The right to legal aid allows those who do not have sufficient financial resources to meet the costs of a court case or legal representation. Legal aid systems exist in all Member States of the European Union (EU) in both civil and criminal proceedings.
Imagine a situation in which you are in dispute with somebody in your own country or abroad and you wish to take the case to court or a situation where you are required to defend yourself if the other party takes the initiative of bringing a case against you. Imagine a situation where you are charged with criminal offences in your own country or abroad and cannot afford legal advice and/or representation before a criminal court. In all these examples you may apply for legal aid.
The right to legal aid is enshrined by:
A legal aid system exists in all Member States of the EU. If you are in dispute with a company, a professional person, an employer or other person in the country of your residence and you do not have sufficient financial resources to meet a court case, you can apply for legal aid under existing national regulations.
A comparison of national schemes on legal aid reveals, however, that there are fundamental differences in the philosophy, organisation and management of the legal aid systems in the Member States. As regards the philosophy of the systems, the broad objective in some States seems to be to make legal services and access to justice generally available, whereas in others, legal aid can be available only to the very poorest.
Please select the relevant country's flag to obtain detailed national information.
ARCHIVED EJN (in civil and commercial matters) website
If you are in a dispute with a company, a professional person, an employer or other person abroad and you do not have sufficient financial resources to bring a court case, you can apply for legal aid on cross-border disputes.
In order to facilitate access to legal aid in civil and commercial matters, the Directive on legal aid in cross-border issues was adopted.
It covers pre-litigation advice with a view to reaching a settlement prior to bringing legal proceedings; legal assistance in bringing a case before the court and representation by a lawyer in court and assistance with, or exemption from, the cost of proceedings.
In order to obtain legal aid in cross-border issues, you have to complete the relevant form for legal aid applications. The Directive provides two forms: one for legal aid applications and one for the transmission of legal aid applications. They are available here in all EU languages.
Member States have their own legislation establishing the ways in which legal aid is to be provided in criminal proceedings within their jurisdiction. In the future the European e-Justice Portal will provide detailed information in this area.
As for cross-border cases, there is currently no EU legislation on this subject.
This page is maintained by the European Commission. The information on this page does not necessarily reflect the official position of the European Commission. The Commission accepts no responsibility or liability whatsoever with regard to any information or data contained or referred to in this document. Please refer to the legal notice with regard to copyright rules for European pages.
Ze worden in juridische vaktaal ‘kosten’ genoemd en bestrijken verscheidene posten die omschreven zijn in artikel 1018 van het Gerechtelijk Wetboek.
De kosten omvatten:
De rechtsplegingsvergoeding is de forfaitaire tegemoetkoming in de kosten en uitgaven van advocaten die de in het gelijk gestelde partij kan eisen van de partij die in het ongelijk is gesteld.
Wie komt in aanmerking voor een rechtsplegingsvergoeding?
De rechtsplegingsvergoeding is omschreven in artikel 1022 van het Gerechtelijk Wetboek. Het betreft een forfaitaire tegemoetkoming in de kosten en erelonen van de advocaat van de in het gelijk gestelde partij.
Op verzoek van een van de partijen, dat in voorkomend geval wordt gedaan na ondervraging door de rechter, kan deze bij een met bijzondere redenen omklede beslissing de vergoeding verminderen ofwel verhogen, zonder de door de Koning bepaalde maximum- en minimumbedragen te overschrijden. Bij zijn beoordeling houdt de rechter rekening met:
Juridische bijstand is een veelgelaagd begrip:
Om in aanmerking te komen voor juridische tweedelijnsbijstand moet u evenwel voldoen aan twee voorwaarden:
Volledig kosteloze juridische bijstand:
Alleenstaande persoon: maandelijks netto-inkomen lager dan 1 426 euro;
Alleenstaande persoon met iemand ten laste of een samenwonende met zijn echtgenoot of met iedere andere persoon met wie hij een feitelijk gezin vormt: maandelijks netto-inkomen van het gezin lager dan 1 717 euro.
Gedeeltelijk kosteloze juridische bijstand:
Alleenstaande persoon: maandelijks netto-inkomen tussen 1 426 en 1 717 euro;
Alleenstaande persoon met iemand ten laste of een samenwonende met zijn echtgenoot of met iedere andere persoon met wie hij een feitelijk gezin vormt: maandelijks netto-inkomen van het gezin tussen 1 717 en 2 007 euro.
De begunstigde moet dan een maximumbedrag van 125 euro betalen.
De bedragen gelden sinds 1 september 2022.
Rechtsbijstand wordt ook verleend aan personen die kunnen bewijzen dat hun bestaansmiddelen ontoereikend zijn. De beslissing van het bureau voor juridische bijstand waarbij gedeeltelijk of volledig kosteloze juridische tweedelijnsbijstand wordt verleend, vormt het bewijs voor ontoereikende bestaansmiddelen.
Ja.
In spoedeisende gevallen kan door het bureau het genot van gedeeltelijke of volledige kosteloosheid voorlopig worden toegekend aan de aanvrager, zonder overlegging van alle of een deel van de bewijsstukken. De aanvrager moet de bewijsstukken overleggen binnen een termijn die wordt vastgesteld door het bureau voor juridische bijstand, en die niet meer mag bedragen dan 15 dagen te rekenen vanaf de beslissing. Indien de stukken niet worden overgelegd, wordt van rechtswege een einde gesteld aan de juridische bijstand.
Het bureau voor juridische bijstand beoordeelt het spoedeisend karakter.
De aanvraag tot het genot van gedeeltelijk of volledig kosteloze juridische tweedelijnsbijstand wordt mondeling of schriftelijk ingediend door de aanvrager of diens advocaat bij het territoriaal bevoegde bureau voor juridische bijstand.
De aanvraag kan ook worden ingediend via de bevoegde autoriteiten (Dienst Internationale Samenwerking in Burgerlijke Zaken van de FOD Justitie), in de zin van Richtlijn 2003/8/EG van de Raad van 27 januari 2003 tot verbetering van de toegang tot de rechter bij grensoverschrijdende geschillen, door middel van gemeenschappelijke minimumvoorschriften betreffende rechtsbijstand bij die geschillen.
U kunt contact opnemen met het Bureau voor Juridische Bijstand in uw buurt :
- Voor Franstalige raden: https://avocats.be/fr/bureaux-daide-juridique-baj.
- Voor Nederlandstalige rade: https://www.advocaat.be/nl/gratis-rechtsbijstand/tweedelijnsbijstand
Zodra u contact hebt opgenomen met het relevante het Bureau voor Juridische Bijstand, sturen zij u het aanvraagformulier voor rechtsbijstand dat u moet invullen.
De bewijsstukken variëren naargelang de categorie van personen waartoe u behoort. Indien u samenwoont met een of meerdere meerderjarige personen, moet u ook de bewijsstukken van de inkomsten van die personen overleggen.
U kan eventueel worden verzocht om bijkomende documenten over te leggen, om na te gaan of u voldoet aan de toegangsvoorwaarden voor kosteloze juridische bijstand.
Opgelet: sommige documenten hebben beperkte geldigheidsduur. Ze mogen niet meer dan twee maand ouder zijn dan de datum van indiening van uw aanvraag.
1) U werkt als loontrekkende
2) U werkt als zelfstandige
3) U bent arbeidsongeschikt
4) U bent met pensioen
5) U bent werkloos
6) U geniet OCMW-steun
7) U geniet een inkomensgarantie voor ouderen (IGO)
8) U geniet een uitkering voor personen met een handicap
9) U bent huurder van een sociale woning
10) U bent in collectieve schuldenregeling
11) U bent jonger dan 18 jaar
12) U bent aanvrager van een verblijfsvergunning
13) U bent gedetineerde
Indien u een advocaat kent die kosteloze juridische tweedelijnsbijstand verschaft, kunt u rechtstreeks contact opnemen met hem. Indien hij ermee instemt om uw dossier te behandelen, zal hij het bureau voor juridische bijstand verzoeken om hem aan te wijzen.
U kent geen advocaten die kosteloze juridische bijstand verschaffen?
Dan kan u een afspraak maken met het territoriaal bevoegde bureau voor juridische bijstand, zodat u een advocaat toegewezen krijgt.
U wordt binnen vijftien dagen na de aanvraag op de hoogte gebracht van de beslissing van het bureau voor juridische bijstand. Elke weigeringsbeslissing wordt gemotiveerd. De kennisgeving moet de relevante informatie bevatten voor het instellen van hoger beroep.
U moet contact opnemen met uw advocaat of met degene die is aangewezen door het bureau voor juridische bijstand.
Het bureau voor juridische bijstand wijst een advocaat aan uit de lijst met vrijwilligers voor juridische bijstand.
De gerechtsdeurwaarder-, expertise-, verzendings- en registratiekosten vallen binnen de rechtsbijstand. Net als voor de juridische tweedelijnsbijstand gebeurt deze rechtsbijstand niet automatisch en moet hij worden aangevraagd bij het bureau voor juridische bijstand van de rechtbank waar de zaak werd ingeleid (artikel 664 en volgende van het Gerechtelijk Wetboek).
Gedeeltelijk kosteloze juridische bijstand betekent niet dat enkel bepaalde prestaties/kosten gedekt zijn. Gedeeltelijk kosteloze juridische bijstand betekent eenvoudigweg dat de begunstigde ervan een maximumbedrag van 125 euro moet betalen, in tegenstelling tot de begunstigde van volledig kosteloze juridische bijstand, die niets moet betalen. Begunstigden van volledig of gedeeltelijk kosteloze juridische bijstand hebben recht op dezelfde prestaties.
Ja.
Ja.
Indien er verandering optreedt in de voorwaarden waardoor de begunstigde recht had op volledig of gedeeltelijk kosteloze juridische tweedelijnsbijstand, brengt hij zijn advocaat hiervan onverwijld op de hoogte, die op zijn beurt het bureau voor juridische bijstand hiervan in kennis stelt.
Het bureau voor juridische bijstand kan tevens een einde stellen aan de juridische bijstand op gemotiveerd verzoek van de advocaat indien laatstgenoemde van oordeel is dat zijn optreden geen enkele meerwaarde biedt.
Ander intrekkingsscenario: wanneer de begunstigde kennelijk niet meewerkt aan de behartiging van zijn belangen (bijvoorbeeld het uitblijven van respons op vragen van zijn advocaat).
Indien de aanvraag wordt afgewezen, kan beroep worden ingesteld voor de arbeidsrechtbank bij schriftelijk of mondeling verzoek (bij de griffie). Het beroep moet worden ingesteld binnen een termijn van een maand na de kennisgeving van de beslissing van het bureau voor juridische bijstand.
Neen.
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.
Over het algemeen worden kosten gemaakt door de staat, de procesdeelnemers en de personen die betrokken zijn bij de procedure (hierbij gaat het met name om kosten van gegevensverzameling). Deze kosten hebben een tweeledig doel: preventie en bestraffing.
Het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (“WvBR”) bevat een lijst met voorbeelden van kosten die een civiele procedure met zich mee kan brengen. Het gaat hierbij om uitgaven in contanten van deelnemers en hun vertegenwoordigers (bv. reis- en verblijfkosten en kosten van maaltijden); de gerechtskosten: gederfde inkomsten van deelnemers en hun wettelijke vertegenwoordigers; kosten van gegevensverzameling (bv. kosten van getuigen en deskundigen); honorarium en uitgaven in contanten van een notaris als executeur; honorarium en uitgaven in contanten van de curator; kosten van vertolking; of honorarium voor vertegenwoordiging als de vertegenwoordiger een advocaat, notaris of octrooigemachtigde is. De kosten kunnen ook de vergoeding van btw of het honorarium van een bemiddelaar omvatten. Dit zijn slechts een aantal voorbeelden. Ook andere kosten die de deelnemer rechtstreeks in verband met de gerechtelijke procedure maakt, kunnen als kosten van de procedure worden beschouwd.
Deelnemers betalen in principe de kosten die zij zelf hebben gemaakt en die van hun vertegenwoordigers. Als een advocaat is aangewezen als vertegenwoordiger of voogd, betaalt de staat de uitgaven in contanten van de advocaat en het honorarium voor vertegenwoordiging en vergoedt indien van toepassing de betaalde btw.
De betaling van de gerechtskosten is in detail geregeld in de wet inzake gerechtskosten. In een gewone procedure op tegenspraak worden de gerechtskosten doorgaans betaald door de eiser. In de wet is ook bepaald voor welke gerechtelijke procedures geen gerechtskosten verschuldigd zijn (bv. procedures in voogdijkwesties, procedures betreffende gerechtelijke zorg voor minderjarigen, adoptieprocedures, procedures betreffende wederzijdse onderhoudsverplichtingen van ouders en kinderen, erfrechtprocedures in eerste aanleg, procedures betreffende handelingsbekwaamheid).
Het is belangrijk om onderscheid te maken tussen de verplichting de kosten van de procedure te betalen en de verplichting deze kosten te vergoeden. Een deelnemer in de procedure betaalt de kosten van de procedure, met name tijdens de procedure, wanneer deze ontstaan; hierbij is het beginsel van belang van toepassing (de kosten worden betaald door degene die de procedurele handeling verricht of in wiens belang de handeling wordt verricht). Vergoeding van de kosten van de procedure vindt pas plaats nadat de kosten zijn voldaan. Vergoeding van kosten wordt opgelegd door een gerechtelijke beslissing op basis van het beginsel van succes in de rechtszaak of het schuldbeginsel.
Als er rekening moet worden gehouden met bijzondere omstandigheden, kan de rechtbank bij zijn beslissing ten aanzien van de kosten van de procedure gebruikmaken van zijn discretionaire bevoegdheid en de deelnemer vrijstellen van de vergoeding van (een deel van) de kosten. Dit dient als waarborg tegen een onevenredig grote impact van de toepassing van het beginsel van succes in de rechtszaak en het schuldbeginsel.
Een van de belangrijkste beginselen in civiele procedures is het beginsel van gelijkheid, dat onder meer het recht op rechtsbijstand waarborgt. Het recht op rechtsbijstand geldt vanaf het begin van de procedure en bij alle procedures.
Volgens het WvBR wordt in civiele procedures het volgens als rechtsbijstand beschouwd:
Zijdelings hieraan gerelateerd kan de plicht van de rechtbank om procesdeelnemers op de hoogte te stellen ook als rechtsbijstand worden beschouwd.
Rechtsbijstand door de Tsjechische orde van advocaten is een afzonderlijke categorie. Deze bijstand wordt gedefinieerd in de Wet op de Juridische Beroepen, volgens welke iedereen die niet voldoet aan de voorwaarden voor toewijzing van een advocaat door de rechtbank en niet over de middelen beschikt om gebruik te maken van juridische diensten, recht heeft op toewijzing van een advocaat door de Tsjechische orde van advocaten die hem juridisch advies of juridische diensten verstrekt.
De aanvrager heeft dus recht op kosteloos juridisch advies mits zijn gemiddelde maandinkomen gedurende de zes maanden voorafgaand aan de aanvraag niet hoger is dan drie keer het bestaansminimum van de persoon of personen in combinatie met wie zijn inkomen wordt beoordeeld overeenkomstig de wet inzake het bestaansminimum en het minimale leefbare loon en mits dezen zich in de zaak waarvoor hij hulp aanvraagt niet laten vertegenwoordigen door een andere advocaat of persoon die gemachtigd is om juridische diensten te verlenen (in overeenstemming met artikel 2, lid 2, onder a), van de Wet op de Juridische Beroepen).
Indien de aanvrager voldoet aan bovenstaande voorwaarden, ontvangt hij gedurende minimaal 30 minuten kosteloos juridisch advies, met een maximum van 120 minuten per kalenderjaar.
Daarnaast voorziet de Wet op de Juridische Beroepen in de verlening van eenmalig juridisch advies aan een niet nader genoemd aantal personen in detentiecentra voor onderdanen van derde landen op grond van de wet inzake het verblijf van vreemdelingen in de Tsjechische Republiek of in een opvangcentrum op grond van de asielwet, op initiatief van de exploitant van het centrum.
Volgens de Wet op de Juridische Beroepen is het ook mogelijk om juridische diensten aan te vragen als de inkomens- en vermogenssituatie van de aanvrager dit rechtvaardigen.
De rechtbank kan een procesdeelnemer (of een gelaste partij) naar aanleiding van een verzoekschrift vrijstellen van de gerechtskosten als de situatie van de deelnemer dit rechtvaardigt en de aanvraag niet willekeurig is, duidelijk geen kans van slagen heeft of de wet belemmert.
Zowel natuurlijke personen als rechtspersonen kunnen worden vrijgesteld.
Een procesdeelnemer mag er niet aan worden gehinderd zijn rechten voor de rechter te doen gelden of te verdedigen enkel omdat hij niet over de financiële middelen beschikt. De rechtbank houdt met name rekening met de algehele financiële situatie van de aanvrager, de hoogte van de gerechtskosten, de verwachte kosten voor het aanleveren van bewijs en de aard van de vordering. Bij natuurlijke personen wordt gekeken naar hun sociale omstandigheden, gezondheidssituatie enz. Bij rechtspersonen en natuurlijke personen die ondernemer zijn, wordt ook rekening gehouden met de aard van hun bedrijf en andere activiteiten, hun vermogensstatus en -structuur en hun financiële draagkracht.
Van een aanvraag die duidelijk geen kans van slagen heeft of de wet belemmert, is met name sprake in situaties waarin uit de feitelijke beweringen van de aanvrager al duidelijk blijkt dat genoegdoening niet mogelijk is. Bij een willekeurige uitoefening of belemmering van de wet gaat het met name om een kwaadwillige uitoefening van een recht of een duidelijke poging om nakoming van een duidelijk bindende verplichting uit te stellen.
Als een deelnemer voldoet aan de voorwaarden voor vrijstelling van gerechtskosten en deze nodig is om zijn belangen te beschermen, wijst de rechtbank op zijn verzoek een vertegenwoordiger aan. Het recht op toewijzing van een vertegenwoordiger ontstaat echter niet automatisch als de procedure of de deelnemer op grond van de wet zijn vrijgesteld van gerechtskosten (d.w.z. op grond van de Wet inzake Gerechtskosten). Ook in deze gevallen moet worden voldaan aan de bovenstaande voorwaarden voor vrijstelling van gerechtskosten op grond van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. Er wordt een advocaat als vertegenwoordiger aangewezen als dit nodig is om de belangen van de deelnemer te beschermen of als vertegenwoordiging door een advocaat (of een notaris) in de betreffende procedure verplicht is.
Een dergelijke deelnemer hoeft geen voorschot te betalen op de kosten van de verzameling van gegevens die hij zelf heeft aangeleverd of die de rechtbank heeft gelast over de feiten die de deelnemer heeft aangevoerd (of die in zijn belang zijn, artikel 141, lid 1, van het WvBR), noch hoeft hij de kosten die de staat maakt te vergoeden (artikel 148, lid 1, van het WvBR). Uitgaven in contanten en honoraria voor vertegenwoordiging worden door de staat betaald aan de aangewezen advocaat.
De deelnemer kan zijn verzoek om vrijstelling van gerechtskosten samen met het geding indienen (verzoek om aanhangig maken van een procedure) of op enig moment tijdens de procedure voordat de rechter definitief uitspraak doet. De rechtbank kan voorafgaand aan de procedure een vertegenwoordiger aanwijzen als de toekomstige deelnemer een zaak aanhangig wil maken met behulp van een vertegenwoordiger.
De rechtbank doet uitspraak over het verzoek om vrijstelling van gerechtskosten, waartegen beroep kan worden ingesteld.
Wanneer de rechtbank de aanvraag voor de aanstelling van een vertegenwoordiger afwijst, kan de aanvrager verzoeken om de aanstelling van een advocaat door de Tsjechische orde van advocaten. In dat geval heeft de aanvrager recht op kosteloos juridisch advies mits zijn gemiddelde maandinkomen gedurende de zes maanden voorafgaand aan de aanvraag niet hoger is dan drie keer het bestaansminimum van de persoon of personen in combinatie met wie zijn inkomen wordt beoordeeld overeenkomstig de wet inzake het bestaansminimum en het minimale leefbare loon en mits dezen zich in de zaak waarvoor hij hulp aanvraagt niet laten vertegenwoordigen door een andere advocaat of persoon die gemachtigd is om juridische diensten te verlenen (in overeenstemming met artikel 2, lid 2, onder a), van de Wet op de Juridische Beroepen).
Een andere mogelijkheid is om gebruik te maken van het recht van de aanvrager op juridische diensten als zijn inkomens- en vermogenssituatie dit rechtvaardigen. Ook in dat geval wendt de aanvrager zich tot de Tsjechische orde van advocaten.
Rechtsbijstand op grond van het WvBR geldt voor alle procedures van het WvBR.
De verlening van rechtsbijstand door de Tsjechische orde van advocaten is ook van toepassing op andere situaties dan procedures voor overheidsinstanties in de vorm van gerechtelijke procedures, administratieve procedures en procedures voor het Grondwettelijk Hof.
Er zijn geen specifieke procedures in dit soort gevallen.
Formulieren zijn vastgelegd in een instructie van het ministerie van Justitie nr. 4/2017 van 23 oktober 2017, ref.nr. 12/2017-OJD-ORG/36. Op de website van het ministerie van Justitie van de Tsjechische Republiek staan modelformulieren voor natuurlijke en rechtspersonen (verklaring van persoonlijke, vermogens- en inkomenssituatie voor vrijstelling van gerechtskosten en aanstelling van een vertegenwoordiger en verklaring van de vermogenssituatie van een rechtspersoon en andere beslissende feiten voor vrijstelling van gerechtskosten en aanstelling van een vertegenwoordiger).
Formulieren voor het indienen van een verzoek om rechtsbijstand door de Tsjechische orde van advocaten zijn als bijlage bij het besluit van het ministerie van Justitie van de Tsjechische Republiek nr. 120/2018 tot vaststelling van aanvraagformulieren voor de aanwijzing van een advocaat en het aanvraagformulier voor eenmalig juridisch advies gevoegd. Deze zijn beschikbaar op de website van de Tsjechische orde van advocaten.
Alle bij te voegen documenten staan rechtstreeks vermeld in het betreffende formulier. Het kan hierbij onder meer om de volgende documenten gaan: een werkgeversverklaring over het inkomen uit loondienst of uit werkafspraken buiten het dienstverband om; een definitieve belastingaanslag van de belastingdienst (inkomen uit een bedrijf of andere activiteiten als zelfstandige); een definitieve beslissing over de toekenning van een uitkering of bevestiging van de uitkeringsinstantie (inkomen uit materiële en sociale zekerheid); of andere definitieve belastingaanslagen (overig inkomen).
Een verzoek om vrijstelling van gerechtskosten kan worden ingediend bij de rechtbank waar de procedure waarvoor om vrijstelling wordt verzocht aanhangig is. Het gerecht van eerste aanleg doet uitspraak over het verzoek, ook als het verzoek om vrijstelling wordt ingediend nadat beroep in de procedure is ingesteld.
Een verzoek om aanwijzing van een advocaat door de Tsjechische orde van advocaten kan als volgt worden ingediend:
De wet (artikel 5 van het WvBR) legt rechtbanken de algemene plicht op deelnemers in kennis te stellen van en informatie te verstrekken over hun procedurele rechten en verplichtingen. De rechtbank moet de deelnemer op de hoogte stellen van het recht om een verzoek om vrijstelling van gerechtskosten in te dienen of een vertegenwoordiger aan te wijzen.
Zie de antwoorden in het onderdeel: Heb ik recht op rechtsbijstand?
De rechtbank beslist over de aanstelling van een vertegenwoordiger op basis van het verzoek van de deelnemer. De rechtbank wijst een advocaat als vertegenwoordiger aan als dit nodig is om de belangen van de deelnemer te beschermen of als vertegenwoordiging door een advocaat of notaris in de betreffende procedure verplicht is. De rechtbank wijst een specifieke advocaat aan die verplicht is juridische diensten te verlenen tenzij hij/zij deze dienstverlening om een juridische reden kan weigeren (zoals een belangenconflict).
De deken van de Tsjechische orde van advocaten gaat over beslissingen over verzoeken om rechtsbijstand van die orde, en heeft het hoofd van het bijkantoor in Brno opgedragen deze bevoegdheid namens hem uit te oefenen.
Voor de aanstelling van een advocaat beschikt de Tsjechische orde van advocaten over een lijst van advocaten die bereid zijn de hierboven beschreven rechtsbijstand te verlenen. Bij de aanstelling van een advocaat voor het verlenen van deze juridische diensten moet de Tsjechische orde van advocaten erop toezien dat deze aanstelling eerlijk verloopt en rekening wordt gehouden met de aard en complexiteit van de zaak.
Zie de antwoorden in het onderdeel: Wat zijn de kosten van gerechtelijke procedures en wie draagt deze normaliter?
De aanvrager betaalt een bedrag van 100 CZK aan de Tsjechische orde van advocaten voor de behandeling van het verzoek om rechtsbijstand die door die orde wordt verleend. Houders van een ZTP-kaart (ernstige handicap) of ZTP/P-kaart (ernstige handicap die speciale zorg vereist) of personen die een uitkering ontvangen voor materiële bijstand hoeven dit bedrag niet te betalen.
De rechtbank kan ook een gedeeltelijke vrijstelling van gerechtskosten of vrijstelling voor een deel van de procedure toekennen (bv. alleen voor procedures in eerste aanleg) of alleen voor bepaalde gerechtskosten. De deelnemer moet zelf de resterende gerechtskosten betalen.
Als een advocaat is aangewezen als vertegenwoordiger of voogd, betaalt de staat de uitgaven in contanten van de advocaat en het honorarium voor vertegenwoordiging en vergoedt indien van toepassing de betaalde btw.
Tenzij de rechtbank anders beslist, geldt de vrijstelling van gerechtskosten voor de gehele procedure, d.w.z. totdat er een definitieve uitspraak is. De vrijstelling van gerechtskosten geldt zowel voor procedures in eerste aanleg als voor beroepsprocedures (gewone corrigerende maatregel). Procedures inzake buitengewone corrigerende maatregelen (herziening van een beroep, beroep om de procedure te heropenen, beroep tot nietigverklaring) zijn echter niet automatisch vrijgesteld, en de deelnemer kan opnieuw een verzoek om vrijstelling van gerechtskosten indienen.
Als de situatie van de deelnemer dusdanig verandert dat de vrijstelling van gerechtskosten niet langer gerechtvaardigd is, of als de rechtbank naderhand vaststelt dat de feitelijke situatie van de deelnemer de vrijstelling op het moment van toekenning al niet rechtvaardigde, zal de rechtbank de vrijstelling intrekken. Een dergelijke maatregel heeft alleen terugwerkende kracht als de rechter dit uitdrukkelijk bepaalt. De rechtbank kan de vrijstelling alleen intrekken tot het einde van de procedure.
Een loutere wijziging in de regels voor de beoordeling van de situatie van de aanvrager of de verandering van mening van de rechtbank over de vraag of de aanvraag willekeurig is, duidelijk geen kans van slagen heeft of de wet belemmert vormt geen reden voor intrekking van de vrijstelling van gerechtskosten.
In het geval van rechtsbijstand door de Tsjechische orde van advocaten zal de orde de aanstelling van een advocaat beëindigen als tijdens de verlening van juridische diensten door die advocaat in de desbetreffende zaak blijkt dat de inkomens- en vermogenssituatie van de cliënt de verlening van juridische diensten niet rechtvaardigde.
De orde van advocaten zal de aanstelling van een advocaat ook beëindigen als tijdens de verlening van juridische diensten door die advocaat in deze zaak blijkt dat de inkomens- en vermogenssituatie van de cliënt dusdanig is veranderd dat de verlening van juridische diensten niet langer gerechtvaardigd is; de orde van advocaten beëindigt de aanstelling van een advocaat op het moment dat die situatie verandert. Ook in dat geval is de advocaat verplicht om gedurende een periode van vijftien dagen na beëindiging van zijn aanstelling voor het verlenen van juridische diensten alle dringende handelingen te verrichten zodat de rechten en gerechtvaardigde belangen van de cliënt niet worden geschaad. Dit geldt niet als de cliënt de advocaat schriftelijk laat weten dat de laatste niet aan deze verplichting hoeft te voldoen.
De rechtbank beslist over uw verzoek om vrijstelling van gerechtskosten of over intrekking van die vrijstelling. Deze beslissing heeft de vorm van een uitspraak. Tegen deze uitspraak kunt u beroep instellen, tenzij de uitspraak is gedaan door het hof van beroep; in dat geval is de uitspraak definitief.
De deken van de Tsjechische orde van advocaten (of het hoofd van het bijkantoor van de orde in Brno die bevoegd is om namens hem op te treden) beslist over de aanstelling van een advocaat door de Tsjechische orde van advocaten in administratieve procedures. Tegen deze beslissing kan administratief beroep worden ingesteld.
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.
Als u wordt geadviseerd en vertegenwoordigd door een advocaat, heeft deze recht op een vergoeding voor zijn werkzaamheden. De hoogte van die vergoeding hangt in grote mate af van de waarde van het voorwerp van het geschil. Als een zaak voor de rechter wordt gebracht, brengt dat ook gerechtskosten met zich mee. Behalve griffierechten en proceskosten vallen daaronder ook de kosten die de rechtzoekende moet maken om gevolg te kunnen geven aan een bevel van de rechter of om passende juridische stappen te kunnen nemen of zich in rechte te kunnen verdedigen. Een partij die geen rechtsbijstand behoeft, moet deze kosten in de regel zelf dragen. Als de rechter echter in het voordeel van die partij beslist, moeten de door haar gemaakte gerechtskosten door de tegenpartij worden vergoed.
In Duitsland wordt onderscheid gemaakt tussen gefinancierd juridisch advies buiten rechte (Beratungshilfe) en rechtsbijstand (Prozesskostenhilfe).
Gefinancierd(e) juridisch advies en vertegenwoordiging buiten rechte (Beratungshilfe) wordt verleend aan minvermogenden op grond van de Wet inzake juridisch advies en vertegenwoordiging voor burgers met een laag inkomen (Gesetz über Rechtsberatung und Vertretung für Bürger mit geringem Einkommen (Beratungshilfegesetz)).
Om minvermogenden in staat te stellen om te procederen, ontvangen zij Prozesskostenhilfe overeenkomstig de regelgeving waarin deze vorm van rechtsbijstand is geregeld.
Beratungshilfe of Prozesskostenhilfe worden verleend als de rechtzoekende wegens persoonlijke of financiële omstandigheden de noodzakelijke middelen niet kan opbrengen (minvermogend) en geen andere redelijke mogelijkheid voor het krijgen van bijstand heeft (bv. rechtsbijstandsverzekering, advies van huurdersvereniging of vakbond enz.).
Verder mag de beoogde procedure niet lichtvaardig zijn. Ook moet de beoogde rechtsvordering of het beoogde verweer voldoende kans van slagen hebben. De rechter die beslist over het verzoek om Prozesskostenhilfe moet het juridisch standpunt van de verzoeker op grond van diens weergave van de feiten en de beschikbare stukken juist of ten minste verdedigbaar achten en de overtuiging hebben dat de gestelde feiten vatbaar zijn voor bewijs. Als aan de juridische voorwaarden is voldaan, heeft de persoon in kwestie recht op Beratungshilfe of Prozesskostenhilfe.
In Duitsland wordt onderscheid gemaakt tussen Beratungshilfe en Prozesskostenhilfe (zie vraag 2).
Beratungshilfe, waaronder juridisch advies en, voor zover nodig, vertegenwoordiging valt, wordt verleend bij civielrechtelijke aangelegenheden, waaronder arbeidsrechtelijke, bestuursrechtelijke, grondrechtelijke en sociaalrechtelijke aangelegenheden. Bij strafrechtelijke aangelegenheden omvat de Beratungshilfe alleen juridisch advies. Bij aangelegenheden waarbij het recht van andere staten van toepassing is, wordt alleen Beratungshilfe verleend als de feiten van de zaak aan Duitsland zijn gerelateerd. Voor zaken op het gebied van belastingrecht wordt geen Beratungshilfe verleend.
Prozesskostenhilfe wordt verleend voor procedures over civielrechtelijke geschillen, niet-contentieuze procedures en procedures voor de arbeidsrechter, bestuursrechter, rechter voor socialezekerheidszaken en belastingrechter (respectievelijk Arbeitsgericht, Verwaltungsgericht, Sozialgericht en Finanzgericht). Verdachten in een strafproces en schuldenaren in insolventieprocedures krijgen geen Prozesskostenhilfe. Wat verdachten in een strafproces betreft, bevat de regelgeving inzake door de rechter toegevoegde advocaten uitputtende bijzondere voorschriften. Schuldenaren in insolventieprocedures krijgen uitstel van betaling van de proceskosten als zij behalve om insolventie ook om kwijtschelding van de resterende schuld hebben verzocht. In dat geval wijst de insolventierechter hem ook op verzoek een advocaat van zijn keuze toe die hem indien nodig zal vertegenwoordigen.
Er bestaat geen speciale procedure voor spoedeisende zaken. De bestaande mogelijkheden voor het krijgen van Beratungshilfe en Prozesskostenhilfe dekken ook dit soort zaken.
Formulieren voor het indienen van een verzoek om Beratungshilfe of Prozesskostenhilfe zijn verkrijgbaar bij de gerechten van eerste aanleg (Amtsgerichte) en advocaten.
Er moeten stukken worden overgelegd waaruit de juistheid van de verstrekte inkomensgegevens blijkt (bv. loonstrookje of, in het geval van zelfstandigen, het laatste aanslagbiljet).
In Duitsland wordt onderscheid gemaakt tussen Beratungshilfe en Prozesskostenhilfe (zie vraag 2).
Het verzoek om Beratungshilfe moet worden ingediend bij het Amtsgericht binnen het rechtsgebied waarvan de rechtzoekende zijn wettige woonplaats heeft. Wanneer deze geen wettige woonplaats in Duitsland heeft, is het Amtsgericht bevoegd binnen het rechtsgebied waarvan de behoefte aan Beratungshilfe is ontstaan. Voor deze vorm van rechtsbijstand kan de rechtzoekende zich ook rechtstreeks tot een advocaat wenden. In dat geval moet het vereiste verzoek achteraf binnen vier weken bij het Amtsgericht worden ingediend.
Een verzoek om Prozesskostenhilfe moet worden ingediend bij de rechtbank waar de procedure waarvoor om Prozesskostenhilfe wordt verzocht, aanhangig is of wordt gemaakt. Die rechtbank, en niet bijvoorbeeld een instantie op het gebied van maatschappelijk welzijn, beoordeelt het verzoek en beslist of aan de voorwaarden is voldaan.
Voor informatie over Beratungshilfe en Prozesskostenhilfe kunt u terecht bij een Amtsgericht of advocaat.
Als u recht op Beratungshilfe of Prozesskostenhilfe hebt, moet u het daarvoor bestemde formulier invullen en samen met de noodzakelijke stukken overleggen aan de instantie die in het antwoord op vraag 8 wordt genoemd.
In Duitsland wordt onderscheid gemaakt tussen Beratungshilfe en Prozesskostenhilfe (zie vraag 2).
Een rechtzoekende kan Beratungshilfe krijgen van een advocaat van zijn keuze. In de deelstaten Bremen en Hamburg wordt Beratungshilfe verleend via openbare bureaus voor rechtshulp. Advocaten zijn verplicht om Beratungshilfe te verlenen. Een daartoe strekkend verzoek kan alleen in bepaalde gevallen en om gewichtige redenen worden afgewezen.
Ook bij Prozesskostenhilfe bestaat het recht van vrije advocaatkeuze. Wel moet de advocaat bevoegd zijn om de rechtzoekende voor de rechtbank te vertegenwoordigen. De president van de rechtbank voegt alleen een advocaat toe als de rechtzoekende geen advocaat kan vinden die hem wil vertegenwoordigen.
In Duitsland wordt onderscheid gemaakt tussen Beratungshilfe en Prozesskostenhilfe (zie vraag 2).
De advocaat heeft recht op een vergoeding van 15 EUR van de persoon aan wie hij Beratungshilfe verleent. Afhankelijk van de omstandigheden van die persoon kan hij hiervan afzien. Afwijkende overeenkomsten over deze vergoeding zijn nietig. De rest van zijn vergoeding ontvangt de advocaat uit de staatskas.
