Europees betalingsbevel

Slovenië
Inhoud aangereikt door
European Judicial Network
Europees justitieel netwerk (in burgerlijke en handelszaken)

1 Bestaan van een betalingsbevelprocedure

Slovenië erkent de volgende twee betalingsbevelprocedures:

– een betalingsbevelprocedure overeenkomstig de artikelen 431 tot en met 441 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Zakon o pravdnem postopku, ZPP);

– een tenuitvoerleggingsprocedure op grond van een authentieke akte (factuur, wissel of “wisselprotest”, eventueel vergezeld van retourfacturen tot vaststelling van een vordering, een openbaar document, een uittreksel uit de door de bevoegde persoon gecertificeerde boekhouding, een gelegaliseerde onderhandse akte, een schriftelijke opgave van inkomen uit arbeid) voor het plaatselijk gerecht te Ljubljana (Okrajno sodišče v Ljubljani), waarbij het gerecht op voorstel van de schuldeiser binnen drie tot vier dagen een tenuitvoerleggingsbevel uitvaardigt in het kader van een geautomatiseerde procedure en op grond van een authentieke akte, waarin:

  1. de schuldenaar wordt opgedragen het door de schuldeiser gevorderde bedrag te voldoen (betalingsbevel of het veroordelende gedeelte van het tenuitvoerleggingsbevel);
  2. toestemming wordt gegeven voor tenuitvoerlegging op de in de vordering vermelde eigendommen van de schuldenaar, mits de schuldenaar niet binnen acht dagen bezwaar aantekent tegen de beslissing (toestemming voor tenuitvoerlegging);
  3. de schuldenaar wordt veroordeeld in de kosten van de procedure (zie de artikelen 23, 40c en 41 van de Wet inzake de tenuitvoerlegging en veiligstelling van vorderingen (Zakon o izvršbi in zavarovanju, ZIZ)).

1.1 Toepassingsgebied van de procedure

De betalingsbevelprocedure is een speciale, versnelde procedure voor tenuitvoerlegging van een geldelijke vordering die opeisbaar is geworden, waarbij de vordering wordt onderbouwd met een document dat van rechtswege een grotere bewijskracht heeft (authentieke akte). Een betalingsbevel kan in zowel binnenlandse als grensoverschrijdende zaken worden uitgevaardigd.

1.1.1 Welke zaken komen in aanmerking voor deze procedure (bijvoorbeeld alleen geldelijke vorderingen, alleen contractuele vorderingen, etc.)?

Een vordering die ten grondslag ligt aan een betalingsbevel mag uitsluitend de geldelijke aansprakelijkheid betreffen (geldelijke vordering). Uitsluitend contractuele of niet‑contractuele verplichtingen waarvan de nominale waarde is vastgesteld, komen in aanmerking. Eén uitzondering daarop is de opzegging van de huurovereenkomst van een bedrijfsruimte en de daaropvolgende verwijdering van voorraden, waarbij het uitvaardigen van een betalingsbevel is onderworpen aan een speciale procedure. Deze uitzondering is vastgelegd in artikel 29 van de Wet inzake bedrijfsgebouwen en -ruimten (Zakon o poslovnih stavbah in poslovnih prostorih), volgens welke een gerecht op grond van opzegging van de huurovereenkomst door de verhuurder en een verzoek tot ontruiming van een bedrijfsgebouw of bedrijfsruimte een bevel tot ontruiming van het bedrijfsgebouw of de bedrijfsruimte uitvaardigt, indien uit de opzegging of het verzoek en uit de huurovereenkomst of het in het voorgaande artikel genoemde bewijs voortvloeit dat de verhuurder het recht heeft om de huur van het bedrijfsgebouw of de bedrijfsruimte op te zeggen dan wel om te verzoeken om de ontruiming daarvan.

Uitsluitend contractuele vorderingen op grond van een authentieke akte kunnen het voorwerp vormen van een betalingsbevelprocedure.

1.1.2 Bestaat er een maximumbedrag voor de waarde van de vordering?

Er bestaat geen maximumbedrag voor de waarde van de vordering.

