Europees betalingsbevel

Roemenië
Inhoud aangereikt door
European Judicial Network
Europees justitieel netwerk (in burgerlijke en handelszaken)

1 Bestaan van een betalingsbevelprocedure

De betalingsbevelprocedure is geregeld in de artikelen 1014-1025 van het nieuwe wetboek van burgerlijke rechtsvordering, dat op 15 februari 2013 van kracht werd.

1.1 Toepassingsgebied van de procedure

1.1.1 Welke zaken komen in aanmerking voor deze procedure (bijvoorbeeld alleen geldelijke vorderingen, alleen contractuele vorderingen, etc.)?

De betalingsbevelprocedure is van toepassing op onbetwistbare, vaststaande en opeisbare vorderingen die betrekking hebben op verplichtingen tot betaling van bepaalde geldbedragen op grond van een civielrechtelijke overeenkomst, met inbegrip van overeenkomsten tussen een beroepsbeoefenaar en een aanbestedende dienst, en die zijn gebaseerd op een document of op een wet, een reglement of een ander document en die door de partijen zijn erkend door een handtekening of op een andere wettelijk toelaatbare wijze. Dit deel heeft geen betrekking op vorderingen die zijn ingediend door gezamenlijke schuldeisers in het kader van een insolventieprocedure.

1.1.2 Bestaat er een maximumbedrag voor de waarde van de vordering?

Nee.

1.1.3 Is het gebruik van deze procedure facultatief of verplicht?

De betalingsbevelprocedure is facultatief en de belanghebbende kan bij de rechtbank een verzoek indienen op grond van algemene bepalingen.

De betalingsbevelprocedure is een bijzondere procedure die veel eenvoudiger is dan de procedure waarin het gemene recht voorziet en die de schuldeiser in staat stelt een executoriale titel te verkrijgen onder andere voorwaarden dan die welke zijn vastgesteld in de algemene bepalingen van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering.

Ook kan de rechtbank, indien het bezwaar van de schuldenaar tegen het verzoek om een betalingsbevel gerechtvaardigd is, het verzoek van de schuldeiser afwijzen in een definitieve uitspraak.

De schuldeiser kan een rechtsvordering instellen op grond van het gemene recht indien de rechter het verzoek om een betalingsbevel afwijst, of indien de rechter voor een deel van de vordering een betalingsbevel uitvaardigt en in dit geval een rechtsvordering kan worden ingesteld op grond van het gemene recht om de schuldenaar te verplichten tot betaling van de resterende schuld, of indien het betalingsbevel nietig is verklaard.

1.1.4 Kan de procedure gebruikt worden als de schuldenaar in een andere lidstaat of buiten de EU woont?

Ja. In het nieuwe wetboek van burgerlijke rechtsvordering wordt geen onderscheid gemaakt met betrekking tot de woonplaats van de verweerder, aangezien de betalingsbevelprocedure van toepassing is ongeacht of de verweerder in een andere lidstaat of in een derde land woont.

1.2 Bevoegde rechtbank

Het verzoek om een betalingsbevel kan worden ingediend bij de rechtbank die bevoegd is om de zaak in eerste aanleg ten gronde te behandelen. In het geval van het betalingsbevel verifieert de rechter op eigen initiatief of de rechtbank bevoegd is.

Valt deze procedure onder de algemene regels inzake de bevoegdheid van rechtbanken (in dit geval zou een passende link kunnen worden toegevoegd) of gelden er daarvoor andere beginselen?

De bevoegdheid voor de behandeling van verzoeken om een betalingsbevel wordt vastgesteld krachtens de algemene regels inzake de bevoegdheid van rechtbanken.

Vorderingen met een geldwaarde tot 200 000 RON vallen onder de bevoegdheid van de districtsrechtbanken. Vorderingen met een geldwaarde van ten minste 200 000 RON vallen onder de bevoegdheid van de landelijke rechtbanken.

De bevoegdheidsregels inzake de bijzondere betalingsbevelsprocedure worden aangevuld met de algemene bevoegdheidsregels die op de waarde van de vordering zijn gebaseerd.

