Alimentatie

Zweden
Inhoud aangereikt door
European Judicial Network
Europees justitieel netwerk (in burgerlijke en handelszaken)

1 Wat betekenen de begrippen "levensonderhoud" en "onderhoudsplicht" in de praktijk? Welke personen zijn jegens anderen onderhoudsplichtig?

Het Zweedse recht voorziet in een onderhoudsplicht voor kinderen, echtgenoten en gescheiden echtgenoten. De bepalingen over onderhoudsplichtigen tussen echtgenoten zijn ook van toepassing op geregistreerde partners.

Kinderen

Ouders zijn verantwoordelijk voor het onderhoud van hun kinderen op basis van wat redelijk is gezien de behoeften van het kind en de gecombineerde financiële capaciteit van de ouders. Een ouder die geen enkele capaciteit heeft om bij te dragen aan het levensonderhoud van zijn of haar kind, is niet onderhoudsplichtig.

Een ouder die niet de voogdij over het kind heeft en ook niet permanent met het kind samenleeft, moet zijn of haar onderhoudsplicht vervullen door alimentatie te betalen. Ook een ouder die samen met de andere ouder de voogdij over het kind heeft, kan onderhoudsplichtig zijn. Dat is het geval als het kind permanent samenleeft met alleen de andere ouder, ongeacht of die persoon alleenstaand is of samenwoont met een nieuwe partner.

Een persoon die permanent samenleeft met het kind van een andere persoon en met een ouder die de voogdij over het kind heeft, is ook verantwoordelijk voor het onderhoud van dat kind als de partijen met elkaar gehuwd zijn of samen een kind/kinderen hebben. Een stiefvader is echter alleen verantwoordelijk voor het onderhoud voor zover het kind niet wordt onderhouden door de andere ouder, d.w.z. de andere ouder dan de ouder met wie de stiefvader samenleeft.

Alimentatie wordt vastgesteld bij rechterlijke uitspraak of bij overeenkomst. Een overeenkomst is alleen geldig als ze op schrift is gesteld en is ondertekend in het bijzijn van twee getuigen.

Ook kunnen de partijen overeenkomen dat toekomstige alimentatiebetalingen in de vorm van een bedrag ineens of voor perioden van langer dan drie maanden zullen worden gedaan. Als het kind jonger dan 18 jaar is, moet een dergelijke overeenkomst worden goedgekeurd door de bevoegde commissie voor sociaal welzijn (Socialnämnden).

Alimentatie in de vorm van een bedrag ineens moet worden betaald aan de commissie voor sociaal welzijn als het kind jonger is dan 18 jaar. Dit bedrag moet worden gebruikt om van een verzekeringsmaatschappij een annuïteit voor het kind te kopen die overeenkomt met de onderhoudsplicht, tenzij de overeenkomst dit voorkomt of de commissie van mening is dat het bedrag op enige andere passende manier kan worden gebruikt voor het onderhoud van het kind.

De alimentatie wordt van tevoren betaald voor elke kalendermaand. Als daar bijzondere redenen voor zijn, kan de rechtbank echter besluiten tot een andere betalingsregeling.

Alimentatie kan met terugwerkende kracht worden toegewezen, maar niet tot langer dan drie jaar voor de datum waarop de alimentatievordering is geïnitieerd, tenzij de onderhoudsplichtige daarmee instemt.

Alimentatievorderingen verjaren (d.w.z. ze worden niet-uitvoerbaar) vijf jaar na de uiterste betaaldatum.

Koppels

Tijdens het huwelijk is elk van de echtgenoten verantwoordelijk voor hun gezamenlijke levensonderhoud. Als een van de echtgenoten zichzelf niet kan onderhouden, moet de andere echtgeno(o)t(e) ook bijdragen aan de vervulling van de persoonlijke behoeften van deze echtgeno(o)t(e).

Na een echtscheiding geldt het beginsel dat elke echtgeno(o)t(e) verantwoordelijk is voor zijn of haar eigen levensonderhoud. Als een van de echtgenoten echter gedurende een overgangsperiode geld nodig heeft voor zijn of haar levensonderhoud, heeft hij of zij recht op een toelage van de andere echtgeno(o)t(e) op basis van wat redelijk is, gelet op de capaciteit van die echtgeno(o)t(e) en andere omstandigheden. In buitengewone gevallen kan een echtgeno(o)t(e) voor een langere periode alimentatie krijgen.

