelheid voer vastgesteld;
    • roerende zaken die civielrechtelijk worden geacht bij onroerende zaken te behoren — los van die onroerende zaken;
    • gebedshuizen en rituele voorwerpen.

    Evenmin vatbaar voor beslag zijn:

    • ontslagvergoeding, uitvaartuitkering, eenmalige uitkering aan de overlevende echtgenoot, sociale bijstand, overheidssteun voor kinderen met coeliakie, nabestaandenpensioen en nabestaandenuitkering;
    • de vergoeding voor slijtage van gereedschappen die aan een werknemer toebehoren en andere vergoedingen overeenkomstig de wet- en regelgeving voor arbeidsovereenkomsten;
    • aan een werknemer te betalen bedragen in verband met dienstreizen en overplaatsing naar een andere standplaats;
    • sociale hulpverlening;
    • kinderalimentatie ten bedrage van de door het kabinet vastgestelde minimumalimentatie die op basis van een gerechtelijke uitspraak of een beslissing van het beheer van het alimentatiewaarborgfonds moet worden betaald door een van de ouders, alsmede kinderalimentatie die moet worden uitgekeerd door het beheer van het alimentatiewaarborgfonds.

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    Wanneer executoriaal beslag is gelegd op de roerende zaken, onroerende zaken of inkomsten van de schuldenaar, is deze niet langer gerechtigd daarover vrijelijk te beschikken.

    Indien niet aan de eisen of bevelen van de deurwaarder wordt voldaan, stelt de deurwaarder een akte op en dient hij deze bij de rechtbank in ten behoeve van een beslissing inzake aansprakelijkheid. De rechtbank kan de schuldigen een boete van ten hoogste 360 EUR opleggen in geval van een natuurlijke persoon en 750 EUR in geval van een functionaris. Er kan een accessoire klacht over de rechterlijke beslissing worden ingediend.

    Voor bepaalde categorieën zaken kunnen specifieke sancties zijn vastgesteld voor niet‑naleving van de eisen van de deurwaarder.

    Indien de deurwaarder bij zijn beslag op verzet stuit, kan hij zich laten bijstaan door de politie.

    Indien een schuldenaar niet conform het dwangbevel voor de deurwaarder verschijnt of weigert een verklaring te geven of wettelijk vereiste inlichtingen te verstrekken, is de deurwaarder gemachtigd de zaak bij het gerecht aanhangig te maken ten behoeve van een beslissing inzake de aansprakelijkheid van de betreffende persoon. Het gerecht kan beslissen om de schuldenaar te dwingen te verschijnen, en om een boete van ten hoogste 80 EUR op te leggen in geval van een natuurlijke persoon en 360 EUR in geval van een functionaris. Er kan een accessoire klacht over de rechterlijke beslissing worden ingediend.

    Als blijkt dat een schuldenaar opzettelijk onjuiste informatie heeft verstrekt, moet de deurwaarder een verzoekschrift aan de officier van justitie sturen.

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    Een tenuitvoerleggingsdocument kan voor tenuitvoerlegging worden ingediend binnen tien jaar na het van kracht worden van de gerechtelijke of rechterlijke uitspraak, tenzij in de regelgevingshandelingen andere perioden worden genoemd. Bij een gerechtelijke uitspraak waarbij betaling in termijnen wordt opgelegd, behoudt het tenuitvoerleggingsdocument zijn geldigheid gedurende de gehele periode waarin betalingen zijn verschuldigd en vangt de tienjaarstermijn steeds aan op de uiterste betaaldatum van iedere termijn.

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    De tenuitvoerleggingsprocedure wordt in gang gezet op basis van een geldige executoriale titel die is afgegeven door een gerechtelijke of andere instantie. De persoon aan wie bij beslissing van een gerechtelijke of andere instantie een verplichting is opgelegd, kan daartegen beroep instellen (de beslissing betwisten) op grond van de algemene procedure die is vastgesteld in de regelgevingshandelingen voor het instellen van beroep tegen (het betwisten van) beslissingen van gerechtelijke en andere instanties.

    Op verzoek van een van de partijen in de procedure kan de rechter die de zaak behandelt, op grond van de eigendomstoestand of andere omstandigheden van de partijen beslissen om de tenuitvoerlegging van de uitspraak uit te stellen, de tenuitvoerlegging in termijnen te verdelen, of om de vorm of de procedure waarbij de uitspraak ten uitvoer wordt gelegd te wijzigen. Binnen tien dagen na een gerechtelijke beslissing tot uitstel van de tenuitvoerlegging, tot verdeling van de tenuitvoerlegging in termijnen of tot wijziging van de vorm of de procedure waarbij de uitspraak ten uitvoer wordt gelegd, kan een accessoire klacht bij een hoger gerecht worden ingediend. Indien de omstandigheden de tenuitvoerlegging van een gerechtelijke uitspraak belemmeren of verhinderen, kan ook de deurwaarder bij de rechter die de uitspraak heeft gedaan een voorstel indienen om de tenuitvoerlegging uit te stellen, de tenuitvoerlegging in termijnen te verdelen, of om de vorm of de procedure waarbij de uitspraak ten uitvoer wordt gelegd te wijzigen.

    Een deurwaarder kan de tenuitvoerlegging uitstellen op grond van een verzoekschrift van een handhavingsambtenaar of een gerechtelijke of gerechtelijke of rechterlijke beslissing tot uitstel van tenuitvoerlegging of opschorting van de verkoop van onroerend goed of een gerechtelijke beslissing tot uitstel van tenuitvoerlegging of verdeling van de tenuitvoerlegging van de uitspraak in termijnen.

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

    Een schuldeiser of een schuldenaar kan door het indienen van een met redenen omklede klacht beroep aantekenen tegen de handelingen van een deurwaarder bij de tenuitvoerlegging van een uitspraak of tegen de weigering van de deurwaarder om dergelijke handelingen te verrichten, behalve met betrekking tot een ongeldige veiling, bij de arrondissements- of gemeentelijke rechtbank van de officiële standplaats van de deurwaarder binnen tien dagen na de datum waarop de aangevochten handelingen zijn verricht of de datum waarop de indiener van een klacht die niet van de tijd en plaats van de te verrichten handelingen in kennis is gesteld, over deze handelingen is geïnformeerd.

    Een klacht moet binnen 15 dagen ter terechtzitting worden behandeld. De schuldenaar en de schuldeiser, alsook de deurwaarder, worden van de terechtzitting in kennis gesteld. Als deze personen niet ter zitting verschijnen, mag dat geen belemmering vormen om de kwestie te behandelen.

    Op basis van een met redenen omkleed verzoek van de indiener van een klacht kan de rechter een beslissing nemen over schorsing van de tenuitvoerleggingsactiviteiten, een verbod op het overmaken van geld naar een deurwaarder of een schuldeiser of schuldenaar, of het opschorten van de verkoop van onroerend goed. De beslissing moet worden uitgevoerd zodra deze is genomen.

    Er kan een accessoire klacht over de gerechtelijke beslissing worden ingediend.

    Links

    De link wordt in een nieuw venster geopend.https://www.tm.gov.lv – website van het ministerie van Justitie

    De link wordt in een nieuw venster geopend.http://www.lzti.lv/ – Raad van beëdigde gerechtsdeurwaarders in Letland

    De link wordt in een nieuw venster geopend.https://tiesas.lv – portaal van Letse rechtbanken

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 27/04/2023

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Litouwen

    1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

    Onder tenuitvoerlegging van een beslissing wordt de tenuitvoerlegging verstaan van verplichtingen die uit hoofde van een rechterlijke beslissing in een gerechtelijke procedure aan partijen zijn opgelegd, om te bewerkstelligen dat de partijen de door de rechterlijke beslissing opgelegde handelingen verrichten. Voor bepaalde rechterlijke beslissingen is geen bijzondere tenuitvoerlegging nodig: beslissingen inzake de erkenning of de beëindiging, de wijziging of de totstandbrenging van rechtsbetrekkingen. De beslissing kan te goeder trouw door de partijen ten uitvoer worden gelegd, dat wil zeggen zonder executiemaatregelen. Indien de partij tegen wie de beslissing is gegeven, deze beslissing niet te goeder trouw naleeft, heeft de schuldeiser in de zaak waarin de beslissing is gegeven, het recht de rechter om een executoriale titel te verzoeken en hiermee naar een gerechtsdeurwaarder te gaan.

    Gerechtsdeurwaarders zijn door de overheid bevoegd om op verzoek van schuldeisers executiemaatregelen op te leggen om de tenuitvoerlegging van een beslissing die niet te goeder trouw wordt nageleefd, af te dwingen.

    De gedwongen tenuitvoerlegging van rechterlijke beslissingen is geregeld in afdeling VI van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering (“tenuitvoerleggingsprocedure”, wetboek van burgerlijke rechtsvordering) en in Verordening nr. 1R-352 van de minister van Justitie van 27 oktober 2005 inzake de goedkeuring van instructies voor de tenuitvoerlegging van beslissingen (“Verordening nr. 1R-352”). Specifieke bepalingen over de tenuitvoerlegging van beslissingen kunnen in andere rechtshandelingen zijn vastgelegd.

    2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

    Rechterlijke beslissingen worden ten uitvoer gelegd door gerechtsdeurwaarders.

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    3.1 De procedure

    Een daartoe bevoegde partij, namelijk de schuldeiser of diens vertegenwoordiger, kan met de op grond van een rechterlijke beslissing uitgevaardigde executoriale titel naar een gerechtsdeurwaarder gaan. Indien de executoriale titel door de vertegenwoordiger van de schuldeiser aan de gerechtsdeurwaarder wordt verstrekt, moeten de rechten van de vertegenwoordiger in verband met diens taak volgens de wet zijn vastgelegd in een volmacht die aan de wettelijke eisen voldoet. Met andere woorden, een door natuurlijke personen verleende volmacht moet notarieel zijn vastgelegd en de vertegenwoordiger van een rechtspersoon kan eveneens gemachtigd worden door een orgaan van de betreffende rechtspersoon. Indien de executoriale titel door een advocaat of diens assistent aan een gerechtsdeurwaarder wordt verstrekt, moet deze aan de gerechtsdeurwaarder eveneens een met de cliënt gesloten overeenkomst overleggen of een ander document waarin diens rechten en plichten, alsook de strekking ervan, worden beschreven. Executoriale titels die betrekking hebben op de inning van geldvorderingen, worden aan de gerechtsdeurwaarders verstrekt via het deurwaardersinformatiesysteem, overeenkomstig de procedure die is vastgelegd in Verordening nr. 1R-352. Dit gebeurt volgens een eerlijke verdeling over alle gerechtsdeurwaarders van het betreffende rechtsgebied, waarbij rekening wordt gehouden met de categorieën executoriale titels die zijn vastgelegd in Verordening nr. 1R-352 en met de te innen vorderingen; er wordt bovendien op toegezien dat elke nieuwe executoriale titel die betrekking heeft op de inning van een vordering bij eenzelfde schuldenaar, wordt toegewezen aan de gerechtsdeurwaarder die al met de inning bij deze schuldenaar is belast, tenzij de nieuwe executoriale titel buiten het rechtsgebied valt waarin de gerechtsdeurwaarder werkzaam is. De gerechtsdeurwaarder moet binnen een termijn van drie werkdagen na de ontvangst van de executoriale titel, en direct indien de tenuitvoerlegging met spoed moet plaatsvinden, controleren of er geen belemmeringen bestaan om de executoriale titel te aanvaarden en executoire maatregelen te nemen.

    3.2 De grondvoorwaarden

    Een executoriale titel kan door de schuldeiser of diens vertegenwoordiger of door de autoriteit of de ambtenaar die deze heeft uitgevaardigd, aan een gerechtsdeurwaarder worden verstrekt. Indien de schuldenaar een natuurlijke persoon is, wordt de executoriale titel door de gerechtsdeurwaarder ten uitvoer gelegd op basis van de woonplaats van de betreffende persoon, van de locatie van diens vermogen of van diens werkplek. Indien de schuldenaar een rechtspersoon is, wordt de executoriale titel door de gerechtsdeurwaarder ten uitvoer gelegd waar de schuldenaar zijn maatschappelijke zetel heeft of waar diens activa zich bevinden.

    Executoriale titels moeten ten uitvoer worden gelegd voordat de verjaringstermijn is verstreken. Tenuitvoerleggingsbeschikkingen op grond van rechterlijke beslissingen kunnen binnen een termijn van vijf jaar na de datum waarop de beslissing definitief is geworden, aan een gerechtsdeurwaarder worden verstrekt om deze ten uitvoer te leggen. De termijn waarbinnen een executoriale titel van een beslissing die met spoed ten uitvoer moet worden gelegd, aan een gerechtsdeurwaarder moet worden verstrekt, gaat in op de dag nadat de uitspraak is gedaan.

    Een executoriale titel wordt geacht te zijn aanvaard als de schuldeiser de administratieve kosten voor de tenuitvoerlegging aan de gerechtsdeurwaarder heeft betaald. Afhankelijk van de vermogenssituatie van de schuldeiser die een natuurlijke persoon is, kan de gerechtsdeurwaarder geheel of ten dele van de betaling van de tenuitvoerleggingskosten afzien of deze opvoeren op het moment dat de tenuitvoerleggingsprocedure wordt beëindigd.

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    De executiemaatregelen zijn:

    1. beslaglegging op gelden en eigendomsrechten of vermogensrechten van de schuldenaar;
    2. beslaglegging op activa en gelden van de schuldenaar die in het bezit zijn van derden;
    3. het opleggen van een verbod aan derden om geld of activa aan de schuldenaar ter beschikking te stellen of andere verplichtingen voor de schuldenaar uit te voeren;
    4. inbeslagneming van documenten waaruit blijkt welke rechten de schuldenaar heeft;
    5. beslaglegging op salarissen, pensioenen, subsidies of andere inkomsten van de schuldenaar;
    6. inbeslagneming van bepaalde activa van de schuldenaar die worden beschreven in de rechterlijke beslissing en de overdracht ervan aan de schuldeiser;
    7. het beheer van het vermogen van de schuldenaar en de toewijzing van de daarmee verkregen inkomsten aan de schuldeiser;
    8. het opleggen van de verplichting of het verbod aan de schuldenaar om bepaalde handelingen te verrichten;
    9. het compenseren van wederzijdse schulden;
    10. andere in de wet genoemde maatregelen.

    Er kunnen meerdere executiemaatregelen tegelijkertijd worden toegepast.

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    In het geval van een natuurlijke persoon kan beslag worden gelegd op:

    • hypotheken en als zekerheid verstrekte activa, indien de tenuitvoerlegging ten gunste komt van de hypothecaire schuldeiser of de houder van de zekerheid;
    • bezittingen, eigendomsrechten, effecten, salarissen, subsidies of andere inkomsten of roerende zaken van de schuldenaar;
    • onroerende zaken van de schuldenaar;
    • landbouwgronden van de schuldenaar, indien de schuldenaar als hoofdactiviteit landbouw bedrijft;
    • het woonverblijf van de schuldenaar.

    In het geval van een rechtspersoon kan beslag worden gelegd op:

    • hypotheken en als zekerheid verstrekte activa, indien de tenuitvoerlegging ten gunste komt van de hypothecaire schuldeiser of de houder van de zekerheid;
    • bezittingen, eigendomsrechten, effecten, eindproducten (goederen) van de schuldenaar, alsook andere roerende en onroerende zaken die niet direct worden gebruikt of zijn aangepast aan een direct gebruik in de productie, met uitzondering van administratieve ruimten;
    • andere activa;
    • onroerende zaken die nodig zijn voor de productie, alsook grondstoffen, leveringen, werktuigmachines, uitrustingen en andere uitrustingszaken die bestemd zijn voor de directe productie.

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    De executiemaatregelen en -procedures verschillen afhankelijk van het al dan niet financiële karakter van de gedwongen tenuitvoerlegging en van datgene waarop beslag wordt gelegd (gelden, inkomsten of andere activa van de schuldenaar).

    Als een gedwongen tenuitvoerlegging met een financieel karakter de gelden van de schuldenaar bij kredietinstellingen, betalingsinstellingen en/of instellingen voor elektronisch geld betreft, zal de gerechtsdeurwaarder voor de tenuitvoerlegging aan deze instellingen via het informatiesysteem een bevel afgeven met toepasselijke restricties om te zorgen dat de schuldenaar beperkte toegang krijgt tot gelden of om gelden van de schuldenaar op te eisen die de vordering en de tenuitvoerleggingskosten ervan moeten dekken.

    Indien de gerechtsdeurwaarder vaststelt dat de gelden of andere activa van de schuldenaar in het bezit zijn van derden (de gerechtsdeurwaarder beschikt over wettelijke mogelijkheden om dergelijke informatie te verkrijgen, alsook informatie of de derde partij de schuldenaar een vergoeding is verschuldigd of andere activa aan de schuldenaar moet overdragen), zal op deze gelden beslag worden gelegd.

    Indien de gedwongen tenuitvoerlegging betrekking heeft op de beslaglegging op inkomsten van de schuldenaar, overhandigt de gerechtsdeurwaarder de tenuitvoerleggingsbeschikking aan de werkgever van de schuldenaar of aan eenieder die de schuldenaar betaalt. De salarissen van de schuldenaar en de gelijkwaardige betalingen worden in zoverre gekort dat de te innen bedragen zijn gedekt.

    Indien de gedwongen tenuitvoerlegging betrekking heeft op de activa van de schuldenaar, dan zal op deze activa beslag worden gelegd en worden zij geliquideerd. De beslaglegging op gelden kan zich niet uitstrekken tot zaken van de schuldenaar, indien laatstgenoemde tegenover de gerechtsdeurwaarder kan aantonen dat het te innen bedrag binnen een termijn van zes maanden kan worden voldaan door middel van een wettelijk toegestane inhouding op diens inkomsten of, in het geval van beslaglegging op diens laatste woonruimte, binnen een termijn van achttien maanden. Beslaglegging op de woonruimte van de schuldenaar is slechts mogelijk als het te innen bedrag groter is dan vierduizend euro. Op verzoek van de schuldenaar of diens familieleden kan de rechter, nadat op een appartement of een huis beslag is gelegd om bedragen te innen in verband met onbetaalde energierekeningen, gemeentelijke diensten of andere diensten, beslissen dat het laatste appartement, het laatste huis of een deel ervan waarin de betreffende personen woonachtig zijn, buiten de tenuitvoerlegging valt. De rechter kan daartoe rekening houden met de financiële situatie en met de belangen van kinderen, gehandicapten en hulpbehoevenden.

    De beslaglegging op activa van een schuldenaar is een tijdelijk ingestelde beperking of ingesteld verbod ten aanzien van het eigendomsrecht of een onderdeel ervan (beheer, gebruik of beschikking).

    De beslaglegging kan worden uitgevoerd door een rechtbank of een gerechtsdeurwaarder.

    De rechtbank gaat over tot beslaglegging op zaken door een beslissing tot tenuitvoerlegging van voorlopige conservatoire maatregelen te geven. Het bedrag van de gelden of activa waarop beslag wordt gelegd, mag niet hoger zijn dan het bedrag van de schuldvordering. De rechtbank kan op verzoek van de betrokken partijen of in bepaalde gevallen op eigen initiatief een dergelijke beslissing herroepen. Indien een beroep door de rechtbank wordt afgewezen, blijven de tijdelijke beschermingsmaatregelen van kracht tot de beslissing definitief is geworden. Indien na de toepassing van de tijdelijke beschermingsmaatregelen het beroep eindigt, blijven deze maatregelen van toepassing tot de beslissing ten uitvoer is gelegd.

    De gerechtsdeurwaarder die is belast met de uitvoering van een beslissing tot gedwongen tenuitvoerlegging, moet de beschikking tot beslaglegging op zaken van de schuldenaar ondertekenen. Een gerechtsdeurwaarder kan een beschikking tot beslaglegging pas herroepen na tot beslaglegging te zijn overgegaan. In beginsel kan een gerechtsdeurwaarder op niet meer zaken beslag leggen dan nodig is om het te innen bedrag en de kosten van de tenuitvoerlegging te dekken.

    Bij de liquidatie van activa vindt een gedwongen verkoop plaats van activa van de schuldenaar of van de zekerheidsteller door openbare verkoping via ondernemingen die deze activa verhandelen of omzetten in geld, door overdracht aan de schuldeiser, door verkoop aan een door de schuldenaar voorgestelde koper of op andere manieren. Afhankelijk van de redenen voor de beslaglegging en de aard van de betreffende zaken worden de activa waarop beslag is gelegd, volgens de wet geliquideerd door een gerechtsdeurwaarder, nationale belastinginspectiediensten of makelaars en bedrijven die effecten verhandelen.

    Onroerende zaken van de schuldenaar en andere wettelijke registergoederen met een waarde van meer dan tweeduizend euro, alsook andere roerende zaken met een eenheidswaarde van meer dan dertigduizend euro, worden openbaar verkocht. Andere activa kunnen op andere manieren worden geliquideerd. De openbare verkoop van zaken vindt elektronisch plaats.

    De schuldenaar heeft het recht om voor aanvang van de openbare verkoop een koper te vinden voor de te verkopen activa. Indien de schuldenaar voor aanvang van de openbare verkoop een koper vindt, zullen de activa aan deze koper worden verkocht. De activa mogen aan de door de schuldenaar gekozen koper worden verkocht voor een bedrag van ten minste de in de beschikking tot beslaglegging aangegeven waarde of voor een lager bedrag, als dat het totaal van de schuldvordering en de kosten van de tenuitvoerlegging dekt.

    Na de liquidatie van de activa waarop beslag is gelegd, kan op deze activa geen beslag meer worden gelegd.

    Indien executoriale titels betrekking hebben op wederzijdse schulden van de schuldenaar en de schuldeiser, compenseert de gerechtsdeurwaarder deze bedragen overeenkomstig de daarvoor geldende procedure. Indien het volgens de daarvoor geldende procedure mogelijk is het totaalbedrag door middel van compensatie te verrekenen, zullen geen verdere gedwongen tenuitvoerleggingsmaatregelen worden genomen. Compensatie kan niet worden toegepast bij de beslaglegging op bestaansmiddelen.

    De specifieke eisen ten aanzien van de gedwongen tenuitvoerlegging met een niet-financieel karakter zijn wettelijk vastgelegd.

    Bij de tenuitvoerlegging van een rechterlijke beslissing betreffende de overdracht van het gezag over kinderen, zal de gerechtsdeurwaarder bij de toepassing van de tenuitvoerleggingsmaatregel de persoon betrekken aan wie het gezag over het kind moet worden overgedragen, en een vertegenwoordiger van de overheidsinstantie die belast is met de bescherming van de rechten van het kind. De bescherming van de rechten van het kind moet te allen tijde zijn gewaarborgd.

    Indien op grond van de rechterlijke beslissing bepaalde voorwerpen van de schuldenaar aan de schuldeiser toekomen, zal de gerechtsdeurwaarder deze in beslag nemen en aan de schuldeiser overdragen.

    Afhankelijk van hetgeen in de rechterlijke beslissing is vastgesteld, mogen uitsluitend de in de executoriale titel genoemde personen in de woning intrek nemen (of uit de woning worden gezet). Indien nodig kan daartoe de politie worden ingeschakeld.

    Indien de schuldenaar op grond van een beslissing bepaalde handelingen moet uitvoeren of stoppen die niet samenhangen met de overdracht van activa of gelden, en deze beslissing niet ten uitvoer wordt gelegd, stelt de gerechtsdeurwaarder daarover een rapport op. Dit rapport moet vervolgens worden ingediend bij de districtsrechtbank van de plaats van de tenuitvoerlegging. Deze rechtbank zal uitspraak doen over de toepasselijke gevolgen die worden beschreven in de oorspronkelijke beslissing (d.w.z. dat als de verweerder de beslissing niet binnen de gestelde termijn ten uitvoer heeft gelegd, de eiser het recht heeft de betreffende handelingen uit te oefenen of maatregelen te nemen om deze handelingen te beëindigen op kosten van de verweerder en tegelijkertijd bij de verweerder beslag te leggen op de benodigde bedragen). Indien in deze beslissing geen gevolgen worden beschreven, zal de voornoemde rechtbank uitspraak doen over de wijziging van de tenuitvoerleggingsprocedure.

    Indien de in de beslissing beschreven handelingen uitsluitend kunnen worden voltooid of worden onderbroken door de verweerder en de verweerder zich hier niet aan houdt, kan de verweerder een sanctie worden opgelegd ten gunste van de partij die de tenuitvoerlegging eist, en kan een nieuwe termijn voor de tenuitvoerlegging van de beslissing worden overeengekomen. Door betaling van de opgelegde boete is de schuldenaar niet van zijn verplichting ontheven om de in de beslissing beschreven handelingen uit te oefenen of te beëindigen.

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    Tenuitvoerleggingsbeschikkingen op grond van rechterlijke beslissingen kunnen binnen een termijn van vijf jaar na de datum waarop de beslissing definitief is geworden, aan een gerechtsdeurwaarder worden verstrekt om deze ten uitvoer te leggen. De termijn waarbinnen een executoriale titel van een beslissing die met spoed ten uitvoer moet worden gelegd, aan een gerechtsdeurwaarder moet worden verstrekt, gaat in op de dag nadat de uitspraak is gedaan. Executoriale titels die betrekking hebben op re-integratie in het arbeidsproces, kunnen binnen een termijn van een maand vanaf de dag volgend op die van de uitspraak van de beslissing worden verstrekt.

    Afhankelijk van de betreffende beslissing zijn de executoriale titels, indien om periodieke betalingen wordt verzocht, gedurende de gehele periode waarin deze betalingen verschuldigd zijn, geldig en de termijn waarbinnen zij moeten worden verstrekt, gaat in op elke datum waarop de betalingstermijn verstrijkt.

    Voor beslissingen van andere ambtenaren of instellingen zijn specifieke termijnen vastgesteld, die ook kunnen worden onderworpen aan een gedwongen tenuitvoerlegging.

    Indien de termijn waarbinnen een executoriale titel moet worden verstrekt, wordt verlengd wegens redenen die door de rechtbank belangrijk worden geacht, kan de rechter de verlenging vernieuwen, tenzij de wet anders bepaalt.

    De door de gerechtsdeurwaarder ingestelde executiemaatregelen blijven van kracht tot zij door de betreffende gerechtsdeurwaarder worden ingetrokken. Indien tegen de handelingen van de gerechtsdeurwaarder beroep wordt ingesteld wegens de rechtmatigheid van deze handelingen en de rechter heeft vastgesteld dat het beroep geheel of ten dele gegrond is, kunnen alle of een deel van de ingestelde maatregelen worden herroepen door de rechter die het beroep behandelt.

    De beslaglegging op activa of andere tijdelijke beschermingsmaatregelen die door de rechter zijn toegepast, blijven van kracht tot zij worden ingetrokken (of vervangen door een andere maatregel), ongeacht of zij zijn toegepast door de rechter of, in geval van een beroep, zijn ingetrokken door een hogere rechter.

    Na de liquidatie van de activa waarop beslag is gelegd, kan op deze activa geen beslag meer worden gelegd.

    Zie het antwoord op paragraaf 3.2.

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    Een beroep tegen een deurwaardersexploot kan worden ingesteld binnen een termijn van twintig dagen na de datum waarop de verzoeker kennis heeft genomen, of kennis had moeten kunnen nemen, van de vaststelling van de betwiste handeling of van de weigering deze vast te stellen, en in elk geval uiterlijk binnen een termijn van negentig dagen vanaf de vaststelling van de betwiste handeling. Het beroep moet worden gericht aan de gerechtsdeurwaarder zelf. De gerechtsdeurwaarder moet het beroep binnen een termijn van vijf werkdagen behandelen. Indien de gerechtsdeurwaarder weigert het beroep geheel of ten dele gegrond te verklaren, worden het beroep en de beslissing van de gerechtsdeurwaarder voorgelegd aan de districtsrechtbank van het gebied waarin het deurwaarderskantoor is gevestigd.

    De door de rechtbank genomen maatregelen kunnen worden herroepen of gewijzigd door dezelfde rechter of er kan beroep tegen worden ingesteld bij een hogere rechter.

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

    Zie het antwoord op paragraaf 3.2.

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 11/07/2022

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Luxemburg

    1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

    Als een schuldenaar een rechterlijke beslissing niet vrijwillig naleeft, kan de eiser de naleving ervan afdwingen. Dit wordt gedwongen tenuitvoerlegging genoemd.

    Om uitvoerbaar te zijn, moet een rechterlijke beslissing een tenuitvoerleggingsclausule bevatten en moet ze naar behoren zijn betekend of ter kennis gebracht.

    De uitvoerbaarheid van een rechterlijke beslissing wordt opgeschort tijdens de week die volgt op de dag van de beslissing en/of indien daadwerkelijk een beroep is ingesteld, tenzij de beslissing voorlopig uitvoerbaar is.

    Gedwongen tenuitvoerlegging wordt gewoonlijk toegepast om geld in te vorderen, maar kan worden toegepast om de uitvoering van een handeling af te dwingen.

    In het geval van een persoon die tot betaling van een geldbedrag is veroordeeld, wordt de vordering ten uitvoer gelegd tegen de bezittingen van de schuldenaar. Dit wordt beslag genoemd.

    Er zijn echter ook andere, meer specifieke tenuitvoerleggingsmaatregelen: derdenbeslag, oogstbeslag, beslag op inkomen, beslag op onroerende zaken, executoriaal beslag, vreemdelingenbeslag, opheffing van beslag, loonbeslag, beslag op binnenschepen, beslag op luchtvaartuigen en beschrijvend beslag in het kader van de bescherming van intellectuele rechten.

    Het beslag dat in Luxemburg het meest wordt toegepast, is derdenbeslag en executoriaal beslag.

    2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

    Gerechtsdeurwaarders zijn als enigen bevoegd om over te gaan tot tenuitvoerlegging van rechterlijke beslissingen die door een Luxemburgse rechtbank naar Luxemburgs recht of door een rechtbank van een andere lidstaat van de Europese Unie krachtens het EU-recht in burgerlijke of handelszaken uitvoerbaar zijn verklaard, uitvoerbare overeenkomsten die voortvloeien uit bemiddeling in burgerlijke en handelszaken, en andere uitvoerbare akten of afdwingbare rechten.

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    3.1 De procedure

    • In het Groothertogdom gegeven rechterlijke beslissingen en verleden akten

    Deze zijn uitvoerbaar in het Groothertogdom zonder dat een officiële goedkeuring of een lettre de pareatis vereist is, zelfs als ze ten uitvoer worden gelegd buiten het rechtsgebied van de rechtbank die de beslissing heeft gegeven of buiten het grondgebied waar de akten zijn verleden.

    De afgifte van de akte of de rechterlijke beslissing aan de gerechtsdeurwaarder houdt een machtiging in voor elke tenuitvoerlegging uitgezonderd beslag op onroerende zaken en gevangenisstraffen, waarvoor een bijzondere machtiging vereist is.

    • Buitenlandse beslissingen die vallen onder een verdrag of een wetgevingshandeling van de Europese Unie waarvoor een exequaturprocedure vereist is

    In het buitenland gegeven beslissingen in burgerlijke en handelszaken die in die staat uitvoerbaar zijn en die overeenkomstig de bepalingen van

    • het Verdrag van Brussel van 27 september 1968 betreffende de rechterlijke bevoegdheid en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken, zoals gewijzigd bij de verdragen betreffende toetreding van nieuwe lidstaten tot dat verdrag,
    • het Verdrag van Lugano van 16 september 1988 betreffende de rechterlijke bevoegdheid en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken,
    • het Verdrag van 29 juli 1971 tussen het Groothertogdom Luxemburg en de Republiek Oostenrijk betreffende de erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen en authentieke akten in burgerlijke en handelszaken,
    • het Verdrag van 24 november 1961 tussen België, Nederland en Luxemburg betreffende de rechterlijke bevoegdheid, betreffende het faillissement en betreffende het gezag en de tenuitvoerlegging van rechterlijke beslissingen, van scheidsrechterlijke uitspraken en van authentieke akten, zolang het van kracht is, of
    • het Verdrag van Den Haag van 2 oktober 1973 inzake de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen over onderhoudsverplichtingen,

    voldoen aan de voorwaarden voor erkenning en tenuitvoerlegging in Luxemburg, worden uitvoerbaar verklaard in de vormen die zijn vastgesteld in de artikelen 680 tot en met 685 van het nieuwe wetboek van burgerlijke rechtsvordering (Nouveau Code de procedure civile).

    Beslissingen in burgerlijke en handelszaken die in een lidstaat van de Europese Unie zijn gegeven en in die lidstaat uitvoerbaar zijn en volgens Verordening (EG) nr. 44/2001 van de Raad van 22 december 2000 betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken voldoen aan de voorwaarden voor erkenning en tenuitvoerlegging in Luxemburg, worden uitvoerbaar verklaard zoals in die verordening bepaald.

    Verordening (EG) nr. 44/2001 is ingetrokken bij Verordening (EU) nr. 1215/2012 betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken, de zogenaamde “herschikte Brussel I-verordening”. Verordening (EG) nr. 44/2001 blijft echter wel van toepassing op beslissingen die zijn gegeven in het kader van rechtsvorderingen die zijn ingesteld, authentieke akten die zijn verleden of formeel geregistreerd en rechtshandelingen die zijn goedgekeurd of afgerond vóór 10 januari 2015 die binnen de werkingssfeer van die verordening vallen.

    In een EU-lidstaat gegeven beslissingen in burgerlijke zaken die in die lidstaat uitvoerbaar zijn en volgens Verordening (EU) nr. 650/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen en de aanvaarding en de tenuitvoerlegging van authentieke akten op het gebied van erfopvolging, alsmede betreffende de instelling van een Europese erfrechtverklaring voldoen aan de voorwaarden voor erkenning en tenuitvoerlegging in Luxemburg, worden uitvoerbaar verklaard zoals in die verordening bepaald.

    Beslissingen die zijn gegeven in een lidstaat die niet gebonden is door het Haags Protocol van 23 november 2007 inzake het recht dat van toepassing is op onderhoudsverplichtingen in de zin van hoofdstuk IV, afdeling 2, van Verordening (EG) nr. 4/2009 van de Raad van 18 december 2008 betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen, en de samenwerking op het gebied van onderhoudsverplichtingen die voldoen aan de voorwaarden voor erkenning en tenuitvoerlegging in Luxemburg, worden uitvoerbaar verklaard zoals in die verordening bepaald.

    In een EU-lidstaat gegeven beslissingen in burgerlijke zaken die in die lidstaat uitvoerbaar zijn en volgens Verordening (EU) 2016/1103 van de Raad van 24 juni 2016 tot uitvoering van de nauwere samenwerking op het gebied van de bevoegdheid, het toepasselijke recht en de erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen op het gebied van huwelijksvermogensstelsels, en Verordening (EU) 2016/1104 van de Raad van 24 juni 2016 tot uitvoering van de nauwere samenwerking op het gebied van de bevoegdheid, het toepasselijke recht en de erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen op het gebied van de vermogensrechtelijke gevolgen van geregistreerde partnerschappen voldoen aan de voorwaarden voor erkenning en tenuitvoerlegging in Luxemburg, worden uitvoerbaar verklaard zoals in die verordeningen bepaald.

    • Buitenlandse beslissingen die onderworpen zijn aan EU-wetgeving tot afschaffing van het exequatur

    Op 12 december 2012 hebben het Europees Parlement en de Raad Verordening (EU) nr. 1215/2012 betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken, de zogenaamde herschikte Brussel I-verordening, vastgesteld. Volgens artikel 36 van die verordening wordt een in een lidstaat gegeven beslissing in de andere lidstaten erkend zonder dat daarvoor een bijzondere procedure vereist is (afschaffing van het exequatur). Deze verordening is sinds 10 januari 2015 in alle EU-lidstaten van toepassing overeenkomstig de in die verordening vastgestelde voorwaarden.

    Beslissingen die zijn gegeven in een lidstaat die gebonden is door het Haags Protocol van 23 november 2007 inzake het recht dat van toepassing is op onderhoudsverplichtingen in de zin van hoofdstuk IV, afdeling 2, van Verordening (EG) nr. 4/2009 van de Raad van 18 december 2008 betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen, en de samenwerking op het gebied van onderhoudsverplichtingen, worden in Luxemburg erkend zonder dat een bijzondere procedure vereist is en zonder mogelijkheid om zich tegen de erkenning te verzetten.

    In een EU-lidstaat gegeven beslissingen in burgerlijke en handelszaken die volgens Verordening (EU) nr. 655/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 tot vaststelling van een procedure betreffende het Europees bevel tot conservatoir beslag op bankrekeningen om de grensoverschrijdende inning van schuldvorderingen in burgerlijke en handelszaken te vergemakkelijken, voldoen aan de voorwaarden voor erkenning en tenuitvoerlegging in Luxemburg, worden erkend en ten uitvoer gelegd zoals in die verordening bepaald.

    In een EU-lidstaat gegeven beslissingen die in die lidstaat uitvoerbaar zijn en volgens Verordening (EG) nr. 861/2007 tot vaststelling van een Europese procedure voor geringe vorderingen of Verordening (EG) nr. 1896/2006 tot invoering van een Europese betalingsbevelprocedure, zoals gewijzigd, voldoen aan de voorwaarden voor erkenning en tenuitvoerlegging in Luxemburg, worden erkend en ten uitvoer gelegd zoals in die verordeningen is bepaald.

    3.2 De grondvoorwaarden

    Er wordt geen beslag op roerende of onroerende goederen gelegd tenzij krachtens Luxemburgs recht een executoriale titel is afgegeven, en voor een opeisbare en vaststaande vordering; als de schuld geen geldsom is, wordt deze na beslaglegging voor alle latere procedures uitgesteld totdat zij is gewaardeerd.

    Beslissingen tot invrijheidstelling, tot schrapping van een hypotheekinschrijving, tot betaling of tot enige andere handeling die door of namens een derde moet worden gesteld, zijn alleen door of tegen die derde uitvoerbaar, zelfs na het verstrijken van de bezwaar- of beroepstermijn, op basis van een verklaring door de advocaat van de eiser, met vermelding van de datum waarop de beslissing is betekend aan het adres van de partij tegen wie de beslissing is gegeven, en op basis van een verklaring van de griffier dat tegen de beslissing geen bezwaar of beroep is ingesteld.

    Indien uit de verklaring blijkt dat er geen bezwaar of beroep is ingesteld, zijn curatoren, bewaarders en andere personen gehouden de beslissing na te leven.

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    • Goederen die voor beslag in aanmerking komen

    Alleen roerende of onroerende goederen die eigendom zijn van de schuldenaar komen voor beslag in aanmerking, geen goederen die aan een derde toebehoren. Het is echter van weinig belang in wiens bezit de goederen van de schuldenaar zich op het moment van beslag bevinden, en dus is het mogelijk om goederen bij een derde in beslag te nemen.

    • Goederen die niet voor beslag in aanmerking komen

    In artikel 728 van het nieuwe wetboek van burgerlijke rechtsvordering is bepaald dat naast goederen die op grond van bijzondere wetten niet in beslag kunnen worden genomen, de volgende goederen niet in beslag mogen worden genomen:

    • goederen die door de Luxemburgse wet als onroerend worden aangemerkt;
    • roerende zaken zoals een slaapplaats, kleding, kleerkasten, een wasmachine en tafels en stoelen om een gezin in staat te stellen samen te eten.

    Deze zaken mogen niet in beslag worden genomen, ongeacht de hoedanigheid van de schuldeiser, zelfs niet als de schuldeiser de staat is, met uitzondering van bepaalde schulden die in de wet limitatief zijn opgesomd.

    Om te voorkomen dat de schuldeiser beslag legt op alle bestaansmiddelen van de schuldenaar, zijn in een groothertogelijke verordening de percentages voor de overdracht van en het beslag op salarissen, pensioenen en lijfrenten vastgesteld. Het beslag op beschermd regelmatig inkomen (salarissen, lijfrenten, pensioenen) is in de wet geregeld. Dit soort regelmatig inkomen mag niet volledig in beslag worden genomen, maar slechts tot een specifiek bedrag dat wordt bepaald op basis van inkomenscategorieën die in een groothertogelijke verordening zijn vastgesteld. Zo houden schuldenaren een minimuminkomen over om te overleven.

    • Afscherming

    Afscherming heeft tot doel de beslagene te beschermen tegen de gevolgen van het niet beschikbaar zijn. Afscherming stelt de rechter in staat om de bedragen waarop derdenbeslag wordt gelegd te beperken.

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    Vanaf het moment dat de goederen in beslag zijn genomen, verliest de schuldenaar het recht om er afstand van te doen. Het beslag geeft de beslag leggende schuldeiser echter geen voorkooprecht. De ontzetting uit het recht om afstand te doen van in beslag genomen goederen houdt in dat de schuldenaar deze niet mag verkopen, overdragen of hypothekeren. De in beslag genomen goederen kunnen onmiddellijk worden meegenomen. De schuldenaar blijft eigenaar van de goederen tot aan de gedwongen verkoop, zonder deze noodzakelijkerwijs in bezit te houden. De situatie verandert niet praktisch, maar eerder juridisch.

    Indien de ontzetting uit het recht om afstand te doen van in beslag genomen goederen wordt geschonden, zijn de door de beslagene genomen maatregelen niet bindend voor de beslag leggende schuldeiser.

    In dat geval is de ontzetting slechts relatief, in die zin dat zij alleen van toepassing is ten gunste van de beslag leggende schuldeiser. De andere schuldeisers moeten nog steeds schommelingen in het vermogen van de schuldenaar aanvaarden. Zij kunnen echter eenvoudig deelnemen aan het reeds overeengekomen beslag.

    Ontzetting uit het recht om afstand te doen van in beslag genomen goederen is de eerste fase in het proces van de verkoop van bezittingen. De goederen worden onder toezicht van de rechter geplaatst. Beslag bij de tenuitvoerlegging van een rechterlijke beslissing heeft dus in eerste instantie een preventief doel.

    Wat derdenbeslag betreft, moet worden gepreciseerd dat deze vorm van beslag alle controle over het geheel van de in beslag genomen schuld wegneemt, ongeacht de waarde ervan. De derde-beslagene mag echter een voldoende bedrag in deposito plaatsen (afscherming).

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    Uitvoerbare akten die krachtens Luxemburgs recht zijn afgegeven, vervallen niet en worden niet verbeurd wegens het verstrijken van een bepaalde termijn.

    De toestemming van de voorzitter van de handelsrechtbank om conservatoir beslag te leggen, vervalt indien de conservatoire maatregel niet binnen de in de beschikking gestelde termijn is genomen.

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    Het is mogelijk bezwaar of beroep in te stellen tegen een beschikking van de voorzitter van een handelsrechtbank waarin toestemming wordt gegeven om over te gaan tot conservatoir beslag.

    In geval van executoriaal beslag kan de schuldenaar een vordering instellen wegens moeilijke uitvoerlegging (action en difficulté d’exécution) of bezwaar aantekenen tegen de verkoop van de in beslag genomen zaken.

    Derden kunnen ook bezwaar maken tegen de verkoop van de in beslag genomen zaken met het verzoek deze zaken ten voordele van hen af te schermen.

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

    Volgens artikel 590 van het nieuwe wetboek van burgerlijke rechtsvordering kan een schuldenaar een voorlopige tenuitvoerlegging blokkeren indien ze is bevolen in een ander geval dan de gevallen waarin de wet voorziet. Daartoe kan de schuldenaar bij het hof van beroep om een verbod op voorlopige tenuitvoerlegging verzoeken. Deze mogelijkheid geldt alleen in burgerlijke zaken en is in handelszaken uitgesloten op grond van artikel 647 van het wetboek van koophandel (Code de commerce).

    De procedure voor afscherming is vastgelegd in artikel 703, lid 2, van het nieuwe wetboek van burgerlijke rechtsvordering. Afscherming heeft tot doel de beslagene te beschermen tegen de gevolgen van het niet beschikbaar zijn. Afscherming stelt de rechter in staat om de bedragen waarop derdenbeslag wordt gelegd te beperken.

    Om te voorkomen dat de schuldeiser beslag legt op alle bestaansmiddelen van de schuldenaar, zijn in een groothertogelijke verordening de percentages voor de overdracht van en het beslag op salarissen, pensioenen en lijfrenten vastgesteld. Het beslag op beschermd regelmatig inkomen (salarissen, lijfrenten, pensioenen) is in de wet geregeld. Dit soort regelmatig inkomen mag niet volledig in beslag worden genomen, maar slechts tot een specifiek bedrag, dat wordt bepaald op basis van inkomenscategorieën die in een groothertogelijke verordening zijn vastgesteld. Zo houden schuldenaren een minimuminkomen over om te overleven.

    Links

    De link wordt in een nieuw venster geopend.http://www.legilux.lu

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 11/01/2024

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Hongarije

    1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

    Tenuitvoerlegging is een burgerlijke, niet-litigieuze procedure waarmee de overheid met dwangmaatregelen zorgt voor naleving van verplichtingen die voortvloeien uit rechterlijke en notariële beslissingen en uit alle andere in de wet vastgestelde handelingen.

    2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

    De bevoegdheden voor het bevel tot en de uitvoering van een tenuitvoerlegging zijn in handen van rechtbanken of notarissen, en andere instanties en personen, waaronder in het bijzonder:

    a) zelfstandige gerechtsdeurwaarders,

    b) gerechtsdeurwaarders bij de rechtbanken,

    c) zelfstandige plaatsvervangende gerechtsdeurwaarders,

    d) plaatsvervangende gerechtsdeurwaarders bij de rechtbanken

    e) kandidaat-gerechtsdeurwaarders.

    De procedure via een gerechtsdeurwaarder is als burgerrechtelijke niet-litigieuze procedure gelijk aan een gerechtelijke procedure.

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    Er kan een executoriale titel worden afgegeven als de beslissing tot tenuitvoerlegging een verplichting (een veroordeling) omvat, zij onherroepelijk of uitvoerbaar bij voorraad is, en de termijn voor tenuitvoerlegging is verstreken. Op basis van een bemiddelingsovereenkomst die door een rechtbank is bekrachtigd, kan een executoriale titel worden afgegeven, ook al is er beroep aangetekend tegen de bekrachtiging. Deze bepaling geldt ook voor bemiddelingsovereenkomsten die zijn bekrachtigd door een notaris, met dezelfde gevolgen als gerechtelijke transacties. Een rechterlijke beslissing in het kader van de procedure zoals vastgelegd in Verordening (EG) nr. 861/2007 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een Europese procedure voor geringe vorderingen kan leiden tot de afgifte van een executoriale titel, ook al is er beroep tegen die rechterlijke beslissing ingesteld. Een definitief bevel tot betaling kan niet leiden tot de afgifte van een executoriale titel als gedwongen tenuitvoerlegging van de vordering is uitgesloten in de verklaring waaruit blijkt dat er geen beroep is ingesteld.

    Voor de inning van alimentatie geldt een speciale regeling op grond waarvan gedwongen tenuitvoerlegging van termijnbetalingen die meer dan zes maanden zijn vervallen, mogelijk is als de persoon die om de tenuitvoerlegging verzoekt, elementen voorlegt op grond waarvan kan worden aangenomen dat de betalingsachterstanden voor de alimentatie te wijten zijn aan kwade trouw van de schuldenaar of de persoon in kwestie gegronde redenen had om zijn of haar vordering niet geldend te maken. Bij de tenuitvoerlegging van een buitenlandse beslissing onderzoekt de rechtbank tevens of deze tenuitvoerlegging is toegestaan op grond van een wet, een internationaal verdrag, een verdrag van wederkerigheid of een Europese norm.

    3.1 De procedure

    Gedwongen tenuitvoerlegging moet worden bevolen met de afgifte van een executoriale titel. Dit is naargelang het geval ofwel een niet-formele beslissing (executoriaal uittreksel, executoriale clausule), ofwel een bevel. De rechtbank of de notaris geeft de executoriale titel af op verzoek van de persoon die om de tenuitvoerlegging verzoekt. Een verzoek om een tenuitvoerleggingsmaatregel moet worden ingediend met een formulier voor een executoriale titel in het vereiste aantal exemplaren. In een betalingsbevelprocedure kan het verzoek ook digitaal worden ingediend. In het algemeen moet het verzoek worden ingediend bij de rechtbank die zich in eerste aanleg heeft uitgesproken of bij de notaris, maar in wet LIII van 1994 inzake gedwongen tenuitvoerlegging zijn andere regels vastgelegd voor de bevoegdheid in bepaalde gevallen: zo kan tenuitvoerlegging op grond van een buitenlandse gerechtelijke beslissing worden bevolen door de districtsrechtbank die is gevestigd bij de regionale rechtbank van de woonplaats of het hoofdkantoor van de schuldenaar, of, bij gebreke daarvan, de plaats waar de voor beslag vatbare goederen van de schuldenaar zich bevinden. In Boedapest is dit de centrale arrondissementsrechtbank van Buda (Budai Központi Kerületi Bíróság).

    In het verzoek om een tenuitvoerleggingsmaatregel moeten de gegevens van de partijen en de uitvoerbare beslissing worden vermeld, de te innen vordering, en zo veel mogelijk informatie over de voor beslag vatbare goederen van de schuldenaar.

    De rechter of de notaris behandelt het verzoek onverwijld, maar uiterlijk 15 dagen na de ontvangst, om vast te stellen dat het verzoek moet worden doorverwezen naar de ter zake bevoegde persoon, zonder inhoudelijke behandeling moet worden afgewezen, of moet worden teruggestuurd naar de indiener om het in overeenstemming te brengen met de regels, behalve wanneer hij wordt bijgestaan door een wettelijke vertegenwoordiger, en neemt de noodzakelijke maatregelen. Elke beslissing over het verzoek moet binnen 15 dagen na ontvangst of aanpassing worden genomen. Als het verzoek gegrond wordt verklaard, wordt de executoriale titel afgegeven, zo niet dan wordt de tenuitvoerlegging afgewezen.

    3.2 De grondvoorwaarden

    Zie punt 2.

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    Met bepaalde dwangmaatregelen worden de vermogensrechten van de schuldenaar beperkt en met andere maatregelen zijn individuele rechten. Dwangmaatregelen die betrekking hebben op goederen, kunnen worden toegepast door de rechtbank of de gerechtsdeurwaarder, terwijl dwangmaatregelen die betrekking hebben op personen kunnen worden uitgevoerd door de politie, op basis van maatregelen die zijn genomen door de rechtbank of de gerechtsdeurwaarder. De belangrijkste dwangmaatregelen met betrekking tot goederen zijn:

    • loonbeslag en beslag op andere beloningen,
    • beslag op en verkoop van roerende zaken,
    • inhouding van geldbedragen die bij financiële instellingen worden beheerd, conservatoir beslag op bankrekeningen,
    • beslag op vorderingen van de schuldenaar op derden,
    • beslag op en verkoop van onroerende zaken,
    • opleggen van boetes.

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    Voor beslag vatbare goederen zijn:

    • salaris, pensioen of andere inkomsten van de schuldenaar (die tot een bepaalde hoogte zijn vrijgesteld);
    • tegoeden die worden beheerd bij financiële instellingen (voor natuurlijke personen is een bepaald bedrag hiervan wettelijk vrijgesteld);
    • roerende zaken (goederen waarmee een schuldenaar in zijn levensonderhoud moet voorzien, zijn echter niet vatbaar voor beslag, zoals noodzakelijke kleding, meubels voor het huishouden van de schuldenaar, noodzakelijke geneesmiddelen vanwege ziekte van de schuldenaar enzovoort);
    • vorderingen en aandelen van de schuldenaar jegens derden;
    • onroerende zaken, ongeacht de aard, toewijzing, rechten of verboden hierop, feiten die in het kadaster zijn geregistreerd (onroerende zaken die in een liquidatieprocedure niet kunnen worden meegenomen als vermogensbestanddelen van de schuldenaar, zijn echter vrijgesteld).

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    Tenuitvoerleggingsmaatregelen omvatten een fundamentele beperking van de bevoegdheid van de schuldenaar om over zijn vermogen te beschikken.

    Met het beslag op roerende zaken en bankrekeningen wordt de schuldenaar het recht ontnomen om over zijn vermogen te beschikken. Wanneer in beslag genomen roerende goederen in bewaring zijn gegeven, wordt hem ook het bezit daarvan ontnomen. Bij beslaglegging op een onroerende zaak kan de schuldenaar erover beschikken en het verkopen, hoewel het blijft bezwaard met het recht op tenuitvoerlegging.

    Als de schuldenaar of iedere andere aanwezige persoon zich lichamelijk verzet tegen de uitvoering van de tenuitvoerleggingsmaatregelen, verzoekt de gerechtsdeurwaarder de politie om op te treden. Zij mag dwangmaatregelen tegen personen toepassen om het verzet te beëindigen.

    Als een persoon de werkzaamheden van de gerechtsdeurwaarder met actief gedrag belemmert (door middel van geweld), kan hij hiervoor strafrechtelijk aansprakelijk worden gesteld. Ook pleegt de schuldenaar een strafbaar feit wanneer hij het in beslag genomen goed aan de tenuitvoerlegging onttrekt, bij de tenuitvoerlegging aangebrachte zegels verwijdert of de ruimte opent waar het in beslag genomen verzegelde of in bewaring gegeven goed is opgeslagen (overtreding van het verbreken van een zegel).

    De rechtbank legt een schuldenaar of iedere persoon of elke organisatie die medewerking aan de tenuitvoerleggingsprocedure dient te verlenen, een boete op wanneer de wettelijke verplichtingen niet worden nageleefd of er dusdanig wordt gehandeld dat de tenuitvoerleggingsmaatregel wordt verhinderd.

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    De maatregelen blijven geldig totdat de vorderingen zijn geïnd of totdat de gerechtsdeurwaarder of de rechtbank de maatregelen beëindigt of deze conform de wet verlopen. Vorderingen kunnen worden geïnd vóór de verjaringstermijn die is vastgelegd in het burgerlijk recht voor vorderingen (de verjaringstermijn bedraagt doorgaans 5 jaar). Deze termijn gaat in op de datum waarop de gerechtelijke beslissing definitief wordt. Het is niet mogelijk om een bevel tot tenuitvoerlegging te geven of een reeds ingestelde tenuitvoerleggingsprocedure voort te zetten wanneer het verzoek hiertoe na de verjaringstermijn voor de betreffende vordering wordt ingediend. Met elke handeling voor tenuitvoerlegging en elke gerechtelijke procedure waarmee aanspraak wordt gemaakt op de vordering, wordt de verjaring gestuit en begint de termijn opnieuw lopen.

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    a) Intrekking van het executoriaal uittreksel en schrapping van de executoriale clausule. Wanneer de tenuitvoerlegging is bevolen middels de afgifte van een executoriaal uittreksel of een executoriale clausule, vormt intrekking van het executoriaal uittreksel of schrapping van de executoriale clausule een mogelijk rechtsmiddel wanneer er geen reden is geweest om een executoriale titel af te geven. Voor intrekking van het executoriale uittreksel of schrapping van de executoriale clausule kan een verzoek worden ingediend door de schuldenaar of de persoon die om de tenuitvoerlegging heeft verzocht. Hiertoe kan ook ambtshalve bevel worden gegeven door de rechtbank. Het verzoek moet worden ingediend bij de rechtbank dat of de notaris die het bevel tot tenuitvoerlegging heeft gegeven. Dit verzoek kan te allen tijde worden ingediend. Er is geen uiterste termijn voor vastgelegd. Als het verzoek wordt ingewilligd, wordt de intrekking van het executoriale uittreksel of schrapping van de executoriale clausule omgezet in een bevel, waartegen de partij beroep kan aantekenen.

    b) Beroep in verband met het tenuitvoerleggingsbevel. In gevallen waarin met een formeel bevel toestemming wordt verleend voor de tenuitvoerlegging, kan hiertegen beroep worden ingesteld. Het beroep kan worden aangetekend door de schuldenaar of de persoon die om de tenuitvoerlegging heeft verzocht. Het beroep moet worden ingesteld bij de rechtbank die de tenuitvoerlegging heeft bevolen, maar worden gericht aan het hof van beroep. Het hof van beroep is bevoegd voor de behandeling van het beroep. Als het bevel van de rechtbank die de tenuitvoerlegging heeft bevolen, gegrond is, wordt het door het hof van beroep bevestigd. Zo niet dan wordt het bevel door het hof van beroep gewijzigd. Indien er sprake is van een procedurefout, wordt het bevel door het hof van beroep nietig verklaard en wordt de rechtbank die de tenuitvoerlegging heeft bevolen, opgedragen een nieuwe beslissing te nemen.

    c) Beroep tegen een bevel tot afwijzing van de afgifte van een executoriale titel. De persoon die om tenuitvoerlegging heeft verzocht, kan beroep aantekenen tegen een bevel tot afwijzing van de afgifte van een executoriale titel. Het beroep moet worden ingesteld bij de rechtbank die de tenuitvoerlegging heeft bevolen, maar worden gericht aan het hof van beroep. Het hof van beroep is bevoegd voor de behandeling van het beroep. Als het bevel van de rechtbank die de tenuitvoerlegging heeft bevolen, gegrond is, wordt het door het hof van beroep bevestigd. Zo niet dan wordt het bevel door het hof van beroep gewijzigd. Indien er sprake is van een procedurefout, wordt het bevel door het hof van beroep nietig verklaard en wordt de rechtbank of de notaris die de tenuitvoerlegging heeft bevolen, opgedragen een nieuwe beslissing te nemen.

    d) Nadat het bevel tot tenuitvoerlegging is gegeven, neemt de gerechtsdeurwaarder zelfstandig dwangmaatregelen. Voor de tenuitvoerlegging daarvan is geen gerechtelijk bevel vereist. Tegen de door de gerechtsdeurwaarder genomen maatregelen kan een bijzonder rechtsmiddel worden aangewend, namelijk bezwaar dat kan worden ingesteld door de schuldenaar, de persoon die om tenuitvoerlegging heeft verzocht of een andere belanghebbende. Als de rechtbank het bezwaar toewijst, wordt de onrechtmatige maatregel van de gerechtsdeurwaarder nietig verklaard en wordt de gerechtsdeurwaarder in geval van nalatigheid bevolen de betreffende maatregel te treffen. Zo niet dan wordt het bezwaar afgewezen. Het bezwaar moet worden ingediend bij de gerechtsdeurwaarder.

    e) Naast bovengenoemde rechtsmiddelen kan de tenuitvoerlegging ook worden beëindigd. De rechter beëindigt de tenuitvoerlegging middels een bevel indien de persoon die om tenuitvoerlegging heeft verzocht dit vraagt en deze maatregel de rechten van derden niet aantast, of indien dit in een bijzondere wet is vastgelegd. De tenuitvoerlegging wordt met name beëindigd wanneer de schuldenaar de vordering voldoet. De rechter geeft ook bevel tot beëindiging van de tenuitvoerlegging wanneer hij op basis van een authentieke akte heeft vastgesteld dat de tenuitvoerleggingsbeslissing middels een onherroepelijke beslissing is ingetrokken.

    f) In de loop van de tenuitvoerleggingsprocedure heeft een derde partij die aanspraak maakt op een goed waarop in het kader van de tenuitvoerlegging beslag is gelegd, op basis van haar eigendomsrecht of elk ander recht dat de verkoop tijdens de tenuitvoerlegging in de weg staat, de mogelijkheid om stappen te ondernemen tegen de indiener van het tenuitvoerleggingsverzoek, om het beslag op het desbetreffende goed op te heffen. Als de rechter het verzoek om onttrekking van het goed toewijst, wordt het beslag op het desbetreffende goed opgeheven.