In het geval van Prozesskostenhilfe vallen hieronder alle proceskosten, behalve de kosten van de rechtzoekende die niet noodzakelijk waren voor de verdediging van zijn rechten. Een partij die Prozesskostenhilfe nodig heeft, hoeft geen andere kosten te dragen.
Als aan de voorwaarden voor Prozesskostenhilfe is voldaan, zijn voor de rechtzoekende geen andere kosten aan het proces verbonden. Prozesskostenhilfe dekt alle noodzakelijke proceskosten. Als de rechtzoekende echter financieel in staat is om met een deel van zijn inkomen in de proceskosten bij te dragen, dan wordt het betreffende bedrag ten laste van de staatskas voorgeschoten, maar moet hij het vervolgens geheel of gedeeltelijk in termijnen terugbetalen. De persoonlijke en financiële situatie van de verzoeker kan tot vier jaar na de beëindiging van de procedure opnieuw onder de loep worden genomen. Daarbij kunnen termijnbetalingen worden gelast of kan de hoogte van de reeds bestaande termijnbetalingen worden aangepast. Het maximumaantal termijnbetalingen bedraagt 48.
Het is mogelijk dat Prozesskostenhilfe niet alle onderdelen van de procedure dekt (gedeeltelijke rechtsbijstand). In dat geval is de werking van Prozesskostenhilfe beperkt tot het onderdeel waarvoor zij is toegekend.
Prozesskostenhilfe dekt niet automatisch de kosten van beroep. Zij eindigt op het moment dat de rechtbank waar de procedure aanhangig is gemaakt, de einduitspraak doet. Wel is het mogelijk om voor de beroepsprocedure opnieuw een verzoek om Prozesskostenhilfe in te dienen. De rechter in hoger beroep beoordeelt vervolgens of de partij nog steeds Prozesskostenhilfe nodig heeft en of het beroep niet lichtvaardig en zonder kans van slagen is. Als de tegenpartij in beroep gaat, wordt niet onderzocht of het beroep lichtvaardig en zonder kans van slagen is. Als aan deze voorwaarden is voldaan, heeft de rechtzoekende recht op Prozesskostenhilfe.
In Duitsland wordt onderscheid gemaakt tussen Beratungshilfe en Prozesskostenhilfe (zie vraag 2).
Beratungshilfe kan worden ingetrokken als in het verzoek om Beratungshilfe opzettelijk onjuiste gegevens zijn verstrekt.
Prozesskostenhilfe kan alleen in de volgende gevallen geworden ingetrokken:
In Duitsland wordt onderscheid gemaakt tussen Beratungshilfe en Prozesskostenhilfe (zie vraag 2).
Tegen een beslissing van het Amtsgericht houdende afwijzing van een verzoek om Beratungshilfe staat onmiddellijk beroep (sofortige Beschwerde) open.
Als een verzoek om Prozesskostenhilfe wordt afgewezen, kan de verzoeker binnen een maand tegen die beslissing beroep instellen als in de bodemprocedure een waarde van meer dan 600 EUR in het geding is. Als die waarde gelijk of lager is, staat dit rechtsmiddel alleen open als de rechter het verzoek om Prozesskostenhilfe uitsluitend heeft afgewezen omdat niet aan de voorwaarden betreffende de persoonlijke en financiële situatie van de verzoeker is voldaan.
Ga voor meer informatie naar:
https://www.bmj.de/SharedDocs/Publikationen/DE/Beratungs_PKH.html
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.
De kosten van een proces variëren naargelang van het betrokken gerecht, de ingestelde procedure en de complexiteit van de zaak.
Rechtsbijstand bestaat in de vertegenwoordiging door een advocaat (solicitor of (barrister) in een civiele procedure voor de districtsrechtbank (District Court), de arrondissementsrechtbank (Circuit Court), de hogere rechtbank (High Court), het hof van beroep (Court of Appeal) en het hooggerechtshof (Supreme Court) en in sommige gevallen het Hof van Justitie van de Europese Unie. Rechtsbijstand is tevens mogelijk in beroepszaken voor de beroepsinstantie voor internationale bescherming (International Protection Appeals Tribunal). In bepaalde onderzoeken is rechtsbijstand eveneens mogelijk als de schouwarts daartoe een verzoek indient bij de raad voor rechtsbijstand (Legal Aid Board).
Rechtsbijstand wordt in het algemeen verleend door solicitors die werkzaam zijn binnen de centra voor rechtsbijstand van de raad voor rechtsbijstand. Er kan echter ook rechtsbijstand worden verleend door solicitors uit de private sector die op een door de raad samengestelde lijst van solicitors staan. Dit geldt met name voor zaken binnen het familierecht en zaken over internationale bescherming.
Om te beoordelen of u in aanmerking komt voor rechtsbijstand en juridisch advies in burgerlijke zaken, zal de raad voor rechtsbijstand Home - LAB (legalaidboard.ie) naar uw financiële middelen kijken. Om in aanmerking te komen voor rechtsbijstand en juridisch advies in burgerlijke zaken, moet u een besteedbaar jaarinkomen hebben van minder dan 18 000 EUR en over een vrij vermogen beschikken ter waarde van minder dan 100 000 EUR. Bij de berekening hiervan kijkt de raad voor rechtsbijstand in beide gevallen naar bepaalde uitkeringen. Uw woning wordt bij de vaststelling van uw vrije vermogen niet meegerekend.
In de meeste gevallen moet u een “eigen bijdrage” betalen. De hoogte van deze bijdrage(n) hangt af van uw inkomen en vrije vermogen.
Voor uw eerste afspraak met de solicitor bent u een bijdrage voor advies verschuldigd. De minimale bijdrage voor advies bedraagt 30 EUR. Afhankelijk van uw inkomen bent u maximaal 150 EUR verschuldigd.
Indien de raad voor rechtsbijstand u voor de rechter wil vertegenwoordigen, bent u een bijdrage voor rechtsbijstand verschuldigd. De minimale bijdrage voor rechtsbijstand bedraagt 130 EUR. Afhankelijk van uw inkomen en vermogen kan uw bijdrage hoger zijn. Bij het bedrag van de bijdrage voor rechtsbijstand is de bijdrage voor advies inbegrepen. Als uw bijdrage 130 EUR bedraagt, hoeft u dus slechts 100 EUR bij te betalen.
U bent geen bijdrage verschuldigd als:
In een klein aantal andere gevallen brengt de raad voor rechtsbijstand geen bijdrage in rekening. Dit is met name het geval als de raad juridisch advies verleent aan iemand die verklaart slachtoffer te zijn van verkrachting of seksueel geweld of een slachtoffer hiervan vertegenwoordigt in het proces tegen de vermeende dader van de verkrachting of het seksueel geweld.
Internationale bescherming (asiel)
Indien u rechtsbijstand aanvraagt in het kader van een verzoek om internationale bescherming in Ierland, bent u een bijdrage van maximaal 10 EUR verschuldigd.
Allereerst moet u uw financiële middelen opgeven op het formulier waarmee u een verzoek om rechtsbijstand indient. U moet hierop de volgende informatie verstrekken:
Inkomen- dit is uw totale inkomen, bijvoorbeeld lonen, salarissen, sociale uitkeringen (ook al zijn bepaalde sociale uitkeringen, zoals voor mantelzorgersof gezinsbijslagen, uitgesloten; ook door overheidsinstanties verstrekte huisvestingstoelagen worden niet als inkomen gezien), pensioenen en bepaalde andere persoonlijke uitkeringen, evenals kostenposten om vast te stellen welke uitkeringen op uw inkomen in mindering moeten worden gebracht voor de berekening van uw besteedbaar inkomen.
De vergoedingen zijn als volgt:
Vergoeding | Maximumbedrag |
Echtgeno(o)t(e)/partner | 3 500 EUR |
Volwassenen en kinderen die afhankelijk zijn | 1 600 EUR per afhankelijke persoon |
Verblijfkosten | 8 000 EUR |
Kinderopvang | 6 000 EUR per kind |
Inkomstenbelasting | Totaalbedrag |
Socialezekerheidsbijdragen (PRSI) | Totaalbedrag |
Universele socialeverzekeringsdekking | Totaalbedrag |
Om niet ontvangen betalingen | Aftrek van 20 EUR per wekelijks ontvangen bedrag |
De raad voor rechtsbijstand berekent uw besteedbaar inkomen en stelt u op de hoogte van de eigen bijdrage die u moet betalen. U kunt het formulier om uw financiële middelen op te geven zelf invullen of u hierbij laten helpen door personeel van het centrum voor rechtsbijstand als u daartoe zelf niet in staat bent. Op de website https://www.legalaidboard.ie/en/ kunt u online vaststellen of u financieel voor bijstand in aanmerking komt. De uitkomst hiervan vormt geen garantie voor het verkrijgen van rechtsbijstand. Deze uitkomst is slechts een indicatie.
Er kan u worden gevraagd aan te tonen wat uw belangrijkste bron van inkomsten is, bijvoorbeeld door het verstrekken van:
De raad voor rechtsbijstand kan het ministerie van Werkgelegenheid en Sociale Bescherming vragen onderzoek te doen naar de middelen van iedereen die rechtsbijstand aanvraagt of hiervan gebruikmaakt. In sommige gevallen kan de raad voor rechtsbijstand u vragen aanvullende informatie te verstrekken in verband met de aangevraagde vergoedingen.
De waarde van uw woning wordt niet meegerekend bij de vaststelling van uw kapitaalmiddelen. Als u meer dan 4 000 EUR aan kapitaalmiddelen bezit, moet u deze middelen opgeven op het formulier waarmee u een verzoek indient. De volgende informatie moet worden verstrekt:
Als u in de kosten bent veroordeeld, moet u een storting doen in het fonds voor rechtsbijstand om de kosten te betalen die de raad voor rechtsbijstand heeft gemaakt om u rechtsbijstand te verlenen. Dit is doorgaans niet van toepassing op zaken binnen het familierecht. Als u in het gelijk wordt gesteld in zaken buiten het familierecht, worden de door u gemaakte kosten in het algemeen voor u betaald. Als u echter niet in het gelijk wordt gesteld, kunnen de door de andere partij gemaakte kosten ten laste van u komen. In dat geval hoeft de raad voor rechtsbijstand de kosten van de andere partij niet te vergoeden en bent u hiervoor persoonlijk aansprakelijk.
Indien u na afloop van uw zaak een geldbedrag of een onroerend goed ontvangt of houdt, kan de raad voor rechtsbijstand, op enkele uitzonderingen na, met dit geldbedrag of onroerend goed de rechtsbijstand betalen waarvan u gebruik hebt gemaakt. Elk geldbedrag dat u na afloop van uw zaak ontvangt of houdt en waarop geen vrijstelling van toepassing is, moet u in het fonds voor rechtsbijstand storten. De raad brengt zijn kosten op dit geldbedrag in mindering en betaalt u het resterende bedrag terug. Indien het een onroerend goed betreft (bv. een huis of een stuk grond), kan de raad op dit goed een recht vestigen, zodat dit niet kan worden verkocht zolang de door de raad gemaakte kosten niet zijn vergoed.
Indien u gebruikmaakt van rechtsbijstand, moet u de raad voor rechtsbijstand (door tussenkomst van uw solicitor) op de hoogte stellen van elke wijziging in uw inkomen of vermogen (bv. als u een salarisverhoging ontvangt, als het bedrag van uw sociale uitkeringen wijzigt of als u een nieuwe auto of een nieuw huis hebt gekocht). U dient er namelijk voor te zorgen dat u rechtsbijstand blijft houden totdat uw zaak is gesloten. De rechtsbijstand komt niet altijd te vervallen bij een toegenomen inkomen of vermogen, maar de raad voor rechtsbijstand kan u dan wel om een hogere eigen bijdrage vragen.
Indien u de raad voor rechtsbijstand niet op de hoogte brengt van wijzigingen in uw inkomen of vermogen en de raad vaststelt dat uw situatie is gewijzigd, kan hij besluiten uw rechtsbijstand te beëindigen.
Op voorwaarde dat de Ierse rechter in een procedure bevoegd is, kunnen buitenlandse partijen in een zaak in Ierland aanspraak maken op rechtsbijstand, mits zij voldoen aan de in de wet- en regelgeving vastgelegde financiële criteria en hun verzoek om rechtsbijstand gegrond is.
Hoewel het merendeel van de verzoekers om rechtsbijstand in Ierland verblijft, kunnen personen die in het buitenland verblijven, ongeacht of zij Iers staatsburger zijn, in Ierland rechtsbijstand en/of juridisch advies aanvragen. Dit is uitsluitend mogelijk als de rechtsbijstand of het juridisch advies bedoeld is voor juridische aangelegenheden die onder het Ierse recht vallen. Indien een in het buitenland verblijf houdende persoon rechtsbijstand ontvangt in een zaak die over onroerende of persoonlijke goederen gaat, bevinden deze goederen zich in het algemeen in Ierland. Evenals bij Ierse verzoekers het geval is, wordt bij personen die in het buitenland verblijven op grond van hun financiële middelen beoordeeld of zij voor rechtsbijstand in aanmerking komen.
Rechtsbijstand wordt zonder beoordeling van middelen verleend bij rechtszaken die worden gevoerd op grond van de wet van 1991 inzake kinderontvoering en de tenuitvoerlegging van bevelen betreffende het gezag (Child Abduction and Enforcement of Custody Orders Act) en van de wet van 1994 inzake de tenuitvoerlegging van bevelen betreffende alimentatie (Maintenance Orders Act) (bij alimentatievorderingen in een rechtsgebied waar wederkerigheid wordt erkend).
In algemene zin wordt geen juridisch advies verleend als de verzoeker zonder problemen zelf in staat is juridisch advies in te winnen zonder te van de wettelijke regeling gebruik te hoeven maken. Dit geldt doorgaans als via een andere weg advies kan worden verkregen, bijvoorbeeld via een adviseur of een andere overheidsinstantie.
Advies in strafzaken valt niet onder de wet, met uitzondering van advies aan verzoekers in verkrachtingszaken.
Alvorens rechtsbijstand te verlenen, moet de raad voor rechtsbijstand ervan zijn overtuigd dat het haalbaar is als eiser of verweerder in een procedure op te treden , gelet op, bijvoorbeeld, de inhoud en de waarschijnlijke uitkomst van de zaak. De criteria zijn als volgt: kans van slagen; redelijke gronden in een procedure als eiser of verweerder op te treden; aanwezigheid van manieren, anders dan een gerechtelijke procedure, om het probleem op bevredigende wijze op te lossen (bv. bemiddeling of onderhandeling over een regeling); mogelijkheid voor degene die van de rechtsbijstand gebruikmaakt om een wettelijke vertegenwoordiger te vinden zonder een beroep op de wettelijke regeling te hoeven doen (bv. vergoeding van kosten door een verzekeringsmaatschappij enz.).
Er moet worden bekeken of de verlening van rechtsbijstand aan verzoekers niet aan de hand van andere criteria moet worden beoordeeld dan die van toepassing zijn op het toekennen van een afspraak met een solicitor. Normaal gesproken is de datum waarop verzoekers op de wachtlijst voor rechtsbijstand worden ingeschreven, leidend. In de volgende gevallen krijgen nieuwe verzoekers die om rechtsbijstand vragen voorrang:
Wie rechtsbijstand wil aanvragen, kan telefonisch of schriftelijk contact opnemen met het centrum voor rechtsbijstand dat het dichtst bij zijn of haar woonplaats is gevestigd.
Er is een overzicht van centra voor rechtsbijstand te vinden op de website van de raad voor rechtsbijstand.
Als de verzoeker telefonisch contact opneemt met het centrum voor rechtsbijstand, moet hij of zij het verzoek in persoon formuleren, zodat een formulier kan worden ingevuld en kan worden beoordeeld over welke middelen de verzoeker beschikt om te bepalen of hij of zij in aanmerking komt voor rechtsbijstand. Een verzoek kan per post worden ingediend en dat is doorgaans de beste manier als de verzoeker moeilijk zelf een centrum voor rechtsbijstand kan bellen.
Rechtsbijstand wordt zonder beoordeling van middelen verleend bij rechtszaken die worden gevoerd op grond van de wet van 1991 inzake kinderontvoering en de tenuitvoerlegging van bevelen betreffende het gezag (Child Abduction and Enforcement of Custody Orders Act) en van de wet van 1994 inzake de tenuitvoerlegging van bevelen betreffende alimentatie (Maintenance Orders Act) (bij alimentatievorderingen in het rechtsgebied waar reciprociteit wordt erkend).
Bovendien accepteert de raad voor rechtsbijstand dat verzoeken online via zijn website worden ingediend.
Op de website van de raad voor rechtsbijstand staat een overzicht van adressen en telefoonnummers van alle centra voor rechtsbijstand met volledige of beperkte openingstijden.
Het onlineformulier wordt eveneens via de website van de raad voor rechtsbijstand ingediend.
Verzoekers die financieel voor rechtsbijstand in aanmerking komen, kunnen een afspraak krijgen met een solicitor. Voor een dergelijke afspraak worden een wachtlijstprocedure of voorrangscategorieën gehanteerd. De verzoeker krijgt gewoonlijk een afspraak met een solicitor van de raad voor rechtsbijstand, die werkzaam is bij een van de kantoren van de raad.
Voor het juridisch advies betaalt de verzoeker voorafgaand aan de afspraak een bijdrage, waarvoor aan hem of haar een ontvangstbewijs moet worden verstrekt.
Bij de eerste afspraak vertelt de solicitor de verzoeker dat hij of zij een bijdrage voor rechtsbijstand is verschuldigd als hij of zij bij het optreden als eiser of verweerder in een procedure door een solicitor wil worden vertegenwoordigd. Deze bijdrage moet worden betaald op het moment dat de verklaring van rechtsbijstand wordt toegekend.
Voor de behandeling van verzoeken om verklaringen van rechtsbijstand kan aanvullende informatie nodig zijn. Afhankelijk van de aard van de zaak kan het daarbij gaan om de volgende aanvullende informatie:
Indien een verzoek om rechtsbijstand na ontvangst van de benodigde informatie niet in overeenstemming blijkt te zijn met de bepalingen van de wet van 1995 betreffende rechtsbijstand in burgerlijke zaken (Civil Legal Aid Act) en de regelgeving van 1996, zal de solicitor een afwijzingsbrief afgeven.
In deze brief staan de redenen op grond waarvan het verzoek is afgewezen en het toepasselijke deel of de toepasselijke delen van de regelgeving en/of de wet betreffende rechtsbijstand in burgerlijke zaken. In deze brief staat bovendien hoe de verzoeker tegen de beslissing beroep kan aantekenen bij een beroepscommissie van de raad voor rechtsbijstand of om herziening van de beslissing kan vragen.
Indien een verzoeker om rechtsbijstand aan de door de wet- en regelgeving gestelde eisen voldoet, wordt een verklaring van rechtsbijstand toegekend om de vertegenwoordiging door een solicitor en, zo nodig, een barrister in bepaalde civiele procedures voor de districtsrechtbank, de arrondissementsrechtbank, de hogere rechtbank en het hooggerechtshof te waarborgen.
Met een verklaring van rechtsbijstand kan alleen rechtsbijstand worden verkregen voor de procedure of het onderwerp dat hierin wordt vermeld. Dat aan een verzoeker een bepaalde verklaring van rechtsbijstand is afgegeven, betekent niet dat hij of zij in een andere zaak van rechtsbijstand gebruik kan maken. Indien de verzoeker rechtsbijstand wenst voor meerdere onderwerpen, moeten daarvoor verschillende verzoeken worden ingediend.
Na een gesprek met de verzoeker dient de solicitor bij een centrum voor rechtsbijstand een verzoek om een verklaring van rechtsbijstand in.
Op grond van artikel 29, lid 1, van de wet is het uitsluitend mogelijk rechtsbijstand of juridisch advies te ontvangen tegen betaling van een eigen bijdrage. Deze bijdrage wordt bepaald aan de hand van een beoordeling van de door de verzoeker opgegeven informatie over diens financiële middelen en vermogen. Indien iemand geen vaste activa bezit, bedraagt het minimaal te betalen bedrag voor rechtsbijstand 35 EUR en het maximaal te betalen bedrag 1 210 EUR.
De volledige eigen bijdrage moet worden voldaan bij de afgifte van de verklaring van rechtsbijstand en alvorens de rechtsbijstand wordt verleend. In uitzonderlijke gevallen kan de raad voor rechtsbijstand de verzoeker toestemming verlenen om de betaling in termijnen te voldoen. Het volledige bedrag moet echter binnen twaalf maanden en voordat de procedure is beëindigd, zijn voldaan.
Indien de verzoeker in zijn of haar verzoek aangeeft een voorkeur te hebben voor een specifieke solicitor van het centrum voor rechtsbijstand om hem of haar te vertegenwoordigen, kan het hoofd van het centrum bij het toewijzen van een solicitor met deze wens van de verzoeker rekening houden. Ook kijkt het hoofd van het centrum bij het toewijzen van de solicitor naar andere factoren, bijvoorbeeld of de door de verzoeker gewenste solicitor op de aangegeven verschijningsdatum beschikbaar is. Indien de door de verzoeker gewenste solicitor op de datum waarop de zaak van de verzoeker voorkomt, op een andere locatie al aan een andere cliënt is toegewezen, zal het hoofd aan de verzoeker voor diens vertegenwoordiging een andere solicitor toewijzen.
Indien de verzoeker in het verleden al door een solicitor van het centrum voor rechtsbijstand is vertegenwoordigd, is het gebruikelijk dat het hoofd voor de nieuwe zaak dezelfde solicitor aan de verzoeker toewijst om rechtsbijstand te verlenen. Een verzoeker heeft geen absoluut recht op raadpleging van of vertegenwoordiging door de solicitor van zijn of haar keuze. Evenwel houdt het hoofd bij het toewijzen van een solicitor doorgaans wel rekening met de voorkeuren van de verzoeker. Indien de verzoeker door een solicitor van hetzelfde geslacht wil worden vertegenwoordigd, zal het hoofd trachten aan diens wens tegemoet te komen.
De te betalen eigen bijdrage voor rechtsbijstand die in de verklaring wordt beschreven omvat alle kosten die voor de procedure worden gemaakt. Kostenvergoedingen en algemene schadevergoedingen die u in het kader van een gerechtelijke procedure of een minnelijke schikking ontvangt, moeten echter aan de raad voor rechtsbijstand worden afgedragen. De raad voor rechtsbijstand kan door hem gemaakte kosten in mindering brengen op door u ontvangen bedragen, op een beperkt aantal uitzonderingen na. Dit geldt eveneens voor bedragen die zijn betaald aan degene die van rechtsbijstand gebruikmaakt in het kader van huwelijksgeschillen, echtscheidingsconvenanten of een scheiding van tafel en bed. Indien het totale bedrag van de door de raad voor rechtsbijstand gemaakte kosten voor rechtsbijstand lager is dan het totale bedrag dat u hebt betaald of voor uw rekening komt uit hoofde van de eigen bijdrage en in verband met de betaling van kosten of schadeloosstelling of in geval van de vestiging van een recht op een goed, zal het verschil aan u worden terugbetaald.
Niet van toepassing.
Een verklaring van rechtsbijstand voorziet in rechtsbijstand voor de procedure of het onderwerp dat hierin wordt vermeld. Op het moment dat de procedure is beëindigd of het onderwerp is afgehandeld, komt de verklaring te vervallen. Verzoekers die met het oog op het oorspronkelijke onderwerp aanvullende rechtsbijstand nodig, kunnen om een wijziging van de verklaring van rechtsbijstand of de afgifte van een nieuwe verklaring vragen. De specifieke omstandigheden van de zaak bepalen of de bestaande verklaring moet worden gewijzigd of dat een nieuwe verklaring moet worden afgegeven. De solicitor brengt hierover een advies uit.
Indien onjuiste informatie wordt verstrekt of belangrijke feiten worden achtergehouden (bv. een veranderde financiële situatie) of als er sprake is van onredelijk gedrag, kan u het juridisch advies en/of de rechtsbijstand worden ontnomen. In dat geval komen alle gemaakte kosten voor uw rekening.
Indien een verzoeker door een beslissing van de raad voor rechtsbijstand meent te zijn benadeeld, kan hij of zij om een herziening van deze beslissing verzoeken. In dat geval moet de verzoeker schriftelijk aanvullende informatie ter beoordeling verstrekken, evenals een advies van diens solicitor waarin wordt aangegeven of de beslissing al dan niet moet worden gehandhaafd. Een verzoek om een beslissingsherziening kan door het centrum voor rechtsbijstand voor de verzoeker worden ingediend.
Indien een verzoeker meent te zijn benadeeld door een beslissing van de raad voor rechtsbijstand of diens herziening van een beslissing, kan hij of zij daartegen bij een beroepscommissie van de raad voor rechtsbijstand beroep aantekenen. In dat geval moet bij een beroepscommissie van de raad voor rechtsbijstand beroep worden ingesteld. Verzoekers kunnen rechtstreeks bij de raad voor rechtsbijstand of door tussenkomst van het centrum voor rechtsbijstand beroep aantekenen tegen een beslissing. Binnen een maand na de datum waarop de verzoeker op de hoogte is gesteld van het feit dat hij of zij niet voor de gevraagde bijstand in aanmerking komt, moet met het oog op de herziening of het instellen van een beroep aanvullende informatie worden verstrekt.
De beroepscommissie bestaat uit een voorzitter en vier andere leden. Twee van deze leden zijn voorafgaand aan hun aanstelling bij de raad voor rechtsbijstand werkzaam geweest als barrister of solicitor. De commissieleden mogen niet bij de oorspronkelijke beslissing betrokken zijn geweest.
Aanvullende informatie
Raadpleeg voor meer informatie en een overzicht van adressen en telefoonnummers van alle centra voor rechtsbijstand de website van de raad voor rechtsbijstand.
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.
Wie een gerechtelijke procedure wil aanspannen of al aangespannen heeft, moet de volgende kosten dragen:
Een burger heeft het recht om financiële bijstand aan te vragen voor het inleiden van een gerechtelijke procedure of om deel te nemen aan een gerechtelijke procedure die tegen hem of haar is ingesteld. De bijstand dekt ook vertegenwoordiging in tweede aanleg, de kosten voor een notaris (symvolaiográfos) of een deurwaarder en tenuitvoerleggingskosten.
Wat rechtsbijstand in burgerlijke en handelszaken inhoudt, is vastgelegd in Wet 3226/2004 inzake de verlening van rechtsbijstand aan burgers met een laag inkomen en andere bepalingen, zoals gewijzigd (hierna “de wet” genoemd).
De rechtsbijstand kan ook worden verleend in de vorm van de benoeming van een advocaat die juridisch advies kan verstrekken voordat het grensoverschrijdende geschil voor de rechter wordt gebracht (artikel 10, punt c, van de wet).
Artikel 11 van de wet bepaalt dat alle burgers van de Europese Unie voor rechtsbijstand in aanmerking kunnen komen. Daarnaast kunnen onderdanen van derde landen en staatlozen in aanmerking komen voor rechtsbijstand, mits zij legaal in de Europese Unie verblijven of er hun gewone verblijfplaats hebben en kunnen aantonen dat zij aan de vereiste voorwaarden voldoen.
De toekenning van rechtsbijstand is gebonden aan de voorwaarden die in de wet zijn vastgelegd. Op grond van artikel 1, lid 2, van de wet kan rechtsbijstand worden toegekend aan burgers van wie het jaarlijkse gezinsinkomen niet hoger is dan twee derde van het persoonlijke minimumjaarinkomen zoals vastgelegd in de wet. In het geval van een geschil binnen het gezin wordt het inkomen van de partner (echtgeno(o)t(e)) buiten beschouwing gelaten voor de berekening van het inkomen van de verzoeker.
Er gelden speciale regelingen voor personen die hun woonplaats of gewone verblijfplaats in een andere lidstaat hebben. Op grond van artikel 10 van de wet is de hierboven genoemde (minimum)drempel niet verplicht als de verzoeker kan aantonen dat hij door het verschil in kosten van levensonderhoud tussen het land van herkomst en Griekenland, de kosten van rechtsbijstand niet kan dragen.
Ja, namelijk voor civielrechtelijke, familierechtelijke, handelsrechtelijke en strafrechtelijke procedures.
Deze procedure wordt geregeld in artikel 2 van de wet. De procedure voor de toekenning van rechtsbijstand begint met de indiening van het verzoek door de begunstigde. Dit bevat een samenvatting van het voorwerp van het proces of de rechtshandeling en van de gegevens waaruit blijkt dat aan de voorwaarden voor de toekenning van de bijstand wordt voldaan.
Het verzoek gaat vergezeld van de nodige bewijsstukken, die bewijs leveren voor de financiële situatie (met name een kopie van de belastingaangifte of een verklaring van de belastinginspecteur dat de verzoeker geen aangifte hoeft te doen, een kopie van de vermogensverklaring, een kopie van de belastingaanslag, het fiscaal identificatienummer in Griekenland (AFM), socialezekerheidsverklaringen, verklaringen op erewoord) en bewijsstukken met betrekking tot de woon- of verblijfplaats, zoals bedoeld in artikel 1, lid 1, als de betrokkene onderdaan is van een derde land.
Het verzoek en de bewijsstukken moeten ten minste vijftien dagen vóór het proces of de rechtshandeling waarvoor om rechtsbijstand wordt verzocht, worden ingediend. Deze termijn kan worden verkort in geval van een latere dagvaarding. De procedure is kosteloos en vertegenwoordiging door een advocaat is niet verplicht.
Op grond van artikel 8, lid 1, van de wet moet een verzoek om rechtsbijstand worden ingediend bij de rechtbank van eerste aanleg (protodikeía) met materiële en territoriale bevoegdheid. Deze rechtbank is bevoegd om het verzoek te behandelen.
In het geval van handelingen die geen verband houden met een rechtszaak, is de bevoegde rechtbank het vredegerecht voor civiele zaken (eirinodikeío) van de woonplaats van de verzoeker.
Tegen de beslissing van de rechter kan door de verzoeker beroep worden ingesteld, dat wordt behandeld in het kader van de procedure in kort geding. Voor de toelating van het verzoek is waarschijnlijkheid voldoende en is geen volledige documentatie nodig. De rechtbank heeft een ruime discretionaire bevoegdheid om bewijsmateriaal te verzamelen.
Alle rechtbanken van het land hebben een speciaal kantoor dat burgers met een laag inkomen die recht hebben op kosteloze rechtsbijstand, helpt bij het inleiden van de procedure. Sommige rechtbanken bieden de mogelijkheid om online een formulier voor het indienen van een verzoek om rechtsbijstand te downloaden, bv. het vredegerecht van Patras (zie: https://www.eirinodikeio-patras.gov.gr/nomiki-voithia).
De verzoeker moet bewijs leveren van zijn of haar financiële situatie. In de wet is vastgelegd wat de relevante bewijsstukken zijn (zie vraag 5).
Het verzoek wordt ingediend bij een rechtbank (zie vraag 5).
De criteria voor de toekenning van rechtsbijstand zijn vastgelegd in de wet. Op grond van artikel 1, lid 2, kan rechtsbijstand worden toegekend aan burgers met een laag inkomen van wie het jaarlijkse gezinsinkomen niet hoger is dan twee derde van het persoonlijke minimumjaarinkomen zoals vastgelegd in de nationale algemene cao (Ethnikí Genikí Syllogikí Sýmvasi Ergasías). In geval van een geschil binnen het gezin wordt het inkomen van de andere partij in het geschil buiten beschouwing gelaten.
Er gelden speciale regelingen als degene die in een civiele of handelszaak om rechtsbijstand verzoekt, zijn of haar woonplaats of gewone verblijfplaats heeft in een andere lidstaat van de Europese Unie. Op grond van artikel 10 van de wet is de genoemde minimumdrempel voor het gezinsinkomsten niet verplicht als de verzoeker aantoont dat hij of zij de gerechtskosten niet kan dragen als gevolg van het verschil in kosten van levensonderhoud tussen de lidstaat van zijn of haar woonplaats of gewone verblijfplaats en Griekenland.
Wegens het grensoverschrijdende karakter van de vordering wordt ook rechtsbijstand verleend voor de kosten van vertolking, officiële vertaling van stukken die nodig zijn voor de beslechting van het geschil en door de verzoeker gemaakte kosten voor de reis van een persoon die bij de vordering betrokken is, wanneer diens persoonlijke aanwezigheid bij de terechtzitting vereist is en de rechtbank beslist dat de betreffende persoon niet op een andere manier aan de procedure kan deelnemen. De rechtsbijstand kan ook worden verleend in de vorm van de benoeming van een advocaat die juridisch advies kan verstrekken voordat het geschil voor de rechter wordt gebracht.
De partij moet een verzoek indienen bij de bevoegde rechtbank (zie vraag 5).
Als de rechtbank de rechtsbijstand toekent, heeft de begunstigde recht op de in het antwoord op vraag 2 vermelde juridische diensten.
Dit wordt geregeld in artikel 5 van de wet. Bij de benoeming van een advocaat wordt de keuze gebaseerd op een lijst die is opgesteld door de desbetreffende orde van advocaten (dikigorikós sýllogos). Advocaten van dienst (synígoroi ypiresías) worden in alfabetische volgorde benoemd op basis van de desbetreffende lijst van de orde van advocaten en de selectie wordt bevestigd door de rechtbank die rechtsbijstand verleent. De aangewezen advocaat mag weigeren de verdediging op zich te nemen. In dat geval benoemt dezelfde rechtbank een andere advocaat.
De bijzonderheden omtrent de kosten die door de rechtsbijstand worden gedekt, worden geregeld door artikel 9 van de wet, zoals gewijzigd. Zie ook de antwoorden op de vragen 1 en 2.
In gevallen van echtscheiding met wederzijds goedvinden (ynainetikó diazýgio) wordt rechtsbijstand verleend in de vorm van een vrijstelling van alle of een deel van de gerechtskosten voor een notaris en van het honorarium van de advocaat die is benoemd om de verzoekers voor de notaris te vertegenwoordigen.
De rechtsbijstand is niet van invloed op de veroordeling in de kosten van de wederpartij.
De wet bevat geen enkele bepaling die hierin voorziet. Een mogelijk alternatief zou kunnen zijn dat ngo’s de overige kosten betalen, vooral in het geval van migranten en vluchtelingen.
Ja. Artikel 9, lid 3, van de wet bepaalt dat rechtsbijstand afzonderlijk wordt toegekend voor elk proces, van toepassing is op elk gerechtelijk niveau en voor elke rechtbank en ook geldt voor de gedwongen tenuitvoerlegging van beslissingen.
Overeenkomstig artikel 4, leden 2 en 3, van de wet kan de rechtsbijstand worden ingetrokken of beperkt als de bevoegde rechter daar ambtshalve of op voorstel van de openbare aanklager (eisangeléas) toe beslist, als wordt bewezen dat niet aan de voorwaarden voor toekenning werd voldaan, dat er niet meer aan wordt voldaan of dat ze wezenlijk zijn veranderd. Een verzoeker die rechtsbijstand toegekend heeft gekregen op basis van een vals verzoek of valse informatie, moet de kosten waarvan hij of zij was vrijgesteld, terugbetalen.
Overeenkomstig artikel 8, lid 2, kan de verzoeker binnen vijf (5) dagen na de uitspraak beroep instellen tegen de beslissing van de vrederechter, van de alleensprekende rechter in eerste aanleg (monomelés protodikeío) en van de president van rechtbank van eerste aanleg (protodikeío) bij de meervoudige kamer van eerste aanleg (polymelés protodikeío). Het beroep wordt behandeld in het kader van de procedure in kort geding (artikel 682 e.v. van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering (Kódikas Politikís Dikonomías)). Er kan geen beroep worden ingesteld bij het Hooggerechtshof (Áreios Págos). In het geval van een verandering van de feiten kan er een nieuw verzoek worden ingediend (artikel 2, lid 5, van de wet).
De wet betreffende rechtsbijstand bevat geen bepaling in die zin.
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.