1.3 Vormvoorwaarden

1.3.1 Is het gebruik van een standaardformulier verplicht? (Zo ja, waar kan dit formulier worden verkregen?)

Er is geen bepaald type formulier of standaardformulier, maar de schuldeiser (eiser) moet voldoen aan minimale formele regels voor zijn verzoek, dat bepaalde gegevens moet bevatten, namelijk: de naam en woonplaats van de schuldeiser of, in voorkomend geval, zijn benaming en maatschappelijke zetel; de naam en woonplaats van de schuldenaar als natuurlijke persoon en, indien de schuldenaar een rechtspersoon is, zijn benaming en maatschappelijke zetel en, in voorkomend geval, het inschrijvingsnummer in het handels- of rechtspersonenregister, het fiscaal nummer en het bankrekeningnummer; de verschuldigde bedragen; de feiten en rechtsgronden voor de betalingsverplichtingen; de periode waarop die verplichtingen betrekking hebben; de uiterste betalingsdatum, en alle andere elementen die nodig zijn om de vordering vast te stellen.

Ook moet de overeenkomst of een ander document waarin de verschuldigde bedragen zijn vermeld bij het verzoek worden gevoegd, alsook het bewijs dat het betalingsbevel aan de schuldenaar is betekend. De schuldeiser moet het bevel via een deurwaarder of per aangetekende brief met erkende inhoud en ontvangstbewijs aan de schuldenaar betekenen, en de schuldenaar is verplicht het verschuldigde bedrag binnen 15 dagen na deze betekening te betalen. Door dit bevel wordt de verjaringstermijn gestuit.

Het verzoek en de daarbij gevoegde documenten worden ingediend in evenveel exemplaren als er partijen zijn, plus één exemplaar voor de rechtbank.

1.3.2 Moet ik worden vertegenwoordigd door een advocaat?

Nee, vertegenwoordiging door een advocaat is niet verplicht, maar wordt wel aanbevolen.

1.3.3 Hoe gedetailleerd moet mijn beschrijving van de grondslag van de schuldvordering zijn?

De minimale inhoud van het inleidende verzoekschrift is wettelijk voorgeschreven. De schuldeiser (eiser) moet het volgende vermelden: het gevorderde bedrag; de feiten en rechtsgronden voor de betalingsverplichting en de periode waarop ze betrekking heeft; de uiterste betalingsdatum, en alle andere elementen die nodig zijn om de vordering vast te stellen.

Als de partijen de hoogte van de vertragingsrente niet hebben vastgesteld, wordt de door de Nationale Bank van Roemenië vastgestelde referentierentevoet toegepast. De referentierentevoet die geldt op de eerste kalenderdag van het semester is van toepassing gedurende het gehele semester. De vordering genereert op de volgende wijze rente:

  • voor overeenkomsten gesloten tussen beroepsbeoefenaren, vanaf de datum waarop de vordering opeisbaar werd;
  • voor overeenkomsten gesloten tussen beroepsbeoefenaren en een aanbestedende dienst, zonder dat de schuldenaar ervan in kennis moet worden gesteld dat de betaling achterstallig is: indien in de overeenkomst een vervaldatum is vastgesteld, vanaf de dag volgend op die vervaldag; indien in de overeenkomst geen vervaldatum is vastgesteld: 30 dagen nadat de schuldenaar de factuur heeft ontvangen of, indien die datum onzeker is, 30 dagen na de aanvaarding van de goederen of de uitvoering van de diensten of, indien het betalingsbevel vóór de ontvangst van de goederen/diensten is betekend, na het verstrijken van een termijn van 30 dagen na de ontvangst van de goederen/de uitvoering van de diensten; indien de wet of het contract voorziet in een aanvaardings- of controleprocedure ter bevestiging van de conformiteit van de betrokken goederen of diensten, en de schuldenaar de factuur of het betalingsbevel op of vóór de controledatum heeft ontvangen, bij het verstrijken van een termijn van 30 dagen vanaf die datum;
  • in de overige gevallen, vanaf de datum waarop de betaling van de schuldenaar volgens de wet achterstallig is.