1.1.3 Is het gebruik van deze procedure facultatief of verplicht?

Volgens het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering vaardigt een gerecht ook ambtshalve een betalingsbevel uit wanneer een eiser in een zaak daar weliswaar niet om heeft verzocht, maar aan de voorwaarden voor het uitvaardigen van een betalingsbevel is voldaan, m.a.w. wanneer de eiser een gewone vordering aanhangig maakt en geen voorstel doet tot het uitvaardigen van een betalingsbevel. Een gerecht is derhalve verplicht een betalingsbevel uit te vaardigen (een betalingsbevel wordt uitgevaardigd door een toegevoegde rechter), onafhankelijk van een vordering van de eiser, indien aan de wettelijke voorwaarden voor uitvaardiging is voldaan.

De schuldeiser kan ervoor kiezen om een vordering tot verplichte betaling aanhangig te maken en uitvaardiging van een betalingsbevel te vorderen conform artikel 431 ZPP, of om een elektronisch verzoekschrift tot tenuitvoerlegging in te dienen krachtens artikel 41 ZIZ, op grond waarvan het centrale gerecht langs geautomatiseerde weg een betalingsbevel uitvaardigt.

1.1.4 Kan de procedure gebruikt worden als de schuldenaar in een andere lidstaat of buiten de EU woont?

Ja.

1.2 Bevoegde rechtbank

In Slovenië wordt de beslissingsbevoegdheid inzake een vordering tot het uitvaardigen van een betalingsbevel op dezelfde wijze vastgesteld als voor andere vorderingen; dit betekent dat de materiële bevoegdheid tot het uitvaardigen van een betalingsbevel berust bij de arrondissementsrechtbanken (okrožna sodišča), naast de plaatselijke gerechten (okrajna sodišča). Bij de vaststelling van de materiële bevoegdheid wordt er gekeken naar de waarde van het geschil (of naar de aard van de zaak, bv. in handelszaken). Plaatselijke gerechten zijn bevoegd uitspraak te doen in geschillen omtrent eigendomsrechten waarbij de waarde van het betreffende voorwerp niet hoger is dan 20 000 EUR. Arrondissementsrechtbanken zijn bevoegd uitspraak te doen in geschillen omtrent eigendomsrechten waarbij de waarde van het betreffende voorwerp hoger is dan 20 000 EUR. De bevoegdheid tot het in eerste aanleg kennisnemen van en uitspraak doen over handelsgeschillen berust uitsluitend bij de arrondissementsrechtbanken. Handelsgeschillen zijn geschillen in een burgerlijke zaak waarbij een van de partijen een rechtspersoon (vennootschap, instelling, collectief) is. Onder handelsgeschillen vallen ook zaken waarbij de staat of een andere autonome plaatselijke gemeenschap, zoals een gemeente, partij is.

Bij de vaststelling van de territoriale bevoegdheid wordt er nagegaan welk van de gerechten met materiële bevoegdheid bevoegd is om uitspraak te doen in een specifieke zaak. Wat betreft de territoriale bevoegdheid geldt als algemene regel dat een zaak tegen een natuurlijk persoon of rechtspersoon aanhangig moet worden gemaakt bij het gerecht dat bevoegd is in het gebied waar de verweerder permanent woont dan wel is gevestigd. In het geval van een zaak tegen een niet-ingezeten natuurlijk persoon of rechtspersoon is het gerecht met algemene territoriale bevoegdheid het gerecht dat bevoegd is voor de woonplaats van de natuurlijke persoon in Slovenië dan wel voor het filiaal van de rechtspersoon. Het Sloveense recht kent ook een voorschrift inzake speciale territoriale bevoegdheid, die afhankelijk is van het onderwerp van en de partijen bij het geschil.

Het plaatselijke gerecht te Ljubljana is bij uitsluiting bevoegd ten aanzien van tenuitvoerleggingsprocedures op grond van een authentieke akte waarbij ook betalingsbevelen worden uitgevaardigd.