Als de echtgenoten geen overeenstemming kunnen bereiken over de alimentatie, kan het geschil worden beslecht in de rechtbank.

Na een echtscheiding zal de alimentatie in regelmatige termijnen worden betaald. Als daarvoor evenwel bijzondere redenen bestaan, kan betaling van een bedrag ineens worden opgelegd, bijvoorbeeld als de echtgeno(o)t(e) een pensioenbijdrage moet betalen.

Alimentatie kan met terugwerkende kracht worden toegewezen, maar niet tot langer dan drie jaar voor de datum waarop de alimentatievordering is geïnitieerd, tenzij de onderhoudsplichtige daarmee instemt.

Alimentatievorderingen verjaren (d.w.z. ze worden niet-uitvoerbaar) drie jaar na de uiterste betaaldatum.

2 Tot welke leeftijd heeft een kind aanspraak op levensonderhoud? Zijn de regels inzake levensonderhoud verschillend voor minderjarigen en volwassenen?

De onderhoudsplicht van ouders houdt doorgaans op te bestaan wanneer het kind de leeftijd van 18 jaar bereikt. Deze plicht blijft echter van toepassing zolang het kind naar school gaat en het secundair onderwijs nog niet heeft afgerond, uiterlijk tot zijn of haar eenentwintigste verjaardag. School betekent hier primair of secundair onderwijs of ander, vergelijkbaar algemeen onderwijs.

3 Moet ik om alimentatie verzoeken bij een bevoegde autoriteit of rechterlijke instantie? Wat zijn de belangrijkste onderdelen van deze procedure?

Er is in Zweden geen speciale overheidsinstantie die het alimentatiebedrag bepaalt of helpt bepalen. Dit kan ofwel bij rechterlijke uitspraak ofwel bij overeenkomst worden vastgesteld. Als de partijen geen overeenstemming weten te bereiken, moet de verzoeker zich tot de arrondissementsrechtbank (tingsrätt) wenden en een dagvaardingsverzoek indienen.

Voor vragen over internationale alimentatie kunt u contact opnemen met het Zweedse Socialeverzekeringsbureau (Försäkringskassan), de centrale autoriteit in Zweden.

4 Kan het verzoek worden gedaan namens een familielid (zo ja, van welke graad) of een kind?

Een ouder die het ouderlijk gezag heeft, heeft het recht om namens een minderjarig kind alimentatie te vorderen. Als er een speciale voogd is benoemd, is hij of zij gerechtigd om namens het kind op te treden.

5 Indien ik naar de rechter wil stappen, hoe weet ik dan welke rechter bevoegd is?

De regels inzake rechterlijke bevoegdheid (jurisdictie) zijn te vinden in het Zweedse ouderschapswetboek (föräldrabalken), huwelijkswetboek (äktenskapsbalken) en wetboek van rechtsvordering (rättegångsbalken). Informatie hierover kan ook worden verkregen bij een arrondissementsrechtbank.

De kinderalimentatieprocedure valt onder de bevoegdheid van de rechtbank in de plaats waar de verweerder zijn of haar gewone verblijfplaats heeft. Als geen enkele rechtbank bevoegd is, zal de zaak worden behandeld door de arrondissementsrechtbank van Stockholm.

Tijdens de echtscheidingszitting kunnen vragen over de betaling van alimentatie aan een echtgeno(o)t(e) worden behandeld. Huwelijkszaken worden behandeld door de arrondissementsrechtbank in de plaats waar een van de echtgenoten zijn of haar gewone verblijfplaats heeft. Als de gewone verblijfplaats van geen van beiden in Zweden ligt, zal de zaak worden behandeld door de arrondissementsrechtbank van Stockholm. Als de procedure over de alimentatie voor de echtgeno(o)t(e) niet aanhangig is gemaakt in het kader van de huwelijkszaak, zijn de algemene regels inzake jurisdictie van hoofdstuk 10 van het wetboek van rechtsvordering van toepassing.