In Spanje is de rechtsbedeling een gratis overheidsdienst. Er zijn geen belastingen of heffingen verbonden aan het gebruik van deze dienst. Toch brengt een rechtszaak gewoonlijk bepaalde kosten met zich mee, waaronder:
Doorgaans moet de betrokken partij deze kosten voorschieten. Na afloop van de procedure moet de rechtbank beslissen wie uiteindelijk de kosten zal dragen. Uitgangspunt daarbij is het beginsel “de verliezer betaalt”.
Volgens artikel 119 van de Spaanse Grondwet is rechtsbijstand een procedure ten behoeve van personen die kunnen aantonen dat ze over onvoldoende financiële middelen beschikken. Dergelijke personen komen in aanmerking voor een aantal tegemoetkomingen, in het bijzonder voor de vrijstelling van het betalen van de honoraria van advocaten en procureurs, de kosten van het opstellen van deskundigenverslagen, borgstellingen, gerechtskosten enz.
Het gaat hierbij in het bijzonder om:
Aan de voorgaande rechten zijn de volgende diensten toegevoegd, uitsluitend en alleen voor grensoverschrijdende rechtszaken (na de hervorming van de Wet op de rechtsbijstand door middel van Wet 16/2005 van 18 juli 2005, waarbij de Wet op de rechtsbijstand is aangepast aan Richtlijn 2002/8/EG):
Alle burgers van de Europese Unie die kunnen aantonen dat zij over onvoldoende middelen beschikken (voor grensoverschrijdende geschillen uitsluitend natuurlijke personen):
Met betrekking tot strafrechtelijke, bestuursrechtelijke en voorbereidende bestuursrechtelijke procedures: buitenlandse onderdanen die kunnen aantonen dat zij over onvoldoende middelen beschikken om een rechtszaak te voeren, zelfs als zij niet legaal in Spanje verblijven.
De volgende personen komen voor rechtsbijstand in aanmerking ongeacht of zij voldoende middelen hebben om een rechtszaak te kunnen voeren: slachtoffers van seksistisch geweld, terrorisme en mensenhandel, en minderjarigen en mensen met een mentale beperking wanneer zij slachtoffer van misbruik of mishandeling zijn. Ook de nabestaanden krijgen deze bijstand als het slachtoffer overlijdt. Dat geldt echter niet voor een nabestaande die tevens de dader is.
Rechtsbijstand wordt eveneens, ongeacht middelen, toegekend aan personen die kunnen aantonen dat zij blijvende nadelige gevolgen van een ongeval ondervinden waardoor zij hun gewone beroep niet meer kunnen uitoefenen en die hulp van andere mensen nodig hebben. Daarbij moet het geschil wel gaan over een eis tot vergoeding van de geleden schade.
Met betrekking tot het sociale recht, bij verweer in gerechtelijke procedures: werknemers en begunstigden van het socialezekerheidsstelsel. Zij hoeven niet aan te tonen dat zij over onvoldoende middelen beschikken.
In grensoverschrijdende geschillen kan de betrokkene rechtsbijstand krijgen als hij aantoont dat hij de proceskosten niet kan betalen vanwege een verschil in de kosten van levensonderhoud tussen de eigen lidstaat en Spanje.
Voor alle soorten procedures, al dan niet op tegenspraak, kan rechtsbijstand worden toegekend wanneer daarmee bedragen van meer dan 2 000 EUR gemoeid zijn. Dit geldt voor alle (beroeps)procedures en de tenuitvoerlegging van gerechtelijke beslissingen, maar niet als bijstand van een advocaat verplicht is.
In procedures van minder dan 2 000 EUR waar de tussenkomst van een advocaat of procureur niet verplicht is, kan in bepaalde gevallen eveneens om rechtsbijstand worden verzocht, namelijk wanneer de andere partij wel een beroep op deze deskundigen doet of wanneer de rechter uitdrukkelijk beveelt dat deze bijstand wordt verleend om de gelijkheid van de partijen te garanderen.
Voorlopige toewijzing is mogelijk, ofwel door de orde van advocaten (Colegio de Abogados), binnen 15 werkdagen na ontvangst van het verzoek om rechtsbijstand, of op gerechtelijk bevel.
Bij de juridische-adviesdienst van de ordes van advocaten, bij de bureaus van de gerechtelijke administratie (Decanatos de los Juzgados) en bij de provinciale rechtsbijstandscommissies (Comisiones provinciales de Asistencia Jurídica Gratuita).
De algemene orde van Spaanse advocaten (Consejo General de la Abogacía Española) heeft voor de burgers een portaal voor gratis rechtsbijstand (Justicia Gratuita) beschikbaar waar onder andere een verzoek om rechtsbijstand kan worden ingediend en waar de betrokkene kan nagaan of hij aan de financiële voorwaarden voldoet. Het blijft echter altijd nodig de vereiste documenten en het verzoek op de hieronder beschreven wijze in te dienen.
Plaats waar het verzoek moet worden ingediend
Verzoeken om rechtsbijstand moeten met de bijbehorende documenten worden ingediend bij de juridische-adviesdienst van de orde van advocaten van de plaats waar de rechtbank die het hoofdgeding behandelt, zich bevindt of bij de rechtbank van de woonplaats van de verzoeker als er geen procedure is ingesteld.
Documenten over:
Meer specifiek gaat het om:
Om de verzoekprocedure te versnellen kunnen de ordes van advocaten, na uitdrukkelijke toestemming, echter meerdere van deze verklaringen, bevestigingen of bewijzen namens de rechtzoekenden aanvragen.
Verzoeken om rechtsbijstand moeten worden ingediend bij de juridische-adviesdienst van de orde van advocaten van de plaats waar de rechtbank die het hoofdgeding behandelt, zich bevindt of bij de rechtbank van de woonplaats van de verzoeker als er geen procedure is ingesteld. In het laatste geval stuurt de rechtbank het verzoek onmiddellijk door naar de territoriaal bevoegde orde van advocaten.
De ordes van advocaten zijn aangewezen als de autoriteit die bij grensoverschrijdende geschillen de verzoeken in ontvangst neemt. De orde van advocaten van de gewone verblijfplaats of woonplaats van de verzoeker is dan de autoriteit die het verzoek doorstuurt.
Een Europese burger van wie de staat partij is bij de Overeenkomst van de Raad van Europa inzake het verzenden van verzoeken om rechtsbijstand, kan zijn verzoek richten tot de centrale autoriteit die zijn land met het oog op de toepassing van deze overeenkomst heeft aangewezen.
Het verzoek moet vóór de inleiding van de procedure worden ingediend, of als de verzoeker om rechtsbijstand de verweerder in de procedure is, voordat de vordering wordt betwist. Niettemin kunnen zowel verzoeker als verweerder later nog om rechtsbijstand verzoeken wanneer zij kunnen aantonen dat hun financiële situatie is veranderd.
De orde van advocaten kan de volgende voorlopige besluiten nemen:
Als de orde niet binnen vijftien dagen een besluit neemt, kan de verzoeker zijn verzoek rechtstreeks bij de rechtsbijstandscommissie indienen. De commissie wijst dan onmiddellijk op voorlopige basis een procureur en advocaat aan en controleert de verstrekte informatie en documenten.
De rechtsbijstandscommissie moet binnen dertig dagen na de ontvangst van het dossier definitief besluiten of de rechtsbijstand al dan niet wordt verleend. Als er na dertig dagen nog geen besluit is genomen, worden de voorlopige besluiten van de orde van advocaten en de orde van procureurs bekrachtigd.
Het besluit wordt binnen drie dagen meegedeeld aan de verzoeker, de orde van advocaten, de orde van procureurs en de rechtbank waar de procedure loopt, of de rechter-president als er geen procedure is ingesteld.
Als u eiser bent, moet u, alvorens de procedure in te leiden, het verzoek indienen bij de orde van advocaten van de plaats waar de rechtbank die het hoofdgeding behandelt, zich bevindt of bij de rechtbank van de woonplaats van de verzoeker.
1. Als u verweerder bent, moet u het verzoek om rechtsbijstand indienen voordat u de vordering betwist. Door het verzoek in te dienen wordt de procedure niet geschorst; de rechter kan echter op verzoek van de betrokkene de schorsing van de procedure bevelen totdat er is besloten of er rechtsbijstand mag worden verleend.
In geval van grensoverschrijdende geschillen waarbij om rechtsbijstand wordt verzocht om in een andere lidstaat een rechtszaak aan te spannen, kan het verzoek ook bij de orde van advocaten (als het gaat om ingezetenen van Spanje die bij een geschil in een andere staat zijn betrokken) van de gewone verblijfplaats of de woonplaats van de verzoeker worden ingediend.
De algemene regel is dat de orde van advocaten bij toerbeurt een advocaat aanwijst. Het is echter ook mogelijk dat de betrokkene zijn eigen advocaat aanwijst, op voorwaarde dat deze geen vergoeding voor zijn diensten vraagt.
De rechtsbijstand dekt de volgende kosten:
Verder zijn in geval van grensoverschrijdende geschillen ook tolkdiensten, het vertalen van documenten en reiskosten inbegrepen wanneer de betrokken rechtbank het noodzakelijk acht dat de betrokkene in persoon aanwezig is.
Wanneer het inkomen van de verzoeker meer dan tweemaal en niet meer dan vijfmaal het minimumloon bedraagt, kan de rechtsbijstandscommissie bij wijze van uitzondering rechtsbijstand verlenen teneinde rekening te houden met de persoonlijke en gezinssituatie van de verzoeker.
De rechtsbijstandscommissie kan daarbij kijken naar de gezinssituatie van de verzoeker, het aantal kinderen of gezinsleden waarvoor hij moet zorgen, de gerechtskosten en overige kosten die voortvloeien uit het inleiden van de procedure of andere soortgelijke kosten. Na objectieve beoordeling daarvan, en in elk geval wanneer de verzoeker een ouder is in een groot gezin van een bijzondere categorie, kan de commissie besluiten om bij wijze van uitzondering gratis rechtsbijstand te verlenen.
Onder dezelfde voorwaarden als in de vorige alinea kan er rechtsbijstand worden verleend aan verzoekers met gezondheidsproblemen alsook aan personen met een beperking als bedoeld in artikel 1, lid 2, van Wet nr. 51/2003 van 2 december 2003 inzake gelijke kansen, non-discriminatie en universele toegang voor mensen met een beperking, en aan de personen die voor hen zorgen wanneer deze in het kader van een procedure in hun naam en in hun belang optreden. Het moet hierbij gaan om procedures die verband houden met de gezondheidstoestand of de beperking die deze uitzonderlijke erkenning rechtvaardigt.
In zulke gevallen moet de bevoegde rechtsbijstandscommissie uitdrukkelijk vaststellen op welke in artikel 6 genoemde tegemoetkomingen de verzoeker aanspraak kan maken.
De proceskosten die niet worden vergoed, komen voor rekening van de betrokkene zelf, in afwachting van de beslissing over de kosten. Als de andere partij in de kosten wordt veroordeeld, vergoedt deze de kosten die de begunstigde van gedeeltelijke rechtsbijstand zelf heeft voldaan.
In geval van burgers die in een andere lidstaat van de Unie verblijven, wordt de bovenstaande regel op voorzichtige wijze toegepast: er wordt rekening gehouden met de levensstandaard in de staat van verblijf om te voorkomen dat de betrokkene onmiddellijke schade lijdt.
Wanneer het recht op rechtsbijstand in het kader van een geschil wordt erkend, geldt dat voor alle procedures en gebeurtenissen die met het geschil verband houden, met inbegrip van de tenuitvoerlegging als deze plaatsvindt binnen twee jaar na de in eerste aanleg gegeven rechterlijke beslissing. Dat geldt ook voor alle vormen van beroep tegen beslissingen in het kader van hetzelfde geschil, zonder dat een nieuw verzoek nodig is.
Het besluit tot verlening van rechtsbijstand kan worden ingetrokken als het gebaseerd is op een onjuiste verklaring, vervalsing of het achterhouden van gegevens door de verzoeker.
Het recht op rechtsbijstand kan ook worden ingetrokken als de financiële situatie van de ontvanger binnen drie jaar verbetert.
In beide gevallen geldt de algemene regel: de verliezer betaalt.
U kunt tegen dit besluit binnen tien dagen na de kennisgeving ervan schriftelijk beroep instellen bij de rechtsbijstandscommissie. De bevoegde rechter zal dit beroep behandelen.
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.
In Frankrijk wordt voor “rechtsbijstand” de term “aide juridictionnelle” gehanteerd in plaats van “aide judiciaire”; dit is echter niet van invloed op onderstaande tekst, zodat steeds wordt gesproken van “rechtsbijstand”.
De kosten van een procedure kunnen variëren, afhankelijk van de aard en complexiteit van de zaak, de procedure en de rechtbank die bevoegd is om in de zaak uitspraak te doen.
Er zijn drie categorieën kosten:
• honoraria van advocaten, waarvoor geen vaste tarieven gelden en die daarom tussen advocaten en cliënten kunnen worden overeengekomen; in principe worden deze betaald door cliënten, tenzij zij in aanmerking komen voor rechtsbijstand;
• kosten, uitdrukkelijk gespecificeerd in artikel 695 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering (Code de procédure civile); het gaat hierbij met name om:
a. emolumenten voor vertegenwoordiging door advocaten of bepaalde ambtenaren (officiers publics of officiers ministériels); emolumenten zijn niet hetzelfde als het honorarium;
b. gerechtskosten die aan gerechtsdeurwaarders moeten worden betaald;
c. kosten van deskundigenverslagen en ‑onderzoek;
d. eventuele vergoedingen voor getuigen, op basis van een vergoedingentabel;
e. zittingsvergoeding van de vertegenwoordiger;
f. onkosten: kosten in verband met de vaste vergoedingen die ten behoeve van de procedure door beroepsbeoefenaren zijn voorgeschoten.
De verliezende partij betaalt de kosten. Dit beginsel is vastgelegd in artikel 696 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering. De rechter kan, bij een met redenen omklede beslissing, een andere partij echter gelasten alle of een deel van de kosten te betalen. In het laatste geval worden de kosten gesplitst;
• andere kosten die de procespartijen in de rechtbank maken, worden in principe door die partijen zelf gedragen tenzij de rechter anders beslist. De rechter kan deze bevoegdheid zowel in strafzaken als in burgerlijke zaken uitoefenen en houdt hierbij terdege rekening met billijkheid of de economische situatie van de veroordeelde partij. Rechters kunnen ook ambtshalve beslissen dat een dergelijk bevel niet nodig is.
In strafzaken betaalt de staat de gerechtskosten. De veroordeelde moet een vast tarief betalen voor de procedure, waarbij het bedrag afhangt van het strafbare feit.
De rechtsbijstand valt onder de regeling inzake de juridische ondersteuning (aide juridique), die in de plaats is gekomen van de bij de wet van 1972 tot stand gebrachte regeling voor rechtshulp en die is ingevoerd bij Wet nr. 91-647 van 10 juli 1991 betreffende de juridische ondersteuning en betreffende de rechtsbijstand en de bijstand voor het inschakelen van een advocaat in niet voor een rechtbank gevoerde procedures (Loi n° 91-647 du 10 juillet 1991 relative à l’aide juridique).
De juridische ondersteuning bestrijkt:
Rechtsbijstand en bijstand voor het inschakelen van een advocaat in niet voor een rechtbank gevoerde procedures zijn bestemd voor minvermogenden die hun rechten willen uitoefenen. Bij deze vormen van bijstand, die tevens de gerechtskosten (advocaat, gerechtsdeurwaarder, notaris enz.) dekken, komen de betreffende honoraria deels of geheel voor rekening van de staat. Zij worden aan rechtzoekenden die hierom verzoeken toegekend mits hun geding ontvankelijk en gegrond is en er geen sprake is van misbruik wegens het aantal verzoeken of het systematische karakter ervan.
De rechtsbijstand kan volledig, gedeeltelijk of nul zijn. Kosten die gedekt worden door een rechtsbijstandsverzekering of een andere vorm van bescherming, vallen er niet onder. Het bedrag van de kosten die op die manier worden gedekt, kan in mindering worden gebracht op de bedragen die de staat in het kader van de rechtsbijstand voorschiet.
Door rechtsbijstand kan de ontvanger zich gratis laten bijstaan door een advocaat of een andere juridische functionaris (bijvoorbeeld een gerechtsdeurwaarder, notaris of veilingmeester) en is hij/zij vrijgesteld van alle of een deel van de gerechtskosten. Voor de rechtsbijstand gelden de criteria zoals bepaald in voornoemde wet van 10 juli 1991 en in Decreet 2020-1717 van 28 december 2020 houdende de toepassing van Wet nr. 91-647 van 10 juli 1991 betreffende de juridische ondersteuning en betreffende de rechtsbijstand en de bijstand voor het inschakelen van een advocaat in niet voor een rechtbank gevoerde procedures.
Rechtsbijstand wordt toegekend door het rechtsbijstandsbureau (bureau de l’aide juridictionnelle) bij de gecombineerde (regionale en districts)rechtbank (tribunal judiciaire), op basis van een aantal financiële, nationaliteits-, verblijfs- en ontvankelijkheidscriteria.
Bij wijze van afwijking kan deze bijstand ook in een aantal specifieke situaties worden toegekend (zie hieronder).
Financiële criteria:
U komt voor rechtsbijstand in aanmerking als uw fiscaal referentie-inkomen (revenu fiscal de référence) of uw draagkracht en vermogen lager zijn dan de bij decreet vastgestelde drempels.
Op 1 januari 2021 zijn er nieuwe bepalingen in werking getreden die de criteria om voor rechtsbijstand in aanmerking te komen, hebben gewijzigd. Het al dan niet toekennen van rechtsbijstand is voortaan afhankelijk van:
Als het fiscale huishouden uit meerdere personen bestaat, wordt voor de plafonds uitgegaan van het roerende en onroerende vermogen van al deze personen tezamen. Als echter om rechtsbijstand wordt verzocht voor een procedure in verband met een conflict tussen de verzoeker en een ander lid van het fiscale huishouden, wordt het vermogensplafond voor beiden afzonderlijk onderzocht;
Aan slachtoffers van een ernstig misdrijf (aanval met de bedoeling iemands leven in gevaar te brengen of lichamelijk letsel toe te brengen) en hun begunstigden wordt evenwel zonder enig middelenonderzoek rechtsbijstand toegekend.
Rechtsbijstand kan worden toegekend aan personen met de Franse nationaliteit, onderdanen van een van de lidstaten van de Europese Unie (met uitzondering van Denemarken) of buitenlandse onderdanen die hun gewone en regelmatige verblijfplaats in Frankrijk hebben. Deze bijstand kan voor een zaak in een Franse rechtbank ook worden toegekend aan buitenlanders die niet in Frankrijk wonen, maar wel onderdaan zijn van een staat die een internationale of bilaterale overeenkomst met Frankrijk heeft volgens welke zijn onderdanen voor rechtsbijstand in aanmerking komen.
Verblijfscriterium
Behalve in bovenstaande gevallen geldt in de regel dat iemand zijn/haar gewone en regelmatige verblijfplaats in Frankrijk moet hebben.
Buitenlanders ontvangen echter ook rechtsbijstand zonder inachtneming van het verblijfscriterium, als zij minderjarig, bijgestane getuigen, onderwerp van onderzoek, aangeklaagd, beschuldigd of veroordeeld zijn of schadeloosstelling vorderen in een strafproces, als er ten gunste van hen een beschermingsbevel is afgegeven krachtens artikel 515-9 van het burgerlijk wetboek (Code civil), als zij onderwerp zijn van een procedure waarin zij zijn opgeroepen na vooraf schuld te hebben erkend, of als zij onderwerp zijn van een procedure betreffende de voorwaarden van de regelgeving inzake binnenkomst en verblijf van buitenlanders in Frankrijk en die van het asielrecht in Frankrijk.
Er wordt rechtsbijstand toegekend aan personen wier geding niet kennelijk niet-ontvankelijk of ongegrond lijkt. Dit criterium is niet van toepassing op verweerders in het geding, personen met civielrechtelijke aansprakelijkheid, bijgestane getuigen of aangeklaagde, beschuldigde of veroordeelde personen.
Eisers ontvangen geen rechtsbijstand voor beroepen als er geen redelijke grond voor beroep kan worden vastgesteld.
Wanneer rechtsbijstand om die reden worden geweigerd, maar de rechter het geding van de eiser niettemin inwilligt, krijgt de eiser de ontstane of betaalde kosten, onkosten en honoraria vergoed tot het bedrag van de rechtsbijstand waarop hij/zij op grond van zijn/haar middelen recht had gehad.
Specifieke situaties
Er wordt zonder enig onderzoek naar de voorwaarden om ervoor in aanmerking te komen rechtsbijstand toegekend, als de eiser die bijstand al heeft ontvangen voor zijn/haar zaak en de tegenpartij beroep tegen de beslissing daaromtrent heeft ingesteld, of als hij/zij beroep instelt bij het nationaal hof voor asielrecht (Cour nationale du droit d’asile).
Ook personen die niet aan die voorwaarden voldoen, kunnen bij wijze van uitzondering in aanmerking komen voor rechtsbijstand, als hun zaak bijzondere ondersteuning verdient gezien het onderwerp van het geschil of de voorzienbare kosten van de procedure (artikel 6 van de wet van 10 juli 1991 betreffende de juridische ondersteuning).
Rechtsbijstand wordt toegekend aan eisers en verweerders in niet-contentieuze of contentieuze procedures bij elke rechtbank en voor het horen van minderjarigen.
De bijstand kan voor de gehele of een deel van de procedure worden toegekend en met als doel vóór aanvang van de procedure tot een schikking te komen.
Rechtsbijstand kan ook worden toegekend om te zorgen voor tenuitvoerlegging van een gerechtelijke beslissing of een andere executoriale titel, ook die uit andere EU-lidstaten met uitzondering van Denemarken.
Rechtsbijstand kan voorlopig worden toegekend, wanneer de procedure de basale levensomstandigheden van de betrokkene in gevaar brengt, met name als er bij de tenuitvoerlegging beslag wordt gelegd op goederen of de betrokkene uit zijn/haar woning wordt gezet. In zulke gevallen kan de bijstand worden toegekend door het hoofd van het rechtsbijstandsbureau of door (de president van) de bevoegde rechtbank. In strafzaken kan rechtsbijstand worden toegekend in dringende gevallen (bijvoorbeeld tussenkomst bij een onderzoek op het eerste gezicht, of bij een onmiddellijk proces).
Rechtsbijstand die voorlopig is toegekend in de loop van de procedure, dekt alle handelingen van de rechtbank.
U kunt het aanvraagformulier voor rechtsbijstand downloaden en afdrukken door de volgende link in uw browser te plakken:
https://www.justice.fr/formulaire/demande-aide-juridictionnelle
De rechtsbijstand kan worden aangevraagd vóór het indienen van het verzoek of tijdens de procedure.
Het kan echter ook na afloop van de procedure, bijvoorbeeld om de gerechtelijke beslissing ten uitvoer te doen leggen.
Aanvraagformulieren voor rechtsbijstand zijn verkrijgbaar bij de gecombineerde (regionale en districts)rechtbank, de rechtbank van uw woonplaats of de plaats waar de zaak wordt behandeld, maar ook bij het dichtstbijzijnde juridische informatiepunt (Point Justice) (huizen van justitie en recht (Maisons de la Justice et du Droit), juridische informatiebalies (Point d’Accès au Droit en Relais d’Accès au Droit). U vindt dit punt op de volgende pagina: http://www.annuaires.justice.gouv.fr/lieux-dacces-aux-droits-10111/
Als u de Franse nationaliteit hebt, maar in het buitenland woont, kunt u het formulier ook krijgen bij een consulaat of bij het
Département de l’entraide, du droit international privé et européen, Ministère de la Justice,
Direction des affaires civiles et du sceau,
13 place Vendôme, 75042 Paris Cedex 01.
Als u een buitenlander bent die niet in Frankrijk woont, kunt u het rechtsbijstandsformulier opvragen bij de centrale autoriteit die door uw land is aangewezen om internationale rechtsbijstandsverzoeken te verzenden. De meeste landen hebben deze taak toegewezen aan hun ministerie van Justitie. Frankrijk heeft de bovenstaande afdeling van het ministerie van Justitie, het bureau voor Unierecht, internationaal privaatrecht en wederzijdse rechtshulp in burgerlijke zaken (Bureau du droit de l’Union, du droit international privé et de l’entraide civile) aangewezen als verantwoordelijke dienst voor het ontvangen en verzenden van verzoeken in burgerlijke, administratieve en handelszaken van inwoners van lidstaten van de Raad van Europa die partij zijn bij de Europese Overeenkomst inzake het doorzenden van verzoeken om rechtsbijstand van 27 januari 1977.
Als u onderdaan bent van een EU-lidstaat met uitzondering van Denemarken en woonachtig bent in Frankrijk of uw zaak aanhangig is bij een Franse rechtbank, komt u mogelijk in aanmerking voor grensoverschrijdende rechtsbijstand in burgerlijke en handelszaken overeenkomstig Richtlijn 2003/8/EG van de Raad van 27 januari 2003. Het bureau dat in Frankrijk verantwoordelijk is voor de verwerking van deze verzoeken is het:
Bureau de l’aide juridictionnelle
Service de l’accès au droit et à la justice et de l’aide aux victimes (SADJAV)
Ministère de la Justice
13 place Vendôme 75042 Paris Cedex 01.
NB: binnenkort kunnen rechtsbijstandsverzoeken ook worden ingediend via een teledienst, het informatiesysteem voor rechtsbijstand (Système d’information de l’aide juridictionnelle), dat momenteel in sommige rechtbanken wordt getest.
Met dit systeem kan de rechtzoekende via internet een rechtsbijstandsverzoek indienen, dat dan door het rechtsbijstandsbureau in behandeling wordt genomen, waardoor de procedure voor de rechtzoekende eenvoudiger wordt en de verzoeken sneller kunnen worden afgehandeld.
Het aanvraagformulier voor rechtsbijstand moet worden ingevuld en vergezeld gaan van de bewijsstukken (belastingaanslag, bewijs van gezinssituatie of nationaliteit enz.) overeenkomstig het besluit van 30 december 2020 betreffende de inhoud van het aanvraagformulier voor rechtsbijstand en de lijst van bij te voegen stukken. Deze bewijsstukken hebben met name betrekking op de financiële middelen (uw eigen middelen en die van de personen waarmee u samenwoont), het onderwerp van uw verzoek en de rechtbank die de zaak behandelt.
U kunt uw verzoek indienen bij of richten aan het rechtsbijstandsbureau in uw woonplaats of bij het bureau van het district waarin de rechtbank die uw zaak behandelt, is gevestigd.
Elke gecombineerde (regionale of districts)rechtbank (voorheen de regionale rechtbank, tribunal de grande instance) heeft één rechtsbijstandsbureau, dat rechtsbijstandsverzoeken behandelt voor zaken die bij die rechtbank of in dat district aanhangig zijn: gecombineerde (regionale of districts)rechtbank, administratieve rechtbank (tribunal administratif), arbeidsgerecht (conseil de prud’hommes), hof van beroep (cour d’appel) en administratief hof van beroep (cour administrative d’appel).
Als uitzondering op de regel dat elke rechtbank slechts één bureau heeft, is er ook een bureau gevestigd in de volgende rechtbanken:
U ontvangt een kennisgeving van de beslissing van het rechtsbijstandsbureau in uw woonplaats.
Om een inschatting te maken van uw eventuele rechten op rechtsbijstand kunt u gebruikmaken van de volgende onlinesimulator:
https://www.justice.fr/simulateurs/aide-juridictionnelle
Aan de hand van deze simulatie kunt u zich een idee vormen van uw mogelijke rechten op rechtsbijstand. Deze simulatie komt echter niet in de buurt van het resultaat van een echt, gedegen onderzoek van uw aanvraag en is dan ook op geen enkele manier een betrouwbare indicatie van de beslissing van het rechtsbijstandsbureau.
U moet contact opnemen met uw advocaat (of juridische functionaris, zoals een gerechtsdeurwaarder, deskundige of notaris) of iemand die is aangewezen om uw zaak aan hem/haar uit te leggen en hem/haar alle informatie en documenten verstrekken die hij/zij nodig heeft om zijn/haar werk te kunnen doen.
Wanneer u gedeeltelijke rechtsbijstand ontvangt, moet u met hem/haar afspraken maken over de rest van het honorarium. Dit bedrag moet worden vermeld op de overeenkomst die u moet ondertekenen.
Iedereen kan zelf een advocaat kiezen.
Als u zich laat bijstaan door uw eigen advocaat, moet u zijn/haar naam aangeven in het aanvraagformulier voor rechtsbijstand.
Als u zelf echter geen advocaat hebt, wordt er een toegewezen door de deken van de orde van advocaten bij de gecombineerde (regionale en districts)rechtbank (voorheen de regionale rechtbank) of door de president van de rechtbank die de zaak behandelt.
Volledige rechtsbijstand dekt inderdaad alle gerechtskosten, met inbegrip van de directe betaling aan de advocaat of andere juridische functionarissen (gerechtsdeurwaarders, deskundigen, notarissen enz.). Die betaling wordt berekend op basis van een tabel of tarief, afhankelijk van het soort procedure.
Afhankelijk van uw middelen kunt u gedeeltelijke rechtsbijstand ontvangen. Er zijn twee tarieven, 55 % en 25 %, die door de staat worden betaald. Daarnaast moet u nog steeds een niet-vast honorarium betalen. De hoogte hiervan komt u overeen met uw advocaat onder toezicht van de deken van de orde van advocaten, tot wie u zich ook kunt wenden als u het niet eens kunt worden.
Net als bij volledige rechtsbijstand is de ontvanger van gedeeltelijke rechtsbijstand vrijgesteld van de betaling van alle overige noodzakelijke gerechtskosten.
Het recht op rechtsbijstand kan in de volgende situaties tijdens of na afloop van de procedure volledig of ten dele worden ingetrokken (artikel 50 van de wet van 1991 en de artikelen 65 tot en met 68 van Decreet 2020-1717 van 28 december 2020 betreffende de rechtsbijstand):
De beslissingen tot intrekking van de rechtsbijstand houden voor de ontvanger de verplichting in om de door de staat betaalde bijdrage terug te betalen.
U kunt beroep instellen tegen de beslissing tot weigering van het toekennen van rechtsbijstand.
Dit kunt u zelf doen of via een advocaat.
Het beroep kan worden ingesteld tegen een beslissing waarin de rechtsbijstand sowieso wordt geweigerd, of tegen een beslissing tot toekenning van gedeeltelijke rechtsbijstand terwijl u om volledige rechtsbijstand had verzocht.
Het beroep moet binnen 15 dagen na de kennisgeving van de beslissing worden ingesteld.
U moet in het beroepschrift aangeven waarom u de beslissing betwist. Voorbeeld: een foutief aantal personen in uw huishouden of een foutief bedrag van uw middelen.
Het beroepschrift moet worden gericht aan het rechtsbijstandsbureau dat de beslissing heeft gegeven, per aangetekend schrijven met ontvangstbevestiging.
U moet een afschrift van de betwiste beslissing bijvoegen.
De dienst die de beslissing heeft gegeven, zal uw verzoek doorsturen naar de instantie die het beroep behandelt. Welke instantie dat is, hangt af van de rechtbank die de zaak waarvoor u om rechtsbijstand hebt verzocht, behandelt.
Voor de behandeling van het beroep bevoegde instantie naargelang van de rechtbank | |
Rechtbank | Behandelende instantie |
Algemeen | 1e president van het hof van beroep waaronder de met de zaak belaste rechtbank valt, of van het hof van beroep dat de zaak behandelt |
Nationaal hof voor asielrecht | President van het nationaal hof voor asielrecht |
Administratieve rechtbank | President van het administratief hof van beroep waaronder de rechtbank valt |
Administratief hof van beroep | President van het administratief hof van beroep dat de zaak behandelt |
Raad van state | President van de afdeling bestuursrechtspraak van de raad van state |
Hof van cassatie | 1e president van het hof van cassatie |
Tribunal des conflits | President van de “Tribunal des conflits” (uit leden van het hof van cassatie en de raad van state bestaand college dat uitspraak doet in bevoegdheidsgeschillen tussen algemene en administratieve rechtbanken) |
U wordt per post in kennis gesteld van de beslissing over het beroep.
Daar deze tweede beslissing definitief is, is beroep hiertegen niet mogelijk.
NB:
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.
Artikel 151 van de wet op de burgerlijke rechtsvordering (Zakon o parničnom postupku) bepaalt dat proceskosten kosten omvatten die in de loop van of in verband met de procedure worden gemaakt. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om kosten voor het aanvoeren van bewijs, gerechtskosten, publicatiekosten, kosten voor dagvergoedingen en reiskosten van rechters en griffiers, reiskosten die partijen moeten maken om voor de rechtbank te verschijnen enz. Proceskosten omvatten ook de honoraria van advocaten en andere personen die volgens de wet recht hebben op een vergoeding.
Uit hoofde van artikel 152 van de wet op de burgerlijke rechtsvordering moet elke partij de kosten die zij maakt voor door haar ingestelde vorderingen vooraf voldoen. Als een partij bewijsmateriaal overlegt, moet zij op last van de rechtbank vooraf een bedrag betalen dat de kosten in verband met het aanvoeren van bewijs dekt. Bij het bepalen wie uiteindelijke de proceskosten draagt, geldt de succesvolle rechtszaak als basisprincipe. Zo staat in artikel 154, lid 1, van de wet op de burgerlijke rechtsvordering dat een partij die een rechtszaak in zijn geheel verliest verplicht is de tijdens de procedure gemaakte kosten van de wederpartij en de interveniënt te betalen. De interveniënt die de in het ongelijk gestelde partij ondersteunt, draagt de kosten voor zijn of haar rechtsvorderingen. Als een partij gedeeltelijk in het gelijk wordt gesteld, beslist de rechtbank volgens artikel 154, lid 2, van de wet op de burgerlijke rechtsvordering over de vergoeding van kosten op basis van de mate van succes in verhouding tot de uiteindelijk ingediende vordering. Er gelden speciale regels in gevallen waarin proceskosten ontstaan door de schuld van een van de partijen of door iets dat hem/haar is overkomen, wanneer een beslissing wordt gegeven op basis van een bekentenis, wanneer de eiser afstand doet van de procedure of de vordering, wanneer het geschil wordt beslecht door de rechtbank en medepartijen partij zijn bij de procedure (artikelen 156-161 van de wet op de burgerlijke rechtsvordering).
Volgens de wet op de kosteloze rechtsbijstand (Zakon o besplatnoj pravnoj pomoći) heeft rechtsbijstand tot doel gelijkheid voor de wet te garanderen en burgers van de Republiek Kroatië en andere personen onder gelijke voorwaarden effectieve rechtsbescherming en toegang tot de rechter en andere overheidsinstanties te bieden overeenkomstig de bepalingen van de wet op de kosteloze rechtsbijstand.
Rechtsbijstand wordt verleend als basis- of aanvullende rechtsbijstand.
Basisrechtsbijstand omvat:
De basisrechtsbijstand wordt verleend door administratieve autoriteiten in de provincies en in de stad Zagreb (hierna de “administratieve autoriteiten”), erkende verenigingen en bureaus voor rechtsbijstand. Bij het verlenen van basisrechtsbijstand zijn de administratieve autoriteiten gemachtigd om algemene juridische informatie en juridisch advies te verstrekken en verzoekschriften op te stellen.
Aanvullende rechtsbijstand omvat:
Aanvullende rechtsbijstand wordt verleend door advocaten.
Aanvullende rechtsbijstand omvat daarnaast:
De volgende personen hebben recht op gratis rechtsbijstand:
In de regel moet aan de volgende vermogensvoorwaarden worden voldaan om aanvullende rechtsbijstand te ontvangen:
Aanvullende rechtsbijstand wordt verleend zonder bepaling van de financiële situatie als de aanvrager:
Rechtsbijstand kan ook worden verleend voor grensoverschrijdende geschillen. Een grensoverschrijdend geschil is een geschil waarbij de aanvrager van rechtsbijstand zijn of haar vaste adres of gewone verblijfplaats in een lidstaat van de Europese Unie heeft die niet de lidstaat is waarin de rechtbank optreedt of waarin de beslissing ten uitvoer moet worden gelegd.