Zie voor aanvullende informatie hierover de antwoorden onder “Hoe breng ik een zaak voor de rechter?”

1.3 Vormvoorwaarden

Volgens artikel 431 ZPP gelden voor het uitvaardigen van een betalingsbevel de volgende twee voorwaarden: de vordering moet betrekking hebben op een geldelijke vordering die opeisbaar is geworden en er moet sprake zijn van een authentieke akte waaruit de vordering voortvloeit. Een vordering of voorstel tot uitvaardiging van een betalingsbevel moet alle informatie bevatten die voor vorderingen verplicht is: een verwijzing naar het gerecht, de namen en vaste of tijdelijke woonplaatsen van de partijen, de namen van de wettelijke vertegenwoordigers of gevolmachtigden, een specifiek verzoek waarin de hoofdvordering in de zaak en de subsidiaire vorderingen worden uiteengezet, de feiten ter onderbouwing van het verzoek van de eiser, bewijs ter onderbouwing van die feiten, de waarde van het geschil en een handtekening. Verder dient de authentieke akte (origineel of gewaarmerkt afschrift) aan de vordering te worden gehecht.

Voor de uitvaardiging van een betalingsbevel dat deel uitmaakt van een tenuitvoerleggingsbevel op grond van een authentieke akte (artikel 41 ZIZ) gelden als voorwaarden dat een verzoek om tenuitvoerlegging op grond van een authentieke akte elektronisch moet worden ingediend, dat de gerechtskosten moeten worden voldaan en dat in het verzoek om tenuitvoerlegging op grond van een authentieke akte de volgende informatie moet zijn opgenomen:

  • de namen van de schuldeiser en schuldenaar, met inbegrip van hun persoonsgegevens (bv. fiscaal nummer, persoonlijk identificatienummer of geboortedatum);
  • de authentieke akte;
  • de verplichting van de schuldenaar;
  • middel en onderwerp van tenuitvoerlegging;
  • overige informatie die nodig is voor tenuitvoerlegging, afhankelijk van het onderwerp van de tenuitvoerlegging, en
  • een verzoek aan de rechter om de schuldenaar op te dragen het gevorderde bedrag, met inbegrip van de gemaakte kosten, binnen acht dagen - en in zaken met betrekking tot wissels en cheques, binnen drie dagen - na betekening of kennisgeving van het bevel te voldoen.

1.3.1 Is het gebruik van een standaardformulier verplicht? (Zo ja, waar kan dit formulier worden verkregen?)

Ingevolge artikel 431 ZPP hoeft in Slovenië een verzoek tot uitvaardiging van een betalingsbevel niet via een standaardformulier te worden ingediend; zo'n formulier bestaat ook niet. In het verzoek moeten wel alle in de wet voorgeschreven elementen worden opgenomen waarnaar hierboven in punt 1.3 (vormvereisten) wordt verwezen.

Bij de uitvaardiging van een besluit inzake tenuitvoerlegging op grond van een geloofwaardig document (artikel 41 ZIZ) waarin een betalingsbevel is vervat, moet het verzoek met behulp van een standaardformulier worden ingediend (artikel 29, lid 2, ZIZ, Voorschriften inzake vorm en type van de tenuitvoerlegging en inzake de geautomatiseerde tenuitvoerleggingsprocedure) - hetzij elektronisch (https://evlozisce.sodisce.si/esodstvo/index.html), hetzij schriftelijk.

1.3.2 Moet ik worden vertegenwoordigd door een advocaat?

In een procedure voor uitvaardiging van een betalingsbevel hoeven partijen zich niet door een advocaat te laten vertegenwoordigen (en dit is evenmin vereist in een procedure op grond van artikel 431 ZPP of artikel 41 ZIZ).