Verordening (EG) nr. 4/2009 van 18 december 2008 betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen, en de samenwerking op het gebied van onderhoudsverplichtingen (hierna “de alimentatieverordening” genoemd) bevat regels inzake de bevoegdheid in grensoverschrijdende zaken.

6 Heb ik als verzoeker een vertegenwoordiger (bv. advocaat, centrale of lokale autoriteit enz.) nodig om de zaak bij de rechter aanhangig te maken? Zo nee, welke procedures zijn van toepassing?

Nee. Iedereen die een zaak aanhangig wil maken, moet zich rechtstreeks tot de bevoegde arrondissementsrechtbank wenden voor een dagvaarding.

7 Moet ik vergoedingen betalen voor het aanhangig maken van de zaak? Zo ja, hoeveel bedragen deze ongeveer? Kan ik, wanneer mijn financiële middelen ontoereikend zijn, rechtsbijstand krijgen om de kosten van de procedure te dekken?

In Zweden zijn aan een gerechtelijke procedure zelf, afgezien van het indieningsrecht, geen kosten verbonden. Het indieningsrecht bedraagt momenteel 900 Zweedse kroon (SEK). Hierbij komen de vergoedingen van een eventuele juridisch adviseur of advocaat, als de verzoeker die in de arm neemt. Aan de indiening van bewijs, bijvoorbeeld door getuigen, kunnen eveneens kosten zijn verbonden.

Het is onmogelijk om de kosten te schatten, omdat deze per zaak zullen verschillen.

Onder bepaalde voorwaarden kan rechtsbijstand worden verleend. Om in een alimentatiezaak rechtsbijstand toegekend te krijgen, moet een verzoeker aan specifieke voorwaarden voldoen. De voorwaarden voor verlening van rechtsbijstand kunnen bijvoorbeeld bestaan als de omstandigheden gecompliceerder zijn dan gebruikelijk en vragen om uitgebreidere juridische bijstand.

Wanneer rechtsbijstand wordt verleend, krijgt de verzoeker een advocaat toegewezen en betaalt de staat de vergoedingen van deze persoon als de verzoeker deze zelf niet kan betalen. Rechtsbijstand omvat ook de kosten van het indienen van bewijs, onderzoeks-, tolk- en vertaalkosten en de kosten van een bemiddelaar. Een persoon aan wie rechtsbijstand wordt verleend, is ook vrijgesteld van de betaling van bepaalde gerechtelijke kosten en de kosten van de Zweedse Tenuitvoerleggingsdienst (Kronofogdemyndigheten).

Aan personen die geen Zweeds staatsburger zijn en niet permanent in het land verblijven of hebben verbleven, kan, als daar specifieke redenen voor bestaan, rechtsbijstand worden verleend voor zaken die in Zweden zullen worden behandeld. Voor zaken die in het buitenland moeten worden behandeld, kan alleen rechtsbijstand worden verleend aan personen die wettelijk in Zweden verblijven. Burgers uit alle EU-lidstaten hebben hetzelfde recht op rechtsbijstand als Zweedse staatsburgers. Burgers van bepaalde derde landen hebben deze rechten ook, op basis van een bijzondere bepaling, mits er een overeenkomst inzake wederkerige behandeling van kracht is.

Op grensoverschrijdende geschillen binnen de EU zijn bepaalde bijzondere bepalingen van toepassing, bijvoorbeeld om ervoor te zorgen dat kosteloze rechtsbijstand kan worden verleend in specifieke gevallen die onder de alimentatieverordening vallen en betrekking hebben op alimentatie van een ouder aan een kind van jonger dan 21 jaar.

Informatie over rechtsbijstand kan worden verkregen bij de Rechtsbijstandsautoriteit (Rättshjälpsmyndigheten).

8 Welk soort alimentatie kan door de rechter worden toegekend? Hoe wordt het bedrag van de alimentatie berekend? Kan de rechterlijke beslissing worden herzien wanneer de kosten voor levensonderhoud of de gezinssituatie wijzigen? Zo ja, hoe (bv. via een automatisch indexeringssysteem)?