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

    Schorsing van de gedwongen tenuitvoerlegging:

    De bevoegde rechtbank kan op verzoek van de schuldenaar de tenuitvoerlegging bij wijze van uitzondering opschorten als de schuldenaar een omstandigheid heeft kunnen bewijzen op grond waarvan opschorting is gerechtvaardigd en er op een eerder moment in de tenuitvoerleggingsprocedure geen boete aan de schuldenaar is opgelegd.

    Indien nodig hoort de rechter de partijen alvorens over de opschorting te beslissen.

    Omstandigheden op grond waarvan opschorting is gerechtvaardigd en die door de rechter in aanmerking worden genomen, zijn met name het aantal schuldeisers met een alimentatievordering van de schuldenaar die deze alimentatie absoluut nodig hebben, een chronische en ernstige ziekte van de schuldenaar of van degenen die hij ten laste heeft en natuurrampen die zich tijdens de tenuitvoerleggingsprocedure hebben voorgedaan en ook gevolgen hebben voor de schuldenaar.

    Wanneer de tenuitvoerlegging ontruiming van een woning inhoudt, kan de schorsing op verzoek van de schuldenaar één maal worden bevolen voor een maximale duur van zes maanden.

    Betaling in termijnen:

    De gerechtsdeurwaarder kan op verzoek van een schuldenaar die een natuurlijke persoon is, voorwaarden vaststellen voor de betaling in termijnen van geldelijke schulden, met uitzondering van belastingschulden en openbare schuldvorderingen, als hij maatregelen heeft genomen voor het opsporen en in beslag nemen van de goederen van de schuldenaar en de schuldenaar een deel van de vordering reeds heeft betaald. De gerechtsdeurwaarder stelt de schuldenaar die niet over voor beslag vatbare goederen beschikt, ook in kennis van de mogelijkheden van en de voorwaarden voor betaling in termijnen.

    De gerechtsdeurwaarder stelt een proces-verbaal op waarin de termijnen voor en de voorwaarden van betaling worden vastgelegd en betekent dit aan de partijen. Binnen 15 dagen na ontvangst van het proces-verbaal kan de persoon die om tenuitvoerlegging verzoekt, de gerechtsdeurwaarder schriftelijk meedelen dat hij niet instemt met de voorwaarden voor betaling in termijnen. Hij kan ook een voorstel indienen voor de voorwaarden voor de betaling in termijnen en het bedrag van de betalingen, en de schuldenaar om aanvullende garanties voor tenuitvoerlegging verzoeken. Op basis van een verklaring van de persoon die om tenuitvoerlegging heeft verzocht, kan de gerechtsdeurwaarder de voorwaarden voor de betaling in termijnen als volgt wijzigen:

    a) Hij komt terug op de vaststelling van de termijnen als de persoon die om tenuitvoerlegging heeft verzocht, niet instemt met de betaling in termijnen van de alimentatie, het salaris of elke andere soortgelijke vordering zoals deze is toegestaan, of wanneer de indiener van het verzoek om tenuitvoerlegging een particulier is en hij verklaart dat hij door de betaling in termijnen mogelijk niet in zijn levensonderhoud kan voorzien, of wanneer de indiener een ondernemer is tegen wie een faillissements-, liquidatie- of tenuitvoerleggingsprocedure is ingesteld.

    b) In gevallen die niet onder a) vallen, stelt hij de termijnen vast met een maximale duur van een jaar als de indiener van het tenuitvoerleggingsverzoek een rechtspersoon of een instelling zonder rechtspersoonlijkheid is, en van zes maanden als het een natuurlijke persoon betreft.

    c) Hij stelt als voorwaarde voor de betaling in termijnen een gedeeltelijke betaling van de vordering vast, die in verhouding staat tot het vorderingsbedrag, als dit de strekking is van de verklaring van de indiener van het tenuitvoerleggingsverzoek.

    De gerechtsdeurwaarder kent de schuldenaar een betaling in termijnen toe in maandelijks gelijke bedragen gedurende maximaal zes maanden als hij de noodzakelijke maatregelen heeft getroffen voor beslag op tegoeden die bij financiële instellingen worden beheerd, het salaris en de roerende zaken van de schuldenaar, en het totale schuldbedrag hiermee niet kon worden voldaan, en

    a) niet eerder een betaling in termijnen is toegekend,

    b) de gedwongen tenuitvoerlegging jegens de schuldenaar betrekking heeft op de inning van een geldelijke vordering van maximaal 500 000 HUF, of maximaal 1 000 000 HUF als er bij het kadaster een hypotheek is geregistreerd op de onroerende zaak die door de schuldenaar als woonruimte wordt gebruikt, en

    c) de onroerende zaak die door de schuldenaar als woonruimte wordt gebruikt, voor de inning van de schuld door middel van een openbaar verkoop zou moeten worden verkocht.

    Voor de toestemming voor betaling in termijn is geen instemming nodig van de persoon die om tenuitvoerlegging heeft verzocht. Wel moet het proces-verbaal waarin de betaling in termijnen is vastgelegd, aan hem worden betekend.

    Geldbedragen die door middel van beslag bij de schuldenaar worden ingehouden, worden verrekend met de deelbetalingen.

    De vaststelling van de taxatiewaarde en de aankondiging van de eerste openbare verkoop van de onroerend zaak die als woonruimte wordt gebruikt, kunnen pas plaatsvinden wanneer de schuldenaar zijn betalingsverplichtingen niet nakomt (artikelen 52/A en 52/B van de wet inzake gedwongen tenuitvoerlegging).

    Verjaringstermijn voor het recht op tenuitvoerlegging:

    De termijn voor het recht op tenuitvoerlegging verstrijkt tegelijkertijd met de te innen vordering. De verjaringstermijn voor het recht op tenuitvoerlegging wordt doorgaans op verzoek opgeheven. Deze wordt ambtshalve opgeheven als de verjaring van de vordering waarop zij is gebaseerd, ambtshalve moet worden opgeheven. Als de verjaringstermijn voor het recht op tenuitvoerlegging overeenkomstig het voorgaande in aanmerking moet worden genomen, is het niet mogelijk om een bevel tot tenuitvoerlegging te geven of een reeds bevolen tenuitvoerlegging voort te zetten wanneer het verzoek hiertoe na het verstrijken van de verjaringstermijn voor de betreffende vordering wordt ingediend. De verjaringstermijn voor het recht op tenuitvoerlegging wordt met elke tenuitvoerleggingshandeling gestuit.

    Beperkingen:

    Tijdens de tenuitvoerlegging wordt het loonbeslag berekend over het bedrag dat overblijft na aftrek van belastingen (fiscaal voorschot), premies voor de ziektekostenverzekering en het pensioen, bijdragen aan particuliere pensioenfondsen en andere bijdragen die op grond van specifieke rechtsregels moeten worden ingehouden op het loon. Het maximaal aftrekbare aandeel bedraagt in het algemeen 33 % en in uitzonderingsgevallen 50 %.

    Bij de aftrek is het deel van de maandelijkse inkomsten dat overeenkomt met de minimale pensioenuitkering vrijgesteld van tenuitvoerlegging. Deze vrijstelling is echter niet van toepassing als de tenuitvoerlegging betrekking heeft op de inning van alimentatie voor kinderen of van kosten voor een bevalling.

    Het maximaal aftrekbare percentage van inkomsten uit arbeid in loondienst, bedraagt 33 %.

    Het maximaal aftrekbare percentage van inkomsten uit arbeid in loondienst, bedraagt 50 % voor de inning van de volgende vorderingen:

    a) alimentatie,

    b) een salarisvordering jegens de schuldenaar,

    c) ten onrechte ontvangen salaris en sociale uitkeringen (artikel 65, lid 2, van de wet inzake gedwongen tenuitvoerlegging).

    Het maximaal aftrekbare percentage van de bedragen die door de sociale zekerheid aan de schuldenaar worden uitgekeerd uit hoofde van pensioenuitkeringen, uitkeringen voor vervroegd pensioen, diensttoeslagen, lijfrente voor balletdansers en tijdelijke lijfrente voor mijnwerkers (hierna gezamenlijk "pensioenuitkeringen" genoemd) bedraagt 33 % (artikel 67, lid 1, van de wet inzake gedwongen tenuitvoerlegging).

    Het maximaal aftrekbare percentage van pensioenuitkeringen bedraagt 50 % voor de inning van de volgende vorderingen:

    a) alimentatie voor kinderen

    c) ten onrechte ontvangen pensioenuitkeringen (artikel 67, lid 2, van de wet inzake gedwongen tenuitvoerlegging)

    Het maximaal aftrekbare percentage van uitkeringen aan werkzoekenden (werkloosheidsuitkering, uitkering voor vervroegd pensioen voor werklozen, aanvullende uitkering en vervangende vergoeding) bedraagt 33 % voor de inning van de volgende vorderingen:

    a) alimentatie;

    b) ten onrechte ontvangen werkloosheidsuitkeringen;

    c) ten onrechte ontvangen geldelijke uitkeringen voor de beroepsbevolking;

    De volgende uitkeringen en toelagen zijn niet vatbaar voor beslag:

    - de uitkering voor nationale bijstand en invaliditeitsuitkeringen door oorlog, lijfrente op grond van de wet inzake schadeloosstelling van personen die om politieke redenen van hun leven en hun vrijheid zijn benomen;

    - gemeentelijke financiële bijstand, buitengewone gemeentelijke financiële bijstand, geldelijke uitkeringen die zijn vastgesteld in het kader van rechten op uitkeringen voor de beroepsbevolking, lijfrente voor ouderen, vervangende vergoeding voor werklozen, zorgtoeslag;

    - de zwangerschapstoelage;

    - de invaliditeitsuitkering en persoonlijke uitkering voor blinden en slechtzienden;

    - de salarisaanvulling bij invaliditeit, de tijdelijke salarisaanvulling, de aanvullende inkomenstoeslag, de tijdelijke aanvullende inkomenstoeslag, de invaliditeitstoeslag voor mijnwerkers;

    - de rechtmatige alimentatietoeslagen, waaronder alimentatietoeslagen voor kinderen, geldelijke uitkeringen ter bescherming van kinderen, die worden uitgekeerd op grond van de wet inzake de bescherming van kinderen en voogdijzaken;

    - de onderwijstoelage, de speciale toelage en de gezinstoelage voor een pleegouder die kinderen opvangt die tijdelijk bij hem zijn geplaatst of tijdelijk of langdurig aan hem zijn toevertrouwd, of voor jongeren waarvoor hij zorg draagt;

    - de studiebeurs, met uitzondering van de studiebeurs die te vergelijken is met het salaris van studenten met een beurs die een wetenschappelijke opleiding volgen;

    - toelagen voor missies, diplomatieke diensten en reizen van en naar het werk;

    - alle bedragen waarmee specifieke uitgaven worden gedekt;

    - de invaliditeitsuitkering (artikel 74 van de wet inzake gedwongen tenuitvoerlegging).

    Voor wat betreft de bedragen die zijn verschuldigd aan natuurlijke personen en die worden beheerd door een aanbieder van betalingsdiensten, is het hoogste deel dat meer dan vier keer het minimumbedrag van de pensioenuitkering bedraagt, onbeperkt vatbaar voor beslag en onder deze grens is het deel tussen het laagste bedrag van het ouderdomspensioen en het viervoudige van dit bedrag hoogstens voor 50 % vatbaar voor beslag (artikel 79/A, lid 2, van de wet inzake gedwongen tenuitvoerlegging).

    Goederen die wettelijk zijn vrijgesteld van tenuitvoerlegging, zijn niet vatbaar voor beslag, ook al stemt de schuldenaar hiermee in.

    De volgende roerende zaken zijn vrijgesteld van tenuitvoerlegging:

    - goederen die onmisbaar zijn voor de uitoefening van het beroep van de schuldenaar, zoals gereedschap, instrumenten, technische en militaire apparatuur of elke andere uitrusting, uniformen, zelfverdedigingswapens, vervoermiddelen, met uitzondering van motorvoertuigen;

    - goederen die noodzakelijk zijn voor systematische studie, zoals schoolboeken, onderwijsmateriaal en muziekinstrumenten;

    - noodzakelijke kleding, 3 stukken bovenkleding, 1 winterjas, 1 jas, 3 paar schoenen;

    - noodzakelijk beddengoed: 1 set bestaande uit 2 bij elkaar passende hoezen per persoon;

    - noodzakelijk meubilair, gelet op de samenstelling van het huishouden van de schuldenaar, maximaal 3 tafels en 3 kasten of soortgelijke meubelstukken, alsmede, per persoon, 1 bed of ander meubel waarin kan worden geslapen en 1 stoel of een ander stuk zitmeubilair;

    - noodzakelijk materiaal voor verwarming en verlichting;

    - keukengerei en huishoudelijke apparatuur die noodzakelijk is voor het huishouden van de schuldenaar, 1 koelkast of vriezer en 1 wasmachine;

    - onderscheidingen van de schuldenaar, inclusief documenten waarmee deze worden gestaafd (orde van verdienste, medailles, insignes, eervolle onderscheidingen);

    - geneesmiddelen en therapeutische en technische materialen die noodzakelijk zijn wegens een ziekte of fysieke handicap van de schuldenaar, het motorvoertuig van de schuldenaar met een beperkte mobiliteit;

    - voorwerpen die worden gebruikt door minderjarige kinderen in het huishouden van de schuldenaar en specifiek zijn bestemd voor kinderen;

    - voor 1 maand noodzakelijke levensmiddelen en voor 3 maanden noodzakelijke brandstof voor de schuldenaar en de personen die tot zijn huishouden behoren;

    - ongeoogste gewassen of niet-geplukte vruchten;

    - voorwerpen die tijdens de liquidatieprocedure niet kunnen worden beschouwd als goederen die de schuldenaar toebehoren;

    - culturele goederen die zijn opgenomen in het certificaat zoals ingesteld krachtens de wet inzake specifieke bescherming van geleende culturele goederen, gedurende de periode van specifieke bescherming (artikel 90, lid 1, van de wet inzake gedwongen tenuitvoerlegging).

    Bij beslaglegging op een voertuig dat onmisbaar is voor de uitoefening van het beroep van de schuldenaar die een natuurlijke persoon is, behalve bij inbewaringgeving, wordt alleen het kentekenbewijs in beslag genomen, en dit moet tezamen met een kopie van het proces-verbaal van beslag, worden doorgestuurd naar de verantwoordelijke instantie voor het wegverkeer, of, als deze niet kan worden vastgesteld, de instantie waar het voertuig is geregistreerd. De schuldenaar mag het voertuig blijven gebruiken totdat het is verkocht, behalve in geval van inbewaringgeving.

    Als de taxatiewaarde van het motorvoertuig lager is dan het bedrag dat is vastgelegd in het decreet van de minister van Justitie, zoals bekendgemaakt in overeenstemming met de minister voor fiscaal beleid, wordt het betreffende voertuig vrijgesteld van tenuitvoerlegging.

    A) Intrekking van het executoriaal uittreksel en schrapping van de executoriale clausule:

    Als het executoriaal uittreksel door de rechtbank is afgegeven in strijd met de wet, moet het worden ingetrokken.

    Als de rechter in strijd met de wet een executoriale clausule heeft ingevoegd, moet deze worden geschrapt.

    De rechter trekt het executoriaal uittreksel ook in of schrapt de executoriale clausule wanneer hij op verzoek van de schuldenaar vaststelt dat aan de voorwaarden wordt voldaan voor:

    a) weigering van de tenuitvoerlegging op grond van artikel 21 van Verordening (EG) nr. 805/2004;

    b) weigering van de tenuitvoerlegging op grond van artikel 22, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1896/2006 of artikel 22, lid 1, van Verordening (EG) nr. 861/2007; of

    b) weigering van de tenuitvoerlegging op grond van artikel 21, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EG) nr. 4/2009 van de Raad of artikel 46 van Verordening (EG) nr. 1215/2012.

    Beroep tegen het tenuitvoerleggingsbevel:

    Als de rechter middels een tenuitvoerleggingsbevel opdracht heeft gegeven tot tenuitvoerlegging, of de rechter in het geval van afgifte van een executoriale titel die niet overeenstemt met het verzoek, een bevel heeft afgegeven over dit gebrek aan overeenstemming, kunnen de partijen beroep aantekenen tegen dit bevel. Het beroep tegen het bevel heeft geen schorsende werking op de tenuitvoerlegging, maar er kan geen enkele maatregel worden getroffen voor de verkoop van de in beslag genomen goederen en het bedrag dat bij de tenuitvoerlegging is geïnd, kan niet aan de rechthebbende worden betaald, tenzij in de wet anders is bepaald.

    Bezwaar tegen tenuitvoerlegging:

    De betrokken partij of iedere andere belanghebbende kan bij de bevoegde rechtbank bezwaar maken tegen de maatregelen die de gerechtsdeurwaarder in strijd met wezenlijke voorschriften voor de tenuitvoerleggingsprocedure heeft genomen, met zijn recht op het indienen van bezwaar of met zijn gerechtvaardigde belangen, of tegen de nalatigheid van de gerechtsdeurwaarder. Een wezenlijke schending van de regels voor tenuitvoerleggingsprocedures vormt een overtreding met substantiële gevolgen voor de uitkomst van de tenuitvoerleggingsprocedure (artikel 217, lid 1, van de wet inzake gedwongen tenuitvoerlegging).

    Als de maatregel waartegen bezwaar is gemaakt, voldoet aan de wetgeving of geen wezenlijke schending van de wetgeving oplevert, bevestigt de rechter de aangevochten maatregel en wijst het bezwaar af. Als de maatregel waartegen bezwaar is gemaakt, een wezenlijke schending van de wetgeving oplevert, verklaart de rechter de betwiste maatregel geheel of gedeeltelijk nietig, of wijzigt deze geheel of gedeeltelijk, als dit wettelijk is toegestaan en de voor zijn beslissing noodzakelijke feiten kunnen worden vastgesteld. In geval van nalatigheid van de gerechtsdeurwaarder wordt hem bevolen de nagelaten maatregel te treffen (artikel 217/A, lid 5, van de wet inzake gedwongen tenuitvoerlegging).

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 16/12/2020

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Malta

    1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

    Onder tenuitvoerlegging wordt verstaan de executie van een rechterlijke beslissing.

    2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

    Dat is afhankelijk van de aard van het ingediende verzoek. Het vestigen van een hypotheek gebeurt bijvoorbeeld door de directeur van het openbare register na ontvangst van een authentiek afschrift van de beslissing, vergezeld van een verklaring van de griffier waarin staat dat er geen beroep is ingesteld tegen deze beslissing en dat de beroepstermijn is verstreken of dat er geen beroep kan worden ingesteld tegen de beslissing.

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    Overeenkomstig het gemeen recht, te weten het Wetboek inzake rechterlijke organisatie en burgerlijke rechtsvordering (hoofdstuk 12 van de Maltese wetgeving), zijn de volgende titels uitvoerbaar:

    • gerechtelijke brieven voor het innen van een zekere, liquide en invorderbare vordering en niet voor het verrichten van een handeling, als het bedrag niet hoger is dan 25000 EUR, conform artikel 166A van het Wetboek inzake rechterlijke organisatie en burgerlijke rechtsvordering;
    • beslissingen en beschikkingen van de gerechten van Malta;
    • overeenkomsten die zijn voorgelegd aan een notaris op Malta of een andere ambtenaar die gemachtigd is om deze te ontvangen, als de overeenkomst betrekking heeft op een zekere, liquide en invorderbare vordering en niet op het verrichten van een handeling;
    • een staat waarin de gerechtskosten zijn vastgesteld en die is afgegeven aan een advocaat, een wettelijk vertegenwoordiger, een notaris, een gerechtelijk deskundige, een andere deskundige of een getuige, tenzij er wettig bezwaar is gemaakt tegen een dergelijke staat;
    • arbitrale uitspraken die zijn erkend door het Centrum van arbitrage van Malta;
    • wissels en orderbriefjes;
    • mediationovereenkomsten die uitvoerbaar zijn verklaard door de partijen bij de mediation;
    • beslissingen van het Gerecht voor consumentenklachten.

    Er bestaan daarnaast nog andere executoriale titels die zijn vastgesteld in bijzondere wetgeving, bijvoorbeeld het belastingrecht.

    3.1 De procedure

    De stukken waarmee executoriale titels naargelang het geval kunnen worden uitgevoerd, zijn hieronder vermeld:

    • bevelen tot beslag op roerende zaken;
    • bevelen tot beslag op onroerende zaken;
    • bevelen tot beslag op een actieve onderneming;
    • gerechtelijke verkopen door de veiling van roerende of onroerende zaken of rechten die horen bij onroerende zaken;
    • uitvoerbaar derdenbeslag;
    • bevelen tot uitzetting uit een onroerende zaak;
    • bevelen in factum;
    • bevelen tot beslag op vaartuigen;
    • bevelen tot beslag op vliegtuigen;
    • bevelen in procinctu.

    Als een executoriale titel in werking treedt krachtens artikel 166A dient de verzoeker die een gerechtelijke brief die toelaatbaar is als executoriale titel wil laten registreren, zich bij de griffier te melden met een gewaarmerkt conform afschrift van de gerechtelijke brief, het bewijs van de betekening en in voorkomend geval een afschrift van het antwoord daarop.

    Voor andere executoriale titels varieert de procedure naargelang van hun aard. De desbetreffende informatie is terug te vinden in het De link wordt in een nieuw venster geopend.Wetboek inzake rechterlijke organisatie en burgerlijke rechtsvordering, artikel 252 en volgende.

    3.2 De grondvoorwaarden

    De voorwaarden zijn afhankelijk van hun aard. De desbetreffende informatie is terug te vinden in het De link wordt in een nieuw venster geopend.Wetboek inzake rechterlijke organisatie en burgerlijke rechtsvordering, artikel 252 en volgende.

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    Roerende zaken kunnen het voorwerp zijn van tenuitvoerlegging, waaronder:

    • aandelen in een handelsonderneming;
    • vergunningen die zijn afgegeven door een bevoegde autoriteit, zoals kan zijn vastgesteld in de regelgeving die is uitgevaardigd door de minister van Justitie;
    • verzekeringspolissen;
    • kredietgaranties en intellectuele- of industriële-eigendomsrechten.

    De onderstaande zaken zijn echter niet vatbaar voor beslag:

    • dagelijkse kleding, beddengoed, meubilair en huisraad die redelijkerwijs noodzakelijk worden geacht voor een fatsoenlijk bestaan van de schuldenaar en zijn gezin;
    • persoonlijke documenten en boeken voor het beroep van de schuldenaar, zijn partner of kinderen;
    • registers en processen-verbaal van notarissen;
    • gereedschappen en instrumenten die de schuldenaar, zijn partner of kinderen nodig hebben voor het leren of uitoefenen van een wetenschappelijke of artistieke activiteit;
    • dieren en werktuigen die nodig zijn voor de landbouw, evenals al het al dan niet geplukte fruit;
    • vliegtuigen die uitsluitend bestemd zijn voor een overheidsdienst, met inbegrip van de postbezorging, maar met uitzondering van commerciële diensten;
    • vaartuigen die speciaal bevracht worden door de Maltese autoriteiten;
    • gewijde kleding en receptakels die worden gebruikt door een gewijde kerk of in bezit zijn van een geestelijke, een religieuze orde of een lid van deze orde;
    • zaken van een lid van de Maltese politie of krijgsmacht, ongeacht of het gaat om wapens, munitie, materiaal, uitrusting of kleding dat/die deze persoon gebruikt bij de uitoefening van zijn taken.

    Roerende zaken, handelsondernemingen, gebouwen, vaartuigen en vliegtuigen zijn vatbaar voor beslag.

    Bevelen tot derdenbeslag kunnen geen betrekking hebben op:

    • salarissen (met inbegrip van bonussen, uitkeringen, vergoedingen voor overuren en andere beloningen);
    • voordelen, pensioenen, uitkeringen en financiële ondersteuning zoals bedoeld in de wet inzake sociale zekerheid, en uitkeringen van personen die een staatspensioen ontvangen;
    • subsidies en giften die zijn toegekend door de staat;
    • zaken die uitdrukkelijk zijn vermaakt bij wijze van levensonderhoud, ingeval de schuldenaar verstoken is van andere bestaansmiddelen en als de vordering zelf geen betrekking heeft op onderhoud;
    • bedragen die verband houden met een onderhoudsverplichting, ongeacht of deze officio iudicis zijn toegekend of zijn vastgesteld in een openbare akte, mits de vordering zelf geen verband houdt met een onderhoudsverplichting;
    • leningen die aan een schuldenaar zijn toegekend voor het bouwen en onderhouden van verblijfsruimten die gelijkgesteld zijn aan het hoofdverblijf van de schuldenaar;
    • kredietfaciliteiten, met uitzondering van creditcards die worden gebruikt voor transacties voor de uitoefening van de commerciële activiteiten van de schuldenaar;
    • bankgaranties en kredietbrieven.

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    Deze gevolgen komen tot uiting in de tenuitvoerlegging van executoriale titels waarmee de schuldeiser zijn vordering kan innen.

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    Dit verschilt per geval, maar doorgaans blijven tenuitvoerleggingsbevelen geldig zolang de titel op basis waarvan deze zijn afgegeven uitvoerbaar is. Een bevel tot derdenbeslag kan niet worden verlengd en blijft van kracht totdat het bevel wordt herroepen door een beslissing.

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    De beslagene of iedere andere betrokkene kan een verzoek tot herroeping van het gehele bevel of een deel ervan indienen bij het gerecht dat dit heeft afgegeven. Het verzoek wordt aan de wederpartij betekend, die binnen tien dagen een antwoord indient met daarin alle uitzonderingen die zij aan de orde wil stellen. De rechter doet na het horen van de partijen uitspraak over het verzoek. Vanaf de voorlezing van de beslissing in een openbare zitting beschikt de verzoeker over zes dagen om beroep in te stellen.

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

    Beslissingen die zijn gewezen door hogere gerechten kunnen opnieuw uitvoerbaar worden na tien jaar vanaf de dag waarop de beslissing en de beschikking hadden kunnen worden ten uitvoer gelegd. Beslissingen van lagere gerechten en de alleensprekende politierechter kunnen na vijf jaar opnieuw uitvoerbaar worden. Een executoriale titel op grond van een overeenkomst betreffende een zekere, liquide en invorderbare vordering krachtens artikel 166A van hoofdstuk 12 van de Maltese wetgeving, wissels en orderbriefjes kunnen daarentegen na drie jaar opnieuw uitvoerbaar worden. Deze titels kunnen opnieuw uitvoerbaar worden door de zaak aanhangig te maken bij de bevoegde rechter. De verzoeker dient eveneens onder ede te bevestigen wat de aard is van de vordering of van de claim die hij ten uitvoer wil leggen en moet bevestigen dat de vordering nog altijd geheel of gedeeltelijk verschuldigd is. Bovendien geldt er in dergelijke omstandigheden een verjaringstermijn van dertig jaar, hoewel deze termijn kan worden onderbroken door indiening van het bovenbedoelde verzoek.

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 16/12/2020

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Nederland

    1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

    Executierecht: algemeen

    De uitspraak van de rechter is het slot van de procedure. Die uitspraak kan inhouden dat een partij (schuldenaar) wordt veroordeeld tot een prestatie aan de andere partij (schuldeiser). Indien de schuldenaar niet vrijwillig die prestatie levert, dan kan de schuldeiser de nakoming van deze prestatie afdwingen met behulp van het executierecht. Het executierecht regelt de tenuitvoerlegging (executie) van een veroordelende rechterlijke uitspraak. Het executierecht bevat daartoe de wettelijke regeling van de dwangmiddelen en de wijze waarop die dwangmiddelen kunnen worden toegepast. Gerechtsdeurwaarders (kortweg: deurwaarders), zijn bevoegd de tenuitvoerlegging (executie) te doen. Zij krijgen de opdracht tot tenuitvoerlegging over te gaan van de schuldeiser die zijn recht verwezenlijkt wil zien.

    Er zijn twee voorwaarden om van de dwangmiddelen van het executierecht gebruik te maken: men moet beschikken over een executoriale titel (bijvoorbeeld een ten uitvoer te leggen vonnis) en deze titel dient voorafgaand aan de tenuitvoerlegging (executie) betekend te zijn aan degene tegen wie de tenuitvoerlegging zich zal richten.

    De belangrijkste personen die bij de executie betrokken zijn, zijn de executant (degene die om de tenuitvoerlegging verzoekt, de schuldeiser), de geëxecuteerde (de schuldenaar tegen wie de executie zich richt) en de deurwaarder (de openbaar ambtenaar die met de feitelijke tenuitvoerlegging is belast op verzoek van de executant).

    Dwangmiddelen

    Het belangrijkste dwangmiddel is het executoriaal beslag. Dit middel wordt uitgebreid behandeld onder 2.1.

    Andere dwangmiddelen zijn:

    1. de dwangsom en;
    2. lijfsdwang (gijzeling).

    Dwangsom is een bij rechterlijke uitspraak vast te stellen geldsom, die de veroordeelde zal moeten betalen als hij aan de hoofdverplichting (te verrichten prestatie) niet voldoet. Vooral in het kort geding wordt de dwangsom gebruikt als pressiemiddel. Een dwangsom kan alleen verbonden worden aan een hoofdverplichting die iets anders is dan het betalen van een geldsom.

    Lijfsdwang of gijzeling is een pressiemiddel om de gedaagde te dwingen aan een bepaalde verplichting te voldoen. Lijfsdwang wordt niet vaak door de rechter opgelegd en in nog minder gevallen daadwerkelijk uitgevoerd. Lijfsdwang is alleen mogelijk wanneer de rechter daartoe veroordeelt. De rechter kan op verlangen van de schuldeiser lijfsdwang toestaan bij de tenuitvoerlegging van vonnissen en beschikkingen, voor zover zij een veroordeling tot iets anders dan het betalen van geld inhouden. Ook kan onder meer in geval van vonnissen, beschikkingen en authentieke akten – waarbij een uitkering tot levensonderhoud krachtens Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek is verschuldigd, zoals kinderalimentatie – lijfsdwang worden gebruikt (zie artikel 585 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering).

    2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    3.1 De procedure

    Hieronder wordt de procedure beschreven.

    Executoriale titel

    Uitspraken van de Nederlandse rechter (vonnis, beschikking, arrest), authentieke akten (notariële akten) en sommige andere stukken zijn executoriale titels. Andere stukken, die door de wet als executoriale titel worden aangewezen, zijn:

    • dwangbevel van het Openbaar Ministerie;
    • dwangbevel uitgewezen door de belastingdienst;
    • arbitraal vonnis voorzien van verlof tot tenuitvoerlegging;
    • het proces-verbaal van een minnelijke schikking.

    Aan de eiser en aan de gedaagde die in het geding zijn verschenen, verstrekt de griffier een afschrift van het vonnis. Gaat het om een eindvonnis met een veroordeling, dan ontvangt de partij die tot tenuitvoerlegging van dat vonnis kan overgaan het afschrift in executoriale vorm. Van een rechterlijke uitspraak wordt aan de partijen kosteloos een ‘grosse’ afgegeven. Dit is een authentiek afschrift van de uitspraak. Het is een rechterlijke uitspraak die in executoriale vorm is uitgegeven. Alleen met de grosse kan tot tenuitvoerlegging worden overgegaan. Ook van een notariële akte kan een grosse worden afgegeven. Door overhandiging van een grosse wordt de deurwaarder gemachtigd tot de tenuitvoerlegging.

    Voorafgaand aan de tenuitvoerlegging zal de deurwaarder de titel (grosse) betekenen aan de persoon tegen wie de tenuitvoerlegging zich richt. De betekening heeft tot doel het vonnis aan de wederpartij ter kennis te brengen en hem te laten weten dat de schuldeiser nakoming van de uitspraak verlangt.

    Voor betekening van executoriale titels uit andere EU-lidstaten zie de Europese Betekeningsverordening; De link wordt in een nieuw venster geopend.Verordening (EG) nr. 1348/2000 van de Raad van 29 mei 2000 inzake de betekening en de kennisgeving in de lidstaten van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke of in handelszaken.

    Gerechtsdeurwaarders

    Taak bij de tenuitvoerlegging

    De deurwaarder is het centrale figuur bij de tenuitvoerlegging. Alle handelingen die hij verricht doet hij in opdracht van degene die om tenuitvoerlegging verzoekt. Deze opdracht wordt gegeven door overhandiging van de grosse (een authentiek afschrift van de uitspraak). De deurwaarder heeft in het algemeen geen aparte machtiging nodig.

    De deurwaarder kan in het kader van de tenuitvoerlegging onder meer de volgende handelingen doen:

    1. betekening van de executoriale titel aan degene tegen wie de tenuitvoerlegging zich richt;
    2. sommatie om tot nakoming van de prestatie over te gaan, bijvoorbeeld sommatie tot betaling van een geldsom;
    3. het in ontvangst nemen van de betaling indien de schuldenaar alsnog betaalt;
    4. het leggen van beslag en;
    5. de deurwaarder kan zich zo nodig laten bijstaan door de politie (bijvoorbeeld bij beslaglegging).

    Kosten verbonden aan de inschakeling van een gerechtsdeurwaarder

    Voor ambtshandelingen van gerechtsdeurwaarders bestaan vaste tarieven die aan de schuldenaar in rekening gebracht mogen worden. Voor de schuldeiser gelden geen vaste tarieven, hierover valt dus te onderhandelen met de gerechtsdeurwaarder. De tarieven die de deurwaarder aan de schuldenaar rekent, zijn te vinden in het Besluit van 4 juli 2001, houdende nadere regels inzake de ambtshandelingen van gerechtsdeurwaarders en tarieven (De link wordt in een nieuw venster geopend.Besluit tarieven ambtshandelingen gerechtsdeurwaarders). Zie voor nadere informatie over de De link wordt in een nieuw venster geopend.Tarieven ambtshandelingen m.i.v. 2019 de website van de De link wordt in een nieuw venster geopend.Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders.

    3.2 De grondvoorwaarden

    De twee algemene voorwaarden voor tenuitvoerlegging zijn:

    • het beschikken over een executoriale titel en
    • de aan de tenuitvoerlegging voorafgaande betekening van die titel aan degene tegen wie de tenuitvoerlegging zich richt.

    Bij de tenuitvoerlegging is zoals hierboven al aangegeven het executoriaal beslag het belangrijkste dwangmiddel.

    Er zijn ook maatregelen die getroffen kunnen worden in afwachting van het verkrijgen van een executoriale titel. Maatregelen die gevraagd kunnen worden vóór de uitspraak is gegeven, gedurende of zelfs voorafgaande aan het proces. Dit noemt men conservatoire maatregelen: maatregelen ter bewaring van recht. Conservatoire maatregelen zijn bijvoorbeeld het conservatoir beslag, verzegeling en boedelbeschrijving. In dit informatieblad gaat het om het executoriale beslag.

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    Zowel het doel als de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen lopen uiteen. Er kan onderscheid gemaakt worden in maatregelen die strekken tot het geven van geld, het geven van een goed, een doen en een nalaten. Het meest gebruikelijk is een beslag tot inning van een geldvordering (verhaalsbeslag).

    Bestaat de verplichting van de schuldenaar niet uit een doen, dan kan de verplichting bestaan uit een feitelijke handeling of uit het verrichten van een rechtshandeling. Is de feitelijke handeling niet geboden aan een persoon, dan kan de crediteur de rechter verzoeken om machtiging om zelf datgene te bewerken waartoe nakoming zou hebben geleid. Bestond de verplichting van de schuldenaar uit het verrichten van een rechtshandeling, zoals de aanvaarding van een aanbod, dan kan de handeling worden vervangen door een rechterlijk vonnis. Ook kan de rechter de schuldenaar ertoe veroordelen om een bepaalde gedraging na te laten.

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    Executoriaal beslag kan worden gelegd op:

    1. roerende zaken die geen registergoederen zijn. Registergoederen zijn: onroerende zaken, schepen en vliegtuigen;
    2. rechten aan toonder of order, op aandelen op naam en andere effecten op naam;
    3. onder derden (executoriaal derdenbeslag);
    4. onroerende zaken;
    5. schepen en;
    6. luchtvaartuigen.

    De executant is in het algemeen vrij in de keuze van de goederen waarop hij beslag wil leggen.

    Beslag mag in beginsel worden gelegd op alle goederen van de schuldenaar. Er zijn goederen waarop geen beslag mag worden gelegd. Zo mag geen beslag worden gelegd op zaken die nodig zijn voor de eerste levensbehoeften, zoals kleding, voedsel, gereedschappen van werklieden, vakliteratuur, zaken ten behoeve van het onderwijs, kunst en wetenschap. Bij periodieke betalingen van loon, alimentatie of uitkeringen is een gedeelte niet vatbaar voor beslag. In deze gevallen geldt een beslagvrije voet, zodat de schuldenaar voldoende inkomen overhoudt om in ieder geval in zijn eerste levensbehoefte te voorzien.

    Beslag mag ook niet worden gelegd op goederen bestemd voor de openbare dienst. De executant mag tegelijkertijd op verschillende goederen beslag leggen.

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    Rechtsgevolgen van beslag op roerende zaken die geen registergoederen zijn

    Het beslag heeft tot gevolg dat handelingen van de schuldenaar, verricht na de beslaglegging, geen nadeel kunnen toebrengen aan de rechten van de beslaglegger. Zou de schuldenaar bijvoorbeeld de zaak verkopen, dan kan de koper in beginsel niet tegenover de schuldeiser stellen dat hij eigenaar is geworden. Een ander gevolg is dat de baten die de zaak oplevert, ook onder het beslag vallen.

    Rechtsgevolgen van beslag op aandelen, effecten en andere vermogensbestanddelen

    Er zijn geen bijzondere rechtsgevolgen. Het stemrecht blijft gedurende het beslag bij de geëxecuteerde.

    Rechtsgevolgen van beslag onder derden

    In geval van beslag onder derden legt de schuldeiser (beslaglegger) beslag onder een derde (dus niet bij de schuldenaar), omdat deze derde zijnerzijds iets is verschuldigd jegens de schuldenaar of een zaak van die schuldenaar onder zich houdt.

    De beslaglegger wordt beschermd tegen rechtshandelingen van zijn wederpartij. Rechtshandelingen, verricht na de beslaglegging kunnen niet tegen de beslaglegger worden ingeroepen. Twee vormen van beslag onder derden die vaak voorkomen zijn beslag op een bankrekening en op het loon of uitkering van een werknemer.

    Rechtsgevolgen van beslaglegging op onroerende zaken

    Het beslag op onroerende zaken wordt vermeld in de openbare registers bij het De link wordt in een nieuw venster geopend.Kadaster. Schepen en luchtvaartuigen worden na inschrijving van deze goederen in de registers beschouwd als onroerende zaken. Het beslag werkt vanaf het ogenblik van de inschrijving van het beslag. Opbrengsten uit de onroerende zaak die na de beslaglegging worden verkregen, vallen onder het beslag. De beslaglegger wordt beschermd tegen rechtshandelingen die de schuldenaar verricht na de beslaglegging. Een vervreemding (verkoop) van de onroerende zaak kan niet tegen de beslaglegger worden ingeroepen.

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    Als hoofdregel geldt dat de bevoegdheid tot tenuitvoerlegging van een rechterlijke uitspraak verjaart door verloop van twintig jaren na de dag volgende op die van de uitspraak. Als voor de tenuitvoerlegging van een rechterlijke uitspraak vereisten zijn gesteld, waarvan de vervulling niet afhankelijk is van de wil van degene die de uitspraak heeft verkregen, dan verjaart de bevoegdheid tot tenuitvoerlegging door verloop van twintig jaren na de aanvang van de dag, volgende op die waarop deze vereisten zijn vervuld.

    De verjaringstermijn bedraagt echter vijf jaren voor wat betreft hetgeen ingevolge de uitspraak binnen het jaar of kortere termijn moet worden betaald. Gaat het om renten, boeten, dwangsommen en andere bijkomende veroordelingen, dan treedt de verjaring, behoudens stuiting (onderbreking van de verjaringstermijn) of verlenging, niet later in dan de verjaring van de bevoegdheid tot tenuitvoerlegging van de hoofdveroordeling.

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    Executiegeschillen

    Artikel 438 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering bevat een algemene regeling voor geschillen in verband met een tenuitvoerlegging. Deze geschillen worden executiegeschillen genoemd. De schuldenaar kan in zo’n geschil proberen de tenuitvoerlegging tegen te houden. Het gaat bijvoorbeeld om geschillen over de betekenis en omvang van de executoriale titel, de invloed van feiten die zich na de uitspraak (de executoriale titel) hebben voorgedaan, de geldigheid van een beslag of de vraag wie de eigenaar is van de goederen waarop beslag is gelegd. In een executiegeschil is alleen de executie het onderwerp van geschil. De hoofdzaak waarin reeds een uitspraak over is, wordt niet opnieuw inhoudelijk beoordeeld.

    In een executiegeschil kan de schuldenaar bijvoorbeeld aangeven dat er sprake is van misbruik van het recht door de executant of dat het beslag buitensporig is, gezien de uitspraak. De schuldenaar (de geëxecuteerde) mag geen inhoudelijke bezwaren tegen de uitspraak meer aanvoeren. Daarvoor dient het verzet, het hoger beroep of de cassatie.

    Relatieve bevoegdheid

    Bij de relatieve bevoegdheid gaat het om de vraag: bij welke rechtbank moet ik zijn? De relatief bevoegde rechter is de rechtbank die volgens de algemene regels van bevoegdheidsrecht bevoegd is. Dit is óf de rechtbank in het rechtsgebied waar het beslag is of wordt gelegd, óf de rechtbank in het rechtsgebied waar de betrokken zaken zich bevinden, óf de rechtbank waar de tenuitvoerlegging zal plaatsvinden. Voor iedere tenuitvoerlegging die in Nederland plaatsvindt, is een bevoegde Nederlandse rechter te vinden.

    Absolute bevoegdheid

    Bij de absolute bevoegdheid gaat het om de vraag: bij welke rechter moet ik zijn? De rechtbank is de bevoegde rechter voor alle executiegeschillen, ongeacht welke rechter de te executeren uitspraak heeft gedaan. De rechtbank is bevoegd ook al heeft het gerechtshof of de Hoge Raad der Nederlanden de uitspraak gedaan.

    Executiegeschillen worden meestal in een kort geding behandeld. De rechter kan de executie voor een bepaalde tijd schorsen of het beslag opheffen.

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 16/11/2022

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Let op: de oorspronkelijke versie van deze pagina (Duits) is onlangs gewijzigd. Aan de vertaling in het Nederlands wordt momenteel gewerkt.
    De volgende vertalingen zijn al beschikbaar: Engels

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Oostenrijk

    1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

    Tenuitvoerlegging (executie of gedwongen tenuitvoerlegging) is een dwangmiddel dat de staat toepast om nakoming van opeisbare vorderingen of rechten af te dwingen.

    De tenuitvoerleggingswet (Exekutionsordnung) voorziet in meerdere soorten tenuitvoerleggingsmaatregelen:

    • tenuitvoerlegging betreffende een geldvordering
    • tenuitvoerlegging betreffende een verplichting iets te doen of te laten

    Tenuitvoerlegging betreffende een geldvordering:

    De schuldeiser moet in het geval van tenuitvoerlegging betreffende een geldvordering in zijn verzoek om tenuitvoerlegging kiezen op welke goederen beslag moet worden gelegd (keuze van de tenuitvoerleggingsmaatregel). Hij kan onder meer kiezen voor beslag op roerende zaken, beslag op vorderingen, en met name loonbeslag, en openbare verkoop van onroerende zaken.

    Tenuitvoerlegging betreffende een verplichting iets te doen of te laten:

    Als de schuldeiser wil bewerkstellingen dat een bepaalde handeling wordt verricht of nagelaten, dan moet hij voor de uitoefening van zijn recht een in de tenuitvoerleggingswet vastgestelde executoriale titel aanvragen.

    In het geval van tenuitvoerlegging waarbij de nakoming van een verplichting iets te laten wordt beoogd, kan de voor tenuitvoerlegging bevoegde rechtbank bij het verlenen van toestemming voor de tenuitvoerlegging, op verzoek, een dwangsom opleggen. Bij een nieuwe schending kan de rechter, op verzoek, een aanvullende geldstraf of een gevangenisstraf van maximaal een jaar opleggen.

    De schuldeiser die de procedure heeft ingeleid met betrekking tot een prestatie die ook door een derde kan worden uitgevoerd, kan, op verzoek, toestemming krijgen van de rechter om de handeling te laten uitvoeren op kosten van de schuldenaar.

    In het geval van een vordering inzake een prestatie die niet door een derde kan worden uitgevoerd en waarvan de uitvoering tegelijkertijd volledig afhankelijk is van de wil van de schuldenaar, legt de rechter de schuldenaar een geldstraf of een gevangenisstraf van maximaal zes maanden op als hij zijn verplichting niet nakomt.

    2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

    De districtsrechtbank (Bezirksgericht) is in principe bevoegd het verzoek om tenuitvoerlegging toe te wijzen.

    Relatieve bevoegdheid

    Beslag op roerende zaken en beslag op vorderingen:

    De rechtbank waar de schuldenaar zijn woonplaats heeft, is bevoegd voor tenuitvoerleggingsmaatregelen betreffende vorderingen. In het geval van beslag op roerende zaken is de rechtbank van de plaats waar de goederen zich aan het begin van de procedure bevinden, bevoegd.

    Openbare verkoop van onroerende zaken:

    De rechtbank die verantwoordelijk is voor het bijhouden van het kadaster, is bevoegd voor tenuitvoerleggingsmaatregelen betreffende onroerende zaken (die zijn ingeschreven in het kadaster).

    Nadat toestemming is gegeven voor de tenuitvoerlegging, wordt de procedure ambtshalve vervolgd. De rechter (executieverkoop onroerende zaken) of de gerechtelijk ambtenaar (beslag op roerende zaken en beslag op vorderingen) leiden de tenuitvoerleggingsprocedure. De gerechtelijke ambtenaar heeft hiervoor een speciale opleiding gevolgd.

    De tenuitvoerleggingsmaatregelen worden uitgevoerd door de gerechtsdeurwaarders die in Oostenrijk in dienst zijn van justitie en derhalve niet zelfstandig optreden, ook niet als vertegenwoordiger of adviseur van de schuldeiser die de procedure heeft ingeleid. Zij hebben een ruime handelingsvrijheid totdat het slagen of mislukken van de tenuitvoerleggingsprocedure is vastgesteld.

    De schuldeiser wordt pas verzocht verzoekschriften in te dienen wanneer de rechter of de gerechtsdeurwaarder de procedure niet zonder deze verzoekschriften kan voortzetten of wanneer er kosten aan de procedure zijn verbonden. De schuldeiser kan echter al bij het verzoekschrift aanvullende informatie verstrekken. Zo kan hij bijvoorbeeld in geval van loonbeslag afzien van de verklaring van de werkgever betreffende het salaris en de hoogte daarvan; in het geval van beslag op roerende zaken, kan hij afzien van een gedwongen opening van een woning die mogelijk kosten voor een slotenmaker met zich meebrengt als de schuldenaar zich daar niet bevindt.

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    3.1 De procedure

    Tenuitvoerlegging betreffende een geldvordering:

    De tenuitvoerleggingsprocedure wordt onderverdeeld in een goedkeuringsprocedure en een uitvoeringsprocedure.

    De goedkeuring van de tenuitvoerlegging houdt in dat een schuldeiser een verzoek heeft ingediend waarbij hij kiest welke tenuitvoerleggingsmaatregelen hij wenst uit te voeren. Als de schuldeiser de vordering van een ondernemer wil innen, kiest hij meestal voor beslag op een roerende zaak en verstrekking van een overzicht van zijn vermogen. De gerechtsdeurwaarder heeft in het kader van deze procedure als doel betaling van de vordering te verkrijgen; indien hij daarin niet slaagt, legt hij beslag op de goederen die voorhanden zijn. Indien deze goederen niet toereikend zijn voor het voldoen van de vordering, sommeert hij de schuldenaar een overzicht te verstrekken van zijn vermogen, waarin de schuldenaar al zijn goederen moet vermelden.

    Als de schuldeiser de vordering van een consument wil innen, kiest hij meestal voor beslag op een roerende zaak, loonbeslag en verstrekking van een overzicht van zijn vermogen. De schuldeiser kan alleen voor loonbeslag kiezen wanneer hij weet waar de schuldenaar werkt of van wie hij zijn loon ontvangt. Beschikt hij niet over deze informatie, dan dient hij de geboortedatum van de schuldenaar te kennen; de rechter zal zich vervolgens tot de Federatie van Oostenrijkse sociale-verzekeringsinstellingen (Hauptverband der österreichischen Sozialversicherungsträger) wenden om het betaalorgaan te achterhalen. De eerste stap is het beslag op en de overdracht van het salaris van de schuldenaar. Als deze stap succesvol is geweest, wordt het beslag op roerende zaken uitsluitend op verzoek van de schuldeiser uitgevoerd. De gerechtsdeurwaarder heeft als doel betaling van de vordering te verkrijgen; als hij daar niet in slaagt, legt hij beslag op de goederen die voorhanden zijn. Indien deze goederen niet toereikend zijn voor het voldoen van de vordering, sommeert hij de schuldenaar een overzicht te verstrekken van zijn vermogen, waarin de schuldenaar al zijn goederen moet vermelden.

    Voor het indienen van een verzoek om tenuitvoerlegging moet de schuldeiser gebruik maken van een formulier (E-Antr 1) of het modelverzoekschrift. Voor de indiening van een verzoek om tenuitvoerlegging is geen bijstand van een advocaat nodig.

    3.2 De grondvoorwaarden

    Om tot tenuitvoerlegging over te kunnen gaan, dient de schuldeiser die de procedure opent over een executoriale titel te beschikken, te weten een rechterlijke beslissing die in kracht van gewijsde is gegaan. Bovendien is een uitvoerbaarverklaring vereist die door de bevoegde autoriteit wordt afgegeven in het kader van de afgifteprocedure. Verder moet de schuldeiser het adres van de schuldenaar kennen; de geboortedatum hoeft alleen te worden verstrekt als hij een verzoek om loonbeslag wil indienen, maar niet bekend is met het betaalorgaan.

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    De schuldenaar is met al zijn goederen aansprakelijk voor de aangegane verbintenissen, mits de goederen vatbaar zijn voor beslag. Een tenuitvoerleggingsprocedure heeft echter alleen betrekking op de goederen waarop de schuldeiser beslag wil leggen en die hij dus in zijn verzoek om tenuitvoerlegging moet vermelden. In het geval van beslag op roerende zaken hoeft de schuldenaar enkel te verzoeken om beslag op alle goederen die in bezit zijn van de schuldenaar; in het geval van een openbare verkoop van onroerende zaken, moet de schuldeiser de derde-beslagene opgeven, en in het geval van loonbeslag geldt er een uitzondering. De schuldeiser kan aangeven dat hij de derde-beslagene niet kent. De rechter kan de identiteit van de derde-beslagene opvragen bij de Federatie van Oostenrijkse sociale-verzekeringsinstellingen, mits de schuldeiser de geboortedatum van de schuldenaar heeft.

    De schuldeiser kan tevens beslag leggen op de volgende objecten: andere vorderingen dan het salaris, een aandeel van de schuldenaar in een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid (GmbH); de schuldeiser die de procedure opent, kan met betrekking tot de onroerende zaken van de schuldenaar kiezen uit beslag op onroerende zaken, gerechtelijke bewaring of openbare verkoop.

    In het deel "Beperkingen inzake tenuitvoerlegging" worden de goederen van de schuldenaar vermeld die zijn uitgesloten van tenuitvoerlegging.

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    De gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen zijn afhankelijk van het executiemiddel:

    Beslag op roerende zaken:

    De gerechtsdeurwaarder vestigt een pandrecht op de beslagen zaken, die vervolgens worden geveild.

    Beslag op vorderingen, met name loonbeslag:

    Er wordt een pandrecht op de vordering gevestigd. Het is de schuldenaar verboden over zijn vordering te beschikken en met name om deze te innen. De vordering, voor zover vatbaar voor beslag, wordt overgedragen aan de schuldeiser.

    Openbare verkoop van onroerende zaken:

    Er wordt een pandrecht op de onroerende zaak gevestigd. Vanaf het moment dat de opening van de procedure wordt ingeschreven in het kadaster, hebben de rechtshandelingen van de schuldenaar met betrekking tot de onroerende zaken en toebehoren in kwestie die niet onder de gewone administratie vallen, geen rechtsgevolgen ten opzichte van de schuldeisers en de koper. Als de schuldenaar de onroerende zaak verkoopt, wordt de openbare verkoop waarvoor toestemming is gegeven voortgezet tegen de koper van de onroerende zaak.

    Een schuldenaar die een deel van zijn goederen verbergt, wegmaakt, verkoopt, beschadigt, een niet bestaande verbintenis erkent of inroept, of zijn vermogen anderszins, in werkelijkheid of schijnbaar, heeft doen verminderen, als gevolg waarvan de schuldeiser niet of niet volledig kan worden voldaan op grond van de gedwongen tenuitvoerlegging of in een lopende tenuitvoerleggingsprocedure, kan strafrechtelijk worden vervolgd. Strafrechtelijke vervolging is eveneens mogelijk wanneer de schuldenaar een goed waarop officieel pandrecht is gevestigd of dat in beslag is genomen, geheel of gedeeltelijk vernietigt, beschadigt, afbreekt, onbruikbaar maakt of terugtrekt.

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    De tenuitvoerlegging loopt totdat de uitvoering is geslaagd of anders geschorst, bijvoorbeeld omdat de schuldenaar zijn schuld gedurende de tenuitvoerleggingsprocedure aan de schuldeiser heeft voldaan. Bij wijze van uitzondering kan de tenuitvoerlegging tevens voortijdig worden beëindigd, bijvoorbeeld wanneer de schuldeiser loonbeslag legt en de schuldenaar van baan verandert.

    Ingevolge de tenuitvoerleggingswet kan de tenuitvoerleggingsprocedure ook worden opgeschort. Dit gebeurt met name indien een rechtsvordering is ingesteld tegen de ongeldigheid of nietigheid van de executoriale titel, indien om beëindiging van de tenuitvoerlegging is verzocht, indien bezwaar is ingediend (zie punt 4), indien beroep is ingesteld tegen de rechterlijke beslissing tot toewijzing van de tenuitvoerlegging, indien een klacht is ingediend tegen de tenuitvoerlegging of indien om de intrekking of wijziging van de definitieve uitvoerbaarverklaring is verzocht.

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    Beroep kan worden ingesteld tegen de beslissing tot goedkeuring van de tenuitvoerlegging. Het beroepschrift moet worden ingesteld bij het districtsgerecht (Bezirksgericht), maar worden gericht aan de arrondissementsrechtbank (Landgericht). Dit moet binnen een termijn van 14 dagen worden gedaan. Bijstand van een advocaat is verplicht. De beroepsprocedure wordt uitsluitend schriftelijk gevoerd, waarbij het is verboden nieuwe elementen aan te dragen.