De schuldeiser kan een aanvullende schadevergoeding eisen voor alle kosten die hij heeft gemaakt voor de invordering van de bedragen als gevolg van het feit dat de schuldenaar zijn verplichtingen niet tijdig is nagekomen.

1.3.4 Moet ik beschikken over geschreven bewijs omtrent de schuldvordering? Zo ja, welke documenten mag ik daarvoor gebruiken?

Ja, het contract of elk ander document dat als bewijs van de verschuldigde bedragen dient, wordt bij het verzoek gevoegd (factuur, kassabon, handgeschreven ontvangstbewijs enz.). Het bewijs van de betekening van het bevel aan de schuldenaar moet bij het verzoek worden gevoegd, zo niet wordt het verzoek als niet-ontvankelijk beschouwd.

Met het oog op de behandeling van het verzoek dagvaardt de rechter de partijen, overeenkomstig de bepalingen inzake dringende aangelegenheden, om hen te vragen uitleg en verduidelijking te geven en om erop aan te dringen dat de schuldenaar de verschuldigde betaling uitvoert of dat de partijen overeenstemming bereiken over de wijze van betaling. De dagvaarding moet tien dagen vóór de zittingsdatum aan de betrokken partij worden betekend. Het verzoek van de schuldeiser en de daarbij gevoegde stukken moeten als bewijs van de vordering in een afschrift bij de dagvaarding van de schuldenaar worden gevoegd. In de dagvaarding moet worden aangegeven dat indien de schuldenaar bezwaar wenst in te stellen, hij dit ten minste drie dagen vóór de zittingsdatum dient te doen, met de vermelding dat indien hij geen bezwaar instelt, de rechtbank dit kan beschouwen, rekening houdend met de omstandigheden van de zaak, als een erkenning van de vorderingen van de schuldeiser. De eiser zal niet van het bezwaar op de hoogte worden gesteld, maar zal in het dossier kennis kunnen nemen van de inhoud ervan.

Als de schuldeiser verklaart dat hij de verschuldigde betaling heeft ontvangen, bevestigt de rechter deze omstandigheid in een definitieve uitspraak en verklaart hij de zaak gesloten. Als de schuldeiser en de schuldenaar een akkoord hebben bereikt over de betaling, bevestigt de rechter dit feit en vaardigt hij een spoedbeslissing uit. Het spoedbevel is definitief en wordt als een executoriale titel beschouwd.

Als de rechter, na toetsing van het verzoek aan de ingediende stukken en de verklaringen van de partijen, van oordeel is dat de vorderingen van de schuldeiser gerechtvaardigd zijn, zal hij een betalingsbevel uitvaardigen waarin het bedrag en de betalingstermijn worden vermeld. Als de rechter, na onderzoek van het bewijsmateriaal in de zaak, van oordeel is dat slechts een deel van de vorderingen van de schuldeiser gerechtvaardigd is, zal hij slechts voor dat deel een betalingsbevel uitvaardigen, waarin ook de betalingstermijn wordt vermeld. In dat geval kan de schuldeiser een rechtsvordering op grond van het gemene recht instellen om de schuldenaar te verplichten de resterende schuld te betalen. De betalingstermijn bedraagt minimaal tien dagen en maximaal dertig dagen vanaf de datum van betekening van het bevel. De rechter mag geen andere betalingstermijn vaststellen, tenzij de partijen daarmee akkoord zijn gegaan. Het bevel zal zo spoedig mogelijk overeenkomstig de wet aan de aanwezige partijen worden overhandigd of aan elke partij worden betekend.

Indien de schuldenaar geen bezwaar aantekent tegen de vordering, wordt het betalingsbevel uitgevaardigd binnen maximaal 45 dagen na de datum waarop het verzoek werd ingediend. Deze termijn omvat niet de termijn die nodig is voor de betekening van processtukken en de door de schuldeiser veroorzaakte vertraging, bijvoorbeeld wanneer het verzoek moet worden gewijzigd of aangevuld.