Het bedrag van kinderalimentatie wordt vastgesteld aan de hand van wettelijke criteria. Een onderhoudsplichtige ouder heeft het recht een deel van zijn of haar netto-inkomen te behouden voor zijn of haar eigen levensonderhoud. Dit omvat de kosten van huisvesting, die afzonderlijk worden berekend op een niveau dat wordt geacht redelijk te zijn. De andere kosten van levensonderhoud worden berekend aan de hand van een standaardbedrag dat wordt geïndexeerd. Indien hiervoor bijzondere redenen bestaan, kan de ouder in kwestie tevens een bedrag reserveren om in het levensonderhoud van de echtgeno(o)t(e) met wie hij of zij samenleeft te voorzien. Tot slot mag een onderhoudsplichtige ouder een bedrag voor het levensonderhoud van inwonende kinderen achterhouden. Welk deel van het resterende bedrag als alimentatie moet worden betaald, hangt onder meer af van de behoeften van het kind en de capaciteit van de andere ouder om in de kosten van levensonderhoud van het kind te voorzien. Tot op zekere hoogte kunnen uitgaven voor het onderhouden van contact op dit bedrag in mindering worden gebracht.

Er zijn geen wettelijke criteria voor de alimentatie voor een echtgeno(o)t(e). Enkele van de hierboven genoemde vaststellingscriteria dienen echter als richtsnoer.

Alimentatiebedragen worden geïndexeerd om ervoor te zorgen dat ze hun oorspronkelijke waarde behouden. Tenzij een andere bepaling inzake indexering wordt opgenomen in de uitspraak van de rechtbank of de overeenkomst tot vaststelling van de alimentatie, weerspiegelt de index de veranderingen in het basisbedrag uit hoofde van het Zweedse socialeverzekeringswetboek (socialförsäkringsbalken). Het Socialeverzekeringsbureau besluit elk jaar of de alimentatie moet worden aangepast, en zo ja met welk percentage. De aanpassing, die meestal op 1 februari ingaat, geldt voor alimentatiebedragen die vóór 1 november van het voorafgaande jaar zijn vastgesteld.

Als de partijen het eens zijn, kunnen ze een vastgesteld alimentatiebedrag wijzigen door een nieuwe overeenkomst te ondertekenen. Dit geldt ook als de alimentatie al in een eerder stadium bij rechterlijke uitspraak is vastgesteld. Ook de rechtbank kan een gerechtelijke uitspraak of een overeenkomst aanpassen indien daar gezien een wijziging van de omstandigheden gronden voor zijn. Voor de periode voorafgaand aan de inleiding van een procedure geldt dat een aanpassing die door een van beide partijen wordt betwist slechts kan leiden tot een verlaging of annulering van betalingen die nog niet zijn verricht. Een rechtbank kan de alimentatie voor een gescheiden echtgeno(o)t(e) wegens veranderde omstandigheden alleen verhogen indien daarvoor bijzondere redenen bestaan.

De rechtbank kan een alimentatieovereenkomst ook wijzigen als de overeenkomst onredelijk is gezien de omstandigheden ten tijde van het opstellen ervan en andere voorwaarden. Terugbetaling van reeds ontvangen alimentatie kan echter alleen worden opgelegd indien daarvoor bijzondere redenen bestaan.

Als het alimentatiebedrag voor een kind gedurende zes jaar niet is gewijzigd, afgezien van indexering, kan de rechtbank de hoogte van de alimentatie voor de komende jaren herzien zonder dat daarvoor bijzondere redenen nodig zijn.

9 Hoe en aan wie wordt de alimentatie betaald?

Alimentatie moet worden betaald aan de alimentatiegerechtigde. Als de alimentatiegerechtigde een kind onder de 18 jaar is, wordt de alimentatie betaald aan de ouder die het gezag uitoefent en bij wie het kind woont.

Alimentatie in de vorm van een bedrag ineens moet worden betaald aan de commissie voor sociaal welzijn als het kind jonger is dan 18 jaar.