    Als de schuldenaar de vordering ondertussen heeft betaald, kan hij dit feit inroepen door middels een verzoek of rechtsvordering bezwaar aan te tekenen (en niet via beroep tegen de beslissing tot goedkeuring van de tenuitvoerlegging). De rechtsvordering moet worden ingesteld bij de rechtbank die toestemming heeft gegeven voor de tenuitvoerlegging, en kan eventueel vergezeld gaan van een verzoek om opschorting van de tenuitvoerlegging. Als de rechtsvordering wordt toegewezen, wordt de tenuitvoerlegging ambtshalve geschorst.

    Wordt de tenuitvoerlegging toegewezen in een eenvoudige procedure, gebeurt dit uitsluitend op basis van de informatie die is verstrekt door de partij die de procedure heeft ingeleid. In dat geval kan de schuldenaar bezwaar aantekenen door aan te tonen dat er een executoriale titel, waaronder de uitvoerbaarverklaring, ontbreekt of dat de executoriale titel niet overeenstemt met de gegevens die in het verzoek om tenuitvoerlegging. Het bezwaar moet worden ingesteld bij de rechtbank die in eerste aanleg toestemming heeft gegeven voor de tenuitvoerlegging, De rechter onderzoekt naar aanleiding van het bezwaar of een executoriale titel voorhanden is voor de ten uitvoer te leggen vordering. De termijn voor het instellen van bezwaar bedraagt veertien dagen.

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

    Beperkingen aan de tenuitvoerlegging

    Als algemene beperking voor de tenuitvoerlegging geldt dat de betreffende maatregel niet breder ten uitvoer mag worden gelegd dan nodig is voor de verwezenlijking van de in het goedkeuringsbesluit omschreven vordering.

    In de wet zijn bepaalde beperkingen vastgesteld met betrekking tot specifieke personen en verenigingen van personen:

    • tenuitvoerleggingsmaatregelen die betrekking hebben op een eigendom van een openbaar vervoersbedrijf onder overheidstoezicht en die mogelijk het openbaar vervoer verstoren, mogen alleen met toestemming van de toezichthoudende autoriteit worden uitgevoerd;
    • een rechterlijke beslissing tegen een persoon in dienst bij het federale leger of de federale politie, mag pas ten uitvoer worden gelegd nadat de tenuitvoerleggingsbeslissing aan de leidinggevende van de betrokkene is overlegd;
    • in militaire gebouwen dient de tenuitvoerleggingsbeslissing vooraf aan de commandant van dat gebouw te worden betekend en te worden uitgevoerd in aanwezigheid van een door de commandant aangewezen lid van het leger.
    • tenuitvoerleggingsmaatregelen ten laste van een persoon die in Oostenrijk op grond van het internationale recht immuniteit geniet en maatregelen met betrekking tot de woning van die persoon mogen alleen worden uitgevoerd door het federale ministerie van Justitie in overeenstemming met het federale ministerie van Europese zaken, Integratie en Buitenlandse Zaken;
    • tenuitvoerlegging betreffende een geldvordering tegen een gemeente, een openbare dienst of een instelling van algemeen belang kan alleen worden goedgekeurd wanneer deze betrekking heeft op de vermogensbestanddelen die kunnen worden gebruikt voor het voldoen van de vordering van de schuldeiser zonder dat dit nadelige gevolgen heeft voor de openbare belangen die door de dienst of instelling beschermd moeten worden. Deze beperking geldt niet als het de tenuitvoerlegging van een contractueel pandrecht betreft.

    Om de schuldenaar te beschermen zijn bepaalde goederen automatisch van tenuitvoerlegging uitgesloten, zoals bijvoorbeeld:

    Beslag op roerende zaken:

    • de goederen die nodig zijn voor een fatsoenlijke levensstandaard en goederen voor persoonlijk of huishoudelijk gebruik;
    • goederen ten behoeve van een vak of een beroep, alsmede de hulpmiddelen voor een opleiding.
    • voor vier weken voldoende voedsel en brandstof voor verwarming voor de schuldenaar en zijn inwonende gezinsleden;
    • huisdieren;
    • familiefoto's, brieven en andere documenten, evenals de trouwring van de schuldenaar;
    • paramedische hulpmiddelen van een gehandicapt persoon en de geneesmiddelen van de schuldenaar en zijn inwonende gezinsleden, evenals de geneesmiddelen en apparaten die nodig zijn voor een medische behandeling;
    • religieuze voorwerpen;
    • contante geldbedragen tot het bedrag dat uitgesloten is van het beslag tot aan de volgende salarisbetaling na de beslaglegging, indien de inkomsten van de schuldenaar niet op wettelijke wijze kunnen worden geïnd of beperkt vatbaar zijn voor beslag.

    De deurwaarder kan tevens afzien van beslaglegging op objecten met een geringe waarde als duidelijk is dat voortzetting of uitvoering van de maatregel niet voldoende oplevert om de tenuitvoerleggingkosten te dekken.

    Tenuitvoerlegging betreffende een geldvordering (loonbeslag):

    • onkostenvergoeding ter dekking van de extra kosten die voortvloeien uit de uitoefening van een beroep;
    • overheidssteun voor de extra kosten in verband met een handicap of noodzakelijke zorg, bijvoorbeeld een verzorgingstoelage;
    • overheidssteun voor de betaling van huur of woonlasten:
    • gezinstoelagen;
    • bepaalde uitkeringen die worden toegekend bij de geboorte van een kind, met name de vaste toelage voor kinderopvang;
    • bepaalde toelagen die worden uitgekeerd door de arbeidsmarktdienst;
    • vergoeding van de socialeverzekeringskosten

    Er kan evenmin beslag worden gelegd op:

    • uitkeringen op grond van de socialezekerheidswetten;
    • het recht op verdeling van de huwelijksgoederen en het spaargeld van de echtgenoten indien dit niet in een overeenkomst of akkoord is erkend of door een rechter geldig is verklaard.

    De inkomsten uit werk, pensioenuitkeringen en uitkeringen wegens tijdelijke werkeloosheid of gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid zijn beperkt vatbaar voor beslag. Het deel waarop geen beslag kan worden gelegd (bestaansminimum) is afhankelijk van het salaris en de alimentatieverplichtingen van de schuldenaar. De beslagvrije voet, die elk jaar wordt geïndexeerd, is opgenomen in tabellen die kunnen worden geraadpleegd op de website van het federaal ministerie van Justitie (De link wordt in een nieuw venster geopend.http://www.justiz.gv.at/web2013/html/default/2c9484852308c2a60123ec387738064b.de.html). In de wet is rekening gehouden met de individuele behoeften van de schuldenaar en zijn schuldeiser, zodat de beslagvrije voet onder bepaalde voorwaarden verhoogd of verlaagd kan worden. In het geval van tenuitvoerlegging wegens een wettelijk recht op alimentatie, wordt de beslagvrije voet over het algemeen met 25 % verlaagd.

    In het geval van een executoriale titel betreffende de ontruiming van een woning die onder de huurwet valt (Mietrechtsgesetz), geldt dat in die wet bovendien is vastgesteld dat, ter bescherming van de schuldenaar, de ontruiming moet worden opgeschort wanneer de huurder dakloos dreigt te raken.

    Termijnen voor de tenuitvoerlegging

    Er zijn geen termijnen vastgesteld waarbinnen een verzoek om tenuitvoerlegging moet worden ingediend - behalve in bijzondere gevallen (tenuitvoerlegging betreffende een ontruiming op grond van artikel 575 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering). De schuldenaar kan zich echter verzetten tegen de tenuitvoerlegging op grond van een verjaring die al is ingegaan. De verjaringstermijn voor vorderingen waarvoor een onherroepelijke executoriale titel voorhanden is (vordering krachtens een rechterlijke beslissing), is over het algemeen 30 jaar vanaf de datum waarop de titel in kracht van gewijsde is gegaan. Als de executoriale titel is gebaseerd op rechten van publiekrechtelijke of privaatrechtelijke rechtspersonen dan wordt de verjaringstermijn verhoogd tot 40 jaar. Bij wijze van uitzondering geldt voor prestaties die alleen in de toekomst uitgevoerd kunnen worden, een kortere verjaringstermijn conform de algemene bepalingen inzake verjaring.

    De verjaringstermijn wordt gestuit door een beslissing die in kracht van gewijsde is gegaan, en begint opnieuw te lopen vanaf de laatste fase of de beëindiging van de betreffende tenuitvoerlegging.

    In bepaalde gevallen geldt een tijdelijk verbod om een nieuw tenuitvoerleggingsverzoek in te dienen of om de tenuitvoerleggingsprocedure voor te zetten.

    • Als tijdens een beslaglegging op roerende zaken geen voor beslag vatbare objecten worden gevonden, moet een verzoek om beslag op roerende zaken van een andere schuldeiser of een verzoek tot herhaling van de tenuitvoerlegging worden toegewezen. Dit is echter alleen mogelijk zes maanden na de laatste vruchteloze poging tot tenuitvoerlegging, en een poging tot tenuitvoerlegging voor deze termijn vermoedelijk geen resultaat oplevert.
    • Om loonbeslag met betrekking tot vorderingen jegens een onbekende derde schuldenaar kan worden verzocht nadat het verzoek om beslag op roerende zaken van de schuldeiser die de procedure heeft ingeleid, is goedgekeurd, maar echter pas na het verstrijken van een jaar nadat de beslissing tot toestemming werd gegeven. Deze verbodsperiode geldt niet wanneer de schuldeiser kan aantonen dat hij pas nadat hij zijn verzoek had ingediend, bekend werd met het feit dat de schuldenaar recht heeft op salaris dat vatbaar is voor beslag. De schuldenaar is verplicht een nieuw overzicht van zijn vermogen te overleggen indien de schuldeiser aantoont dat de schuldeiser nieuwe goederen heeft verworven of dat het overzicht van het vermogen meer dan een jaar oud is.
    • In de tenuitvoerleggingswet zijn tevens termijnen vastgesteld ten behoeve van een snelle tenuitvoerlegging. Zo moet de deurwaarder de eerste tenuitvoerleggingsmaatregel binnen een termijn van vier weken uitvoeren en uiterlijk binnen vier maanden verslag uitbrengen aan de schuldeiser over de voortgang van de procedure en over eventuele belemmeringen. Het pandrecht voor gedwongen tenuitvoerlegging dat aan de schuldeiser is toegekend wegens beslag op roerende zaken van de schuldenaar vervalt na twee jaar wanneer de verkoopprocedure niet op de juiste wijze heeft plaatsgevonden.

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 16/12/2020

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Let op: de oorspronkelijke versie van deze pagina (Pools) is onlangs gewijzigd. Aan de vertaling in het Nederlands wordt momenteel gewerkt.
    De volgende vertalingen zijn al beschikbaar: Engels

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Polen

    1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

    De tenuitvoerlegging van rechterlijke beslissingen in burgerlijke zaken, waaronder handelszaken, is geregeld in de wet van 17 november 1964 betreffende het wetboek van burgerlijke rechtsvordering, hierna het “wetboek van burgerlijke rechtsvordering” (ustawa z dnia 17 listopada 1964 r. De link wordt in een nieuw venster geopend.Kodeks postępowania cywilnego; Staatscourant (Dziennik Ustaw) 2021.0.1805, gecodificeerde versie).

    Tenuitvoerlegging (executie) is de toepassing van wettelijke dwangmiddelen door de bevoegde autoriteiten, op grond van een executoriale titel, met als doel ervoor te zorgen dat de geldvorderingen van de schuldeiser worden betaald. De eigenlijke tenuitvoerleggingsprocedure begint met het indienen van een verzoek tot opening van de tenuitvoerleggingsprocedure.

    De tenuitvoerlegging geschiedt op basis van een executoriale titel. Een executoriale titel is over het algemeen een akte die is voorzien van een formule van tenuitvoerlegging (artikel 776 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering). De formule van tenuitvoerlegging is niet vereist voor bepaalde beslissingen van rechtbanken van EU-lidstaten, alsmede voor gerechtelijke schikkingen en authentieke akten die door de lidstaten zijn afgegeven, overeenkomstig artikel 1153, lid 14, van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering. Als deze beslissingen, gerechtelijke schikkingen en authentieke akten voldoen aan de voorwaarden van dit artikel, leveren zij een executoriale titel op die de schuldeiser rechtstreeks bij de tenuitvoerleggingsautoriteit kan indienen.

    Er zijn twee soorten autoriteiten bij de tenuitvoerleggingsprocedure betrokken:

    • gerechtelijke autoriteiten – bij de procedure voor de toevoeging van de formule van tenuitvoerlegging aan de executoriale titel (de president, arrondissementsrechtbank (sąd rejonowy), regionale rechtbank (sąd okręgowy) en hof van beroep (sąd apelacyjny));
    • tenuitvoerleggingsautoriteiten – in de eigenlijke tenuitvoerleggingsprocedure; het gaat om de arrondissementsrechtbanken en de gerechtsdeurwaarders (artikel 758 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering).

    De schuldeiser en schuldenaar zijn beide procespartij, zowel in de procedure betreffende de toevoeging van de formule van tenuitvoerlegging als in de eigenlijke tenuitvoerleggingsprocedure.

    Het Poolse recht onderscheidt de volgende soorten tenuitvoerleggingsmaatregelen:

    De tenuitvoerlegging van geldelijke vorderingen heeft betrekking op:

    • roerende zaken;
    • inkomsten uit arbeid;
    • bankrekeningen;
    • andere vorderingen;
    • overige eigendomsrechten;
    • onroerende zaken;
    • zeeschepen.

    De tenuitvoerlegging van niet-geldelijke vorderingen geschiedt:

    • door middel van onderbewindstelling;
    • door de verkoop van een onderneming of een agrarisch bedrijf;
    • op alimentatieverplichtingen. De rechter voegt ambtshalve een formule van tenuitvoerlegging toe aan de executoriale titel waarin de alimentatie is vastgesteld. Een dergelijke executoriale titel wordt ambtshalve aan de schuldenaar betekend. In de procedures tot vaststelling van de alimentatie kan de tenuitvoerleggingsprocedure ambtshalve worden ingeleid op verzoek van de rechtbank van eerste aanleg die de zaak heeft behandeld. Dit verzoek moet bij de bevoegde tenuitvoerleggingsautoriteit worden ingediend. De gerechtsdeurwaarder verricht op eigen initiatief een onderzoek naar de inkomsten, de goederen en de woonplaats van de schuldenaar. Als dit onderzoek geen resultaat geeft, kan hij de hulp inschakelen van de politie om het woon- of werkadres van de schuldenaar vast te stellen. Het onderzoek moet periodiek worden uitgevoerd minimaal een keer per zes maanden. Kunnen de inkomsten en goederen van de schuldenaar niet met behulp van dit onderzoek worden vastgesteld, dan dient de gerechtsdeurwaarder een verzoek in bij de rechtbank opdat deze de schuldenaar beveelt zijn vermogen te verklaren. Indien de schuldenaar een betalingsachterstand van zes maanden heeft, is de deurwaarder verplicht om bij het nationaal rechtbankregister (Krajowy Rejestr Sądowy) een verzoek in te dienen tot inschrijving van de schuldenaar in het register van insolvente schuldenaren. Een tenuitvoerleggingsmaatregel die niet succesvol is geweest, levert geen grond op voor beëindiging van de procedure.

    2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

    De bevoegdheid tot gerechtelijke tenuitvoerlegging berust op grond van artikel 758 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering bij de arrondissementsrechtbanken en bij de gerechtsdeurwaarders die in het rechtsgebied van die rechtbanken werkzaam zijn.

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    Een executoriale titel geeft conform artikel 803 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering het recht over te gaan tot tenuitvoerlegging met betrekking tot alle daarin genoemde vorderingen, op alle soorten goederen van de schuldenaar, tenzij in de betreffende titel anders is bepaald. De tenuitvoerleggingsautoriteit is niet bevoegd onderzoek te doen naar de geldigheid en de opeisbaarheid van de verplichting die voorwerp is van de executoriale titel.

    In principe is een executoriale titel een document dat is voorzien van de formule van tenuitvoerlegging.

    Executoriale titels zijn, ingevolge artikel 777 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering:

    1. rechterlijke beslissingen die in kracht van gewijsde zijn gegaan of uitvoerbaar bij voorraad zijn en schikkingen die voor een arbitragehof tot stand zijn gekomen;
    2. beslissingen van een gerechtelijk ambtenaar die in kracht van gewijsde zijn gegaan of uitvoerbaar bij voorraad zijn;
    3. andere vonnissen, schikkingen en beschikkingen die krachtens de toepasselijke wettelijke voorschriften via een gerechtelijke tenuitvoerleggingsprocedure ten uitvoer kunnen worden gelegd;
    4. notariële akten waarin de schuldenaar instemt met de tenuitvoerlegging en waarin een verbintenis is vastgelegd tot het betalen van een geldbedrag of tot het leveren van een bepaald soort zaken, in de hoeveelheden die staan omschreven in de akte, of tot het leveren van individueel omschreven zaken, mits de termijn waarbinnen de verplichting moet worden nagekomen en de voorwaarden waaronder dat dient te geschieden, in de akte zijn opgenomen;
    5. notariële akten waarin de schuldenaar instemt met de tenuitvoerlegging en waarin een verbintenis is vastgelegd tot het betalen van een geldbedrag dat is vastgesteld in de akte of in een indexclausule, mits in de akte de voorwaarden staan vermeld waaronder de verplichting moet worden nagekomen en de termijn waarbinnen de schuldeiser om toevoeging van de formule van tenuitvoerlegging kan verzoeken;
    6. notariële akten, als bedoeld onder de punten 4 en 5, waarin een eigenaar van met hypotheek- of pandrecht bezwaarde roerende zaken, vorderingen of rechten die geen persoonlijke schuldenaar is, instemt met de tenuitvoerleggingsmaatregel ten laste van zijn bezwaarde eigendom voor het betalen van de vordering van de pand- of hypotheekhouder.

    De verklaring waarmee de schuldenaar instemt met de tenuitvoerleggingsmaatregel kan tevens in een afzonderlijke notariële akte worden vastgelegd.

    Uitsluitend rechterlijke beslissingen die in kracht van gewijsde zijn gegaan en die zijn voorzien van de formule van tenuitvoerlegging of die uitvoerbaar bij voorraad zijn verklaard (ambtshalve of op verzoek van een procespartij uitgesproken), leveren een executoriale titel op. Een notariële akte vormt een executoriale titel als deze voldoet aan de voorwaarden die zijn vastgelegd in het wetboek van burgerlijke rechtsvordering en de notariswet.

    Andere executoriale titels zijn onder meer: de uittreksels van de lijst van erkende vorderingen in insolventieprocedures, definitieve bankakkoorden, de staten van verdeling van de executieopbrengst van onroerende zaken, bancaire executoriale titels zoals bepaald in de bankwet, maar uitsluitend nadat een rechter de formule van tenuitvoerlegging heeft toegevoegd, beslissingen van buitenlandse rechtbanken en schikkingen die voor deze rechtbanken tot stand zijn gekomen, nadat een Poolse rechter deze uitvoerbaar heeft verklaard. Een beslissing van een buitenlandse rechtbank in burgerlijke zaken die via een tenuitvoerleggingsprocedure ten uitvoer kan worden gelegd, levert een executoriale titel op nadat de Poolse rechter deze uitvoerbaar heeft verklaard. Een beslissing wordt uitvoerbaar als deze ten uitvoer kan worden gelegd conform het recht van de lidstaat waar de beslissing is gegeven en er geen belemmeringen bestaan als bedoeld in De link wordt in een nieuw venster geopend.artikel 1146, leden 1 en 2, van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering.

    3.1 De procedure

    Een executoriale titel vormt de basis voor de tenuitvoerlegging. De rechtbank van eerste aanleg die de zaak behandelt, voegt de formule van tenuitvoerlegging toe aan een executoriale titel die afkomstig is van een rechtbank (artikel 781, lid 1, van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering).

    Het verzoek tot toevoeging van de formule van tenuitvoerlegging wordt onverwijld beoordeeld, maar uiterlijk binnen drie dagen na indiening van het verzoek bij de bevoegde rechtbank (artikel 781, lid 1, van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering). In het geval van een executoriale titel die is afgegeven in het kader van een procedure die ambtshalve is ingeleid of ingeleid had kunnen worden, geldt dat de rechter de formule van tenuitvoerlegging ambtshalve toevoegt. In het geval van een betalingsbevel dat is afgegeven in het kader van een digitale betalingsbevelprocedure, wordt de formule van tenuitvoerlegging toegevoegd nadat het bevel in kracht van gewijsde is gegaan (artikel 782 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering).

    Een tenuitvoerleggingsprocedure kan in principe op verzoek worden geopend. Ten aanzien van procedures die ambtshalve kunnen worden geopend, geldt dat een tenuitvoerleggingsprocedure ambtshalve wordt ingeleid op verzoek van de rechtbank van eerste aanleg die kennis heeft genomen van de zaak. Het verzoek wordt ingediend bij de bevoegde rechtbank of gerechtsdeurwaarder (artikel 796, lid 1, van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering).

    Een schuldeiser kan een verzoek tot opening van een tenuitvoerleggingsprocedure indienen bij de bevoegde arrondissementsrechtbank of de gerechtsdeurwaarder die werkzaam is in het rechtsgebied van de betreffende rechtbank. Het verzoek kan ook door een bevoegde instantie worden ingediend (rechtbank of openbaar ministerie in zaken betreffende de tenuitvoerlegging van boeten, geldstraffen, gerechtskosten en aan de staat verschuldigde kosten).

    Een verzoek om tenuitvoerlegging moet in de regel schriftelijk worden ingediend en vergezeld gaan van de originele executoriale titel.

    De regels betreffende de wijze van inning evenals de tarieven zijn vastgelegd in de wet van 29 augustus 1997 inzake gerechtsdeurwaarders en tenuitvoerlegging (ustawa o komornikach sądowych i egzekucji z dnia 29 sierpnia 1997 r.; Staatscourant nr. 133, punt 882, zoals gewijzigd). Op grond van artikel 43 van deze wet moeten gerechtsdeurwaarders kosten in rekening brengen voor de uitvoering van de tenuitvoerleggingsmaatregelen en andere in de wet vastgestelde handelingen.

    De tarieven voor tenuitvoerlegging zijn als volgt vastgesteld:

    1. voor de tenuitvoerlegging van een conservatoire maatregel betreffende een geldvordering of een Europees bevel tot conservatoir beslag op bankrekeningen mag de gerechtsdeurwaarder een tarief in rekening brengen dat gelijk is aan 2 % van het bedrag van de opeisbare vordering, maar dat in geen geval lager is dan 3 % van het gemiddelde maandsalaris en niet hoger dan vijf maal dat salaris. Het tarief moet door de schuldeiser worden betaald bij de indiening van het verzoek om tenuitvoerlegging van een conservatoire maatregel of een Europees bevel tot conservatoir beslag op bankrekeningen. Als het betreffende bedrag niet op dat moment is voldaan, verzoekt de gerechtsdeurwaarder de schuldeiser om het bedrag binnen zeven dagen te betalen. Zolang het tarief niet is betaald, gaat de gerechtsdeurwaarder niet over tot tenuitvoerlegging van de conservatoire maatregel of het Europees bevel tot conservatoir beslag op bankrekeningen;
    2. voor de tenuitvoerlegging op geldvorderingen brengt de gerechtsdeurwaarder bij de schuldenaar een evenredig tarief in rekening ter hoogte van 15 % van het bedrag van de geïnde vordering, maar in geen geval minder dan 1/10e van het gemiddelde maandsalaris en niet meer dan dertig maal dat salaris. Wanneer vorderingen worden geïnd via bankrekeningen, salaris, socialezekerheidstoelagen of -uitkeringen die worden betaald op grond van regelgeving betreffende de bevordering van de werkgelegenheid en arbeidsbureaus, werkloosheidsuitkeringen, prestatie-uitkeringen, studiebeurzen en opleidingspremies, brengt de gerechtsdeurwaarder bij de schuldenaar een evenredig tarief in rekening ter hoogte van 8 % van het bedrag van de geïnde vordering, maar in geen geval minder dan 1/20e van het gemiddelde maandsalaris en niet meer dan tien maal dat salaris;
    3. voor de tenuitvoerlegging op geldvorderingen in het geval van beëindiging van de tenuitvoerleggingsprocedure op verzoek van de schuldeiser en op grond van artikel 824, lid 1, punt 4, van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering, brengt de gerechtsdeurwaarder bij de schuldenaar een evenredig tarief in rekening ter hoogte van 5 % van het bedrag van de nog te innen vordering, maar in geen geval minder dan 1/10e van het gemiddelde maandsalaris en niet meer dan tien maal dat salaris. Wordt de tenuitvoerleggingsprocedure op verzoek van de schuldeiser beëindigd voordat de kennisgeving van opening van de tenuitvoerleggingsprocedure aan de schuldenaar is betekend, dan brengt de gerechtsdeurwaarder bij de schuldenaar een evenredig tarief in rekening ter hoogte van 1/10e van het gemiddelde maandsalaris;
    4. met de tenuitvoerlegging van niet-geldelijke vorderingen en maatregelen om niet-geldelijke vorderingen veilig te stellen wordt begonnen op het moment dat de schuldeiser een voorlopig tarief ter hoogte van 10 % van het gemiddelde maandsalaris heeft voldaan. Het eindtarief is gelijk aan 20 % van het gemiddelde maandsalaris en wordt in rekening gebracht voor: de inbezitstelling van een onroerende zaak en de verwijdering van roerende zaken die zich daarin bevinden. Commerciële en industriële bedrijven betalen het tarief per ruimte in het bedrijfsgebouw; de benoeming van een beheerder voor de onroerende zaak of het bedrijf en van een bewaker van de onroerende zaak. Voor de verwijdering van goederen en personen uit het gebouw wordt een apart tarief per ruimte in rekening gebracht; de uitvoering van de beslaglegging op de goederen.

    3.2 De grondvoorwaarden

    De tenuitvoerleggingsprocedure wordt ingeleid met het verzoek dat de schuldeiser tezamen met de originele executoriale titel indient. In het verzoek staan de naam van de schuldenaar en de te nemen tenuitvoerleggingsmaatregelen vermeld, dat wil zeggen de goederen van de schuldenaar waarop de tenuitvoerlegging betrekking heeft. In het geval van tenuitvoerlegging op een onroerende zaak moet ook de kadastrale aanduiding worden vermeld. Roerende zaken hoeven niet nauwkeurig te worden beschreven, aangezien tenuitvoerlegging in dat geval doorgaans wordt toegepast op alle roerende zaken die tot het vermogen van de schuldenaar behoren.

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    De tenuitvoerleggingsmaatregelen kunnen betrekking hebben op het hele vermogen van de schuldenaar, waaronder roerende zaken, onroerende zaken, inkomen uit arbeid, bankrekeningen, delen van onroerende zaken, zeeschepen, overige vorderingen en eigendomsrechten van de schuldenaar.

    In de artikelen 829 tot en met 831 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering staat een limitatieve opsomming van de zaken die voorwerp kunnen zijn van een executiemaatregel. De volgende zaken zijn op grond van deze bepalingen van tenuitvoerlegging uitgesloten: huishoudelijke goederen, beddengoed, ondergoed en dagelijkse kleding die strikt noodzakelijk zijn voor de onderhoudsplichtige en van hem of haar afhankelijke gezinsleden, evenals de kleding die strikt noodzakelijk is om een ambt uit te oefenen of beroepswerkzaamheden te verrichten; de hoeveelheid voedsel en brandstof die de schuldenaar en zijn ten laste komende gezinsleden nodig hebben voor een maand; gereedschap en overige voorwerpen die de schuldenaar nodig heeft om zijn beroep uit te kunnen oefenen, alsmede de benodigde grondstoffen voor de productie van een week, met uitzondering van motorvoertuigen.

    Behalve in het wetboek van burgerlijke rechtsvordering is ook in andere nationale wet- en regelgeving vastgelegd welke vorderingen van tenuitvoerlegging zijn uitgesloten en in welke mate (in de arbeidswet (Kodeks pracy) is bijvoorbeeld bepaald in welke mate beslag kan worden gelegd op inkomsten uit werk).

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    Een executoriale titel geeft het recht om beslag te leggen op het hele vermogen van een schuldenaar om de gehele vordering daarop te verhalen, tenzij in de titel anders is bepaald.

    Een schuldenaar is bevoegd zijn vermogen te beheren, tenzij de rechter hem dat recht heeft ontnomen.

    In het geval van tenuitvoerlegging op roerende zaken legt de deurwaarder beslag op goederen en maakt hiervan een proces-verbaal van beslag op. Het beslag heeft tot gevolg dat het beheer van goederen na de beslaglegging geen invloed heeft op het verdere verloop van de procedure. De tenuitvoerleggingsprocedure betreffende een in beslag genomen goed kan ook tegen de koper worden gevoerd. Een deurwaarder kan roerende zaken waarop beslag rust, in geval van gewichtige redenen, echter in elke fase van de procedure bij een derde in bewaring geven, waaronder de schuldeiser.

    Bij de tenuitvoerlegging op onroerende zaken sommeert de deurwaarder de schuldenaar om zijn schulden binnen twee weken te voldoen. Verzuimt hij dit te doen, dan wordt begonnen met de procedure van de beschrijving en die van de taxatie van de onroerende zaak. Bij de tenuitvoerlegging op onroerende zaken sommeert de deurwaarder de schuldenaar om zijn schulden binnen twee weken te voldoen. Verzuimt hij dit te doen, dan wordt begonnen met de procedure van de beschrijving en die van de taxatie van de onroerende zaak. Het beheer van een goed na de beslaglegging heeft geen invloed op het verdere verloop van de procedure. De verkrijger kan als schuldenaar aan de procedure deelnemen.

    Wanneer de schuldenaar verplicht is een bepaalde handeling na te laten of de handelingen van de schuldeiser niet mag hinderen, legt de rechter op verzoek van de schuldeiser een boete op aan de schuldenaar die zich niet aan deze verplichting houdt. Wanbetaling wordt bestraft met gijzeling.

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    In het wetboek van burgerlijke rechtsvordering is geen termijn vastgesteld voor het indienen van een verzoek om tenuitvoerlegging. Overeenkomstig het Poolse recht geldt voor vorderingen die zijn vastgesteld in een onherroepelijke beslissing van een rechtbank of van een andere instantie die bevoegd is kennis te nemen van dergelijke zaken, of in een beslissing van een arbitragehof, alsmede voor vorderingen die zijn vastgesteld in een schikking die tot stand is gekomen voor een rechtbank of arbitragehof, of in een schikking die met behulp van een bemiddelaar tot stand is gekomen en door een rechtbank is bekrachtigd, dat zij na verloop van tien jaar verjaren, ook als de toepasselijke betalingstermijn voor dergelijke vorderingen korter is (artikel 125, lid 1, van het burgerlijk wetboek (Kodeks cywilny)). Als een op deze manier vastgestelde vordering betrekking heeft op een termijngebonden prestatie, dan verjaart het vorderingsrecht met betrekking tot deze prestatie na drie jaar.

    Het verzoek om tenuitvoerlegging wordt door de bevoegde instantie beoordeeld, die bepaalt of het verzoek aan de vormvereisten voldoet en gegrond is. Als niet aan deze voorwaarden wordt voldaan, wordt het verzoek afgewezen of de procedure beëindigd.

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    Iedere procespartij kan beroep instellen tegen de beslissing van de rechter om een formule van tenuitvoerlegging toe te voegen.

    In de tenuitvoerleggingsprocedure kunnen de volgende rechtsmiddelen worden aangewend:

    • een klacht tegen een ambtshandeling van een gerechtsdeurwaarder (bij de arrondissementsrechtbank; deze kan ook betrekking hebben op een nalatigheid van de gerechtsdeurwaarder. De klacht kan door de procespartij worden ingediend of door een persoon van wie de rechten zijn geschonden of in gevaar zijn gebracht als gevolg van de handeling of nalatigheid van de gerechtsdeurwaarder. De klacht moet binnen een week nadat de betreffende handeling is verricht of nadat de procespartij of de betrokken persoon kennis heeft genomen van de nalatigheid, worden ingediend);
    • beroep tegen een rechterlijke beslissing inzake de toevoeging van de formule van tenuitvoerlegging (artikel 795 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering – voor de schuldeiser begint de beroepstermijn te lopen vanaf de datum van afgifte van de executoriale titel; voor de schuldenaar loopt de beroepstermijn vanaf de datum van betekening van de kennisgeving van opening van de tenuitvoerleggingsprocedure);
    • beroep tegen een rechterlijke beslissing betreffende de uitvoerbaarverklaring van een Europees betalingsbevel (artikel 795, lid 5, van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering);
    • beroep tegen een rechterlijke beslissing in geval van samenloop van gerechtelijke en administratieve tenuitvoerlegging;
    • beroep tegen een rechterlijke beslissing inzake de schorsing of beëindiging van de procedure (artikel 828 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering);
    • beroep tegen een rechterlijke beslissing tot beperking van de tenuitvoerlegging (artikel 839 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering);
    • rechterlijke beslissing tot beperking van de tenuitvoerlegging en beroep tegen die beslissing (artikel 839 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering);
    • bezwaar tegen de tenuitvoerlegging ingediend door de schuldenaar (artikelen 840 tot en met 843 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering);
    • beroep tegen een rechterlijke beslissing inzake de onkostenvergoeding van de beheerder (artikel 859 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering);
    • beroep tegen een rechterlijke beslissing inzake de beschrijvingsprocedure en de taxatieprocedure bij de beslaglegging op onroerende zaken;
    • mondelinge klacht ingediend bij het toezichthoudende orgaan inzake de ambtshandelingen van de gerechtsdeurwaarder tijdens een openbare verkoop (artikel 986 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering);
    • beroep tegen een rechterlijke beslissing inzake de bekrachtiging van een bod (artikel 997 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering);
    • middelen inzake de voorlopige staat van verdeling van de executieopbrengst (binnen twee weken na de datum van betekening aan de tenuitvoerleggingsautoriteit die de staat heeft opgemaakt; artikel 998 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering);
    • beroep tegen een rechterlijke beslissing inzake een bezwaar tegen de voorlopige staat van verdeling (artikel 1028 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering);
    • beroep tegen een rechterlijke beslissing houdende een bevel aan de schuldenaar om aan zijn verplichting te voldoen, beroep tegen de rechterlijke beslissing inzake de vrijstelling van bepaalde goederen van beslag in een tenuitvoerleggingsprocedure waarbij de overheid (schatkist) is betrokken (artikel 1061, lid 2, van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering).

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

    Ingevolge artikel 829 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering kan geen beslag gelegd worden op:

    1. huishoudelijke goederen, beddengoed, ondergoed en dagelijkse kleding die strikt noodzakelijk zijn voor de onderhoudsplichtige en van hem of haar afhankelijke gezinsleden, evenals de kleding die strikt noodzakelijk is om een ambt uit te oefenen of beroepswerkzaamheden te verrichten;
    2. de hoeveelheid voedsel en brandstof die de schuldenaar en zijn ten laste komende gezinsleden nodig hebben voor een maand;
    3. een koe of twee geiten of drie schapen die strikt noodzakelijk zijn om de onderhoudsplichtige en van hem of haar afhankelijke gezinsleden te voeden, alsmede een voorraad veevoer en stro die voldoende is tot aan de volgende oogst;
    4. gereedschap en overige voorwerpen die de schuldenaar nodig heeft om zijn beroep uit te kunnen oefenen, alsmede de benodigde grondstoffen voor de productie van een week, met uitzondering van motorvoertuigen;
    5. voor de schuldenaar die een periodiek vast salaris ontvangt – een bedrag dat gelijk is aan het deel van het salaris waarop geen beslag kan worden gelegd voor de periode tot aan de datum van de volgende salarisbetaling; voor de schuldenaar die geen vast salaris ontvangt – een bedrag dat hij en zijn ten laste komende gezinsleden nodig hebben voor hun levensonderhoud voor een periode van twee weken;
    6. voorwerpen die nodig zijn voor een studie, persoonlijke documenten, decoraties, voorwerpen die worden gebruikt voor godsdienstbeoefening en dagelijkse voorwerpen die alleen ver onder hun waarde zouden kunnen worden verkocht, maar die voor de onderhoudsplichtige gebruikswaarde hebben;
    7. geldbedragen gestort op bankrekeningen, zoals bedoeld in artikel 36, lid 4, punt 1, van de wet van 20 april 2004 inzake de marktorganisatie voor melk en melkproducten (ustawa z dnia 20 kwietnia 2004 r. o organizacji rynku mleka i przetworów mlecznych; Staatscourant van 2013, punten 50 en 1272);
    8. geneesmiddelen in de zin van de wet van 6 september 2001 – Geneesmiddelenwet (ustawa z dnia 6 września 2001 r. – Prawo farmaceutyczne; Staatscourant van 2008, nr. 45, punt 271, zoals gewijzigd) die noodzakelijk zijn voor een gezondheidsinstelling om goed te kunnen functioneren in de zin van de bepalingen betreffende medische activiteiten gedurende een periode van drie maanden, evenals medische hulpmiddelen die de instelling nodig om goed te kunnen functioneren in de zin van de wet van 20 mei 2010 inzake medische hulpmiddelen (ustawa z dnia 20 maja 2010 r. o wyrobach medycznych; Staatscourant nr. 107, punt 679, en van 2011, nr. 102, punt 586, en van 2011, nr. 113, punt 657);
    9. hulpmiddelen die de schuldenaar of zijn gezinsleden nodig hebben in verband met een handicap.

    Ingevolge artikel 831, lid 1, van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering kan geen beslag gelegd worden op:

    1. bedragen en voorschotten in natura voor de vergoeding van onkosten of zakelijke reiskosten;
    2. bedragen die door de schatkist voor speciale doeleinden zijn toegekend (met name studiebeurzen en steunregelingen), tenzij de vordering waarop de tenuitvoerleggingsmaatregel van toepassing is, haar oorsprong vindt in de uitvoering van deze doeleinden of in een alimentatieverplichting;
    3. middelen afkomstig van programma’s die worden gefinancierd door de fondsen bedoeld in artikel 5, lid 1, punten 2 en 3, van de wet van 27 augustus 2009 inzake overheidsfinanciën (ustawa z dnia 27 sierpnia 2009 r. o finansach publicznych; Staatscourant van 2013, punten 885, 938 en 1646), tenzij de vordering waarop de tenuitvoerleggingsmaatregel van toepassing is, haar oorsprong vindt in de uitvoering van het project waarvoor de middelen waren bestemd;
    4. onvervreemdbare rechten, tenzij de mogelijkheid tot overdracht van deze rechten in de overeenkomst is toegestaan, de prestatie vatbaar is voor beslag of de uitoefening van het recht aan een andere persoon is toevertrouwd;
    5. uitkeringen van schadeverzekeringen binnen de vastgestelde grenzen, via een regeling van de minister van Financiën en de minister van Justitie; dit geldt overigens niet voor de tenuitvoerlegging tot inning van alimentatieverplichtingen;
    6. sociale uitkeringen als bedoeld in de wet van 12 maart 2004 inzake de sociale bijstand (ustawa z dnia 12 marca 2004 r. o pomocy społecznej; Staatscourant van 2013, punt 182, zoals gewijzigd);
    7. geldbedragen uit te keren aan de schuldenaar uit de nationale begroting of het nationaal ziekenfonds voor het verlenen van gezondheidszorg in de zin van de wet van 27 augustus 2004 inzake de met openbare middelen gefinancierde gezondheidszorg (ustawa z dnia 27 sierpnia 2004 r. o świadczeniach opieki zdrowotnej finansowanych ze środków publicznych; Staatscourant van 2008, nr. 164, punt 1027, zoals gewijzigd) voorafgaand aan de beëindiging van deze dienstverlening, waarvan de hoogte gelijk is aan 75 % van iedere betaling, tenzij het vorderingen betreft van de werknemers van de schuldenaar of van dienstverleners als bedoeld in artikel 5, lid 41, punten a en b, van de wet van 27 augustus 2004 inzake de met openbare middelen gefinancierde gezondheidszorg.

    Op grond van artikel 833, lid 1, van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering, is het deel van het salaris waarop beslag kan worden gelegd in het kader van loonbeslag, vastgesteld in de wet van 26 juni 1974 betreffende de arbeidswet, hierna de “arbeidswet” (ustawa z dnia 26 czerwca 1974 r. — kodeks pracy; Staatscourant van 2020, nr. 1320, gecodificeerde versie). Deze bepalingen zijn van overeenkomstige toepassing op werkloosheidsuitkeringen, prestatie-uitkeringen, studiebeurzen en opleidingspremies, die worden betaald op grond van regelgeving voor de bevordering van werkgelegenheid en arbeidsbureaus.

    Overeenkomstig artikel 871, lid 1, van de arbeidswet kan geen beslag worden gelegd op het volgende deel van het salaris:

    1. het bedrag ter hoogte van het minimumloon, vastgesteld op grond van verschillende bepalingen, dat is verschuldigd aan werknemers die fulltime werken, na aftrek van de socialezekerheidsbijdragen en belastingen – minus het te innen bedrag op grond van executoriale titels inzake vorderingen anders dan alimentatieverplichtingen;
    2. het bedrag dat gelijk is aan 75 % van het onder punt 1 bedoelde salaris – na aftrek van de aan de werknemer toegekende voorschotten;
    3. het bedrag dat gelijk is aan 90 % van het onder punt 1 bedoelde salaris – na aftrek van geldboeten zoals bepaald in artikel 108 van de arbeidswet.

    Indien de werknemer parttime werkt, worden deze bedragen aangepast naar evenredigheid van het aantal gewerkte uren.

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 08/07/2022

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Portugal

    1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

    Tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken bestaat in een rechtsvordering die wordt ingesteld door een schuldeiser of een partij die om tenuitvoerlegging verzoekt tegen een schuldenaar of een persoon tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht, waarbij de schuldeiser de rechtbank verzoekt de naleving van een verplichting jegens hem af te dwingen.

    De tenuitvoerlegging kan zijn gericht op drie doelstellingen: betaling van een geldsom, afgifte van een specifieke zaak, of het verrichten dan wel nalaten van een handeling.

    Tenuitvoerlegging kan de vorm aannemen van een standaard gerechtelijke procedure (gewoon, verkort of enkelvoudig) of een bijzondere procedure.

    Alle tenuitvoerleggingsprocedures voor de betaling van een geldsom hebben de vorm van een gewone standaard gerechtelijke procedure met uitzondering van die welke hierna zijn uiteengezet, die de vorm hebben van een verkorte procedure, en tenuitvoerleggingsprocedures in verband met onderhoudsvorderingen, die de vorm hebben van een bijzondere procedure.

    Verkorte procedures worden gebruikt in tenuitvoerleggingsprocedures voor de betaling van een geldsom op basis van:

    • een arbitrale of rechterlijke uitspraak in zaken waarin een dergelijke uitspraak niet in de gerechtelijke procedure zelf ten uitvoer kan worden gelegd;
    • een verzoek om een betalingsbevel waarbij een executoriale titel is gevoegd;
    • een buitengerechtelijke executoriale titel met betrekking tot een achterstallige geldelijke verplichting die is gewaarborgd door een hypotheek of pand;
    • een buitengerechtelijke executoriale titel met betrekking tot een achterstallige geldelijke verplichting waarvan de waarde niet hoger is dan tweemaal de waarde waarvoor de rechtbank van eerste aanleg bevoegd is.

    Ook wanneer er sprake is van een van de bovengenoemde executoriale titels, is de gewone vorm in plaats van de verkorte vorm van toepassing in de volgende gevallen:

    • tenuitvoerlegging van een alternatieve verplichting, afhankelijk van een optie of een voorwaarde;
    • wanneer de ten uitvoer te leggen verplichting moet worden afgewikkeld in de tenuitvoerleggingsfase en de afwikkeling niet afhangt van een eenvoudige rekenkundige berekening;
    • wanneer er een andere executoriale titel is dan een rechterlijke beslissing tegen slechts een van de echtgenoten, en de om de tenuitvoerlegging verzoekende partij in het verzoek om tenuitvoerlegging stelt dat de schuld gemeenschappelijk is;
    • in tenuitvoerleggingsprocedures tegen slechts een subsidiaire schuldenaar die geen afstand heeft gedaan van het voorrecht van uitwinning (benefício da excussão prévia).

    Tenuitvoerleggingsprocedures met betrekking tot de afgifte van een specifieke zaak en het verrichten van een handeling hebben de vorm van een enkelvoudige standaardprocedure.

    Tenuitvoerlegging van de afgifte van een specifieke zaak kan worden omgezet in tenuitvoerlegging van de betaling van een geldsom wanneer de zaak die de om tenuitvoerlegging verzoekende partij moet ontvangen, niet kan worden gevonden. In dat geval kan de om tenuitvoerlegging verzoekende partij in dezelfde procedure betaling vorderen van de waarde van de zaak die had moeten worden afgegeven en het verlies dat uit de niet-afgifte voortvloeit.

    Tenuitvoerlegging van het verrichten van een handeling kan worden omgezet in tenuitvoerlegging van de betaling van een geldsom indien de om tenuitvoerlegging verzoekende partij vergoeding van de geleden schade en betaling van het bedrag in kwestie vordert.

    Tenuitvoerlegging van onderhoudsvorderingen geschiedt in de vorm van een bijzondere procedure waarbij:

    • de om tenuitvoerlegging verzoekende partij kan verzoeken om toekenning van een deel van de bedragen of salaris- of pensioenbetalingen die een persoon ontvangt tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht, of om overdracht van huurinkomsten van de schuldenaar ter betaling van verschuldigde of vervallen termijnen, en de toekenning of overdracht niet afhankelijk is van inbeslagneming;
    • wanneer de om tenuitvoerlegging verzoekende partij verzoekt om toekenning van de bovengenoemde bedragen of salaris- of pensioenbetalingen, de voor het verrichten van de betalingen of het verwerken van de desbetreffende salarissen verantwoordelijke entiteit ervan in kennis wordt gesteld dat zij het toegekende deel rechtstreeks aan de om tenuitvoerlegging verzoekende partij moet betalen;
    • wanneer een om tenuitvoerlegging verzoekende partij verzoekt om overdracht van huurinkomsten, zij moet aangeven op welke vermogensbestanddelen deze overdracht betrekking heeft en de tenuitvoerleggingsfunctionaris de overdracht zal uitvoeren met betrekking tot de activa die hij als toereikend beschouwt om de verschuldigde en vervallen betalingen te verrichten. De persoon tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht, kan daartoe worden gehoord;
    • de aan tenuitvoerlegging onderworpen partij altijd wordt gedagvaard nadat de inbeslagneming heeft plaatsgevonden, en haar bezwaar tegen de tenuitvoerlegging of inbeslagneming de tenuitvoerlegging niet schorst.

    De tenuitvoerleggingsprocedure is geregeld in de artikelen 550 en 551 (soorten procedures – tenuitvoerleggingsprocedure), 703 tot en met 877 (tenuitvoerleggingsprocedure) en 933 tot en met 937 (bijzondere tenuitvoerlegging van onderhoudsvorderingen) van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering (Código de Processo Civil), die De link wordt in een nieuw venster geopend.hier kunnen worden geraadpleegd.

    2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

    De voor tenuitvoerlegging bevoegde autoriteiten zijn de rechtbanken en tenuitvoerleggingsfunctionarissen.

    De tenuitvoerlegging zelf vindt plaats via een gerechtelijke tenuitvoerleggingsprocedure waarin de rechtbanken de bevoegde autoriteiten zijn en worden bijgestaan door tenuitvoerleggingsfunctionarissen. Naast de gerechtelijke procedure voorziet de wet ook in een “pre-executoriale buitengerechtelijke procedure” (procedimento extrajudicial pré-executivo), die optioneel is en die de schuldeiser kan gebruiken wanneer aan bepaalde vereisten is voldaan. De bevoegde autoriteiten voor de pre-executoriale buitengerechtelijke procedure zijn de tenuitvoerleggingsfunctionarissen.

    Gerechtelijke tenuitvoerlegging

    De tenuitvoerlegging begint met de indiening van het verzoek om tenuitvoerlegging bij de rechtbank. Het model en de voorwaarden voor het indienen van het verzoek om tenuitvoerlegging zijn vastgelegd in Regeringsbesluit nr. 282/2013 van 29 augustus 2013 (zoals gewijzigd bij Regeringsbesluit nr. 239/2020 van 12 oktober 2020 - toestand op de datum van de herziening van dit informatieblad), dat De link wordt in een nieuw venster geopend.hier kan worden geraadpleegd.

    De formulieren die de om tenuitvoerlegging verzoekende partij kan gebruiken voor tenuitvoerleggingen waarvoor geen vertegenwoordiging door een advocaat, advocaat-stagiair of andere vertegenwoordiger nodig is, zijn beschikbaar op het De link wordt in een nieuw venster geopend.CITIUS-portaal

    De tenuitvoerleggingsfunctionaris moet worden aangewezen door de partij die om tenuitvoerlegging verzoekt. Indien deze partij dit niet doet, wijst de griffier van de rechtbank automatisch en willekeurig een tenuitvoerleggingsfunctionaris aan. In uitzonderlijke gevallen waarin de wet voorziet, kunnen de taken van een tenuitvoerleggingsfunctionaris worden uitgevoerd door een gerechtsdeurwaarder.

    In het algemeen is de verdeling van bevoegdheden tussen de rechtbank en de tenuitvoerleggingsfunctionaris als volgt:

    • het is de verantwoordelijkheid van de tenuitvoerleggingsfunctionaris om alle tenuitvoerleggingsformaliteiten te verrichten die niet aan de griffier zijn toegewezen en die niet onder de bevoegdheid van de rechter vallen, daaronder met name begrepen dagvaardingen, kennisgevingen en mededelingen, publicatie, databankraadpleging, inbeslagnemingen en registers van inbeslagnemingen, afwikkelingen en betalingen;
    • zelfs in het geval van afdoening zonder beslissing moet een tenuitvoerleggingsfunctionaris ervoor zorgen dat de uit de zaak voortvloeiende handelingen die zijn optreden vereisen, worden uitgevoerd;
    • naast de bevoegdheden die bij wet uitdrukkelijk zijn toegekend, is het de verantwoordelijkheid van de griffier van de rechtbank om een vlotte afhandeling van de administratieve zaken te waarborgen en om de procedure af te wikkelen en rechterlijke bevelen uit te voeren, zowel met betrekking tot de voorbereidende fase als de declaratoire procedures en incidenten in verband met de dagvaarding, hetgeen de verantwoordelijkheid is van de tenuitvoerleggingsfunctionaris;
    • het is tevens de verantwoordelijkheid van de griffier van de rechtbank om de tenuitvoerleggingsfunctionaris officieus in kennis te stellen van lopende declaratoire procedures en incidenten en de bijbehorende handelingen die de procedure kunnen beïnvloeden.

    Het is met name

    de verantwoordelijkheid van de rechter om:

    • zo nodig een voorlopige voorziening te treffen;
    • te beslissen over het bezwaar tegen tenuitvoerlegging en inbeslagneming en de vorderingen te verifiëren en te rangschikken binnen een termijn van maximaal drie maanden, te rekenen vanaf de datum waarop het bezwaar of de vordering is ingediend;
    • te beslissen, zonder dat beroep mogelijk is, over bezwaren tegen maatregelen en beslissingen van de tenuitvoerleggingsfunctionaris;
    • te beslissen over andere kwesties die aan de orde zijn gesteld door de tenuitvoerleggingsfunctionaris, de partijen of interveniërende derden.

    Het is met name de verantwoordelijkheid van de tenuitvoerleggingsfunctionaris om:

    • de nodige maatregelen te treffen om de wettigheid van de executoriale titel te verifiëren en het computerbestand van tenuitvoerleggingen en de rechtstreeks te benaderen online databanken te raadplegen om vast te stellen welke vermogensbestanddelen voor beslag vatbaar zijn;
    • een dagvaardingsexploot te betekenen aan de persoon tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht, met inbegrip van zaken waarbij de betrokken persoon wordt gedagvaard om aan te geven welke vermogensbestanddelen in beslag kunnen worden genomen wanneer geen voor beslag vatbare vermogensbestanddelen zijn aangewezen;
    • de inbeslagneming te verrichten en vervolgens de kosten te ramen;
    • de verkoop te verrichten, de juridische kosten op de opbrengst in mindering te brengen en voor betaling zorg te dragen.

    Voor tenuitvoerleggingen in Portugal is de absolute bevoegdheid van de rechtbanken als volgt:

    (artikelen 111 tot en met 131 van Wet nr. 62/2013 van 26 augustus 2013, De link wordt in een nieuw venster geopend.hier beschikbaar)

    • de tenuitvoerleggingskamers (juízos de execução) van de centrale districtsrechtbank (Instância Central do Tribunal de Comarca) zijn bevoegd voor civiele tenuitvoerleggingsprocedures, met uitzondering van: bevoegdheden die zijn toegewezen aan de rechtbank voor intellectuele eigendom, de rechtbank voor mededinging, regelgeving en toezicht, de scheepvaartrechtbank, de familie- en jeugdcolleges, de arbeidscolleges of de handelscolleges, evenals de uitvoering van beslissingen van het strafcollege die, krachtens strafprocedures, niet voor een civiel college mogen worden gebracht;
    • wanneer er geen tenuitvoerleggingskamer of andere kamer of gespecialiseerde rechtbank met bevoegdheid is, zijn de kamers met algemene bevoegdheid of, in voorkomend geval, de civiele kamer van de plaatselijke districtsrechtbank (Instância Local do Tribunal de Comarca) bevoegd.

    De territoriale bevoegdheid van Portugese rechtbanken voor het inleiden van een gedwongen tenuitvoerlegging is als volgt (artikelen 85 tot en met 90 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering, die De link wordt in een nieuw venster geopend.hier kunnen worden geraadpleegd):

    • in de regel komt de tenuitvoerleggingsbevoegdheid toe aan de rechtbank van de woonplaats van de persoon tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht, tenzij anders is bepaald in een specifieke wettelijke bepaling of in de volgende regels;
    • de om tenuitvoerlegging verzoekende partij kan kiezen bij welke rechtbank de verplichting moet worden nagekomen wanneer de persoon tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht, een rechtspersoon is of wanneer de om tenuitvoerlegging verzoekende partij in het grootstedelijke gebied van Lissabon of Porto woont en de persoon tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht, in hetzelfde grootstedelijke gebied woont;
    • indien de tenuitvoerlegging betrekking heeft op de afgifte van een bepaalde zaak of op een schuld waarvoor een zakelijke zekerheid is gesteld, komt de tenuitvoerleggingsbevoegdheid toe aan de rechtbank van de plaats waar de zaak zich bevindt of van de plaats waar de bezwaarde vermogensbestanddelen zich bevinden;
    • wanneer de tenuitvoerleggingsprocedure moet worden ingesteld bij de rechtbank van de woonplaats van de persoon tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht en die persoon niet in Portugal woont, maar daar wel over vermogensbestanddelen beschikt, komt de bevoegdheid toe aan de rechtbank van de plaats waar die vermogensbestanddelen zich bevinden;
    • de rechtbank van de plaats waar de vermogensbestanddelen zich bevinden, is ook bevoegd wanneer de tenuitvoerleggingsprocedure bij een Portugese rechtbank moet worden ingesteld, omdat deze betrekking heeft op de geldigheid van de oprichting/ontbinding van een vennootschap/andere rechtspersoon met statutaire zetel in Portugal of op de geldigheid van de beslissingen van haar organen, en geen van de situaties van toepassing is die onder de hiervoor of hierna genoemde regels voor tenuitvoerlegging vallen;
    • in zaken waarin een aantal tenuitvoerleggingsprocedures door rechtbanken met verschillende territoriale bevoegdheden moet worden behandeld, komt de bevoegdheid toe aan de rechtbank van de woonplaats van de persoon tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht;
    • bij de tenuitvoerlegging van een beslissing van een Portugese rechtbank wordt het verzoek om tenuitvoerlegging ingediend in de procedure waarin de betrokken beslissing is gegeven en de tenuitvoerlegging in het dossier is opgenomen. Indien vervolgens beroep in de zaak is ingesteld, wordt de tenuitvoerlegging in het beroep voortgezet. Wanneer een gespecialiseerde kamer bevoegd is voor tenuitvoerlegging, moeten een kopie van de beslissing, het verzoekschrift dat de aanleiding voor de tenuitvoerlegging vormde en de begeleidende documenten zo spoedig mogelijk aan deze gespecialiseerde kamer worden toegezonden;
    • indien de beslissing door arbiters is gegeven in een arbitrageprocedure die in Portugal heeft plaatsgevonden, is de voor de tenuitvoerlegging bevoegde rechtbank de districtsrechtbank van de plaats van arbitrage;
    • indien de zaak aanhangig is gemaakt bij het hof van beroep of het Hooggerechtshof (Supremo Tribunal de Justiça), komt de bevoegdheid toe aan de rechtbank van de woonplaats van de persoon tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht;
    • bij tenuitvoerleggingen met betrekking tot kosten, boetes en vergoedingen die verschuldigd zijn als gevolg van misbruik van procesrecht, komt de bevoegdheid toe aan de rechtbank waar de procedure is gevoerd die aanleiding voor de kennisgeving van de desbetreffende afrekening of afwikkeling heeft gegeven. Tenuitvoerleggingen met betrekking tot kosten, boetes en vergoedingen vinden plaats door voeging met de desbetreffende zaak;
    • wanneer de betaling van de kosten, boetes of vergoedingen is gelast door het hof van beroep of het Hooggerechtshof, vindt tenuitvoerlegging plaats bij de rechtbank van eerste aanleg die bevoegd is in het gebied waar de zaak is behandeld;
    • bij tenuitvoerlegging op basis van een buitenlandse rechterlijke beslissing, waaronder een Europese executoriale titel, is de rechtbank van de woonplaats van de verweerder bevoegd.