1.3.3 Hoe gedetailleerd moet mijn beschrijving van de grondslag van de schuldvordering zijn?

Volgens artikel 431 ZPP moeten in een eis tot verplichte betaling de grondslag en het bedrag van de schuld worden vermeld, alsook feiten ter onderbouwing van de vordering; in de eis moeten ook het bedrag en de munteenheid worden aangegeven, alsook de datum waarop de geldelijke vorderingen opeisbaar werden. Ook de eventueel gevorderde rente dient exact te worden opgegeven (met vermelding van het rentepercentage en de termijn waarover rente wordt gevorderd). De vervaldatum van de vordering moet blijken uit de authentieke akte.

In geval van tenuitvoerlegging op grond van een authentieke akte hoeft de vordering niet nader te worden onderbouwd; er kan worden volstaan met verwijzing naar de authentieke akte (artikel 41 ZIZ).

1.3.4 Moet ik beschikken over geschreven bewijs omtrent de schuldvordering? Zo ja, welke documenten mag ik daarvoor gebruiken?

Ja, de originele authentieke akte of een gewaarmerkt afschrift daarvan moet aan de vordering dan wel het verzoek tot uitvaardiging van een betalingsbevel worden gehecht. Betreft het een vordering of een verzoek tot uitvaardiging van een betalingsbevel in een handelsgeschil, dan hoeft het origineel of het gewaarmerkte afschrift van de authentieke akte niet te worden aangehecht. In dat geval volstaat het om een afschrift van dat document door een bevoegde instantie van een rechtspersoon te laten waarmerken.

Een authentieke akte is een document dat weliswaar niet de status van een executoriale titel heeft, maar op grond waarvan het bestaan van de vordering zeer aannemelijk is. Een akte is authentiek indien zij als zodanig wordt aangemerkt in het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering of een andere wet. In het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering worden de volgende authentieke akten onderscheiden: openbare documenten; onderhandse akten waarop de handtekening van de schuldenaar is gelegaliseerd door een daartoe bevoegde instantie; wissels en cheques, met bezwaar en retourfactuur indien deze zijn vereist om een vordering te doen ontstaan; uittreksels uit een wettelijk gecontroleerde boekhouding en documenten met de aard van een openbaar document volgens speciale voorschriften. Ook een buitenlands document kan als authentieke akte worden aangemerkt, mits het voldoet aan de in Slovenië geldende voorwaarden voor het gebruik daarvan.

Uitzondering: zelfs wanneer er geen authentieke akte is ingediend, vaardigt het gerecht toch een betalingsbevel uit tegen een verweerder als het een geldelijke vordering betreft die opeisbaar is geworden en waarvan het bedrag niet hoger is dan 2 000 EUR, en als in de vordering de grondslag en het bedrag van de schuld worden vermeld en bewijs is opgenomen op grond waarvan de juistheid van de daarin gedane beweringen kan worden vastgesteld, met dien verstande dat deze uitzondering niet geldt voor handelsgeschillen (artikel 494 ZPP).

In een tenuitvoerleggingsprocedure die wordt gevoerd op grond van een authentieke akte en waarin een betalingsbevel wordt uitgevaardigd, kan overigens de authentieke akte zelf niet worden ingediend (aangezien het informatiesysteem dat niet toelaat); er kan worden volstaan met een verklaring met betrekking tot de authentieke akte (artikel 41 ZIZ).

1.4 Afwijzing van het verzoek

Het gerecht wijst een verzoek om een betalingsbevel af, wanneer niet is voldaan aan de voorwaarden voor uitvaardiging daarvan, d.w.z. een geldelijke vordering die opeisbaar is geworden en het bestaan van een authentieke akte waaruit de vordering is voortgevloeid.

Wijst het gerecht het verzoek tot uitvaardiging van een betalingsbevel niet af, dan zet het de procedure voort op grond van de betrokken vordering.

Het plaatselijk gerecht te Ljubljana wijst het verzoek om tenuitvoerlegging op grond van een authentieke akte af, als de vordering nog niet opeisbaar is of als de verweerder in staat van faillissement verkeert.

1.5 Hoger beroep

Tegen een beslissing tot afwijzing van een verzoek om uitvaardiging van een betalingsbevel is geen beroep mogelijk. De eiser kan een dergelijke beslissing evenmin aanvechten door beroep aan te tekenen tegen de uitspraak.