10 Hoe kan een persoon (de onderhoudsplichtige) die niet vrijwillig betaalt, tot betaling worden gedwongen?

Bij de Tenuitvoerleggingsdienst kan een verzoek om tenuitvoerlegging worden ingediend. Dit verzoek kan mondeling of schriftelijk worden gedaan. De executoriale titel moet bij het verzoek worden gevoegd. Een schriftelijke alimentatieregeling die is vastgelegd in het bijzijn van twee getuigen en in overeenstemming is met het huwelijkswetboek of het ouderschapswetboek, kan ten uitvoer worden gelegd als een onherroepelijke beslissing die wettelijk bindend is.

11 Beschrijf kort alle met betrekking tot de tenuitvoerlegging geldende beperkingen, met name de voorschriften ter bescherming van de onderhoudsplichtige en inzake verval- of verjaringstermijnen.

Kinderalimentatie kan niet worden toegewezen voor een periode van meer dan drie jaar vanaf de datum waarop de alimentatievordering is geïnitieerd, tenzij de onderhoudsplichtige daarmee instemt. Alimentatievorderingen verjaren (d.w.z. ze worden niet-uitvoerbaar) vijf jaar na de uiterste betaaldatum.

Alimentatie voor een echtgeno(o)t(e) kan niet worden toegewezen voor een periode van meer dan drie jaar vanaf de datum waarop de alimentatievordering is geïnitieerd, tenzij de onderhoudsplichtige daarmee instemt. Alimentatievorderingen verjaren (d.w.z. ze worden niet-uitvoerbaar) drie jaar na de uiterste betaaldatum.

Wat betreft de gedwongen tenuitvoerlegging zijn bepaalde goederen vrijgesteld van beslaglegging, zoals kleding en andere voorwerpen die uitsluitend bestemd zijn voor het persoonlijk gebruik van de onderhoudsplichtige, tot een redelijke waarde, en bepaalde goederen die nodig zijn voor zijn of haar woning en het onderhoud daarvan. Als de onderhoudsplichtige een gezin heeft, worden ook de door het gezin gebruikte goederen en de behoeften van het gezin in aanmerking genomen bij het bepalen van de vrijstellingen van beslaglegging.

Er kan alleen beslag worden gelegd op het deel van het loon of salaris van de onderhoudsplichtige dat het bedrag dat hij of zij nodig heeft voor zijn of haar eigen levensonderhoud en dat van zijn of haar gezin, overschrijdt. Het deel van het loon of salaris van de onderhoudsplichtige waarop geen beslag kan worden gelegd (förbehållsbeloppet), wordt bepaald aan de hand van een standaardbedrag. Het standaardbedrag dekt alle gebruikelijke kosten van levensonderhoud, met uitzondering van huisvestingskosten, die afzonderlijk worden bepaald en bij het standaardbedrag worden opgeteld. Het standaardbedrag wordt jaarlijks vastgesteld door de Tenuitvoerleggingsdienst.

12 Zijn er organisaties of autoriteiten die mij kunnen helpen bij de invordering van alimentatie?

In Zweden verleent de Tenuitvoerleggingsdienst bijstand bij de invordering van alimentatie. In grensoverschrijdende zaken kan het Socialeverzekeringsbureau administratieve bijstand verlenen door de Tenuitvoerleggingsdienst te verzoeken om invordering.

13 Kunnen organisaties (overheids- of privéorganisaties) een voorschot op (een deel van) het alimentatiebedrag betalen in de plaats van de onderhoudsplichtige?