    Pre-executoriale buitengerechtelijke procedure

    Als alternatieve oplossing voor de gerechtelijke procedure kunnen schuldeisers kiezen voor toepassing van een voorafgaande administratieve procedure die wordt aangeduid als PEPEX (procedimento extrajudicial pré-executivo (pre-executoriale buitengerechtelijke procedure).

    Tenuitvoerleggingsfunctionarissen zijn de bevoegde autoriteit voor het uitvoeren van de maatregelen in het kader van deze procedure.

    PEPEX kan worden toegepast in het geval van: nationale tenuitvoerleggingsbeslissingen, andere nationale executoriale titels, uitvoerbaar verklaarde buitenlandse rechterlijke beslissingen, beslissingen waarvan de uitvoerbaarheid is gebaseerd op EU-wetgeving, verdragen of overeenkomsten die bindend zijn voor Portugal, en Europese executoriale titels. In elk van deze gevallen moet aan beide volgende vereisten worden voldaan:

    • de schuldeiser moet in het bezit zijn van een executoriale titel die voldoet aan de vereisten voor toepassing van de verkorte vorm van de standaard tenuitvoerleggingsprocedure voor betaling van een geldsom; en
    • de verzoeker en de verweerder moeten beiden een fiscaal identificatienummer in Portugal hebben, ongeacht hun nationaliteit of woonplaats.

    Tenuitvoerleggingsfunctionarissen zoeken naar vermogensbestanddelen en inkomsten aan de hand van het fiscaal nummer van de verweerder en mogen daarbij alleen gebruikmaken van Portugese databanken (zij mogen geen databanken van andere lidstaten raadplegen). De Portugese wetgeving biedt zowel buitenlandse rechtspersonen als buitenlandse natuurlijke personen de mogelijkheid een fiscaal nummer aan te vragen, ook indien zij geen activiteiten in Portugal uitoefenen of hun woonplaats niet in Portugal hebben.

    PEPEX is een papierloze, elektronische procedure die snel is en die goedkoper is dan een gerechtelijke procedure. Het De link wordt in een nieuw venster geopend.oorspronkelijke verzoek wordt door de schuldeiser ingediend met gebruikmaking van het IT-platform.

    Het portaal van de belasting- en douanedienst is toegankelijk via toegangscodes of door middel van het digitale certificaat van de “burgerkaart” (cartão de cidadão).

    Wanneer een schuldeiser een gemachtigde aanwijst, kunnen de advocaten (advogados) en procureurs (solicitadores) toegang tot het platform krijgen met behulp van een digitaal certificaat dat daartoe wordt afgegeven door hun respectieve beroepsorganisaties.

    Wanneer het verzoek wordt ingediend, wordt de procedure automatisch aan een tenuitvoerleggingsfunctionaris overgedragen en ontvangen de schuldeisers snel (in de regel binnen vijf dagen na indiening van het verzoek) informatie over de kans dat het aan hen verschuldigde geld wordt geïnd of een verklaring dat het oninbaar is voor fiscale doeleinden, zonder dat een gerechtelijke procedure nodig is.

    Het voornaamste doel van deze procedure is vrijwillige betaling te verkrijgen. Maatregelen tot inbeslagneming/beslaglegging zijn in het kader van een PEPEX-procedure niet toegestaan. Daartoe moet de PEPEX-procedure worden omgezet in een tenuitvoerleggingsprocedure.

    Tijdens een PEPEX-procedure kan de geadresseerde van het verzoek een vrijwillige betaling doen of een betalingsovereenkomst met de verzoeker sluiten.

    Wanneer een verzoeker kiest voor kennisgeving aan de schuldenaar, geschiedt deze kennisgeving door de tenuitvoerleggingsfunctionaris, die persoonlijk contact met de schuldenaar opneemt.

    Schuldenaren die op geldige wijze in kennis worden gesteld van de procedure en geen actie ondernemen, worden op de openbare lijst van schuldenaren geplaatst, en de bovengenoemde verklaring van oninbaarheid kan derhalve worden afgegeven voor juridische en fiscale doeleinden. Wanneer de vordering volledig wordt betaald, wordt deze situatie later teruggedraaid doordat de naam van de schuldenaar van de lijst wordt verwijderd en de belastingdienst in kennis wordt gesteld.

    In een PEPEX-procedure kunnen de partijen zich tot de rechter wenden: de verzoeker kan de PEPEX-procedure omzetten in een tenuitvoerleggingsprocedure wanneer er geen vrijwillige betaling is verkregen; de geadresseerde van het verzoek kan dit doen door bezwaar te maken tegen de PEPEX-procedure.

    De kosten van de PEPEX-procedure zijn lager dan die van een gerechtelijke procedure. Een schuldeiser kan voor slechts 51 EUR plus btw nagaan of zijn vordering kan worden ingevorderd, ongeacht de waarde van de vordering. Bij inning van de vordering kunnen de kosten meer bedragen dan 51 EUR, afhankelijk van de zaak.

    Voorts moet erop worden gewezen dat indien de PEPEX-procedure wordt omgezet in een tenuitvoerleggingsprocedure, schuldeisers zijn vrijgesteld van betaling van het eerste griffierecht.

    De PEPEX-procedure is ingevoerd bij Wet nr. 32/2014 van 30 mei 2014, die De link wordt in een nieuw venster geopend.hier kan worden geraadpleegd, en wordt geregeld bij Wet nr. 233/2014 van 14 november 2014, die via deze link kan worden geraadpleegd: De link wordt in een nieuw venster geopend.PEPEX Portaria.

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    3.1 De procedure

    De gehele tenuitvoerleggingsprocedure is gebaseerd op een titel waarin het doel en de beperkingen van de tenuitvoerleggingsmaatregel worden bepaald. Executoriale titels worden geacht ook vertragingsrente tegen het wettelijke tarief over de daarin opgenomen verplichting te omvatten.

    Rechterlijke beslissingen zijn uitvoerbaar en executoriale titels kunnen worden afgegeven onder de volgende omstandigheden:

    a) beslissingen tegen de verweerder;

    • een beslissing wordt pas als een uitvoerbare titel beschouwd nadat zij in kracht van gewijsde is gegaan, tenzij daartegen beroep is aangetekend en dit beroep schorsende werking heeft;
    • vanuit het oogpunt van uitvoerbaarheid zijn titels en andere beslissingen of handelingen van de gerechtelijke autoriteit waarin nakoming van een verplichting wordt geëist, gelijkwaardig aan rechterlijke beslissingen; de beslissingen van het hof van arbitrage (Tribunal Arbitral) zijn uitvoerbaar onder dezelfde voorwaarden als beslissingen van gewone rechtbanken;
    • onverminderd de bepalingen van verdragen, overeenkomsten, EU-verordeningen en bijzondere wetten, kunnen door buitenlandse rechtbanken of arbiters gegeven beslissingen pas als grondslag voor tenuitvoerlegging dienen nadat zij door de bevoegde Portugese rechtbank zijn getoetst en bevestigd;
    • in het buitenland afgegeven titels hoeven niet te worden getoetst om uitvoerbaar te zijn;

    b) door een notaris of een andere daartoe bevoegde entiteit of beroepsbeoefenaar opgestelde of gewaarmerkte stukken waarin een verplichting moet worden vastgesteld of erkend;

    • door een notaris of een andere daartoe bevoegde entiteit of beroepsbeoefenaar opgestelde of gewaarmerkte stukken waarin toekomstige betalingen zijn overeengekomen of toekomstige verplichtingen zijn vastgesteld, kunnen als grondslag voor tenuitvoerlegging dienen, mits aan de hand van een document dat overeenkomstig de in die stukken opgenomen bedingen is opgesteld of, bij het ontbreken van dergelijke bedingen, aan de hand van een op zichzelf uitvoerbaar document is aangetoond dat een betaling is verricht voor het sluiten van een zakelijke overeenkomst of dat een verplichting is vastgesteld naar aanleiding van een overeenkomst tussen de partijen;
    • een namens iemand anders ondertekend document is slechts uitvoerbaar indien de handtekening is gewaarmerkt door een notaris of een andere daartoe bevoegde entiteit of beroepsbeoefenaar;

    c) schuldinstrumenten, ook indien zij slechts handgeschreven zijn, mits in dit geval de feiten die de onderliggende relatie vormen, in het document zelf zijn opgenomen of in het verzoek tot tenuitvoerlegging worden vermeld

    • schuldinstrumenten zijn bijvoorbeeld cheques, wisselbrieven en orderbriefjes;

    d) stukken waaraan uitvoerbaarheid is toegekend door middel van een bijzondere voorziening;

    • bijvoorbeeld verzoeken om een titel waaraan een executoriale titel is toegevoegd en notulen van bijeenkomsten van een vereniging van eigenaren.

    3.2 De grondvoorwaarden

    Met betrekking tot de vordering

    De ten uitvoer te leggen vordering moet zeker, vaststaand en invorderbaar zijn. Indien dit nog niet in het kader van de titel is gebeurd, begint de tenuitvoerlegging met maatregelen om de verplichting zeker, vaststaand en invorderbaar te maken.

    Met betrekking tot de schuldeiser

    De ten uitvoer te leggen vordering moet worden ingesteld door de persoon die in de executoriale titel als schuldeiser is genoemd. Indien de titel is opgesteld aan toonder, wordt de tenuitvoerlegging uitgevoerd door de toonder van de titel.

    Indien in verband met het recht of de verplichting erfopvolging heeft plaatsgevonden, moet de tenuitvoerlegging plaatsvinden met betrekking tot de erfgenamen van de personen die in de executoriale titel als schuldeiser of schuldenaren van de ten uitvoer te leggen verplichting zijn genoemd. In het verzoek om tenuitvoerlegging zelf moet de om tenuitvoerlegging verzoekende partij de feiten uiteenzetten waaruit de erfopvolging blijkt.

    Met betrekking tot de schuldenaar

    De tenuitvoerlegging moet worden gericht tegen de persoon die in de executoriale titel als schuldenaar is genoemd.

    De vermogensbestanddelen van de schuldenaar worden ook in beslag genomen indien deze om welke reden ook in het bezit zijn van een derde, zonder dat evenwel afbreuk wordt gedaan aan rechten die deze derde kan uitoefenen tegen de partij die om tenuitvoerlegging verzoekt.

    De tenuitvoerlegging van een schuld waarvoor een zakelijke zekerheid op vermogensbestanddelen van een derde is gesteld, moet rechtstreeks tegen die derde worden gericht indien de om tenuitvoerlegging verzoekende partij de zekerheid wil uitwinnen, hoewel ook de schuldenaar rechtstreeks kan worden aangesproken.

    Wanneer de tenuitvoerleggingsprocedure alleen tegen de derde is ingesteld en bekend is dat de met een zakelijke zekerheid bezwaarde vermogensbestanddelen ontoereikend zijn, kan de om tenuitvoerlegging verzoekende partij in dezelfde procedure verzoeken om voortzetting van de tenuitvoerleggingsprocedure tegen de schuldenaar, tegen wie een eis tot volledige voldoening van de vordering zal worden ingesteld. Wanneer de bezwaarde vermogensbestanddelen aan de schuldenaar toebehoren, maar in het bezit zijn van een derde, kan zowel deze derde als de schuldenaar rechtstreeks worden aangesproken.

    In een tenuitvoerleggingsprocedure tegen een subsidiaire schuldenaar kunnen de vermogensbestanddelen van de subsidiaire schuldenaar pas in beslag worden genomen nadat alle vermogensbestanddelen van de hoofdschuldenaar in beslag zijn genomen, mits de subsidiaire schuldenaar op goede gronden het voorrecht van uitwinning inroept binnen de termijn voor bezwaar tegen de tenuitvoerlegging.

    Wanneer de gemeenschappelijke vermogensbestanddelen van een echtpaar in een tenuitvoerleggingsprocedure tegen slechts een van de echtgenoten in beslag worden genomen, omdat de vermogensbestanddelen van de partij tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht, ontoereikend worden geacht, wordt de echtgenoot van de partij tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht, opgeroepen om scheiding van goederen aan te vragen of een verklaring bij te voegen waaruit blijkt dat een zaak aanhangig is waarin reeds om scheiding is verzocht, op straffe van voortzetting van de tenuitvoerleggingsprocedure tegen de gemeenschappelijke vermogensbestanddelen.

    Wanneer de tenuitvoerleggingsprocedure tegen een van de echtgenoten wordt ingesteld, kan de om tenuitvoerlegging verzoekende partij stellen, onder opgave van redenen, dat de in een ander instrument dan de rechterlijke beslissing vastgelegde schuld gemeenschappelijk is. In dergelijke gevallen wordt de echtgenoot van de partij tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht, opgeroepen om op basis van de aangevoerde gronden aan te geven of hij of zij aanvaardt dat de schuld gemeenschappelijk is; indien de echtgenoot niet op de oproep reageert, wordt de schuld geacht gemeenschappelijk te zijn, onverminderd eventuele bezwaren die hij of zij kan indienen.

    Wanneer een tenuitvoerleggingsprocedure wordt ingesteld tegen een of meer mede-eigenaren van een zelfstandige boedel of een gemeenschappelijke boedel, kunnen de vermogensbestanddelen van de zelfstandige boedel of een deel daarvan, of een bepaald gedeelte van de gemeenschappelijke boedel, niet in beslag worden genomen.

    Wanneer een tenuitvoerleggingsprocedure wordt ingesteld tegen erfgenamen, kunnen alleen vermogensbestanddelen in beslag worden genomen die zij van de overledene hebben ontvangen. Wanneer de inbeslagneming betrekking heeft op andere vermogensbestanddelen, kan de partij tegen wie om inbeslagneming wordt verzocht, de tenuitvoerleggingsfunctionaris verzoeken de goederen vrij te geven. Daarbij geeft zij aan welke goederen van de nalatenschap zij in haar bezit heeft. Het verzoek wordt toegewezen indien de om tenuitvoerlegging verzoekende partij, na te zijn gehoord, geen bezwaar maakt. Indien de om tenuitvoerlegging verzoekende partij bezwaar maakt tegen het vrijgeven van de goederen, kan de partij tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht, alleen vrijgave van de goederen verkrijgen indien de erfenis onvoorwaardelijk is aanvaard (zonder dat een inventarisatieprocedure is ingeleid) en op voorwaarde dat zij voor de rechtbank stelt en bewijst:

    a) dat de in beslag genomen vermogensbestanddelen niet uit de nalatenschap afkomstig zijn;

    b) dat zij uit de nalatenschap niet meer vermogensbestanddelen heeft ontvangen dan die welke zij heeft aangegeven of, indien zij wel meer heeft ontvangen, dat de andere vermogensbestanddelen alle zijn gebruikt om verplichtingen van de nalatenschap af te wikkelen.

    De wettelijke bepalingen waarop deze regeling is gebaseerd, worden in het antwoord op vraag 1 genoemd.

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    De belangrijkste tenuitvoerleggingsmaatregelen zijn:

    • inbeslagneming;
    • verkoop;
    • betaling;
    • afgifte van een zaak;
    • verrichten van de handeling door iemand anders voor rekening van de partij tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht.

    Deze belangrijkste tenuitvoerleggingsmaatregelen kunnen worden voorafgegaan of gevolgd door andere instrumentele maatregelen die nodig zijn voor de uitvoering ervan (bv. keuze voor nakoming wanneer de verplichting alternatief is; naleving van een voorwaarde of verrichting van een dienst waarvan de ten uitvoer te leggen verplichting afhankelijk is; liquidatie van de ten uitvoer te leggen verplichting wanneer deze niet liquide is; evaluatie van de kosten van vervangbare uitvoering door een derde; voorafgaand overleg om de voor beslag vatbare activa te lokaliseren en te identificeren; registratie van inbeslagneming; opzet van een depot voor de in beslag genomen activa; bekendmaking van de verkoop van de in beslag genomen activa; melding van de verkoop aan het registratiebureau).

    De keuze van tenuitvoerleggingsmaatregelen is afhankelijk van het doel van de tenuitvoerlegging, dat kan bestaan in: de betaling van een geldsom; de afgifte van een bepaalde zaak; of het verrichten van een handeling.

    In een tenuitvoerleggingsprocedure voor de betaling van een geldsom zijn de meest geschikte tenuitvoerleggingsmaatregelen met het oog op de tenuitvoerleggingsprocedure inbeslagneming, verkoop en betaling.

    In een tenuitvoerleggingsprocedure voor de afgifte van een bepaalde zaak is de meest geschikte tenuitvoerleggingsmaatregel met het oog op de tenuitvoerleggingsprocedure de afgifte van de betrokken zaak door de tenuitvoerleggingsfunctionaris. Wanneer de zaak die de om tenuitvoerlegging verzoekende partij moet ontvangen, niet kan worden gevonden, kan zij de vordering in een tenuitvoerleggingsprocedure voor de betaling van een geldsom omzetten, welke som de waarde van de zaak plus een schadevergoeding in verband met niet-afgifte omvat.

    In een tenuitvoerleggingsprocedure voor het verrichten van een handeling zijn twee alternatieve tenuitvoerleggingsmaatregelen geschikt: verrichten van de handeling door een andere persoon voor rekening van de partij tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht, wanneer de handeling vervangbaar is, plus een schadevergoeding voor de vertraging; of betaling van een vergoeding voor geleden schade, wanneer de handeling niet vervangbaar is, eventueel verhoogd met een boete. Wanneer de om tenuitvoerlegging verzoekende partij vergoeding voor geleden schade vordert, wordt de vordering omgezet in een tenuitvoerleggingsprocedure voor de betaling van een geldsom.

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    Alle activa van de schuldenaar die voor beslag vatbaar zijn, kunnen aan tenuitvoerlegging worden onderworpen.

    De tenuitvoerlegging kan betrekking hebben op activa van derden wanneer deze verbonden zijn met de kredietgarantie of wanneer deze betrokken zijn bij een voor de schuldeiser nadelige handeling die de schuldeiser met succes heeft betwist.

    Alleen in geld waardeerbare zaken en rechten kunnen in beslag worden genomen. Activa die niet legaal verhandelbaar zijn, kunnen niet in beslag worden genomen.

    Met betrekking tot bovengenoemde regels kunnen de volgende activa aan tenuitvoerlegging worden onderworpen:

    • onroerende goederen;
    • roerende goederen;
    • kredieten;
    • effecten;
    • rechten;
    • toekomstige rechten;
    • bankdeposito’s;
    • toelagen of salarissen;
    • ondeelbare goederen;
    • aandelen in ondernemingen;
    • bedrijfsruimten.

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    Gevolgen van inbeslagneming

    • met uitzondering van gevallen waarin de wet specifiek voorziet, verwerft de om tenuitvoerlegging verzoekende partij door inbeslagneming het recht om bij voorrang te worden voldaan boven andere schuldeisers zonder voorafgaande zakelijke zekerheid;
    • indien de activa van de partij tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht, reeds in beslag zijn genomen, wordt de rangorde van het beslag bepaald door de datum waarop zij in beslag zijn genomen;
    • onverminderd de regels betreffende registratie kunnen daden van beschikking, bezwaring of verhuur van in beslag genomen activa niet worden ingeroepen tegen de tenuitvoerlegging;
    • wanneer een vordering van de schuldenaar wordt bijgevoegd, kan het vervallen van de vordering na de beslaglegging om een reden die afhankelijk is van de wil van de partij tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht of zijn schuldenaar, evenmin worden ingeroepen tegen de tenuitvoerlegging;
    • de volledige betaling of cessie vóór de beslaglegging van huren die nog niet zijn vervallen, kan niet aan de om tenuitvoerlegging verzoekende partij worden tegengeworpen voor zover die huren betrekking hebben op perioden die nog niet zijn verstreken op de datum van beslaglegging;
    • indien de in beslag genomen zaak verloren gaat, wordt onteigend of in waarde daalt en in een van de gevallen sprake is van schadevergoeding door derden, heeft de om tenuitvoerlegging verzoekende partij hetzelfde recht op de betrokken vorderingen of de als schadevergoeding betaalde geldsommen als het recht dat zij op de zaak had.

    Gevolgen van verkoop

    • bij een gedwongen verkoop gaan de rechten op de verkochte zaak van de partij tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht, over op de koper;
    • de activa worden overgedragen vrij van pandrechten waarmee zij zijn bezwaard en van andere zakelijke rechten die vóór de beslaglegging, inbeslagneming of garantie niet waren geregistreerd, met uitzondering van die welke op een eerdere datum al waren gevestigd en die gevolgen hebben voor derden ongeacht of zij zijn geregistreerd;
    • de hierboven bedoelde rechten van derden die vervallen, worden in de opbrengst van de verkoop van de betrokken activa opgenomen.

    Gevolgen van betaling

    • betaling beëindigt de tenuitvoerlegging;
    • betaling kan plaatsvinden door middel van betaling in contanten, toewijzing van activa aan de schuldeiser, toerekening van inkomsten of betaling in termijnen via een overeenkomst tussen de partij die om tenuitvoerlegging verzoekt en de partij tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht.

    Gevolgen van afgifte van een zaak

    • indien de partij tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht, de zaak niet vrijwillig afgeeft, zijn bij wijze van alternatief de bepalingen inzake inbeslagneming mutatis mutandis op de afgifte van toepassing en worden opsporingen en andere noodzakelijke maatregelen uitgevoerd;
    • bij de afgifte kunnen activa van de staat, andere publiekrechtelijke rechtspersonen, houders van concessies voor openbare werken of diensten, of charitatieve instellingen zijn betrokken;
    • wanneer het gaat om roerende goederen die worden bepaald door telling, weging of meting, laat de tenuitvoerleggingsfunctionaris de essentiële handelingen in zijn aanwezigheid uitvoeren en levert hij de hoeveelheid die aan de om tenuitvoerlegging verzoekende partij is verschuldigd;
    • wanneer het gaat om onroerende goederen, erkent de tenuitvoerleggingsfunctionaris de eigendom van de om tenuitvoerlegging verzoekende partij door haar de documenten en eventuele sleutels te overhandigen en stelt hij de partij tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht, huurders en elke bezitter in kennis om ervoor te zorgen dat zij de rechten van de om tenuitvoerlegging verzoekende partij eerbiedigen en erkennen;
    • wanneer een zaak in gemeenschappelijk eigendom met andere belanghebbenden wordt gedeeld, wordt de om tenuitvoerlegging verzoekende partij eigenaar van haar aandeel;
    • wanneer het onroerend goed het hoofdverblijf is van de partij tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht, zal in het geval van ernstige problemen bij haar herhuisvesting de tenuitvoerleggingsfunctionaris daarvan vooraf mededeling doen aan de gemeente en de bevoegde welzijnsinstellingen;
    • wanneer het onroerend goed het hoofdverblijf is van de partij tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht en zij dit heeft gehuurd, schort de tenuitvoerleggingsfunctionaris de afgifte op, wanneer door overlegging van een medische verklaring waarin de periode is vermeld gedurende welke de schorsing van de tenuitvoerlegging moet worden gehandhaafd, wordt aangetoond dat de maatregel het leven van de persoon in de woning in gevaar brengt omdat deze een acute ziekte heeft.

    Gevolgen van het verrichten van een handeling

    • indien de om tenuitvoerlegging verzoekende partij kiest voor het verrichten van de handeling door een andere persoon, verzoekt zij om een deskundige aan te wijzen om de kosten daarvan vast te stellen;
    • wanneer de kosten zijn vastgesteld, worden de voor de betaling van het vastgestelde bedrag benodigde activa in beslag genomen en worden de andere voorwaarden van de tenuitvoerleggingsprocedure voor betaling van een geldsom in acht genomen;
    • indien de schuldenaar geen handelingen mag verrichten maar dit toch doet, heeft de schuldeiser het recht te vorderen dat de werken, als er voltooide werken zijn, worden gesloopt voor rekening van de persoon die ze niet mag uitvoeren;
    • dit recht eindigt, en er is alleen een schadevergoeding onder algemene voorwaarden verschuldigd, wanneer de door de schuldenaar geleden schade als gevolg van de sloop aanzienlijk hoger is dan de schade die de schuldeiser heeft geleden.

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    De verkoop, betaling en afgifte van een zaak en het verrichten van een handeling zijn tenuitvoerleggingsmaatregelen waaraan na de uitvoering ervan geen geldigheidstermijn is verbonden. Hetzelfde is van toepassing op inbeslagneming, zij het dat daarvoor wel de hierna vermelde specifieke voorwaarde geldt met betrekking tot de inbeslagneming van activa waarvan registratie verplicht is.

    De inbeslagneming van aan registratie onderworpen onroerende en roerende goederen moet verplicht worden geregistreerd, waarvoor de tenuitvoerleggingsfunctionaris verantwoordelijk is. In bepaalde gevallen waarin de wet uitdrukkelijk voorziet, heeft de registratie van de inbeslagneming een voorlopig karakter. De voorlopige registratie eindigt indien deze niet wordt omgezet in een permanente registratie of niet wordt verlengd binnen de gestelde termijn. Daarom moet in het geval van inbeslagneming van aan registratie onderworpen activa waarvan de registratie voorlopig is, de tenuitvoerleggingsfunctionaris ervoor zorgen dat de voorlopige registratie wordt omgezet in een permanente registratie, indien dit in de tussentijd mogelijk wordt, of wordt verlengd zolang dat nodig is.

    Tot slot kan een reeds ingeleide tenuitvoerleggingsprocedure in de fase van due diligence ter lokalisering van de activa van de schuldenaar worden beëindigd zonder dat betaling is ontvangen, indien de due diligence na het verstrijken van de in het civiele procesrecht vastgestelde termijnen vruchteloos blijkt, afhankelijk van de zaken en de toepasselijke vorm van de procedure.

    De wettelijke bepalingen waarop deze regeling is gebaseerd, worden in het antwoord op vraag 1 genoemd.

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    In brede zin heeft het woord “beroep” (recurso) betrekking op bezwaar tegen tenuitvoerlegging, bezwaar tegen inbeslagneming en beroep in strikte zin.

    Bezwaar tegen tenuitvoerlegging

    De persoon tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht, kan de tenuitvoerlegging betwisten door binnen twintig dagen, te rekenen vanaf de datum van dagvaarding, bezwaar te maken tegen de tenuitvoerlegging.

    Onverminderd de bepalingen van internationaal en EU-recht, die bindend zijn voor Portugal en voorrang hebben, variëren in de nationale wetgeving de gronden voor bezwaar tegen tenuitvoerlegging afhankelijk van de vraag of de tenuitvoerlegging is gebaseerd op een rechterlijke beslissing (beperkter), een arbitrale beslissing (iets breder), of een andere executoriale titel (nog breder).

    Wanneer de tenuitvoerlegging op een rechterlijke beslissing berust, kunnen de bezwaren slechts worden gebaseerd op de volgende gronden:

    • de titel bestaat niet of kan niet ten uitvoer worden gelegd;
    • het dossier of de gewaarmerkte kopie is vervalst of onnauwkeurig en dit beïnvloedt de voorwaarden van de tenuitvoerlegging;
    • ontbreken van een vormvoorschrift waarvan de regelmatigheid van de tenuitvoerleggingsprocedure afhankelijk is, onverminderd de naleving van dit voorschrift;
    • de verweerder heeft niet deelgenomen aan de declaratoire procedure, ingeval een van de in artikel 696, punt e), van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering bedoelde situaties aan het licht komt (dagvaardingsexploot is niet betekend of is nietig; verweerder is niet op de hoogte van de dagvaarding om redenen die niet aan hem kunnen worden toegeschreven; geen bezwaren wegens overmacht);
    • onzekerheid, niet-afdwingbaarheid of niet-liquiditeit van de ten uitvoer te leggen verplichting, waarop niet is ingegaan in de eerste fase van de tenuitvoerleggingsprocedure;
    • zaak berecht voordat de beslissing ten uitvoer wordt gelegd;
    • factoren die de verplichting tenietdoen of wijzigen, mits dit gebeurt nadat de beraadslagingen in de declaratoire procedure zijn gesloten en er bewijsstukken kunnen worden overgelegd; de verjaring van het recht of de verplichting kan met alle middelen worden aangetoond;
    • een reconventionele vordering tegen de persoon die om tenuitvoerlegging verzoekt, met het doel verrekening van vorderingen te verkrijgen;
    • bij een rechterlijke beslissing waarbij een schikking of een akkoord wordt goedgekeurd, alle gronden van nietigheid of vernietigbaarheid van deze handelingen.

    Wanneer de tenuitvoerlegging is gebaseerd op een arbitrale beslissing, kunnen naast bovengenoemde gronden ook de gronden worden ingeroepen waarop de gerechtelijke nietigverklaring van deze beslissing kan worden gebaseerd, onverminderd de bepalingen van de De link wordt in een nieuw venster geopend.Wet op de vrijwillige arbitrage

    Wanneer de tenuitvoerlegging niet is gebaseerd op een rechterlijke beslissing of op een verzoek om een rechtelijk bevel waarbij een executoriale titel is gevoegd, kunnen naast de gronden voor bezwaar tegen tenuitvoerlegging op basis van een reeds vermelde beslissing, alle andere gronden worden ingeroepen als verweer in de declaratoire procedure.

    Bezwaar tegen inbeslagneming

    De partij tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht, haar echtgenoot en derden kunnen in de volgende gevallen bezwaar maken tegen de inbeslagneming van bepaalde activa.

    Wanneer activa in beslag worden genomen die toebehoren aan de partij tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht, kan die partij op een van de volgende gronden bezwaar maken tegen de inbeslagneming:

    • ontoelaatbaarheid van de inbeslagneming van de activa die in beslag zijn genomen of van de mate waarin de inbeslagneming is uitgevoerd;
    • onmiddellijke inbeslagneming van activa die de ingevorderde schuld slechts subsidiair dekken;
    • inbeslagneming van activa waarvoor de maatregel niet had mogen gelden, omdat zij naar materieel recht de ingevorderde schuld niet dekken.

    Indien de inbeslagneming of een door de rechter bevolen confiscatie of afgifte van activa een inbreuk vormt op het eigendomsrecht of een ander met de uitvoering of reikwijdte van de maatregel onverenigbaar recht van iemand die geen partij bij de zaak is, kan de benadeelde partij dit recht doen gelden door een derdenvordering tot revindicatie in te stellen.

    Een echtgenoot die zich in de positie van een derde bevindt, kan zonder toestemming van de andere echtgenoot zijn of haar rechten verdedigen met betrekking tot de eigen vermogensbestanddelen of de gemeenschappelijke vermogensbestanddelen die door de inbeslagneming zijn aangetast.

    De wettelijke bepalingen waarop deze regeling is gebaseerd, worden in het antwoord op vraag 1 genoemd.

    Beroepen

    Er kan een gewone beroepsprocedure worden ingesteld bij een hof van beroep (de apelação) (tegen een beslissing van een rechtbank van eerste aanleg) of over een rechtsvraag (de revista) (bij het Hooggerechtshof). Gewone beroepen tegen rechterlijke beslissingen in tenuitvoerleggingsprocedures vallen onder de bepalingen die van toepassing zijn op de declaratoire procedure.

    Als algemene regel geldt dat een gewoon beroep alleen ontvankelijk is wanneer de zaak een hogere waarde heeft dan het bedrag waarvoor de rechtbank bevoegd is tegen wiens beslissing beroep is ingesteld en de bestreden beslissingen ongunstig voor de verzoekster zijn voor een bedrag dat ook hoger is dan de helft van het bedrag waarvoor die rechtbank bevoegd is. In Portugal bedraagt het bedrag waarvoor het Hooggerechtshof bevoegd is 30 000 EUR en het bedrag waarvoor de rechtbank van eerste aanleg bevoegd is 5 000 EUR.

    Tenuitvoerleggingsprocedures voorzien in bepaalde interlocutoire verklaringen die al dan niet plaatsvinden, afhankelijk van de zaak: bijvoorbeeld bezwaren tegen de tenuitvoerlegging via revindicatievorderingen van de partij tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht, bezwaar tegen inbeslagneming door de partij tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht of door derden, verificatie en rangschikking van vorderingen wanneer er schuldeisers met een zakelijke zekerheid op de in beslag genomen goederen zijn die betaling van hun vorderingen uit de opbrengst van de in beslag genomen goederen vorderen. Onder de bovengenoemde voorwaarden kan ook beroep worden ingesteld tegen de beslissingen op die interlocutoire verklaringen.

    In tenuitvoerleggingsprocedures kan met name beroep worden ingesteld tegen:

    • een beslissing over de diskwalificatie van een rechter;
    • een beslissing over de exclusieve bevoegdheid van een rechtbank;
    • een beslissing waarbij schorsing van de procedure wordt gelast;
    • een bevel om een gearticuleerde memorie (articulado) of bewijsmateriaal te aanvaarden of te weigeren;
    • een beslissing tot het opleggen van een boete of andere procedurele sanctie;
    • een beslissing waarbij annulering van een registratie wordt gelast;
    • een beslissing die is gegeven na de eindbeslissing;
    • beslissingen waarbij het volstrekt zinloos zou zijn om deze te betwisten door beroep in te stellen tegen de eindbeslissing;
    • beslissingen tot schorsing, vernietiging of nietigverklaring van de tenuitvoerlegging;
    • beslissingen betreffende nietigverklaring van een verkoop;
    • beslissingen betreffende de uitoefening van het recht van voorrang of terugkoop;
    • weigering, ook gedeeltelijk, om het verzoek om tenuitvoerlegging te onderzoeken;
    • een bevel tot afwijzing van het verzoek tot tenuitvoerlegging.

    Een beroep over een rechtsvraag kan worden ingesteld tegen:

    • een uitspraak van het hof van beroep over een beroep in een schikkingsprocedure die niet afhankelijk is van een eenvoudige rekenkundige berekening, over verificatie en rangschikking van vorderingen en over bezwaren tegen de tenuitvoerlegging;
    • dit geldt onverminderd zaken waarin beroep bij het Hooggerechtshof altijd ontvankelijk is.

    Beroepen inzake gedwongen tenuitvoerlegging worden geregeld in de artikelen 852 tot en met 854 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering, die kunnen worden geraadpleegd in het De link wordt in een nieuw venster geopend.wetboek van burgerlijke rechtsvordering

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

    Ja, er bestaan beperkingen in verband met de bescherming van de schuldenaar. Sommige zijn beperkingen ten aanzien van inbeslagneming, andere zijn beperkingen ten aanzien van tenuitvoerlegging die voortvloeien uit termijnen.

    Beperkingen ten aanzien van inbeslagneming in verband met de bescherming van de schuldenaar bestaan in absolute of totale immuniteit voor inbeslagneming, relatieve immuniteit voor inbeslagneming en gedeeltelijke immuniteit voor inbeslagneming van bepaalde activa van de schuldenaar. Er zijn twee andere beperkingen: een beperking in verband met de bescherming van de gemeenschappelijke goederen van een echtpaar wanneer de tenuitvoerleggingsprocedure wordt ingesteld tegen slechts een van de echtgenoten; en een andere beperking die voortvloeit uit het proportionaliteitsbeginsel, dat inhoudt dat alleen de activa in beslag mogen worden genomen die nodig zijn om de schuld en de kosten in verband met de tenuitvoerlegging te voldoen.

    Het verstrijken van de tijd kan de tenuitvoerlegging beperken in het geval van verjaring. Wanneer de betrokken termijnen zijn verstreken, vervalt het recht waarvan om tenuitvoerlegging wordt verzocht.

    Hoe deze beperkingen in verband met de bescherming van de schuldenaar en de termijnen werken, wordt hieronder uiteengezet.

    Activa met absolute en totale immuniteit voor inbeslagneming

    Naast goederen die zijn vrijgesteld van inbeslagneming op grond van een bijzondere bepaling, genieten immuniteit voor inbeslagneming:

    • onvervreemdbare zaken of rechten;
    • staatseigendommen en activa van andere publiekrechtelijke rechtspersonen;
    • voorwerpen waarvan inbeslagneming in strijd met de goede zeden of economisch gezien niet zinvol zou zijn vanwege hun geringe marktwaarde;
    • voorwerpen die specifiek zijn bestemd voor de openbare eredienst;
    • graven;
    • hulpmiddelen en voorwerpen die essentieel zijn voor gehandicapten en voor de behandeling van zieken.

    Activa die relatief immuun zijn voor inbeslagneming

    • met uitzondering van gevallen waarin de tenuitvoerlegging betrekking heeft op de betaling van een schuld waarop een zakelijk zekerheidsrecht rust, zijn staatseigendommen en activa van andere publiekrechtelijke rechtspersonen, activa van entiteiten die een concessie voor openbare werken of openbare diensten houden en activa van liefdadigheidsinstellingen die specifiek zijn bestemd voor openbare doeleinden vrijgesteld van inbeslagneming;
    • het werkgereedschap van de partij tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht en zaken die zij nodig heeft om haar beroep uit te oefenen of haar beroepsopleiding te volgen, zijn eveneens vrijgesteld van inbeslagneming, tenzij: de partij in kwestie aangeeft dat zij in beslag mogen worden genomen; de tenuitvoerlegging betrekking heeft op de betaling van hun aankoopprijs of de kosten van hun reparatie; zij in beslag worden genomen als materiële activa van bedrijfspanden.
    • eveneens vrijgesteld van inbeslagneming is huisraad in de feitelijke woning van de partij tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht, behalve indien de tenuitvoerlegging betrekking heeft op de betaling van de zaken zelf of de kosten van hun reparatie.

    Gedeeltelijk voor beslag vatbare activa

    • twee derde van het nettosalaris, het nettoloon, de als ouderdomspensioen ontvangen periodieke uitkeringen of andere sociale uitkeringen, verzekeringen, schadevergoedingen wegens ongeval, jaargelden of andere uitkeringen van vergelijkbare aard waarmee de schuldenaar in zijn levensonderhoud voorziet, is immuun voor inbeslagneming;
    • voor de berekening van het nettodeel van de bovengenoemde uitkeringen worden alleen wettelijk vereiste bijdragen in aanmerking genomen;
    • deze immuniteit voor inbeslagneming heeft een bovengrens van een bedrag gelijk aan driemaal het nationale minimumloon ten tijde van elke inbeslagneming en een ondergrens, wanneer de schuldenaar geen ander inkomen heeft, van een bedrag gelijk aan eenmaal het nationale minimumloon;
    • de bovengenoemde grenzen zijn niet van toepassing wanneer de ten uitvoer gelegde vordering betrekking heeft op onderhoudsverplichtingen, in welk geval een bedrag gelijk aan een volledig premievrij pensioen immuun is voor inbeslagneming;
    • bij inbeslagneming van geld of banktegoeden is een bedrag gelijk aan het nationale minimumloon immuun voor inbeslagneming of, in het geval van een onderhoudsverplichting, een bedrag gelijk aan een volledig premievrij pensioen. (Deze immuniteit voor inbeslagneming en de bovengenoemde gedeeltelijke immuniteit voor inbeslagneming zijn niet cumulatief);
    • na een afweging tussen enerzijds het bedrag en de aard van de ten uitvoer gelegde vordering en anderzijds de behoeften van de partij tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht en haar gezin, kan de rechtbank bij wijze van uitzondering en op verzoek van de partij tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht, gedurende een periode die zij redelijk acht, het voor beslag vatbare deel van haar inkomen verminderen en zelfs het gehele inkomen vrijstellen gedurende een periode van maximaal één jaar.

    Immuniteit voor inbeslagneming van geldsommen en banktegoeden

    Geldsommen en banktegoeden die voortvloeien uit de voldoening van een vordering die immuun is voor inbeslagneming, zijn immuun voor inbeslagneming onder dezelfde voorwaarden als de oorspronkelijke vordering.

    Beperkingen ten aanzien van inbeslagneming van gemeenschappelijke goederen in een tenuitvoerleggingsprocedure tegen een van de echtgenoten

    • wanneer de gemeenschappelijke goederen van een echtpaar in een tenuitvoerleggingsprocedure tegen slechts een van de echtgenoten in beslag worden genomen, omdat de goederen van de partij tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht, niet toereikend worden geacht, wordt de echtgenoot van de schuldenaar opgeroepen om binnen twintig dagen scheiding van goederen aan te vragen of een verklaring bij te voegen waarin wordt bevestigd dat een zaak aanhangig is waarin reeds om scheiding is verzocht, bij gebreke waarvan de tenuitvoerlegging tegen de gemeenschappelijke goederen wordt voortgezet;
    • wanneer het verzoek om scheiding is gevoegd of de verklaring is bijgevoegd, wordt de tenuitvoerlegging geschorst totdat de verdeling plaatsvindt. Indien als gevolg van de verdeling de in beslag genomen goederen niet worden toebedeeld aan de partij tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht, kunnen andere aan haar toebedeelde goederen in beslag worden genomen en blijft de voorgaande inbeslagneming van kracht totdat de nieuwe inbeslagneming plaatsvindt.

    De inbeslagneming van goederen en de beperkingen hieraan worden geregeld in de artikelen 735 tot en met 747 van het De link wordt in een nieuw venster geopend.wetboek van burgerlijke rechtsvordering

    Beperkingen ten aanzien van inbeslagneming die voortvloeien uit het proportionaliteitsbeginsel

    De inbeslagneming is beperkt tot de goederen die nodig zijn voor de betaling van de ingevorderde schuld en de voorzienbare kosten van de tenuitvoerlegging. Deze kosten worden ten behoeve van de inbeslagneming en onverminderd latere voldoening geacht 20 %, 10 % en 5 % van de waarde van de tenuitvoerlegging te bedragen, afhankelijk van de vraag of die waarde zich bevindt binnen de waarde waarvoor de districtsrechtbank bevoegd is, die waarde overschrijdt maar niet hoger is dan viermaal de waarde waarvoor het hof van beroep bevoegd is, of hoger is dan deze laatste waarde. De waarde waarvoor de districtsrechtbank bevoegd is, bedraagt 5 000 EUR en de waarde waarvoor het hof van beroep bevoegd is 30 000 EUR (in 2021 bij de herziening van dit informatieblad). Beide waarden zijn vastgesteld in artikel 44 van Wet nr. 62/2013 van 26 augustus 2013, dat De link wordt in een nieuw venster geopend.hier kan worden geraadpleegd.

    Beperkingen ten aanzien van tenuitvoerlegging die voortvloeien uit de verjaringstermijn

    Rechterlijke bescherming (waarvan het bestaan of de vaststelling afhankelijk is van de wil van de partijen) vervalt in de regel wanneer zij niet gedurende de wettelijk vastgestelde termijn wordt uitgeoefend.

    Verjaring treedt in wanneer zij in rechte of buiten rechte wordt ingeroepen door de persoon die er baat bij heeft, zijn vertegenwoordiger of, indien de persoon onbekwaam is, door de officier van justitie.

    Wanneer de verjaringstermijn is verstreken, kan de begunstigde (de schuldenaar) weigeren te betalen of op welke wijze dan ook de uitoefening van het verjaarde recht met alle middelen betwisten. Indien tegen de betrokken persoon een tenuitvoerleggingsprocedure is ingesteld, kan de schuldenaar tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht, bezwaar maken tegen de tenuitvoerlegging door het instellen van een revindicatievordering waarbij hij de verjaring inroept. De verjaringstermijn voor bezwaren tegen tenuitvoerlegging bedraagt twintig dagen, te rekenen vanaf de dagvaarding.

    De schuldenaar kan echter geen terugvordering (terugbetaling) eisen voor prestaties die hij uit eigen beweging heeft verricht ter voldoening van een verjaarde verplichting, zelfs niet als hij niet op de hoogte was van de verjaring. Deze regel geldt voor alle vormen van voldoening aan het verjaarde recht, alsmede voor de erkenning ervan en de verstrekking van garanties.

    De verjaring kan aan de om tenuitvoerlegging verzoekende partij worden tegengeworpen door de schuldeisers van de schuldenaar en door derden die een legitiem belang hebben bij vaststelling ervan, zelfs indien de schuldenaar afstand van de verjaring heeft gedaan. Indien de schuldenaar afstand heeft gedaan, kan de verjaring door de schuldeisers van de schuldenaar slechts worden ingeroepen indien is voldaan aan de in het burgerlijk recht vastgelegde vereisten voor een actio pauliana (impugnação Pauliana).

    Indien een gedaagde schuldenaar niet aanvoert dat de vordering is verjaard en hij de zaak verliest, doet de berechte zaak geen afbreuk aan het aan de schuldeisers toegekende recht.

    De normale verjaringstermijn bedraagt twintig jaar, maar er zijn ook kortere termijnen.

    In de volgende gevallen bedraagt de verjaringstermijn vijf jaar:

    • lijfrenten en grondrenten;
    • door de huurder te betalen huur, ook wanneer deze slechts eenmaal wordt betaald;
    • erfpachtcanons;
    • contractueel of wettelijk vastgelegde rente, waaronder brutorente, en dividenden;
    • kapitaalaflossingen met de verschuldigde rente;
    • onderhoudsverplichtingen;
    • andere periodiek hernieuwbare betalingen.

    De wet voorziet in veronderstelde verjaringstermijnen (op basis van een vermoeden van naleving) in de volgende gevallen:

    • vorderingen van bedrijven die accommodatie, eet- of drinkwaren verstrekken voor de door hen aangeboden accommodatie, eet- of drinkwaren verjaren na zes maanden, onverminderd de hieronder vermelde tweejarige verjaringstermijn;
    • vorderingen van bedrijven die accommodatie of accommodatie en eet- of drinkwaren aan studenten aanbieden, verjaren na twee jaar, evenals vorderingen van bedrijven die onderwijs, opleiding, ondersteuning of behandeling met betrekking tot de verleende diensten aanbieden;
    • vorderingen van handelaren voor de zaken die zij hebben verkocht aan een persoon die geen handelaar is of zaken die niet zijn bestemd voor zijn bedrijf, verjaren na twee jaar, evenals vorderingen van personen die beroepsmatig werkzaam zijn in een sector, voor de levering van goederen of producten, de uitvoering van werkzaamheden of het beheer van de zaken van een andere partij, met inbegrip van de gemaakte kosten, tenzij de desbetreffende dienst is bestemd voor de bedrijfsactiviteiten van de schuldenaar;
    • vorderingen voor diensten die zijn verricht in de uitoefening van een vrij beroep en voor de vergoeding van de desbetreffende uitgaven, verjaren na twee jaar.

    In het geval van een verjaringstermijn die in het burgerlijk recht is beschreven als veronderstelde verjaringstermijn, zijn de volgende regels van toepassing:

    • het vermoeden van naleving door het verstrijken van de verjaringstermijn kan slechts worden weerlegd door erkenning door de oorspronkelijke schuldenaar of de persoon aan wie de vordering door erfopvolging is overgedragen;
    • buitengerechtelijke erkenning is alleen geldig in schriftelijke vorm;
    • een vordering wordt geacht te zijn erkend indien de schuldenaar weigert te getuigen of de eed af te leggen voor de rechtbank, of rechtshandelingen verricht die onverenigbaar zijn met het vermoeden van naleving.

    Verjaring van rechten die in een rechterlijke beslissing of executoriale titel zijn erkend, werkt als volgt:

    • wanneer de wet voorziet in een kortere verjaringstermijn, zelfs indien deze enkel wordt vermoed, dan de gewone termijn, geldt voor het recht deze kortere verjaringstermijn indien het wordt bevestigd in een in kracht van gewijsde gegane rechterlijke beslissing waarin het recht wordt erkend, of een andere executoriale titel;
    • wanneer de rechterlijke beslissing of een andere titel evenwel betrekking heeft op nog niet vervallen termijnen, blijft daarvoor de kortere verjaringstermijn gelden.

    In het burgerlijk recht zijn regels vastgesteld voor de aanvang, schorsing en stuiting van de verjaringstermijn. Wanneer er redenen voor schorsing zijn (bv. minderjarigen, militaire dienst, overmacht, schuld van de schuldenaar), vangt de verjaringstermijn niet aan of loopt deze niet door. Wanneer een verjaringstermijn wordt gestuit, wordt de verstreken tijd volledig buiten beschouwing gelaten en begint er een nieuwe verjaringstermijn te lopen.

    Een schuldeiser die een verjaringstermijn wil stuiten, kan dit doen door gebruik te maken van of zich te beroepen op een van de volgende handelingen:

    • dagvaarding of gerechtelijke mededeling van een actie waarin direct of indirect het voornemen kenbaar wordt gemaakt om het recht uit te oefenen, ongeacht het soort procedure waarop de actie betrekking heeft, en zelfs indien de rechtbank niet bevoegd is.

    Indien de dagvaarding of mededeling niet binnen vijf dagen na een verzoek daartoe wordt uitgevoerd om een reden die niet aan de verzoeker te wijten is, wordt de verjaringstermijn gestuit wanneer vijf dagen zijn verstreken.

    De vernietiging van de dagvaarding of mededeling vormt geen belemmering voor de in de vorige leden bedoelde stuiting.

    Voor de toepassing van dit artikel worden alle andere gerechtelijke middelen waarmee de handeling ter kennis wordt gebracht van de persoon tegen wie het recht kan worden uitgeoefend, gelijkgesteld met een dagvaarding of mededeling;

    • een arbitrageovereenkomst die de verjaringstermijn met betrekking tot het ingeroepen recht stuit;
    • erkenning van het recht tegenover de betrokken houder door de persoon tegen wie het recht kan worden uitgeoefend;
    • stilzwijgende erkenning is slechts relevant wanneer deze het gevolg is van gebeurtenissen waarin een dergelijke erkenning ondubbelzinnig tot uiting komt.

    Stuiting van een verjaringstermijn heeft de volgende gevolgen (tenzij in de wet uitdrukkelijk anders is bepaald):

    • met de reeds verstreken tijd wordt geen rekening gehouden;
    • na de stuiting begint een nieuwe verjaringstermijn te lopen;
    • voor de nieuwe verjaring geldt de oorspronkelijke termijn.

    Beperkingen ten aanzien van tenuitvoerlegging die voortvloeien uit de verstrijkingsdatum

    Wanneer van rechtswege of door de wil van de partijen een recht moet worden uitgeoefend binnen een bepaalde termijn, zijn de regels inzake verstrijking van toepassing, tenzij de wet uitdrukkelijk naar de verjaringstermijn verwijst.

    Verval wordt slechts voorkomen wanneer binnen de bij wet of bij overeenkomst gestelde termijn een handeling wordt verricht waaraan de wet of overeenkomst een prohibitieve werking toekent. Enkel het instellen van de vordering tot vaststelling of tenuitvoerlegging verhindert verstrijking, tenzij het nodig is aan de schuldenaar een dagvaarding uit te reiken. Wanneer een verjaringstermijn is vastgesteld in een overeenkomst of wettelijke bepaling betreffende gerechtelijke bescherming, wordt verstrijking ook verhinderd door erkenning van deze bescherming door de persoon tegen wie zij moet worden uitgeoefend.

    De vervaltermijn kan niet worden geschorst of gestuit, tenzij de wet dit voorschrijft en indien in de wet geen andere datum is vastgesteld, begint de termijn te lopen op het moment dat het recht wettelijk kan worden uitgeoefend.

    Verstrijking wordt door de rechtbank ambtshalve vastgesteld en kan in elke fase van de procedure worden ingeroepen indien zij betrekking heeft op gerechtelijke bescherming. Indien de verstrijking betrekking heeft op gerechtelijke bescherming op basis waarvan een tenuitvoerleggingsprocedure wordt ingesteld, moet de verstrijking worden ingeroepen door de persoon die er baat bij heeft (in beginsel de schuldenaar/partij tegen wie om tenuitvoerlegging wordt verzocht).

    De definitie en de gevolgen van de verjaringstermijn en de verstrijkingsdatum zijn vastgelegd in de artikelen 309 tot en met 340 van het burgerlijk wetboek, die De link wordt in een nieuw venster geopend.hier kunnen worden geraadpleegd.

    Opmerking:

    Het contactpunt van EJN-civiel, de rechtbanken of andere entiteiten en instanties zijn niet gebonden door de in dit informatieblad opgenomen gegevens. Het blijft nodig om de geldende wetgeving te raadplegen, die regelmatig wordt bijgewerkt. Bovendien is de interpretatie van de wetgeving in de jurisprudentie aan wijzigingen onderhevig.

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 20/12/2023

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Roemenië

    1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

    De bepalingen over gedwongen tenuitvoerlegging zijn opgenomen in de artikelen 622 tot en met 914 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering. De tenuitvoerleggingsprocedure is de tweede fase in een civiele procedure en heeft als belangrijkste doel ervoor te zorgen dat het recht dat in een rechterlijke beslissing of een andere executoriale titel is vastgesteld, daadwerkelijk wordt verwezenlijkt. De schuldeiser met een recht dat in een rechterlijke beslissing/executoriale titel is erkend, dwingt de schuldenaar via de tenuitvoerleggingsprocedure tot nakoming van de uit die titel voortvloeiende verplichtingen die hij weigert vrijwillig na te komen.

    In het Roemeense wetboek van burgerlijke rechtsvordering is een lijst opgenomen van directe en indirecte dwangmaatregelen.

    Directe dwangmaatregelen hebben betrekking op het voorwerp van de verplichting die in de executoriale titel wordt vermeld, meer bepaald de gedwongen afgifte van roerende zaken – de artikelen 893, 894 en 895 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering, de gedwongen afgifte van onroerende zaken — de artikelen 896 tot en met 902 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering en de tenuitvoerlegging van een verplichting iets te doen of te laten – de artikelen 903 tot en met 914 (waaronder de bijzondere bepalingen betreffende de tenuitvoerlegging van rechterlijke beslissingen met betrekking tot minderjarigen, de artikelen 910 tot en met 914) van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering en artikel 1527 en volgende van het burgerlijk wetboek. Bij gedwongen tenuitvoerlegging van een verplichting iets te doen, is in de wet een onderscheid gemaakt tussen verplichtingen die ook door een ander persoon dan de schuldenaar kunnen worden nagekomen en de persoonsgebonden verplichtingen (intuitu personae).

    Indirecte dwangmaatregelen zijn maatregelen ter verkrijging van het geldbedrag dat het voorwerp is van de executoriale titel door de gedwongen verkoop van de goederen van de schuldenaar. Indirecte dwangmaatregelen zijn bijvoorbeeld beslag op geldbedragen of beslag op goederen (gevolgd door de verkoop daarvan). Een andere maatregel is het beslag op algemene inkomsten uit onroerende zaken.

    Verplichtingen die vatbaar zijn voor gedwongen tenuitvoerlegging, zijn betalingsverplichtingen, de overdracht van een goed of van het gebruik daarvan, de verwijdering van een gebouw/beplanting/een bouwwerk, of verplichtingen in verband met het ouderlijk gezag en de vaststelling van de woonplaats van minderjarigen en de omgangsregeling.

    2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

    In het geval van beslag op onroerende zaken/nog te oogsten vruchten en in het geval van directe tenuitvoerlegging op onroerende zaken is de gerechtsdeurwaarder met een kantoor in het rechtsgebied van het hof van beroep waar de onroerende zaak is gelegen, bevoegd voor de tenuitvoerlegging van rechterlijke beslissingen en andere executoriale titels. Beslag op roerende zaken en directe tenuitvoerlegging op roerende zaken wordt uitgevoerd door de gerechtsdeurwaarder met een kantoor in het rechtsgebied van het hof van beroep waar de schuldenaar zijn woonplaats/hoofdkantoor heeft, of in het rechtsgebied waar de goederen zich bevinden. Heeft de schuldenaar zijn woonplaats/hoofdkantoor in het buitenland, dan is elke gerechtsdeurwaarder bevoegd.

    Beslag wordt op verzoek van de schuldeiser uitgevoerd door een gerechtsdeurwaarder met een kantoor in het rechtsgebied van het hof van beroep waar de schuldenaar of de derde-beslagene zijn woonplaats/hoofdkantoor heeft. In het geval van beslag op een bankrekening van een natuurlijke persoon of rechtspersoon berust de bevoegdheid bij de gerechtsdeurwaarder met een kantoor in het rechtsgebied van het hof van beroep waar de schuldenaar zijn woonplaats/hoofdkantoor heeft of, in voorkomend geval, waar de kredietinstelling waarbij de schuldenaar zijn rekening heeft geopend haar hoofdvestiging/nevenvestigingen heeft. Als de schuldenaar meerdere rekeningen heeft, is de gerechtsdeurwaarder van de plaats waar deze zijn geopend, welke dat ook is, bevoegd hierop beslag te leggen. De voor tenuitvoerlegging bevoegde rechtbank is de rechtbank in het rechtsgebied waar de schuldenaar zijn woonplaats/hoofdkantoor had ten tijde van de aanhangigmaking bij de tenuitvoerleggingsinstantie. Indien de woonplaats/het hoofdkantoor van de schuldenaar niet in Roemenië is gelegen, is de rechtbank in het rechtsgebied waar de woonplaats/het hoofdkantoor van de schuldeiser is gelegen, bevoegd; ligt de woonplaats/het hoofdkantoor van de schuldeiser in het buitenland, dan is de rechtbank in het rechtsgebied waar de gerechtsdeurwaarder die door de schuldeiser is aangesteld, zijn kantoor heeft, de bevoegde rechtbank.