Rechtsbijstand in een grensoverschrijdend geschil wordt verleend in civiele en handelszaken en in het kader van procedures voor bemiddeling, buitengerechtelijke oplossing, uitvoering van publiekrechtelijke handelingen en juridische advisering in het kader van zulke procedures. De bepalingen inzake rechtsbijstand in grensoverschrijdende geschillen zijn niet van toepassing op fiscale, douane- en andere administratieve procedures.
Een aanvrager van rechtsbijstand in een grensoverschrijdend geschil ontvangt rechtsbijstand als hij of zij voldoet aan de voorwaarden die zijn vastgelegd in de wet op de kosteloze rechtsbijstand. Bij wijze van uitzondering kan rechtsbijstand worden toegekend aan een aanvrager die niet aan de voorwaarden voor de toekenning van rechtsbijstand voldoet, zoals vastgelegd in de wet op de kosteloze rechtsbijstand, als hij kan aantonen dat hij de kosten van de procedure niet kan betalen vanwege het verschil in de kosten van levensonderhoud tussen de lidstaat waar hij woont en de Republiek Kroatië.
Basisrechtsbijstand kan in elke juridische kwestie worden verleend:
Aanvullende rechtsbijstand door advocaten en vrijstelling van de betaling van proceskosten kunnen in de volgende soorten procedures worden toegekend:
Aanvullende rechtsbijstand door advocaten kan in bovenstaande procedures onder de volgende voorwaarden worden toegekend:
Vrijstelling van gerechtskosten kan worden verleend in alle gerechtelijke procedures (civiele procedures en administratieve geschillen) als de materiële omstandigheden van de aanvrager zodanig zijn dat de betaling van gerechtskosten het levensonderhoud van de aanvrager en de leden van zijn huishouden in gevaar zou brengen, mits is voldaan aan de bijzondere voorwaarden van artikel 14 van de wet op de kosteloze rechtsbijstand. Bij het nemen van een beslissing wordt in het bijzonder gelet op de hoogte van de gerechtskosten in de procedure waarvoor vrijstelling wordt verzocht.
De dienst moet binnen vijftien dagen vanaf de dag waarop een verzoek tot goedkeuring van aanvullende rechtsbijstand is ingediend een besluit nemen. Als de aanvrager het recht verliest om de vordering waarvoor hij het verzoek heeft ingediend in te stellen vanwege het verstrijken van de termijn, moet de dienst binnen kortere termijn een beslissing over het verzoek nemen zodat de aanvrager de vordering tijdig kan instellen.
De procedure voor het verkrijgen van basisrechtsbijstand wordt ingeleid door rechtstreeks contact op te nemen met de verlener van basisrechtsbijstand (erkende vereniging, bureau voor rechtsbijstand of dienst); er hoeft geen speciaal aanvraagformulier te worden ingevuld.
De procedure voor het verkrijgen van aanvullende rechtsbijstand wordt ingeleid door bij de bevoegde dienst een verzoek om toekenning van rechtsbijstand in te dienen middels het daarvoor bestemde formulier. Het aanvraagformulier voor rechtsbijstand is verkrijgbaar bij de diensten en op de websites van de diensten en het ministerie van Justitie.
Verzoeken om rechtsbijstand in een grensoverschrijdend geschil en verzoeken voor de verzending daarvan moeten worden ingediend door middel van de voorgeschreven modelformulieren van Beschikking 2004/844/EG van de Commissie van 9 november 2004 tot vaststelling van een modelformulier voor rechtsbijstandsverzoeken overeenkomstig Richtlijn 2003/8/EG van de Raad tot verbetering van de toegang tot de rechter bij grensoverschrijdende geschillen, door middel van gemeenschappelijke minimumvoorschriften betreffende rechtsbijstand bij die geschillen en Besluit 2005/630/EG van de Commissie van 26 augustus 2005 tot vaststelling van een formulier voor de verzending van verzoeken om rechtsbijstand overeenkomstig Richtlijn 2003/8/EG van de Raad.
Formulieren en alle begeleidende stukken in een grensoverschrijdend geschil moeten vertaald in het Kroatisch worden ingediend. Verzoeken zonder vertaling worden afgewezen.
Het verzoek dat wordt ingediend bij de bevoegde dienst moet vergezeld gaan van de schriftelijke toestemming van de aanvrager en zijn gezinsleden voor toegang tot alle gegevens over hun totale inkomen en vermogen, waarin de aanvrager bevestigt dat de verstrekte informatie juist en volledig is.
Slachtoffers van huiselijk geweld geven alleen voor zichzelf toestemming voor toegang tot alle inkomens- en vermogensgegevens. De leden van het huishouden die als gedaagde in de procedure optreden of wier belangen indruisen tegen die van de aanvrager, geven geen toestemming.
Het aanvraagformulier voor rechtsbijstand in een grensoverschrijdend geschil moet vergezeld gaan van de relevante documentatie die nodig is om een besluit te nemen over het verzoek.
De procedure voor het verkrijgen van basisrechtsbijstand wordt ingeleid door rechtstreeks contact op te nemen met een verlener van basisrechtsbijstand (erkende vereniging, bureau voor rechtsbijstand of dienst). Er hoeft geen specifiek verzoek te worden ingediend. De procedure voor het verkrijgen van aanvullende rechtsbijstand wordt ingeleid door een verzoek in te dienen bij de bevoegde dienst van het gebied waar de aanvrager zijn of haar vaste adres of gewone verblijfplaats heeft.
Een aanvrager die zijn of haar vaste adres of gewone verblijfplaats in een lidstaat van de Europese Unie heeft en rechtsbijstand in een grensoverschrijdend geschil voor een rechtbank in de Republiek Kroatië aanvraagt, moet een rechtsbijstandsverzoek indienen bij het ministerie van Justitie van de Republiek Kroatië (ontvangende autoriteit).
Een partij die haar vaste adres of gewone verblijfplaats in de Republiek Kroatië heeft en rechtsbijstand in een grensoverschrijdend geschil voor een rechtbank in een andere lidstaat van de Europese Unie aanvraagt, moet haar rechtsbijstandsverzoek indienen bij de dienst die verantwoordelijk is voor de plaats waar zij haar vaste adres of gewone verblijfplaats heeft.
Aanvullende rechtsbijstand wordt toegekend aan een aanvrager die voldoet aan de voorwaarden voor uitoefening van het recht op rechtsbijstand door uitvaardiging van een beslissing tot toekenning van rechtsbijstand. Een dienst moet binnen vijftien dagen vanaf de dag waarop een verzoek is ingediend, een beslissing nemen.
De beslissing over rechtsbijstand betreft ook het recht om gebruik te maken van een aantal/alle formulieren voor aanvullende rechtsbijstand voor een procedure van een bepaald type of niveau. De bovengenoemde beslissing bevat de persoonsgegevens van de begunstigde van rechtsbijstand, een korte beschrijving van de juridische kwestie waarvoor de rechtsbijstand is toegekend, de vorm en omvang van de goedgekeurde rechtsbijstand, gegevens over de advocaat die de rechtsbijstand verleent, en andere voor de beslissing relevante gegevens.
Wanneer de aanvrager een andere vordering in de gerechtelijke procedure instelt, moet hij de rechtbank op de hoogte stellen van het ingediende verzoek om vrijstelling van gerechtskosten. De beslissing tot vrijstelling van betaling van gerechtskosten moet worden ingediend uiterlijk zes maanden na de datum van indiening van het verzoek of na de datum waarop voor de rechtbank een andere vordering in de procedure is ingesteld.
In de beslissing tot toekenning van aanvullende rechtsbijstand wordt ook de advocaat bepaald die de begunstigde rechtsbijstand verleent. De begunstigde van rechtsbijstand moet de beslissing overleggen aan de in de beslissing genoemde advocaat. Bij wijze van uitzondering wijst de dienst de begunstigde met diens voorafgaande toestemming een andere advocaat toe; deze toestemming moet bij het verzoek om rechtsbijstand worden gevoegd.
Zoals uiteengezet omvat de beslissing tot toekenning van rechtsbijstand het recht om gebruik te maken van een aantal/alle formulieren voor aanvullende rechtsbijstand voor een procedure van een bepaald type of niveau. Op grond van de beslissing tot toekenning van rechtsbijstand kan de begunstigde geheel of gedeeltelijk worden vrijgesteld van betaling van het honorarium van de advocaat, proceskosten (vrijstelling van het vooraf betalen van de kosten van getuigen, tolken, deskundigen, onderzoeken en publicaties van de rechtbank) en gerechtskosten.
Er wordt volledige rechtsbijstand toegekend als de aanvrager begunstigde van een steuntoelage is overeenkomstig de specifieke bepalingen inzake de uitoefening van rechten uit hoofde van het socialezekerheidsstelsel, d.w.z. recht heeft op een uitkering op grond van de wet inzake de rechten van binnenlandse Kroatische oorlogsveteranen en hun gezinsleden en de wet inzake de bescherming van militairen en burgers die in een oorlogssituatie gehandicapt zijn geraakt of als het totale inkomen van de aanvrager en zijn gezinsleden niet hoger is dan 50 % van de maandelijkse budgetgrondslag per gezinslid.
Elke toename van het totale inkomen van de aanvrager en zijn gezinsleden die hoger is dan 50 % van de begrotingsgrondslag per gezinslid heeft een verlaging van het bedrag aan rechtsbijstand tot gevolg, zodanig dat elke toename van 10 % leidt tot een verlaging van de rechtsbijstand met 10 %; de hoogte van de rechtsbijstand mag echter niet lager zijn dan 50 % van de kosten die voor rechtsbijstand zijn vastgesteld.
Als er geen volledige rechtsbijstand is toegekend, kan de aanvrager beroep instellen bij het ministerie van Justitie tegen dat deel van de beslissing waarin rechtsbijstand wordt geweigerd. Een dergelijk beroep leidt niet tot uitstel van het gebruik van het goedgekeurde bedrag aan rechtsbijstand. Als het ministerie van Justitie het beroep verwerpt, kan daartegen een administratieve procedure worden ingesteld.
Wanneer een beperkt bedrag aan rechtsbijstand is toegekend, worden de resterende kosten gedragen door de begunstigde van rechtsbijstand. Als de begunstigde van rechtsbijstand de zaak wint, bepaalt de rechtbank dat de wederpartij de kosten van de procedure aan hem moet vergoeden.
Bij een verzoek om rechtsbijstand kan worden verzocht om toekenning van rechtsbijstand voor beide fasen van de civiele procedure. Ter voorbereiding van buitengewone rechtsmiddelen moet een speciaal verzoek worden ingediend, en wordt een specifieke beslissing alleen voor die rechtsvordering gegeven.
Als de financiële situatie van de begunstigde van rechtsbijstand en zijn gezinsleden in de loop van de procedure zodanig verbetert dat als deze verbeterde financiële situatie had bestaan op het moment dat het verzoek werd ingediend, deze gevolgen zou hebben gehad voor het recht van de aanvrager op rechtsbijstand en de hoogte daarvan, zal de bevoegde dienst de beslissing tot toekenning van rechtsbijstand geheel of gedeeltelijk herroepen. Begunstigden van rechtsbijstand moeten de dienst op de hoogte stellen van elke verbetering in hun financiële situatie binnen acht dagen vanaf de datum waarop zij hiervan kennis kregen. Een begunstigde van rechtsbijstand kan binnen vijftien dagen na ontvangst van de beslissing tot herroeping van de toekenning van rechtsbijstand beroep tegen deze beslissing instellen bij het ministerie van Justitie. Tegen een afwijzing van het beroep door het ministerie van Justitie kan een administratieve procedure worden ingesteld.
De aanvrager of begunstigde van rechtsbijstand kan binnen vijftien dagen na ontvangst van de beslissing van de dienst tot afwijzing van het verzoek om rechtsbijstand of tegen het deel van de beslissing waarin de toekenning van volledige rechtsbijstand wordt afgewezen beroep instellen tegen deze beslissing. Het ministerie van Justitie moet binnen acht dagen na ontvangst van een geldig beroep uitspraak doen over het beroep. Tegen een afwijzing van het beroep door het ministerie van Justitie kan een administratieve procedure worden ingesteld.
Meer informatie:
Website van het ministerie van Justitie
Wet op de kosteloze rechtsbijstand (Staatsblad van de Republiek Kroatië (Narodne Novine), nrs. 143/13 en 98/19)
Wet op de burgerlijke rechtsvordering (Staatsblad van de Republiek Kroatië, nrs. 53/91, 91/92, 58/93, 112/99, 88/01, 117/03, 88/05, 02/07, 84/08, 96/08, 123/08, 57/11, 148/11– geconsolideerde tekst, 25/13, 89/14, 70/19)
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.
(Rechtsgrondslagen) – Alle regels voor de verschillende gerechtskosten en bijbehorende procedures in rechtszaken en voor rechtsbijstand zijn vastgelegd in Presidentieel Besluit nr. 115 van 30 mei 2002 (Staatsblad van de Italiaanse Republiek (Gazzetta Ufficiale della Repubblica Italiana) nr. 139/2002), laatstelijk gewijzigd bij Wetgevend Besluit nr. 24 van 7 maart 2019 (Staatsblad van de Italiaanse Republiek nr. 72 van 26 maart 2019- waarbij de betreffende voorziening is uitgebreid tot gezochte personen tegen wie een procedure loopt voor de uitvoering van een Europees aanhoudingsbevel) dat de geconsolideerde wet inzake gerechtskosten bevat (artikelen 74 tot en met 145, met in de artikelen 74 tot en met 89 de algemene bepalingen en in de artikelen 119 tot en met 145 de bijzondere bepalingen betreffende rechtsbijstand in burgerrechtelijke, bestuursrechtelijke, boekhoudkundige en belastingrechtelijke procedures).
De honoraria van advocaten in burgerrechtelijke, handelsrechtelijke, bestuursrechtelijke en belastingrechtelijke zaken zijn geregeld bij Wet nr. 794 van 13 juni 1942, zoals later gewijzigd; de honoraria voor afzonderlijke gerechtelijke verrichtingen worden berekend op basis van de tabel die is goedgekeurd bij Ministerieel Besluit nr. 585 van 1994.
(Proceskosten) – De “kosten”, in brede zin, van een burgerrechtelijke of handelsrechtelijke procedure omvatten zowel de proceskosten als de kosten en honoraria die zijn verbonden aan de verdediging in rechte.
De proceskosten bestaan uit een standaardbijdrage voor het op de rol plaatsen van de zaak en andere kosten die eventueel in rekening kunnen worden gebracht (bijvoorbeeld expertisekosten of tarieven voor het kopiëren van stukken).
De standaardbijdrage zoals bedoeld in Geconsolideerde Tekst nr. 115 van 2002 is verschuldigd voor procedures op elk niveau, met inbegrip van faillissementsprocedures en procedures in kort geding, met uitzondering van de gevallen waarvoor een wettelijke vrijstelling geldt.
De standaardbijdrage geldt niet voor procedures met betrekking tot het gezin en de burgerlijke staat van personen zoals bedoeld in boek IV van het Italiaanse wetboek van burgerlijke rechtsvordering (codice di procedura civile) (scheiding van tafel en bed, bijvoorbeeld de bepalingen met betrekking tot minderjarigen; vermogensrechtelijke betrekkingen tussen de echtgenoten, de erkenning van de vluchtelingenstatus); conservatoire maatregelen (bijvoorbeeld beslaglegging om vorderingen zeker te stellen); procedures inzake onroerende zaken en procedures om overdracht en levering af te dwingen; procedures betreffende de bijdrage aan het onderhoud van de kinderen en, in elk geval, alle procedures met betrekking tot kinderen (bijvoorbeeld procedures over het ouderlijk gezag) en de regelgeving inzake bevoegdheid en rechtsmacht.
De partijen moeten in de conclusies van het stuk dat het geding inleidt, een verklaring opnemen met de redenen voor vrijstelling.
De standaardbijdrage hoeft niet te worden betaald in het geval van een burgerlijke vordering tot schadevergoeding in het kader van een strafproces, wanneer alleen een principiële veroordeling van de dader wordt gevraagd. Als veroordeling tot betaling van een bedrag als schadevergoeding wordt gevraagd, ook bij wijze van voorlopige voorziening, is de bijdrage verschuldigd als het verzoek wordt toegewezen. De bijdrage varieert naargelang van de aard en de waarde van de zaak tussen een minimumbedrag van 62 EUR en een maximumbedrag van 930 EUR.
(Betalingsverplichting) – Elke partij voldoet de kosten in verband met de door haar ingediende of gevraagde processtukken en betaalt vooraf voor de stukken die noodzakelijk zijn voor de procedure, wanneer de wet of de rechter dit van haar verlangt (bijvoorbeeld expertisekosten). Als de partij rechtsbijstand krijgt toegekend, zijn deze kosten voor rekening van de staat.
De standaardbijdrage moet worden voldaan door de partij die het stuk dat het geding heeft ingeleid, heeft ingediend, of die in de tenuitvoerleggingsprocedure een verzoek om overdracht of verkoop indient.
De waarde van de zaak staat in de conclusies van het stuk dat het geding inleidt. Als een partij het verzoekschrift wijzigt, een reconventionele vordering instelt of zelfstandig stappen onderneemt en daarmee de waarde van de zaak verhoogt, moet zij een aanvullende bijdrage betalen.
(Criterium voor toerekening van de kosten) – Volgens het algemene beginsel van artikel 91 van het Italiaanse wetboek van burgerlijke rechtsvordering veroordeelt de rechter in het vonnis waarmee het geding wordt afgesloten, de in het ongelijk gestelde partij tot vergoeding van de proceskosten aan de in het gelijk gestelde partij.
De toerekening van de proceskosten valt onder de discretionaire bevoegdheid van de rechter, die eveneens de gedeeltelijke of volledige vergoeding kan gelasten, rekening houdend met de algemene uitkomst van het geschil. De rechter moet in aanmerking nemen in hoeverre de vordering in haar geheel gegrond is. De beslissing kan worden aangevochten.
De in het ongelijk gestelde partij moet de kosten en de honoraria van de advocaat van de in het gelijk gestelde partij vergoeden, evenals de bedragen die zijn betaald als vergoeding voor de door de rechtbank en de partijen aangestelde deskundigen, zoals berekend door de rechter. Bovendien moet de in het ongelijk gestelde partij de overige kosten betalen die verband houden met de verrichting van de proceshandelingen en waarvan het bedrag wordt berekend door de griffier, evenals de kosten van betekening van het vonnis.
In het Italiaanse rechtsstelsel houdt de “patrocinio a spese dello Stato” (rechtsbijstand) voor de verdediging van burgers met beperkte middelen van wie de vorderingen niet kennelijk ongegrond zijn, – met wie worden gelijkgesteld staatlozen en buitenlanders die legaal op het nationale grondgebied verblijven op het moment dat de situatie of de feiten waarop het proces betrekking heeft, plaatsvind(t)(en) (artikel 119 van Presidentieel Besluit nr. 115/2002) – in dat zij worden vrijgesteld van de betaling van bepaalde kosten (de ingehouden kosten ten laste van de staat) en dat het bedrag van andere kosten vooraf wordt betaald door de staat.
Wanneer er rechtsbijstand wordt toegekend, hoeven bepaalde kosten niet te worden voldaan en worden andere kosten vooraf betaald door de staat. In het eerste geval gaat het om de standaardbijdrage, forfaitaire kosten voor ambtshalve betekeningen, bepaalde rechten (registratie-, hypotheek- en kadasterrechten) en kopieerkosten.
Vooraf betaald door de staat worden:
De staat kan een regresvordering instellen en als hij de verschuldigde bedragen niet terugkrijgt van de in het ongelijk gestelde partij, kan hij zich in de volgende gevallen wenden tot de partij aan wie rechtsbijstand is toegekend:
Er zijn bijzondere bepalingen om vergoeding te waarborgen in het geval dat de zaak wordt doorgehaald of vervalt als gevolg van inactiviteit van de partijen of niet-naleving van de wettelijke voorschriften.
Rechtsbijstand wordt toegekend in burgerrechtelijke procedures en procedures in kort geding (bijvoorbeeld scheiding van tafel en bed, voogdij over kinderen of procedures over het ouderlijk gezag) voor de verdediging van burgers met beperkte middelen, wanneer hun vorderingen niet kennelijk ongegrond schijnen.
Staatlozen en buitenlanders die legaal in Italië verblijven worden gelijkgesteld met Italiaanse burgers, mits er sprake is van legaal verblijf vóór het ontstaan van de situatie of de feiten waarop het proces betrekking heeft. Rechtsbijstand kan ook worden toegekend aan organisaties en verenigingen zonder winstoogmerk die geen economische activiteiten uitoefenen: dit geldt dus niet alleen voor rechtspersonen die liefdadigheidsactiviteiten verrichten of onderwijs verstrekken aan armen en die al in aanmerking komen uit hoofde van Wet nr. 217/90, maar ook voor verenigingen van consumenten en gebruikers die op de in artikel 5 van Wet nr. 281/98 bedoelde lijst staan.
Overeenkomstig artikel 76 van Presidentieel Besluit nr. 115/2002 kan eenieder die volgens de laatste aangifte een belastbaar jaarinkomen van ten hoogste 11 493,82 EUR heeft, in aanmerking komen voor rechtsbijstand (Ministerieel Besluit van 16 januari 2018, Staatsblad van de Italiaanse Republiek nr. 49 van 28 februari 2018).
Het inkomensplafond wordt om de twee jaar aangepast bij uitvoeringsbesluit van het ministerie van Justitie in samenspraak met het ministerie van Economische Zaken en Financiën (artikel 77 van Presidentieel Besluit nr. 115/2002), op basis van de verandering van de consumentenprijsindex voor huishoudens van arbeiders of bedienden, die door ISTAT wordt berekend over de twee voorgaande jaren.
Als de betrokkene samenwoont met zijn of haar echtgeno(o)t(e), geregistreerde partner of andere gezinsleden, bestaat het inkomen uit de som van de in de loop van diezelfde periode ontvangen inkomens van alle leden van het gezin, met inbegrip van de verzoeker.
Als de inkomens van de personen die met de verzoeker samenwonen, aan zijn of haar inkomen moeten worden toegevoegd, wordt in het geval van een strafproces het inkomensplafond verhoogd met 1 032,91 EUR voor elk gezinslid dat met hem of haar samenwoont.
Er zij op gewezen dat bij de berekening van het in artikel 76 bedoelde bedrag, ook de echtscheidingstoelage (assegno divorzile) die de verzoeker ontvangt, in aanmerking moet worden genomen, tenzij deze in de vorm van een eenmalige uitkering is betaald.
Voor de toekenning van rechtsbijstand wordt ook rekening gehouden met inkomsten uit illegale activiteiten, met dien verstande dat het inkomensonderzoek niet op automatische procedures mag worden gebaseerd maar een specifieke beoordeling van het concrete geval vereist, hetgeen hoe dan ook uitsluit dat een niet-onherroepelijke beslissing in aanmerking wordt genomen, want dat zou afbreuk doen aan het vermoeden van onschuld. Het is dus onwettig om de toekenning van rechtsbijstand te weigeren op basis van een niet-definitieve veroordeling waaruit het bestaan van inkomsten uit illegale activiteiten kan worden afgeleid (Hof van Cassatie, strafkamer, sectie IV, nr. 18591 van 20 februari 2013).
Uitzondering: wanneer persoonlijkheidsrechten in het geding zijn of wanneer in de rechtszaak de belangen van de verzoeker in strijd zijn met de belangen van andere gezinsleden die met hem of haar samenwonen, worden alleen de persoonlijke inkomsten in aanmerking genomen.
De toekenning van rechtsbijstand geldt voor alle gerechtelijke niveaus en alle fasen van de procedure, maar in burgerrechtelijke en bestuursrechtelijke zaken – anders dan in strafzaken – kan een ontvanger van rechtsbijstand die in het ongelijk wordt gesteld, geen gebruikmaken van deze bijstand om beroep aan te tekenen maar moet hij of zij daartoe een nieuw verzoek indienen.
Bovendien betekent de toekenning van de bijstand in een burgerrechtelijke procedure niet dat de staat de kosten voor zijn rekening neemt die de ontvanger van rechtsbijstand moet betalen aan de in het gelijk gestelde partij in het geval van een veroordeling in de kosten. De rechtsbijstand betreft immers uitsluitend de honoraria en kosten die verschuldigd zijn aan de advocaat van de partij die bijstand ontvangt. De staat verbindt zich ertoe deze kosten voor te schieten in de plaats van deze partij, gelet op de precaire economische situatie van deze partij en het feit dat de betreffende vorderingen niet kennelijk ongegrond zijn (zie Hof van Cassatie, burgerlijke kamer, nr. 10053 van 2012).
Specifieke gevallen
In afwijking van het in artikel 76, lid 1, van Presidentieel Besluit nr. 115/2002 vastgestelde inkomensplafond, kan er in bepaalde gevallen ook rechtsbijstand worden toegekend aan de volgende personen:
Zoals hierboven vermeld wordt rechtsbijstand toegekend in burgerrechtelijke procedures en procedures in kort geding (bijvoorbeeld scheiding van tafel en bed, voogdij over kinderen of procedures over het ouderlijk gezag) voor de verdediging van burgers met beperkte middelen, wanneer hun vorderingen niet kennelijk ongegrond lijken te zijn.
Er zijn subjectieve redenen voor uitsluiting van deze bijstand:
In sommige van de volgende gevallen daarentegen, die afwijken van de voorgaande, kan worden aangenomen dat de verzoeker over voldoende middelen beschikt:
Er bestaat geen speciale procedure voor noodgevallen. Er zij echter op gewezen dat de orde van advocaten op grond van artikel 126 van de geconsolideerde tekst, binnen tien dagen na indiening of ontvangst van het verzoek, als aan de voorwaarden is voldaan, de betrokkene vooraf en voorlopig rechtsbijstand kan toekennen.
In burgerrechtelijke procedures moet het verzoek om rechtsbijstand, opgesteld op de wijze en met de inhoud zoals bedoeld in de artikelen 79 en 122 van de geconsolideerde tekst, worden ingediend bij dan wel per aangetekende brief worden verzonden aan de orde van advocaten, uitsluitend door de betrokkene of zijn of haar advocaat.
Omdat niet wordt gespecificeerd of de aangetekende brief moet worden verzonden met ontvangstbevestiging, wordt dit niet beschouwd als een voorwaarde voor ontvankelijkheid maar als een mogelijkheid die aan de keuze van de betrokkene wordt overgelaten.
De formulieren voor een verzoek om rechtsbijstand zijn beschikbaar bij de secretariaten van de orde van advocaten.
Verzoeken om rechtsbijstand in burgerrechtelijke zaken moeten worden ingediend bij het secretariaat van de orde van advocaten dat bevoegd is voor:
Een verzoek op grond van artikel 78 van Presidentieel Besluit nr. 115/2002 is alleen ontvankelijk als het door de betrokkene is ondertekend. De handtekening moet worden geauthenticeerd door de advocaat of op de wijze zoals bedoeld in artikel 38, lid 3, van Presidentieel Besluit nr. 445 van 28 december 2000.
Het door de betrokkene ondertekende verzoek moet worden ingediend op ongezegeld papier en moet de volgende elementen bevatten (artikel 79 van het voornoemde presidentieel besluit):
Zoals hierboven uiteengezet, moeten verzoeken om rechtsbijstand in burgerrechtelijke zaken worden ingediend bij het secretariaat van de orde van advocaten dat bevoegd is voor:
Voor strafprocessen moeten verzoeken worden ingediend bij de rechter voor wie de zaak dient, met dien verstande dat, als de zaak aanhangig is bij het Hof van Cassatie, de rechter die het aangevochten vonnis heeft gewezen, bevoegd is (artikelen 93 en 96 van het voornoemde presidentieel besluit).
Het verzoek moet door de betrokkene of zijn of haar advocaat worden ingediend bij de griffie van de bevoegde rechter of kan per aangetekende brief aan diezelfde griffie worden toegezonden.
Als de verzoeker zich in detentie of gevangenschap bevindt, kan het verzoek in ontvangst worden genomen door de directeur van de penitentiaire inrichting of een ambtenaar van de gerechtelijke politie.
De mogelijkheid om verzoeken tijdens de rechtszitting in te dienen, is vervallen.
De betrokkene en de rechter ontvangen een kopie van de akte waarbij de orde van advocaten het verzoek toewijst, afwijst of niet-ontvankelijk verklaart.
Na indiening van het verzoek zal de orde van advocaten:
Als de orde van advocaten het verzoek afwijst of niet-ontvankelijk verklaart, kan het worden voorgelegd aan de bevoegde rechter, die dan een beslissing neemt in de vorm van een bevel. De termijn is indicatief.
Als de verificatie is verricht, geeft de rechter een met redenen omklede beslissing waarbij het verzoek niet-ontvankelijk wordt verklaard, wordt toegewezen of wordt afgewezen.
Zodra deze beslissing is neergelegd, stelt de griffie de betrokkene ervan in kennis.
In het strafrecht moet de rechter evenwel binnen tien dagen handelen nadat het verzoek is ingediend of ontvangen.
-
Elke persoon die rechtsbijstand krijgt toegekend, kan een advocaat kiezen die voorkomt op de lijsten van rechtsbijstandsadvocaten die zijn opgesteld door de ordes van advocaten van het rechtsgebied van het Hof van Beroep waar de rechter die bevoegd is om de zaak ten gronde te behandelen, of de rechter voor wie de zaak dient, is gevestigd.
Ook kan elke persoon die rechtsbijstand krijgt toegekend, in door de wet bepaalde gevallen een deskundige aanstellen.
Voor het Hof van Cassatie wordt de advocaat gekozen uit de lijsten die zijn opgesteld door de ordes van advocaten van het rechtsgebied van het Hof van Beroep van de plaats waar de rechter die de aangevochten beslissing heeft gegeven, is gevestigd.
Op de lijst van rechtsbijstandsadvocaten staan beroepsbeoefenaren die hierom hebben verzocht en die voldoen aan de noodzakelijke voorwaarden op het vlak van verdediging.
De orde van advocaten beslist op basis van de volgende voorwaarden of personen op de lijst worden geplaatst: de betrokkene is geschikt, heeft ten minste zes jaar beroepservaring en heeft geen tuchtmaatregelen opgelegd gekregen.
De plaatsing op de lijst kan op elk moment ongedaan worden gemaakt, wordt elk jaar vernieuwd en wordt bekendgemaakt bij alle gerechtelijke diensten van het rechtsgebied.
De advocaat van de partij aan wie rechtsbijstand is toegekend, moet om een vervallenverklaring vragen wanneer de zaak wordt doorgehaald als gevolg van inactiviteit van de partijen (artikel 309 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering). Niet-naleving van deze verplichting leidt tot tuchtmaatregelen.
Ontvangers van rechtsbijstand (artikel 107 van het voornoemde presidentieel besluit) worden van de betaling van bepaalde kosten vrijgesteld, terwijl andere kosten vooraf worden betaald door de staat, overeenkomstig artikel 131 van Presidentieel Besluit nr. 115/2002. De rechtsbijstand bestrijkt alle door de wet bepaalde proceskosten, met inbegrip van de aanwijzing van een deskundige door de partijen. De kosten van een buitengerechtelijke expertise zijn er daarentegen van uitgesloten.
De honoraria en kosten van de advocaat worden berekend door de rechter aan het eind van elk stadium of niveau van de procedure en in elk geval aan het einde van de opdracht.
Voor personen die de rechter bijstaan en deskundigen van de partijen kunnen eveneens kosten en honoraria worden berekend.
De ontvanger van rechtsbijstand en de betrokken partijen, met inbegrip van het openbaar ministerie, worden op de hoogte gebracht van de betalingsopdracht en kunnen deze aanvechten.
De advocaat, de persoon die de rechter bijstaat, en de deskundige van de partijen mogen van hun cliënt geen verdere beloningen of vergoedingen vragen of ontvangen dan die waarin de wet voorziet. Elke tegengestelde overeenkomst is nietig en overtreding van dit verbod vormt een ernstige disciplinaire fout.
In het geval van burgerrechtelijke stappen in het kader van een strafproces worden de proceskosten geregeld door artikel 108 van de geconsolideerde tekst, maar de toekenning van rechtsbijstand heeft in wezen dezelfde gevolgen als die waarin de algemene bepalingen voorzien.
De bepalingen inzake rechtsbijstand voorzien niet in gedeeltelijke bijstand.
Rechtsbijstand bestrijkt alle gerechtelijke niveaus en alle fasen van de procedure, evenals alle eventuele afgeleide en samenhangende procedures (bijvoorbeeld de tenuitvoerlegging).
Een rechtsbijstand ontvangende partij die in het ongelijk wordt gesteld kan echter geen gebruikmaken van rechtsbijstand om beroep in te stellen, behalve in het geval van een vordering tot schadevergoeding in het kader van een strafproces.
Als er in de loop van de procedure veranderingen optreden in de inkomensvoorwaarden om in aanmerking te komen voor rechtsbijstand, trekt de bevoegde rechter de beslissing waarbij de bijstand werd toegekend in.
De bevoegde rechter kan de bijstand ook op elk moment intrekken als blijkt dat niet aan de voorwaarden voor toekenning is voldaan of dat de betrokkene heeft gehandeld of zich heeft verweerd op een wijze die blijkt geeft van kwade trouw of grove nalatigheid.
De intrekking gaat in op de datum waarop de verandering in de inkomsten wordt geconstateerd, terwijl zij in andere gevallen met terugwerkende kracht geldt en leidt tot terugvordering van de door de staat betaalde bedragen.
Als het financieel bureau ontdekt dat er valse verklaringen zijn afgelegd, verzoekt het om intrekking van de rechtsbijstand en draagt het de verkregen stukken over aan de bevoegde procureur van de Republiek met het oog op de eventuele inleiding van een strafprocedure.
In de loop van de procedure kunnen op verzoek van de gerechtelijke autoriteiten of op initiatief van de financiële bureaus controles worden uitgevoerd of er nog altijd aan de voorwaarden voor rechtsbijstand is voldaan.
Op valse verklaringen met betrekking tot het bedrag aan ontvangen inkomsten staat een gevangenisstraf van vijf jaar en een boete van 309,87 tot 1 549,37 EUR. De straf wordt verhoogd als deze valse verklaringen tot toekenning of behoud van rechtsbijstand hebben geleid.
Bij een veroordeling wordt de rechtsbijstand met terugwerkende kracht ingetrokken en worden de door de staat betaalde bedragen bij de verantwoordelijke persoon teruggevorderd (zie artikel 136 van het voornoemde presidentieel besluit).
Als de bevoegde orde van advocaten het verzoek om rechtsbijstand afwijst of niet-ontvankelijk verklaart, kan de betrokkene het verzoek hernieuwen bij de bevoegde rechter, die dan een beslissing neemt in de vorm van een bevel.
In strafzaken daarentegen bepaalt artikel 99 van het presidentieel besluit dat de betrokkene of zijn of haar advocaat binnen twintig dagen na de kennisgeving van de negatieve uitkomst van het verzoek beroep kunnen instellen bij de president van het gerecht of de president van het hof van beroep waartoe de magistraat die het verzoek heeft afgewezen, behoort.
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.
Overeenkomstig de Letse wet op de burgerlijke rechtsvordering (Civilprocesa likums) omvatten de kosten van de gerechtelijke procedure:
I de gerechtskosten; en
II de proceskosten.
De gerechtskosten en proceskosten worden vastgesteld om:
Informatie over de rekening waarop de gerechtskosten kunnen worden gestort, is verkrijgbaar bij de griffie van elke rechtbank.
Een persoon tegen wie een beslissing over de proceskosten is genomen, kan een subsidiair rechtsmiddel tegen die beslissing instellen.
I De GERECHTSKOSTEN omvatten:
Overeenkomstig artikel 34 van de wet op de burgerlijke rechtsvordering is voor elke rechtsvordering een nationale heffing vastgesteld, ongeacht of het gaat om een oorspronkelijke vordering of een tegenvordering, een rechtsmiddel dat in een aanhangige zaak door een derde wordt ingesteld met betrekking tot een afzonderlijke vordering inzake het voorwerp van het geschil, een vordering in het kader van een bijzondere toekenningsprocedure of andere in dit artikel bedoelde vorderingen. Bij verzoeken tot echtscheiding stelt de rechter de betaling van de nationale heffing uit of staat hij toe dat deze op verzoek van de verzoeker in termijnen wordt betaald, indien de verzoeker een minderjarige ten laste heeft.