Voor kinderen van gescheiden ouders kan het Socialeverzekeringsbureau een voorschot op een onderhoudsuitkering betalen van 1 673 SEK per maand tot en met de maand waarin het kind de leeftijd van 7 jaar bereikt, van 1 823 SEK per maand totdat het kind de leeftijd van 15 jaar bereikt en van 2 223 SEK per maand vanaf de maand waarin het kind de leeftijd van 15 jaar bereikt. Het geld wordt betaald aan de ouder die de voogdij uitoefent en met het kind samenleeft en officieel geregistreerd staat op hetzelfde adres als het kind. Het besluit tot gunning van dit voorschot wordt genomen na een verzoek daartoe aan het Socialeverzekeringsbureau, de autoriteit die belast is met het beheer van sociale verzekeringen. Met dit voorschot waarborgt de samenleving dat een kind van gescheiden ouders verzekerd is van een bepaald niveau van levensonderhoud, ook als de onderhoudsplichtige ouder zijn of haar onderhoudsplicht niet vervult. De alimentatieplichtige ouder moet het voorschot terugbetalen aan de staat, afhankelijk van zijn of haar inkomen en het totale aantal kinderen waarvoor hij of zij kinderalimentatie moet betalen. De betalingsverplichting wordt vastgesteld in een administratieve procedure. Indien daarentegen rechtstreeks alimentatie wordt betaald aan de ouder die de voogdij uitoefent, zal de door het Socialeverzekeringsbureau betaalde onderhoudsbijdrage dienovereenkomstig worden verlaagd. Dit is bekend als een aanvullende toelage (utfyllnadsbidrag).

Als de onderhoudsplichtige ouder in het buitenland woont, of in Zweden woont maar een salaris of een ander inkomen in of uit een ander land ontvangt, kan het Socialeverzekeringsbureau de ouder die de voogdij uitoefent over en samenleeft met het kind, verordenen al het nodige te doen om ervoor te zorgen dat de alimentatieplicht kan worden vastgesteld. In dergelijke gevallen kan het Socialeverzekeringsbureau het recht van het kind op alimentatie overnemen tot het bedrag dat door het bureau wordt uitgekeerd als voorschot op een onderhoudsuitkering.

Voor een echtgeno(o)t(e) is het niet mogelijk om een onderhoudsbijdrage van het Socialeverzekeringsbureau te ontvangen.

14 Indien ik mij in deze lidstaat bevind en de onderhoudsplichtige zijn/haar verblijfplaats in een ander land heeft:

In grensoverschrijdende zaken kan de verzoeker administratieve bijstand verkrijgen van het Socialeverzekeringsbureau. Dit is de centrale autoriteit uit hoofde van de alimentatieverordening van de EU en het Verdrag van Den Haag van 23 november 2007 inzake de internationale inning van levensonderhoud voor kinderen en andere familieleden (hierna “Verdrag van Den Haag van 2007” genoemd). Het is bovendien de verzendende/ontvangende instelling uit hoofde van het Verdrag van New York inzake het verhaal in het buitenland van uitkeringen tot onderhoud van 1956.

14.1 Kan ik in deze lidstaat hulp krijgen van een autoriteit of een privéorganisatie?

Zie het antwoord op vraag 14.

14.2 Zo ja, hoe kan ik contact opnemen met die autoriteit of privéorganisatie?

De contactgegevens van het Socialeverzekeringsbureau zijn als volgt:

Försäkringskassan

PO Box 1164

SE-621 22 Visby

Zweden

Tel.: +46 771179000

Fax: +46 101120411

E-mail: centralmyndigheten@forsakringskassan.se

Het Socialeverzekeringsbureau zal alle passende maatregelen nemen om de invordering van alimentatie te vergemakkelijken. De taken van het Socialeverzekeringsbureau als centrale autoriteit uit hoofde van de alimentatieverordening en het Verdrag van Den Haag van 2007 zijn afgeleid uit de verordening en het verdrag. Zo helpt het bureau alimentatiegerechtigden bijvoorbeeld bij het opstellen van hun verzoeken, die via de autoriteit kunnen worden ingediend, zoals een verzoek om een beslissing over alimentatie in een ander land. Voor meer informatie over het soort hulp dat beschikbaar is voor verzoekers kan contact worden opgenomen met het Socialeverzekeringsbureau.

15 Indien ik mij in een ander land bevind en de onderhoudsplichtige zich in deze lidstaat bevindt:

Een verzoeker die alimentatie wil invorderen op grond van het Verdrag van New York inzake het verhaal in het buitenland van uitkeringen tot onderhoud van 1956, moet een verzoek indienen bij de verzendende instelling in het land waar hij of zij woont, die het verzoek zal doorsturen aan de ontvangende instelling in Zweden (het Socialeverzekeringsbureau).