    De bevoegde rechtbank behandelt verzoeken om afgifte van de uitvoerbaarverklaring, beroepschriften tegen dwangmaatregelen, en alle andere zaken die zich gedurende de tenuitvoerleggingsprocedure voordoen, met uitzondering van de zaken die krachtens de wet onder de bevoegdheid van ander rechtbanken en instanties vallen.

    De leges voor de aanvraag van een uitvoerbaarverklaring bedragen 20 RON per executoriale titel (spoedverordening van de overheid nr. 80/2013 inzake leges voor gerechtelijke stukken, zoals gewijzigd en aangevuld).

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    3.1 De procedure

    Gedwongen tenuitvoerlegging is alleen mogelijk op grond van een rechterlijke beslissing (definitieve vonnissen, vonnissen uitvoerbaar bij voorraad) of een ander document dat, krachtens de wet, een executoriale titel vormt (authentieke notariële akten, schuldbewijzen, arbitrale vonnissen enz.).

    Na ontvangst van een verzoek om tenuitvoerlegging van de schuldeiser beveelt de gerechtsdeurwaarder de registratie van het verzoek. De gerechtsdeurwaarder geeft de uitvoerbaarverklaring middels een beslissing af zonder de partijen te dagvaarden. De schuldeiser kan met de uitvoerbaarverklaring de bevoegde gerechtsdeurwaarder verzoeken, tegelijkertijd of achtereenvolgens, alle dwangmaatregelen uit te voeren voor de verwezenlijking van zijn rechten, waaronder het recht op vergoeding van de tenuitvoerleggingskosten. De uitvoerbaarverklaring is geldig in heel Roemenië en is ook van toepassing op executoriale titels die de gerechtsdeurwaarder zal afgeven in het kader van de goedgekeurde tenuitvoerleggingsprocedure.

    De processtukken kunnen door de gerechtsdeurwaarder persoonlijk of via een procesambtenaar worden betekend en, als dat niet mogelijk is, conform de wettelijke bepalingen inzake dagvaardingen en de betekening van processtukken.

    De gerechtsdeurwaarder beveelt na ontvangst van een verzoek om tenuitvoerlegging middels een beslissing, de registratie van het verzoek en de opening van het dossier; als hij weigert de tenuitvoerleggingsprocedure te openen, dient hij zijn beslissing te motiveren. De beslissing wordt onverwijld aan de schuldeiser betekend. Als de gerechtsdeurwaarder weigert de tenuitvoerleggingsprocedure te openen, kan de schuldeiser binnen vijftien dagen na betekening een klacht indienen bij de bevoegde rechtbank.

    Uiterlijk binnen drie dagen na de registratie van het verzoek moet de gerechtsdeurwaarder bij de bevoegde rechtbank een verzoek tot afgifte van een uitvoerbaarverklaring indienen, tezamen met een gewaarmerkt conform afschrift van het verzoek van de schuldeiser, de executoriale titel, de beslissing en het betalingsbewijs van de leges.

    De rechtbank neemt het verzoek tot afgifte van de uitvoerbaarverklaring uiterlijk binnen zeven dagen na registratie in behandeling en doet uitspraak met gesloten deuren en zonder de partijen te dagvaarden. De uitspraak mag maximaal met achtenveertig uur worden opgeschort en de motivering van de beslissing wordt uiterlijk binnen zeven dagen na de uitspraak verstrekt.

    De schuldeiser kan met de uitvoerbaarverklaring de gerechtsdeurwaarder verzoeken, tegelijkertijd of achtereenvolgens, alle in de wet vastgestelde dwangmaatregelen uit te voeren voor de verwezenlijking van zijn rechten, waaronder het recht op vergoeding van de tenuitvoerleggingskosten. De uitvoerbaarverklaring is geldig in heel het land. Bovendien is de uitvoerbaarverklaring ook van toepassing op executoriale titels die de gerechtsdeurwaarder afgeeft in het kader van de goedgekeurde tenuitvoerleggingsprocedure.

    De rechter kan het verzoek om een uitvoerbaarverklaring uitsluitend afwijzen indien: het tenuitvoerleggingsverzoek onder de bevoegdheid van een andere tenuitvoerleggingsinstantie valt dan die waarbij het verzoek is ingediend; het vonnis of, in voorkomend geval, de akte geen executoriale titel is; de akte, anders dan een rechterlijke beslissing, niet voldoet aan alle vormvoorschriften; de vordering niet zeker, vaststaand en opeisbaar is; de schuldenaar immuniteit voor tenuitvoerlegging geniet; de titel voorwaarden bevat waar niet middels tenuitvoerlegging aan kan worden voldaan; er andere belemmeringen bestaan.

    Tegen de beslissing waarmee de rechter het verzoek om een uitvoerbaarverklaring toewijst, kan er geen beroep worden ingesteld, maar de beslissing kan wel worden herzien bij betwisting van de tenuitvoerlegging. Alleen de schuldeiser kan beroep instellen tegen de beslissing waarmee de rechter het verzoek om een uitvoerbaarverklaring afwijst, binnen een termijn van vijftien dagen vanaf de betekening van de beslissing.

    De nationale unie van gerechtsdeurwaarders stelt, met de goedkeuring van de minister van Justitie, de minimumtarieven voor gerechtsdeurwaarders vast voor de diensten die zij verlenen en werkt deze bij. Bij verordening nr. 2550/2006 van 14 november 2006 van de minister van Justitie, zoals gewijzigd en aangevuld, zijn de volgende minimum- en maximumtarieven voor de ambtshandelingen van gerechtsdeurwaarders vastgesteld:

    Kennisgeving et betekening van processtukken: 20 - 400 RON

    Directe tenuitvoerlegging

    • ontruiming: 150 - 2 200 RON indien de schuldenaar een natuurlijke persoon is; 5 200 RON indien de schuldenaar een rechtspersoon is;
    • ouderlijk gezag of vaststelling van de woonplaats van een minderjarige 50 - 1 000 RON;
    • omgangsregeling met een minderjarige 50 - 500 RON;
    • in bezit brengen, grensvastlegging, erfdienstbaarheden, overdracht van goederen enz.: 60 - 2 200 RON indien de schuldenaar een natuurlijke persoon is en 5 200 RON indien de schuldenaar een rechtspersoon is;
    • sloop van bouwwerken of gebouwen: 150 - 2 200 RON indien de schuldenaar een natuurlijke persoon is en 5 200 RON indien de schuldenaar een rechtspersoon is.

    Indirecte tenuitvoerlegging

    minimumtarief

    maximumtarief

    voor vorderingen tot 50 000 RON, 10 % van het bedrag en 75 RON plus 2 % van het bedrag boven 1 000 RON

    voor vorderingen tot 50 000 RON, 10 %

    voor vorderingen tussen 50 000 RON en 80 000 RON, 1 175 RON plus 2% van het bedrag boven 50 000 RON

    voor vorderingen tussen 50 000 RON en 80 000 RON, 5 000 RON plus maximaal 3 % van het bedrag boven 50 000 RON

    voor vorderingen tussen 80 000 RON en 100 000 RON, 1 775 RON plus 1 % van het bedrag boven 80 000 RON

    voor vorderingen tussen 80 000 RON en 100 000 RON, 5 900 RON plus maximaal 2 % van het bedrag boven 80 000 RON

    voor vorderingen boven 100 000 RON, tussen 2 500 RON plus 1 % van het bedrag boven 100 000 RON en 5 500 RON plus maximaal 0,5% van het bedrag boven 400 000 RON

    voor vorderingen boven 100 000 RON, 6 300 RON plus maximaal 1% van het bedrag boven 100 000 RON

    Beslag

    minimumtarief

    maximumtarief

    voor vorderingen tot 50 000 RON, 10 % van het bedrag en 75 RON plus 2 % van het bedrag boven 1 000 RON

    voor vorderingen tot 50 000 RON, 10 %

    voor vorderingen tussen 50 000 RON en 80 000 RON, 1 175 RON plus 2 % van het bedrag boven 50 000 RON

    voor vorderingen tussen 50 000 RON en 80 000 RON, 5 000 RON plus maximaal 3 % van het bedrag boven 50 000 RON

    voor vorderingen tussen 80 000 RON en 100 000 RON, 1 775 RON plus 1 % van het bedrag boven 80 000 RON

    voor vorderingen tussen 80 000 RON en 100 000 RON, 5 900 RON plus maximaal 2 % van het bedrag boven 80 000 RON

    voor vorderingen boven 100 000 RON, 2 500 RON plus 1% van het bedrag boven 100 000 RON en 5 500 RON plus maximaal 0,5% van het bedrag boven 400 000 RON

    voor vorderingen boven 100 000 RON, 6 300 RON plus maximaal 1% van het bedrag boven 100 000 RON

    Weigering tot het betalen van wisselbrieven, orderbriefjes of cheques: 150 - 400 RON.

    Vaststelling van feiten en inventarisatie van de goederen: 100 - 2 200 RON indien de schuldenaar een natuurlijke persoon is; 5 200 RON indien de schuldenaar een rechtspersoon is.

    Openbare verkoop van een object dat voorwerp is van een gerechtelijke verdeling: 150 – 2 200 RON.

    Conservatoir beslag: 100 - 1 200 RON indien de schuldenaar een natuurlijke persoon is; 2 200 RON indien de schuldenaar een rechtspersoon is.

    Executoriaal beslag: 100 - 1 200 RON indien de schuldenaar een natuurlijke persoon is; 2 200 RON indien de schuldenaar een rechtspersoon is.

    Inbeslagneming: 100 - 1 200 RON indien de schuldenaar een natuurlijke persoon is; 2 200 RON indien de schuldenaar een rechtspersoon is.

    Proces-verbaal van reële biedingen: 50 - 350 RON.

    Inbeslagneming: 10% van de opbrengst (min.) - 10 % van de opbrengst (max.).

    Advies over de toepassing van dwangmiddelen: 20 - 200 RON.

    3.2 De grondvoorwaarden

    Zie het antwoord op vraag 2.1.

    De schuldeiser en schuldenaar kunnen overeenkomen dat het dwangmiddel, geheel of gedeeltelijk, alleen met betrekking tot het inkomen van de schuldenaar wordt uitgevoerd, dat de verkoop van de goederen die voorwerp zijn van het beslag in onderlinge overeenstemming plaatsvindt of dat de schuld op een andere wettelijk toegestane wijze wordt voldaan.

    Als een vonnis is gewezen door een buitenlandse rechter is er mogelijk een aanvullende procedure nodig, namelijk een beslissing waarbij het vonnis wordt erkend en uitvoerbaar verklaard (exequatur).

    Alle inkomsten en goederen van de schuldenaar die vatbaar zijn voor beslag kunnen voorwerp zijn van gedwongen tenuitvoerlegging, maar alleen voor zover dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de rechten van de schuldeiser. Goederen die onder een bijzondere regeling voor rechtsverkeer vallen, kunnen alleen overeenkomstig de wettelijke voorschriften in beslag worden genomen.

    Er geldt met betrekking tot de schuldenaar een bijzondere voorwaarde, namelijk dat een tenuitvoerleggingsprocedure alleen kan worden geopend nadat de schuldenaar voor elke vorm van tenuitvoerlegging op de juiste wijze is gedagvaard. In andere bijzondere bepalingen die betrekking hebben op de schuldenaar is onder meer vastgesteld dat tegen minderjarige schuldenaren of handelingsonbekwame meerderjarige schuldenaren geen dwangmiddelen mogen worden gebruikt, tenzij zij een voogd of curator hebben.

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    De inkomsten van de schuldenaar, waaronder zijn algemene inkomsten uit onroerende zaken, geldbedragen op bankrekeningen, roerende en onroerende zaken enz., kunnen voorwerp zijn van tenuitvoerlegging. Zie het antwoord op de eerste vraag.

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    Na inventarisatie van de roerende zaken van de schuldenaar die hijzelf of een derde onder zich houdt, wordt overgegaan tot de beslaglegging. Het beslag wordt op verzoek van de gerechtsdeurwaarder ingeschreven in het handelsregister (registrul comerţului), in het digitaal archief van zekerheidsrechten op roerende zaken (Arhiva Electronică de Garanţii Reale Mobiliare), in het register van nalatenschappen (registrul succesoral) dat wordt bijgehouden door de nationale kamer van notarissen of in andere openbare registers. Na de beslaglegging kan de schuldenaar tijdens de looptijd van de tenuitvoerlegging niet langer over zijn goederen beschikken, op straffe van een boete als de feiten niet strafbaar zijn. Als het verschuldigde bedrag niet wordt betaald, gaat de gerechtsdeurwaarder over tot de verkoop van de in beslag genomen goederen via een openbare verkoop, onderhandse verkoop of op een andere wettelijke toegestane wijze (artikel 731 en volgende van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering).

    Geldbedragen, effecten en andere onlichamelijke roerende zaken die vatbaar zijn voor beslag en die verschuldigd zijn aan de schuldenaar of die voor zijn rekening door een derde worden bewaard of die deze derde in de toekomst aan hem verschuldigd is krachtens de bestaande rechtsbetrekkingen, zijn vatbaar voor beslag. Nadat de beslissing waarin toestemming wordt gegeven voor het beslag aan de derde-beslagene is betekend, worden alle beslagen geldbedragen en goederen bevroren. In de periode tussen de bevriezing en de volledige betaling van de vordering krachtens de executoriale titel, verricht de derde-beslagene geen enkele andere betaling of transactie die een verlaging van het bedrag van de in beslag genomen goederen tot gevolg kan hebben. Als de derde-beslagene niet voldoet aan zijn verplichtingen met betrekking tot het beslag, mag de beslagleggende schuldeiser, de schuldenaar of de gerechtsdeurwaarder dit melden bij de bevoegde rechtbank teneinde het beslag te laten bekrachtigen. De definitieve beslissing tot bekrachtiging heeft een overdracht van de vordering tot gevolg en vormt een executoriale titel tegen de derde-beslagene. Na de bekrachtiging van het beslag geeft de derde-beslagene een geldbedrag in bewaring of verricht hij een betaling binnen de grenzen van het bedrag dat uitdrukkelijk in de beslissing tot bekrachtiging is vastgesteld. Wanneer de derde-beslagene verzuimt aan de bovengenoemde verplichtingen te voldoen, wordt krachtens de beslissing tot bekrachtiging een tenuitvoerleggingsprocedure tegen hem ingeleid (artikel 781 en volgende van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering).

    Wat de gedwongen tenuitvoerlegging op onroerende zaken betreft, geldt dat wanneer de schuldenaar zijn schuld niet betaalt, de gerechtsdeurwaarder met de verkoopprocedure start, nadat hij de uitvoerbaarverklaring heeft betekend en in het kadaster heeft laten inschrijven (artikel 813 en volgende van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering).

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    Dwangmaatregelen verstrijken na zes maanden (artikel 697 en volgende van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering) indien de schuldeiser deze termijn laat verlopen zonder andere tenuitvoerleggingsmaatregelen te nemen.

    De verjaringstermijn voor de tenuitvoerlegging bedraagt drie jaar (artikel 706 en volgende van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering).

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    Tegen de tenuitvoerleggingshandelingen zelf kan er beroep worden ingesteld; tegen de executoriale titel kan er beroep worden ingesteld om uitleg te krijgen over de betekenis, de omvang en de toepassing van de titel. Als de gedwongen tenuitvoerlegging geschiedt op grond van een rechterlijke beslissing kan de schuldenaar geen beroep instellen door rechtsgronden of feitelijke gronden aan te voeren die hij tijdens de procedure in eerste aanleg of in hoger beroep tegen die beslissing naar voren had kunnen brengen.

    Indien de gedwongen tenuitvoerlegging geschiedt op grond van een andere executoriale titel dan een rechterlijke beslissing, kunnen de middelen, feitelijk of rechtens, die verband houden met de inhoud van het in de executoriale titel opgenomen recht, slechts worden aangevoerd ter ondersteuning van de beroepsprocedure indien de wet niet voorziet in een procedure voor de nietigverklaring van die titel, met inbegrip van een vordering op grond van het gemene recht.

    Een partij kan niet opnieuw beroep instellen op gronden die ook al bestonden bij het eerste beroep.

    De bevoegde rechtbank is de voor de tenuitvoerlegging bevoegde rechtbank of, in het geval van verduidelijking van de betekenis, de omvang en de toepassing van de executoriale titel, de rechtbank die het ten uitvoer te leggen vonnis heeft gewezen.

    Beroep kan worden ingesteld binnen een termijn van vijftien dagen na de datum waarop:

    • de appellant kennis heeft genomen van de tenuitvoerleggingsmaatregel;
    • de betrokken partij de kennisgeving inzake de beslaglegging heeft ontvangen;
    • de schuldenaar de aanmaning heeft ontvangen of de datum waarop hij kennis heeft genomen van de eerste tenuitvoerleggingsmaatregel.

    Beroep met het oog op het verkrijgen van uitleg over de betekenis, de omvang en de toepassing van de executoriale titel kan te allen tijde worden ingesteld binnen de verjaringstermijn voor indiening van een verzoek om gedwongen tenuitvoerlegging. Derden die aanspraak maken op het recht van eigendom of op een ander zakelijk recht op het beslagen goed, kunnen tot vijftien dagen na de verkoop of gedwongen levering van het goed beroep instellen. Het feit dat er niet binnen deze termijn beroep is ingesteld, belet de derde niet om zijn recht uit te oefenen door een afzonderlijke vordering in te stellen.

    Als het beroep gegrond wordt verklaard, verklaart de rechter, in voorkomend geval, de betwiste tenuitvoerleggingsmaatregel nietig of beveelt hij de wijziging, nietigverklaring of beëindiging van de tenuitvoerlegging zelf, of de nietigverklaring of verduidelijking van de executoriale titel of de toepassing van de executoriale titel waarvan de uitvoering was geweigerd. Als het beroep wordt verworpen, kan de appellant worden verplicht een vergoeding te betalen voor de schade die is ontstaan als gevolg van de vertraging bij de tenuitvoerlegging en, als het beroep te kwader trouw is ingesteld, moet hij een boete betalen.

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

    Bepaalde goederen en eigendommen zijn vrijgesteld van tenuitvoerlegging. Wat roerende zaken betreft, zijn de volgende goederen vrijgesteld: goederen bestemd voor persoonlijk of huishoudelijk gebruik die de schuldenaar en zijn gezin in het dagelijks leven absoluut nodig hebben; religieuze voorwerpen; noodzakelijke hulpmiddelen van gehandicapte personen of voor de verzorging van zieken; voedsel voor de schuldenaar en zijn gezin voor drie maanden en, indien de schuldenaar uitsluitend werkzaam is in de agrarische sector, voedsel tot aan de volgende oogst, de dieren die gebruikt worden om in het levensonderhoud te voorzien, het voer voor deze dieren tot aan de volgende oogst; brandstof voor verwarming die de schuldenaar en zijn gezin voor de drie wintermaanden nodig heeft; brieven, foto's, schilderijen van hem of zijn gezin enz.

    Bovendien kan slechts tot een bepaald bedrag beslag worden gelegd op het salaris of pensioen van de schuldenaar, namelijk de helft van het netto maandsalaris in het geval van alimentatieverplichtingen en maximaal een derde van het netto maandsalaris in het geval van andere soorten verplichtingen.

    Als de inkomsten uit werk of periodieke uitkeringen aan de schuldenaar waarmee hij in zijn levensonderhoud voorziet minder bedragen dan het netto minimumloon, kan slechts beslag worden gelegd op het deel van het bedrag dat boven de helft van het minimumloon ligt.

    Een bepaalde categorie inkomsten is volledig vrijgesteld van tenuitvoerlegging: overheidsuitkeringen, gezinstoelagen, bijstand voor personen die een ziek kind verzorgen, zwangerschapsuitkeringen of uitkeringen bij overlijden, studiebeurzen van de overheid, dagvergoedingen enz.

    Zie ook het antwoord op vraag 4.3.

    Links

    De link wordt in een nieuw venster geopend.https://www.executori.ro De link wordt in een nieuw venster geopend.https://www.just.ro

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 08/08/2022

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Slovenië

    1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

    In de Republiek Slovenië is de tenuitvoerlegging uniform geregeld in de wet inzake de tenuitvoerlegging van rechterlijke beslissingen in burgerlijke zaken en conservatoire maatregelen (Zakon o izvršbi in zavarovanju (ZIZ) – hierna de "tenuitvoerleggingswet" genoemd). De term tenuitvoerlegging staat voor de gedwongen, rechterlijke uitvoering van een executoriale titel die is afgegeven om de nakoming van een prestatie af te dwingen (dat wil zeggen de verplichting iets af te geven, te doen, niet te doen of te laten doen). Tenuitvoerlegging betreffende de inning van geldvorderingen is ook toegestaan op grond van een authentieke akte. In het familierecht kan tenuitvoerlegging bij wijze van uitzondering ook betrekking hebben op vorderingen inzake familierechtelijke betrekkingen.

    2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

    De rechtbanken, en meer bepaald de plaatselijke rechtbanken (okrajno sodišče) zijn bevoegd toestemming te verlenen voor tenuitvoerlegging en het betreffende bevel te geven.

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    De rechtbank geeft toestemming voor tenuitvoerlegging op basis van een executoriale titel.

    Executoriale titels zijn:

    • uitvoerbare rechterlijke beslissingen (vonnis, arbitraal vonnis, beschikking, betalingsbevel of andere uitspraken van rechters of arbiters) en gerechtelijke schikkingen (tot stand gekomen bij een rechtbank);
    • uitvoerbare notariële akten en
    • andere uitvoerbare beslissingen of akten die bij wet of door een geratificeerd en gepubliceerd internationaal verdrag of een rechtshandeling van de Europese Unie die direct van toepassing is in de Republiek Slovenië, als executoriale titel zijn aangemerkt.

    Een executoriale titel is uitvoerbaar wanneer de schuldeiser en de schuldenaar daarin worden vermeld, evenals het voorwerp, het soort en de omvang van de verplichting en de termijn waarbinnen aan de verplichting moet worden voldaan (artikel 21, lid 1, van de tenuitvoerleggingswet). Indien de executoriale titel een beslissing is waarin geen termijn voor de vrijwillige nakoming van de verplichting is vastgesteld, stelt de rechter deze termijn vast in het bevel tot tenuitvoerlegging.

    3.1 De procedure

    Tenuitvoerleggingsprocedures en procedures inzake conservatoire maatregelen worden ingeleid op verzoek van een schuldeiser. Het verzoek kan door de schuldeiser zelf worden ingediend, aangezien bijstand van een advocaat niet verplicht is. Over het algemeen wordt een verzoek om tenuitvoerlegging echter wel ingediend met tussenkomst van een advocaat die over de betreffende juridische kennis beschikt. De plaatselijke rechtbanken (okrajno sodišče) zijn bevoegd op het gebied van tenuitvoerleggingsmaatregelen. Onverminderd de bepalingen inzake relatieve bevoegdheid, moeten verzoeken om tenuitvoerlegging op grond van een authentieke akte worden ingediend bij de plaatselijke rechtbank van Ljubljana (Okrajno sodišče v Ljubljani), die uitspraak doet over het verzoek. Zie voor meer informatie over de mogelijkheid of verplichting om het verzoek in tenuitvoerleggingsprocedures digitaal in te dienen onder de rubriek "digitale behandeling".

    De gerechtskosten moeten direct bij de indiening van een tenuitvoerleggingsverzoek, bezwaar of beroep worden betaald. De gerechtskosten moeten uiterlijk binnen acht dagen na betekening van de opdracht tot betaling van de gerechtskosten worden voldaan.

    Als de gerechtskosten niet binnen de gestelde termijn worden betaald en er niet is voldaan aan de voorwaarden voor vrijstelling, uitstel van betaling of betaling in termijnen, dan wordt het verzoek geacht te zijn ingetrokken.

    De rechter controleert bij ontvangst van een verzoek om tenuitvoerlegging of alle noodzakelijke gegevens daarin worden vermeld en hij vaardigt een bevel uit waarin hij het verzoek toe- of afwijst (omdat het inhoudelijk ongegrond is) of waarin hij het verzoek niet-ontvankelijk verklaart (op procedurele gronden). Indien het verzoek om tenuitvoerlegging wordt toegewezen, betekent de rechter het bevel aan zowel de schuldeiser als de schuldenaar. Wordt het verzoek echter afgewezen, dan wordt het bevel uitsluitend aan de schuldeiser betekend. De rechter betekent het bevel tot tenuitvoerlegging waarin de deurwaarder wordt aangewezen of de beslissing tot aanwijzing van de deurwaarder aan de desbetreffende deurwaarder, tezamen met een kopie van alle documenten die nodig zijn om tot tenuitvoerlegging te kunnen overgaan.

    De rechter geeft toestemming voor de tenuitvoerlegging die ziet op de betaling van een geldvordering met gebruikmaking van de middelen en de zaken die in het verzoek om tenuitvoerlegging worden vermeld. De rechter kan op verzoek van de schuldeiser voor het einde van de tenuitvoerleggingsprocedure toestemming geven voor tenuitvoerlegging via aanvullende methoden en met betrekking tot andere zaken dan die waarvoor al toestemming is gegeven.

    De rechter kan op verzoek van de schuldenaar besluiten tot toepassing van een andere executiemaatregel dan de door de schuldeiser voorgestelde maatregel, wanneer de vordering via die andere maatregel kan worden voldaan. Tegen een beslissing tot afwijzing van het verzoek kan geen hoger beroep worden ingesteld.

    De tenuitvoerlegging vangt aan zodra het bevel tot tenuitvoerlegging definitief is, tenzij in de wet inzake bijzondere executiemaatregelen anders is bepaald. De schuldeiser mag pas betaald worden nadat het bevel tot tenuitvoerlegging definitief is geworden, tenzij de tenuitvoerlegging is gebaseerd op een executoriale titel, dat wil zeggen dat de tenuitvoerlegging betrekking heeft op geldsommen die de schuldenaar bij een bepaalde betalingsinstelling aanhoudt (tenuitvoerlegging op basis van een executoriale titel). Daarbij geldt als voorwaarde dat de executoriale titel bij het verzoek om tenuitvoerlegging moet zijn gevoegd.

    In het bevel waarin toestemming wordt gegeven voor tenuitvoerlegging en in het kader waarvan directe tenuitvoerleggingsmaatregelen uitgevoerd moeten worden, wijst de rechter tevens de deurwaarder aan.

    Gerechtsdeurwaarders

    Een gerechtsdeurwaarder verricht alle handelingen die rechtstreeks te maken hebben met de tenuitvoerlegging en de zekerheidstelling van de vordering (hij zorgt voor de daadwerkelijke tenuitvoerlegging, dat wil zeggen: hij legt beslag, bepaalt het onderpand enzovoort). Gerechtsdeurwaarders worden benoemd door de minister van Justitie. De minister van Justitie bepaalt het aantal gerechtsdeurwaarders evenals hun vestigingsplaats zodanig dat er per arrondissementsrechtbank (okrožno sodišče) ten minste een gerechtsdeurwaarder actief is. Hoeveel gerechtsdeurwaarders binnen een rechtsgebied worden benoemd, wordt vastgesteld op basis van het aantal tenuitvoerleggingszaken dat door de plaatselijke rechtbanken binnen het betreffende rechtsgebied wordt behandeld. Een gerechtsdeurwaarder krijgt een tenuitvoerleggingszaak middels een gerechtelijk bevel toegewezen, maar de schuldeiser mag ook zelf een bepaalde deurwaarder kiezen. Een gerechtsdeurwaarder mag in elke tenuitvoerleggingszaak in de hele Republiek Slovenië maatregelen nemen. Deurwaarders verrichten een openbare dienst en oefenen hun beroep zelfstandig uit.

    Gerechtsdeurwaarders zijn aansprakelijk voor eventuele schade die zij veroorzaken bij de uitvoering van tenuitvoerleggingsmaatregelen en conservatoire maatregelen, als gevolg van eigen handelen of door het niet-nakomen van de verplichtingen die zij op grond van wet- en regelgeving en rechterlijke beslissingen hebben.

    Indien er sprake is van een ernstige tekortkoming in de nakoming van zijn verplichtingen, kan een gerechtsdeurwaarder door de minister van Justitie uit zijn ambt worden gezet.

    Tenuitvoerleggingskosten

    De tenuitvoerleggingskosten worden in eerste instantie door de schuldeiser betaald. De schuldeiser moet een voorschot betalen voor de kosten van de tenuitvoerleggingsmaatregelen, waarbij de betaalwijze, het bedrag en de betalingstermijn door de rechter worden vastgesteld. Als de schuldeiser het voorschot niet binnen de gestelde termijn betaalt, schorst de rechter de tenuitvoerlegging. De schuldenaar moet de tenuitvoerleggingskosten, waaronder de kosten met betrekking tot het onderzoek naar zijn goederen, op verzoek van de schuldeiser aan hem terugbetalen, evenals de kosten van de procedure die door de rechter ambtshalve zijn geopend. De rechter dient binnen acht dagen na ontvangst van het verzoek uitspraak te doen over de kosten.

    Teneinde betaling van de verrichte werkzaamheden en de bijbehorende kosten te waarborgen, kan de gerechtsdeurwaarder de schuldeiser verzoeken een waarborgsom te storten; de hoogte en de bijbehorende betalingstermijn zijn vastgesteld in een tabel. De gerechtsdeurwaarder moet het verzoek om betaling van de waarborgsom persoonlijk aan de schuldeiser overhandigen, tezamen met een mededeling over wat de mogelijke gevolgen zijn wanneer de betaling binnen de gestelde termijn uitblijft en er geen betalingsbewijs aan de deurwaarder wordt overlegd.

    Tevens wordt de schuldeiser geïnformeerd dat hij de rechter kan verzoeken zich over de waarborgsom uit te spreken. Wanneer de schuldeiser het niet eens is met de betaalwijze, de termijn of de hoogte van de waarborgsom, kan hij binnen acht dagen na ontvangst van het betalingsverzoek de rechter via de deurwaarder vragen zich over de kwestie uit te spreken. De gerechtsdeurwaarder doet het verzoek onverwijld toekomen aan de rechter, die binnen acht dagen na ontvangst van het verzoek uitspraak moet doen.

    Wanneer de schuldeiser de waarborgsom niet op de door de deurwaarder of de rechter voorgeschreven wijze en binnen de gestelde termijn voldoet, of wanneer hij geen betalingsbewijs overlegt, doet de deurwaarder hiervan mededeling aan de rechter die de tenuitvoerlegging vervolgens schorst.

    3.2 De grondvoorwaarden

    De eerste voorwaarde waaraan moet worden voldaan voordat toestemming voor tenuitvoerlegging wordt verleend, is de aanwezigheid van een rechtsgrond voor tenuitvoerlegging, zoals een executoriale titel of een authentieke akte die voldoet aan de wettelijke vereisten.

    Een uitvoerbare rechterlijke beslissing:

    Een rechterlijke beslissing is uitvoerbaar zodra deze definitief is en de termijn waarbinnen de schuldenaar vrijwillig aan zijn verplichtingen kan doen, is verstreken. Deze termijn begint te lopen op de dag nadat de beslissing aan de schuldenaar is betekend. Ook kan de rechter toestemming geven voor de tenuitvoerlegging van slechts een deel van de beslissing indien dat betreffende deel uitvoerbaar is geworden.

    De rechter kan tevens toestemming geven voor de tenuitvoerlegging op grond van een rechterlijke beslissing die niet nog definitief is indien in de wet is bepaald dat hoger beroep geen opschortende werking heeft op de tenuitvoerlegging.

    Een uitvoerbare gerechtelijke schikking:

    Een gerechtelijke schikking is uitvoerbaar zodra de vordering die voorwerp is van de schikking is vervallen. Aan de hand van het proces-verbaal van de schikking, een openbare akte of een conform de wet beëdigd document wordt aangetoond dat de vordering is vervallen. Indien het bewijs niet op deze manier kan worden geleverd, wordt het feit aangetoond middels een definitieve beslissing in een civiele procedure waarin is vastgesteld dat de vordering is vervallen.

    Een uitvoerbare notariële akte:

    Een notariële akte is uitvoerbaar wanneer de schuldenaar in de betreffende akte heeft ingestemd met de directe uitvoerbaarheid ervan en de uit de akte voortvloeiende vordering is vervallen. Aan de hand van de notariële akte, een openbare akte of een conform de wet beëdigd document wordt aangetoond dat de vordering is vervallen. Het is ook mogelijk dat de vordering niet vervalt door het verstrijken van een termijn maar door een ander in de notariële akte vermeld feit. In dat geval wijst de notaris partijen erop dat een schriftelijke verklaring van de schuldeiser aan de schuldenaar dat de vordering is vervallen, met vermelding van de vervaldatum en bijvoeging van het bewijs van betekening van de betreffende schriftelijke verklaring aan de schuldenaar, volstaat om aan te tonen dat de vordering is vervallen. De notaris wijst partijen erop dat in plaats van het overleggen van het bewijs van betekening van de schriftelijke verklaring, de schuldeiser ook een notaris opdracht kan geven om de schuldenaar te informeren over de vervallen vordering. De schriftelijke verklaring van de schuldeiser of de kennisgeving van de notaris moet per aangetekende post worden betekend.

    De tweede voorwaarde is de indiening van een tenuitvoerleggingsverzoek waarin de volgende gegevens moeten zijn opgenomen: gegevens van de schuldeiser en schuldenaar, waaronder hun identiteitsgegevens, de executoriale titel of de authentieke akte, de verplichting van de schuldenaar, de tenuitvoerleggingsmaatregel, het voorwerp van de tenuitvoerlegging en andere informatie die noodzakelijk is om tot tenuitvoerlegging over te kunnen gaan (een verzoek om tenuitvoerlegging op basis van een authentieke akte moet vergezeld gaan van een verzoek aan de rechtbank om de schuldenaar te sommeren de vordering en de opgelopen kosten binnen acht dagen na de betekening van de uitspraak te voldoen, of binnen drie dagen in geval van een rechtszaak over wisselbrieven en cheques). De schuldeiser moet in zijn verzoek om tenuitvoerlegging een duidelijke omschrijving geven van de executoriale titel op grond waarvan hij de tenuitvoerlegging verzoekt, met vermelding van de afgifte van een uitvoerbaarverklaring.

    Zowel de vordering zelf als de termijn waarbinnen vrijwillig aan de verplichting kan worden voldaan (uitstel van betaling), moeten beide zijn vervallen.

    De gegevens van de schuldenaar moeten duidelijk in de executoriale titel of de authentieke akte staan vermeld. Ook in het verzoek om tenuitvoerlegging moet de schuldenaar duidelijk met zijn naam en adres (of dat van de hoofdvestiging) worden vermeld. Het verzoek om tenuitvoerlegging bevat tevens de identiteitsgegevens van de schuldenaar (en van de schuldeiser). Deze gegevens kunnen verschillen, afhankelijk van het feit of de schuldenaar (of de schuldeiser) een natuurlijke persoon, rechtspersoon, ondernemer of zelfstandige is.

    De schuldenaar moet een bestaande entiteit zijn (die niet is overleden of uit het handelsregister is geschrapt). Een verzoek om tenuitvoerlegging gericht tegen een niet-bestaande entiteit wordt afgewezen. Wanneer de betreffende entiteit gedurende de tenuitvoerleggingsprocedure ophoudt te bestaan, dan is dat een grond om de procedure van rechtswege te schorsen (zonder dat hiervoor een bijzondere akte hoeft te worden opgesteld).

    Voor de schuldenaar en de schuldeiser geldt dat zij moeten voldoen aan de voorwaarden (handelingsbekwaamheid) die ook van toepassing zijn in een civiele procedure, overeenkomstig de bepalingen van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering in verbinding met artikel 15 van de wet inzake de tenuitvoerlegging van rechterlijke beslissingen in burgerlijke zaken en conservatoire maatregelen (de tenuitvoerleggingswet).

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    Het doel van alle tenuitvoerleggingsmaatregelen is ervoor te zorgen dat de vordering van de schuldeiser wordt voldaan.

    De tenuitvoerleggingsmaatregelen voor de voldoening van geldvorderingen zijn: de verkoop van roerende zaken van de schuldenaar, de verkoop van onroerende zaken, de overdracht van geldvorderingen die de schuldenaar op derden heeft, de tegeldemaking van andere eigendomsrechten, zakelijke rechten en girale effecten van de schuldenaar, de verkoop van de deelneming van een partner in een onderneming, en de overboeking van geldbedragen die bij betalingsinstellingen (d.w.z. banken) zijn gedeponeerd.

    De tenuitvoerleggingsmaatregelen voor niet-geldelijke vorderingen zijn: afgifte en levering van roerende zaken, ontruiming en afgifte van onroerende zaken, vervanging voor rekening van de schuldenaar, dwangsom om nakoming van de verplichting door de schuldenaar af te dwingen, de hervatting van zijn werkzaamheden door een werknemer, verdeling van roerende zaken, de opstelling van een wilsverklaring en de overdracht van een kind.

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    De bovengenoemde tenuitvoerleggingsmaatregelen kunnen worden gebruikt om beslag te leggen op alle goederen die voorwerp zijn van tenuitvoerlegging (elk goed, eigendomsrecht of zakelijk recht van de schuldenaar), mits deze goederen niet krachtens de wet van tenuitvoerlegging zijn uitgesloten, of er geen wettelijke beperking geldt ten aanzien van de tenuitvoerlegging waarvan zij het voorwerp zijn – artikel 32 van de tenuitvoerleggingswet.

    De volgende goederen zijn niet vatbaar voor tenuitvoerlegging:

    • niet-verhandelbare zaken;
    • minerale grondstoffen en andere natuurlijke hulpbronnen;
    • gebouwen, apparatuur en andere zaken die de staat of een onafhankelijke lokale gemeenschap nodig heeft voor de uitvoering van zijn taken, evenals roerende en onroerende zaken die zijn bestemd voor de verdediging van de staat;
    • gebouwen, apparatuur en andere zaken die de schuldenaar nodig heeft voor de levering van een openbare dienst; en
    • andere in de wet vastgestelde zaken en rechten (zoals geld voor de verzorging van kinderen, strikt persoonlijke bezittingen, bijstandsuitkeringen, ouderschapstoelagen, kinderbijslag, arbeidsongeschiktheidsuitkeringen, voeding, brandstof voor verwarming, werk- en fokdieren, onderscheidingen, medailles, hulpmiddelen van gehandicapte personen, landbouwgrond en de gebouwen die een agrariër nodig heeft om in zijn persoonlijke levensonderhoud te voorzien enz.)

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    Het belangrijkste doel van alle tenuitvoerleggingsmaatregelen is ervoor te zorgen dat de vordering van de schuldeiser wordt voldaan. De rechtsgevolgen zijn afhankelijk van het soort tenuitvoerleggingsmaatregel.

    TENUITVOERLEGGING VOOR HET INNEN VAN EEN GELDVORDERING

    • Tenuitvoerlegging op roerende zaken geschiedt middels beslag op en verkoop van roerende zaken. De schuldeiser verwerft een pandrecht op de beslagen zaken.
    • Tenuitvoerlegging op een geldvordering van een schuldenaar vindt plaats middels beslag op en overdracht van de geldvordering. In het bevel waarin toestemming wordt gegeven voor het beslag op een geldvordering (bevel tot beslag) verbiedt de rechter de derde-schuldenaar om zijn vordering aan de schuldenaar te betalen, en hij verbiedt de schuldenaar om zijn vordering te innen, met inbegrip van vorderingen waarop een pandrecht rust, of om er op een andere manier over te beschikken. Het beslag is van kracht vanaf de dag waarop het bevel tot beslag aan de derde-schuldenaar is betekend. De schuldeiser verwerft een pandrecht op de vordering van de schuldenaar nadat de rechter op verzoek van de schuldeiser het beslag op de betreffende vordering heeft bevolen.
    • Tenuitvoerlegging op geldbedragen die de schuldenaar bij betalingsinstellingen heeft gedeponeerd, geschiedt middels een bevel tot tenuitvoerlegging op geldbedragen die de schuldenaar bij betalingsinstellingen heeft gedeponeerd. De rechter beveelt de betalingsinstellingen de geldbedragen die de schuldenaar op alle bankrekeningen bij die instelling heeft gedeponeerd, te blokkeren tot aan het bedrag van de verplichting dat is vastgesteld in het bevel tot tenuitvoerlegging en dit bedrag over te maken aan de schuldeiser zodra het bevel definitief is. Het bevel heeft het effect van beslag en overdracht ten behoeve van een inning. Zodra het bevel tot tenuitvoerlegging definitief is, stelt de rechter de betalingsinstelling hiervan op de hoogte. De betalingsinstelling is verplicht de rechter onverwijld te informeren dat het bedrag aan de schuldeiser is overgemaakt.
    • Tenuitvoerlegging op een vordering tot afgifte of levering van roerende zaken of de afgifte van onroerende zaken vindt plaats door beslag op die vordering, de overdracht ervan aan de schuldeiser en de verkoop van de zaak. De overdracht van de beslagen vordering van de schuldenaar heeft tot gevolg dat de geldvordering van de schuldenaar wordt overgedragen.
    • Tenuitvoerlegging op andere eigendomsrechten en andere zakelijke rechten wordt uitgevoerd door beslag op het betreffende recht en de tegeldemaking van de roerende zaken. Het beslag is van kracht vanaf de dag waarop het bevel tot tenuitvoerlegging aan de schuldenaar is betekend. In de tenuitvoerleggingsbeslissing waarin toestemming wordt gegeven voor het beslag, legt de rechter de schuldenaar een verbod op om over dat recht te beschikken. De schuldenaar verwerft door de beslaglegging een pandrecht op het betreffende recht.
    • Tenuitvoerlegging op girale effecten: Tenuitvoerlegging op girale effecten die aan de beurs zijn genoteerd voor de inning van een vordering, geschiedt door beslaglegging op en verkoop van girale effecten en betaling van de verkoopopbrengst aan de schuldeiser. Het beslag is van kracht vanaf de dag waarop het bevel tot tenuitvoerlegging in het centrale register van girale effecten is ingeschreven.
    • Tenuitvoerlegging op de deelneming van een partner in een onderneming vindt plaats door inschrijving van het bevel tot tenuitvoerlegging in het handelsregister, door de verkoop van de betreffende deelneming en de betaling van de verkoopopbrengst aan de schuldeiser. In het bevel tot tenuitvoerlegging legt de rechter de partner een verbod op om over zijn deelneming te beschikken. De rechter betekent het bevel tot tenuitvoerlegging aan de onderneming en laat dit inschrijven in het handelsregister. De schuldeiser verwerft door deze inschrijving een pandrecht op de deelneming van de partner, dat tegen iedere persoon kan worden ingeroepen die de betreffende deelneming op een later tijdstip verwerft.
    • Tenuitvoerlegging op onroerende zaken vindt plaats door het bevel tot tenuitvoerlegging in het kadaster in te schrijven, de waarde van de betreffende onroerende zaken te bepalen, de onroerende zaken te verkopen en de verkoopopbrengst aan de schuldeiser te betalen. De rechtbank laat het bevel tot tenuitvoerlegging betreffende onroerende zaken inschrijven in het kadaster. De schuldeiser verwerft door deze inschrijving een pandrecht op de onroerende zaken, dat kan worden ingeroepen tegen iedere persoon die het eigendomsrecht van de betreffende onroerende zaken op een later tijdstip verwerft. De schuldeiser die om tenuitvoerlegging heeft verzocht maar nog geen pandrecht of grondschuld heeft verkregen, verwerft door de inschrijving van het bevel tot tenuitvoerlegging in het register, het recht om vóór ieder ander persoon die op een later tijdstip een pandrecht of een grondschuld op de genoemde zaken verkrijgt, te worden betaald uit de opbrengst van de betreffende onroerende zaken.

    TENUITVOERLEGGING VOOR HET INNEN VAN NIET-GELDELIJKE VORDERINGEN

    • De procedure inzake afgifte en levering van roerende zaken houdt in dat de gerechtsdeurwaarder de goederen bij de schuldenaar wegneemt en deze aan de schuldeiser levert tegen ontvangstbevestiging.
    • De procedure inzake ontruiming en levering van onroerende zaken houdt in dat de gerechtsdeurwaarder de onroerende zaak overdraagt aan de schuldeiser, nadat eerst de betrokken personen uit het pand zijn gezet en de inboedel is verwijderd. De ontruiming en levering van een onroerende zaak is toegestaan na afloop van een termijn van acht dagen volgend op de datum waarop het bevel tot tenuitvoerlegging aan de schuldenaar is betekend.
    • De verplichting iets te doen, te laten doen of na te laten kan in samenwerking met de gerechtsdeurwaarder worden nagekomen op de door de rechter vastgestelde wijze. De rechter geeft op grond van de executoriale titel waarin de schuldenaar wordt bevolen iets te doen dat ook door een derde partij kan worden gedaan, toestemming aan de schuldeiser om een derde partij opdracht te geven de betreffende opdracht op kosten van de schuldenaar uit te voeren, of om die opdracht zelf uit te voeren (vervanging voor rekening van de schuldenaar). Indien de schuldenaar op grond van de executoriale titel verplicht is iets te doen dat niemand in zijn plaats kan doen, stelt de rechter in zijn bevel tot tenuitvoerlegging een passende termijn vast waarbinnen de verplichting moet worden nagekomen. De rechter legt in het bevel tot tenuitvoerlegging ook een dwangsom op mocht de schuldenaar zijn verplichting niet binnen de gestelde termijn nakomen (dwangsom om de schuldenaar te dwingen zijn verplichting na te komen).
    • De hervatting van zijn werkzaamheden door een werknemer vindt plaats doordat de rechter in het bevel tot tenuitvoerlegging een passende termijn vaststelt voor de nakoming van de verplichting. De rechter legt in het bevel ook een dwangsom op mocht de schuldenaar zijn verplichting niet binnen de gestelde termijn nakomen.
    • De verdeling van goederen vindt plaats door een fysieke verdeling indien dat in de executoriale titel is bepaald, of door de verkoop van de betreffende goederen.
    • De wilsverklaring omvat de verplichting tot het afgeven van een kadasterverklaring of een andere wilsverklaring ingevolge de beslissing die een executoriale titel vormt; de verplichting wordt geacht te zijn voldaan zodra de betreffende beslissing definitief is.
    • De procedure voor de tenuitvoerlegging in zaken betreffende het ouderlijk gezag, de omgangsregeling en het persoonlijke contact met kinderen houdt in dat de rechter in het bevel tot tenuitvoerlegging bepaalt dat de persoon bij wie het kind zich bevindt, verplicht is het kind over te dragen. Bovendien stelt de rechter de termijn vast waarbinnen het kind moet worden overgedragen of hij beveelt de onmiddellijke overdracht van het kind. In het bevel tot tenuitvoerlegging wordt de verplichting om het kind over te dragen opgelegd aan de persoon die voorwerp is van de executoriale titel, aan de persoon van wiens wil de overdracht van het kind afhangt en aan de persoon bij wie het kind zich bevindt op het tijdstip dat het bevel wordt gegeven. De rechter vermeldt in het bevel tot tenuitvoerlegging dat de verplichting om het kind over te dragen ook gevolgen heeft voor ieder ander persoon bij wie het kind zich bevindt op het moment dat de tenuitvoerlegging plaats heeft.

    De voor tenuitvoerlegging bevoegde rechtbank kan een boete opleggen aan de schuldenaar die handelt in strijd met de beslissing van de rechtbank door bijvoorbeeld zijn eigendommen te verbergen, te beschadigen of te vernietigen, door onherstelbare of moeilijk te herstellen schade toe te brengen aan zaken van de schuldeiser, door de gerechtsdeurwaarder te belemmeren bij de uitvoering van de verschillende executie- of conservatoire maatregelen. Ook kan een boete worden opgelegd aan de schuldenaar die handelt in strijd met beslissingen inzake conservatoire maatregelen door een deskundige of betalingsinstelling te hinderen bij zijn werkzaamheden of elk ander persoon te hinderen die het bevel tot tenuitvoerlegging moet uitvoeren, of door het onderzoek naar en de taxatie van onroerende zaken te hinderen of te verhinderen.

    Indien een schuldenaar zich in strijd met de beslissing van de bevoegde rechtbank ontdoet van zijn eigendommen, is de betreffende transactie alleen geldig als deze onder bezwarende titel is verricht en de andere partij op het moment van de overdracht of bezwaring van deze goederen te goeder trouw handelde (dat wil zeggen dat zij niet wist en niet kon weten dat de schuldenaar geen recht had om over deze goederen te beschikken).

    Een schuldenaar die tijdens de gedwongen tenuitvoerlegging een deel van zijn goederen vernietigt, beschadigt, vervreemdt of verbergt om te voorkomen dat de schuldeiser wordt betaald en laatstgenoemde daar schade van ondervindt, is tevens strafrechtelijk aansprakelijk en derhalve kan een boete of een gevangenisstraf van ten hoogste een jaar aan hem worden opgelegd.

    Een bank is verplicht op verzoek van de rechter alle documenten te verstrekken en de nodige toelichting te geven, zodat kan worden vastgesteld of en op welke manier het bevel tot tenuitvoerlegging is uitgevoerd en op welke manier de bank zich bij de betaling van de vorderingen heeft gehouden aan de wettelijke rangorde. De bank is tevens verplicht alle informatie over de bankrekeningen van de schuldenaar aan de schuldeisers en de rechter te verstrekken. Bovendien is de bank op basis van het bevel tot tenuitvoerlegging verplicht om de geldbedragen van de schuldenaar bij die bank te blokkeren tot aan het bedrag dat in het bevel staat genoemd en het geblokkeerde bedrag aan de schuldeiser over te maken.

    Een bank die in strijd met een bevel van de rechtbank geen beslag legt en de aan de schuldeiser toekomende geldbedragen niet aan hem overmaakt of uitbetaalt, kan op verzoek van de schuldeiser door de rechter worden gesommeerd het bedrag uit de eigen middelen aan de schuldeiser te voldoen in plaats van uit de tegoeden van de schuldenaar. In dat geval is de bank eveneens aansprakelijk voor schade jegens de schuldeiser wegens het niet nakomen van het bevel tot tenuitvoerlegging of wegens het schenden van de wettelijke bepalingen inzake de informatieplicht, de rangorde, het bedrag en de in het bevel genoemde wijze van betaling van de vorderingen.

    Een werkgever is op basis van het bevel tot tenuitvoerlegging verplicht om de geldbedragen die normaal als salaris aan de schuldenaar zouden worden uitgekeerd, als eenmalig geldbedrag of als periodieke betaling aan de schuldeiser over te maken. In dat geval moet de schuldenaar echter een salaris van minimaal 76 % van het maandelijkse minimumloon behouden. Een werkgever die in strijd met een bevel van de rechtbank geen bedragen op het salaris van de schuldenaar inhoudt en aan de schuldeiser overmaakt, kan op verzoek van de schuldeiser door de rechter worden gesommeerd het bedrag uit de eigen middelen te voldoen in plaats van uit de tegoeden van de schuldenaar. De werkgever is in dat geval eveneens aansprakelijk voor schade jegens de schuldeiser wegens het niet nakomen van het bevel tot tenuitvoerlegging.

    Een derde-schuldenaar is verplicht aan te geven of hij de beslagen vordering erkent en zo ja, voor welk bedrag, en of zijn verplichting om de vordering te betalen afhankelijk is van de nakoming van enige andere verplichting. Als deze derde partij geen verklaring verstrekt of deze niet naar waarheid aflegt, is zij aansprakelijk voor schade jegens de schuldeiser.

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    De geldigheidstermijn van een individuele tenuitvoerleggingsmaatregel van de bevoegde rechtbank is afhankelijk van de soort maatregel. Doorgaans wordt de tenuitvoerleggingsprocedure (en dus de gevolgen van het bevel tot tenuitvoerlegging) beëindigd wanneer de vordering van de schuldeiser is voldaan. De procedure moet echter ook worden beëindigd wanneer tenuitvoerlegging op juridische of feitelijke gronden geen doorgang kan vinden. Dit resulteert in de nietigverklaring van alle tenuitvoerleggingsmaatregelen, tenzij de nietigverklaring in strijd is met de eerder verworven rechten van derden (zoals kopers van in beslag genomen roerende zaken). Een schuldeiser kan verzoeken de tenuitvoerlegging gedurende een periode van maximaal een jaar uit te stellen. Hierdoor blijft het bevel tot tenuitvoerlegging geldig, ook als de schuldenaar op het moment van het bevel geen goederen heeft (en wanneer er feitelijke beperkingen zijn om de vordering te verhalen).

    Indien er op het moment van tenuitvoerlegging geen saldo op de bankrekeningen van de schuldenaar staat of de schuldenaar niet over zijn geld kan beschikken, is de bank verplicht het bevel tot tenuitvoerlegging minimaal een jaar in de boeken te laten staan en het geld aan de schuldeiser uit te keren zodra er geld op de rekening van de schuldenaar wordt gestort of zodra de schuldenaar weer het recht krijgt om over de banksaldi te beschikken. De tenuitvoerlegging mag in de tussentijd niet worden opgeschort.

    Indien de deurwaarder bij beslag op roerende zaken geen zaken aantreft die vatbaar zijn voor beslag of als de in beslag genomen zaken ontoereikend zijn om de vordering van de schuldeiser te voldoen, of als de deurwaarder geen beslag kan leggen omdat de schuldenaar niet aanwezig is of de betreffende ruimte niet wil openen, heeft de schuldeiser het recht om de deurwaarder binnen een termijn van drie maanden na de datum van beslag een onbeperkt aantal malen te verzoeken opnieuw beslag te leggen. De tenuitvoerlegging mag in de tussentijd niet worden opgeschort.

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    De schuldenaar, de schuldeiser, elke derde met een recht op de beslagen zaak dat de tenuitvoerlegging verhindert, en elke koper van een zaak, hebben allen het recht een gewoon rechtsmiddel tegen de beslissing van de voor tenuitvoerlegging bevoegde rechtbank in te stellen.

    Het gewone rechtsmiddel dat tegen een beslissing van een rechtbank in eerste aanleg kan worden aangewend, is hoger beroep. Een uitzondering hierop geldt in het geval van een bevel tot tenuitvoerlegging, waartegen bezwaar kan worden aangetekend door de schuldenaar of elke derde met een recht op de beslagen zaak dat de tenuitvoerlegging verhindert. Een bezwaar moet zijn gemotiveerd. In het bezwaarschrift moet de schuldenaar een uiteenzetting geven van de feiten waarop zijn bezwaar steunt en de nodige bewijsmiddelen aandragen, bij gebreke waarvan het bezwaar als ongegrond wordt verworpen (bezwaar van de schuldenaar). De schuldeiser heeft het recht om binnen acht dagen op het bezwaarschrift te reageren. Tegen de beslissing op het bezwaarschrift kan hoger beroep worden ingesteld.

    Iedere persoon die aantoont een recht te hebben op de beslagen zaak dat de tenuitvoerlegging verhindert, kan bezwaar indienen tegen het bevel tot tenuitvoerlegging en de rechter verzoeken de tenuitvoerlegging betreffende die zaak af te wijzen op grond van niet-ontvankelijkheid (derdenverzet). Het bezwaar kan tot aan het einde van de tenuitvoerleggingsprocedure worden ingediend. Indien de schuldeiser niet binnen de gestelde termijn op het bezwaarschrift reageert of verklaart dat hij zich niet verzet, zal de rechter de tenuitvoerlegging geheel of gedeeltelijk schorsen. Wanneer de schuldeiser binnen de gestelde termijn verklaart dat hij zich tegen het bezwaar verzet, verwerpt de rechtbank het bezwaar. Binnen een termijn van dertig dagen na de datum waarop de beslissing waarbij het bezwaar wordt verworpen op grond van verzet van de schuldeiser of omdat het bezwaar ongegrond wordt geacht, definitief is geworden, kan de partij die het bezwaar heeft ingediend, een rechtsvordering instellen om vast te laten stellen dat tenuitvoerlegging op het betreffende object niet is toegestaan.

    Beroep en bezwaar moeten worden ingesteld bij de rechtbank die de beslissing heeft genomen waartegen het rechtsmiddel wordt aangewend. In principe beslist de rechtbank die het bevel tot tenuitvoerlegging heeft gegeven ook over het bezwaar daartegen, terwijl een rechtbank van tweede aanleg uitspraak doet in hoger beroep. De beslissing in hoger beroep is definitief.

    Bezwaar en beroep moeten binnen acht dagen na de betekening van de beslissing van de rechtbank van eerste aanleg worden aangetekend. In uitzonderlijke gevallen is het ook mogelijk na deze termijn nog bezwaar aan te tekenen. Deze mogelijkheid bestaat tot aan het einde van de tenuitvoerleggingsprocedure wanneer het bezwaar is gebaseerd op een feit dat verband houdt met de vordering zelf en dat pas aan het licht is gekomen nadat de beslissing uitvoerbaar werd en de betrokkene dus niet binnen de gestelde termijn bezwaar had kunnen indienen.

    Het beroep en bezwaar hebben geen opschortende werking op de uitvoering van de tenuitvoerleggingsmaatregelen in de tenuitvoerleggingsprocedure, met uitzondering van de betalingsfase. De schuldeiser wordt in beginsel niet betaald voordat het bevel tot tenuitvoerlegging definitief is. De schuldeiser mag alleen worden betaald voordat het bevel tot tenuitvoerlegging definitief is geworden als de tenuitvoerlegging is gebaseerd op een executoriale titel betreffende de betaling van geldbedragen die de schuldenaar bij een betalingsinstelling aanhoudt, op voorwaarde dat hij de executoriale titel bij het verzoek om tenuitvoerlegging voegt. In handelszaken is het niet nodig om de executoriale titel bij het verzoek te voegen.