Overeenkomstig artikel 38 van de wet op de burgerlijke rechtsvordering zijn er legeskosten verschuldigd:
Overeenkomstig artikel 39 van de wet op de burgerlijke rechtsvordering omvatten de proceskosten:
Vrijstelling van gerechtskosten:
de wet bepaalt welke personen zijn vrijgesteld van betaling van gerechtskosten (artikel 43, lid 1, van de wet op de burgerlijke rechtsvordering, met inbegrip van de partij die begunstigde is van door de staat gefinancierde rechtsbijstand.
In andere gevallen kan een procespartij de rechtbank verzoeken om volledige of gedeeltelijke vrijstelling van gerechtskosten, gelet op haar financiële situatie en mits zij relevante bewijzen overlegt.
De rechtbank of rechter buigt zich over het verzoek en kent volledige of gedeeltelijke vrijstelling van gerechtskosten toe, rekening houdend met de financiële situatie van de betrokkene.
Betaling van gerechtskosten:
de rekeningen voor de betaling van de nationale heffing, de legeskosten en de kosten in verband met het geven van het vonnis zijn beschikbaar op het portaal in de rubriek “Nationale heffingen en gerechtelijke rekeningen” (Valsts nodevas un tiesu konti).
Terugbetaling van gerechtskosten:
Terugbetaling van een nationale heffing:
informatie over de gronden en de procedure voor de terugbetaling van een nationale heffing is beschikbaar op het portaal in de rubriek “Terugbetaling van kosten” (nodevu atmaksa).
II De PROCESKOSTEN omvatten:
Terugbetaling van proceskosten:
Door de staat gefinancierde rechtsbijstand is bijstand die aan een persoon wordt toegekend bij de beslechting, in of buiten rechte, van een rechtszaak teneinde zijn geschonden of betwiste rechten of wettelijk beschermde belangen te verdedigen in de situaties, via de kanalen en binnen het kader zoals neergelegd in de Letse wet op de rechtsbijstand van de overheid (Valsts nodrošinātās juridiskās palīdzības likums).
De bijstand omvat juridisch advies, het opstellen van processtukken en vertegenwoordiging in rechte.
De volgende personen komen in aanmerking voor door de staat gefinancierde rechtsbijstand:
Gedeeltelijk door de staat gefinancierde rechtsbijstand, waarbij de betrokkene zelf een deel betaalt, en bijstand van een advocaat in bepaalde soorten civiele zaken (zaken betreffende de nietigverklaring van een besluit van een algemene vergadering van aandeelhouders, zaken betreffende geschillen uit hoofde van het verbintenissenrecht waarvan het bedrag van de vordering hoger is dan 150 000 EUR en zaken betreffende de bescherming van bedrijfsgeheimen tegen het onrechtmatig verkrijgen, gebruiken of openbaar maken ervan) kunnen worden toegekend aan personen die aan de volgende criteria voldoen:
Klokkenluiders kunnen ongeacht hun financiële situatie aanspraak maken op door de staat gefinancierde rechtsbijstand.
De financiële situatie en het inkomensniveau van een persoon die rechtsbijstand nodig heeft in een grensoverschrijdend geschil en wiens gewone verblijfplaats of woonplaats zich in een van de lidstaten van de Europese Unie bevindt, worden geacht recht te geven op rechtsbijstand voor de beslechting van het geschil in Letland als op de dag waarop het verzoek om rechtsbijstand wordt ingediend, de gemiddelde maandelijkse inkomsten die de betrokkene in de voorgaande drie maanden heeft ontvangen, niet meer bedragen dan 50 % van het minimummaandloon in Letland, behoudens andere toepasselijke wettelijke voorwaarden.
Door de staat gefinancierde rechtsbijstand wordt toegekend voor de beslechting in rechte van civiele geschillen en zaken die zijn gegrond tot de vankrachtwording van de definitieve beslissing, met uitzondering van bijvoorbeeld:
De betrokkene moet een ingevuld verzoek om rechtsbijstand (een aanvraagformulier) indienen bij de dienst voor rechtsbijstand, samen met kopieën van bewijsstukken ter staving van de in het verzoek vervatte informatie (stukken waaruit blijkt dat is voldaan aan de voorwaarden om in aanmerking te komen voor door de staat gefinancierde rechtsbijstand en stukken waarin de aard van het civiele geschil en de daarmee verband houdende procedures wordt beschreven). De stukken moeten persoonlijk, per post, of per e-mail op het adres pasts@jpa.gov.lv, met een elektronische handtekening met tijdstempel, worden ingediend bij de dienst voor rechtsbijstand.
De dienst voor rechtsbijstand buigt zich over het verzoek en beslist binnen 21 dagen na ontvangst ervan over het al dan niet toekennen van de rechtsbijstand, of binnen 14 dagen na ontvangst van het verzoek indien de zaak betrekking heeft op de rechten van het kind.
In geval van een verzoek om aanvullende informatie wordt de termijn voor het geven van de beslissing opgeschort totdat de nodige informatie is ontvangen of de termijn voor het verstrekken ervan is verstreken.
Bij het nemen van een beslissing over de verlening van rechtsbijstand wijst de dienst een dienstverlener aan die met hem een overeenkomst voor de verlening van rechtsbijstand heeft gesloten.
De naam van de dienstverlener en de plaats en datum van de verlening van de rechtsbijstand worden in de desbetreffende beslissing vermeld.
De verzoeker wordt schriftelijk (per post of per e-mail op het in het verzoek vermelde adres) in kennis gesteld van de beslissing over het al dan niet verlenen van rechtsbijstand. De verzoeker kan hier ook persoonlijk van op de hoogte worden gebracht op het kantoor van de dienst voor rechtsbijstand.
Tegen de beslissing van de dienst voor rechtsbijstand kan beroep worden ingesteld bij het ministerie van Justitie, terwijl tegen de beslissing van dit ministerie beroep kan worden ingesteld bij een administratieve rechtbank.
In gevallen waarin gedeeltelijk door de staat gefinancierde rechtsbijstand wordt verleend (d.w.z. bijstand van een advocaat in bepaalde soorten civiele procedures) neemt de dienst voor rechtsbijstand binnen een maand na de datum van ontvangst van het verzoek een beslissing, waarin wordt ingegaan op de reikwijdte van de rechtsbijstand en waarin ook de termijn voor de betaling ervan wordt genoemd. Na ontvangst van de betaling wordt de rechtsbijstandverlener binnen zeven dagen aangewezen voor het verlenen van door de staat gefinancierde rechtsbijstand. Indien de betaling voor het verlenen van de rechtsbijstand uitblijft, beëindigt de dienst de rechtsbijstand.
Indien een persoon met gewone verblijfplaats of woonplaats in een lidstaat van de Europese Unie rechtsbijstand nodig heeft in een grensoverschrijdend geschil dat in Letland wordt beslecht, ontvangt de dienst voor rechtsbijstand het desbetreffende verzoek in dit geschil van een bevoegde autoriteit van de andere lidstaat van de Europese Unie of van de persoon zelf en buigt de dienst zich over het verzoek volgens de procedure die is vastgesteld in de wet op de rechtsbijstand van de overheid. In gevallen waarin een grensoverschrijdend geschil buiten Letland wordt beslecht, moet de persoon met gewone verblijfplaats of woonplaats in een lidstaat van de Europese Unie het desbetreffende verzoek indienen bij de dienst voor rechtsbijstand (het betreffende formulier is beschikbaar op https://e-justice.europa.eu/157/nl/legal_aid_forms). In dergelijke gevallen zendt de dienst voor rechtsbijstand binnen zeven dagen na ontvangst van alle vertalingen een ingevuld formulier voor de verzending van het verzoek om rechtsbijstand en de relevante stukken naar de bevoegde autoriteit van de betrokken lidstaat van de Europese Unie.
Het aanvraagformulier voor door de staat gefinancierde rechtsbijstand is beschikbaar:
Het formulier voor de indiening van een verzoek om rechtsbijstand in een andere lidstaat van de Europese Unie (in het kader van een grensoverschrijdend geschil) is beschikbaar op het Europese e-justitieportaal in de rubriek “Online-formulieren”.
De volgende stukken moeten bij het aanvraagformulier voor door de staat gefinancierde rechtsbijstand worden gevoegd:
Informatie over de voorwaarden en procedures voor het verkrijgen van door de staat gefinancierde rechtsbijstand in andere soorten zaken is beschikbaar op https://jpa.gov.lv/ (website van de dienst voor rechtsbijstand, in het Lets) of https://jpa.gov.lv/par-mums-eng (website van de dienst voor rechtsbijstand, in het Engels).
Adres van de dienst voor rechtsbijstand: Pils laukums 4, Riga, LV-1050, Letland.
E-mail: pasts@jpa.gov.lv
Gratis infolijn: +371 80001801 ((voor informatie over de diensten van de dienst voor rechtsbijstand en het invullen van de formulieren).
Behoeftige personen of personen met een laag inkomen die volledig afhankelijk zijn van de staat of de lokale overheid, of die plotseling in omstandigheden en een financiële situatie verkeren waardoor zij hun rechten niet kunnen verdedigen, komen in aanmerking voor door de staat gefinancierde rechtsbijstand.
Door de staat gefinancierde rechtsbijstand wordt toegekend in civiele zaken (met inbegrip van grensoverschrijdende geschillen), al dan niet in der minne geschikt, in beroepsprocedures in administratieve zaken betreffende de verlening van asiel of in beroepen tegen beslissingen betreffende betwiste verwijderings- of gedwongen-uitzettingsmaatregelen.
De betrokkene moet een ingevuld verzoek om rechtsbijstand (een aanvraagformulier) indienen bij de dienst voor rechtsbijstand, samen met kopieën van bewijsstukken ter staving van de in het verzoek vervatte informatie (stukken waaruit blijkt dat is voldaan aan de voorwaarden om in aanmerking te komen voor door de staat gefinancierde rechtsbijstand en stukken waarin de aard van het civiele geschil en de daarmee verband houdende procedures wordt beschreven). De stukken moeten persoonlijk, per post, of per e-mail op het adres pasts@jpa.gov.lv, met een elektronische handtekening met tijdstempel, worden ingediend bij de dienst voor rechtsbijstand.
Om in aanmerking te komen voor door de staat gefinancierde rechtsbijstand moeten de volgende stukken bij de dienst voor rechtsbijstand worden ingediend:
1) een naar behoren ingevuld aanvraagformulier voor door de staat gefinancierde rechtsbijstand, samen met een kopie van het stuk waaruit blijkt dat is voldaan aan de voorwaarden om in aanmerking te komen voor door de staat gefinancierde rechtsbijstand, bijvoorbeeld een verklaring waaruit de behoeftigheid of het lage inkomen van de betrokkene blijkt;
2) kopieën van stukken waarin de aard van het geschil, het verloop van de zaak enz. wordt beschreven.
De dienst voor rechtsbijstand sluit overeenkomsten met dienstverleners die deskundig zijn op het vlak van rechtsbijstand. Bij het nemen van het beslissing tot toekenning van rechtsbijstand wijst de dienst voor de betrokken zaak een rechtsbijstandverlener aan.
Uitzonderingen daargelaten moet de betrokkene zelf de proceskosten dragen.
De betrokkene moet de kosten dragen die geen verband houden met de rechtsbijstand.
De dienst voor rechtsbijstand kent door de staat gefinancierde rechtsbijstand toe in de volgende gevallen:
1) in zaken voor het grondwettelijk hof wordt rechtsbijstand toegekend aan eenieder die een grondwettelijke klacht heeft ingediend ten aanzien waarvan het grondwettelijk hof heeft besloten geen procedure gericht op het honoreren van het beroep in te leiden uitsluitend op grond van het ontbreken van rechtsgronden of op grond van kennelijke gebreken in het beroep;
2) in civiele zaken (tenzij de zaak betrekking heeft op douane- of fiscale kwesties of een inbreuk op de eer en de waardigheid, of rechtstreeks verband houdt met de bedrijfs- of economische activiteiten van de betrokkene, of met zijn zelfstandige beroepsactiviteiten enz.);
3) in administratieve zaken:
Gedeeltelijk door de staat gefinancierde rechtsbijstand kan worden toegekend voor de bijstand van een advocaat in bepaalde soorten civiele zaken:
Indien de betrokkene de toegekende rechtsbijstand niet nodig heeft, kan hij het verzoek vóór de beëindiging van de procedure intrekken door de dienst voor rechtsbijstand daarvan in kennis te stellen.
Tegen een beslissing van de dienst voor rechtsbijstand om rechtsbijstand toe te kennen of te weigeren, kan beroep worden ingesteld volgens de procedure van de Letse wet inzake administratieve procedures (Administratīvā procesa likums).
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.
Kosten van juridische tweedelijnsbijstand (antrinė teisinė pagalba) zijn kosten waarvan de aanvrager is vrijgesteld, namelijk de proceskosten in civiele procedures, de kosten van grondwettelijke procedures, de kosten van administratieve procedures, de kosten van rechtszaken in verband met een administratieve overtreding, de kosten in verband met de behandeling van een civiele vordering in een strafzaak, de kosten van verdediging en vertegenwoordiging in een procedure (met inbegrip van beroeps- en cassatieprocedures, ongeacht wie de procedure inleidt), de kosten van tenuitvoerleggingsprocedures zoals omschreven in de instructies voor de tenuitvoerlegging van beslissingen, goedgekeurd door de minister van Justitie, en de kosten in verband met de opstelling van processtukken, de bewijsvergaring, de vertaling en de vertegenwoordiging in procedures voorafgaande aan buitengerechtelijke geschillenbeslechting, wanneer een dergelijke procedure bij wet of bij rechterlijke beslissing is voorgeschreven. Reiskosten worden ook vergoed wanneer de aanwezigheid van de aanvrager wettelijk verplicht is of door de rechtbank is erkend.
In het geval van grensoverschrijdende geschillen in burgerlijke en handelszaken omvat de door de staat gefinancierde rechtsbijstand:
In het geval van grensoverschrijdende geschillen waarbij de aanvrager woonachtig is of hoofdzakelijk verblijft in de Republiek Litouwen, omvat de door de staat gefinancierde rechtsbijstand de kosten:
Indien u recht hebt op juridische tweedelijnsbijstand die 100 % wordt vergoed, hoeft u deze kosten niet te betalen. Indien u voor gedeeltelijke rechtsbijstand in aanmerking komt, moet u het resterende deel van deze kosten zelf betalen.
Juridische eerstelijnsbijstand (pirminė teisinė pagalba), juridische tweedelijnsbijstand (antrinė teisinė pagalba) en door de staat gefinancierde buitengerechtelijke bemiddeling worden verleend overeenkomstig de procedure die is vastgelegd in de wet van de Republiek Litouwen inzake door de staat gefinancierde rechtsbijstand (Lietuvos Respublikos valstybės garantuojamos teisinės pagalbos įstatymas).
U moet juridische eerstelijnsbijstand aanvragen als u juridische informatie of juridisch advies nodig hebt, documenten voor de (gemeentelijke) overheid moet opstellen, bijstand nodig hebt voor een minnelijke buitengerechtelijke geschillenbeslechting of een gerechtelijk schikking moet voorbereiden. Rechtsbeoefenaars die juridische eerstelijnsbijstand verlenen, houden zich ook bezig met het opstellen van verzoekschriften voor echtscheiding door onderlinge toestemming, echtscheidingsovereenkomsten, verzoeken om een gerechtelijk bevel, punten van bezwaar tegen verzoeken van schuldeisers, verzoeken om rechterlijke toestemming voor het verkopen of met een hypotheek bezwaren van onroerend goed, verzoeken om rechterlijke toestemming voor het aanvaarden van een nalatenschap en verzoeken om voorafgaande rechterlijke toestemming voor het aangaan van transacties met betrekking tot het vermogen van een persoon die op een bepaald gebied handelingsonbekwaam of beperkt handelingsbekwaam is.
Juridische eerstelijnsbijstand is beschikbaar in elke Litouwse gemeente.
U moet juridische tweedelijnsbijstand aanvragen als u processtukken moet opstellen, in een procedure door een advocaat moet worden verdedigd of vertegenwoordigd, met inbegrip van een tenuitvoerleggingsprocedure, vertegenwoordigd moet worden in een vroegtijdige minnelijke buitengerechtelijke geschillenbeslechting, als dat op grond van de wet of een beslissing noodzakelijk is, of als u vrijstelling wilt van advocatenkosten, procedure- en andere kosten.
Als u een minnelijke schikking van een civielrechtelijk geschil wenst, moet u om door de staat gefinancierde buitengerechtelijke bemiddeling verzoeken.
Beslissingen over de verlening van juridische tweedelijnsbijstand of door de staat gefinancierde buitengerechtelijke bemiddeling worden genomen door de overheidsdienst voor rechtsbijstand.
Alle informatie over door de staat gefinancierde rechtsbijstand is te vinden op de website Informatiesysteem voor rechtsbijstand (Teisinės pagalbos paslaugų informacinės sistemos — TEISIS): https://teisis.lt/external/home/main
Juridische eerstelijnsbijstand wordt toegekend aan burgers van de Republiek Litouwen, burgers van een lidstaat van de Europese Unie, personen die legaal in Litouwen of in een andere lidstaat van de Europese Unie verblijven, of personen die aanspraak maken op rechtsbijstand krachtens internationale overeenkomsten die door de Republiek Litouwen zijn ondertekend. Deze personen hebben, ongeacht hun financiële situatie, recht op een gratis adviesgesprek van een uur over een onderwerp waarover zij vragen hebben.
Rechtsbeoefenaars die juridische eerstelijnsbijstand verlenen, geven advies over de minnelijke buitengerechtelijke beslechting van geschillen, verstrekken informatie over het rechtssysteem, de wetten en de regelgeving, helpen bij de voorbereiding van een gerechtelijke schikking, helpen in voorkomend geval bij het invullen van de aanvraag voor juridische tweedelijnsbijstand of stellen de wettelijk vereiste processtukken op. Juridische eerstelijnsbijstand wordt afgewezen als de vorderingen van de aanvrager kennelijk ongegrond zijn, als de betreffende kwestie eerder uitgebreid is behandeld, als een persoon in staat is advies bij een advocaat in te winnen zonder door de staat gefinancierde rechtsbijstand, als de aanvraag geen betrekking heeft op diens rechten of legitieme belangen, behalve in het geval van juridische vertegenwoordiging, of als er misbruik wordt gemaakt van door de staat gefinancierde rechtsbijstand of van materiële of procedurele rechten.
Juridische tweedelijnsbijstand wordt toegekend aan dezelfde groep personen, maar wordt wel onderworpen aan een beoordeling van het persoonlijke of gezinsvermogen en het persoonlijke inkomen.
Juridische tweedelijnsbijstand kan worden toegekend aan personen van wie het persoonlijke of gezinsvermogen en het persoonlijke jaarinkomen over de laatste twaalf maanden niet hoger zijn dan de normatieve niveaus die door de regering van de Republiek Litouwen zijn vastgesteld om in aanmerking te komen voor rechtsbijstand. Er moet worden opgemerkt dat personen die juridische tweedelijnsbijstand aanvragen, een opgave moeten doen van de onroerende en roerende zaken die in hun eigen bezit en het bezit van hun echtgeno(o)te zijn.
Ongeacht het persoonlijke of gezinsvermogen of het persoonlijke jaarinkomen, kan er gratis juridische tweedelijnsbijstand worden toegekend aan bijvoorbeeld: slachtoffers van strafbare feiten, ontvangers van sociale uitkeringen, personen van wie erkend is dat zij ernstig gehandicapt zijn of niet in staat zijn te werken of die de pensioenleeftijd hebben bereikt en van wie volgens de wettelijke procedure is vastgesteld dat zij aanzienlijke bijzondere behoeften hebben, en aan de andere personen die worden genoemd in artikel 12 van de wet betreffende de door de staat gefinancierde rechtsbijstand.
Juridische tweedelijnsbijstand wordt afgewezen: als de vorderingen van de aanvrager kennelijk ongegrond zijn, als vertegenwoordiging in de zaak niet haalbaar is, als de aanvrager een vergoeding voor immateriële schade wegens laster vordert, maar geen materiële schade heeft geleden, als de aanvraag betrekking heeft op een vordering die rechtstreeks voortvloeit uit de commerciële of zelfstandige activiteiten van de aanvrager, als de aanvrager toegang heeft tot de vereiste juridische diensten zonder gebruik te maken van door de staat gefinancierde rechtsbijstand, als de aanvraag geen betrekking heeft op een schending van de eigen rechten van de aanvrager, behalve in bij wet bepaalde gevallen van vertegenwoordiging, als de vordering waarvoor om juridische tweedelijnsbijstand wordt verzocht, is overgedragen aan de aanvrager met het oog op het verkrijgen van door de staat gefinancierde rechtsbijstand, als de aanvrager misbruik maakt van door de staat gefinancierde rechtsbijstand of van zijn materiële of procedurele rechten, als de aanvrager weigert een deel van de vaste kosten van juridische tweedelijnsbijstand te betalen, als uit het onderzoek naar de gegrondheid van de vordering blijkt dat de mogelijke kosten van juridische tweedelijnsbijstand hoger zouden zijn dan het bedrag van de financiële vordering (financiële belangen), of als de aanvrager in een andere zaak juridische tweedelijnsbijstand heeft gekregen, maar heeft geweigerd de vaste kosten van die juridische tweedelijnsbijstand of een deel daarvan binnen de gestelde termijn te betalen.
Er kan door de staat gefinancierde buitengerechtelijke bemiddeling worden ingeroepen indien ten minste een van de partijen bij het geschil recht heeft op juridische tweedelijnsbijstand.
Bij grensoverschrijdende geschillen waarbij het persoonlijke of gezinsvermogen en het persoonlijke inkomen van legaal in een andere lidstaat van de Europese Unie verblijvende natuurlijke personen het door de regering vastgestelde normatieve niveau overschrijden, maar de betrokken natuurlijke persoon aangeeft de kosten van de procedure niet te kunnen dragen, moet de overheidsdienst voor rechtsbijstand vaststellen of de betrokkene de kosten van de procedure kan betalen. De dienst houdt daarbij rekening met de kosten van levensonderhoud in de andere lidstaat waar die persoon zijn woonplaats of hoofdverblijfplaats heeft en kan besluiten rechtsbijstand in de tweede lijn te verlenen. In dat geval wordt de vraag of de aanvrager, gezien zijn persoonlijke of gezinsvermogen en zijn persoonlijke inkomen, recht heeft op rechtsbijstand, beoordeeld aan de hand van de wetgeving van de plaats waar hij zijn woonplaats of hoofdverblijfplaats heeft.
Ja, behalve bij grensoverschrijdende geschillen. Bij grensoverschrijdende geschillen wordt de door de staat gefinancierde rechtsbijstand verleend in burgerlijke en handelszaken.
Ja. Wanneer de aanwezigheid van een advocaat of gemachtigde vertegenwoordiger in een strafrechtelijke procedure verplicht is, wordt de advocaat die juridische tweedelijnsbijstand verleent, aangewezen door de met het gerechtelijk vooronderzoek belaste ambtenaar, de openbare aanklager of de met de behandeling van de zaak belaste rechter.
Het formulier voor het aanvragen van juridische tweedelijnsbijstand, samen met de aanvullende documenten, en het formulier voor het aanvragen van door de staat gefinancierde buitengerechtelijke bemiddeling, samen met de aanvullende documenten, zijn te vinden op de website over door de staat gefinancierde rechtsbijstand: https://vgtpt.lrv.lt/en/links/requests
Voor grensoverschrijdende geschillen is het in te dienen aanvraagformulier te vinden op het e-justitieportaal.
De in te dienen documenten zijn te vinden op de website over door de staat gefinancierde rechtsbijstand: https://vgtpt.lrv.lt/en/links/requests
Voor grensoverschrijdende geschillen:
Overheidsdienst voor rechtsbijstand:
Odminių g. 3, 01122 Vilnius, Litouwen
Tel. + 8 700 00 211
Fax + 8 700 35 004
E-mail: teisinepagalba@vgtpt.lt
Neem contact op met de overheidsdienst voor rechtsbijstand.
Dien bij de overheidsdienst voor rechtsbijstand een aanvraag in, die vergezeld gaat van de verplichte documenten.
De overheidsdienst voor rechtsbijstand.
Als u rechtsbijstand ontvangt die 100 % wordt vergoed, hoeft u geen advocatenkosten en onkosten te betalen. Als u rechtsbijstand ontvangt waarbij de onkosten worden vergoed, moet u het resterende deel van de advocatenkosten en de proceskosten zelf betalen. Er moet worden opgemerkt dat een persoon niet wordt vrijgesteld van de kosten die worden gemaakt door de andere partij in het geschil. Indien een persoon een procedure inleidt bij het gerecht en zijn eis door het gerecht wordt verworpen, kan het gerecht de persoon veroordelen in de kosten van de andere partij in het geschil. In dat geval zal de overheid de andere partij in het geschil niet vrijstellen van betaling van de kosten.
Deze kosten komen ten laste van de persoon aan wie gedeeltelijke rechtsbijstand is toegekend.
Ja, juridische tweedelijnsbijstand is ook beschikbaar voor de voorbereiding van een beroep en voor vertegenwoordiging bij het hof van beroep. Er moet worden opgemerkt dat indien in eerste aanleg juridische tweedelijnsbijstand is verleend, een nieuwe aanvraag moet worden ingediend, samen met alle benodigde documenten, om voor de beroepsprocedure juridische tweedelijnsbijstand te verkrijgen, en dat de overheidsdienst voor rechtsbijstand zal beoordelen of u in het kader van de beroepsprocedure recht hebt op rechtsbijstand.
Ja. Indien blijkt dat de persoon aan wie de rechtsbijstand is toegekend, informatie heeft verzwegen of verkeerde informatie heeft verstrekt om door de staat gefinancierde rechtsbijstand te verkrijgen. De rechtsbijstand kan tevens worden beëindigd op verzoek van de betrokken persoon of indien blijkt dat die persoon de aan hem toegekende rechtsbijstand op oneigenlijke wijze gebruikt, niet met de advocaat samenwerkt enz.
Ja. Tegen een door de overheidsdienst voor rechtsbijstand genomen beslissing kan binnen een maand na ontvangst van de beslissing beroep worden ingesteld bij de Litouwse commissie voor administratieve geschillen (Lietuvos administracinių ginčų komisija) (Vilniaus g. 27, Vilnius) of de administratieve arrondissementsrechtbank van Vilnius (Vilniaus apygardos administracinis teismas) (Žygimantų g. 2, Vilnius).
Nee.
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.
De volgende proceskosten kunnen worden betaald uit de rechtsbijstand:
Door rechtsbijstand kan een natuurlijke persoon die over onvoldoende middelen beschikt, voor een bepaalde zaak gebruikmaken van de rechtsbijstand van een advocaat.
Personen die over onvoldoende middelen beschikken, komen in aanmerking voor rechtsbijstand om hun belangen te verdedigen mits zij:
Rechtsbijstand kan ook worden toegekend aan andere vreemdelingen met onvoldoende middelen in procedures betreffende hun recht op asiel, binnenkomst, verblijf, vestiging of verwijdering.
Om te verifiëren dat er sprake is van onvoldoende middelen, wordt er gekeken naar het totale bruto-inkomen en het vermogen van de aanvrager en eventuele andere leden van het huishouden.
Personen die een vordering instellen die bij voorbaat onredelijk lijkt of weinig kans van slagen heeft of waarvan het doel niet in verhouding lijkt te staan tot de potentiële kosten, komen niet voor rechtsbijstand in aanmerking.
Rechtsbijstand kan worden toegekend aan de eiser of de gedaagde in gerechtelijke of buitengerechtelijke contentieuze of niet-contentieuze zaken. Voor elke zaak die bij gewone rechtbanken of administratieve rechtbanken aanhangig wordt gemaakt, kan rechtsbijstand worden aangevraagd.
Rechtsbijstand kan ook worden toegekend in het geval van conservatoire maatregelen en procedures tot tenuitvoerlegging van gerechtelijke beslissingen of een andere executoriale titel.
Eigenaren van motorvoertuigen ontvangen echter geen rechtsbijstand voor geschillen die het gevolg zijn van het gebruik van deze voertuigen. Ook winkeliers, industriëlen, ambachts- of vaklieden ontvangen geen rechtsbijstand voor geschillen betreffende hun bedrijf of beroepsactiviteit, behalve in uitzonderlijke en naar behoren gemotiveerde gevallen; geschillen in verband met speculatie door de aanvrager van rechtsbijstand komen hiervoor evenmin in aanmerking.
In noodgevallen kan zonder verdere formaliteit tijdelijk rechtsbijstand worden toegekend door de deken van de orde van advocaten (Bâtonnier de l’Ordre des Avocats) voor door de deken te bepalen stappen.
Het nationale aanvraagformulier voor rechtsbijstand in Luxemburg is verkrijgbaar bij de Centrale dienst voor sociale bijstand (Service Central d’Assistance Sociale, tel. +352 475821-1).
Het kan ook worden gedownload van de website van de Luxemburgse orde van advocaten of van de website van de orde van advocaten van Diekirch.
Bij uw verzoek om rechtsbijstand moeten de volgende stukken worden gevoegd:
De deken van de orde van advocaten in de woonplaats van de aanvrager, of zijn plaatsvervanger, nemen een beslissing over het al dan niet toekennen van rechtsbijstand. Bij niet-ingezetenen ligt deze beslissing bij de deken van de Luxemburgse orde van advocaten of zijn plaatsvervanger.
De beslissing van de deken wordt u per post toegezonden.
In zijn beslissing noemt de deken de naam van de advocaat die rechtsbijstand zal verlenen en vraagt hij u contact met hem/haar op te nemen.
De deken stelt de advocaat aan die de aanvrager zelf heeft gekozen of, als de aanvrager geen advocaat heeft gekozen of de deken zijn keuze ongeschikt acht, een advocaat naar keuze van de deken. Behalve als er sprake is van een beletsel of belangenconflict moeten advocaten de volmacht die hun op deze manier wordt gegeven aanvaarden.
Rechtsbijstand dekt in de regel alle kosten in verband met het proces, de procedure of de maatregelen waarvoor deze is toegekend (zie punt 1).
Rechtsbijstand dekt echter niet de forfaitaire gerechtelijke kosten die de winnende partij vergoed krijgt (indemnités de procédure) of een schadevergoeding vanwege machtsmisbruik en een vexatoir proces.
Luxemburg kent geen gedeeltelijke rechtsbijstand.
Nee, u moet voor dat doel een nieuw verzoek om rechtsbijstand indienen.
De deken van de orde van advocaten kan het recht van de aanvrager op rechtsbijstand intrekken, ook na afloop van de procedure of maatregelen waarvoor deze is toegekend, als blijkt dat dit recht was gebaseerd op valse verklaringen of onjuiste documenten. Het recht op rechtsbijstand kan ook worden ingetrokken als de begunstigde gedurende de procedure of de tenuitvoerlegging van deze maatregelen financiële middelen verwerft of als deze voortvloeien uit deze procedure of maatregelen, en de begunstigde dit recht niet had gehad als hij deze middelen in bezit had gehad op de datum van indiening van zijn rechtsbijstandsverzoek. De begunstigden van rechtsbijstand of de aangestelde advocaat moeten de deken op de hoogte stellen van dergelijke veranderingen in hun situatie.
Het ministerie van Justitie (Ministère de la Justice) wordt onmiddellijk op de hoogte gebracht van de beslissing van de deken om het recht op rechtsbijstand in te trekken. Het bestuur der registratie en domeinen (Administration de l’Enregistrement et des Domaines) is verantwoordelijk voor de terugvordering van reeds uitbetaalde rechtsbijstand.
Verzoekers kunnen beroep instellen tegen de beslissing van de deken tot afwijzing of intrekking van de rechtsbijstand bij de raad van discipline en administratieve zaken (Conseil disciplinaire et administratif), die definitief uitspraak doet. Beroepen moeten binnen tien dagen na ontvangst van het bericht met de beslissing van de deken van de orde van advocaten per aangetekende brief worden ingesteld bij de voorzitter van de Conseil disciplinaire et administratif. De aanvrager zal worden gehoord door de raad of door een van de leden namens de raad.
Een verzoek om rechtsbijstand heeft niet tot gevolg dat de verjaringstermijn wordt geschorst.
Nuttige links
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.
De tarieven voor gerechtelijke procedures zijn vastgelegd in de wet. Sommige moeten aan het begin van de procedure worden betaald, andere aan het einde. Dit zijn in het algemeen vaste tarieven, waartoe ook de griffierechten behoren. De griffierechten omvatten inschrijvingskosten, de kosten van het dagvaarden van getuigen en andere kosten in verband met de behandeling van de zaak, alsmede de kosten van het maken van kopieën van de uitspraak. Op enkele uitzonderingen na zijn de tarieven van advocaten die een partij in een rechtsgeding vertegenwoordigen, vastgelegd in de wet. Partijen kunnen echter schriftelijk anders overeenkomen.
Wanneer uw vordering wordt betwist, kunnen behalve bovengenoemde tarieven ook aanvullende griffierechten verschuldigd zijn, te bepalen door het gerecht.
Welke partij uiteindelijk de kosten moet betalen, wordt bepaald door de rechter. In het algemeen geldt dat de in het ongelijk gestelde partij wordt verwezen in de kosten, maar dit is afhankelijk van de zaak en de rechter kan dus ook anders beslissen.
Rechtsbijstand is een vorm van hulp ten laste van de staat. Op een daartoe strekkend verzoek stelt het bureau voor rechtsbijstand een verklaring op waarin wordt meegedeeld of de verzoeker goede gronden heeft voor een rechtsvordering/het voeren van verweer of om door te gaan als partij in een procedure, zodat hij toegang heeft tot de rechter. Voorafgaand aan de verklaring beoordelen ambtenaren van het bureau de financiële situatie van de verzoeker en, afhankelijk van het soort zaak, beoordeelt het hoofd van de juridische afdeling van het bureau de gegrondheid van het verzoek.
Meer in het bijzonder wordt onder rechtsbijstand verstaan, het verlenen van juridische hulp aan personen met een laag inkomen die niet de middelen hebben om zich te laten vertegenwoordigen of naar de rechter te stappen. Rechtsbijstand is belangrijk om rechtzoekenden toegang tot de rechter te verschaffen en meer in het bijzonder om ervoor te zorgen dat ook mensen die over onvoldoende financiële middelen beschikken, voor de wet gelijk worden behandeld, hun recht op een advocaat kunnen uitoefenen en een eerlijke behandeling van hun zaak krijgen. Gelijkheid is essentieel in een democratische samenleving.
Rechtsbijstand wordt verleend in alle strafzaken en bijna alle civiele zaken. Voor rechtsbijstand in civiele zaken geldt dat de persoon in kwestie zowel op basis van een draagkrachttoets als op basis van een gegrondheidstoets voor die hulp in aanmerking moet komen.
In civiele zaken: Rechtsbijstand wordt alleen verleend aan personen die daarvoor zowel op basis van de draagkracht- als op basis van de gegrondheidstoets in aanmerking komen.
Draagkrachttoets: De verzoeker voldoet aan het draagkrachtcriterium als de nettowaarde van zijn vermogen, inclusief beschikbaar geld, niet meer bedraagt dan 13 000 EUR (of een ander bij wet vastgesteld bedrag) gedurende de laatste twaalf maanden voorafgaand aan het verzoek om rechtsbijstand. Bovendien mag zijn inkomen in de laatste twaalf maanden voorafgaande aan het verzoek niet hoger zijn geweest dan het nationaal minimumloon voor personen ouder dan achttien jaar.
Artikelen die de verzoeker en zijn gezin thuis dagelijks nodig hebben, zijn hoofdwoning en roerend en onroerend goed waarvan de eigendom in geschil is, worden niet meegenomen bij de draagkrachttoets.