Datzelfde geldt voor verzoekers die gebruik willen maken van de uit hoofde van de alimentatieverordening of het Verdrag van Den Haag van 2007 beschikbare ondersteuning door de centrale autoriteiten: zij moeten een verzoek indienen bij de centrale autoriteit in het land waar ze wonen, die het verzoek zal doorsturen aan de centrale autoriteit in Zweden (het Socialeverzekeringsbureau).

15.1 Kan ik mij in deze lidstaat rechtstreeks wenden tot een autoriteit of een privéorganisatie?

Als de alimentatiegerechtigde alimentatie wil invorderen uit hoofde van het Verdrag van New York inzake het verhaal in het buitenland van uitkeringen tot onderhoud van 1956, de alimentatieverordening of het Verdrag van Den Haag van 2007, moet hij of zij een verzoek indienen bij de verzendende instelling of de centrale autoriteit in Zweden (het Socialeverzekeringsbureau), die het verzoek zal doorsturen aan de ontvangende instelling in het land waar hij of zij woont en/of inkomsten heeft.

Als u als onderhoudsplichtige bijstand wenst, bijvoorbeeld voor de wijziging van een vastgesteld alimentatiebedrag, kunt u zich wenden tot de centrale autoriteit van het land waar u woont, die het verzoek zal doorsturen naar de centrale autoriteit in Zweden (het Socialeverzekeringsbureau).

15.2 Zo ja, hoe kan ik contact opnemen met die autoriteit of privéorganisatie en welk soort bijstand kan ik krijgen?

Zie het antwoord op vraag 16.

16 Is deze lidstaat gebonden door het Haagse Protocol van 2007?

Ja. Zweden is gebonden aan het Haagse Protocol van 23 november 2007 inzake het recht dat van toepassing is op onderhoudsverplichtingen (hierna “het Haagse Protocol” genoemd), waarvan de bepalingen sinds 18 juni 2011 van toepassing zijn in de EU. De hoofdregel van het Haagse Protocol is dat het recht van het land waarin de onderhoudsgerechtigde zijn of haar gewone verblijfplaats heeft, van toepassing is. Met name ten behoeve van het kind kan het recht of kunnen de wetten van het land waarvan zowel het kind als de onderhoudsplichtige staatsburger is, echter worden toegepast als toepassing van het recht van het land waar de onderhoudsgerechtigde zijn of haar gewone verblijfplaats heeft, niet in het belang van het kind is. Ook kunnen de partijen onderling overeenkomen welk recht van toepassing is, maar de reikwijdte van dergelijke overeenkomsten is beperkt in zaken over alimentatie voor bijvoorbeeld kinderen tot 18 jaar.

17 Indien deze lidstaat niet is gebonden door het Haagse Protocol van 2007, welk rechtsstelsel zal er dan overeenkomstig zijn regels van internationaal privaatrecht worden toegepast op de alimentatievordering? Wat zijn de desbetreffende regels van internationaal privaatrecht?

Zweden is gebonden aan het Haagse Protocol (zie het antwoord op vraag 20).

18 Welke regels gelden er met betrekking tot de toegang tot de rechter in grensoverschrijdende zaken in de EU (conform de structuur van hoofdstuk V van de verordening inzake onderhoudsverplichtingen)?

Zie het antwoord op vraag 7 voor de algemene vereisten voor rechtsbijstand.

Voor grensoverschrijdende geschillen binnen de EU gelden bepaalde bijzondere bepalingen met betrekking tot de verlening van rechtsbijstand. Als de verzoeker rechtsbijstand nodig heeft en niet op een andere manier in deze behoefte kan worden voorzien en als wordt voldaan aan de vereisten voor rechtsbijstand van de alimentatieverordening, moet deze kosteloos worden verleend.

19 Welke maatregelen heeft deze lidstaat genomen om de uitvoering van de taken die zijn beschreven in artikel 51 van de verordening inzake onderhoudsverplichtingen te waarborgen?

Er zijn geen specifieke maatregelen genomen.

 

Deze webpagina maakt deel uit van de website Uw Europa.

Al uw feedback over de verstrekte informatie is welkom.

Your-Europe

Laatste update: 28/03/2023

De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.