Het rechtsmiddel dat de verweerder ter beschikking staat tegen een uitgevaardigd betalingsbevel, is een bezwaarschrift. Een bezwaarschrift kan uiterlijk acht dagen nadat het betalingsbevel aan de verweerder is betekend of ter kennis gebracht, worden ingediend (drie dagen in het geval van een geschil inzake wissels of cheques). Een bezwaar moet worden onderbouwd; zonder onderbouwing wordt het ongegrond verklaard. U kunt beroep instellen tegen de beslissing waarin het gerecht zich uitspreekt over het bezwaarschrift.

Wanneer een verweerder een betalingsbevel uitsluitend aanvecht ten aanzien van de veroordeling in de kosten, kan die veroordeling alleen worden aangevochten door beroep in te stellen tegen de beslissing.

De eiser kan binnen acht dagen beroep instellen tegen de beslissing van het plaatselijke gerecht te Ljubljana tot afwijzing van het verzoek om tenuitvoerlegging op grond van een authentieke akte; een dergelijk beroep wordt voorgelegd aan een hogere rechter in Ljubljana.

1.6 Aanvechten van de vordering

De verweerder kan bezwaar aantekenen tegen de vordering van de eiser. Een dergelijk bezwaar moet wel worden onderbouwd. In het bezwaarschrift moeten feiten worden vermeld die het bezwaar staven en moet bewijsmateriaal worden aangedragen, bij gebreke waarvan het bezwaar ongegrond wordt verklaard (artikel 435, lid 2, ZPP). De verweerder moet in zijn bezwaarschrift derhalve de wettelijk significante feiten vermelden, d.w.z. de feiten op basis waarvan de vordering kan worden afgewezen (indien ze juist blijken te zijn). Deze feiten moeten in concrete en specifieke bewoordingen worden weergegeven.

Tegen een beslissing van een plaatselijk gerecht te Ljubljana tot toewijzing van een verzoek om tenuitvoerlegging op grond van een authentieke akte en tot uitvaardiging van een tenuitvoerleggingsbevel op grond van een authentieke akte kan binnen acht dagen bezwaar worden aangetekend. Een dergelijk bezwaar moet wel worden onderbouwd. Een bezwaar wordt geacht te zijn onderbouwd wanneer de schuldenaar de feiten heeft vermeld op basis waarvan de vordering van de eiser kan worden afgewezen (bv. dat de schuld al is afgelost) en bewijsmateriaal heeft aangedragen ter staving van de in het bezwaarschrift aangevoerde feiten (artikel 61 ZIZ). De beslissing over een bezwaarschrift wordt gegeven door het plaatselijke gerecht te Ljubljana.

1.7 Gevolgen van de aanvechting van de vordering

Wanneer een gerecht een bezwaarschrift van een verweerder niet afwijst omdat het te laat is ingediend, of omdat het onvolledig en onrechtmatig is, en het ook anderszins niet ongegrond verklaart, zet het de procedure voort op grond van de betrokken vordering.

Indien een verweerder een gerechtvaardigd bezwaar indient, geeft het gerecht een beslissing waarin het betalingsbevel wordt vernietigd en zal het, zodra die beslissing kracht van gewijsde heeft verkregen, de hoofdprocedure voortzetten.

De partijen kunnen tijdens de eerste hoorzitting in de hoofdprocedure nieuwe feiten aandragen en nieuw bewijsmateriaal indienen, terwijl de verweerder nieuwe bezwaren kan inbrengen tegen het betwiste deel van het betalingsbevel.