Gegrondheidstoets: De verzoeker voldoet aan het gegrondheidscriterium als het hoofd van de juridische afdeling van het bureau voor rechtsbijstand na onderzoek van de aard van de zaak concludeert dat hij een wettig recht heeft voor het instellen van een rechtsvordering/het voeren van verweer of om door te gaan als partij in een gerechtelijke procedure, met andere woorden: de verzoeker heeft een probabilis causa litigandi. Elke zaak wordt op zijn merites beoordeeld. Deze beoordeling gebeurt door het hoofd van de juridische afdeling van het bureau voor rechtsbijstand. Hij onderzoekt de zaak en kijkt wat het mogelijke resultaat van de procedure zal zijn en of deze kans van slagen heeft.
Als de persoon in kwestie voor rechtsbijstand in aanmerking komt en de rechter hem een advocaat en een procureur toevoegt, zullen deze raadslieden de betrokkene bijstaan totdat de definitieve beslissing in de procedure wordt gegeven.
In strafzaken: Voor rechtsbijstand in strafzaken geldt geen draagkrachttoets. In verkorte procedures voor de Qorti tal-Maġistrati bħala Qorti ta’ Ġudikatura Kriminali (vgl. politierechter) voegt de rechter de verdachte op basis van een piketrooster ambtshalve een advocaat toe. In andere strafprocedures moet de verdachte de rechter om rechtsbijstand verzoeken. Dit verzoek moet worden aangetekend in het proces-verbaal van de procedure. De rechter stuurt het verzoek en de persoonsgegevens van de verdachte naar het agentschap voor rechtsbijstand, dat in zijn reactie aangeeft of het verzoek is aanvaard en, zo ja, de naam van de advocaat.
Beroepen in strafzaken: Als een persoon met de bijstand van een pro-Deoadvocaat tegen een vonnis van de politierechter in beroep wil gaan, moet hij het bureau voor rechtsbijstand daarvan uiterlijk op de dag na het vonnis in kennis stellen, zodat de noodzakelijke afspraken kunnen worden gemaakt. Er moet nadere informatie over het vonnis worden verstrekt, zodat het toegewezen hoofd van de juridische afdeling van het bureau voor rechtsbijstand kan vaststellen of sprake is van toereikende gronden voor een beroep.
Personen die worden verhoord en/of zijn gearresteerd: Als de politie een persoon heeft opgeroepen om vragen te beantwoorden of heeft gearresteerd, heeft deze het recht om te spreken met een van de beschikbare pro-Deoadvocaten (volgens het piketrooster van die dag).
De procedure
Wanneer u als partij in een civiele procedure een afspraak wilt maken met het vaste hoofd van de juridische afdeling van het bureau voor rechtsbijstand, moet u eerst onderstaande stukken overleggen, voor zover van toepassing. Deze stukken zijn nodig voor de draagkrachttoets en om vast te stellen of u ook anderszins voor rechtsbijstand in aanmerking komt:
In het gesprek met een ambtenaar van het bureau wordt vastgesteld of u volgens de draagkrachttoets in aanmerking komt. Als dat het geval is, wordt voor u een afspraak gemaakt met een vaste advocaat van de juridische afdeling van het bureau voor rechtsbijstand om verder te praten over uw probleem en/of de zaak in kwestie. Tijdens dit gesprek hoort u van het vaste hoofd van de juridische afdeling van het bureau voor rechtsbijstand of u voldoet aan de gegrondheidstoets, met andere woorden: of er goede gronden zijn voor het instellen van een rechtsvordering dan wel het voeren van verweer.
U komt in aanmerking als u zowel aan de draagkracht- als aan de gegrondheidstoets voldoet. Zodra is vastgesteld dat u in aanmerking komt, vult u met de hulp van een ambtenaar van het bureau het formulier voor het indienen van een verzoek om rechtsbijstand in en verklaart u onder ede dat de gegevens over uw financiële situatie en de grond van de zaak juist zijn.
Als u niet in aanmerking komt — volgens één of allebei de toetsen — en uw verzoek wordt afgewezen, wordt u dat schriftelijk meegedeeld met de redenen van de afwijzing.
Rechtsbijstand wordt verleend in alle strafzaken en bijna alle civiele zaken. Voor rechtsbijstand in civiele zaken geldt dat de persoon in kwestie zowel op basis van een draagkrachttoets als op basis van een gegrondheidstoets voor de hulp in aanmerking moet komen.
In zaken betreffende de inschrijving van een geboorte-, huwelijks- of overlijdensakte of een verbetering of annulering van een dergelijke inschrijving blijft het draagkrachtcriterium echter buiten toepassing.
Ondernemingen die zijn ingeschreven volgens de wet op de vennootschappen hebben op grond van artikel 926 van hoofdstuk 12 van de “Laws of Malta” (wetten van Malta) geen recht op rechtsbijstand.
In dringende gevallen, zoals de uitvaardiging van een rechterlijk bevel, voorziet de wet in de mogelijkheid voor het hoofd van de juridische afdeling van het bureau voor rechtsbijstand om de rechter te verzoeken een voorlopige machtiging te verlenen om in naam van de persoon die om rechtsbijstand vraagt alvast bepaalde rechtshandelingen te kunnen verrichten, waarna alsnog de draagkracht- en gegrondheidstoets moeten worden uitgevoerd.
Als de rechter de rechtsbijstand later intrekt, heeft dat niet de nietigheid van reeds door het bureau verrichte rechtshandelingen tot gevolg. Wel wordt het recht op toekomstige vergoedingen ingetrokken en kan de rechter gelasten dat tijdens de periode van voorlopige machtiging gemaakte kosten, worden terugbetaald.
Het formulier voor het indienen van een verzoek om rechtsbijstand kan worden ingevuld bij het bureau voor rechtsbijstand. Een ambtenaar van het bureau helpt u daarbij. U moet onder ede verklaren dat het formulier naar waarheid is ingevuld. Het verzoek om rechtsbijstand kan ook rechtstreeks bij de civiele rechtbank worden ingediend.
Het verzoek om rechtsbijstand moet vergezeld gaan van de in het antwoord op vraag 3, onder “procedure”, genoemde documenten.
De bijgevoegde documenten moeten betrekking hebben op de aangelegenheid ten aanzien waarvan de verzoeker een procedure aanhangig wil maken. Als u bijvoorbeeld een huwelijk wilt annuleren, moet een kopie van de huwelijksakte worden bijgevoegd. De documenten die het hoofd van de juridische afdeling van het bureau voor rechtsbijstand nodig heeft om te bepalen of er voldoende gronden voor het verlenen van rechtsbijstand zijn, moeten op verzoek aan deze persoon worden verstrekt.
Het verzoek moet worden gericht aan Malta Legal Aid: https://legalaidmalta.gov.mt/en/
Een verzoeker van rechtsbijstand wordt er via sms, telefoon, brief of e-mail formeel van in kennis gesteld of zijn verzoek is goedgekeurd overeenkomstig de behoeften van die verzoeker. Als het verzoek wordt goedgekeurd, worden ook de namen van de toegevoegde advocaat en procureur en hun respectieve mobiele nummers meegedeeld.
Als de verzoeker in aanmerking komt voor rechtsbijstand, wordt hij in kennis gesteld van de namen van de advocaat en procureur die zijn aangewezen om hem in de procedure bij te staan. De verzoeker moet contact opnemen met de hem toegevoegde advocaat voor het maken van een afspraak en de ingeleide procedure volgen.
Zodra het verzoek is goedgekeurd, worden de verzoeker een advocaat en een procureur toegevoegd. Het betreft de eerstvolgende persoon op een lijst van beschikbare raadslieden waarover het gerecht beschikt. Als de verzoeker de hem toegevoegde advocaat wil vervangen door de volgende op de lijst, moet hij een daartoe strekkend verzoek bij het gerecht indienen. Hij moet daarvoor een geldige reden kunnen aanvoeren. Een pro-Deoadvocaat kan alleen bij rechterlijke beschikking worden vervangen.
Rechtsbijstand dekt ook de gerechtskosten. De verzoeker is bijgevolg vrijgesteld van het betalen van vergoedingen of het stellen van een zekerheid.
Als de verzoeker slaagt in zijn vordering, moet hij de kosten van de advocaat en procureur en van eventuele bewindvoerders, mediators en deskundigen betalen uit het bedrag dat hij op grond van de uitspraak ontvangt of uit de opbrengst van een eventuele gerechtelijke openbare verkoping van roerende of onroerende goederen, onverlet zijn recht op vergoeding van die kosten door een derde die in de vergoeding van die kosten is veroordeeld.
Malta kent geen “gedeeltelijke rechtsbijstand”. De verzoeker krijgt ofwel volledige rechtsbijstand ofwel zijn verzoek om rechtsbijstand wordt afgewezen. Als de partij die rechtsbijstand krijgt, wordt veroordeeld in de proceskosten, kan de griffier geen vergoeding van de griffierechten vorderen van de in het gelijk gestelde partij.
Als de verzoeker in aanmerking komt voor rechtsbijstand, strekt die rechtsbijstand zich uit tot alle instanties, inclusief de beroepsinstanties.
Als rechtens blijkt dat de betrokkene in de periode waarin hij rechtsbijstand kreeg, wist dat hij over meer vermogen of inkomsten beschikte dan volgens de wet was toegestaan voor het krijgen van rechtsbijstand, of dat de betrokkene tijdens de behandeling van de zaak wist dat zijn inkomen sinds de indiening van het verzoek meer was gestegen dan wettelijk was toegestaan en hij daarvan geen melding maakte, dan kan de rechter oordelen dat de betrokkene zich schuldig heeft gemaakt aan belediging van de rechtbank. Hij kan dan ook voor meineed worden vervolgd.
In beide gevallen is de betrokkene aansprakelijk voor alle kosten van de zaak, alsof hem nooit rechtsbijstand was verleend.
Een beslissing tot afwijzing van een verzoek om rechtsbijstand is niet vatbaar voor beroep. Wel is het zo dat de civiele rechter bij een voor de verzoeker ongunstig rapport van het bureau voor rechtsbijstand de partijen de gelegenheid geeft tot het maken van opmerkingen alvorens een beslissing te nemen over de vraag of het rapport moet worden aanvaard of dat het terzijde moet worden geschoven en het verzoek moet worden toegewezen.
Het verzoek om rechtsbijstand heeft niet tot gevolg dat de verjaringstermijn wordt geschorst.
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.
Om de zaak voor te leggen aan de rechter betaalt de eisende partij griffierechten aan het gerecht en eventuele kosten voor rechtsbijstand aan een advocaat. Dit zijn de proceskosten. Als de eisende partij in het gelijk wordt gesteld door de rechter, wordt doorgaans de verliezende partij veroordeeld tot het betalen van de proceskosten van de eiser. De verliezende partij draait dan dus op voor de kosten die de eisende partij heeft moeten maken om de zaak voor te leggen aan de rechter.
Rechtsbijstand is rechtskundige rechtsbijstand aan een rechtzoekende voor een rechtsbelang dat hem rechtstreeks en individueel aangaat, voor zover in de wet of de daarop berustende bepalingen is geregeld. Is sprake van gesubsidieerde rechtsbijstand, dan worden de kosten van de advocaat betaald door de overheid.
Of u in aanmerking komt voor gesubsidieerde rechtsbijstand is afhankelijk van uw verzamelinkomen en het soort belang dat behartigd moet worden. Informatie hierover kunt u vinden op de website van de Raad voor Rechtsbijstand: Home - Rechtsbijstand.
Ja. In Nederland wordt (gesubsidieerde) rechtsbijstand verleend in de adviesfase en voor alle soorten procedures. Zie echter ook het antwoord op de vorige vraag. Nederland kent ook gesubsidieerde mediation.
In het civiele recht kan een kort geding aanhangig worden gemaakt. In het bestuursrecht bestaat de mogelijkheid om om een voorlopige voorziening te vragen in alle fasen van de procedure: bezwaar, het beroep of het hoger beroep.
In Nederland wordt de aanvraag voor gesubsidieerde rechtsbijstand ingediend bij de Raad voor Rechtsbijstand door de advocaat. Deze advocaat moet daartoe ingeschreven zijn bij de Raad voor Rechtsbijstand.
Komt u uit een andere lidstaat van de EU? Dan kunt u via de verzendende autoriteit in uw lidstaat (meestal het ministerie van Justitie en Veiligheid, een rechtbank of een specifiek aangewezen andere organisatie) een verzoek doen, dat wordt doorgezonden naar de ontvangende autoriteit in Nederland, de Raad voor Rechtsbijstand.
Voor de beoordeling van het recht op gesubsidieerde rechtsbijstand geldt een financiële toets en een belangentoets (zie onder 3 en 4). Voor de financiële toets moet de Raad voor Rechtsbijstand beschikken over bewijsstukken die aantonen hoe hoog het jaarinkomen is geweest twee jaar geleden. Als u kunt aantonen dat u in uw lidstaat in aanmerking komt voor gesubsidieerde rechtsbijstand, is dit voldoende voor de Raad voor Rechtsbijstand.
Voor de belangentoets is het noodzakelijk stukken mee te sturen waaruit het belang van de zaak blijkt, bijvoorbeeld: waar gaat de zaak over, hoe hoog is het financiële belang, gaat het om het belang van uw onderneming, wat heeft u zelf ondernomen om het geschil op te lossen?
Raad voor Rechtsbijstand
Postbus 70503
5201 CD Den Bosch
Nederland
U en indien van toepassing uw advocaat, ontvangt een schriftelijk besluit op de aanvraag. Hieruit blijkt of de aanvraag wordt gehonoreerd. U kunt eventueel bezwaar maken tegen een negatieve beschikking.
Als u in aanmerking komt voor gesubsidieerde rechtsbijstand, moet u in de meeste gevallen een door de Raad voor Rechtsbijstand vastgestelde eigen bijdrage aan de advocaat te betalen.
U kunt zelf een advocaat in Nederland kiezen. Deze moet wel ingeschreven staan bij de Raad voor Rechtsbijstand. Kijk hiervoor op: Zoek een advocaat - Rechtsbijstand
Als dit niet mogelijk is, kan de Raad voor Rechtsbijstand als ontvangende autoriteit helpen om een advocaat te zoeken.
Als u in aanmerking komt voor gesubsidieerde rechtsbijstand, betaalt u nog wel een eigen bijdrage aan uw advocaat. En gaat u procederen, dan moet u griffierechten betalen aan de rechtbank. Daarnaast kunnen kosten in rekening worden gebracht voor de inzet van externe deskundigen of een deurwaarder. Tot slot kun u in de proceskosten (o.a. van de tegenpartij) worden veroordeeld door de rechtbank als u in het ongelijk wordt gesteld.
U zelf. Wellicht kunt u in uw lidstaat anspraak maken op een bijdrage.
Ja.
Als uit de zaak blijkt dat u (een vordering op) een bedrag ontvangt dat meer is dan de helft van het drempelbedrag op dat moment, kan de Raad voor Rechtsbijstand besluiten uw recht op gesubsidieerde rechtsbijstand in te trekken. U wordt dan gedacht zelf aan de kosten van de rechtsbijstand te kunnen voldoen.
Tegen het besluit van de Raad voor Rechtsbijstand of u al dan niet in aanmerking komt voor rechtsbijstand kunt u bezwaar maken bij de Raad voor Rechtsbijstand. Tegen de beslissing op bezwaar staat beroep open bij de rechtbank en hoger beroep bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State.
Nee.
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.
Aan civiele procedures kunnen behalve griffierechten ook vergoedingen zijn verbonden voor deskundigen, tolken en getuigen, reiskosten voor partijen en eventuele door de rechter benoemde zaakwaarnemers (Kuratoren) (voor partijen die verstek laten gaan of een zaakwaarnemer nodig hebben), alsook kosten van bekendmakingen en vertegenwoordiging door een advocaat. Iedere partij draagt in eerste instantie haar eigen kosten. De partij die in een civiele procedure in het ongelijk wordt gesteld, is echter verplicht om de kosten van de in het gelijk gestelde partij te vergoeden.
Een partij met onvoldoende financiële middelen kan bij het aanhangig maken van een civiele procedure, of op enig moment tijdens het verloop daarvan, verzoeken om rechtsbijstand (in de terminologie van Oostenrijkse civiele procedures aangeduid als Verfahrenshilfe). Afhankelijk van het verzoek kan de rechtsbijstand de volledige of gedeeltelijke vrijstelling van griffierechten en de andere in het antwoord op vraag 1 genoemde rechten en kosten omvatten, alsook de toevoeging van een advocaat.
Als een advocaat wordt toegevoegd, strekt de rechtsbijstand zich ook uit tot advies in de precontentieuze fase.
Rechtsbijstand wordt alleen verleend als de betrokken partij op grond van inkomen, vermogen en onderhoudsverplichtingen niet in staat is om de in het antwoord op vraag 1 genoemde kosten (of een deel daarvan) te dragen zonder dat dit tot gevolg heeft dat zij niet meer over de middelen beschikt die voor een bescheiden levensstandaard nodig zijn.
Rechtsbijstand wordt niet verleend als de beoogde rechtsvordering of het beoogde verweer kennelijk lichtvaardig of zonder enige kans van slagen is.
Rechtsbijstand wordt verleend voor alle gerechtelijke procedures in civiele en handelszaken en is niet onderworpen aan een nationaliteits- of woonplaatsvereiste.
Wanneer rechtsbijstand wordt verleend in de bodemprocedure (Titelverfahren), strekt deze zich ook uit tot de tenuitvoerleggingsprocedure (Vollstreckungsverfahren). Een partij die in een andere lidstaat voor een bepaald geschil rechtsbijstand is verleend, heeft in Oostenrijk recht op rechtsbijstand voor procedures voor de erkenning en tenuitvoerlegging van de uitspraak in dat geschil.
Nee, maar wanneer een verzoek om rechtsbijstand wordt ingediend in een spoedeisende zaak (bijv. met het oog op juridische vertegenwoordiging voor de voorzieningenrechter), wordt van de rechter verlangd dat hij snel beslist. Wanneer de rechter van eerste aanleg een advocaat toevoegt, wijst de bevoegde orde van advocaten binnen een paar dagen een advocaat aan die de verzoeker in rechte vertegenwoordigt.
Het betreffende formulier (“ZPForm 1”) kan in Oostenrijk bij elk Bezirksgericht (gerecht van eerste aanleg, vgl. kantongerecht) of Landesgericht (gerecht van eerste/tweede aanleg, vgl. arrondissementsrechtbank) persoonlijk worden opgehaald of schriftelijk worden aangevraagd. Het formulier is ook online beschikbaar op https://portal.justiz.gv.at/at.gv.justiz.formulare/Justiz/Verfahrenshilfe.aspx en kan tevens bij bepaalde Oostenrijkse consulaten worden verkregen. Gebruik van dit formulier is verplicht.
De in het formulier voor het indienen van een verzoek om rechtsbijstand vervatte vermogensverklaring (“ZPForm 1”), die bestaat uit een lijst van activa (inkomen en vermogen zoals onroerend goed, banktegoeden, verzekeringspolissen enz.) en verplichtingen (onderhoudsverplichtingen enz.), alsook informatie over de persoon zelf en zijn woonsituatie, moet nauwkeurig worden ingevuld. Relevante documenten moeten zoveel mogelijk worden bijgevoegd. Het verstrekken van onjuiste of onvolledige informatie in de vermogensverklaring is strafbaar met een geldboete en kan tot gevolg hebben dat de indiener civielrechtelijk aansprakelijk wordt gesteld voor eventuele schade die daardoor is ontstaan en eventueel ook strafrechtelijk wordt vervolgd wegens fraude.
In beginsel moet de rechtzoekende het verzoek om rechtsbijstand (“ZPForm 1”) schriftelijk of mondeling indienen bij het gerecht van eerste aanleg dat daarover beslist. Wanneer hij zijn woonplaats in Oostenrijk echter buiten het rechtsgebied van het gerecht van eerste aanleg heeft, kan hij het verzoek om rechtsbijstand ook mondeling indienen bij het Bezirksgericht van zijn woonplaats, zelfs als dat gerecht niet bevoegd is om kennis te nemen van het geschil. Het verzoek wordt dan aan het bevoegde gerecht doorgezonden.
Het gerecht beslist over het verzoek om rechtsbijstand. Die beslissing wordt aan de verzoeker betekend.
Als het gerecht heeft beslist dat de rechtsbijstand de toevoeging van een advocaat omvat en al een advocaat is aangewezen (zie vraag 11), is het verstandigste om contact op te nemen met die persoon.
In het algemeen wordt aanbevolen om voordat een zaak bij de rechter aanhangig wordt gemaakt, eerst juridisch advies in te winnen bij een advocaat of notaris die bevoegd is om een partij in rechte te vertegenwoordigen.
Een partij die niet wordt vertegenwoordigd door een advocaat (vertegenwoordiging door een advocaat is wettelijk niet verplicht), kan een zaak zelf aanhangig maken, en kan ook alle andere verzoeken en kennisgevingen die buiten de mondelinge behandeling van de zaak moeten worden gedaan, zelf mondeling doen bij het Bezirksgericht dat bevoegd is om kennis te nemen van de zaak of het Bezirksgericht van haar woonplaats.
Als de rechter heeft beslist dat de rechtsbijstand de toevoeging van een advocaat omvat, selecteert de lokale orde van advocaten uit zijn leden een advocaat (alfabetische selectie). De verzoeker kan echter een bepaalde advocaat voorstellen. Hoewel dit voorstel niet bindend is, zal de orde een gemotiveerd voorstel in de regel overnemen (bijvoorbeeld omdat de advocaat instemt en al bekend is met de zaak).
De rechter kan naar eigen inzicht beslissen of de verzoeker volledige rechtsbijstand krijgt of, afhankelijk van diens financiële situatie en rekening houdend met de verwachte kosten, slechts van betaling van bepaalde kosten wordt vrijgesteld. Rechtsbijstand kan het volgende omvatten:
Als u in het ongelijk wordt gesteld, moet u echter de proceskosten van de in het gelijk gestelde partij vergoeden.
Andere noodzakelijke kosten die niet onder de rechtsbijstand vallen die overeenkomstig de beslissing van het gerecht is verleend, moet de betrokkene in eerste instantie zelf betalen. De partij die in een civiele zaak in het ongelijk wordt gesteld, moet de kosten van de tegenpartij vergoeden naar rata van het deel van de vordering ten aanzien waarvan zij in het ongelijk is gesteld (wanneer bijvoorbeeld de eiser voor twee derde van zijn vordering in het gelijk wordt gesteld en de verweerder voor één derde van de vordering, draagt de verweerder in de regel zijn eigen kosten en wordt hij verwezen in één derde van de noodzakelijke kosten van de eiser).
De rechtsbijstand strekt zich uit tot alle fasen van de procedure tot het einde van het geschil (en een eventuele tenuitvoerleggingsprocedure die daarna wordt ingeleid). De rechtsbijstand strekt zich derhalve ook uit tot verzet en beroep (of procedures tot verzet en beroep).
De rechter moet de aanspraak op rechtsbijstand vervallen verklaren als blijkt dat niet meer wordt voldaan aan de voorwaarden waaronder deze oorspronkelijk is verleend (als de financiële situatie van de partij is veranderd of een aanvullende rechtsvordering of voortzetting van het verweer kennelijk lichtvaardig of zonder enige kans van slagen is), respectievelijk de rechtsbijstand intrekken als blijkt dat op het moment dat deze werd verleend niet aan de voorwaarden was voldaan. In het laatste geval moet de partij de ontvangen bedragen terugbetalen en de haar toegevoegde advocaat betalen volgens het tarief dat deze hanteert.
Een partij die binnen drie jaar na beëindiging van de procedure voldoende financiële middelen verwerft, moet de kosten van de rechtsbijstand terugbetalen, mits dit niet tot gevolg heeft dat zij niet meer over de middelen beschikt die voor een bescheiden levensstandaard nodig zijn. Voor het beoordelen van de financiële situatie van de partij zal de rechter haar vragen om een actueel overzicht van haar vermogen te overleggen (in de regel door bepaalde tijd na beëindiging van de procedure het “ZPForm 1” in te dienen). Als de verklaring over het vermogen en de onderliggende stukken niet tijdig worden overgelegd, kan de aanspraak op rechtsbijstand worden ingetrokken en moeten de bedragen in kwestie worden terugbetaald.
Tegen een beslissing tot afwijzing van rechtsbijstand staat beroep open bij het gerecht van tweede aanleg. De beslissing van dit gerecht is definitief. Het is niet mogelijk om vervolgens nog beroep in te stellen bij het hooggerechtshof (Oberster Gerichtshof).
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.
Proceskosten zijn de kosten die nodig zijn voor het effectief instellen van vorderingen en voor het effectief voeren van verweer. Het gaat hierbij onder meer om de gerechtskosten. Wanneer een partij ervoor kiest zelf haar verweer op zich te nemen of zich door een derde te laten vertegenwoordigen die geen advocaat (adwokat), juridisch adviseur (radca prawny) of octrooigemachtigde (rzecznik patentowy) is, vallen onder deze kosten ook de kosten die de partij of haar vertegenwoordiger maakt voor het reizen naar de rechtbank en een vergoeding voor het verlies van inkomen dat zij door het verschijnen voor de rechtbank heeft geleden. Deze vergoeding mag evenwel niet hoger zijn dan de honoraria van een professionele vertegenwoordiger of van een advocaat, juridisch adviseur of octrooigemachtigde wanneer de partij ervoor kiest zich door een van deze personen te laten vertegenwoordigen.
De gerechtskosten omvatten verschotten (opłaty) en onkosten (wydatki).
Voor het indienen van bepaalde stukken moeten verschotten worden betaald. In de wet van 28 juli 2005 betreffende gerechtskosten in civielrechtelijke zaken (Ustawa z dnia 28 lipca 2005 roku o kosztach sądowych w sprawach cywilnych) staat voor welke stukken verschotten moet worden betaald en hoe hoog die verschotten zijn. Ook worden daarin de regels voor het berekenen van onkosten vermeld.
Voor de volgende stukken moeten verschotten worden betaald:
De onkosten omvatten onder meer:
Een partij die bij de rechtbank een stuk indient waarvoor verschotten moeten worden betaald of dat onkosten met zich meebrengt, moet de gerechtskosten voldoen, tenzij in de wet anders wordt bepaald.
Sommige partijen zijn wettelijk vrijgesteld van gerechtskosten (zonder daartoe een verzoek te hoeven indienen), bijvoorbeeld:
De onkosten worden voorlopig door het ministerie van Financiën gedekt als deze verband houden met een maatregel die de rechtbank ambtshalve heeft getroffen (bv. toelaten van bewijs waarom geen enkele partij heeft gevraagd). De overige onkosten worden voorlopig gedragen door de partij die heeft verzocht om de maatregel die deze kosten met zich meebracht. De rechtbank kan een partij verzoeken de onkosten voor te schieten. Als het voorschot niet binnen de gestelde termijn is betaald, neemt de rechter de gevraagde maatregel niet. Als zij een te hoog bedrag heeft gekregen, bepaalt de rechtbank in haar definitieve beslissing of het voorschot wordt terugbetaald, en maakt zij een afrekening van de betaalde kosten op.
In de definitieve beslissing stelt de rechtbank ook vast wie uiteindelijk de kosten van de procedure moet betalen en in welke verhouding. In een contentieuze procedure geldt doorgaans dat alle kosten (d.w.z. de kosten die een partij zelf heeft gedragen plus de kosten die de tegenpartij heeft betaald) ten laste komen van de in het ongelijk gestelde partij. Wanneer de rechtbank een vordering deels toewijst, kan zij bepalen dat elke partij haar eigen kosten voldoet (partijen hoeven elkaars kosten niet te vergoeden) of de kosten evenredig verdelen (zodat de partij waarvan de vordering grotendeels is afgewezen een deel van de kosten die de andere partij heeft gemaakt, moet vergoeden). In een niet-contentieuze procedure (allerlei soorten zaken worden in het kader van deze procedure gehoord, bv. de procedure voor het schikken van belangrijke zaken betreffende een kind, de procedure voor het vaststellen van de verkrijging van de nalatenschap of de procedure voor de beëindiging van mede-eigendom) geldt doorgaans dat elke partij zijn eigen kosten draagt. De rechtbank behoudt zich echter naargelang van de situatie, waaronder de houding van de procesdeelnemers, het recht voor om anders te beslissen: zo kan zij een van de procespartijen verplichten alle kosten te voldoen, ook die van de andere partijen.
Rechtsbijstand is bedoeld om de toegang tot de rechter te vergemakkelijken voor personen die zich in een moeilijke levenssituatie of financiële situatie bevinden.
Rechtsbijstand wordt geregeld:
a) in nationale procedures, in het wetboek van burgerlijke rechtsvordering (Kodeks postępowania cywilnego) en in de wet betreffende gerechtskosten in civielrechtelijke zaken;
b) in grensoverschrijdende zaken door de wet betreffende het recht op bijstand in civielrechtelijke zaken in de lidstaten van de Europese Unie en het recht op bijstand met het oog op minnelijke schikking van een geschil alvorens een procedure in te stellen (Ustawa o prawie pomocy w postępowaniu w sprawach cywilnych prowadzonym w państwach członkowskich Unii Europejskiej oraz o prawie pomocy w celu ugodowego załatwienia sporu przed wszczęciem takiego postępowania), en verder door de in punt a) genoemde wetten.
Grensoverschrijdende zaken zijn zaken waarin een verzoeker die zijn woonplaats of gewone verblijfplaats heeft in een andere lidstaat van de Europese Unie (met uitzondering van Denemarken), om rechtsbijstand verzoekt in een lopende of nog in te leiden procedure in de Republiek Polen of met het oog op minnelijke schikking van een geschil in een civielrechtelijke zaak waarvoor de Poolse rechtbanken bevoegd zijn. Dit zijn ook zaken waarin een verzoeker die zijn woonplaats of gewone verblijfplaats in de Republiek Polen heeft, om rechtsbijstand verzoekt in een lopende of nog in te leiden procedure in een andere lidstaat van de Europese Unie (met uitzondering van Denemarken) of met het oog op minnelijke schikking van een geschil in een civielrechtelijke zaak waarin de gerechten van die staat bevoegd zijn.
Rechtsbijstand omvat:
a) vrijstelling van de kosten voor het vertalen van het verzoek om rechtsbijstand in een andere lidstaat en de benodigde documenten ter ondersteuning van het verzoek;
b) de toewijzing van een advocaat of juridisch adviseur om rechtsbijstand te verlenen aan een verzoeker in de Republiek Polen voor een lopende of nog in te leiden procedure in een andere lidstaat, tot de datum waarop het verzoek om rechtsbijstand door de bevoegde instantie van die lidstaat is ontvangen.
De rechtsbijstand kan volledig of gedeeltelijk zijn. In het laatste geval kan het gaan om toewijzing van een vertegenwoordiger door de rechtbank zonder vrijstelling van gerechtskosten of toewijzing met gedeeltelijke vrijstelling van gerechtskosten (bv. voor een deel van de kosten, boven een bepaald bedrag, of voor bepaalde kosten).
In Polen is het tevens mogelijk ad-hocrechtsbijstand zonder rechterlijke beslissing te krijgen, in het kader van “gratis rechtsbijstand”. De gratis rechtsbijstand valt onder de wet van 5 augustus 2015 inzake gratis rechtsbijstand, gratis advies voor burgers en juridische opleidingen (Ustawa z 5 sierpnia 2015 r. o nieodpłatnej pomocy prawnej, nieodpłatnym poradnictwie obywatelskim oraz edukacji prawnej). De gratis rechtsbijstand omvat:
Rechtsbijstand kan tijdens een rechtszaak zowel aan een natuurlijke persoon als aan een rechtspersoon worden verleend, en ook aan een organisatorische eenheid zonder rechtspersoonlijkheid die op grond van de wet in rechte mag optreden.
Een natuurlijke persoon kan vrijstelling van gerechtskosten krijgen, als hij door het betalen van die kosten niet langer in zijn levensonderhoud of dat van zijn gezin kan voorzien of als het risico bestaat dat dit zou gebeuren.
Een rechtspersoon of een andere organisatorische eenheid dan een rechtspersoon die op grond van de wet in rechte mag optreden, kan vrijstelling van gerechtskosten krijgen als hij niet over voldoende middelen beschikt om deze kosten te betalen. Een handelsonderneming (met uitzondering van een handelsonderneming waarvan de enige vennoot of enige aandeelhouder het ministerie van Financiën is) moet eveneens aantonen dat haar vennoten of aandeelhouders niet over voldoende gelden beschikken om de activa van de onderneming te vermeerderen of haar een lening te verstrekken.
Vrijstelling van gerechtskosten kan tevens worden aangevraagd door maatschappelijke organisaties die niet tot doel hebben economische activiteiten te verrichten met hun sociale, wetenschappelijke, educatieve, culturele, sportieve en charitatieve activiteiten en met hun activiteiten op het gebied van zelfhulp, consumentenbescherming, milieubescherming en sociale bijstand.
Er bestaan geen vaste inkomensdrempels waaronder rechtsbijstand moet worden verleend. De beslissing hierover wordt in elk afzonderlijk geval aan het oordeel van de rechtbank overgelaten, die rekening houdt met de opbouw van het inkomen, het vermogen en de kosten die de partij maakt, waaronder het aantal personen dat zij ten laste heeft. De rechter kan ook menen dat een partij niet over voldoende middelen beschikt om de honoraria van haar vertegenwoordiger te betalen, maar wel om de gerechtskosten gedeeltelijk of volledig te betalen.
Daarnaast kan de rechtbank in nationale procedures weigeren een vertegenwoordiger toe te wijzen, zelfs als de partij niet de middelen heeft om diens honoraria te voldoen, als zij oordeelt dat betrokkenheid van een vertegenwoordiger niet nodig is. Dat geldt in de praktijk wanneer de zaak niet ingewikkeld is, vooral wanneer de partij tijdens de lopende procedure heeft laten zien dat zij kennis van het recht en van de procedure heeft.
In grensoverschrijdende procedures, als het gaat om personen die in een andere EU-lidstaat (met uitzondering van Denemarken) wonen of verblijven, verleent de rechter geen rechtsbijstand wanneer de eis of de verdediging van de eigen rechten duidelijk ongegrond zijn. De rechtbank kan ook weigeren rechtsbijstand te verlenen om redenen die met de inhoud van de zaak te maken hebben. Deze situatie doet zich voor als eerder in deze zaak wel rechtsbijstand aan de verzoeker was toegekend, met als doel vóór aanvang van een civiele procedure de zaak in der minne te schikken, maar er vervolgens geen schikking is bereikt.
Een formele voorwaarde voor het verkrijgen van rechtsbijstand is dat het verzoek op de in de punten 6 tot en met 8 beschreven wijze bij de rechter wordt ingediend.
Niettemin kan iemand die het Pools niet voldoende beheerst, na een verzoek aan de rechtbank waar de zaak voorligt (of de rechtbank waaraan de zaak zou moeten worden voorgelegd als het verzoek vóór aanvang van de procedure wordt ingediend), tijdens de rechtszitting gratis bijstand van een tolk krijgen. Voor een dergelijk verzoek gelden niet de formele eisen die normaal gesproken op een verzoek om rechtsbijstand van toepassing zijn. Dat staat in artikel 5 van de wet van 27 juli 2001 op de organisatie van gewone rechtbanken (Ustawa z dnia 27 lipca 2001 roku prawo o ustroju sądów powszechnych). Om gratis bijstand te krijgen van een vertaler voor het vertalen van de stukken en documenten die aan de rechtbank moeten worden overgelegd, moet echter wel een eenvoudig verzoek om rechtsbijstand zijn ingediend.
Alleen een natuurlijke persoon, onder wie een zelfstandig ondernemer die geen andere mensen in dienst heeft en die de kosten van rechtsbijstand niet kan betalen, heeft recht op deze ondersteuning.
Een advocaat of juridisch adviseur kan om geldige redenen weigeren gratis rechtsbijstand te verlenen. In dat geval wijst hij de rechthebbende op andere bureaus in het district waar gratis rechtsbijstand wordt verleend.
Wanneer het probleem van de rechthebbende niet geheel of gedeeltelijk met gratis rechtsbijstand kan worden opgelost, in het bijzonder als het probleem niet van exclusief juridische aard is, wijst de advocaat of juridisch adviseur de rechthebbende op de mogelijkheden om van andere verleners van gratis juridisch advies passende bijstand te krijgen. De advocaat of juridisch adviseur kan bijvoorbeeld inlichtingen verschaffen over de diensten van een entiteit die gratis juridisch advies verleent, in de vorm van een informatieblad over de dienstverlening.