    De mogelijkheden tot het aanwenden van buitengewone rechtsmiddelen zijn in een tenuitvoerleggingsprocedure beperkt. Het is mogelijk een rechtsmiddel in te stellen tegen een beslissing in tweede aanleg tot afwijzing van een verzoek om tenuitvoerlegging onder de in de wet burgerlijk procesrecht vastgestelde voorwaarden. Behoudens andersluidende wettelijke bepalingen is herziening niet toegestaan.

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

    De tenuitvoerlegging voor het innen van geldvorderingen en het stellen van zekerheid voor die vorderingen is niet toegestaan op zaken en rechten die de schuldenaar nodig heeft voor zijn eigen levensonderhoud en dat van de personen die hij op grond van de wet verplicht moet onderhouden, noch op zaken en rechten die de schuldenaar nodig heeft voor zijn beroep. Op bepaalde zaken en rechten is slechts beperkt tenuitvoerlegging mogelijk.

    Links:

    De link wordt in een nieuw venster geopend.http://www.dz-rs.si/wps/portal/Home/deloDZ/zakonodaja/preciscenaBesedilaZakonov

    De link wordt in een nieuw venster geopend.http://www.mp.gov.si/si/obrazci_evidence_mnenja_storitve/uporabni_seznami_imeniki_in_evidence/

    De link wordt in een nieuw venster geopend.http://www.sodisce.si/

    De link wordt in een nieuw venster geopend.https://www.uradni-list.si/glasilo-uradni-list-rs

    De link wordt in een nieuw venster geopend.http://pisrs.si/

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 22/12/2020

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Slowakije

    1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

    In de zin van artikel 232, lid 1, van wet nr. 160/2015 houdende wijziging van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering (Civilný sporový poriadok) is uitvoerbaarheid een eigenschap van een gerechtelijke beslissing waarin een verplichting wordt opgelegd, met de mogelijkheid van rechtstreekse en onmiddellijke tenuitvoerlegging van de beslissing met juridische middelen. De tenuitvoerlegging van gerechtelijke beslissingen in burgerlijke en in handelszaken, met uitzondering van beslissingen betreffende minderjarigen, geschiedt krachtens wet nr. 233/1995 inzake gerechtsdeurwaarders en werkzaamheden voor tenuitvoerlegging (het "wetboek van tenuitvoerlegging"), tot wijziging en aanvulling van andere wetten, op grond waarvan enkel uitvoerbare beslissingen een executoriale titel vormen. Op grond van het wetboek van tenuitvoerlegging is een executoriale titel een uitvoerbare gerechtelijke beslissing als hiermee een recht wordt verleend, een verplichting wordt opgelegd of deze gevolgen heeft voor goederen. In artikel 45 van het wetboek van tenuitvoerlegging worden ook andere executoriale titels genoemd op basis waarvan de tenuitvoerlegging kan plaatsvinden, waaronder buitenlandse executoriale titels en notariële akten.

    Voor de tenuitvoerlegging van beslissingen met betrekking tot minderjarigen geldt een afzonderlijk rechtsstelsel. Deze valt niet onder het wetboek van tenuitvoerlegging. Hierop is wet nr. 161/2015 zoals gewijzigd inzake het wetboek van burgerlijke, niet-contentieuze rechtsvordering, artikelen 370 e.v., van toepassing. Deze wet heeft betrekking op de tenuitvoerlegging van beslissingen betreffende de volgende zaken:

    - het gezag over een minderjarige, een bezoekrecht of een niet-geldelijke verplichting jegens een minderjarige;

    - de terugkeer van een minderjarige naar het buitenland wanneer er sprake is van ongeoorloofde overbrenging of het niet doen terugkeren;

    - het gezag over een minderjarige, een bezoekrecht of een niet-geldelijke verplichting jegens een minderjarige wanneer de uitvoerbaarheid van de overeenkomst of de authentieke akte voortvloeit uit bijzondere regelgeving of een internationaal verdrag waarbij de Slowaakse Republiek partij is.

    Hierna wordt dan ook een onderscheid gemaakt tussen de tenuitvoerlegging van beslissingen uit hoofde van het wetboek van tenuitvoerlegging en uit hoofde van het wetboek van burgerlijke, niet-contentieuze rechtsvordering.

    2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

    Tenuitvoerlegging op grond van het wetboek van tenuitvoerlegging

    De tenuitvoerlegging geschiedt door een gerechtsdeurwaarder, een door de staat aangewezen en gemachtigde persoon voor gedwongen tenuitvoerlegging van executoriale titels (hierna "tenuitvoerleggingsactiviteit" genoemd); een dergelijke activiteit is een taak van het openbare gezag. De tenuitvoerlegging wordt door het gerecht toevertrouwd aan de gerechtsdeurwaarder. Het gerecht kent zaken op gelijke en willekeurige wijze toe aan de verschillende gerechtsdeurwaarders door de afgifte van tenuitvoerleggingsmachtigingen, met gebruikmaking van door het ministerie goedgekeurde technische middelen en software. Zo wordt beïnvloeding van de verdeling van zaken uitgesloten. De lijst van gerechtsdeurwaarders kan op de volgende website worden geraadpleegd:De link wordt in een nieuw venster geopend.http://www.ske.sk/. De districtsrechtbank (Okresný súd) van Banská Bystrica is bevoegd voor de tenuitvoerleggingsprocedure. Dit houdt in dat alleen dit gerecht tenuitvoerleggingsverzoeken mag ontvangen, ongeacht de plaats waar de schuldeiser of schuldenaar woont of permanent verblijft. Het gerecht kent de zaak echter in principe toe aan een gerechtsdeurwaarder die is aangewezen voor het gebied van het regionale gerecht waar de schuldenaar is gevestigd.

    Tenuitvoerlegging op grond van het wetboek van burgerlijke, niet-contentieuze rechtsvordering

    De tenuitvoerlegging van beslissingen over minderjarigen mag in principe alleen uitgaan van het gerecht dat bevoegd is in het rechtsgebied waar de minderjarige woont, zoals bepaald in een overeenkomst tussen de ouders of op een andere rechtsgeldige wijze. Als onbekend is welk gerecht bevoegd is of het niet tijdig kan handelen, beveelt het gerecht van het rechtsgebied waar de minderjarige op het desbetreffende moment verblijft, de tenuitvoerlegging en gaat het daartoe over. Voor de tenuitvoerlegging van een spoedeisende maatregel is het gerecht bevoegd dat de maatregel heeft bevolen; wanneer de maatregel noodgedwongen is vastgesteld door de beroepsinstantie, is het gerecht van eerste aanleg de bevoegde rechtbank. Voor tenuitvoerlegging van het bevel tot terugkeer van een minderjarige naar het buitenland wanneer er sprake is van ongeoorloofde overbrenging of het niet doen terugkeren, is het gerecht dat de zaak in eerste aanleg heeft behandeld, relatief bevoegd.

    Feitelijk is het dus de rechter die overgaat tot tenuitvoerlegging van de beslissing, maar hij of zij kan een gerechtelijke medewerker belasten met het terughalen van de minderjarige. Voor de tenuitvoerlegging van de beslissing beschikt de gerechtelijke medewerker over dezelfde wettelijke bevoegdheden als de rechter.

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    3.1 De procedure

    De procedure op grond van het wetboek van tenuitvoerlegging

    Overeenkomstig artikel 48 van het wetboek van tenuitvoerlegging kan de schuldeiser (dat wil zeggen, de schuldeiser volgens de executoriale titel, aan wie krachtens de uitvoerbare beslissing het recht op een prestatie wordt verleend) een verzoek tot tenuitvoerlegging indienen als de schuldenaar de hem bij de executoire beslissing opgelegde verplichtingen niet uit eigen wil nakomt. De tenuitvoerleggingsprocedure wordt dus ingesteld op verzoek van degene die het recht heeft om de naleving van een recht op grond van een executoriale titel op te eisen.

    Zoals hierboven reeds is gesteld, moet het verzoek tot tenuitvoerlegging met een elektronisch formulier, dat beschikbaar is op de website van het ministerie, worden ingediend via de functionele mailbox van de districtsrechtbank (Okresný súd) van Banská Bystrica. Voor het verzoek moet een machtiging bestaan; zo niet, wordt het als niet-ontvankelijk afgewezen. Wanneer de schuldeiser of zijn of haar vertegenwoordiger geen actief e-mailadres heeft, kan een verzoek tot tenuitvoerlegging worden ingediend via een gerechtsdeurwaarder. In dat geval vertegenwoordigt de gerechtsdeurwaarder de schuldeiser voor de betekening of kennisgeving van handelingen, tot de afgifte van het gerechtelijke bevel. Voor deze activiteit ontvangt hij een beloning en een vergoeding van de kosten, waarvan de hoogte en berekening zijn vastgelegd in algemeen verplichte ministeriële regelgeving. Het verzoek tot tenuitvoerlegging moet de volgende wettelijk voorgeschreven vermeldingen bevatten:

    a) de naam van het gerecht waaraan het is gericht;

    b) de naam van de schuldeiser en de schuldenaar; als deze partij is bij de procedure;

    c) de naam van de vertegenwoordiger van de schuldeiser, en indien de aanvraag door meerdere schuldeisers wordt ingediend, de naam van hun gemeenschappelijke vertegenwoordiger (de aanwijzing van een gemeenschappelijke vertegenwoordiger is verplicht);

    d) de naam van de gerechtsdeurwaarder, wanneer het verzoek tot tenuitvoerlegging wordt ingediend door zijn of haar tussenpersoon;

    e) de aanwijzing van de executoriale titel waarop de tenuitvoerlegging is gebaseerd, waaruit blijkt dat er een verzoek tot tenuitvoerlegging mag worden ingediend tegen de schuldenaar; als het een opvolging betreft, een beschrijving van de feiten die eraan ten grondslag liggen;

    f) de beschrijving van de relevante feiten en de elementen waaruit de relatie met de schuldenaar blijkt, indien de tenuitvoerlegging moet worden verricht op grond van een executoriale titel waarin een recht is erkend middels een wisselbrief tegen de schuldenaar, die een natuurlijke persoon is; dit geldt tevens als het recht op indiening van het verzoek tot tenuitvoerlegging is vastgesteld door een ononderbroken reeks endossementen;

    g) het opgeëiste recht; indien het een recht op een geldelijke prestatie betreft, een raming van de hoofdsom van de schuld, terugkerende bijkomende kosten, gekapitaliseerde bijkomende kosten, de contractuele boete en de door de schuldeiser gemaakte kosten voor de tenuitvoerlegging;

    h) de bankrekening van de schuldeiser, waarop de geïnde prestatie moet worden gestort;

    i) het e-mailadres van de schuldeiser voor communicatie met de gerechtsdeurwaarder, als de schuldeiser in kwestie zelf niet over een actief e-mailadres beschikt;

    j) een verklaring van de schuldeiser over de naleving van een voorwaarde of een wederzijdse verplichting, als de eis die door de executoriale titel aan de schuldenaar wordt opgelegd, afhankelijk is van de naleving van deze voorwaarde of wederzijdse verplichting, en aanduiding van de bewijsstukken die dit staven;

    k) een verklaring van de schuldeiser waaruit blijkt dat de in de executoriale titel beschreven verplichting niet vrijwillig is nageleefd; in gevallen waarin een deel van de verplichting niet is nageleefd: een verklaring waarin is vermeld waaruit dit deel bestond op de datum van indiening van het verzoek tot tenuitvoerlegging;

    l) de datum van indiening van het verzoek.

    De volgende stukken moeten bij het verzoek tot tenuitvoerlegging worden gevoegd:

    a) een kopie van de executoriale titel, in voorkomend geval tezamen met een verklaring waarin de uitvoerbaarheid wordt vastgesteld; het betalingsbevel dat in het kader van de ingebrekestelling is afgegeven, hoeft niet te worden bijgevoegd;

    b) elke handeling waarin de opvolging is vastgelegd; als de opvolging wettelijk of in het handelsregister is vastgelegd, volstaat een verwijzing hiernaar;

    c) elke handeling waaruit blijkt dat is voldaan aan de voorwaarde of wederzijdse verplichting die uit de executoriale titel voortvloeit;

    d) de consumentenovereenkomst en alle andere contractuele documenten met betrekking tot deze overeenkomst, met inbegrip van documenten waarnaar in de overeenkomst wordt verwezen, indien de tenuitvoerlegging is gebaseerd op een executoriale titel waarin een recht wordt erkend dat voortvloeit uit een consumentenovereenkomst; dit is niet van toepassing wanneer de executoriale titel een betalingsbevel is dat in het kader van de ingebrekestelling is afgegeven.

    Wanneer op grond van een buitenlandse executoriale titel om tenuitvoerlegging wordt verzocht, moet de schuldeiser tevens de documenten bijvoegen die overeenkomen met het soort executoriale titel in kwestie (artikel 48, lid 5, van het wetboek van tenuitvoerlegging).

    Na de betekening of kennisgeving van het verzoek tot tenuitvoerlegging wordt het door het gerecht in behandeling genomen. Indien aan de wettelijke voorwaarden is voldaan, geeft het gerecht een mandaat af en wordt de gerechtsdeurwaarder belast met de tenuitvoerlegging.

    De procedure op grond van het wetboek van burgerlijke, niet-contentieuze rechtsvordering

    De partijen bij de tenuitvoerleggingsprocedure zijn de minderjarige, de rechthebbende en de schuldenaar op grond van de executoriale titel. Als de schuldenaar zich niet vrijwillig houdt aan de voorschriften van de executoriale titel, kan de rechthebbende een verzoek indienen om een bevel tot tenuitvoerlegging van de beslissing te verkrijgen. Krachtens het wetboek van burgerlijke, niet-contentieuze rechtsvordering kan echter zonder verzoek ambtshalve een procedure worden ingesteld. De tenuitvoerlegging van de beslissing kan plaatsvinden zodra het bevel daartoe is gegeven. Indien er geen betekening of kennisgeving van het bevel is geschied aan de partijen, staat dit de daadwerkelijke tenuitvoerlegging van de beslissing overigens niet in de weg. De tenuitvoerlegging bestaat er voor het gerecht in de minderjarige weg te nemen bij de persoon bij wie hij of zij zich op grond van de beslissing niet zou moeten bevinden, en hem of haar terug te brengen naar de persoon aan wie hij of zij op grond van de beslissing is toevertrouwd, of aan de persoon die op grond van de beslissing gedurende een bepaalde tijd een bezoekrecht heeft, of aan de persoon die de minderjarige mag ontvangen voor wie sprake was van ongeoorloofde overbrenging of het niet doen terugkeren.

    3.2 De grondvoorwaarden

    De voorschriften van de tenuitvoerleggingsprocedure op grond van het wetboek van tenuitvoerlegging

    De tenuitvoerleggingsprocedure volgens het wetboek van tenuitvoerlegging wordt pas uitgevoerd als er een executoriale titel is, er een verzoek tot tenuitvoerlegging is ingediend en het griffierecht (16,50 EUR) is voldaan. Het griffierecht is opeisbaar op de datum waarop het verzoek tot tenuitvoerlegging wordt ingediend en kan enkel worden voldaan via overschrijving bij een bank in de Slowaakse Republiek of daarbuiten. De benodigde gegevens voor betaling van het griffierecht dat op het moment van het verzoek tot tenuitvoerlegging is verschuldigd, worden automatisch doorgegeven. Het gerecht verzoekt in het kader van de procedure niet om betaling van het griffierecht.  Wanneer niet binnen 15 dagen na de indiening van het tenuitvoerleggingsverzoek wordt voldaan aan de betalingsverplichting voor het griffierecht, wordt het verzoek niet in behandeling genomen. Dit is niet van toepassing wanneer het gaat om een schuldeiser die is vrijgesteld van betaling van het griffierecht. Het gerecht stelt de schuldeiser hiervan in kennis.

    Na het begin van de tenuitvoerlegging voor de afdwinging van het recht op een niet-geldelijke prestatie kan de gerechtsdeurwaarder bij de schuldeiser een voorschot opeisen voor onvermijdelijke uitgaven in verband met de procedure. Dit is niet van toepassing wanneer het gaat om een schuldeiser die is vrijgesteld van betaling van het griffierecht. Wanneer de schuldeiser het door de gerechtsdeurwaarder opgeëiste voorschot niet binnen de gestelde termijn (van minimaal 15 dagen) voldoet, stelt de gerechtsdeurwaarder de betrokkene in kennis van de schorsing van de tenuitvoerlegging.

    Op grond van het wetboek van tenuitvoerlegging is een executoriale titel een uitvoerbare gerechtelijke beslissing als hiermee een recht wordt verleend, een verplichting wordt opgelegd of deze gevolgen heeft voor goederen. De executoriale titel kan ook het volgende zijn:

    a) een besluit van een instelling, orgaan of instantie van de Europese Unie,

    b) een buitenlandse executoriale titel die uitvoerbaar is op het grondgebied van de Slowaakse Republiek,

    c) een notariële akte die een wettelijke verplichting bevat en waarin de schuldeiser en de schuldenaar worden vermeld, evenals de juridische motivering, het voorwerp en de uiterste termijn voor de prestatie, als de schuldenaar in de notariële akte heeft ingestemd met de uitvoerbaarheid,

    d) een uitvoerbaar besluit uit een arbitrageprocedure, met inbegrip van een bemiddeling die in het kader hiervan is overeengekomen,

    e) een besluit betreffende een opvolging,

    f) een besluit dat een executoriale titel vormt van een overheidsinstelling en lokale en regionale overheden, met inbegrip van een proces-verbaal inzake een boete die niet ter plaatse is betaald,

    g) een uitnodiging tot betaling, een aanmaning voor belastingen en heffingen en een bemiddeling die is bekrachtigd door een bevoegde instantie,

    h) een uitvoerbaar besluit en een aanmaning van de sociale zekerheid, een sociale verzekering, ouderdomspensioensparen of een aanmaning van een openbaar stelsel voor ziektekostenverzekering,

    i) een uitvoerbaar besluit, een aanmaning voor achterstanden of een goedgekeurde bemiddeling waarvan de uitvoering wettelijk is goedgekeurd,

    j) een document dat is afgegeven op grond van wetgeving die toepasselijk is in een andere lidstaat van de Europese Unie, indien het een invordering betreft krachtens bijzondere regelgeving,

    k) een kennisgeving van de schorsing van de tenuitvoerlegging en een uitnodiging tot betaling van de tenuitvoerleggingskosten,

    i) een executoriale titel krachtens bijzondere regelgeving.

    Voorschriften voor de tenuitvoerlegging van het besluit op grond van het wetboek van burgerlijke, niet-contentieuze rechtsvordering

    De tenuitvoerlegging van de beslissing is enkel afhankelijk van de executoriale titel. Deze procedure kan namelijk ook ambtshalve worden ingesteld. Het gerecht kan de tenuitvoerlegging van de beslissing ook bevelen als hiertoe geen verzoek is ingediend en de procedure voor tenuitvoerlegging van een spoedeisende maatregel wordt altijd ambtshalve bevolen. De rechthebbende is geen griffierecht verschuldigd voor het verzoek, want dit type procedure is daarvan vrijgesteld.

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    Het voorwerp van de tenuitvoerlegging op grond van het wetboek van tenuitvoerlegging

    Als de tenuitvoerlegging is gebaseerd op een executoriale titel waarin de verplichting tot betaling van een geldsom is opgelegd, kan de tenuitvoerlegging bestaan uit het volgende:

    a) inhoudingen op het salaris en andere inkomsten,

    b) beslag op een vordering,

    c) de verkoop van roerende zaken,

    d) de verkoop van waardepapieren,

    e) de verkoop van onroerende zaken,

    f) de verkoop van een onderneming,

    g) de inname van een rijbewijs.

    Wanneer het gaat om een tenuitvoerlegging voor de invordering van een geldelijke vordering die op de datum van de betekening of kennisgeving van het verzoek tot tenuitvoerlegging exclusief bijkomende kosten maximaal 2 000 EUR bedraagt (hierna "tenuitvoerlegging betreffende een geringe vordering" genoemd), kan niet tot tenuitvoerlegging worden overgegaan door een onroerend goed te verkopen waarvan de schuldenaar heeft verklaard het permanent of tijdelijk te bewonen; dit laat het recht onverlet om een afdwingbaar pandrecht op dit onroerend goed te laten vastleggen. De tenuitvoerlegging met het oog op de invordering van een alimentatievordering wordt niet beschouwd als een tenuitvoerlegging in het geval van een geringe vordering.

    De tenuitvoerlegging bestaande uit de verkoop van een onroerend goed waarvan de schuldenaar heeft verklaard het permanent of tijdelijk te bewonen kan bij wijze van uitzondering geschieden onder voorbehoud van toestemming van een gerecht wanneer er meerdere tenuitvoerleggingsprocedures tegen de schuldenaar zijn ingesteld ter inning van vorderingen die in totaal meer dan 2 000 EUR bedragen en indien de gerechtsdeurwaarder aantoont dat deze geldelijke vorderingen niet met andere middelen kunnen worden teruggevorderd. Het verzoek om toestemming voor de verkoop van een onroerend goed in de zin van de vorige zin kan worden ingediend door de gerechtsdeurwaarder, die als eerste een afdwingbaar pandrecht op het onroerend goed heeft vastgelegd of, met schriftelijke toestemming van deze gerechtsdeurwaarder, door een andere gerechtsdeurwaarder die op een later moment een afdwingbaar pandrecht heeft vastgelegd.

    Als de tenuitvoerlegging stoelt op een executoriale titel waarin een andere verplichting wordt opgelegd dan de betaling van een geldbedrag, hangt de wijze van tenuitvoerlegging af van de aard van de opgelegde verplichting. De tenuitvoerlegging kan bestaan uit het volgende:

    a) uitzetting,

    b) inname of vernietiging van goederen, op kosten van de schuldenaar,

    c) het delen van gemeenschappelijke goederen,

    d) het uitvoeren van werkzaamheden en prestaties.

    De tenuitvoerlegging mag geen betrekking hebben op goederen of rechten die op grond van het wetboek van tenuitvoerlegging of bijzondere regelgeving niet vatbaar zijn voor tenuitvoerlegging, hiervan zijn uitgesloten of hiervoor niet toelaatbaar zijn. Tenuitvoerlegging kan dan ook alleen plaatsvinden bij een pand als de schuldeiser het pand heeft of als de pandhoudende schuldeiser instemt met tenuitvoerlegging. Tenuitvoerlegging kan slechts geschieden tot de hoogte van de schuldvordering die wordt vermeld in de toestemming voor tenuitvoerlegging en de tenuitvoerleggingskosten; dit is niet van toepassing wanneer de tenuitvoerlegging bestaat uit de verkoop van een roerend goed dat niet kan worden opgesplitst of de verkoop van een onroerend goed in het kader waarvan de schuldenaar geen andere toereikende activa heeft waarmee de vordering kan worden voldaan.

    De volgende zaken zijn niet vatbaar voor tenuitvoerlegging:

    a) onroerende zaken van de staat die overeenkomstig bijzondere regelgeving worden beheerd door een curator, met uitzondering van onroerende zaken die overeenkomstig bijzondere regelgeving tijdelijk worden beheerd,

    b) inkomsten uit de staatsbegroting, middelen op de lopende rekening van een door de staat gefinancierde organisatie en vorderingen waarmee deze ontvangsten worden betaald, op grond van juridische banden,

    c) waardepapieren die toebehoren aan de staat en overheidsdeelnemingen in rechtspersonen,

    d) middelen ter dekking van het tekort op de staatsbegroting en de staatsschuld,

    e) andere activa van de staat, overeenkomstig de bepalingen van een speciale wet.

    Andere activa van de staat en die van de export-import-bank van de Slowaakse Republiek zijn niet vatbaar voor tenuitvoerlegging wanneer deze ervan zijn uitgesloten op grond van het feit dat zij absoluut noodzakelijk zijn voor de vervulling van de overheidstaken of voor een doel van algemeen belang, of dat de activa van de export-import-bank noodzakelijk zijn voor de uitvoering van haar werkzaamheden en de vervulling van haar taken. In dit geval kan het verzoek om uitsluiting van bepaalde zaken van de tenuitvoerlegging binnen een termijn van 60 dagen na de betekening of kennisgeving van de mededeling over instelling van de tenuitvoerleggingsprocedure worden ingediend. Een tenuitvoerlegging die betrekking heeft op goederen van de staat kan enkel geschieden voor goederen die worden beheerd door de curator wiens werkzaamheden aan de vordering ten grondslag liggen.

    Voorwerp van de tenuitvoerlegging van het besluit op grond van het wetboek van burgerlijke, niet-contentieuze rechtsvordering

    Het gerecht neemt de minderjarige weg bij de persoon bij wie hij of zij zich op grond van de beslissing niet zou moeten bevinden en brengt hem of haar terug naar de persoon aan wie hij of zij op grond van de beslissing is toevertrouwd, of aan de persoon die op grond van de beslissing gedurende een bepaalde tijd een bezoekrecht heeft, of aan de persoon die de minderjarige mag ontvangen voor wie sprake was van ongeoorloofde overbrenging of het niet doen terugkeren. De rechter kan een gerechtsdeurwaarder belasten met het terughalen van de minderjarige. Voor de tenuitvoerlegging van de beslissing beschikt de gerechtelijke medewerker over dezelfde wettelijke bevoegdheden als de rechter.

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    Na de instelling van de tenuitvoerleggingsprocedure stelt de gerechtsdeurwaarder de schuldeiser en de schuldenaar in kennis van de tenuitvoerlegging en de wijzen waarop deze zal geschieden, indien deze kunnen worden bepaald (vóór de afgifte van het tenuitvoerleggingsbevel), en nodigt hij of zij de schuldenaar uit de vordering te voldoen. In de mededeling over de instelling van de tenuitvoerleggingsprocedure worden de kosten vermeld die zijn verschuldigd wanneer deze binnen een termijn van 15 dagen na de betekening of kennisgeving van genoemde mededeling worden voldaan, alsmede de kosten die opeisbaar zijn indien de schuldenaar niet binnen deze termijn van 15 dagen aan de verplichting voldoet.

    De gevolgen van de mededeling over instelling van de tenuitvoerleggingsprocedure

    Lopende juridische handelingen

    Na ontvangst van de mededeling over instelling van de tenuitvoerleggingsprocedure moet de schuldenaar zijn of haar werkzaamheden voor de verrichting van lopende juridische handelingen beperken voor zover dit redelijkerwijs kan worden verlangd gezien het bedrag en het belang van de te innen vordering. Met "lopende juridische handelingen" van een rechtspersoon of ondernemer worden juridische handelingen bedoeld die absoluut noodzakelijk zijn voor een goede uitvoering van de werkzaamheden die het voorwerp vormen van zijn of haar beroep of onderneming.  Lopende juridische handelingen van een natuurlijke persoon zijn handelingen die noodzakelijk zijn om te voorzien in de normale levensbehoeften, en de normale behoeften van personen jegens wie deze natuurlijke persoon een alimentatieverplichting heeft.

    De volgende zaken worden niet beschouwd als een lopende juridische handeling:

    a) de oprichting van een handelsmaatschappij, een coöperatie of een andere rechtspersoon,

    b) de aankoop of overdracht van een belang in een handelsmaatschappij, een coöperatie of een andere rechtspersoon,

    c) de overdracht of huur van onroerende zaken en eventueel de voorlegging ervan aan het recht van een derde,

    d) de uitvoering van een juridische handeling zonder adequate beloning.

    Beschikking over de goederen die vatbaar zijn voor tenuitvoerlegging

    Bij de betekening of kennisgeving van de mededeling over instelling van de tenuitvoerleggingsprocedure kan er zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de gerechtsdeurwaarder niet meer worden beschikt over de goederen waarop de tenuitvoerlegging betrekking heeft, met uitzondering van de lopende juridische handelingen. Beschikking over goederen door schending van dit verbod doet niets af aan de geldigheid van een lopende juridische handeling. Een dergelijke handeling heeft echter geen gevolgen voor de schuldeiser en de vordering kan in het kader van de tenuitvoerlegging worden voldaan middels zaken die niet door dergelijke handelingen zijn getroffen. Deze juridische handeling hoeft niet te worden betwist wanneer over de goederen wordt beschikt ten gunste van de personen zoals bedoeld in artikel 42a, lid 3 en lid 4, van het WvBR (Občiansky zákonník), die op de hoogte waren van de lopende tenuitvoerlegging of die hiervan op de hoogte hadden moeten zijn door redelijke zorgvuldigheid te betrachten.

    Compensatie voor de vordering

    Na instelling van de tenuitvoerleggingsprocedure wordt eenzijdige compensatie van een vordering van de schuldenaar jegens de schuldeiser niet in aanmerking genomen, tenzij hiervoor toestemming is verleend in een executoriale titel op basis waarvan de schuldenaar tot tenuitvoerlegging had kunnen overgaan.

    Gevolgen van betaling van de vordering

    Na de betekening of kennisgeving van de mededeling over instelling van de tenuitvoerleggingsprocedure aan de schuldenaar heeft de betaling van de vordering pas gevolgen wanneer de gerechtsdeurwaarder het verschuldigde bedrag heeft ontvangen. Als de betaling in verband met de opgeëiste vordering vóór de betekening of kennisgeving van de mededeling over instelling van de tenuitvoerleggingsprocedure aan de schuldenaar is verricht, moet de schuldeiser de gerechtsdeurwaarder hiervan onverwijld in kennis stellen.

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    Deze maatregelen blijven voor onbepaalde tijd geldig.

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    Opschorting van de tenuitvoerlegging en schorsing van de tenuitvoerlegging op grond van het wetboek van tenuitvoerlegging

    De schuldenaar kan het verloop van de tenuitvoerlegging schorsen indien de gerechtsdeurwaarder heeft verzocht om opschorting (de gerechtsdeurwaarder geeft dan een mededeling af over opschorting van de tenuitvoerlegging), in het bijzonder om de volgende redenen:

    a) er is een verzoek om onttrekking ingediend of er loopt een procedure ter vaststelling van de eigendomsrechten voor de goederen die voorwerp moeten vormen van de tenuitvoerlegging;

    b) de schuldenaar, die een natuurlijke persoon is, heeft verzocht om toestemming voor betaling in termijnen en het verzoek is in behandeling;

    c) de schuldenaar, die een natuurlijke persoon is, heeft verzocht om opschorting van de tenuitvoerlegging en heeft verklaard zich buiten zijn of haar schuld tijdelijk in een situatie te bevinden waarin onmiddellijke tenuitvoerlegging voor hem of haar, of voor zijn of haar gezinsleden, bijzonder schadelijke gevolgen zou kunnen hebben;

    d) in het kader van de tenuitvoerlegging voor de inning van een alimentatievordering heeft de schuldenaar de verschuldigde alimentatie betaald, inclusief de kosten van de schuldeiser en de gerechtsdeurwaarder, en heeft hij of zij verzocht om opschorting van de tenuitvoerlegging en verklaard de normale alimentatie vrijwillig te zullen blijven betalen via de gerechtsdeurwaarder;

    e) de schuldenaar, die een verzoek om schorsing van de tenuitvoerlegging heeft ingediend, heeft op een speciaal hiertoe geopende rekening van de gerechtsdeurwaarder een garantie gestort ter hoogte van de te innen vordering.

    De schuldenaar kan het gerecht om de volgende redenen verzoeken om schorsing van de tenuitvoerlegging:

    a) na de vaststelling van de executoriale titel hebben zich ontwikkelingen voorgedaan die hebben geleid tot delging van de te innen vordering;

    b) de executoriale titel is nietig verklaard;

    c) op grond van bijzondere regelgeving is er een reden waarom de erkenning of de tenuitvoerlegging van een buitenlandse executoriale titel niet toelaatbaar is, behalve indien deze in het kader van de procedure eerder kon worden opgeworpen;

    d) er zijn andere elementen die de tenuitvoerlegging van de executoriale titel in de weg staan.

    De schuldenaar kan een dergelijk verzoek met een schorsende werking alleen binnen een termijn van 15 dagen na de betekening of kennisgeving van de mededeling over instelling van de tenuitvoerleggingsprocedure indienen bij de gerechtsdeurwaarder. In verzoeken tot schorsing van de tenuitvoerlegging (die geen schorsende werking meer hebben) die daarna worden ingediend, kan de schuldenaar enkel feiten opwerpen die zich na het verlopen van deze termijn hebben voorgedaan. In schorsingsverzoeken die daarna worden ingediend, kan de schuldenaar enkel feiten aanvoeren die zich na de indiening van het voorgaande schorsingsverzoek hebben voorgedaan. De beperkingen in de eerste en tweede zin zijn niet van toepassing als het tevens gaat om elementen die de schuldenaar buiten zijn of haar schuld niet kon opwerpen. Wanneer de schuldeiser instemt met schorsing van de tenuitvoerlegging, geeft de gerechtsdeurwaarder een schorsingsmededeling af, waarvan een betekening of kennisgeving naar de partijen bij de procedure en het gerecht wordt gestuurd. Zo niet, dan dient de gerechtsdeurwaarder binnen een termijn van vijf werkdagen na het verlopen van de termijn waarbinnen de schuldeiser opmerkingen kan opstellen, een verzoek in tot schorsing van de tenuitvoerlegging, in voorkomend geval tezamen met zijn of haar opmerkingen en eventuele opmerkingen van de schuldeiser, bij het gerecht dat uitspraak doet over het verzoek.

    Tegen beslissingen die vervolgens in het kader van de tenuitvoerleggingsprocedure door de gerechtsdeurwaarder en het gerecht worden genomen, kan in principe geen beroep worden aangetekend, behalve in uitzonderingsgevallen die zijn vastgelegd in het wetboek van tenuitvoerlegging.

    Tenuitvoerlegging op grond van het wetboek van burgerlijke, niet-contentieuze rechtsvordering

    Tegen het tenuitvoerleggingsbevel en de beschikking tot afwijzing van een verzoek tot tenuitvoerlegging kan beroep worden aangetekend. Een beroep tegen de tenuitvoerlegging van een besluit kan enkel worden gemotiveerd met het feit dat de executoriale titel niet uitvoerbaar is of dat de opgelegde verplichting nietig is door omstandigheden die zich na de vaststelling van de executoriale titel hebben voorgedaan. Een beroep tegen een tenuitvoerleggingsbevel van een beslissing staat de tenuitvoerlegging van die beslissing door het gerecht van eerste aanleg niet in de weg.

    Het gerecht kan de tenuitvoerlegging van de beslissing uitstellen, ook ambtshalve, als het leven, de gezondheid of de goede ontwikkeling van de minderjarige door deze tenuitvoerlegging in gevaar komt. Op verzoek kan het gerecht de tenuitvoerlegging van een buitenlandse beslissing uitstellen als hiertegen beroep is aangetekend in het land waar deze is genomen. Dit is mogelijk totdat er uitspraak is gedaan in het beroep. Het gerecht stelt de tenuitvoerlegging van de beslissing ook uit als dit op grond van bijzondere regelgeving mogelijk is.

    In de volgende gevallen geeft het gerecht een bevel tot schorsing, ook ambtshalve:

    a) de executoriale titel is nog niet uitvoerbaar;

    b) de executoriale titel is nietig verklaard nadat de tenuitvoerlegging van de beslissing is bevolen; als de executoriale titel is gewijzigd, kan het gerecht de tenuitvoerlegging op grond van de gewijzigde executoriale titel voortzetten;

    c) de tenuitvoerlegging van de beslissing is niet toelaatbaar verklaard door het gerecht omdat er een andere reden is waarom de beslissing niet ten uitvoer kan worden gelegd;

    d) de opgelegde verplichting is nietig door feiten die zich na de vaststelling van de executoriale titel hebben voorgedaan;

    e) er is aan de verplichting voldaan;

    f) de beslissing is ten uitvoer gelegd.

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

    Zie punt 4 en punt 5. De gerechtsdeurwaarder moet de uitvoeringsbepalingen van de tenuitvoerlegging dusdanig vormgeven dat deze in verhouding staan tot de na te komen verplichting en dat de waarde van de in beslag genomen goederen van de schuldenaar overeenkomt met de waarde van deze verplichting. Tenuitvoerlegging kan slechts geschieden tot de hoogte van de schuldvordering die wordt vermeld in de toestemming voor tenuitvoerlegging en de tenuitvoerleggingskosten; dit is niet van toepassing wanneer de tenuitvoerlegging bestaat uit de verkoop van een roerend goed dat niet kan worden opgesplitst of de verkoop van een onroerend goed in het kader waarvan de schuldenaar geen andere toereikende activa heeft waarmee de vordering kan worden voldaan.

    Het gerecht moet een verzoek tot tenuitvoerlegging in de volgende gevallen ook afwijzen:

    a) het heeft geconstateerd dat dit verzoek of de executoriale titel en de wet met elkaar in strijd zijn;

    b) er zijn redenen waarom de tenuitvoerlegging had moeten worden geschorst;

    c) de schuldeiser of de schuldenaar is niet de rechtsopvolger van de persoon die in de executoriale titel wordt genoemd;

    d) er wordt om tenuitvoerlegging verzocht op grond van een executoriale titel die is afgegeven in een procedure waarin een recht is opgeworpen op basis van een wisselbrief en waarbij is gebleken dat het opgeëiste recht is ontstaan in het kader van een consumentenovereenkomst waarbij geen rekening is gehouden met oneerlijke bepalingen, de beperking of ontoelaatbaarheid van het gebruik van de wisselbrief of een inbreuk op de goede zeden, en deze omstandigheid heeft gevolgen voor de vordering;

    e) de executoriale titel is afgegeven in het kader van een procedure waarin het niet mogelijk is geweest om een onredelijke contractbepaling te betwisten of opnieuw te onderzoeken, en het bestaan van de onredelijke bepaling heeft gevolgen voor de vordering die in het kader van een consumentenovereenkomst is ontstaan;

    f) de tenuitvoerlegging moet geschieden op grond van een arbitraal vonnis dat is gewezen in een consumentengeschil en

    1. de arbitrageovereenkomst voldoet niet aan de voorwaarden die in bijzondere regelgeving zijn vastgelegd,

    2. het arbitrale vonnis in een consumentengeschil is niet gewezen door een arbiter die op het moment van de arbitrageprocedure voorkwam op de lijst van arbiters die zijn gemachtigd om uitspraken te doen in consumentengeschillen,

    3. het arbitrale vonnis in een consumentengeschil is niet gewezen door een permanent arbitragehof dat op het moment van de arbitrageprocedure gemachtigd was om uitspraken te doen in consumentengeschillen,

    4. het arbitrale vonnis voldoet niet aan de voorwaarden die in bijzondere regelgeving zijn vastgelegd of is niet uitvoerbaar,

    g) in het verzoek wordt een beroep gedaan op een recht op terugkerende bijkomende kosten van de vordering en het verzoek wordt drie jaar nadat de executoriale titel uitvoerbaar is geworden, ingediend, terwijl de schuldenaar in de laatste drie maanden voorafgaand aan de indiening van het verzoek tot tenuitvoerlegging niet is verzocht om de vordering te voldoen, of er geen overeenkomst is gesloten met de schuldenaar over een geleidelijke betaling van de vordering die is erkend in de executoriale titel binnen een termijn van drie jaar nadat de executoriale titel uitvoerbaar is geworden; of

    h) er wordt om tenuitvoerlegging verzocht op grond van een executoriale titel die bestaat uit een notariële akte die niet voldoet aan de wettelijke voorwaarden of waarin voorwaarden zijn vastgelegd die niet stroken met de wet of de goede zeden.

    Tijdens de tenuitvoerlegging heeft het gerecht voorts het recht om de gerechtsdeurwaarder om uitleg te vragen of om een verslag inzake de voortgang van elk tenuitvoerleggingsdossier dat hem of haar is toegekend. De gerechtsdeurwaarder dient deze binnen een bepaalde termijn voor te leggen. Het gerecht vervangt de gerechtsdeurwaarder, zelfs ambtshalve, indien er sprake is van herhaaldelijke of ernstige overtreding van de verplichtingen die in de wet of een gerechtelijke beslissing zijn vastgelegd. Vóór de beslissing tot vervanging van de gerechtsdeurwaarder neemt de rechter zijn of haar opmerkingen en die van de partijen bij de procedure in aanmerking.

    Wanneer de tenuitvoerlegging bestaat uit inhoudingen op salaris, geldt er een basisbedrag van het maandsalaris of van andere inkomsten dat niet aan de schuldenaar kan worden ontnomen; de berekening van dit bedrag wordt per decreet vastgesteld door de regering van de Slowaakse Republiek. Indien het gaat om alimentatie voor een minderjarige, komt het basisbedrag dat niet op het salaris van de schuldenaar mag worden ingehouden overeen met 70 % van het basisbedrag dat op grond van de eerste zin is bepaald. Als het gaat om een persoon die werk in het buitenland verricht en wiens of wier loon of salaris voor dit doel wordt berekend aan de hand van een salariscoëfficiënt of op andere wijze, wordt de berekening van het basisbedrag op dezelfde wijze en in dezelfde verhoudingen vastgesteld als voor het loon of salaris.

    Bestaat de tenuitvoerlegging uit een beslag op een vordering op een bankrekening, dan is een bedrag 165 EUR daarvan uitgesloten, alsmede de middelen die volgens een uitdrukkelijke verklaring van de schuldenaar noodzakelijk zijn voor de betaling van de salarissen van het personeel. Als de schuldenaar over meerdere rekeningen beschikt, wordt slechts voor één van deze rekeningen een bedrag van 165 EUR gevrijwaard.

    Voor zaken die het eigendom van de schuldenaar zijn, mag de tenuitvoerlegging geen betrekking hebben op goederen die noodzakelijk zijn voor het levensonderhoud van de schuldenaar en zijn of haar gezin, voor de uitoefening van beroepswerkzaamheden of voor de onderneming, en evenmin op andere goederen waarvan de verkoop haaks zou staan op morele beginselen.

    De volgende zaken zijn uitgesloten van tenuitvoerlegging:

    a) kleding, ondergoed en schoenen voor regelmatig gebruik,

    b) noodzakelijke kapitaalgoederen en huisraad, zoals het bed van de schuldenaar en zijn of haar gezinsleden, een tafel, stoelen voor het desbetreffende aantal gezinsleden, een koelkast, een fornuis, een kooktoestel, een verwarming, brandstof, een wasmachine, dekbedden, bedlinnen, veelgebruikte huishoudartikelen, een radio,

    c) huisdieren, met uitzondering van dieren die voor de werkzaamheden van de onderneming worden gebruikt,

    d) goederen van de schuldenaar die verband houden met de uitoefening van beroepswerkzaamheden of werkzaamheden van de onderneming, ten bedrage van 331,94 EUR,

    e) medische benodigdheden en andere goederen die die onmisbaar zijn voor de schuldenaar vanwege een ziekte of een fysieke beperking,

    f) goederen waarvoor krachtens bijzondere regelgeving onderhoudstoelagen en vergoedingen zijn uitgekeerd, uitkeringen ter compensatie van een ernstige handicap overeenkomstig bijzondere regelgeving en maatregelen voor sociaal-juridische bescherming voor de jeugd en maatschappelijk toezicht van financiële aard overeenkomstig bijzondere regelgeving,

    g) een auto voor privégebruik die de schuldenaar, die een natuurlijke persoon is, nodig heeft voor persoonlijk vervoer en om te kunnen voorzien in de behoeften van een ernstig handicapte en de behoeften van zijn of haar gezin of leden van het huishouden,

    h) een verlovings- of trouwring,

    i) een geldsom in contanten ten bedrage van maximaal 165 EUR,

    j) schoolboeken en speelgoed.

    Overeenkomstig bijzondere regelgeving is tenuitvoerlegging evenmin mogelijk voor goederen die aanwezig zijn op de grond van een landbouwer waarvan inbeslagneming een adequaat beheer van de landbouwgrond of behoud van de plantaardige en dierlijke productie in gevaar zou brengen, en waarmee het behoud van de veestapel in het gedrang zou komen, zoals melkkoeien en vaarzen, fokstieren, -zeugen, -beren, -rammen en schapen.

    Ook zijn de volgende onderdelen uitgesloten van tenuitvoerlegging: het aandeel van een spaarder in een pensioenfonds, deelneming van een persoon die heeft bijgedragen aan een fonds voor aanvullend pensioen ter hoogte van een bedrag dat overeenkomt met de werkgeversbijdragen voor deze persoon en inkomsten uit hun beleggingen.

    Deze bepalingen zijn van toepassing met ingang van 1 april 2017

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 03/01/2022

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Finland

    1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

    De inning van vorderingen betreft de tenuitvoerlegging van een door een rechtbank opgelegde verplichting of van een direct uitvoerbare tenuitvoerleggingsgrond. Doorgaans gaat het om de inning van een schuldvordering in geld. Een andere belangrijke tenuitvoerleggingsmaatregel is de uitzetting, d.w.z. de verplichting om een onroerend goed of een deel ervan te verlaten. De tenuitvoerlegging kan ook betrekking hebben op de verplichting om een bepaald goed over te dragen (overdrachtsplicht), op de verplichting om te handelen (handelingsplicht) of op het verbod om te handelen (verbodsplicht). Ook kan er sprake zijn van een door een rechtbank opgelegde beslaglegging of van een andere conservatoire maatregel. Het Finse Bureau voor gedwongen tenuitvoerleggingen (Ulosottolaitos) is een onafhankelijk bureau dat onder het ministerie van Justitie valt en is belast met wettelijke tenuitvoerleggingstaken.

    Tenuitvoerlegging in zaken betreffende de rechten van het kind

    In zaken waarbij het de rechten van het kind betreft, wordt onder tenuitvoerlegging de uitvoering van rechterlijke beslissingen verstaan, zoals het terugbrengen van het kind. Een officieel akkoord van de sociale diensten kan eveneens dienen als tenuitvoerleggingsbasis. In Finland wordt het omgangsrecht overigens beschouwd als een recht van het kind en niet van de ouder. De tenuitvoerlegging van rechterlijke beslissingen betreffende het gezag en/of het omgangsrecht van het kind is in Finland geregeld in de wet op de tenuitvoerlegging van beslissingen inzake het gezagsrecht en het omgangsrecht (laki lapsen huoltoa ja tapaamisoikeutta koskevan päätöksen täytäntöönpanosta) (619/1996). Deze wet is ook van toepassing op de tenuitvoerlegging van eventuele voorlopige maatregelen. Bovendien is deze wet van toepassing in gevallen waarin een uitspraak of een beslissing van een buitenlandse rechter in Finland ten uitvoer moet worden gelegd uit hoofde van Verordening (EG) nr. 2201/2003 van de Raad.

    De gerechtsdeurwaarder kan een beschikking betreffende het gezag ten uitvoer leggen als de beschikking niet ouder is dan drie maanden. In alle andere gevallen moet een verzoek om een tenuitvoerleggingsbeschikking worden ingediend bij de rechtbank. De rechtbank kan een verzoek om een tenuitvoerleggingsbeschikking slechts afwijzen als de belangen van het kind door de tenuitvoerlegging worden geschaad. In het geval van de tenuitvoerlegging van beschikkingen betreffende het gezag gelast de rechtbank de wederpartij, op straffe van een dwangsom, het kind terug te brengen naar de verzoeker. Er kan een beschikking worden gegeven om het kind terug te krijgen. In het geval van de tenuitvoerlegging van beschikkingen betreffende het omgangsrecht is de wederpartij verplicht bezoeken toe te staan en andere gelaste maatregelen te nemen.

    2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

    De gegevens van het Bureau voor gedwongen tenuitvoerleggingen staan op de website van het bureau in de talen De link wordt in een nieuw venster geopend.Fins, De link wordt in een nieuw venster geopend.Zweeds en De link wordt in een nieuw venster geopend.Engels.

    Gerechtsdeurwaarders zijn in Finland overheidsambtenaren. Het is voor de verzoeker niet mogelijk zelf een dienst of deurwaarder te kiezen om een beschikking ten uitvoer te laten leggen: de volgorde van afhandeling van dossiers wordt van overheidswege bepaald.

    De tenuitvoerleggingstaken van het Bureau voor gedwongen tenuitvoerleggingen worden uitgevoerd door de tenuitvoerleggingsdiensten.

    Het merendeel van de inningen van schuldvorderingen in geld bij gedwongen tenuitvoerleggingen wordt uitgevoerd door de nationale dienst voor reguliere tenuitvoerleggingen. Dat gebeurt door middel van elektronische terugvorderingen waarbij geen contact nodig is met de schuldenaar.

    De vijf regionale tenuitvoerleggingsdiensten van het Bureau voor gedwongen tenuitvoerleggingen zijn binnen hun eigen werkgebied met name verantwoordelijk voor de verkoop van in beslag genomen goederen en voor complexere tenuitvoerleggingstaken.

    De nationale dienst voor bijzondere tenuitvoerleggingen is verantwoordelijk voor tenuitvoerleggingstaken waarvoor veel tijd en onderzoek nodig zijn, neemt deel aan administratieve samenwerking en zet zich in voor de bestrijding van de informele economie en economische misdrijven.

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    3.1 De procedure

    Om een beroep te kunnen doen op gedwongen tenuitvoerlegging, moet de verzoeker een verzoek om tenuitvoerlegging indienen waaraan, in voorkomend geval, een kopie van de tenuitvoerleggingsgrond moet worden toegevoegd. De verzoeker is vooraf geen kosten voor de tenuitvoerlegging verschuldigd.

    Meer informatie over het verzoek wordt gegeven in de talenDe link wordt in een nieuw venster geopend.Fins, De link wordt in een nieuw venster geopend.Zweeds en De link wordt in een nieuw venster geopend.Engels.

    Een verzoek om gedwongen tenuitvoerlegging kan elektronisch worden ingediend via de elektronische klantenservice: De link wordt in een nieuw venster geopend.https://asiointi2.oikeus.fi/ulosotto/#/

    Ook kan een verzoek om gedwongen tenuitvoerlegging schriftelijk op papier worden ingediend of via elektronische post:

    Finse verzoekers:

    In het Fins: De link wordt in een nieuw venster geopend.https://www.ulosottolaitos.fi/fi/index/tietoaulosotosta/tietoavelkojalle/ulosotonhakeminen.html

    In het Zweeds: De link wordt in een nieuw venster geopend.https://www.ulosottolaitos.fi/sv/index/informationomutsokningen/informationtillborgenarer/utsokningsansokan_1.html

    Formulier voor een verzoek om tenuitvoerlegging voor buitenlandse verzoekers (in het Engels): De link wordt in een nieuw venster geopend.https://oikeus.fi/en/index/oikeuslaitos/forms/enforcement.html

    Verzoeken uit het buitenland, per e-mail: ulosotto.uo(at)oikeus.fi

    Instructies voor het versturen van een beveiligde e-mail (in het Engels): De link wordt in een nieuw venster geopend.https://oikeus.fi/en/index/oikeuslaitos/submittingdocuments.html />

    De gerechtsdeurwaarder volgt voor de tenuitvoerlegging de beslissing van de rechtbank of andere wettelijke tenuitvoerleggingsgronden en kan deze niet inhoudelijk beoordelen. Om een terugvorderingsprocedure te kunnen inleiden en uitvoeren moet de verzoeker een wettelijke tenuitvoerleggingsgrond hebben waarmee bij de verweerder een verplichting is gecreëerd. De deurwaarder controleert of de schuldvordering sinds de uitspraak niet is vervallen, bijvoorbeeld omdat die is betaald of verjaard. Het recht van een schuldeiser (bv. een hypothecaire schuldeiser) op betaling valt onder specifieke bepalingen.

    3.2 De grondvoorwaarden

    Doorgaans vormt een uitspraak van een algemene rechtbank of een andere beslissing de executoriale titel in burgerlijke zaken of handelszaken. Er is geen bijzondere tenuitvoerleggingsbeschikking van een rechtbank nodig. De algemene rechtbanken zijn de rechtbank in eerste aanleg (käräjäoikeus) en het hof van beroep (hovioikeus) en vervolgens het hooggerechtshof (korkein oikeus). Een arbitraal vonnis kan eveneens een tenuitvoerleggingsgrond vormen. In de praktijk vormen door de autoriteiten van betrokken gemeenten goedgekeurde overeenkomsten over alimentatiebetalingen belangrijke tenuitvoerleggingsgronden. Daarentegen bestaan er in Finland geen onderhandse akten die een grond kunnen zijn voor gedwongen tenuitvoerlegging.

    Zelfs een aangevochten beslissing kan ten uitvoer worden gelegd als de verzoeker een door de deurwaarder vastgestelde garantie stelt om eventueel door de verweerder geleden schade te vergoeden. Zolang de tenuitvoerleggingsgrond of de eventuele beslissing tot beslaglegging niet definitief is, worden aan de verzoeker geen gelden betaald, omdat er nog verzet tegen kan worden aangetekend.

    De belangrijkste bepalingen over de uitvoerbaarheid van rechterlijke beslissingen die buiten Finland worden gegeven, staan in het recht van de Europese Unie [bv. de verordeningen Brussel I (Verordening (EG) nr. 44/2001) en Brussel II bis (Verordening (EG) nr. 2201/2003)] en in het noords verdrag inzake de erkenning en tenuitvoerlegging van vonnissen. Meer informatie over de grensoverschrijdende tenuitvoerlegging wordt gegeven De link wordt in een nieuw venster geopend.op de website van het ministerie van Justitie in de talen Fins, Zweeds en Engels.

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    Als een tenuitvoerleggingsprocedure (terugvordering) wordt geopend, ontvangt de betreffende schuldenaar hiervan een kennisgeving en een betalingsbevel. Indien de schuldenaar niet aan dit betalingsbevel voldoet of niet zelf met de deurwaarder in contact treedt over de uitvoering van de betaling, zal de deurwaarder een registeronderzoek starten naar de inkomsten en het vermogen van de schuldenaar.

    Een belangrijke stap in dit onderzoek is het opvragen van informatie bij banken. Veelal betreft het informatie over het inkomen en tegoeden op bankrekeningen. In plaats van beslag te leggen op terugkerende inkomsten, kan een betalingsregeling worden overeengekomen. Maatregelen om de inkomsten en het vermogen van de schuldenaar te bepalen en eventuele aanvullende maatregelen zijn wettelijk vastgelegd. Gerechtsdeurwaarders hebben wettelijk toegang tot een groot aantal registers waaruit zij informatie kunnen halen over de financiële situatie van een schuldenaar. Zij moeten eveneens kijken naar goederen die de schuldenaar in bezit heeft. De tenuitvoerleggingsmaatregelen moeten zonder onnodige vertraging worden uitgevoerd. Indien de schuldenaar regelmatig loon ontvangt, wordt de eerste betaling doorgaans binnen twee maanden nadat het verzoek is ingediend, aan de schuldeiser overgemaakt. De schuldenaar heeft het recht om beroep in te stellen, maar de terugvordering wordt in dat geval niet opgeschort, tenzij daartoe de mogelijkheid bestaat op grond van een rechterlijke beslissing.

    De schuldeiser kan om een reguliere, normale of beperkte tenuitvoerlegging vragen. Indien er niet direct een storting plaatsvindt, kan de schuldeiser het Bureau voor gedwongen tenuitvoerleggingen bovendien verzoeken de “passieve” schuldvorderingen gedurende twee jaar te controleren. Bij een gedwongen tenuitvoerlegging hoeft geen advocaat of een andere jurist in de arm te worden genomen.

    De beslaglegging kan betrekking hebben op alle roerende en onroerende goederen die niet tot het uitgesloten deel behoren en waarvoor de schuldenaar geen recht van uitsluiting geniet en op alle rechten, schuldvorderingen of voorwerpen met een vermogenswaarde. In gevallen waarin een schuldeiser om een beperkte tenuitvoerlegging verzoekt, kan de beslaglegging uitsluitend plaatsvinden voor in de registers vermelde goederen die niet hoeven te worden verkocht. Indien goederen waarop beslag is gelegd, moeten worden verkocht, gebeurt dat doorgaans door middel van verkopen die worden georganiseerd door de dienst die met de terugvordering is belast en die normaal in de plaatselijke pers en op het internet worden aangekondigd.

    Links naar verkoopaankondigingen zijn:

    De link wordt in een nieuw venster geopend.https://www.ulosottolaitos.fi/myynti-ilmoitukset/fi/index.html (in het Fins en het Zweeds)

    De link wordt in een nieuw venster geopend.https://huutokaupat.com/ulosotto/

    In de Finse wet op de gedwongen terugvordering (ulosottolaki) is een bijzondere bepaling opgenomen op grond waarvan de met de terugvordering belaste deurwaarder (kihlakunnanvouti) kan besluiten een voor de goederen bestaande kunstmatige constructie naast zich neer te leggen. Redenen op grond waarvan goederen toebehoren aan een derde partij, kunnen worden genegeerd om beslag op goederen te kunnen leggen indien:

    1. kan worden vastgesteld dat de situatie van de derde partij berust op een vermogensconstructie of een andere constructie waarvan de rechtsvorm niet overeenkomt met de aard of het daadwerkelijke doel van de betreffende zaak, rekening houdend met het recht van controle van de schuldenaar dat vergelijkbaar is met het recht van controle van de eigenaar, met acties die vergelijkbaar zijn met de acties van de eigenaar, alsook met voordelen die door de schuldenaar zijn verkregen dankzij deze constructie en andere vergelijkbare elementen;
    2. de rechtsvorm duidelijk is gekozen om te voorkomen dat een gedwongen terugvordering kan plaatsvinden of om goederen buiten het bereik van schuldeisers te houden;
    3. het niet aannemelijk is dat de schuldvordering van de verzoeker op een andere wijze binnen een redelijke termijn bij de schuldenaar kan worden geïnd.