Indien het plaatselijke gerecht te Ljubljana een bezwaar tegen een op een authentieke akte gegrond tenuitvoerleggingsbevel bevestigt, vernietigt het dat deel van het tenuitvoerleggingsbevel waarin de tenuitvoerlegging wordt toegestaan en de executeur bij naam wordt genoemd evenals de executoriale handelingen die zijn verricht (m.a.w. het gerecht vernietigt niet het betalingsbevel, maar bepaalt of dat bevel van kracht moet blijven dan wel in een latere beslissing moet worden vernietigd). Het gerecht zal de procedure vervolgens voortzetten als in het geval van een bezwaar tegen een betalingsbevel; heeft het gerecht geen rechtsbevoegdheid ter zake, dan verklaart het niet bevoegd te zijn en wordt de zaak naar verwezen naar de bevoegde rechter. Daarbij houdt het gerecht rekening met de overeenkomst inzake de territoriale bevoegdheid indien de schuldeiser dat in het verzoek om tenuitvoerlegging heeft gevorderd en gespecificeerd of indien de schuldenaar dat in zijn bezwaar tegen het tenuitvoerleggingsbevel heeft gevorderd en aan het gerecht heeft voorgelegd. Een verzoek om tenuitvoerlegging op grond van een authentieke akte die als basis heeft gediend voor het uitvaardigen van een nietig verklaard tenuitvoerleggingsbevel geldt als een vordering in een burgerlijke procedure (artikel 62 ZIZ).

1.8 Wat als de schuldenaar de schuldvordering niet tijdig aanvecht?

Tenzij de wederpartij een bezwaarschrift indient of beroep instelt, wordt de beslissing of het betalingsbevel definitief en uitvoerbaar.

Indien de schuldenaar niet binnen acht dagen bezwaar aantekent tegen een op een authentieke akte gebaseerd tenuitvoerleggingsbevel, wordt dat tenuitvoerleggingsbevel definitief en uitvoerbaar (dit geldt eveneens voor het betalingsbevel) en resulteert tenuitvoerlegging van de vordering van de schuldeiser in tenuitvoerlegging op de activa van de schuldenaar die volgens het tenuitvoerleggingsverzoek van de eiser aan tenuitvoerlegging onderworpen zijn.

1.8.1 Wat moet men doen om een uitvoerbare beslissing te verkrijgen?

De eiser moet het gerecht expliciet verzoeken een certificaat van uitvoerbaarheid te verstrekken. Een gerechtelijke beslissing is uitvoerbaar zodra zij kracht van gewijsde krijgt en de uiterste termijn voor naleving van de verplichtingen is verstreken (artikel 19, lid 1, van de Wet inzake de tenuitvoerlegging en veiligstelling van vorderingen).

Het plaatselijke gerecht te Ljubljana verstrekt ambtshalve een certificaat waarmee het definitieve karakter en de uitvoerbaarheid van een op een authentieke akte gebaseerd tenuitvoerleggingsbevel worden bevestigd en verzendt dat certificaat naar de schuldeiser en (samen met het tenuitvoerleggingsbevel zelf) naar alle voor uitvoering van het bevel verantwoordelijke personen of entiteiten (de executeur, de bank, de werkgever enz.).

1.8.2 Is deze beslissing definitief of is er nog een beroepsmogelijkheid?

Een betalingsbevel waartegen geen bezwaar is ingediend of waartegen een ingediend bezwaar is geweigerd of afgewezen, gaat in kracht van gewijsde en kan niet langer via een beroepsprocedure worden betwist.

Tegen een definitief betalingsbevel kunnen wel nog buitengewone rechtsmiddelen worden ingesteld.

Tegen een definitief betalingsbevel dat is gebaseerd op een authentieke akte waarin een betalingsbevel is vervat, kunnen buitengewone rechtsmiddelen worden ingesteld (verzoek om heropening van een zaak en beroep over een rechtsvraag, artikel 10 ZIZ).

Links

http://www.pisrs.si/Pis.web/pregledPredpisa?sop=1998-01-2303

http://www.pisrs.si/Pis.web/pregledPredpisa?id=ZAKO1212

http://www.pisrs.si/Pis.web/

https://www.uradni-list.si/

http://www.dz-rs.si/wps/portal/Home/deloDZ/zakonodaja/preciscenaBesedilaZakonov

http://www.sodisce.si/

Laatste update: 13/01/2020

De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.