Bovendien geldt het volgende: wanneer de gratis rechtsbijstand wordt geacht gratis bemiddeling/mediation te dekken, wordt deze bijstand niet verstrekt in zaken die door een rechtbank of andere instantie naar bemiddeling/mediation worden verwezen en als er een redelijk vermoeden bestaat dat de relatie tussen de partijen een gewelddadig karakter heeft.
Ja. Rechtsbijstand kan worden verkregen in alle civielrechtelijke zaken, waaronder familiezaken, handelszaken, zaken betreffende arbeidsrelaties en zaken in verband met de sociale zekerheid (bv. pensioenen en lijfrentes).
Er bestaat geen speciale procedure voor spoedeisende gevallen.
Er bestaat geen officieel verzoekformulier voor rechtsbijstand voor nationale procedures. Een schriftelijk of mondeling verzoek tijdens een rechtszitting is voldoende.
In grensoverschrijdende zaken kunnen de verzoeken worden ingediend op het standaardformulier in de bijlage bij Beschikking 2004/844/EG van de Commissie van 9 november 2004 tot vaststelling van een modelformulier voor rechtsbijstandsverzoeken overeenkomstig Richtlijn 2003/8/EG van de Raad tot verbetering van de toegang tot de rechter bij grensoverschrijdende geschillen, door middel van gemeenschappelijke minimumvoorschriften betreffende rechtsbijstand bij die geschillen. Deze formulieren kunnen worden verkregen bij de griffie van de rechtbank waar de procedure loopt of moet worden ingeleid. Ze zijn ook beschikbaar op de website van het ministerie van Justitie. Het is echter niet verplicht om het formulier te gebruiken. Het verzoek moet een verklaring van de verzoeker omvatten met daarin informatie over zijn gezinssituatie, zijn vermogen, zijn inkomen en zijn bestaansmiddelen. Wanneer wordt beoogd vóór aanvang van een civiele procedure een minnelijke schikking te treffen, moet het verzoek om rechtsbijstand ook een uitvoerige uiteenzetting van de feiten van de zaak bevatten.
Gebruik van het formulier is slechts verplicht in lopende grensoverschrijdende zaken waarin de procedure wordt gevoerd in een andere lidstaat en waarbij een Pools staatsburger of een persoon die het recht heeft permanent in Polen te verblijven, betrokken is.
In grensoverschrijdende zaken kan het verzoek niet alleen in het Pools, maar ook in het Engels worden ingediend.
Het verzoek om vrijstelling van gerechtskosten of om toewijzing van een vertegenwoordiger door de rechtbank in nationale procedures moet vergezeld gaan van een verklaring over de gezinssituatie, het vermogen, het inkomen en de bestaansmiddelen, volgens het model dat is te vinden in de Verordening van de minister van Justitie van 3 oktober 2016 inzake de betaling door het ministerie van Financiën van de kosten van gratis rechtsbijstand die door een door de rechtbank toegewezen advocaat wordt verleend (Rozporządzenie Ministra Sprawiedliwości z dnia 3 października 2016 r. w sprawie ponoszenia przez Skarb Państwa kosztów nieopłaconej pomocy prawnej udzielonej przez adwokata z urzędu). De modellen zijn elektronisch beschikbaar op de websites van de rechtbanken, op de website van het ministerie van Justitie en op papier bij de griffies van de rechtbanken, in het Pools. Het betreft hier een formele eis en wanneer enige tekortkoming niet binnen een week na de uitnodiging van de rechtbank wordt verholpen, wordt het verzoek afgewezen. Als de in het verzoek beschreven omstandigheden vragen opwerpen, kan de rechtbank een onderzoek naar de werkelijke situatie van de verzoeker gelasten en hem om uitleg of aanvullende documenten vragen.
In grensoverschrijdende procedures moet een persoon die permanent op het grondgebied van een andere EU-lidstaat (met uitzondering van Denemarken) woont of verblijft, de volgende stukken bij het verzoek voegen:
Deze documenten moeten in het Pools of het Engels worden vertaald door een persoon die gekwalificeerd is om vertalingen te verrichten in de lidstaat waaruit het verzoek afkomstig is.
Als in grensoverschrijdende procedures het verzoek niet alle vereiste informatie bevat of als er vraagtekens worden gezet bij het waarheidsgehalte van de inhoud, vraagt de rechtbank de verzoeker binnen uiterlijk een maand een extra toelichting of aanvullende documenten te verschaffen. Het kan hierbij gaan om kopieën van belastingaangiftes, bankafschriften of lijsten van bankrekeningen, banktegoeden, effectendepots en certificaten met daarop het bedrag van het salaris, honoraria en andere rechten en uitkeringen, waaronder pensioenen, lijfrentes en alimentatie. Wanneer binnen de gestelde termijn geen antwoord wordt ontvangen, behandelt de rechtbank het verzoek op basis van de verstrekte gegevens.
Om het verzoek zowel in nationale als grensoverschrijdende procedures sneller te behandelen, wordt in de praktijk aanbevolen bij het verzoek direct alle documenten te voegen die de verzoeker nodig acht om bewijs voor zijn financiële situatie te leveren, met name de bovengenoemde documenten.
Om gratis rechtsbijstand te verkrijgen, moet het verzoek vergezeld gaan van een verklaring waaruit blijkt dat de verzoeker niet zelf de kosten van rechtsbijstand kan dragen. De ontvanger van de gratis rechtsbijstand moet daarnaast in verband met eventuele economische activiteiten een verklaring overleggen waaruit blijkt dat hij het afgelopen jaar geen andere personen in dienst heeft gehad. Een model voor deze verklaringen is beschikbaar in de bureaus voor gratis rechtsbijstand. De verklaring wordt aan de verstrekker van de gratis rechtsbijstand overgelegd.
De bureaus voor gratis rechtsbijstand verlenen de rechtsbijstand vaak direct na indiening van het verzoek. Daarom moet bij het verzoek een identiteitsbewijs worden gevoegd, met alle documenten die een toelichting op het juridische probleem bevatten waardoor de bijstand doeltreffend kan worden verleend.
Een verzoek om vrijstelling van gerechtskosten of om toewijzing van een vertegenwoordiger moet worden ingediend bij de rechtbank waarbij de nationale procedure moet worden of reeds is ingeleid.
Voor een natuurlijke persoon die zijn woonplaats of gewone verblijfplaats in een lidstaat van de Europese Unie (met uitzondering van Denemarken) heeft en die rechtsbijstand wenst te krijgen in een bij een Poolse rechtbank lopende of nog in te leiden grensoverschrijdende procedure, geldt het volgende: hij kan een verzoek om rechtsbijstand indienen bij de rechtbank waar de bodemprocedure moet worden of reeds is ingeleid. Als het verzoek betrekking heeft op het verlenen van rechtsbijstand in een procedure van (gedwongen) tenuitvoerlegging, wordt het ingediend bij de districtsrechtbank (sąd rejonowy) in het rechtsgebied waarvan de beslissing wordt of moet worden uitgevoerd of waar de tenuitvoerlegging plaatsvindt of moet plaatsvinden. Een verzoek om rechtsbijstand kan ook worden ingediend via het ministerie van Justitie van de Republiek Polen of de bevoegde autoriteit die hiertoe is aangewezen door de lidstaat waarin de verzoeker zijn woonplaats of gewone verblijfplaats heeft. Het ministerie van Justitie stuurt het verzoek onmiddellijk naar de bevoegde rechtbank door.
Een natuurlijke persoon die zijn woonplaats of gewone verblijfplaats in Polen heeft en die rechtsbijstand wenst te krijgen in een lopende of nog in te leiden procedure op het grondgebied van een andere lidstaat (met uitzondering van het Koninkrijk Denemarken), kan een verzoek daartoe bij de bevoegde rechtbank van die andere lidstaat indienen. Het verzoek kan eveneens worden ingediend bij de regionale rechtbank (sąd okręgowy) van het in het rechtsgebied waarvan zich zijn woonplaats of gewone verblijfplaats in de Republiek Polen bevindt.
Een verzoek om rechtsbijstand in het kader van de regeling voor gratis rechtsbijstand kan worden ingediend bij een van de bureaus voor gratis rechtsbijstand in Polen in de districten (powiat) en de steden die de status van een district hebben. Een kaart van deze bureaus en de contactgegevens ervan zijn te vinden op: https://darmowapomocprawna.ms.gov.pl/pl/mapa-punktow/
De Poolse rechtbank laat de verzoeker via betekening weten hoe zij over het verzoek om vrijstelling van gerechtskosten of het verzoek om toewijzing van een vertegenwoordiger heeft beslist. Informatie over de voortgang van de behandeling van het verzoek en over de inwilliging of afwijzing van het verzoek kan tevens per telefoon of e-mail bij de griffie van de rechtbank worden verkregen.
Verzoekers krijgen in het betrokken bureau voor gratis rechtsbijstand onmiddellijk te horen of zij daarvoor in aanmerking komen.
Als een partij vrijstelling van gerechtskosten heeft gekregen, hoeft zij geen andere actie meer te ondernemen. Als die partij kosten moet maken om de bescherming van haar rechten te garanderen (bv. de kosten van vertaling van documenten of reiskosten als de rechtbank haar opdraagt in persoon te verschijnen), moet zij de rechtbank om betaling van een voorschot verzoeken om deze kosten te dekken. Doet de van gerechtskosten vrijgestelde partij dat niet, dan kan de rechtbank verlangen dat zij de verschuldigde bedragen voorlopig voldoet, waarna deze zullen worden terugbetaald. Als een voorschot wordt toegekend, gebeurt de betaling daarvan op basis van facturen binnen een maand na ontvangst van het voorschot, maar in elk geval voordat er een beslissing over de definitieve betaling van de gerechtskosten is genomen.
Bij toewijzing van een advocaat of juridisch adviseur moet met deze persoon contact worden opgenomen. De rechtbank kan dan een kopie van de beslissing over de toewijzing aan de verzoeker betekenen zonder de voornaam, naam en gekozen woonplaats van de betrokken advocaat of juridisch adviseur te vermelden. In een later schrijven zal de rechtbank deze informatie aan de verzoeker doorgeven, nadat zij inlichtingen van de bevoegde regionale orde van advocaten (okręgowa rada adwokacka) of de bevoegde regionale kamer van juridisch adviseurs (okręgowa izba radców prawnych) heeft ontvangen.
Wanneer iemand van de rechtbank een totale of gedeeltelijke vrijstelling van gerechtskosten heeft gekregen, voordat de gerechtelijke procedure aanvangt, legt hij de rechter samen met een rechtsvordering of een ander procesinleidend stuk een kopie van de beslissing tot vrijstelling van gerechtskosten over.
Op basis van de regeling voor gratis rechtsbijstand ontvangt de verzoeker in een van de bureaus voor rechtsbijstand onmiddellijk het betrokken bedrag in de verwachte vorm, als hij daarvoor in aanmerking komt.
Conform de beslissing van de rechtbank wordt een advocaat of juridisch adviseur aangewezen door de bevoegde regionale orde van advocaten of de bevoegde regionale kamer van juridisch adviseurs. Als in het verzoek echter een specifieke vertegenwoordiger wordt vermeld, wordt deze laatste voor zover mogelijk en met diens instemming als vertegenwoordiger van de verzoeker aangewezen. Een advocaat of juridisch adviseur mag om geldige redenen weigeren een zaak aan te nemen. In dat geval zal het zelfregulerend orgaan een andere vertegenwoordiger aanwijzen. Het is tevens mogelijk tijdens de procedure een reeds aangewezen vertegenwoordiger te vervangen. Ook hier moeten geldige redenen worden opgegeven.
In het verzoek kan een voorkeur worden uitgesproken voor een bepaalde vreemde taal die de vertegenwoordiger zou moeten spreken, of voor het juridische beroep dat hij zou moeten uitoefenen, bijvoorbeeld advocaat of juridisch adviseur. In de praktijk willigt de rechtbank deze wensen in.
In de regeling voor gratis rechtsbijstand is geen mogelijkheid voorzien om zelf een advocaat of juridisch adviseur te kiezen. De rechtsbijstand wordt verzorgd door de dienstdoende advocaat of juridisch adviseur van het bureau voor rechtsbijstand dat de verzoeker heeft uitgekozen, of door een stagiair die door deze advocaat of juridisch adviseur is gemachtigd.
Een partij die volledig van gerechtskosten is vrijgesteld, hoeft geen proceskosten te betalen. Een partij die gedeeltelijk van gerechtskosten is vrijgesteld, moet de proceskosten van het niet-vrijgestelde deel betalen. Als deze partij het proces wint, zal de rechtbank in haar beslissing tot sluiting van de procedure (beëindiging van de rechtszaak) de in het ongelijk gestelde partij in de kosten veroordelen.
Als een van gerechtskosten vrijgestelde partij geheel of gedeeltelijk in het ongelijk wordt gesteld, zal de rechtbank in haar beslissing tot sluiting van de procedure haar veroordelen tot het vergoeden van de proceskosten die de tegenpartij heeft gemaakt (maar niet die van het ministerie van Financiën).
Iemand die gedeeltelijk van gerechtskosten is vrijgesteld, moet de resterende gerechtskosten zelf betalen.
De rechtsbijstand die bij de rechtbank van eerste aanleg wordt toegekend, heeft ook betrekking op beroeps- en tenuitvoerleggingsprocedures. Een partij die in eerste aanleg niet door een derde (bv. een advocaat) is vertegenwoordigd, kan in tweede aanleg om deze bijstand verzoeken. Als een buitengewoon rechtsmiddel noodzakelijk is, moet daartoe een speciaal verzoek worden ingediend. Hierover zal een specifieke beslissing worden uitgevaardigd die louter betrekking heeft op de rechtshandeling in kwestie.
Rechtsbijstand in de vorm van vrijstelling van gerechtskosten of van toewijzing van een vertegenwoordiger kan door de rechtbank worden ingetrokken als blijkt dat de omstandigheden op grond waarvan de bijstand is toegekend, niet of niet meer bestaan. In beide gevallen moet de partij alle voorgeschreven verschotten betalen en alle onkosten vergoeden. In het tweede geval kan de rechtbank deze verplichting ook gedeeltelijk opleggen, afhankelijk van de verandering in de situatie van de partij.
Het kan voorkomen dat een partij vrijstelling van gerechtskosten heeft verkregen door opzettelijk foutieve informatie over haar situatie te verstrekken. De rechtbank zal deze vrijstelling dan nietig verklaren en de betrokken partij veroordelen tot een boete van maximaal 1 000 PLN. Wanneer in een soortgelijk scenario de rechter een vertegenwoordiger toewijst, zal de partij worden veroordeeld tot betaling van een boete van maximaal 3 000 PLN. Los van de verplichting om de boete te betalen, moet de partij alle voorgeschreven verschotten en onkosten of de honoraria van haar door de rechtbank toegewezen vertegenwoordiger betalen.
Als iemand een nieuw verzoek om vrijstelling van gerechtskosten indient en daarbij opzettelijk foutieve informatie over zijn gezinssituatie, vermogen, inkomen en bestaansmiddelen verschaft, wijst de rechter het verzoek af. Bovendien veroordeelt hij de persoon in kwestie tot een boete van maximaal 2 000 PLN.
Tegen een beslissing tot betaling van een boete kan binnen de in punt 16 beschreven voorwaarden beroep worden ingesteld.
Ja. Tegen de beslissing om geen vrijstelling van gerechtskosten te verlenen of geen vertegenwoordiger toe te wijzen, kan beroep worden ingesteld. Als de beslissing door een assistent-rechter is gegeven, kan daartegen bezwaar worden aangetekend. Alvorens een beslissing aan te vechten, kan binnen een week na de betekening ervan om een schriftelijke toelichting op de beslissing worden verzocht. Na ontvangst van deze toelichting kan binnen een week beroep worden ingesteld of bezwaar worden aangetekend. Het beroep of bezwaar moet worden gericht aan de rechtbank die de beslissing heeft gegeven. Zowel het verzoek om een schriftelijke toelichting als het bezwaar tegen de beslissing van de assistent-rechter zijn gratis. Een soortgelijke procedure is van toepassing wanneer een eerdere beslissing om vrijstelling van gerechtskosten toe te kennen of een vertegenwoordiger toe te wijzen, wordt ingetrokken.
Iemand die gratis rechtsbijstand is geweigerd, kan deze beslissing echter niet aanvechten.
Meer informatie
In het geval van verzoeken om een vrijstelling van gerechtskosten zal de indiening van het desbetreffende verzoek of een beroep tegen een beslissing tot weigering van de vrijstelling in beginsel niet leiden tot schorsing van de lopende procedure, tenzij de verzoeker een vrijstelling van gerechtskosten heeft gekregen naar aanleiding van een verzoek in de memorie of vóór de instelling van de vordering. In het geval van een definitieve afwijzing van een verzoek dat vóór het verstrijken van de termijn voor de betaling van de procedurekosten is ingediend, begint de betalingstermijn opnieuw te lopen vanaf de datum van betekening van het verzoek tot betaling of, in bepaalde gevallen waarin de partij wordt vertegenwoordigd door een advocaat of juridisch adviseur, vanaf de datum van betekening van de beslissing waarbij het verzoek om vrijstelling van kosten is afgewezen. Een nieuw verzoek om vrijstelling van gerechtskosten op basis van dezelfde omstandigheden is echter niet langer van invloed op de termijn voor de betaling van de kosten.
Ook in het geval van een verzoek om toewijzing van een vertegenwoordiger door de rechtbank leidt de indiening van het desbetreffende verzoek of een beroep tegen een beslissing tot weigering van een dergelijke toewijzing in beginsel niet tot schorsing van de lopende procedure, tenzij het verzoek in de memorie of vóór de instelling van de vordering is gedaan. De rechtbank kan de behandeling van de zaak echter opschorten totdat een definitieve beslissing over het verzoek is genomen en kan dus geen rechtszitting vaststellen, maar wel een geplande zitting annuleren of uitstellen.
Wanneer juridische vertegenwoordiging door een advocaat of juridisch adviseur verplicht is voor een bepaalde procedurele handeling (instellen van voorziening in cassatie (skarga kasacyjna), een verzoek om herziening van een arrest, bepaalde beroepen tegen rechterlijke beslissingen), zal de indiening van een verzoek om toewijzing van een vertegenwoordiger door de rechtbank vóór het verstrijken van de termijn voor het instellen van een dergelijke actie, leiden tot de schorsing van de termijn. De termijn begint dan opnieuw te lopen, ongeacht of het verzoek wordt ingewilligd of afgewezen. Een nieuw verzoek op basis van dezelfde omstandigheden is echter niet langer van invloed op de afloop van de termijn.
Meer informatie
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.
Ingevolge artikel 529 van het Portugese wetboek van burgerlijke rechtsvordering (Código de Processo Civil) zijn aan een gerechtelijke procedure de volgende kosten verbonden:
i. griffierechten (taxa de justiça);
ii. proceskosten (encargos);
iii. kosten van de partijen (custas de parte).
Hieruit vloeit het volgende voort:
i. Griffierechten zijn de kosten voor het starten van een procedure en moeten door elke partij worden betaald. De hoogte van de griffierechten is afhankelijk van de waarde die de vordering vertegenwoordigt of de complexiteit ervan en wordt berekend volgens het bepaalde in het reglement op de gerechtskosten (Regulamento das Custas Processuais) en de daarbij gevoegde tabellen. Griffierechten worden uitgedrukt in rekeneenheden (unidades de conta), zoals bepaald in artikel 5 van genoemd reglement. In 2023 blijft de waarde van één rekeneenheid stabiel op 102 EUR. Dit bedrag kan in de loop van de tijd veranderen.
ii. Proceskosten zijn de kosten die als gevolg van een gerechtelijke procedure worden gemaakt, zoals vergoedingen voor deskundigen en tolkdiensten die op verzoek van een partij of bij beslissing van de rechter worden gehoord, respectievelijk verleend (zie artikel 16 van het reglement op de gerechtskosten).
iii. Kosten van de partijen zijn de uitgaven die door elke partij in verband met de rechtszaak worden gedaan en die door de tegenpartij worden vergoed als deze in het ongelijk wordt gesteld, overeenkomstig artikel 26 van het reglement op de gerechtskosten (bv. het honorarium van de advocaat en de kosten van de gerechtsdeurwaarder).
Wet nr. 34/2004 van 29 juli 2004 voorziet in de toegang tot het recht en tot de rechter.
Op grond van artikel 6 van voornoemde wet is rechtshulp beschikbaar in twee vormen:
i. juridisch advies;
ii. rechtsbijstand.
Hieruit vloeit het volgende voort:
i. Op grond van de artikelen 14 en 15 van wet nr. 34/2004 bestaat juridisch advies uit het geven van technische uitleg over de wet die op een bepaalde kwestie of in een specifieke zaak van toepassing is. Dit advies kan door een advocaat worden gegeven.
ii. Artikel 16 van wet nr. 34/2004 onderscheidt de volgende vormen van rechtsbijstand:
Op grond van artikel 7 van wet nr. 34/2004 komen de volgende categorieën van personen in aanmerking voor gratis juridisch advies/rechtsbijstand, als zij kunnen aantonen in een situatie van financiële ontbering te verkeren:
NB: entiteiten met winstoogmerk en eenmanszaken met beperkte aansprakelijkheid komen niet in aanmerking voor gratis juridisch advies/rechtsbijstand.
Op grond van artikel 17 van wet nr. 34/2004 en artikel 7 van ministerieel uitvoeringsbesluit (Portaria) nr. 46/2015 van 23 februari 2015 geldt de rechtsbijstandsregeling voor:
Nuttige links:
In dringende gevallen, als op het moment van verschuldigd worden van de griffierechten en andere kosten in verband met de rechtszaak nog geen definitieve beslissing over een verzoek om rechtsbijstand is gegeven, moet de verzoeker het bewijs van indiening van het verzoek overleggen en vervolgens als volgt te werk gaan (zie artikel 29, lid 5, van wet nr. 34/2004):
Als binnen dertig dagen geen beslissing wordt gegeven op het verzoek om gratis juridisch advies/rechtsbijstand, wordt het verzoek geacht te zijn toegewezen en kan de betrokken partij zich, afhankelijk van de vraag of het verzoek gratis juridisch advies of rechtsbijstand betreft, voor de rechter of de orde van advocaten op deze stilzwijgende toewijzing beroepen (zie artikel 25 van wet nr. 34/2004).
De vereiste formulieren voor het indienen van een verzoek om gratis juridisch advies of een van de vormen van rechtsbijstand, waaronder het formulier voor het indienen van een verzoek om rechtsbijstand in een andere lidstaat, kunnen hier (in het Portugees) worden gedownload van de website van het nationaal instituut voor de sociale zekerheid (Instituto da Segurança Social, I.P.).
De lijst van documenten die bij het formulier voor het indienen van een verzoek om gratis juridisch advies/rechtsbijstand moeten worden gevoegd, is te vinden in een praktische gids voor rechtshulp (Guia Prático Protecção Jurídica), die is uitgegeven door het nationale instituut voor de sociale zekerheid en is gepubliceerd op de website van dit instituut onder “Guias Práticos”. Website en praktijkgids zijn toegankelijk via de volgende links:
Website van het nationaal instituut voor de sociale zekerheid
Rechtshulp – een praktische gids (in het Portugees)
Het formulier voor het indienen van een verzoek om gratis juridisch advies/rechtsbijstand en de bijbehorende stukken kunnen in persoon worden ingediend bij elke dienst van het nationaal instituut voor de sociale zekerheid die openstaat voor het publiek of kunnen per post, fax of email aan die dienst worden verzonden.
De lijst van districtscentra voor de sociale zekerheid (Centros Distritais da Segurança Social) met bijbehorende adressen, faxnummers en e-mailadressen kan hier (in het Portugees) worden geraadpleegd.
Het besluit houdende het verlenen van rechtsbijstand moet vermelden voor welke vormen van rechtsbijstand goedkeuring wordt gegeven. De verantwoordelijkheid voor dit besluit berust bij de hoogste bestuurder van de dienst voor sociale zekerheid in het gebied waar de verzoeker woont of is gevestigd. Wanneer de verzoeker geen ingezetene van Portugal is, wordt het besluit genomen door de hoogste bestuurder van de dienst voor sociale zekerheid waar het verzoek om rechtsbijstand is ingediend (zie de artikelen 20 en 29 van wet nr. 34/2004).
Op grond van artikel 26 van wet nr. 34/2004 moet een verzoeker ervan in kennis worden gesteld als zijn verzoek wordt goedgekeurd. In de regel wordt een dergelijke kennisgeving verzonden aan het adres dat de verzoeker in het betreffende formulier als zijn correspondentieadres heeft opgegeven.
Wanneer de verzoeker een raadsman krijgt toegevoegd, wordt hij in kennis gesteld van het adres van diens kantoor en erop gewezen dat hij verplicht is om de raadsman zijn volledige medewerking te verlenen. Doet hij dat niet, dan loopt hij het risico dat de rechtsbijstand wordt ingetrokken.
Teneinde op basis van verleende rechtsbijstand daadwerkelijk volledige of gedeeltelijke vrijstelling van griffierechten en proceskosten te krijgen, moet het document waaruit blijkt dat de rechtsbijstand wordt verleend, worden overgelegd binnen de voor het voldoen van de griffierechten gestelde termijn.
De raadsman wordt aangewezen door de orde van advocaten, die vervolgens de verzoeker in kennis stelt overeenkomstig de artikelen 30 en 31 van wet nr. 34/2004.
Rechtsbijstand dekt de in artikel 16 van wet nr. 34/2004 beschreven kosten:
Op grond van artikel 29, leden 4 en 5, van wet nr. 34/2004 komen de overige kosten ten laste van de verzoeker. Dit laat onverlet dat de verzoeker, als hij in het gelijk wordt gesteld, overeenkomstig artikel 26 van het reglement op de gerechtskosten wordt vergoed voor de kosten van de partijen.
Ja, rechtsbijstand strekt zich ook uit tot beroepsprocedures en alle daaropvolgende procedures die verband houden met de zaak waarvoor rechtsbijstand is toegekend. Ook de bodemprocedure in een zaak valt onder de reikwijdte van de rechtsbijstand wanneer deze is toegekend voor een procedure die verband houdt met de bodemprocedure. Rechtsbijstand strekt zich verder ook uit tot procedures voor de tenuitvoerlegging van een gerechtelijke beslissing die is gegeven in een zaak waarvoor rechtsbijstand werd toegekend (zie artikel 18 van wet nr. 34/2004).
Ja, rechtsbijstand kan vóór het einde van de procedure in zijn geheel of gedeeltelijk worden ingetrokken in de gevallen genoemd in artikel 10 van wet nr. 34/2004. Dit betreft met name gevallen waarbij de verzoeker of leden van zijn gezin nadien voldoende financiële middelen verwerven. Als een dergelijke situatie zich voordoet, is de verzoeker verplicht om te laten weten dat hij de rechtsbijstand in het geheel of voor een deel niet meer nodig heeft. Doet hij dat niet, dan loopt hij het risico van een sanctie.
Als de dienst voor sociale zekerheid voornemens is het verzoek volledig of gedeeltelijk af te wijzen, moet hij de verzoeker daarvan schriftelijk in kennis stellen en tien dagen de tijd geven voor een reactie. De verzoeker kan zijn reactie vergezeld doen gaan van ontbrekende stukken of van aanvullende stukken voor het onderbouwen van zijn verzoek. Als de verzoeker niet binnen tien werkdagen reageert, wordt de afwijzing zonder verdere kennisgeving definitief - zie artikel 37 van wet nr. 34/2004, waarin wordt verwezen naar het wetboek van administratieve rechtsvordering (Código do Procedimento Administrativo).
Tegen de beslissing van de dienst staat beroep open bij de rechter. Als de verzoeker van die mogelijkheid gebruik wil maken, moet hij binnen vijftien dagen nadat de beslissing is gegeven schriftelijk bezwaar maken bij de dienst. De dienst kan de beslissing vervolgens intrekken. Als de beslissing niet wordt ingetrokken, wordt de zaak doorverwezen naar de rechter (zie de artikelen 26, 27 en 28 van wet nr. 34/2004).
Ja, het verzoek om rechtsbijstand kan tot gevolg hebben dat de verjaringstermijn wordt geschorst.
Wanneer een verzoek om rechtsbijstand is ingediend, in de vorm van een ambtshalve aangestelde advocaat, en het betreffende document waaruit dat verzoek blijkt bij het dossier is gevoegd, wordt de lopende verjaringstermijn geschorst voor vijf dagen vanaf de datum waarop het verzoek om rechtsbijstand is ingediend (artikel 33, lid 4, van wet nr. 34/2004 van 29 juli 2004 en artikel 323, leden 1 en 2, van het burgerlijk wetboek).
Een deel van de gepubliceerde jurisprudentie daarover is beschikbaar op:
- het Tribunal da Relação van Lissabon
- het Hooggerechtshof
Opmerking:
Het contactpunt van EJN-civiel, de rechtbanken of andere entiteiten en instanties zijn niet gebonden door de in dit informatieblad opgenomen gegevens. Het blijft nodig om de geldende wetgeving te raadplegen, die regelmatig wordt bijgewerkt en aan verandering onderhevig is door wijzigingen in de interpretatie van de jurisprudentie.
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.
Rechtsbijstand kan in de volgende vormen worden verleend:
a) betaling van de kosten van vertegenwoordiging, juridische bijstand en, voor zover van toepassing, verdediging in rechte door een toegevoegde of zelf gekozen advocaat (hierna: “bijstand van een advocaat”) zodat de rechtzoekende voor de rechter een rechtmatig belang of recht kan verdedigen dan wel uitoefenen, of een geschil voor de rechter kan voorkomen;
b) betaling van de kosten van deskundigen, vertalers en tolken die tijdens de procedure met de goedkeuring van de rechter of andere justitiële autoriteiten zijn ingeschakeld, indien de rechtzoekende hiervoor in aanmerking komt;
c) betaling van de kosten van de gerechtsdeurwaarder;
d) vrijstelling van, reductie op, gespreide betaling of uitstel van betaling van proceskosten, zoals vastgesteld in de wet, inclusief kosten die in de tenuitvoerleggingsfase verschuldigd worden.
Wanneer rechtsbijstand wordt verleend aan burgers van EU-lidstaten of andere personen die hun woonplaats of gewone verblijfplaats op het grondgebied van een lidstaat hebben, kan deze ook het volgende omvatten:
a) vergoeding van de kosten van de vertaling van documenten waar de rechter of een andere justitiële autoriteit om heeft verzocht voor de beslechting van het geschil en van daaraan gerelateerde verzoekschriften en documenten die zijn ingediend of ontvangen, welke vertalingen zijn vrijgesteld van legalisatie en equivalente formaliteiten;
b) tolkdiensten tijdens de procedure voor de rechter/justitiële autoriteit;
c) vergoeding van de kosten van een reis naar Roemenië die de ontvanger van de rechtsbijstand of iemand anders heeft moeten maken omdat de rechter/justitiële autoriteit daartoe had bevolen of omdat de aanwezigheid van die personen wettelijk verplicht was.
Iemand die in aanmerking komt voor rechtsbijstand en voldoet aan de in het antwoord op vraag 3 genoemde vereisten, heeft tevens recht op vergoeding van de kosten van een bemiddelaar wanneer hij kan aantonen dat hij vóór het aanhangig maken van zijn zaak bij de rechter aan een bemiddelingsprocedure heeft deelgenomen, of als hij na het instellen van de rechtsvordering, maar vóór de datum van de eerste zitting, een bemiddelingsverzoek indient.
Rechtsbijstand kan worden verleend in elk van de bovengenoemde vormen, afzonderlijk of cumulatief. De kosten van rechtsbijstand die in de vorm van de diensten van een advocaat, deskundige, vertaler, tolk of gerechtsdeurwaarder wordt verleend, mogen voor elk van deze vormen afzonderlijk en cumulatief, over een periode van een jaar, niet hoger zijn dan twaalf keer het nationaal bruto-minimumloon in het jaar waarin het verzoek om rechtsbijstand is ingediend.
(Artikelen 6, 7, 20 en 44 van noodverordening nr. 51/2008 betreffende rechtsbijstand in civiele zaken, goedgekeurd bij wet nr. 193/2008, zoals gewijzigd en aangevuld)
Rechtsbijstand wordt door de overheid verleend in het kader van het recht op een eerlijk proces en om iedereen gelijke toegang tot de rechter te verschaffen voor het uitoefenen van bepaalde rechten of het verdedigen van rechtmatige belangen met juridische middelen, waaronder de tenuitvoerlegging van een gerechtelijke beslissing of andere executoriale titel.
(Artikel 1 van noodverordening nr. 51/2008 betreffende rechtsbijstand in civiele zaken, goedgekeurd bij wet nr. 193/2008, zoals gewijzigd en aangevuld)
Iedere natuurlijke persoon kan een verzoek indienen voor rechtsbijstand als hij de kosten van een rechtsprocedure of van juridisch advies niet kan betalen zonder het risico te lopen daardoor niet langer in het levensonderhoud van hemzelf of zijn gezin te kunnen voorzien, voor zover die procedure of dat advies nodig zijn om voor de rechter een recht of rechtmatig belang te verdedigen.
Tot het gezin worden gerekend de echtgenoot, kinderen en andere rechtstreekse afstammelingen tot de leeftijd van 18 jaar die financieel afhankelijk zijn van de verzoeker, alsook rechtstreekse afstammelingen ouder dan 18 maar niet ouder dan 26 jaar die studeren en financieel afhankelijk zijn van de verzoeker. Tot het gezin wordt ook gerekend een persoon die dezelfde woon- of verblijfplaats heeft als of een gemeenschappelijke huishouding voert met de verzoeker, zijn kinderen of andere rechtstreekse afstammelingen van de verzoeker tot de leeftijd van 18 jaar die financieel afhankelijk zijn van de verzoeker, alsook rechtstreekse afstammelingen ouder dan 18 maar niet ouder dan 26 jaar die studeren en financieel afhankelijk zijn van de verzoeker.
Om in aanmerking te komen voor rechtsbijstand, moet het gemiddelde netto-inkomen per gezinslid in de laatste twee maanden vóór de indiening van het verzoek minder dan 500 RON per maand zijn geweest. Als dat het geval is, worden de kosten die in aanmerking komen voor vergoeding in het kader van rechtsbijstand, volledig door de overheid vergoed. Als het gemiddelde netto-inkomen per gezinslid in de laatste twee maanden vóór de indiening van het verzoek minder dan 800 RON per maand bedroeg, worden die kosten voor de helft vergoed. De hoogte van de inkomensgrens en het bedrag dat maximaal in het kader van rechtsbijstand kan worden vergoed, kunnen bij regeringsbesluit worden herzien.
Ook in andere gevallen waarin de werkelijke of geraamde kosten van een procedure de effectieve toegang tot de rechter belemmeren, waaronder gevallen waarin de verzoeker woonachtig is of zijn gewone verblijfplaats heeft in een andere lidstaat en de kosten van levensonderhoud in die lidstaat hoger zijn dan in Roemenië, kan, in verhouding tot de behoeften van de verzoeker, rechtsbijstand worden verleend.
Bij het vaststellen van de inkomsten wordt rekening gehouden met alle regelmatige inkomsten, zoals loon, toelagen, provisies, lijfrente, huurinkomsten, winst uit handel of zelfstandig ondernemerschap enz., alsook met regelmatig verschuldigde bedragen, zoals huur en onderhoudskosten.
Als een bijzondere wet voorziet in het recht op (gratis) juridische bijstand als beschermende maatregel bij bijzondere omstandigheden zoals minderjarigheid, een handicap of een bepaalde status, wordt de financiële situatie van de verzoeker buiten beschouwing gelaten. In dat geval wordt rechtsbijstand toegekend zonder dat aan de inkomenscriteria hoeft te zijn voldaan, maar wel uitsluitend voor het verdedigen of doen erkennen van bepaalde rechten of rechtmatige belangen die voortvloeien uit of verband houden met de bijzondere omstandigheid die de wettelijke erkenning van het recht op (gratis) juridische bijstand rechtvaardigt.