    De terugvordering mag echter niet plaatsvinden als de bij de constructie betrokken derde partij aannemelijk kan maken dat de terugvordering afbreuk doet aan zijn eigen rechten. In voorkomend geval moet de deurwaarder de schuldenaar, de derde en de verzoeker op gepaste wijze bevragen, tenzij dat de tenuitvoerlegging ernstig bemoeilijkt.

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    De inleiding van een tenuitvoerleggingsprocedure heeft bepaalde gevolgen, maar beslaglegging heeft belangrijke rechtsgevolgen. Na een beslaglegging kan de schuldenaar de goederen waarop beslag is gelegd, niet meer vernietigen of vervreemden, in onderpand geven ten nadele van de schuldeiser of hierover op andere wijze beschikken. Schendingen van dit verbod hebben geen gevolgen voor de schuldeisers. Verkrijgers of derden kunnen wettelijke bescherming krijgen. De deurwaarder beschikt over uitgebreide wettelijke mogelijkheden om via verschillende kanalen informatie te verkrijgen, bijvoorbeeld via banken. Zodra een bank op de hoogte is gesteld van een betalingsverbod in verband met de beslaglegging van op een rekening aanwezige bedragen, mag de bank uitsluitend betalingen aan de deurwaarder verrichten. Schending van dit verbod door betaling van de schuldvordering of loon is een misdrijf.

    Bij de verkoop van goederen in verband met een tenuitvoerleggingsprocedure wordt het eigendomsrecht van het goed overgedragen. Uit de verkoop geïnde bedragen worden zo spoedig mogelijk aan de verzoeker uitgekeerd.

    De beslaglegging op de goederen duurt voort tot de schuldvordering van de verzoeker is voldaan. Indien meerdere schuldeisers om gedwongen tenuitvoerlegging hebben verzocht of er bijvoorbeeld een hypotheek rust op goederen waarop beslag is gelegd, worden de gelden tussen de schuldeisers verdeeld volgens de wettelijk vastgelegde preferentie. Uit gedwongen tenuitvoerleggingen voortvloeiende bedragen die toekomen aan de staat, worden hoofdzakelijk door de schuldenaar betaald. Indien tenuitvoerlegging niet mogelijk is, moet de schuldeiser een kleine vergoeding aan administratieve kosten betalen. Bovendien moet de schuldeiser over het geïnde bedrag belasting betalen. In zaken betreffende onderhoudsverplichtingen hoeven geen kosten te worden betaald en krijgen de alimentatiebetalingen voorrang. Uitbetalingen aan de verzoeker kunnen maandelijks variëren afhankelijk van de schommelingen in inkomen en het schuldbedrag van de betreffende schuldenaar.

    Meer informatie over terugvorderingskosten wordt gegeven in de talenDe link wordt in een nieuw venster geopend.Fins, De link wordt in een nieuw venster geopend.Zweeds en De link wordt in een nieuw venster geopend.Engels.

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    De deurwaarder is wettelijk verplicht de gedwongen tenuitvoerlegging snel en zonder onnodige vertraging uit te voeren. Indien de schuldenaar geen goederen of inkomsten heeft om beslag op te leggen, wordt de zaak terugverwezen naar de schuldeiser. Daarbij wordt een van de volgende redenen opgegeven: geen middelen, geen middelen en onbekend, of een andere, specifiek beschreven belemmering voor de terugvordering. In dergelijke situaties moet de informatie over inkomsten en vermogen altijd zijn verkregen uit de belangrijkste registers daarover. Hiermee wordt de procedure afgesloten, maar de schuldeiser kan zijn verzoek om tenuitvoerlegging opnieuw indienen. In dat geval zal de financiële situatie van de schuldenaar opnieuw worden beoordeeld. De verzoeker kan met name om de tenuitvoerlegging van de beslissing verzoeken door tijdig een nieuw verzoek in te dienen, zodat bijvoorbeeld beslag kan worden gelegd op een eventuele door de schuldenaar te ontvangen belastingteruggave aan het einde van het jaar. De verzoeker kan bovendien verzoeken om de schuldvordering als een “passieve schuldvordering” te registreren. Als dan in het kader van een andere zaak goederen of inkomsten worden ontdekt waarop beslag kan worden gelegd, of als de schuldenaar een belastingteruggave zou ontvangen, zal voor de tenuitvoerleggingsprocedure ook de geregistreerde “passieve schuldvordering” in aanmerking worden genomen. Een registratie als “passieve schuldvordering” blijft tot twee jaar na het verstrekken van de verklaring van belemmering geldig.

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    De persoon waarop deze maatregel of beslissing betrekking heeft, kan beroep aantekenen tegen de door de deurwaarder uitgevoerde gedwongen tenuitvoerlegging of de beslissing die hieraan ten grondslag ligt. Het beroep moet worden ingesteld bij een rechtbank van eerste aanleg. De termijn voor het instellen van beroep is drie weken vanaf de datum waarop de beslissing is gegeven of de datum van kennisgeving van de beslissing aan de betrokken partij.

    Het beroep heeft doorgaans geen opschortende werking, tenzij de rechtbank anders beslist. Indien het beroep wordt aanvaard, zal de rechtbank de beslissing van de deurwaarder nietig verklaren of wijzigen. In specifieke gevallen kan de deurwaarder evidente fouten ook zelf corrigeren.

    Argumenten of verzoeken in het kader van een gedwongen tenuitvoerleggingsmaatregel waarvoor een uitgebreide mondelinge behandeling nodig is, vallen bij geschillen onder de bevoegdheid van de rechtbank (geschil betreffende de tenuitvoerlegging).

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

    In de wet is vastgelegd dat beslaglegging in sommige gevallen, met name wegens sociale redenen, niet is toegestaan. Zo kan er geen beslag worden gelegd op verschillende sociale uitkeringen. Indien de schuldenaar waarop de procedure betrekking heeft, een natuurlijke persoon is, mag er geen beslag worden gelegd op in de wet vastgelegde voorwerpen, voordelen en rechten. Bovendien mag er geen beslag op goederen worden gelegd, aangezien de verzoeker(s), gelet op de waarde van de goederen en andere omstandigheden, na verrekening van de kosten van de tenuitvoerlegging, de kosten van de beslaglegging en de schuldvorderingen die door de goederen worden gedekt, een verwaarloosbaar bedrag zou(den) ontvangen.

    Bij de beslaglegging en de betaalregeling is altijd sprake van een wettelijk uitgesloten deel dat ter beschikking van de schuldenaar blijft. Dat is een minimumbedrag voor levensonderhoud. In het algemeen geldt dat op een derde deel van het nettoloon van de schuldenaar beslag mag worden gelegd. De gevalideerde bedragen van het uitgesloten deel en voorbeelden staan op de website van het Bureau voor gedwongen tenuitvoerleggingen in de talen De link wordt in een nieuw venster geopend.Fins, De link wordt in een nieuw venster geopend.Zweeds en De link wordt in een nieuw venster geopend.Engels.

    Tenuitvoerleggingsgronden die een natuurlijke persoon een betalingsverplichting opleggen, blijven 15 jaar uitvoerbaar (geldigheid van een tenuitvoerleggingsgrond). Deze termijn bedraagt 20 jaar indien de schuldeiser een natuurlijke persoon is of de schuldvordering een schadeloosstelling betreft vanwege een misdrijf waarvoor de schuldenaar is veroordeeld tot een gevangenisstraf of een werkstraf.

    Contractueel verschuldigde bedragen van een natuurlijke persoon verjaren definitief na 20 of 25 jaar. Voor de toepassing van deze verjaringstermijn is het niet van belang of er wel of geen tenuitvoerleggingsgrond voor de schuldvordering bestaat. Deze bepaling geldt slechts voor geldschulden van natuurlijke personen. Een geldschuld verjaart uiterlijk 20 jaar na de vervaldatum van de schuld. De verjaringstermijn is 25 jaar als de schuldeiser een natuurlijke persoon is.

    Als de natuurlijke persoon ook een tenuitvoerleggingsgrond voor een contractuele schuldvordering heeft, moet voor de bepaling van de verjaringstermijn de termijn worden gekozen die als eerste afloopt.

    Uitspraken van een rechtbank of andere tenuitvoerleggingsgronden verliezen hun geldigheid als er een betaling heeft plaatsgevonden of als er sprake is van verjaring of een andere reden.

    Zie voor meer informatie:

    Website van het Bureau voor gedwongen tenuitvoerleggingen: De link wordt in een nieuw venster geopend.Fins, De link wordt in een nieuw venster geopend.Zweeds en De link wordt in een nieuw venster geopend.Engels.

    Website van het ministerie van Justitie – Tenuitvoerlegging van vonnissen: De link wordt in een nieuw venster geopend.Fins, De link wordt in een nieuw venster geopend.Zweeds en De link wordt in een nieuw venster geopend.Engels.

    Wetboek van gedwongen tenuitvoerleggingen in de talen De link wordt in een nieuw venster geopend.Fins en De link wordt in een nieuw venster geopend.Zweeds

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 08/12/2023

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Zweden

    1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

    Zaken betreffende tenuitvoerlegging in het kader van het wetboek voor gedwongen tenuitvoerlegging (utsökningsbalken)

    Tenuitvoerlegging is de situatie waarin een tenuitvoerleggende autoriteit door middel van dwang een door een gerecht of elke andere instantie opgelegde verplichting afdwingt. De tenuitvoerlegging heeft doorgaans betrekking op de verplichting tot betaling van een geldsom of het verlaten van een woning. Een ander soort tenuitvoerlegging heeft betrekking op sekwestratie of andere garantiemaatregelen.

    De tenuitvoerlegging van een betalingsverplichting geschiedt door inbeslagneming van de goederen van de schuldenaar. Wanneer een woning dient te worden verlaten, geschiedt de tenuitvoerlegging bijvoorbeeld door uitzetting. Er kan ook een bevel worden gegeven door een tenuitvoerleggende autoriteit, waarin de persoon aan wie om tenuitvoerlegging is verzocht, verplicht wordt te handelen of zich te houden aan een bevel of een andere beslissing. De tenuitvoerleggende autoriteit kan een boete opleggen.

    Zaken betreffende tenuitvoerlegging in het kader van het wetboek voor ouderlijke verantwoordelijkheid (föräldrabalken)

    De tenuitvoerlegging in het kader van het wetboek voor ouderlijke verantwoordelijkheid omvat maatregelen waarmee een uit een beslissing of overeenkomst voortvloeiende maatregel over het gezag, de verblijfplaats, de omgang met of overdracht van kinderen concreet wordt toegepast. Het gerecht dat uitspraak doet over de tenuitvoerlegging, kan een boete opleggen of invordering door de politie bevelen. Als de tenuitvoerlegging betrekking heeft op het kind als persoon, zijn op grond van Verordening (EG) nr. 2201/2003 van de Raad (de Brussel II-verordening) dezelfde regels van toepassing op de tenuitvoerlegging van buitenlandse beslissingen. Als de tenuitvoerlegging daarentegen betrekking heeft op de goederen van het kind of de gerechtelijke kosten, is het wetboek van invordering van toepassing.

    2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

    De instantie die is belast met gedwongen invordering (Kronofogdemyndigheten), zorgt voor de tenuitvoerlegging. Deze instantie neemt bijvoorbeeld beslissingen over inbeslagneming. Een hoge uitvoerend ambtenaar draagt de algemene juridische verantwoordelijkheid voor de tenuitvoerlegging, maar de tenuitvoerlegging zelf wordt doorgaans toevertrouwd aan andere ambtenaren (uitvoerende administrateurs).

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    3.1 De procedure

    Zaken betreffende tenuitvoerlegging in het kader van het wetboek voor gedwongen tenuitvoerlegging

    Tenuitvoerlegging kan alleen plaatsvinden op grond van een gerechtelijke beslissing of een andere executoriale titel.

    De volgende executoriale titels kunnen als grondslag dienen voor tenuitvoerlegging:

    • een uitspraak, vonnis of beslissing van een gerecht;
    • een door een gerecht bevestigde transactie of een bemiddelingsovereenkomst die uitvoerbaar is verklaard door een gerecht;
    • een goedgekeurd strafrechtelijk bevel, een goedgekeurd betalingsbevel of een goedgekeurd bevel tot betaling van een boete wegens overtreding;
    • een arbitrale beslissing;
    • een door twee personen gecertificeerde schriftelijke verplichting inzake alimentatie zoals vastgesteld in het wetboek voor huwelijkszaken (äktenskapsbalken) en het wetboek voor ouderlijke verantwoordelijkheid (föräldrabalken);
    • een beslissing van een administratieve autoriteit die op grond van een specifieke bepaling ten uitvoer moet worden gelegd;
    • een uitvoerbaar document op grond van een specifieke bepaling;
    • een vonnis of beslissing van de autoriteit die is belast met de gedwongen invordering in verband met een betalingsbevel of bijstand voor tenuitvoerlegging, of een Europees betalingsbevel dat door de dienst voor gedwongen invordering als uitvoerbaar is aangemerkt.

    Na afgifte van de executoriale titel hoeft een gerecht of een andere autoriteit geen aanvullende beslissing te nemen voor tenuitvoerlegging.

    De werkzaamheden van de dienst voor gedwongen invordering bestaan er grotendeels in informatie te verkrijgen over de activa van de schuldenaar. De schuldenaar moet informatie verstrekken over zijn of haar activa en middels een verklaring of tijdens een hoorzitting, op straffe van strafvervolging bevestigen dat de verstrekte informatie juist is. De autoriteit kan de schuldenaar tevens opdragen deze informatie op straffe van een boete te verstrekken; deze wordt op verzoek van de dienst voor gedwongen invordering opgelegd door het gerecht van eerste aanleg.

    Het verzoek om tenuitvoerlegging kan schriftelijk of mondeling worden ingediend. Bij een schriftelijk verzoek moet de indiener (de persoon die om tenuitvoerlegging verzoekt) voor de dienst voor gedwongen invordering verschijnen. Een schriftelijk verzoek moet door de indiener of zijn of haar vertegenwoordiger worden ondertekend.

    De kosten voor een zaak die voor rekening komen van de staat (de administratieve kosten) worden gedekt door belastingen (kosten voor tenuitvoerlegging). Indien mogelijk worden de administratieve kosten doorgaans bij de tenuitvoerlegging verhaald op de verweerder (tegenpartij van de indiener). De indiener wordt doorgaans echter aangesproken voor deze kosten. Voor de regel van de verantwoordelijkheid van de indiener kunnen bepaalde uitzonderingen gelden, bijvoorbeeld voor het merendeel van de alimentatieverzoeken.

    Als algemene regel wordt een basisbelasting ingehouden op elke executoriale titel waarvoor om tenuitvoerlegging wordt verzocht. In een tenuitvoerleggingszaak voor een privaatrechtelijke klacht bedraagt deze basisbelasting 600 SEK.

    Andere belastingen die kunnen worden geheven, zijn de voorbereidingsheffing, de verkoopheffing en speciale heffingen.

    Zaken betreffende tenuitvoerlegging in het kader van het wetboek voor ouderlijke verantwoordelijkheid

    De tenuitvoerlegging kan geschieden op grond van een rechterlijke beslissing van een gewone rechtbank inzake het gezag, de verblijfplaats, de omgang of de overdracht van een kind. Zij kan ook voortvloeien uit een afspraak over het gezag, de verblijfplaats of de omgang die door de ouders is overeengekomen en door de commissie van sociale zaken is goedgekeurd. Buitenlandse beslissingen kunnen ook in Zweden ten uitvoer worden gelegd, met name beslissingen die op grond van de Brussel II-verordening uitvoerbaar zijn.

    Beslissingen inzake tenuitvoerlegging worden genomen door de gerechten van eerste aanleg. Verzoeken tot tenuitvoerlegging worden doorgaans voorgelegd aan het gerecht van eerste aanleg van de plaats waar het kind woonachtig is. Indien het kind niet in Zweden woont, moet het verzoek worden ingediend bij het gerecht van eerste aanleg in Stockholm (Stockholms tingsrätt).

    Het verzoek kan bijvoorbeeld worden ingediend door een ouder bij wie een kind moet gaan wonen of met wie het contacten moet hebben.

    Door uitspraak te doen in de zaak kan het gerecht een medewerker van de sociale diensten specifiek belasten met de taak om te trachten de persoon met het gezag over het kind over te halen zich vrijwillig naar de inhoud van de beslissing of overeenkomst te voegen. In spoedeisende gevallen kan de rechtbank of de politiële autoriteit besluiten dat het zaak is zich onmiddellijk over het kind te ontfermen. De rechtbank kan dan een boete opleggen of de politie inschakelen om de beslissing tot tenuitvoerlegging ten uitvoer te brengen.

    Voor verzoeken om tenuitvoerlegging die op grond van het wetboek voor ouderlijke verantwoordelijkheid worden ingediend, worden geen heffingen in rekening gebracht. Een van de partijen kan echter wel worden bevolen de door de tegenpartij gemaakte kosten voor rekening te nemen. Elke partij die kosten veroorzaakt door het optreden van ambtenaren of opvang van het kind, kan ertoe worden gemaand deze kosten aan de staat te restitueren.

    3.2 De grondvoorwaarden

    Zaken betreffende tenuitvoerlegging in het kader van het wetboek voor gedwongen tenuitvoerlegging

    In bepaalde gevallen kan de tenuitvoerlegging worden afgewezen. Dit is met name het geval wanneer de executoriale titel dermate onduidelijk is dat deze niet als grondslag voor de tenuitvoerlegging kan dienen.

    Het is ook mogelijk dat een persoon aan wie op grond van een rechterlijke beslissing is opgedragen actie te ondernemen, in de tussentijd reeds aan de desbetreffende verplichting heeft voldaan, bijvoorbeeld de betaling van een bepaald bedrag.

    Tevens kan de persoon wie is bevolen een handeling te verrichten, een tegenvordering tegen de eiser indienen, dat wil zeggen, bezwaar maken middels een uitzondering van het recht op verrekening. Verrekening vormt een reden voor verhindering van de tenuitvoerlegging indien de autoriteit die met de gedwongen tenuitvoerlegging is belast, vaststelt dat de tegenvordering is vastgelegd in een toepasselijke executoriale titel of is gebaseerd op een schriftelijk bewijs van de schuldvordering.

    Indien de schuldenaar stelt dat de tenuitvoerlegging door een andere zaak tussen de partijen wordt belet en dit bezwaar niet zonder meer kan worden verworpen, kan de tenuitvoerlegging ook geen doorgang meer vinden. Het kan hierbij bijvoorbeeld gaan om bezwaren tegen een verjaringstermijn.

    Indien een executoriale titel door een gerecht nietig wordt verklaard, moet de tenuitvoerlegging onmiddellijk worden opgeschort.

    In bepaalde gevallen kan het gerecht ook de stopzetting van een lopende tenuitvoerleggingsprocedure bevelen.

    Zaken betreffende tenuitvoerlegging in het kader van het wetboek voor ouderlijke verantwoordelijkheid

    Er wordt aangenomen dat de inhoud van een beslissing of een overeenkomst het belang van het kind dient. Het gerecht kan de beslissing of de overeenkomst niet opnieuw in behandeling nemen als het zich moet uitspreken over de tenuitvoerlegging ervan, en het voornaamste alternatief is te zorgen voor vrijwillige uitvoering. Wanneer een dwingende maatregel noodzakelijk is, is de oplegging van een boete de meest waarschijnlijke optie. Fysieke invordering kan slechts in laatste instantie worden ingezet.

    In bepaalde gevallen kan de tenuitvoerlegging worden afgewezen, bijvoorbeeld wanneer het kind ziek is.

    Als het kind oud en volwassen genoeg is om zijn wensen te laten meewegen, kan de tenuitvoerlegging niet tegen zijn wil geschieden, behalve wanneer het gerecht deze noodzakelijk acht voor zijn welzijn. Het gerecht wijst de tenuitvoerlegging eveneens af als deze duidelijk indruist tegen het belang van het kind.

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    Zaken betreffende tenuitvoerlegging in het kader van het wetboek voor gedwongen tenuitvoerlegging

    Voor inbeslagneming van goederen dient aan bepaalde voorwaarden te worden voldaan. Goederen moeten:

    • toebehoren aan de schuldenaar;
    • overdraagbaar zijn;
    • een geldelijke waarde hebben.

    Met inbeslagneming kan elk soort eigendom worden opgeëist. Regels inzake vruchtgebruik zijn doorgaans enkel van toepassing op natuurlijke personen. Zowel roerende als onroerende goederen kunnen in beslag worden genomen.

    Onder roerende goederen worden niet alleen persoonlijke bezittingen verstaan (zoals auto's, boten en andere zaken), maar ook activa (zoals banktegoeden) en verschillende soorten rechten (zoals rechten van gebruik en aandelen van successierechten).

    Ook op loon uit werk, pensioenen en dergelijke kan beslag worden gelegd.

    Bepaalde goederen kunnen niet in beslag worden genomen. Dit geldt bijvoorbeeld voor goederen waarover de betrokkene op grond van vruchtgebruik beschikt. Regels ter zake zijn doorgaans enkel van toepassing op natuurlijke personen. Dit geldt in het bijzonder voor:

    • kleding en andere voorwerpen voor persoonlijk gebruik van de schuldenaar, ter hoogte van een redelijke waarde;
    • meubels, huishoudelijke apparaten en andere uitrustingen die noodzakelijk zijn voor het huishouden en het onderhoud ervan;
    • gereedschappen en diverse uitrustingen die noodzakelijk zijn voor de uitoefening van het beroep of de studie van de schuldenaar;
    • persoonlijke goederen, zoals eervolle onderscheidingen en sportprijzen, die een dusdanige sentimentele waarde voor de schuldenaar hebben dat beslag hierop onredelijk zou zijn.

    Goederen kunnen ook op grond van bijzondere regelgeving zijn aangemerkt als niet vatbaar voor beslag. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn voor een schadeloosstelling.

    Bij beslaglegging op loon uit werk geldt een vrijgesteld minimumbedrag voor de primaire levensbehoeften van de schuldenaar en zijn of haar gezin.

    In dit opzicht hebben bepaalde vorderingen voorrang op andere. Alimentatievorderingen gaan vóór andere vorderingen.

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    Zaken betreffende tenuitvoerlegging in het kader van het wetboek voor gedwongen tenuitvoerlegging

    Na de inbeslagneming van goederen kan de schuldenaar hierover niet meer op dezelfde wijze beschikken. De schuldenaar kan zijn of haar goederen niet ten nadele van de eiser gebruiken door deze over te dragen of op andere wijze als de dienst voor gedwongen invordering hiervoor om een uitzonderlijke reden en na overleg met de eiser geen toestemming heeft gegeven.

    Tegen iedere persoon die onrechtmatig gebruik maakt van in beslag genomen goederen, kunnen strafmaatregelen worden genomen.

    Met een beslissing tot inbeslagneming krijgen goederen prioritaire rechten.

    In een tenuitvoerleggingszaak dienen derden informatie door te geven over vorderingen die de schuldenaar jegens hen heeft of elke transactie aan de hand waarvan kan worden bepaald of de schuldenaar goederen bezit die vatbaar zijn voor beslag. Deze informatieplicht geldt ook voor derden die goederen van de schuldenaar in bezit hebben in het kader van bijvoorbeeld verpanding of inbewaringgeving. Zo dient de bank informatie te verstrekken over banktegoeden, kluizen of andere goederen die zij voor de schuldenaar in bewaring heeft. Naasten en vrienden van de schuldenaar dienen zich ook aan de informatieplicht te houden.

    Derden kan schriftelijk of mondeling om de gegevens worden verzocht. In voorkomend geval kunnen zij worden gehoord. Als een derde deze verplichting niet nakomt, kan hij of zij worden veroordeeld tot de betaling van een boete of tot een gevangenisstraf.

    De dienst voor gedwongen invordering kan beslissen de in beslag genomen goederen onmiddellijk te verkopen. Gedwongen verkoop geschiedt doorgaans in het kader van een openbare veiling, maar deze kan soms ook privé worden georganiseerd.

    Bedragen die in het kader van een tenuitvoerleggingsprocedure zijn ontvangen, moeten zo snel mogelijk worden bekendgemaakt en overgemaakt aan de eiser.

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    Zaken betreffende tenuitvoerlegging in het kader van het wetboek voor gedwongen tenuitvoerlegging

    Voor een beslissing tot inbeslagneming geldt geen uiterste geldigheidsdatum. In de wetgeving wordt echter uitgegaan van het beginsel dat in beslag genomen eigendom onverwijld moet worden verkocht (zie punt 3.2).

    Indien mogelijk geschiedt uitzetting binnen vier weken na de overdracht van de door de tenuitvoerleggende instantie vereiste documenten.

    Zaken betreffende tenuitvoerlegging in het kader van het wetboek voor ouderlijke verantwoordelijkheid

    Een beslissing tot tenuitvoerlegging treedt onmiddellijk in werking, tenzij anders is bepaald. Zij blijft tot nader order van kracht. In het bevel tot betaling van een boete wordt doorgaans aangegeven dat er binnen een bepaalde termijn een handeling moet worden verricht, bijvoorbeeld het terugbrengen van het kind naar de eiser. In beslissingen tot tenuitvoerlegging op het gebied van omgang wordt meestal aangegeven wanneer contacten kunnen plaatsvinden. Zij gelden doorgaans voor de daaropvolgende maanden.

    Een beslissing over een tenuitvoerleggingszaak staat de behandeling van een nieuw verzoek niet in de weg.

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    Zaken betreffende tenuitvoerlegging in het kader van het wetboek voor gedwongen tenuitvoerlegging

    Beslissingen van de tenuitvoerleggende instantie kunnen in het algemeen worden betwist door beroep aan te tekenen. Beroep voor het gerecht van eerste aanleg moet bij de tenuitvoerleggende instantie worden aangetekend.

    De persoon aan wie de beslissing van de tenuitvoerleggende instantie is gericht, kan beroep aantekenen als de beslissing hem of haar ongunstig is. Tegen beslissingen over inbeslagneming van loon uit werk kan beroep worden aangetekend. Hiervoor geldt geen uiterste termijn. Tegen beslissingen over inbeslagneming van andere goederen kan binnen drie weken na kennisgeving beroep worden aangetekend. Derden kunnen zonder verjaringstermijn beroep aantekenen tegen de inbeslagneming.

    Het gerecht van eerste aanleg kan besluiten vooralsnog geen tenuitvoerleggingsmaatregel te treffen of een reeds genomen maatregel nietig te verklaren als het dit met redenen omkleedt.

    Zaken betreffende tenuitvoerlegging in het kader van het wetboek voor ouderlijke verantwoordelijkheid

    Tegen beslissingen van het gerecht van eerste aanleg inzake tenuitvoerlegging kan beroep worden aangetekend bij het hof van beroep. Beroep dient schriftelijk te worden aangetekend bij het gerecht van eerste aanleg. Dit dient binnen een termijn van drie weken te geschieden.

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

    In het wetboek voor gedwongen tenuitvoerlegging zijn bepalingen vastgelegd waarin de mogelijkheden voor tenuitvoerlegging worden beperkt, bijvoorbeeld ter bescherming van de schuldenaar. Tot op zekere hoogte kan de schuldenaar de tenuitvoerlegging van een beslissing verhinderen door zich hiertegen te verzetten, bijvoorbeeld door zich te beroepen op verjaring. De meest voorkomende gevallen van beperking van de tenuitvoerlegging zijn uitsluiting van bepaalde goederen en activa van inbeslagneming zodat de schuldenaar in zijn of haar behoeften kan voorzien. Zo kan het zogeheten beneficium ("niet voor beslag vatbare goederen") worden uitgesloten van beslag op materiële goederen. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om een appartement dat permanent door de schuldenaar wordt bewoond, of geld waarmee de schuldenaar op korte termijn in zijn of haar levensbehoeften moet voorzien. Bij inbeslagneming van loon uit werk wordt een "reservebedrag" vrijgesteld voor normale uitgaven voor levensonderhoud en huisvestingskosten van de schuldenaar.

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 16/12/2020

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Engeland en Wales

    1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

    Tenuitvoerlegging is een door de rechtbank bekrachtigde maatregel die wordt getroffen om een executieschuldenaar te dwingen aan een gerechtelijk bevel te voldoen.

    Volgens het rechtsstelsel van Engeland en Wales ligt de keuze van de wijze van tenuitvoerlegging geheel bij de executieschuldeiser (de in het gelijk gestelde schuldeiser).

    Bij de keuze van de tenuitvoerleggingsmethode moet de schuldeiser zich afvragen of:

    • het waarschijnlijk is dat hij zijn geld en gerechtskosten terugkrijgt van de verweerder;
    • de verweerder ook nog geld aan anderen verschuldigd is of voorwerp is van andere beslissingen van een county court;
    • de verweerder goederen of activa bezit die in beslag genomen en per opbod kunnen worden verkocht;
    • de verweerder een baan heeft;
    • de verweerder andere inkomsten heeft, bijvoorbeeld uit beleggingen;
    • de verweerder een rekening bij een bank of woningbouwvereniging of een andersoortige rekening heeft;
    • de verweerder onroerende goederen bezit (een woning), of
    • iemand anders geld verschuldigd is aan de verweerder.

    Zie hieronder voor informatie over de verschillende soorten tenuitvoerleggingsmaatregelen. De executieschuldeiser moet kiezen voor de tenuitvoerleggingsmaatregel die hem de grootste kans biedt dat hij het geld dat hij vordert, terugkrijgt.

    De rechtbank kan echter niet garanderen dat de executieschuldeiser zijn geld terugkrijgt. Bovendien zijn gerechtskosten verschuldigd voor iedere maatregel die wordt getroffen. De rechtbank zal de gerechtskosten optellen bij het bedrag dat de verweerder al verschuldigd is, maar zal die kosten niet vergoeden als de schuldeiser zijn geld niet terugkrijgt van de verweerder. Zie voor meer informatie de De link wordt in een nieuw venster geopend.folder over tenuitvoerleggingsprocedures.

    Algemene informatie voor schuldeisers is te vinden in de gids De link wordt in een nieuw venster geopend.Make a Court Claim for Money.

    Algemene informatie voor schuldenaars is te vinden in de volgende gidsen:

    De link wordt in een nieuw venster geopend.County court judgments for debt

    De link wordt in een nieuw venster geopend.Respond to a court claim for money

    De link wordt in een nieuw venster geopend.Make a Court Claim for Money

    Hieronder volgt een overzicht van de verschillende soorten tenuitvoerleggingsmethoden.

    Inbeslagneming van goederen

    Het in beslag nemen en mogelijk verwijderen en per opbod verkopen van goederen om de schuldenaar in staat te stellen zijn schuld te voldoen.

    Voor tenuitvoerlegging door middel van beslaglegging moet bij de rechtbank een daartoe strekkend bevel (een “warrant of control”) worden aangevraagd. Zo'n beslagleggingsbevel heeft alleen zin als de verweerder:

    • op het door de executieschuldeiser opgegeven adres over voldoende goederen beschikt die per opbod kunnen worden verkocht om de vordering te voldoen; of
    • beschikt over het volledige bedrag van de in het bevel vermelde vordering (zodat er geen goederen verkocht hoeven te worden).

    De rechtbank kan een dergelijk bevel pas uitvaardigen als de verweerder:

    • geen gehoor heeft gegeven aan een oproep om het verschuldigde bedrag te betalen; of
    • te laat is met ten minste één van zijn betalingen.

    Gerechtsdeurwaarders kunnen niet alle soorten goederen van de verweerder in beslag nemen en verkopen. Zij mogen bijvoorbeeld geen essentiële huishoudelijke voorwerpen of gereedschappen in beslag nemen, en evenmin goederen die onder een huurkoop- of huurovereenkomst vallen. Bovendien zal een gerechtsdeurwaarder geen goederen van de verweerder in beslag nemen als de waarde daarvan onvoldoende is om het verschuldigde bedrag minus de kosten van inbeslagneming en verkoop te betalen. Wanneer goederen per opbod worden verkocht, bedraagt de opbrengst vaak slechts een fractie van hun oorspronkelijke waarde. Bovendien is het mogelijk dat de goederen van de verweerder al door een andere gerechtsdeurwaarder uit hoofde van een ander bevel in beslag zijn genomen.

    Zie voor aanvullende informatie over “warrants of control” de website van het De link wordt in een nieuw venster geopend.Ministry of Justice.

    Loonbeslag

    Bij deze tenuitvoerleggingsmethode wordt, via een gerechtelijk bevel, steeds op de dag waarop het loon of salaris aan de executieschuldenaar wordt uitbetaald, een vast bedrag op dat loon of salaris ingehouden en rechtstreeks overgemaakt naar de executieschuldeiser.

    Loonbeslag is alleen mogelijk als de verweerder een baan heeft. Is hij werkloos of werkt hij als zelfstandige, dan is loonbeslag niet mogelijk. Verder kan de rechtbank mogelijk geen loonbeslag opleggen, of alleen in een reeks kleine bedragen, als de kosten van het levensonderhoud van de verweerder hoger zijn dan zijn inkomsten.

    Zie voor aanvullende informatie over loonbeslag de website van het De link wordt in een nieuw venster geopend.Ministry of Justice.

    Charging orders - waaronder een bevel tot verkoop en een stakingsbevel

    Een “charging order” is bedoeld om te voorkomen dat de verweerder zijn activa (zoals onroerend goed, grond of beleggingen) verkoopt zonder zijn schuld aan de executieschuldeiser te voldoen. De executieschuldeiser wordt betaald hetzij uit de opbrengst van de verkoop van de bezittingen of uit de nalatenschap van de schuldenaar wanneer die laatste overlijdt. Bij dit proces kunnen nog twee andere gerechtelijke bevelen een rol spelen. Ten eerste een bevel tot verkoop, waarbij de rechtbank de gedwongen verkoop van onroerende goederen gelast onder een “charging order”. Ten tweede het stakingsbevel, waarmee wordt voorkomen dat een executieschuldenaar onroerende goederen verkoopt om te vermijden dat tegen hem een “charging order” wordt uitgevaardigd.

    Zie voor aanvullende informatie over “charging orders” de website van het De link wordt in een nieuw venster geopend.Ministry of Justice.

    Derdenbeslag

    Bij deze tenuitvoerleggingsmethode worden de bankrekeningen van de executieschuldenaar op last van de rechtbank bevroren. Vervolgens wordt het gevorderde bedrag automatisch overgemaakt naar de executieschuldeiser, ter voldoening van de schuld. Zijn de banktegoeden niet voldoende om de hele schuld te betalen, dan worden ze gebruikt om in ieder geval een deel van het verschuldigde bedrag te betalen.

    Zie voor aanvullende informatie over derdenbeslag de website van het De link wordt in een nieuw venster geopend.Ministry of Justice.

    Deze De link wordt in een nieuw venster geopend.video biedt nadere informatie.

    Faillissementsprocedure

    Als het verschuldigde bedrag 5 000 GBP of hoger is, dan kan de executieschuldeiser er ook voor kiezen om de verweerder failliet te laten verklaren. De desbetreffende procedure kan in een county court en in het High Court worden gevoerd. De kosten daarvan kunnen echter hoog oplopen.

    Bevel tot informatieverstrekking (voorheen bekend als mondeling verhoor)

    Een bevel tot informatieverstrekking is geen tenuitvoerleggingsmethode, maar maakt het mogelijk om een executieschuldenaar te ondervragen over diens bezittingen, zodat het voor de executieschuldeiser duidelijker is welke tenuitvoerleggingsmethode hij het best kan kiezen.

    Zie voor aanvullende informatie over het bevel tot informatieverstrekking de website van het De link wordt in een nieuw venster geopend.Ministry of Justice.

    2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

    Het High Court, de county courts en de magistrates' courts zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging in Engeland en Wales. Het High Court en de county courts geven beslissingen, terwijl de magistrates' courts zg. liability orders uitvaardigen waarmee plaatselijke overheden achterstallige betalingen kunnen invorderen.

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    3.1 De procedure

    Tenuitvoerlegging kan van toepassing zijn op zowel een gerechtelijke als een niet-gerechtelijke beslissing. Voor tenuitvoerlegging hoeft niet altijd eerst een gerechtelijk bevel te worden aangevraagd. Voor beslagleggingsprocedures met betrekking tot achterstallige huur, belastingen, douaneheffingen en accijnzen en parkeerboeten is geen voorafgaande toestemming van de rechter vereist.

    Zowel de county courts als het High Court zijn bevoegd om tenuitvoerlegging te gelasten in zaken waarin zij zelf uitspraak hebben gedaan. Een aan een county court verbonden gerechtsdeurwaarder evenwel kan beslissingen inzake bedragen boven 5 000 GBP niet ten uitvoer leggen (behalve wanneer het een overeenkomst betreft onder de Consumer Credit Act 1974 die uitsluitend door een county court ten uitvoer kan worden gelegd). Beslissingen van een county court inzake vorderingen boven 5 000 GBP moeten worden overgedragen aan het High Court om vervolgens door een Enforcement Officer ten uitvoer te worden gelegd. De aan het High Court verbonden Enforcement Officers kunnen beslissingen inzake bedragen onder 600 GBP niet ten uitvoer leggen.

    Er is een procedure die executieschuldeisers de mogelijkheid biedt om ook gerechtelijke beslissingen inzake vorderingen tussen 600 GBP en 5 000 GBP met het oog op tenuitvoerlegging over te dragen aan het High Court. Ook zij opgemerkt dat bij High Court geen loonbeslagprocedures worden gevoerd. Wil een schuldeiser zijn vordering via loonbeslag innen, dan moet de zaak worden behandeld door een county court.

    Als een vordering via De link wordt in een nieuw venster geopend.Money Claim Online is gedeponeerd, kan het verzoek om executoriaal beslag eveneens online worden gedaan.

    De status, rol, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van enforcement agents

    • High Court Enforcement Officers (voorheen “sheriffs” genoemd) - Sinds 1 april 2004 worden akten van het High Court ten uitvoer gelegd door High Court Enforcement Officers. Dit zijn professionals die in tenuitvoerlegging zijn gespecialiseerd en door de Lord Chancellor zijn benoemd om binnen een specifiek postcodegebied beslissingen ten uitvoer te leggen. High Court Enforcement Officers moeten aan tal van criteria voldoen voordat zij aangesteld kunnen worden. Dit betreft onder meer kwalificaties, financiële integriteit, lidmaatschap van een beroepsvereniging, inzet voor diversiteit en instemming met passende procedures omtrent gedrag en disciplinaire maatregelen. High Court Enforcement Officers kunnen uitspraken van county courts over geldzaken ten uitvoer leggen als de vordering meer dan 600 GBP bedraagt en de schuldeiser ervoor kiest om de schuld voor tenuitvoerlegging over te dragen aan het High Court.
    • Gerechtsdeurwaarders van de county courts zijn ambtenaren in dienst van Her Majesty’s Courts and Tribunals Service. Zij worden ingezet voor de tenuitvoerlegging van beslissingen en/of bevelen van de county courts. Zij zorgen voor tenuitvoerlegging van “warrants of control”, overname van grond krachtens “warrants of possession” en terugvordering van goederen krachtens “warrants for return of goods” (bevelen tot teruggave van goederen). Gerechtsdeurwaarders van de county courts hebben daarnaast ook andere taken, waaronder het persoonlijk betekenen van stukken en van “warrants of committal” (bevelen tot verwijzing).
    • Certified enforcement agents zijn particuliere enforcement agents die door een rechter van een county court zijn gemachtigd. Zij houden zich bezig met de inbeslagneming, door een huisbaas en buiten rechte, van de goederen van een huurder tot zekerstelling van achterstallige huur. Krachtens een aantal andere wetten kunnen certified enforcement agents ook beslissingen over bepaalde andere vorderingen, zoals gemeentebelastingen, buitenlandse heffingen enz., ten uitvoer leggen.
    • Magistrates’ courts: Civil enforcement officers zijn verantwoordelijk voor de tenuitvoerlegging van bevelen van de magistrates' courts. Zij kunnen goederen in beslag nemen en verkopen tot voldoening van een vordering uit hoofde van een boete of een zg. community penalty notice. Ook zijn zij bevoegd tot tenuitvoerlegging van een arrestatiebevel, bevel tot verwijzing, bevel tot gevangenneming of bevel tot beslaglegging dat is uitgevaardigd door een magistrates' court krachtens een reeks van wetgevingshandelingen, waaronder die betreffende de tenuitvoerlegging van boeten en zg. community penalties (sancties). Een magistrates' court kan er ook voor kiezen om de tenuitvoerleggingswerkzaamheden uit te besteden aan certified enforcement agents.

    Inzet van advocaten en andere rechtsbeoefenaars

    De schuldeiser is niet verplicht om zijn verzoek tot tenuitvoerlegging in te dienen via een advocaat of andere rechtsbeoefenaar.

    Wel moet hij er rekening mee houden dat de tenuitvoerleggingsprocedures ingewikkeld kunnen zijn, met name in het High Court. Het kan daarom zinvol zijn om advies in te winnen van een advocaat, rechtswinkel of De link wordt in een nieuw venster geopend.Citizens Advice Bureau alvorens een tenuitvoerleggingsprocedure te starten.

    Hoogte van de kosten van tenuitvoerlegging

    De gerechtskosten hangen af van de gekozen tenuitvoerleggingsmethode. Zoals gezegd zal de rechtbank de gerechtskosten optellen bij het bedrag dat de verweerder al verschuldigd is, maar kan zij die kosten niet vergoeden als de schuldeiser zijn geld niet terugkrijgt van de verweerder. De actuele tarieven voor de verschillende tenuitvoerleggingsmethoden zijn te vinden op de website van het De link wordt in een nieuw venster geopend.Ministry of Justice.

    3.2 De grondvoorwaarden

    Zoals hierboven vermeld ligt in Engeland en Wales de keuze van tenuitvoerleggingsmethode geheel bij de executieschuldeiser. Verantwoordelijke schuldeisers die door een rechtbank in het gelijk zijn gesteld maar nog niet zijn betaald, kunnen de beslissing van de rechtbank ten uitvoer laten leggen via het meest geëigende middel dat hun daartoe ter beschikking staat. Wanneer er dus sprake is van een rechtsgeldige beslissing en het verzoek tot tenuitvoerlegging naar behoren is ingediend, moet de rechtbank ingaan op de wensen van de schuldeiser en de tenuitvoerleggingsmethode toepassen die deze laatste heeft gekozen.

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    Tenuitvoerleggingsmaatregelen kunnen worden genomen ten aanzien van de volgende activa:

    • bankrekeningen onder de procedure voor derdenbeslag;
    • materiële roerende goederen onder de beslagleggingsprocedure.
    • geregistreerde vervoermiddelen onder de beslagleggingsprocedure;
    • onroerend goed onder de “charging order”-procedure;
    • loon of salaris onder de loonbeslagprocedure.

    De enforcement officer mag alleen goederen in beslag nemen die eigendom (of gezamenlijk eigendom) zijn van de verweerder. De volgende goederen zijn vrijgesteld:

    a) voorwerpen of apparatuur (bv. gereedschappen, boeken, telefoons, computerapparatuur en voertuigen) die de schuldenaar zelf nodig heeft voor het uitvoeren van werk in dienstbetrekking of voor zijn onderneming, beroep, studie of opleiding, met dien verstande dat de waarde van de goederen waarop de vrijstelling wordt toegepast, niet hoger is dan 1 350 GBP;

    b) kleding, beddengoed, meubilair, huishoudelijke apparaten, voorwerpen en voorzieningen die de schuldenaar redelijkerwijs nodig heeft om in zijn basale huishoudelijke behoeften en die van de leden van zijn huishouden te voorzien, waaronder (maar niet beperkt tot):

    i) een fornuis of magnetron;

    ii) een koelkast;

    iii) een wasmachine;

    iv) een eettafel van voldoende omvang, en voldoende stoelen, voor de schuldenaar zelf en de leden van zijn huishouden;

    v) voldoende bedden en beddengoed voor de schuldenaar zelf en de leden van zijn huishouden;

    vi) één vaste telefoon of, als er in de woning geen vaste aansluiting aanwezig is, een mobiele telefoon of internettelefoon voor gebruik door de schuldenaar of een lid van zijn huishouden;

    vii) ieder voorwerp of apparaat dat redelijkerwijs nodig is voor:

    de medische zorg voor de schuldenaar of een of meer leden van zijn huishouden;

    de veiligheid in de woning; of

    de beveiliging van de woning (zoals een alarminstallatie) of van het interieur;

    viii) voldoende lampen en kachels, of andere apparatuur voor verwarming of verlichting, om te voorzien in de basale behoefte aan verlichting en verwarming van het huishouden van de schuldenaar; alsmede

    ix) ieder voorwerp of apparaat dat redelijkerwijs nodig is voor de verzorging van:

    een persoon jonger dan 18 jaar;

    een gehandicapt persoon; of

    een oudere;

    c) assistentiehonden (waaronder geleidehonden, signaalhonden en honden voor gehandicapten), schaapshonden, waakhonden of huisdieren;

    d) een voertuig waarop een geldig persoonlijk merkteken van een gehandicapt persoon is aangebracht omdat het wordt gebruikt voor, of waarvan redelijkerwijs kan worden aangenomen dat het wordt gebruikt voor, het vervoer van een gehandicapt persoon;

    e) een voertuig (in openbaar bezit of anderszins) dat wordt gebruikt voor, of waarvan redelijkerwijs kan worden aan genomen dat het wordt gebruikt voor, politie-, brandbestrijdings- of ambulancetaken; alsmede

    f) een voertuig waarop een geldig merkteken van de British Medical Association of een andersoortig merkteken van een organisatie voor spoedeisende medische hulp is aangebracht omdat het wordt gebruikt voor, of waarvan redelijkerwijs kan worden aangenomen dat het wordt gebruikt voor, spoedeisende medische hulp.

    De enforcement officer mag alleen goederen in beslag nemen waarvan mag worden verondersteld dat ze per opbod kunnen worden verkocht. De enforcement officer zal geen goederen in beslag nemen als die naar zijn oordeel onvoldoende zullen opleveren om, na voldoening van de kosten van inbeslagneming en veiling, de vordering of een deel daarvan te kunnen betalen.

    Bij het opleggen van loonbeslag houdt de rechtbank rekening met het bedrag dat de verweerder nodig heeft om voedsel, zijn huur of hypotheek en essentiële levensbehoeften alsmede zijn regelmatig terugkerende rekeningen, zoals die voor elektriciteit, te kunnen betalen. Dit wordt het “beschermde inkomen” genoemd. Verdient de verweerder meer dan het beschermde inkomen, dan wordt een bevel uitgevaardigd.

    Bij derdenbeslag kan een executieschuldenaar wiens rekening bij een bank of woningbouwvereniging is geblokkeerd en die aanvoert als gevolg daarvan niet meer in zijn gewone levensonderhoud, of dat van zijn gezin, te kunnen voorzien, de rechter verzoeken een nooduitkering te gelasten die het hem mogelijk maakt een of meerdere betalingen te verrichten aan specifieke personen.

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    Een schuldenaar of derde die zich niet houdt aan de voorschriften van een gerechtelijk bevel, kan worden aangeklaagd wegens minachting van de rechtbank. De straf die daarvoor kan worden opgelegd, loopt uiteen van “purging contempt” (verontschuldiging aan de rechter in een openbare zitting), een geldboete of, in het ernstigste geval, een gevangenisstraf van maximaal 14 dagen.

    Banken hebben zekere verplichtingen wat betreft het verstrekken van informatie en het beslag leggen op bankrekeningen. Wanneer een bank een bevel tot derdenbeslag jegens een van haar klanten ontvangt, hoeft zij niet bekend te maken hoeveel geld er op de betreffende rekening staat. De bank kan vermelden dat er geen geld op de rekening staat, dat het tegoed ontoereikend is om het gehele bedrag van de vordering te voldoen maar wel voldoende om een deel daarvan te betalen, of dat het tegoed toereikend is om het gehele gevorderde bedrag te betalen. Er gelden zeer strikte gegevensbeschermingsregels wat betreft eventuele overige informatie die de bank mag verstrekken.

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    In alle bevelen wordt vermeld wanneer de gevraagde informatie uiterlijk moet zijn verstrekt of wanneer aan het gerechtelijke bevel moet zijn voldaan, en wat de maximale straf is die kan worden opgelegd als het bevel niet in acht wordt genomen.

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    Alle gerechtelijke tenuitvoerleggingsmethoden (“charging orders”, loonbeslag en derdenbeslag) bestaan uit twee fasen. De tussenfase is zuiver administratief; er wordt van de schuldenaar in deze fase geen input verwacht. Een bevel tot derdenbeslag of loonbeslag kan echter pas naar de laatste fase doorstromen nadat de executieschuldenaar in de gelegenheid is gesteld om tijdens een speciaal daartoe gehouden hoorzitting uit te leggen waarom de tenuitvoerlegging zoals die is gepland, geen doorgang moet vinden. De “afsluitende” hoorzitting wordt gehouden in de rechtbank waar ook de oorspronkelijke aanvraag voor die methode van tenuitvoerlegging was ingediend (tenzij specifiek om een andere rechtbank wordt verzocht). Alle partijen worden ruim van tevoren in kennis gesteld van de datum van die hoorzitting. Ook geldt in alle gevallen dat er een specifiek minimum aantal dagen moet verstrijken vanaf de “tussenfase”, via de kennisgeving van de "afsluitende” hoorzitting, tot de “afsluitende” hoorzitting zelf, zodat de schuldenaar (en eventuele rechtstreeks betrokken derden, zoals de bank bij een derdenbeslag) de zaak kunnen voorbereiden. Als de datum van de “afsluitende” hoorzitting de partijen niet schikt, dan kunnen zij de zitting laten uitstellen tot een datum die hun beter uitkomt. In dat geval blijft de voorlopige maatregel van kracht, maar wordt die pas “definitief” als de “afsluitende” hoorzitting heeft plaatsgevonden.

    Bij een “charging order” moet aan de schuldenaar een voorlopige maatregel worden betekend door de schuldeiser. Als de schuldenaar geen bezwaar maakt, wordt die voorlopige maatregel definitief zonder dat daarvoor een hoorzitting nodig is, tenzij de rechter bepaalt dat er wel een hoorzitting moet plaatsvinden. De schuldenaar moet uiterlijk tien dagen na over de datum van de hoorzitting te zijn ingelicht, zijn antwoord aan de rechtbank kenbaar maken. Maakt de schuldenaar wel bezwaar tegen de voorlopige maatregel of beslist de rechter de zaak over te dragen, dan wordt de zaak overgedragen aan de rechtbank waar de oorspronkelijke beslissing is genomen en wordt er een datum voor de hoorzitting vastgesteld. De hoorzitting wordt bijgewoond door zowel de schuldeiser als de schuldenaar.

    Als de rechtbank eenmaal een bevel heeft uitgevaardigd, is er geen beroep mogelijk. Onder passende omstandigheden kan een beroep of een verzoek tot nietigverklaring slechts worden ingediend ten aanzien van de oorspronkelijke beslissing op grond waarvan de schuldeiser tenuitvoerlegging kon eisen. Uitsluitend wanneer die beslissing met succes is betwist in een beroepsprocedure of nietig is verklaard, kan het tenuitvoerleggingsproces door een rechtbank worden herroepen. Als de beslissing wordt aangevochten, maar een rechtbank het verzoek van een schuldeiser tot tenuitvoerlegging al heeft toegewezen, kan bij de rechtbank om opschorting van het bevel worden verzocht. Gerechtsdeurwaarders mogen geen goederen meenemen, maar moeten wel het beslag handhaven (d.w.z. een lijst bijhouden van de goederen die op een later moment in beslag genomen en meegenomen kunnen worden om te worden verkocht).

    De rechtbank kan de door de schuldeiser gekozen methode van tenuitvoerlegging niet weigeren, mits de schuldeiser naar behoren bij die rechtbank om tenuitvoerlegging heeft verzocht. De schuldeiser hoeft dan ook geen beroep te kunnen instellen tegen een beslissing tot toekenning van een maatregel.

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

    Een bevel en een “writ of control” zijn slechts gedurende een bepaalde tijd geldig. Beide zijn twaalf maanden geldig en kunnen op bevel van een rechtbank met nog eens twaalf maanden worden verlengd.

    In een inbeslagnemingsprocedure moet de schuldenaar zeven volle dagen vooraf in kennis worden gesteld van tenuitvoerlegging, zodat hij de schuld en kosten alsnog kan betalen voordat de enforcement officer daadwerkelijk tot inbeslagneming overgaat. Deze periode kan op last van de rechtbank worden verkort, indien er signalen zijn dat de schuldenaar activa zal verplaatsen om tenuitvoerlegging te vermijden.

    Is de schuldenaar een particulier, dan mag de enforcement officer voor 6.00 uur of na 21.00 uur geen goederen in beslag nemen.

    De enforcement officer mag met een gebouw of terrein waar zich goederen bevinden die hij in beslag wil nemen, niet betreden als daar alleen een of meerdere kinderen en/of kwetsbare personen aanwezig zijn.

    Is de schuldenaar een kwetsbaar persoon, dan zijn de kosten van de tenuitvoerleggingsfase van inbeslagneming niet opeisbaar tenzij de enforcement officer, alvorens de goederen te verwijderen, de schuldenaar voldoende gelegenheid heeft geboden om zich te laten assisteren en adviseren.

    Links

    De link wordt in een nieuw venster geopend.Ministry of Justice

    De link wordt in een nieuw venster geopend.Civil Enforcement Association

    De link wordt in een nieuw venster geopend.High Court Enforcement Officers Association

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 22/10/2021

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Noord-Ierland

    1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

    Tenuitvoerlegging is het juridische proces waarmee naleving van een beslissing of bevel van een rechtbank kan worden afgedwongen.

    Noord-Ierland kent een uniek systeem voor de tenuitvoerlegging van civielrechtelijke beslissingen. In de meeste common law-stelsels worden beslissingen ten uitvoer gelegd via een aanvullend gerechtelijk bevel. In Noord-Ierland worden civielrechtelijke beslissingen inzake vorderingen die geld, goederen of onroerend goed betreffen, ten uitvoer gelegd door een centraal orgaan, het Enforcement of Judgments Office, dat zowel administratieve als rechterlijke taken verricht.

    Het Enforcement of Judgments Office (EJO), opgericht in 1971, valt sinds 1979 onder de Northern Ireland Courts and Tribunals Service. De bevoegdheden en procedures van het EJO zijn vervat in de Judgments Enforcement (Northern Ireland) Order 1981 (“de Order van 1981”) en de Judgments Enforcement Rules (Northern Ireland) 1981 (SR 1981/147).

    Hieronder volgt een overzicht van de verschillende soorten tenuitvoerleggingsmethoden.

    Instalment Order - Dit is een bevel tot betaling in termijnen, op voorwaarde dat het EJO voldoende zekerheid heeft dat de schuldenaar over voldoende middelen beschikt of zal beschikken om het verschuldigde bedrag, of een deel daarvan, binnen een redelijke termijn te betalen.

    Attachment of Earnings Order - In dit bevel, gericht aan de werkgever van de schuldenaar, wordt die werkgever gelast periodieke inhoudingen te verrichten op het salaris of loon van de schuldenaar en die over te maken naar het EJO. Dit bevel wijkt af van de meeste andere tenuitvoerleggingsbevelen in die zin, dat het EJO het pas kan uitvaardigen als de schuldeiser daartoe een verzoek heeft ingediend. Het EJO kan betekening van het bevel aan de werkgever ook opschorten, als het zich ervan heeft vergewist dat de schuldenaar de betalingen aan het Office vrijwillig zal doen.

    Order of Seizure - Dit bevel stelt het EJO in staat een deel van de goederen en andere bezittingen van de schuldenaar in beslag te nemen en te verkopen. Die bezittingen komen vervolgens onder bewaring en in het bezit van het EJO en worden toegewezen aan de schuldeiser ten behoeve van wie het bevel is afgegeven.

    Order Charging Land - Dit type bevel, voor het bezwaren van grond, wordt vooral gebruikt voor aanzienlijke schulden, doorgaans in combinatie met een andere tenuitvoerleggingsmethode. De vordering wordt niet krachtens het bevel zelf ten uitvoer gelegd; de schuldeiser moet zelf actie ondernemen om de bevoegdheid tot verkoop te kunnen uitoefenen, en wel door een tenuitvoerleggingsverzoek in te dienen bij de rechtbank - De Order van 1981 biedt ook de mogelijkheid om andersoortige bezittingen te bezwaren.

    Order Appointing Receiver en Order Under the Crown Proceedings Act - In het geval van een Order Appointing Receiver wordt de Chief Enforcement Officer aangesteld als ontvanger van eventuele aan de schuldenaar verschuldigde betalingen. Betalingen die in aanmerking komen voor een Order Appointing Receiver zijn bijvoorbeeld de huur en opbrengst van grond, voorwaardelijke belangen uit hoofde van een testament, bedragen die uit hoofde van een contract zijn verschuldigd aan een zelfstandige schuldenaar en betalingen uit hoofde van een civiele vordering tegen een andere persoon of onderneming.

    Attachment of Debts (Garnishee) Order - Onder een Attachment of Debts Order is een schuldenaar (de “garnishee”, of derde-beslagene) van de executieschuldenaar verplicht die schuld niet aan de schuldenaar maar aan of ten voordele van de schuldeiser te betalen. Dit bevel verleent aan de schuldeiser de status van schuldeiser met zekerheid en is van toepassing op zowel opeisbare als opgelopen schulden.