1.4 Afwijzing van het verzoek

Als de schuldenaar de vordering betwist, gaat de rechter na of de vordering gerechtvaardigd is op basis van de stukken in het dossier en op basis van de door de partijen verstrekte toelichtingen en verduidelijkingen. Als het verweer van de schuldenaar gerechtvaardigd is, zal de rechter een uitspraak doen waarin hij het verzoek van de schuldeiser afwijst. Als de door de schuldenaar aangevoerde argumenten over de grond van de zaak ertoe leiden dat andere bewijsstukken dan de bestaande bewijsstukken worden behandeld en het bewijs in kwestie volgens de standaardprocedure wettelijk toelaatbaar zou zijn, zal de rechter een uitspraak doen waarin hij het verzoek van de schuldeiser tot uitvaardiging van een betalingsbevel afwijst. Vervolgens kan de schuldeiser een rechtsvordering instellen op grond van het gemene recht.

1.5 Hoger beroep

De schuldenaar kan een verzoek tot nietigverklaring van het betalingsbevel indienen binnen tien dagen nadat dat bevel aan hem werd overhandigd of betekend. Binnen dezelfde termijn kan de schuldeiser ook een verzoek tot nietigverklaring indienen tegen de uitspraak tot afwijzing van het bevel en tegen een gedeeltelijk betalingsbevel. De enige argumenten die in het verzoek tot nietigverklaring mogen worden aangevoerd, zijn: niet-naleving van de vereisten voor de uitvaardiging van het betalingsbevel en, in voorkomend geval, de gronden voor de uitdoving van de verplichting die zijn ontstaan nadat het betalingsbevel is uitgevaardigd. Over het verzoek tot nietigverklaring moet worden beslist door de rechtbank die het betalingsbevel heeft uitgevaardigd en met name door een kamer bestaande uit twee rechters. De indiening van een verzoek tot nietigverklaring schort de tenuitvoerlegging niet op. Op verzoek van de schuldenaar kan de tenuitvoerlegging echter worden opgeschort, maar alleen tegen betaling van een door de rechter vast te stellen waarborg. Als de bevoegde rechter het verzoek tot nietigverklaring geheel of gedeeltelijk toewijst, zal hij het betalingsbevel geheel of gedeeltelijk vernietigen en, indien passend, een definitieve uitspraak doen.

Indien de schuldeiser een verzoek tot nietigverklaring heeft ingediend en de bevoegde rechter dat verzoek toewijst, zal de rechter een definitieve uitspraak doen waarbij het betalingsbevel wordt uitgevaardigd.

De beslissing tot afwijzing van het verzoek tot nietigverklaring is definitief.

1.6 Aanvechten van de vordering

-

1.7 Gevolgen van de aanvechting van de vordering

-

1.8 Wat als de schuldenaar de schuldvordering niet tijdig aanvecht?

1.8.1 Wat moet men doen om een uitvoerbare beslissing te verkrijgen?

Het betalingsbevel is uitvoerbaar, zelfs indien het wordt aangevochten met een verzoek tot nietigverklaring, en krijgt voorlopig kracht van gewijsde totdat het verzoek tot nietigverklaring is behandeld. De indiening van een verzoek tot nietigverklaring schort de tenuitvoerlegging niet op. Op verzoek van de schuldenaar kan de tenuitvoerlegging echter worden opgeschort, maar alleen tegen betaling van een door de rechter vast te stellen waarborg. Het betalingsbevel wordt definitief als de schuldenaar geen verzoek tot nietigverklaring heeft ingediend of als zijn verzoek tot nietigverklaring is afgewezen. Als de bevoegde rechter het door de schuldeiser ingediende verzoek tot nietigverklaring toewijst, zal hij een definitieve uitspraak doen waarbij het betalingsbevel wordt uitgevaardigd.

De belanghebbende kan de tenuitvoerlegging van het betalingsbevel betwisten op grond van het gemene recht. Een dergelijke betwisting kan alleen zijn gebaseerd op onregelmatigheden met betrekking tot de tenuitvoerleggingsprocedure en gronden voor de uitdoving van de verplichting die zijn ontstaan nadat het betalingsbevel definitief is geworden.

1.8.2 Is deze beslissing definitief of is er nog een beroepsmogelijkheid?

Zie het antwoord op vraag 1.8.1.

Laatste update: 29/03/2022

De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.