    Order for Delivery of Possession of Land - Een beslissing tot inbezitstelling van grond wordt ten uitvoer gelegd door middel van een zg. Order for Delivery of Possession of Land, die het EJO de bevoegdheid verleent een persoon die de grond in bezit heeft, ook als dat niet de verweerder is, uit te zetten.

    Order for the Delivery of Goods - Een beslissing tot inbezitstelling van goederen wordt ten uitvoer gelegd door middel van een bevel tot levering van de betreffende goederen. De goederen in kwestie worden door het EJO geconfisqueerd en teruggeven aan de schuldeiser. Dit moet niet worden verward met een bevel tot inbeslagneming, aangezien de goederen niet worden verkocht.

    2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

    Enforcement of Judgments Office
    Laganside House
    23-27 Oxford Street
    Belfast
    BT1 3LA

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    3.1 De procedure

    Eenieder die recht heeft op tenuitvoerlegging van een beslissing kan, tegen betaling van het desbetreffende tarief, het EJO verzoeken die beslissing ten uitvoer te leggen. Voorafgaand aan dat verzoek moet aan de schuldenaar een “kennisgeving van voorgenomen verzoek tot tenuitvoerlegging” worden verzonden. Als de schuldenaar vervolgens niet binnen tien dagen na ontvangst van die kennisgeving aan de beslissing gehoor geeft, mag de verzoeker overgaan tot tenuitvoerlegging. Wanneer het totaal van alle verschuldigde bedragen hoger is dan 3 000 GBP, kan een voorlopig verzoek worden ingediend. Daarmee kan de executieschuldeiser een bewaringsbevel (“custody warrant”) en een opgave van de middelen van de schuldenaar verkrijgen, zodat hij een betere basis heeft voor zijn besluit al dan niet over te gaan tot tenuitvoerlegging.

    Onmiddellijk na acceptatie van het verzoek betekent het EJO het bewaringsbevel aan de schuldenaar. Krachtens dat bevel wordt het EJO geacht de eigendom van en zeggenschap over specifieke goederen van de schuldenaar (met enkele uitzonderingen, zoals huishoudelijke goederen) te verwerven, zodat ze niet verkocht kunnen worden. Het bewaringsbevel wordt pas opgeheven als het in de beslissing vermelde bedrag is betaald of als het verzoek tot tenuitvoerlegging wordt ingetrokken.

    De volgende fase in het tenuitvoerleggingsproces is het onderzoek naar de middelen van de schuldenaar. Deze stap is van fundamenteel belang voor het besluit om al dan niet over te gaan tot tenuitvoerlegging. De executieschuldenaar is verplicht de Enforcement Officer alle informatie over zijn middelen te verstrekken die deze laatste van hem verlangt. De executieschuldenaar wordt thuis ondervraagd of wordt opgeroepen om voor ondervraging te verschijnen voor een daartoe aangestelde functionaris.

    Na ontvangst van een verslag van de Enforcement Officer neemt de Master (zie hieronder) of de Chief Enforcement Officer een voorlopig beslissing aangaande het verzoek tot tenuitvoerlegging. Een bevel tot inbeslagneming of derdenbeslag, een bevel tot aanstelling van een curator en een bevel uit hoofde van de Crown Proceedings Act kan alleen door de Master worden uitgevaardigd. De financiële en overige relevante omstandigheden van de schuldenaar worden in aanmerking genomen, en vervolgens wordt vastgesteld of de beslissing ten uitvoer gelegd kan worden en zo ja, hoe dat het best kan gebeuren. De partijen worden hierover geïnformeerd en in de gelegenheid gesteld bezwaar aan te tekenen. Wordt er geen bezwaar aangetekend, dan wordt de beslissing bevestigd. Maakt een van de partijen wel bezwaar, dan wordt de zaak opgetekend om door de Master te worden gehoord.

    De status, rol, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van Enforcement Agents

    Het EJO wordt geleid door een ervaren functionaris met de status en rang van Master (een rechterlijke ambtenaar) en kent onder zijn medewerkers een Chief Enforcement Officer (en diens plaatsvervanger), Nominated Officers en Enforcement Officers die ieder aan een specifiek district van Noord-Ierland zijn toegewezen.

    De bevoegdheden die het EJO in staat stellen zijn taak uit te oefenen, staan vermeld in de Order van 1981. Van bijzonder belang is de bevoegdheid tot het uitvaardigen van de verschillende soorten bevelen zoals hierboven vermeld. Daarnaast heeft het EJO aanvullende bevoegdheden ter ondersteuning van het tenuitvoerleggingsproces. Die bestaan onder meer uit het uitvaardigen van bewaringsbevelen en procedures voor het oproepen en ondervragen van getuigen, het verrichten van onderzoek naar de middelen van schuldenaren (waaronder onderzoek naar derden die wellicht over informatie beschikken over de middelen en activa van een schuldenaar) en het in ontvangst nemen van in de tenuitvoerlegging van beslissingen geïnde gelden.

    Het EJO is echter ook bevoegd om verzoeken om tenuitvoerlegging af te wijzen. In de Order van 1981 staat niet specifiek vermeld op welke gronden het dat kan doen, maar in algemene zin kan het EJO een verzoek afwijzen als de verzoeker niet gerechtigd is tot tenuitvoerlegging van de beslissing. Wanneer een beslissing niet binnen een redelijke termijn ten uitvoer kan worden gelegd (door uitgifte van een tenuitvoerleggingsbevel), kan het EJO een kennisgeving en certificaat van niet-uitvoerbaarheid afgeven. Ook heeft het EJO een brede bevoegdheid tot het absoluut dan wel onder voorwaarden opschorten van de tenuitvoerlegging van een beslissing.

    Inzet van advocaten en andere rechtsbeoefenaars

    Iedere partij of persoon die betrokken is bij een bevel, kan een hoorzitting voor de Master bijwonen in persoon of zich daar door een raadsman of advocaat laten vertegenwoordigen.

    Hoogte van de kosten van tenuitvoerlegging

    Het systeem voor tenuitvoerlegging van beslissingen in Noord-Ierland wordt gefinancierd uit de tarieven die de gebruikers in rekening worden gebracht. Die tarieven staan vermeld in Deel 1 van het Schedule to the Judgments Enforcement Fees Order (Northern Ireland) 1996 (zoals gewijzigd) (SR 1996/101) en zijn afhankelijk van het krachtens de beslissing te vorderen bedrag. De actuele tarieven zijn ook te vinden op de website van de Northern Ireland Courts and Tribunals Service.

    3.2 De grondvoorwaarden

    De bevoegdheden van het EJO zijn vastgesteld in de Order van 1981 en omvatten de volgende beslissingen:

    • beslissingen in geldzaken, waaronder beslissingen van ieder gerecht in Noord-Ierland, beslissingen die buiten Noord-Ierland zijn gegeven maar in Noord-Ierland zijn geregistreerd, alsmede enkele beslissingen uit hoofde van het Europees recht inzake schuld of schadevergoeding en enkele scheidsrechterlijke uitspraken;
    • beslissingen die aan een persoon het bezit van grond toekennen, hoofdzakelijk bevelen tot inbezitstelling ten gunste van hypothecaire schuldeisers, maar ook ten behoeve van verhuurders in de particuliere of publieke sector;
    • beslissingen volgens welke aan een persoon goederen moeten worden overgedragen;
    • beslissingen die een persoon verplichten om binnen een bepaalde termijn geld over te maken aan de rechtbank of een handeling te verrichten, en beslissingen tegen een onderneming.
    • De bevoegdheid van het EJO tot tenuitvoerlegging van een beslissing kent enkele beperkingen, waaronder de volgende:
    • Wanneer de beslissing alleen ten uitvoer kan worden gelegd met toestemming van de rechtbank die haar heeft gegeven, moet eerst die toestemming worden verkregen.
    • Wanneer de tenuitvoerlegging is opgeschort of uitgesteld, is een verzoek om tenuitvoerlegging pas ontvankelijk nadat de opschorting of het uitstel is opgeheven.
    • Wanneer er zes of meer jaar zijn verstreken sinds een beslissing uitvoerbaar werd, kan zij niet ten uitvoer worden gelegd. Na deze periode kan bij de Master een verzoek worden ingediend om de beslissing alsnog ten uitvoer te leggen.
    • Een beslissing tegen een persoon anders dan in de bij die persoon behorende naam en stijl kan uitsluitend ten uitvoer worden gelegd met toestemming van de rechtbank.

    Het is aan het EJO om te beslissen voor welk type tenuitvoerlegging wordt gekozen; de verzoeker kan het gebruik van een specifieke methode niet voorschrijven.

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    Ten aanzien van loon of salaris kan een uitvoeringsmaatregel worden genomen in de vorm van loonbeslag. Het in te houden bedrag wordt berekend met inachtneming van de “normale inhouding” en het “beschermde inkomen”. De normale inhouding is het bedrag dat volgens het EJO redelijkerwijs kan worden ingehouden op het inkomen van de schuldenaar om aan de beslissing gevolg te kunnen geven. Het beschermde inkomen is het inkomen van de schuldenaar waarop naar het oordeel van het EJO geen mindering mag worden toegepast, met het oog op diens middelen en behoeften.

    Een bevel tot inbeslagneming kan betrekking hebben op vier categorieën van bezittingen:

    • goederen waarin de schuldenaar een verkoopbaar belang heeft;
    • geld, wissels, obligaties en promessen alsmede alle overige aan de schuldenaar toebehorende effecten;
    • een levensverzekeringspolis waarvan de schuldenaar als enige het vruchtgebruik heeft; alsmede
    • goederen van de echtgeno(ot)t(e) van de schuldenaar, voor zover de schuld verband houdt met verkregen goederen of verleende diensten, dan wel de huur of vergoeding die verschuldigd is voor een woning voor algemeen gebruik of genot door de schuldenaar en diens gezin.

    Bezittingen die van inbeslagneming zijn vrijgesteld, zijn onder meer kleding, meubilair, beddengoed en ander essentiële huishoudelijke goederen; gereedschappen en uitrusting in het kader van de beroepsuitoefening van de schuldenaar, tot een waarde van 200 GBP; bezittingen die de schuldenaar voor een ander in bewaring heeft en bezittingen onder een door de rechtbank benoemde curator.

    Een Order Charging Land kan worden afgegeven ten aanzien van alle grond of andere grondeigendom van de schuldenaar. “Grondeigendom” omvat alle wettelijke of op billijke grondslag vastgestelde eigendommen of belangen, erfdienstbaarheden, rechten, titels, vorderingen, eisen, telastleggingen, retentierechten of bezwaringen ten aanzien van de grond. Charging Orders en andere soortgelijke bevelen kunnen worden afgegeven ten aanzien van bezittingen anders dan grond, meer bepaald ten aanzien van gelden of aandelen in overheidsinstanties, overheidsondernemingen of bedrijven; schuldbewijzen; gelden in bewaring bij de rechtbank en aandelen in particuliere bedrijven.

    Een Attachment of Debts Order kan niet alleen worden afgegeven ten aanzien van geld dat een cliënt of opdrachtgever wegens verrichte werkzaamheden of verleende diensten aan een executieschuldenaar verschuldigd is, maar ook ten aanzien van alle tegoeden van die schuldenaar bij een bank of woningbouwvereniging.

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    Een door het EJO uitgevaardigd tenuitvoerleggingsbevel heeft rechtskracht en werking als een bevel van het High Court. In geval van niet-naleving van een tenuitvoerleggingsbevel kunnen er verschillende aanvullende uitvoeringsbevoegdheden worden ingezet, waaronder:

    • het opleggen van een vrijheidsstraf van maximaal zes weken voor het opzettelijk niet betalen van verschuldigde termijnen uit hoofde van een Instalment Order zoals uiteengezet in artikel 107 van de Order van 1981;
    • een bevel tot sekwestratie waaronder een tot sekwester benoemde persoon bevoegd is grond te betreden die eigendom is van de persoon jegens wie de beslissing is gegeven; de bevoegdheid om de door die grond gegenereerde huur en andere inkomsten te ontvangen, sekwestreren en onder zich te houden; en alle overige persoonlijke eigendommen van die partij in beslag te nemen en onder sekwestratie te houden totdat aan het bevel gevolg is gegeven.

    Een geval van minachting van het EJO kan worden doorverwezen naar het High Court, dat de overtreding vervolgens kan behandelen als ware zij jegens het High Court zelf begaan.

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    Aan een beslissing inzake geld is gevolg gegeven zodra het in de beslissing vermelde bedrag is voldaan. Op dat moment wordt elk tenuitvoerleggingsbevel dat ten aanzien van die beslissing is gegeven, geacht te zijn opgeheven. Wanneer een bevel tot inbezitstelling van grond of voor levering van goederen met succes ten uitvoer is gelegd, mogen er geen verdere gerechtelijke procedures worden gevoerd, behoudens ter invordering van de tenuitvoerleggingskosten.

    Een schuldeiser of executieschuldenaar kan het EJO verzoeken een tenuitvoerleggingsbevel te vernietigen, op te heffen of te wijzigen; eventueel wordt in dit verband een hoorzitting gehouden.

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    Intern kan tegen een beslissing van de Chief Enforcement Officer beroep worden ingesteld bij de Master.

    Extern kan tegen een beslissing van het EJO beroep worden ingesteld bij het High Court omtrent feiten en rechtsvragen onder de omstandigheden zoals vermeld in artikel 140 van de Order van 1981 en overigens bij het Court of Appeal omtrent rechtsvragen. De Attachment of Earnings Order is het enige soort tenuitvoerleggingsbevel voor geldzaken dat in artikel 140 wordt genoemd, en er bestaat geen algemeen recht van beroep tegen de weigering om een bepaald tenuitvoerleggingsbevel af te geven.

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

    In artikel 17 van de Order van 1981 en in Rule 5 van de Judgments Enforcement Rules (Northern Ireland) 1981 staan meerdere beperkingen aan tenuitvoerlegging vermeld. Dergelijke beperkingen bestaan dus en hebben betrekking op een aantal uiteenlopende situaties waarin om tenuitvoerlegging van een beslissing wordt verzocht. De beperkingen zijn bedoeld om de schuldenaar te beschermen in een aantal mogelijke situaties, bijvoorbeeld wanneer:

    a) voor tenuitvoerlegging voorafgaande toestemming van een rechtbank is vereist;

    b) het EJO wordt verzocht over te gaan tot tenuitvoerlegging van een beslissing waarvan de rechtbank de tenuitvoerlegging heeft opgeschort of uitgesteld;

    c) het verzoek tot tenuitvoerlegging meer dan zes jaar na de datum waarop de beslissing uitvoerbaar werd, wordt ingediend. In dit geval vraagt de schuldeiser het EJO toestemming om de beslissing ten uitvoer te laten leggen voordat hij een verzoek indient. De beslissing hierover wordt genomen door de Master van het EJO;

    d) er meer dan twaalf jaar zijn verstreken sinds de datum waarop de beslissing uitvoerbaar werd, en het verzoek om tenuitvoerlegging dus niet meer ontvankelijk is;

    e) er met het oog op tenuitvoerlegging van één en dezelfde beslissing meerdere verzoeken worden ingediend. In dit geval vraagt de schuldeiser de Chief Enforcement Officer om toestemming alvorens nogmaals een verzoek in te dienen voor tenuitvoerlegging van dezelfde beslissing;

    f) een schuldeiser een schuld heeft overgedragen aan een derde nadat een beslissing is gegeven;

    g) aan het EJO een verzoek wordt gedaan tot tenuitvoerlegging van een beslissing waarvan de rechtbank tenuitvoerlegging voorwaardelijk heeft gemaakt en aan de betreffende voorwaarde niet is voldaan;

    h) een bevel tot opschorting van de tenuitvoerlegging hangende is krachtens Rule 103 en een verzoek tot tenuitvoerlegging daarom niet ontvankelijk is. Alvorens om tenuitvoerlegging kan worden verzocht, moet de Master om toestemming worden gevraagd;

    i) krachtens artikel 14, lid 1, een bevel tot opschorting van tenuitvoerlegging wegens faillissement is uitgevaardigd en een verzoek tot tenuitvoerlegging daarom niet ontvankelijk is.

    Heeft het EJO officieel verklaard dat een beslissing niet-uitvoerbaar is (de artikelen 19 tot en met 21 van de Order van 1981), dan kan het desbetreffende certificaat op verzoek van de schuldeiser worden vernietigd. Dit is echter slechts mogelijk tot twaalf jaar na de datum van afgifte van het certificaat van niet-uitvoerbaarheid.

    Ingevolge artikel 16 van de Limitations (Northern Ireland) Order 1989 kunnen vorderingen inzake beslissingen (en rente) niet meer worden ingesteld nadat er zes jaar zijn verstreken sinds de datum waarop de beslissing uitvoerbaar werd. De Master van het EJO neemt deze bepaling in acht bij een verzoek om tenuitvoerlegging van een beslissing die ouder is dan zes jaar (zie lid d) hierboven).

    Links

    De link wordt in een nieuw venster geopend.Northern Ireland Courts and Tribunals Service

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 25/10/2021

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Schotland

    1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

    In Schotland verwijst de term “diligence” naar een aantal wettelijke procedures die tegen schuldenaars kunnen worden ingesteld met het oog op tenuitvoerlegging van betalingsbevelen. Voor diligence-procedures is een rechtsgeldig bevel nodig, zoals een gerechtelijk bevel of schuldbewijs of, in bredere zin, een bevel van een burgerlijke rechtbank, dat veelal gepaard gaat met een bevel tot het verrichten of nalaten van een handeling.

    Er zijn verschillende vormen van diligence, waaronder loonbeslag (arrestment of earnings), derdenbeslag (arrestment of goods or funds in the hands of a third party), beslag op goederen of gelden (attachment of goods or funds), een vervreemdingsverbod (inhibition) en een schuldtoewijzing (adjudication for debt).

    Schuldtoewijzing

    De schuldtoewijzing is een zeer oude diligence-procedure ten aanzien van erfbezit, die resulteert in gerechtelijke zekerheid ten gunste van de schuldeiser. Deze diligence wordt zelden gebruikt en is alleen beschikbaar in procedures bij het Court of Session. Na uitvaardiging van de schuldtoewijzing wordt het uittreksel daarvan vastgelegd of ingeschreven in het desbetreffende Schotse kadastrale register (het Register of Sasines of het Land Register (kadaster)). De schuldeiser in wiens voordeel een schuldtoewijzing wordt uitgevaardigd, komen over het algemeen dezelfde rechten toe als andere schuldeisers in erfbezit, behalve het recht tot verkoop. De schuldeiser kan op grond van de schuldtoewijzing vorderen dat de schuldenaar uit het onroerend goed wordt verwijderd als hij de eigenaar is, of, als het wordt verhuurd, aanspraak maken op de huurinkomsten. Pas na tien jaar kan de schuldeiser de rechtbank verzoeken om toestemming het goed als eigenaar te verkopen.

    Derdenbeslag

    Derdenbeslag (arrestment) is een diligence-procedure ten aanzien van roerende goederen van de schuldenaar die in handen zijn van een derde. Door middel van derdenbeslag wordt die derde ervan weerhouden de bezittingen waarop het beslag rust, vrij te geven. Zaken waarop aldus beslag kan worden gelegd, zijn onder meer schulden, banktegoeden, aandelen, goederen onder bewaring, verzekeringspolissen en materiële roerende goederen. De diligence-procedure voor materiële roerende goederen die de schuldenaar zelf onder zich heeft, is de beslagprocedure (attachment).

    Beslag op goederen

    Een schuldeiser kan beslag leggen op materiële roerende goederen die in bezit zijn van een schuldenaar en die goederen vervolgens bij opbod verkopen om een uitstaande schuld te innen. Er kan evenwel geen beslag worden gelegd op bepaalde voorwerpen, zoals gereedschappen of vakliteratuur, die de schuldenaar nodig heeft om zijn beroep te kunnen uitoefenen, en ook niet op voertuigen die de schuldenaar redelijkerwijs nodig heeft en waarvan de waarde een specifieke limiet niet overschrijdt. Evenmin kan beslag worden gelegd op goederen die zich in de woning van de schuldenaar bevinden, tenzij de Sheriff een gerechtelijk bevel tot uitzonderlijk beslag heeft uitgevaardigd. Een schuldeiser kan ook beslag leggen op geld (contanten, met inbegrip van munten en biljetten in vreemde valuta, postwissels, bancaire instrumenten enz.) dat zich in onroerend goed van de schuldenaar bevindt, maar niet op geld dat zich in de woning van de schuldenaar bevindt of dat hij bij zich draagt.

    Loonbeslag

    De diligence-procedures voor beslag op het inkomen van de schuldenaar zijn loonbeslag (earnings arrestment, in geval van een enkele schuld), onderhoudsbeslag (maintenance arrestment, in geval van een medische aandoening of een periodieke alimentatie na echtscheiding) of een samengevoegd beslag (conjoined arrestment, een gerechtelijk tenuitvoerleggingsbevel voor de gelijktijdige betaling van twee of meer schulden van dezelfde soort). Een bevel tot inhouding op het loon kan ook worden uitgevaardigd onder de Child Support Act 1991 aan eenieder die uit hoofde van een onderhoudsbeslag kinderalimentatie moet betalen. Wanneer aan de werkgever een loonbeslagschema wordt betekend, moet hij iedere betaaldag op het inkomen van de schuldenaar een bedrag inhouden dat is berekend op basis van wettelijke tabellen en dat bedrag overmaken aan de schuldeiser totdat de schuld is terugbetaald of de schuldenaar niet langer in dienst is.

    Uitzetting of verwijdering

    Uitzetting (ejection) is mogelijk uit hoofde van een bevel tot terugneming van erfbezit, een bevel tot verwijdering of een bevel tot uitzetting. Verwijdering (removing) is de term die wordt gebruikt wanneer een eigenaar van een goed bezit van een huurder wil terugnemen. Uitzetting is het rechtsmiddel voor het verwijderen van een bewoner die niet gerechtigd is om het erfbezit te bewonen.

    Vervreemdingsverbod

    Een vervreemdingsverbod (inhibition) is een persoonlijke diligence-procedure die het een schuldenaar verbiedt erfbezit te verkopen, anderszins te vervreemden of als onderpand te gebruiken ten nadele van de schuldeiser die om het verbod verzoekt. Daartoe moet een vervreemdingsverbod worden geregistreerd in het desbetreffende Register of Inhibitions and Adjudications. Een vervreemdingsverbod biedt de partij die er om verzoekt, in zoverre voldoening dat het de mogelijkheden voor de schuldenaar om zijn erfbezit te verkopen, beperkt, maar biedt die partij geen zakelijk recht ten aanzien van dat bezit. Een vervreemdingsverbod is een negatieve of prohibitieve diligence die vijf jaar geldig blijft, maar eerder vervalt als de schuldeiser instemt met het verlenen van kwijting; doorgaans bij voldoening van de schuld.

    2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

    De bevoegde autoriteiten voor tenuitvoerlegging in Schotland zijn de Sheriff Officers en Messengers-at-Arms. Zij ontvangen van de schuldeiser een aanwijzing tot tenuitvoerlegging van een gerechtelijk bevel tegen een schuldenaar dat door een Sheriff Court of het Court of Session is uitgevaardigd, en van schuldbewijzen die voor tenuitvoerlegging in de Books of Council and Session zijn geregistreerd.

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    3.1 De procedure

    Gerechtelijke bevelen die zijn uitgevaardigd door een Sheriff Court in een Sheriffdom in Schotland, of door het Court of Session of gelijkwaardige instanties, zoals een voor tenuitvoerlegging geregistreerd schuldbewijs, zijn uitvoerbaar. Een uittreksel van een dergelijk bevel is doorgaans toereikend voor rechtmatige tenuitvoerlegging.

    Tenuitvoerlegging via een diligence-procedure verloopt doorgaans via een Sheriff Officer of Messenger-at-Arms. Dit zijn onafhankelijke, betaalde contractanten die handelen onder een mandaat verstrekt door de Sheriff Principal van het Sheriffdom waarin zij mogen optreden. Hun werkzaamheden vallen onder de controle en het toezicht van de rechtbank, al zijn zij geen werknemers van de rechtbank zelf. De Debtors (Scotland) Act 1987 voorziet in een wettelijk kader voor de toelating en opleiding van deze functionarissen en hun handelwijzen bij het uitoefenen van hun officiële taken; die taken en handelwijzen worden nader gereguleerd in de Debt Arrangement and Attachment (Scotland) Act 2002 en de Bankruptcy and Diligence etc. (Scotland) Act 2007. Bovendien zijn alle gerechtelijke functionarissen verplicht hun taken te vervullen overeenkomstig de statuten en het reglement van de Society of Messengers-at-Arms and Sheriff Officers.

    Het inschakelen van een advocaat is slechts in enkele tenuitvoerleggingsprocedures noodzakelijk.

    De honoraria die Sheriff Officers en Messengers-at-Arms in rekening brengen voor diligence-procedures zijn momenteel geregeld in de Act of Sederunt (Fees of Sheriff Officers) 2013 (SSI 2013/345) en de Act of Sederunt (Fees of Messengers-at-Arms) 2013 (SSI 2013/346). De tabellen voor deze honoraria worden regelmatig aangepast.

    3.2 De grondvoorwaarden

    Voor tenuitvoerlegging is een gerechtelijk bevel ten gunste van de eiser (de pursuer, ofwel de partij die de vordering heeft ingesteld) normaliter voldoende. Bij de meeste diligence-procedures echter moet ook een betalingsbevel (charge for payment) worden betekend en een zg. Debt Advice and Information Package worden verstrekt voordat de schuld kan worden geïnd. Het betalingsbevel is een formele sommatie die aan een schuldenaar wordt betekend voor het bedrag dat een schuldeiser van hem tegoed heeft, inclusief eventuele rente en kosten. In dat bevel wordt de schuldenaar (indien die zich in het Verenigd Koninkrijk bevindt) 14 dagen de tijd gegund om de betaling te verrichten. Is de schuld na het verstrijken van die uiterste termijn nog niet voldaan, dan kan de schuldeiser trachten die via een diligence-procedure te innen. Via een Debt Advice and Information Package wordt de schuldenaar aangeraden om financieel advies in te winnen.

    In het geval van een buitengewoon beslagleggingsbevel moet de schuldeiser terug naar de rechtbank om specifieke toestemming te verkrijgen voor inbeslagneming van niet-essentiële voorwerpen die zich in de woning van de schuldenaar bevinden. Bij zijn beslissing omtrent het al dan niet uitvaardigen van een dergelijk bevel houdt de Sheriff rekening met verschillende aspecten :

    • de aard van de schuld (en met name of die schuld op enigerlei wijze verband houdt met belastingen of heffingen of met een onderneming die door de schuldenaar wordt gevoerd);
    • of de schuldenaar in de betreffende woning verblijft;
    • of de schuldenaar vanuit die woning een onderneming voert;
    • of de schuldenaar financieel advies heeft gekregen;
    • of een reeds eerder verleende periode van uitstel van een betalingstermijn of aanwijzing is verstreken; en
    • een eventuele schikkingsovereenkomst tussen de schuldenaar en de schuldeiser.

    Meer in het bijzonder moet tot voldoening van de Sheriff zijn aangetoond dat de schuldeiser redelijke stappen heeft genomen om tot een schikking te komen en ook al heeft geprobeerd om de schuld via een loon- of derdenbeslag te innen, en dat er een redelijke kans bestaat dat de opbrengst na verkoop bij opbod van de niet-essentiële goederen van de schuldenaar ten minste gelijk is aan het totaal van een redelijke raming van de in rekening te brengen kosten plus 100 GBP.

    Bij derdenbeslag wordt beslag gelegd op bezittingen (geld en roerende goederen) onder een derde ten gunste van een beslagleggende schuldeiser. Geld waarop beslag is gelegd, wordt na 14 weken automatisch vrijgegeven, tenzij er een bezwaarschrift is ingediend. Zo'n bezwaarschrift moet worden ingediend bij de Sheriff in de rechtbank en als gronden aanvoeren dat het beslag buitensporig streng is, dat de Sheriff Officer het beslag niet naar behoren heeft uitgevoerd of dat het geld waarop beslag is gelegd, toekomt aan een derde (of eigendom is van een derde en de schuldenaar). Goederen waarop beslag is gelegd, worden pas vrijgegeven als de rechtbank een verzoek daartoe van de schuldeiser heeft toegewezen waarin de beslagene wordt gelast de in beslag genomen goederen vrij te geven.

    In het geval van schuldtoewijzing kan, als de schuld na tien jaar (de legal) nog altijd niet is betaald, de partij die om schuldtoewijzing heeft verzocht haar recht omzetten in een absoluut eigendomsrecht. Zij moet daartoe een vordering instellen bij het Court of Session, de zg. action of declarator of expiry of the legal. Een schuldenaar kan zich tegen een dergelijke vordering verweren door te stellen dat de schuld inmiddels is betaald.

    Een vervreemdingsverbod wordt van kracht op de datum waarop het desbetreffende schedule of inhibition en het certificaat van executie van het vervreemdingsverbod in het Register of Inhibitions and Adjudications worden opgenomen. Is er in het Register of Inhibitions and Adjudications echter een kennisgeving (notice of inhibition) opgenomen, en zijn het schedule of inhibition en het certificaat van executie binnen 21 dagen na die kennisgeving geregistreerd, dan wordt het vervreemdingsverbod van kracht op de registratiedatum van die kennisgeving.

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    Er is een diligence-procedure voor elk type activum, behalve voor contanten die de schuldenaar zelf onder zich heeft.

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    Schuldtoewijzing

    Via schuldtoewijzing verkrijgt de schuldeiser een gerechtelijke zekerheid ten aanzien van erfbezit. Een schuldtoewijzingsbeslissing verleent de partij die daarom heeft verzocht echter niet onmiddellijk de bevoegdheid om over te gaan tot verkoop, maar slechts een aanspraak op de huurinkomsten als het erfbezit wordt verhuurd, of de bevoegdheid om de schuldenaar te verwijderen als die de eigenaar is.

    Derdenbeslag

    Bij een derdenbeslag worden geld en/of roerende zaken van de schuldenaar die een derde onder zich heeft, geblokkeerd. Die derde kan het geld of de goederen niet gebruiken of vervreemden of weer vrijgegeven aan de schuldenaar zonder toestemming van de schuldeiser. Goederen waarop een derdenbeslag rust, kunnen pas aan de schuldeiser worden vrijgegeven als die daartoe een vordering heeft ingesteld (de action of furthcoming). Tegoeden van een schuldenaar onder beslag bij een financiële instelling worden na 14 weken automatisch vrijgegeven, tenzij er een bezwaarschrift is ingediend. Indien een beslagene de goederen waarop beslag is gelegd, vervreemdt, is hij jegens de schuldeiser aansprakelijk voor de waarde van die goederen. Bovendien maakt de beslagene zich in zo'n geval in theorie schuldig aan minachting van de rechtbank, doordat hij handelt in strijd met het derdenbeslag. Een beslagene is wettelijk verplicht om het bestaan of de omvang van de activa onder derdenbeslag aan de schuldeiser bekend te maken. Als de beslagene zich niet aan deze verplichting houdt, kan de Sheriff hem bevelen een som geld aan de schuldeiser te betalen.

    Loonbeslag of onderhoudsbeslag

    De werkgever aan wie een loonbeslagschema of onderhoudsbeslag is betekend, is verplicht het berekende bedrag in te houden en over te maken aan de schuldeiser. Houdt de werkgever zich niet aan voorwaarden van het beslag, dan is hij zelf jegens de schuldeiser aansprakelijk voor het bedrag dat overgemaakt had moeten worden.

    Uitzetting of verwijdering

    Een uitzettings- of verwijderingsbevel verplicht de persoon tegen wie het is gericht, het in het bevel genoemde onroerend goed te ontruimen. Indien deze persoon niet vrijwillig en binnen de aangegeven termijn aan het bevel gehoor geeft, zijn Sheriff Officers gerechtigd hem uit te zetten en het onroerend goed veilig te stellen, en daarbij zo nodig assistentie in te roepen van de politie. Een bevel tot verwijdering uit erfbezit (charge of removing from heritable property) moet worden betekend aan de te verwijderen persoon zelf, en de feitelijke ontruiming mag pas geschieden nadat de in het bevel aangeven aanzeggingstermijn is verstreken, tenzij de Sheriff beslist af te zien van die vereiste.

    Vervreemdingsverbod

    Met de registratie van een vervreemdingsverbod in het Register of Inhibitions and Adjudications wordt de schuldenaar ervan weerhouden zijn erfbezit te verkopen of anderszins te vervreemden, of het als onderpand te laten dienen ten nadele van de partij die om het verbod verzoekt. Elke beschikking of standaard zekerheid of andere door de schuldenaar verstrekte akte die strijdig is met een vervreemdingsverbod, kan nietig worden verklaard op verzoek van de partij die om dat verbod heeft verzocht.

    Een zg. decree ad factum praestandum is een bevel waarin de schuldenaar wordt opgedragen een handeling te verrichten anders dan het betalen van een som geld, en moet worden nageleefd. In het bevel moet exact worden aangegeven wat er moet worden gedaan, en bij het verzoek aan de rechtbank om een dergelijk bevel is het wenselijk subsidiair te verzoeken dat de schuldenaar bij niet-naleving wordt veroordeeld tot schadevergoeding. Niet-naleving kan niet leiden tot een vrijheidsstraf, tenzij de persoon die in eerste instantie om het genoemde bevel heeft verzocht (de applicant) daartoe een verzoek indient bij de rechtbank die het bevel heeft toegewezen. In dat geval is het vervolgens aan de applicant om de rechtbank ervan te overtuigen dat de schuldenaar te kwader trouw weigert om het bevel na te leven. Als hij daarin slaagt, kan de rechtbank de verweerder veroordelen tot een vrijheidsstraf van ten hoogste zes maanden. Een vrijheidsstraf laat de plicht om aan de vereisten van het bevel te voldoen, onverlet.

    Beslag op geld

    Met dit bevel kan een schuldeiser beslag leggen op en zich in bezit stellen van geld (contanten, met inbegrip van munten en biljetten in vreemde valuta, postwissels, bancaire instrumenten enz.) dat zich in onroerend goed van de schuldenaar bevindt, maar niet op geld dat zich in de woning bevindt of in handen is van de schuldenaar.

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    Schuldtoewijzing

    Zodra het bevel is toegewezen, wordt het uittreksel ingeschreven in het desbetreffende Schotse kadaster. Vanaf dat moment is het bevel geldig; pas nadat er vervolgens tien jaar zijn verstreken kan de schuldeiser de rechtbank verzoeken om toestemming om het goed als eigenaar te verkopen.

    Derdenbeslag

    Het executoriaal derdenbeslag kan slagen of niet slagen. Het derdenbeslag kan bijvoorbeeld worden betekend aan een bank, maar als de schuldenaar geen rekening heeft bij die bank of als de tegoeden op zijn rekening ontoereikend zijn, zijn er ook geen middelen op beslag op te leggen.

    Beslag op goederen

    Een beslag geldt slechts tot zes maanden na da dag waarop beslag op een voorwerp wordt gelegd, of, indien eerder, twintig dagen na de dag waarop het voorwerp waarop beslag is gelegd, is verwijderd van de locatie waar het in beslag werd genomen. In een bijzonder beslagleggingsbevel staat vermeld binnen welke periode het ten uitvoer moet worden gelegd.

    Loonbeslag of onderhoudsbeslag

    Een loonbeslag of onderhoudsbeslag kan slagen of niet slagen. Is de schuldenaar niet in dienst van de persoon aan wie het bevel wordt betekend, dan zal het beslag niet slagen. Is hij wel in dienst, dan blijft het bevel van kracht tot de schuld is voldaan of de dienstbetrekking ten einde komt.

    Uitzetting of verwijdering

    Na uitvaardiging van een uitzettings- of verwijderingsbevel moet de diligence-procedure vervolgens zo spoedig mogelijk worden uitgevoerd. Wat er precies onder “zo spoedig mogelijk” wordt verstaan, is niet nader gedefinieerd, maar hangt af van de bijzondere omstandigheden van elk geval.

    Vervreemdingsverbod

    Een vervreemdingsverbod komt na vijf jaar te vervallen. De partij die om het verbod heeft verzocht, kan bij de rechtbank een verzoek indienen tot verlenging. In een decree ad factum praestandum moet exact worden aangegeven wat er moet worden gedaan, en binnen welke termijn.

    Beslag op geld

    Een beslag op geld kan slagen of niet slagen. Als de Sheriff Officer bijvoorbeeld geen geld aantreft in het onroerend goed van de schuldenaar, dan zal het beslag niet slagen. Slaagt het wel, dan moet de desbetreffende rechtbankfunctionaris (een Sheriff Officer of Messenger-at-Arms) uiterlijk binnen 14 dagen vanaf de dag waarop het beslag op geld ten uitvoer is gelegd, een proces-verbaal uitbrengen aan de Sheriff. De rechtbankfunctionaris moet aan zowel de schuldenaar als de schuldeiser een afschrift van dat proces-verbaal toezenden. Het beslag verliest zijn werking als de Sheriff weigert om het proces-verbaal in ontvangst te nemen.

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    De werkgever of de schuldenaar zelf kunnen de Sheriff verzoeken een onderhoudsbeslag nietig of ongeldig te verklaren. Ook als de schuldenaar naar tevredenheid van de Sheriff kan aantonen dat hij hoogstwaarschijnlijk niet nogmaals een betalingsachterstand zal oplopen, kan de Sheriff beslissen het beslag in te trekken.

    De schuldenaar, de beslagene of een derde kunnen de Sheriff aan de hand van een bezwaarschrift verzoeken om het beslag in te trekken of te beperken. Dat bezwaarschrift moet binnen vier weken na tenuitvoerlegging van het beslag worden ingediend.

    Tegen een beslissing van een Sheriff in verband met een beslag of bijzonder beslag kan beroep worden ingesteld. Dat beroep kan worden ingesteld bij de Sheriff Principal en over een rechtsvraag, maar uitsluitend met instemming van de Sheriff. De beslissing van de Sheriff Principal over een dergelijk beroep is definitief.

    De gronden voor nietigheid of intrekking van een vervreemdingsverbod zijn procedurele tekortkomingen of vermindering van de betalingsverplichting.

    Tegen een uitzettings- of verwijderingsbevel kan geen beroep worden ingesteld nadat het ten uitvoer is gelegd.

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

    Schuldenaar treedt toe tot een schuldenregeling

    Wanneer een schuldenaar onder sekwester wordt gesteld, partij wordt bij een trustakte of een protected trust deed of op hem een terugbetalingsplan onder de schuldsaneringsregeling van toepassing wordt, dan staan diens schuldeisers geen verdere diligence-procedures ter beschikking, mits aan bepaalde voorwaarden is voldaan. In plaats daarvan kunnen de schuldeisers het verschuldigde bedrag proberen te vorderen via de trustee van de schuldenaar, of de schuld toevoegen aan het terugbetalingsplan.

    Moratorium op schuldenregelingen

    Met de wijziging, per 1 april 2015, van de Bankruptcy (Scotland) Act 1985 bij de Bankruptcy and Debt Advice (Scotland) Act 2014 is een moratorium ingevoerd op alle schuldenregelingen in Schotland. Dat betekent dat een persoon die aangeeft te willen toetreden tot een wettelijke schuldenregeling, gedurende zes weken gevrijwaard blijft van eventuele diligence-procedures door zijn schuldeisers Dit is dezelfde periode van zes weken als die welke momenteel geldt voor het moratorium onder de Bankruptcy and Diligence (Scotland) Act 2007 voor een schuldenaar die zich heeft aangemeld of wil aanmelden voor een terugbetalingsplan, of de periode van zes weken vanaf de dag waarop hij zijn voornemen om zich aan te melden voor zo'n plan kenbaar maakt aan de beheerder van de saneringsregeling. Wel kan de duur van deze moratoria onder bepaalde omstandigheden worden verkort of verlengd. [Uit hoofde van de Coronavirus (Scotland) Act 2020 is de periode waarin een schuldenaar deze bescherming geniet, verlengd tot zes maanden. Deze wetswijziging blijft van kracht tot en met 30 september 2020 en kan daarna worden verlengd.]

    Betalingstermijnen

    Ten aanzien van bepaalde soorten schuld kan de rechtbank bij het toewijzen van een vordering tegen een schuldenaar de aanwijzing geven dat het verschuldigde bedrag in termijnen mag worden terugbetaald (een time to pay-aanwijzing). Ook als er al een diligence-procedure van start is gegaan, kan de rechtbank bevelen dat in termijnen wordt betaald. Zo lang die aanwijzing of dat bevel van kracht is, kan de rechtbank geen betalingsbevel betekenen of de betaling van de schuld via een diligence-procedure afdwingen.

    Verjaring van tenuitvoerlegging

    Als een verplichting gedurende twintig jaar na de dag waarop zij uitvoerbaar werd, ononderbroken heeft voortbestaan zonder dat zij tot een vordering heeft geleid en zonder dat het voortbestaan van die verplichting op relevante wijze is erkend, komt zij te vervallen. Als derhalve gedurende een ononderbroken periode van twintig jaar geen diligence-procedure wordt ingeleid ten aanzien van een gerechtelijke beslissing of schuldbewijs en die beslissing of dat bewijs ook niet door of namens de schuldenaar schriftelijk en op ondubbelzinnige wijze is erkend, komt die verplichting te vervallen. Wanneer echter een schuldeiser een diligence-procedure inleidt met het oog op tenuitvoerlegging van een beslissing of schuldbewijs en de schuldenaar het voortbestaan van de schuld tegenover de schuldeiser duidelijk erkent, krijgt de schuldeiser wederom twintig jaar de tijd om volledige genoegdoening van de schuldenaar te verkrijgen.

    Links

    De link wordt in een nieuw venster geopend.Accountant in Bankruptcy

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 19/10/2021

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.

    Hoe kan ik de naleving van een uitspraak afdwingen? - Gibraltar

    1 Wat betekent tenuitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken?

    Tenuitvoerlegging is een door de rechtbank bekrachtigde maatregel die wordt getroffen om een executieschuldenaar te dwingen aan een gerechtelijk bevel te voldoen. Het is geheel aan de executieschuldeiser om te bepalen voor welke tenuitvoerleggingsmethode wordt gekozen.

    Bij die keuze moet de schuldeiser zich afvragen of:

    • het waarschijnlijk is dat hij zijn geld en gerechtskosten terugkrijgt van de verweerder;
    • de verweerder ook nog geld aan anderen verschuldigd is of voorwerp is van andere gerechtelijke beslissingen;
    • de verweerder goederen of activa bezit die in beslag genomen en per opbod kunnen worden verkocht;
    • de verweerder een baan heeft;
    • de verweerder andere inkomsten heeft, bijvoorbeeld uit beleggingen;
    • de verweerder een rekening bij een bank of woningbouwvereniging of een andersoortige rekening heeft;
    • de verweerder onroerende goederen bezit (een woning), of
    • iemand anders geld verschuldigd is aan de verweerder.

    Zie hieronder voor informatie over de verschillende soorten tenuitvoerleggingsmaatregelen. De executieschuldeiser moet kiezen voor de tenuitvoerleggingsmaatregel die hem de grootste kans biedt dat hij het geld dat hij vordert, terugkrijgt.

    De rechtbank kan echter niet garanderen dat de executieschuldeiser zijn geld terugkrijgt. Bovendien zijn gerechtskosten verschuldigd voor iedere maatregel die wordt getroffen. De rechtbank zal de gerechtskosten optellen bij het bedrag dat de verweerder al verschuldigd is, maar zal die kosten niet vergoeden als de schuldeiser zijn geld niet terugkrijgt van de verweerder.

    Hieronder volgt een overzicht van de verschillende soorten tenuitvoerleggingsmethoden.

    Inbeslagneming van goederen

    Executie is de tenuitvoerlegging van een civielrechtelijke beslissing door middel van inbeslagneming van goederen. Voor tenuitvoerlegging door middel van executie moet bij de rechtbank een daartoe strekkend bevel (“warrant of execution”) worden aangevraagd. Zo'n bevel heeft alleen zin als de verweerder:

    • op het door de executieschuldeiser opgegeven adres over voldoende goederen beschikt die per opbod kunnen worden verkocht om de vordering te voldoen; of
    • beschikt over het volledige bedrag van de in het bevel vermelde vordering (zodat er geen goederen verkocht hoeven te worden).

    De rechtbank kan een dergelijk bevel pas uitvaardigen als de verweerder:

    • geen gehoor heeft gegeven aan een oproep om het verschuldigde bedrag te betalen, of
    • te laat is met ten minste één van zijn betalingen.

    Gerechtsdeurwaarders kunnen niet alle soorten goederen van de verweerder in beslag nemen en verkopen. Zij mogen bijvoorbeeld geen essentiële huishoudelijke voorwerpen of gereedschappen in beslag nemen, en evenmin goederen die onder een huurkoop- of huurovereenkomst vallen. Bovendien zal een gerechtsdeurwaarder geen goederen van de verweerder in beslag nemen als de waarde daarvan onvoldoende is om het verschuldigde bedrag minus de kosten van inbeslagneming en verkoop te betalen. Wanneer goederen per opbod worden verkocht, bedraagt de opbrengst vaak slechts een fractie van hun oorspronkelijke waarde. Bovendien is het mogelijk dat de goederen van de verweerder al door een andere gerechtsdeurwaarder uit hoofde van een ander bevel in beslag zijn genomen.

    Derdenbeslag

    Een schuldeiser kan bij het Supreme Court verzoeken dat een door een derde aan de verweerder verschuldigd bedrag niet aan de verweerder, maar aan de schuldeiser zelf wordt betaald. In de praktijk wordt deze methode gebruikt om beslag te kunnen leggen op banktegoeden van de verweerder. Zijn de banktegoeden niet voldoende om het gehele bedrag van de schuld te dekken, dan worden ze gebruikt om in ieder geval een deel daarvan te betalen.

    Insolventieprocedure

    Als het verschuldigde bedrag hoger is dan 750 GBP, dan kan de executieschuldeiser er ook voor kiezen om de verweerder insolvent te laten verklaren. Dat gebeurt dan in een procedure voor het Supreme Court. De kosten daarvan kunnen echter hoog oplopen.

    Dagvaarding

    De executieschuldeiser kan de kamer voor geringe vorderingen (tot 10 000 GBP) van het Supreme Court verzoeken een dagvaarding te doen uitgaan. De rechtbank kan vervolgens gelasten dat de schuld in termijnen wordt terugbetaald, bij gebreke waarvan de schuldenaar in een beperkt aantal specifieke omstandigheden een gevangenisstraf kan worden opgelegd.

    Bevel tot het verstrekken van informatie

    Een bevel tot het verstrekken van informatie is geen tenuitvoerleggingsmethode, maar maakt het mogelijk om een executieschuldenaar te ondervragen over diens bezittingen, zodat het voor de executieschuldeiser duidelijker is welke tenuitvoerleggingsmethode hij het best kan kiezen.

    2 Welke instantie of instanties zijn bevoegd voor tenuitvoerlegging?

    Het Supreme Court is bevoegd voor tenuitvoerlegging in Gibraltar.

    3 Onder welke voorwaarden mag een executoriale titel of beslissing worden uitgevaardigd?

    3.1 De procedure

    Het Supreme Court (met inbegrip van de kamer voor geringe vorderingen) kan tenuitvoerlegging gelasten ten aanzien van de zaken waarover het een beslissing heeft gegeven.

    Gerechtsdeurwaarders zijn in Gibraltar werknemers van de Court Service en dus rijksambtenaren. Hun werkzaamheden betreffen de tenuitvoerlegging van door een rechtbank gegeven en aldaar geregistreerde beslissingen en/of bevelen. Zij zorgen voor tenuitvoerlegging van tenuitvoerleggingsbevelen (“warrants of execution”), overname van grond krachtens “warrants of possession” en terugvordering van goederen krachtens “warrants for return of goods”. Gerechtsdeurwaarders hebben daarnaast ook andere taken, waaronder het persoonlijk betekenen van stukken en “warrants of committal” (bevelen tot verwijzing).

    Inzet van advocaten en andere rechtsbeoefenaars

    De schuldeiser is niet verplicht om zijn verzoek tot tenuitvoerlegging in te dienen via een advocaat of andere rechtsbeoefenaar.

    Tenuitvoerleggingsprocedures kunnen echter, met uitzondering van procedures in de kamer voor geringe vorderingen van het Supreme Court, behoorlijk gecompliceerd zijn. De schuldeiser kan er daarom voor kiezen om advies in te winnen van een advocaat of van het Citizens Advice Bureau alvorens een tenuitvoerleggingsprocedure te starten.

    Hoogte van de kosten van tenuitvoerlegging

    De gerechtskosten hangen af van de gekozen tenuitvoerleggingsmethode. Zoals hierboven vermeld, zal de rechtbank de gerechtskosten optellen bij het bedrag dat de verweerder al verschuldigd is, maar kan zij die kosten niet vergoeden als de eiser zijn geld niet terugkrijgt van de verweerder. Voor nadere informatie over de geldende tarieven kunt u contact opnemen met de Supreme Court Registry, 277 Main Street, Gibraltar, tel. (+350) 200 75608.

    3.2 De grondvoorwaarden

    Zoals hierboven vermeld, is het in Gibraltar geheel aan de executieschuldeiser om te bepalen welke tenuitvoerleggingsmethode wordt gevolgd. Verantwoordelijke schuldeisers die door een rechtbank in het gelijk zijn gesteld, maar die nog niet zijn betaald, kunnen de beslissing van de rechtbank ten uitvoer laten leggen via het meest geëigende middel dat hun daartoe ter beschikking staat. Wanneer er dus sprake is van een rechtsgeldige beslissing en het verzoek tot tenuitvoerlegging naar behoren is ingediend, moet de rechtbank de keuze van de schuldeiser respecteren.

    4 Het doel en de aard van tenuitvoerleggingsmaatregelen

    4.1 Welke soorten activa kunnen voorwerp van tenuitvoerlegging zijn?

    Tenuitvoerleggingsmaatregelen kunnen worden genomen ten aanzien van de volgende activa:

    • bankrekeningen onder de procedure voor derdenbeslag;
    • materiële roerende goederen onder de executieprocedure;
    • onroerend goed onder de “charging order”-procedure.

    Er is geen eenduidige, definitieve lijst van goederen die van derdenbeslag zijn vrijgesteld. Er zijn echter wel richtsnoeren. De gerechtsdeurwaarder mag alleen goederen in beslag nemen die eigendom of gezamenlijk eigendom zijn van de verweerder.

    De gerechtsdeurwaarder mag alleen goederen in beslag nemen waarvan mag worden verondersteld dat ze bij opbod verkocht kunnen worden. De gerechtsdeurwaarder zal geen goederen in beslag nemen als die naar zijn oordeel onvoldoende zullen opleveren om, na aftrek van de kosten van inbeslagneming en veiling, de vordering of een deel daarvan te kunnen betalen.

    Vrijgesteld van inbeslagneming door een gerechtsdeurwaarder zijn:

    • voorwerpen die de verweerder nodig heeft om zijn beroep of onderneming te kunnen uitoefenen, zoals gereedschappen of vakliteratuur;
    • essentiële huishoudelijke voorwerpen die de verweerder en zijn gezin nodig hebben, zoals kleding en beddengoed;
    • geleasede, gehuurde of onder een huurkoopovereenkomst gebruikte goederen (waaronder auto’s);
    • goederen die mogelijk al door een gerechtsdeurwaarder uit hoofde van een ander bevel in beslag zijn genomen, of
    • apparatuur en uitrusting die niet het eigendom van een onderneming zijn, zoals kantoormeubilair, machines en leasevoertuigen.

    Bij derdenbeslag kan een executieschuldenaar wiens rekening bij een bank of woningbouwvereniging is geblokkeerd en die beweert als gevolg daarvan niet meer in zijn reguliere levensonderhoud, of dat van zijn gezin, te kunnen voorzien, de rechtbank verzoeken om een nooduitkering te gelasten die het mogelijk maakt een of meerdere betalingen te verrichten aan specifieke personen.

    4.2 Wat zijn de gevolgen van tenuitvoerleggingsmaatregelen?

    Een schuldenaar of derde die zich niet houdt aan de voorschriften van een gerechtelijk bevel, kan worden aangeklaagd wegens minachting van de rechtbank. De straf die daarvoor kan worden opgelegd, loopt uiteen van “purging contempt” (verontschuldiging aan de rechter in een openbare zitting), een geldboete of, in het ernstigste geval, een gevangenisstraf van maximaal 14 dagen.

    Banken hebben zekere verplichtingen wat betreft het verstrekken van informatie en het beslag leggen op bankrekeningen. Wanneer een bank een bevel tot derdenbeslag jegens een van haar klanten ontvangt, hoeft zij niet bekend te maken hoeveel geld er op de betreffende rekening staat. De bank kan vermelden dat er geen geld op de rekening staat, dat het tegoed ontoereikend is om het gehele bedrag van de vordering te voldoen maar wel voldoende om een deel daarvan te betalen, of dat het tegoed toereikend is om het gehele gevorderde bedrag te betalen. Er gelden zeer strikte gegevensbeschermingsregels wat betreft eventuele overige informatie die de bank mag verstrekken.

    4.3 Welke geldigheid hebben deze maatregelen?

    In alle bevelen wordt vermeld wanneer de gevraagde informatie uiterlijk moet zijn verstrekt of wanneer aan het gerechtelijke bevel moet zijn voldaan, en wat de maximale straf is die kan worden opgelegd als het bevel niet in acht wordt genomen.

    5 Is er een mogelijkheid tot beroep tegen de beslissing om een dergelijke maatregel toe te staan?

    Alle gerechtelijke tenuitvoerleggingsmethoden (“charging orders” en derdenbeslag) bestaan uit twee fasen. De tussenfase is zuiver administratief; er wordt van de executieschuldenaar in deze fase geen input verwacht. De procedure kan echter pas overgaan tot de laatste fase nadat de executieschuldenaar in de gelegenheid is gesteld om tijdens een speciaal daartoe gehouden hoorzitting uit te leggen waarom de tenuitvoerlegging zoals die is gepland, geen doorgang moet vinden. Alle partijen worden ruim van tevoren in kennis gesteld van de datum van die hoorzitting. Ook geldt in alle gevallen dat er een specifiek minimum aantal dagen moet verstrijken vanaf de “tussenfase”, via de kennisgeving van de “afsluitende” hoorzitting, tot de “afsluitende” hoorzitting zelf, zodat de schuldenaar (en eventuele rechtstreeks betrokken derden, zoals de bank bij een derdenbeslag) de zaak kunnen voorbereiden. Als de datum van de “afsluitende” hoorzitting de partijen niet schikt, dan kunnen zij de zitting laten uitstellen tot een datum die hun beter uitkomt. In dat geval blijft de voorlopige maatregel van kracht, maar wordt die pas “definitief” als de “afsluitende” hoorzitting heeft plaatsgevonden.

    Als de rechtbank eenmaal een bevel heeft uitgevaardigd, is er geen beroep mogelijk. Onder passende omstandigheden kan een beroep of een verzoek tot nietigverklaring slechts worden ingediend ten aanzien van de oorspronkelijke beslissing op grond waarvan de schuldeiser tenuitvoerlegging kon eisen. Uitsluitend wanneer die beslissing met succes is betwist in een beroepsprocedure of nietig is verklaard, kan het tenuitvoerleggingsproces door een rechtbank worden herroepen. Als de beslissing wordt aangevochten maar een rechtbank het verzoek van een schuldeiser tot tenuitvoerlegging al heeft toegewezen, kan bij de rechtbank om opschorting van het bevel worden verzocht. Gerechtsdeurwaarders mogen geen goederen meenemen, maar moeten wel het beslag handhaven (d.w.z. een lijst bijhouden van de goederen die op een later moment in beslag genomen en meegenomen kunnen worden om te worden verkocht).

    De rechtbank kan de door de schuldeiser gekozen methode van tenuitvoerlegging niet weigeren, mits de schuldeiser naar behoren bij die rechtbank om tenuitvoerlegging heeft verzocht. De schuldeiser hoeft dan ook geen beroep te kunnen instellen tegen een beslissing tot toekenning van een maatregel.

    6 Zijn er beperkingen aan tenuitvoerlegging, in het bijzonder wat bescherming van de schuldenaar of termijnen betreft?

    Een bevel en een “writ of execution” zijn slechts gedurende een bepaalde tijd geldig. Beide zijn twaalf maanden geldig en kunnen op bevel van een rechtbank met nog eens twaalf maanden worden verlengd.

    In de inbeslagnemingsprocedure moet aan de schuldenaar worden meegedeeld dat zijn goederen in beslag zijn genomen en dat hij vijf dagen heeft om met de gerechtsdeurwaarders een “walking possession”-overeenkomst te sluiten. Ingevolge die overeenkomst kan de schuldenaar de goederen behouden. Als hij die overeenkomst niet binnen vijf dagen ondertekent, kunnen de gerechtsdeurwaarders de goederen in beslag nemen en bij opbod verkopen.

     

    Deze webpagina maakt deel uit van de website De link wordt in een nieuw venster geopend.Uw Europa.

    Al uw De link wordt in een nieuw venster geopend.feedback over de verstrekte informatie is welkom.

    Your-Europe

    Laatste update: 14/10/2021

    De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.