Het recht op rechtsbijstand vervalt bij de dood van de partij of wanneer haar financiële situatie dusdanig verbetert dat zij de proceskosten kan dragen.
(Artikelen 4, 5, 8, 81, 9, 10, 101, 2, 21 en 50 van noodverordening nr. 51/2008 betreffende rechtsbijstand in civiele zaken, goedgekeurd bij wet nr. 193/2008, zoals gewijzigd en aangevuld)
De rechtsbijstand waarin noodverordening nr. 51/2008 voorziet, wordt onder meer toegekend in civiele, handels-, bestuurs-, arbeids- en socialezekerheidszaken, maar niet in strafzaken.
(Artikel 3 van noodverordening nr. 51/2008 betreffende rechtsbijstand in civiele zaken, goedgekeurd bij wet nr. 193/2008, zoals gewijzigd en aangevuld)
Er is niet voorzien in een speciale noodprocedure.
Voor verzoeken om rechtsbijstand die overeenkomstig dit hoofdstuk worden ingediend, moet gebruik worden gemaakt van het formulier in de bijlage bij de noodverordening, die daarvan een onlosmakelijk onderdeel vormt. (Artikel 49 van noodverordening nr. 51/2008 betreffende rechtsbijstand in civiele zaken, goedgekeurd bij wet nr. 193/2008, zoals gewijzigd en aangevuld)
FORMULIER
voor het indienen van een verzoek om rechtsbijstand in een andere lidstaat van de Europese Unie
Instructies:
1. Lees deze instructies aandachtig door voordat u het formulier invult.
2. Alle in dit formulier gevraagde inlichtingen moeten worden verstrekt.
3. Onduidelijke, onjuiste of onvolledige inlichtingen kunnen de behandeling van uw verzoek vertragen.
4. Het opzettelijk verstrekken van onjuiste of onvolledige inlichtingen kan juridische gevolgen hebben en leiden tot afwijzing van uw verzoek. Eventueel wordt u ook strafrechtelijk vervolgd.
5. Alle bewijsstukken moeten worden bijgevoegd.
6. Dit verzoek laat de voor het instellen van een vordering na te leven termijnen onverlet.
7. Het ingevulde formulier moet worden voorzien van een datum en handtekening.
A1. Persoonsgegevens van de verzoeker
Naam en voornaam ......................................................
Geboortedatum en -plaats ...................................................
Nummer identiteitsbewijs ......................................................................
Adres (woonplaats of gewone verblijfplaats) ........................................
...............................................
Telefoon/fax/e-mail: ...................................................
A2. Persoonsgegevens van de wettelijke vertegenwoordiger (ouder, voogd enz.), indien van toepassing
Naam en voornaam ......................................................
Geboortedatum en -plaats ...................................................
Nummer identiteitsbewijs ......................................................................
Adres ...................................................................
Telefoon/fax/e-mail: ..................................................
A3. Persoonsgegevens van de advocaat van de verzoeker, indien van toepassing
Naam en voornaam ......................................................
Adres ...................................................................
Telefoon/fax/e-mail: ...................................................
B. Informatie over het geschil waarvoor rechtsbijstand wordt gevraagd
Van alle bewijsstukken moet een kopie worden bijgevoegd.
B1. Aard van het geschil (echtscheiding, arbeidsgeschil enz.)
B2. Waarde van het geschil, indien dit in geld kan worden uitgedrukt. Vermeld de munteenheid.
B3. Beschrijving van de omstandigheden van het geschil (bevoegde rechter, dag van de terechtzitting, het bewijs enz.)
C. Informatie over de procedure
Van alle bewijsstukken moet een kopie worden bijgevoegd.
C1. Bent u eisende of verwerende partij?
Beschrijf het onderwerp van de vordering die aanhangig is gemaakt. ...........................
..........................................................................
Naam en contactgegevens van de tegenpartij ...........................
..........................................................................
C2. Redenen waarom dit verzoek met spoed behandeld moet worden, indien van toepassing
C3. Geef aan voor welke kosten/vrijstellingen rechtsbijstand wordt gevraagd (vink de relevante vakjes aan):
_
|_| a) advocaat;
_
|_| b) deskundige;
_
|_| c) vertaler/tolk voor de duur van de procedure;
_
|_| d) gerechtsdeurwaarder;
_
|_| e) vrijstelling van, reductie op, gespreide betaling of uitstel van betaling van proceskosten en/of zekerheidstellingen, zoals vastgesteld in de wet, inclusief kosten en zekerheidstellingen die in de tenuitvoerleggingsfase verschuldigd worden.
C4. Geef aan waarvoor de rechtsbijstand nodig is:
_
|_| Bijstand van advocaat in buitengerechtelijke procedure
_
|_| Bijstand van advocaat in precontentieuze fase
_
|_| Bijstand van advocaat (advies en/of vertegenwoordiging) in lopende rechtsprocedure. Als u dit vakje aanvinkt, vermeld dan tevens het volgende:
- Registratienummer
- Zittingsdata
- Naam van het gerecht
- Adres van het gerecht
_
|_| Bijstand van advocaat in beroepsprocedure tegen gerechtelijke uitspraak. Als u dit vakje aanvinkt, vermeld dan tevens het volgende:
- Naam van het gerecht
- Datum van de uitspraak
- Reden waarom bijstand van een advocaat nodig
- Gronden van het beroep
_
|_| Bijstand van advocaat in tenuitvoerleggingsprocedure. Als u dit vakje aanvinkt, vermeld dan tevens het volgende:
- Naam van het gerecht
- Datum van de uitspraak of van de afgifte van een andere executoriale titel.
C6. Geef aan of u een verzekering hebt of aanspraak kunt maken op andere rechten of voorzieningen die de proceskosten geheel of gedeeltelijk dekken
Zo ja, geef dan nadere bijzonderheden. ............................................
..........................................................................
..........................................................................
D. Gezinssituatie
________
Uit hoeveel personen bestaat uw huishouden? |________|
Geef aan wat hun relatie met u is
______________________________________________________________________________
| Naam en | Relatie met | Geboortedatum| Is deze| Is de |
| voornaam | de verzoeker| (voor | persoon | verzoeker |
| | | minderjarigen) | financieel afhankelijk | financieel afhankelijk |
| | | | van de verzoeker?| van deze persoon?|
|_____________|_____________|______________|________________|__________________|
| | | | _ | _ |
| | | | |_| | |_| |
|_____________|_____________|______________|________________|__________________|
| | | | _ | _ |
| | | | |_| | |_| |
|_____________|_____________|______________|________________|__________________|
Zijn er personen die financieel afhankelijk van u zijn maar niet bij u wonen?
______________________________________________________________________________
| Naam en voornaam | Relatie met de verzoeker | Geboortedatum |
| | | (voor minderjarigen) |
|________________________|_____________________________|_______________________|
| | | |
|________________________|_____________________________|_______________________|
| | | |
|________________________|_____________________________|_______________________|
| | | |
|________________________|_____________________________|_______________________|
Zijn er personen van wie u financieel afhankelijk bent maar die niet bij u wonen?
______________________________________________________________________________
| Naam en voornaam | Relatie met de verzoeker |
|_____________________________________|________________________________________|
| | |
|_____________________________________|________________________________________|
| | |
|_____________________________________|________________________________________|
| | |
|_____________________________________|________________________________________|
E. Financiële gegevens
Verstrek alle gegevens over uzelf, uw echtgenoot of partner, personen die financieel afhankelijk van u zijn of, voor zover van toepassing, personen van wie u financieel afhankelijk bent.
Als u andere financiële bijdragen dan alimentatie ontvangt van een persoon van wie u financieel afhankelijk bent en die niet bij u woont, moet u die in rubriek E.1, onder “Overige inkomsten”, opgeven.
Als u financiële bijdragen betaalt aan een persoon die niet financieel afhankelijk van u is en die niet bij u woont, moet u die in rubriek E.3, onder “Overige uitgaven”, opgeven.
Voeg bewijsstukken toe.
Vermeld de munteenheid waarin de in de tabel vermelde geldbedragen luiden als het een andere munteenheid dan RON is.
______________________________________________________________________________
|E.1. Gegevens over |I. Verzoeker|II. Echtgenoot of|III. Afhankelijke|IV. Personen |
|maandelijks inkomen | |partner |personen |van wie|
| | | |de verzoeker|
| | | | |financieel afhankelijk is|
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|Loon, | | | | |
|uitkeringen: | | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|Ondernemingswinst: | | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|Pensioen: | | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|Inkomsten: | | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|Uitkeringen van |
|de overheid: |
|______________________________________________________________________________|
|1. Toelagen: | | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|2. Werkloosheids-| | | | |
|en sociale | | | | |
|uitkeringen: | | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|Inkomsten uit | | | | |
|rechten | | | | |
|op bepaalde | | | | |
|roerende of onroerende goederen: | | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|Overige inkomsten: | | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|TOTAAL: | | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
______________________________________________________________________________
|E.2. Waarde |I. Verzoeker |II. Echtgenoot of|III. Afhankelijke|IV. Personen |
|van eigendom | |partner |personen |van wie|
| | | |de verzoeker|
| | | | |financieel afhankelijk is|
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|Eigen woning waarin | | | | |
|u woont: | | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|Ander onroerend goed: | | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|Grond: | | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|Spaargeld: | | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|Aandelen: | | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|Motorvoertuigen: | | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|Overig vermogen: | | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|TOTAAL: | | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
______________________________________________________________________________
|E.3. Maandelijkse |I. Verzoeker |II. Echtgenoot of|III. Afhankelijke|IV. Personen |
|uitgaven | |partner |personen |van wie|
| | | |de verzoeker|
| | | | |financieel afhankelijk is|
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|Belastingen: | | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|Sociale- | | | | |
|zekerheidsbijdragen:| | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|Lokale belastingen: | | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|Hypotheek- | | | | |
|kosten: | | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|Huur en | | | | |
|huisvestingskosten: | | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|Onderwijs- | | | | |
|kosten: | | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|Onderwijs | | | | |
|Kinderopvang | | | | |
|kosten: | | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|Afbetaling van schulden: | | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|Aflossing van | | | | |
|leningen: | | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|Op grond van wettelijke verplichting | | | | |
|betaalde | | | | |
|alimentatie: | | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|Overige uitgaven: | | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
|TOTAAL: | | | | |
|____________________|_______________|_____________|_____________|_____________|
Ik verklaar dat de verstrekte gegevens juist en volledig zijn en dat ik de autoriteit die bevoegd is voor de behandeling van dit verzoek onverwijld in kennis zal stellen van wijzigingen in mijn financiële situatie.
Plaats: ..........................
Datum: ......................................
Handtekening: .................................
Het verzoek om rechtsbijstand moet schriftelijk worden gedaan en het onderwerp en de aard van de procedure vermelden waarvoor om rechtsbijstand wordt verzocht, alsook de identiteit, het nummer van het identiteitsbewijs, de woonplaats en de financiële situatie van de verzoeker en de overige gezinsleden. Het verzoek moet vergezeld gaan van bewijsstukken over het inkomen van de verzoeker en de leden van zijn gezin en bewijsstukken over eventuele onderhouds- en betalingsverplichtingen. Verder moet het verzoek vergezeld gaan van een verklaring op erewoord waarin de verzoeker aangeeft of hij in de laatste twaalf maanden vóór de indiening van het verzoek rechtsbijstand heeft ontvangen en, zo ja, in welke vorm, waarvoor en hoeveel.
Het gerecht kan de partijen om een nadere toelichting of aanvullende bewijsstukken vragen en ook de bevoegde autoriteiten om schriftelijke informatie vragen.
Buitengerechtelijke juridische bijstand wordt toegekend door de Dienst Rechtsbijstand die binnen elke orde van advocaten bestaat. Dit gebeurt op basis van een door de verzoeker ingevuld formulier, waarvan het model is goedgekeurd door een speciale afdeling die met het coördineren van de rechtsbijstand is belast, waarop moet worden vermeld wat het onderwerp en de aard van het verzoek is, alsook de identiteit, het nummer van het identiteitsbewijs, de woonplaats en de financiële situatie van de verzoeker en zijn gezin. Het verzoek moet vergezeld gaan van bewijsstukken over het inkomen van de verzoeker en de leden van zijn gezin en van bewijsstukken over eventuele onderhouds- en betalingsverplichtingen.
Verder moet het verzoek vergezeld gaan van een verklaring op erewoord waarin de verzoeker aangeeft of hij in de laatste twaalf maanden vóór de indiening van het verzoek rechtsbijstand heeft ontvangen en, zo ja, in welke vorm, waarvoor en hoeveel.
Als bewijs van de financiële situatie moeten met name de volgende stukken worden verstrekt, voor zover van toepassing:
(Artikel 14 van noodverordening nr. 51/2008 betreffende rechtsbijstand in civiele zaken, goedgekeurd bij wet nr. 193/2008, zoals gewijzigd en aangevuld, en artikel 73 van wet nr. 51/1995 betreffende de organisatie en uitoefening van het beroep van advocaat, zoals gewijzigd en aangevuld)
Het verzoek om rechtsbijstand moet worden ingediend bij het gerecht dat bevoegd is om kennis te nemen van de zaak waarvoor rechtsbijstand wordt gevraagd. Een verzoek om rechtsbijstand voor de tenuitvoerlegging van een gerechtelijke beslissing moet bij de executierechter worden ingediend. Wanneer niet kan worden vastgesteld welke rechter bevoegd is, is bevoegd de rechter in eerste aanleg van het rechtsgebied waarbinnen de verzoeker zijn woonplaats of gewone verblijfplaats heeft.
Als om rechtsbijstand wordt verzocht in een lopende procedure, wordt daarover beslist door de rechter die kennis neemt van de hoofdvordering.
Vanaf de dag dat in een lopende procedure door een belanghebbende partij een verzoek om rechtsbijstand wordt ingediend, kan deze worden toegekend op elk moment tijdens die procedure voor de gehele resterende duur ervan. Het verzoek is vrijgesteld van zegelrecht.
Voor rechtsbijstand voor een beroepsprocedure moet een nieuw verzoek worden ingediend. Het verzoek moet worden ingediend bij de rechter die de uitspraak heeft gedaan waartegen de verzoeker beroep wil instellen. Dit moet gebeuren binnen de beroepstermijn. Over het verzoek wordt beslist door een andere rechter dan die in de bodemprocedure. Dit gebeurt met spoed.
Door het indienen van het verzoek om rechtsbijstand stopt de termijn voor het instellen van beroep. Voorwaarde is wel dat de verzoeker vervolgens binnen tien dagen de bijbehorende bewijsstukken indient. Op de dag dat de verzoeker in kennis wordt gesteld van de beslissing op zijn verzoek, start een nieuwe termijn voor het instellen van beroep of, als het verzoek is afgewezen, voor het indienen van een verzoek tot herziening van de afwijzing.
Als het verzoek om rechtsbijstand wordt toegewezen, stelt de rechter de verzoeker en de orde van advocaten hiervan onverwijld in kennis. De orde van advocaten wijst vervolgens binnen 48 uur een advocaat aan, die bevoegd is om voor elke appelrechter te pleiten. De datum van aanwijzing van de advocaat en zijn persoonsgegevens worden de rechter en de verzoeker binnen 48 uur meegedeeld. Op die datum start een nieuwe beroepstermijn.
Buitengerechtelijke juridische bijstand wordt toegekend door de Dienst Rechtsbijstand die binnen elke orde van advocaten bestaat. Dit gebeurt op basis van een door de verzoeker ingevuld formulier, waarvan het model is goedgekeurd door een speciale afdeling die met het coördineren van de rechtsbijstand is belast, waarop moet worden vermeld wat het onderwerp en de aard van het verzoek is, alsook de identiteit, het nummer van het identiteitsbewijs, de woonplaats en de financiële situatie van de verzoeker en zijn gezin. Het verzoek moet vergezeld gaan van bewijsstukken over het inkomen van de verzoeker en de leden van zijn gezin en van bewijsstukken over eventuele onderhouds- en betalingsverplichtingen.
Verder moet het verzoek vergezeld gaan van een verklaring op erewoord waarin de verzoeker aangeeft of hij in de laatste twaalf maanden vóór de indiening van het verzoek rechtsbijstand heeft ontvangen en, zo ja, in welke vorm, waarvoor en hoeveel.
Het verzoek om buitengerechtelijke juridische bijstand moet worden ingediend bij de Dienst Rechtsbijstand, die uiterlijk vijftien werkdagen na de inschrijving van het verzoek in het register beslist tot de toe- of afwijzing ervan. De beslissing wordt binnen vijf werkdagen aan de verzoeker betekend, te rekenen vanaf de datum van de beslissing. Tegen een beslissing tot afwijzing kan bij de raad van de orde bezwaar worden aangetekend. Daarvoor staat een termijn van vijf dagen. Het bezwaar wordt met spoed behandeld, wat betekent dat de raad er op zijn eerstvolgende bijeenkomst over beslist.
(Artikelen 11, 12 en 13 van noodverordening nr. 51/2008 betreffende rechtsbijstand in civiele zaken, goedgekeurd bij wet nr. 193/2008, zoals gewijzigd en aangevuld, en artikel 73 van wet nr. 51/1995 betreffende de organisatie en uitoefening van het beroep van advocaat, zoals gewijzigd en aangevuld)
De rechter beslist op het verzoek om rechtsbijstand in afwezigheid van de partijen en met gesloten deuren. Hij motiveert zijn beslissing. Bij afwijzing van het verzoek kan de belanghebbende partij binnen vijf dagen nadat de beslissing is betekend een verzoek tot toetsing van de beslissing indienen. Op dit verzoek wordt door een andere rechter, met gesloten deuren, beslist. De beslissing van de toetsingsrechter is onherroepelijk.
Indien een verzoek om rechtsbijstand in de vorm van bijstand van een advocaat wordt toegewezen, worden het verzoek en de toewijzende beschikking onverwijld ter kennis gebracht van de deken van de orde van advocaten in het rechtsgebied van de betreffende rechtbank. De deken van de orde of de advocaat die door de deken met die taak is belast, wijst binnen drie dagen een advocaat uit het Register Rechtsbijstand aan, en doet die advocaat de toewijzende beschikking en een kennisgeving van de aanwijzing toekomen. De deken informeert de ontvanger van de rechtsbijstand over de naam van de toegevoegde advocaat. De ontvanger van de rechtsbijstand kan de deken verzoeken om een bepaalde advocaat aan te wijzen. Instemming van de advocaat met dat verzoek is volgens de wet nodig.
Het verzoek om buitengerechtelijke juridische bijstand moet worden ingediend bij de Dienst Rechtsbijstand van de bevoegde orde van advocaten. Deze dienst beslist uiterlijk vijftien werkdagen na de inschrijving van het verzoek in het register tot de toe- of afwijzing ervan. De beslissing wordt binnen vijf werkdagen aan de verzoeker betekend, te rekenen vanaf de datum van de beslissing. Op basis van een toewijzende beslissing wijst de deken van de bevoegde orde van advocaten een advocaat uit het Register Rechtsbijstand van de orde aan. De deken kan ook zijn goedkeuring geven aan een door de verzoeker zelf geselecteerde advocaat.
(Artikel 15 van noodverordening nr. 51/2008 betreffende rechtsbijstand in civiele zaken, goedgekeurd bij wet nr. 193/2008, zoals gewijzigd en aangevuld, en artikel 73 van wet nr. 51/1995 betreffende de organisatie en uitoefening van het beroep van advocaat, zoals gewijzigd en aangevuld)
Rechtsbijstand in de vorm van bijstand van een advocaat wordt toegekend overeenkomstig wet nr. 51/1995 betreffende de organisatie en uitoefening van het beroep van advocaat, zoals opnieuw bekendgemaakt en later gewijzigd en aangevuld, die ziet op (gratis) rechtsbijstand.
Indien een verzoek om rechtsbijstand in de vorm van bijstand van een advocaat wordt toegewezen, worden het verzoek en de toewijzende beschikking onverwijld ter kennis gebracht van de deken van de orde van advocaten in het rechtsgebied van de betreffende rechtbank. De deken van de orde of de advocaat die door de deken met die taak is belast, wijst binnen drie dagen een advocaat uit het Register Rechtsbijstand aan, en doet die advocaat de toewijzende beschikking en een kennisgeving van de aanwijzing toekomen. De deken informeert de ontvanger van de rechtsbijstand over de naam van de toegevoegde advocaat. De ontvanger van de rechtsbijstand kan de deken verzoeken om een bepaalde advocaat aan te wijzen. Instemming van de advocaat met dat verzoek is volgens de wet nodig.
Bijstand van een advocaat kan ook de vorm hebben van buitengerechtelijke juridische bijstand en behelst dan het geven van advies, het indienen van verzoekschriften of kennisgevingen, het instellen van rechtsvorderingen, of het vertegenwoordigen van de cliënt voor overheden die geen gerechtelijke bevoegdheden hebben, voor het uitoefenen van bepaalde rechten of verdedigen van rechtmatige belangen van de cliënt. Buitengerechtelijke juridische bijstand moet het verstrekken van duidelijke en toegankelijke informatie aan de rechtzoekende behelzen overeenkomstig de geldende wettelijke bepalingen inzake de bevoegde instellingen en, voor zover mogelijk, de wettelijke voorwaarden, termijnen en procedures voor het erkennen, verlenen of uitoefenen van een door de rechtzoekende aangevoerd recht of belang. Buitengerechtelijke juridische bijstand wordt toegekend overeenkomstig wet nr. 51/1995, zoals opnieuw bekendgemaakt en later gewijzigd en aangevuld.
Het verzoek om buitengerechtelijke juridische bijstand moet worden ingediend bij de Dienst Rechtsbijstand van de bevoegde orde van advocaten. Deze dienst beslist uiterlijk vijftien werkdagen na de inschrijving van het verzoek in het register tot de toe- of afwijzing ervan. De beslissing wordt binnen vijf werkdagen aan de verzoeker betekend, te rekenen vanaf de datum van de beslissing. Tegen een beslissing tot afwijzing kan bij de raad van de orde bezwaar worden aangetekend. Daarvoor staat een termijn van vijf dagen. Het bezwaar wordt met spoed behandeld, wat betekent dat de raad er op zijn eerstvolgende bijeenkomst over beslist.
Op basis van een toewijzende beslissing wijst de deken van de bevoegde orde van advocaten een advocaat uit het Register Rechtsbijstand van de orde aan. De deken kan ook zijn goedkeuring geven aan een door de verzoeker zelf geselecteerde advocaat.
Bij toewijzing van een verzoek om rechtsbijstand in de vorm van betaling van de vergoeding van een deskundige, vertaler of tolk vermeldt de toewijzende beschikking ook het bedrag van de voorlopige vergoeding die aan die personen is verschuldigd. De rechter bepaalt de definitieve vergoeding nadat de dienst waarvoor de voorlopige vergoeding is betaald, is verricht.
Bij toewijzing van een verzoek om rechtsbijstand in de vorm van betaling van de vergoeding van een gerechtsdeurwaarder vermeldt de toewijzende beschikking ook het bedrag van de voorlopige vergoeding die aan de gerechtsdeurwaarder is verschuldigd, welke afhankelijk is van de complexiteit van de zaak op de datum van de beschikking. Het verzoek en de toewijzende beschikking worden zo spoedig mogelijk gestuurd naar de kamer voor gerechtsdeurwaarders in het rechtsgebied van de rechtbank die de beschikking heeft gegeven. Het bestuur van de kamer voor gerechtsdeurwaarders wijst binnen drie dagen een gerechtsdeurwaarder aan, en doet hem de toewijzende beschikking en een kennisgeving van de aanwijzing toekomen. De voorzitter van de kamer informeert de ontvanger van de rechtsbijstand over de naam van de aangewezen gerechtsdeurwaarder. De ontvanger van de rechtsbijstand kan de voorzitter verzoeken om een bepaalde gerechtsdeurwaarder aan te wijzen, mits die gerechtsdeurwaarder territoriaal bevoegd is.
Nadat de gerechtsdeurwaarder overeenkomstig de wet en de eigen regels van gerechtsdeurwaarders de vereiste ambshandelingen heeft verricht, bepaalt de rechter op diens verzoek de definitieve vergoeding, die afhangt van de complexiteit van de zaak en het werkvolume en waarbij de rechter zich dient te houden aan de door de wet gestelde grenzen.
Bij toewijzing van een verzoek om het vergemakkelijken van de betaling van proceskosten vermeldt de beschikking ofwel dat vrijstelling is verleend van het betalen van de proceskosten of, voor zover van toepassing, het kortingspercentage, de betalingstermijnen en het aflossingsbedrag. Wanneer de verschuldigde proceskosten hoger zijn dan twee keer het netto-maandinkomen per gezin in de maand vóór de indiening van het verzoek, wordt de betaling zodanig gespreid dat het maandelijks verschuldigde aflossingsbedrag niet hoger is dan de helft van het netto-inkomen per gezin, tenzij de rechter het noodzakelijk acht om een andere, gunstigere regeling vast te stellen. De betaling van de proceskosten kan worden gespreid over maximaal 48 maandelijkse termijnen.
(Artikelen 23, 24, 25, 32, 33, 34 en 35 van noodverordening nr. 51/2008 betreffende rechtsbijstand in civiele zaken, goedgekeurd bij wet nr. 193/2008, zoals gewijzigd en aangevuld, en artikelen 71 en 73 van wet nr. 51/1995 betreffende de organisatie en uitoefening van het beroep van advocaat, zoals gewijzigd en aangevuld)
Rechtsbijstand in de vorm van bijstand van een advocaat wordt toegekend overeenkomstig wet nr. 51/1995 betreffende de organisatie en uitoefening van het beroep van advocaat, zoals opnieuw bekendgemaakt en later gewijzigd en aangevuld, die ziet op (gratis) rechtsbijstand.
Indien een verzoek om rechtsbijstand in de vorm van bijstand van een advocaat wordt toegewezen, worden het verzoek en de toewijzende beschikking onverwijld ter kennis gebracht van de deken van de orde van advocaten in het rechtsgebied van de betreffende rechtbank. De deken van de orde of de advocaat die door de deken met die taak is belast, wijst binnen drie dagen een advocaat uit het Register Rechtsbijstand aan, en doet die advocaat de toewijzende beschikking en een kennisgeving van de aanwijzing toekomen. De deken informeert de ontvanger van de rechtsbijstand over de naam van de toegevoegde advocaat. De ontvanger van de rechtsbijstand kan de deken verzoeken om een bepaalde advocaat aan te wijzen. Instemming van de advocaat met dat verzoek is volgens de wet nodig.
Wat buitengerechtelijke juridische bijstand betreft, wijst de deken van de bevoegde orde van advocaten op basis van de toewijzende beschikking een advocaat uit het Register Rechtsbijstand van de orde aan. De deken kan ook zijn goedkeuring geven aan een door de verzoeker zelf geselecteerde advocaat.
(Artikelen 23 en 35 van noodverordening nr. 51/2008 betreffende rechtsbijstand in civiele zaken, goedgekeurd bij wet nr. 193/2008, zoals gewijzigd en aangevuld, en artikelen 71 en 73 van wet nr. 51/1995 betreffende de organisatie en uitoefening van het beroep van advocaat, zoals gewijzigd en aangevuld)
Rechtsbijstand kan in de volgende vormen worden verleend:
a) betaling van de kosten van vertegenwoordiging, juridische bijstand en, voor zover van toepassing, verdediging in rechte door een toegevoegde of zelf gekozen advocaat (hierna: “bijstand van een advocaat”) zodat de rechtzoekende voor de rechter een rechtmatig belang of recht kan verdedigen dan wel uitoefenen, of een geschil voor de rechter kan voorkomen;
b) betaling van de kosten van deskundigen, vertalers en tolken die tijdens de procedure met de goedkeuring van de rechter of andere justitiële autoriteiten zijn ingeschakeld, indien de rechtzoekende hiervoor in aanmerking komt;
c) betaling van de kosten van de gerechtsdeurwaarder;
d) vrijstelling van, reductie op, gespreide betaling of uitstel van betaling van proceskosten, zoals vastgesteld in de wet, inclusief kosten die in de tenuitvoerleggingsfase verschuldigd worden.
Wanneer rechtsbijstand wordt verleend aan burgers van EU-lidstaten of andere personen die hun woonplaats of gewone verblijfplaats op het grondgebied van een lidstaat hebben, kan deze ook het volgende omvatten:
a) vergoeding van de kosten van de vertaling van documenten waar de rechter of een andere justitiële autoriteit om hebben verzocht voor de beslechting van het geschil en van daaraan gerelateerde verzoekschriften en documenten die overeenkomstig dit hoofdstuk zijn ingediend of ontvangen, welke vertalingen zijn vrijgesteld van legalisatie en equivalente formaliteiten;
b) tolkdiensten tijdens de procedure voor de rechter/justitiële autoriteit;
c) vergoeding van de kosten van een reis naar Roemenië die de ontvanger van de rechtsbijstand of iemand anders heeft moeten maken omdat de rechter/justitiële autoriteit daartoe had bevolen of omdat de aanwezigheid van die personen wettelijk verplicht was.
Rechtsbijstand kan worden verleend in elk van de bovengenoemde vormen, afzonderlijk of cumulatief. De kosten van rechtsbijstand die in de vorm van de diensten van een advocaat, deskundige, vertaler, tolk of gerechtsdeurwaarder wordt verleend, mogen voor elk van deze vormen afzonderlijk en cumulatief, over een periode van een jaar, niet hoger zijn dan twaalf keer het nationaal bruto-minimumloon in het jaar waarin het verzoek om rechtsbijstand is ingediend.
(Artikelen 6, 7 en 44 van noodverordening nr. 51/2008 betreffende rechtsbijstand in civiele zaken, goedgekeurd bij wet nr. 193/2008, zoals gewijzigd en aangevuld)
De kosten waarvan de partij die rechtsbijstand ontvangt, wordt vrijgesteld of waarop zij korting krijgt, komen ten laste van de tegenpartij als laatstgenoemde in het ongelijk wordt gesteld. De in het ongelijk gestelde partij is gehouden om deze kosten aan de overheid te betalen.
Als de partij die rechtsbijstand ontvangt in het ongelijk wordt gesteld, komen haar proceskosten voor rekening van de overheid. De rechter kan in de einduitspraak in de zaak echter bepalen dat de partij de door de overheid gemaakte kosten geheel of ten dele moet vergoeden als het verlies van de rechtszaak is te wijten aan haar niet-coöperatieve gedrag tijdens het proces, of als in de uitspraak wordt vastgesteld dat zij met het instellen van de betreffende vordering misbruik van het procesrecht heeft gemaakt.
(Artikelen 18 en 19 van noodverordening nr. 51/2008 betreffende rechtsbijstand in civiele zaken, goedgekeurd bij wet nr. 193/2008, zoals gewijzigd en aangevuld)
Als tegen de uitspraak in een zaak waarvoor rechtsbijstand werd toegekend, beroep wordt ingesteld, en de rechtsbijstand in die zaak de vorm had van bijstand van een advocaat, dan strekt die bijstand zich volgens de wet ook uit tot het opstellen van het appelverzoekschrift, inclusief de gronden van het beroep, en het vertegenwoordigen van de partij in de beroepsprocedure.
De voor beroep vatbare uitspraak en een kopie van de beschikking tot toewijzing van rechtsbijstand moeten onverwijld naar de orde van advocaten worden gestuurd voor verificatie en erkenning of, voor zover van toepassing, voor het aanwijzen van een advocaat die bevoegd is om voor de appelrechter te pleiten. Voor de beroepsprocedure heeft de advocaat recht op een aparte vergoeding, die door de appelrechter overeenkomstig de wet wordt vastgesteld.
Als de partij in de bodemprocedure geen rechtsbijstand heeft ontvangen, moet voor de beroepsprocedure een nieuw verzoek om rechtsbijstand worden ingediend.
Op de dag dat de advocaat wordt aangewezen, respectievelijk erkend, start een nieuwe termijn voor het instellen van beroep. De datum van aanwijzing van de advocaat en zijn persoonsgegevens worden de rechter en de verzoeker binnen 48 uur meegedeeld.
De appelrechter controleert of nog steeds aan de voorwaarden voor rechtsbijstand wordt voldaan. Als hij oordeelt dat dat niet langer het geval is, geeft hij een beschikking houdende intrekking van de rechtsbijstand en gehele of gedeeltelijke terugbetaling door de partij van de kosten die de overheid heeft gemaakt in de vorm van vergoeding van de advocaat.
(Artikel 13.1 van noodverordening nr. 51/2008 betreffende rechtsbijstand in civiele zaken, goedgekeurd bij wet nr. 193/2008, zoals gewijzigd en aangevuld)
Het recht op rechtsbijstand vervalt bij de dood van de partij of wanneer haar financiële situatie dusdanig verbetert dat zij de proceskosten kan dragen.
Bij ontvangst van het verzoek om rechtsbijstand wordt de verzoeker meegedeeld dat ingeval hij door de rechter in het ongelijk wordt gesteld, de proceskosten van de tegenpartij ten laste van hem komen en de mogelijkheid bestaat dat de rechter hem ook veroordeelt in het terugbetalen van de bedragen die hij als rechtsbijstand heeft ontvangen als een belanghebbende partij aan de rechter die het verzoek om rechtsbijstand heeft toegewezen bewijs overlegt waaruit blijkt dat de door hem verstrekte gegevens over zijn situatie niet juist zijn. Rechtsbijstand wordt niet ingetrokken gedurende het nieuwe onderzoek.
Als de rechter oordeelt dat het verzoek om rechtsbijstand te kwader trouw werd ingediend, omdat de waarheid werd verheeld, zal deze een beschikking geven waarin de persoon die ten onrechte rechtsbijstand heeft gekregen wordt veroordeeld om alsnog de kosten te betalen waarvan hij was vrijgesteld alsmede een boete van maximaal vijf keer het bedrag waarvoor ten onrechte vrijstelling was gegeven. Deze beschikking is alleen vatbaar voor toetsing. Eventueel kan een gemotiveerd verzoek worden ingediend tot vermindering van het te vergoeden bedrag en de boete. Het verzoek moet worden ingediend binnen vijf dagen na de datum van bekendmaking van de beschikking en wordt behandeld door een andere rechter dan de rechter die de beschikking heeft gegeven. De beslissing van de toetsingsrechter is onherroepelijk.
Wanneer de ontvanger van rechtsbijstand op grond van een definitieve en onherroepelijke beslissing vermogen of vorderingen verwerft waarvan de waarde tien keer hoger is dan de kosten van de rechtsbijstand, dan moet hij die kosten terugbetalen. De terugbetalingsprocedure is neergelegd in hoofdstuk III van noodverordening nr. 51/2008.
(Artikelen 10, 14 en 17 en artikel 50, lid 2, van noodverordening nr. 51/2008 betreffende rechtsbijstand in civiele zaken, goedgekeurd bij wet nr. 193/2008, zoals gewijzigd en aangevuld)
De rechter beslist op het verzoek om rechtsbijstand in afwezigheid van de partijen en met gesloten deuren. Hij motiveert zijn beslissing. Bij afwijzing van het verzoek kan de belanghebbende partij binnen vijf dagen nadat de beslissing is betekend een verzoek tot toetsing van de beslissing indienen. Op dit verzoek wordt door een andere rechter, met gesloten deuren, beslist. De beslissing van de toetsingsrechter is onherroepelijk.
Een verzoek om rechtsbijstand kan worden afgewezen als het kennelijk ongegrond is, als de geraamde kosten van de te verlenen rechtsbijstand niet in verhouding staan tot de waarde van het voorwerp van het geschil, als de vordering waarop het verzoek betrekking heeft niet strekt tot het verdedigen van een rechtmatig belang of deze vordering in strijd is met de openbare orde of de grondwet.
Als de vordering waarop het verzoek betrekking heeft, tot de categorie vorderingen behoort waarvoor een bemiddelingsprocedure kan worden ingeleid, of een andere procedure voor alternatieve geschillenbeslechting, zal de rechter het verzoek waarschijnlijk afwijzen als blijkt dat de verzoeker heeft geweigerd om eerst te proberen langs die weg tot een oplossing te komen.
Een verzoek om rechtsbijstand kan ook worden afgewezen als de verzoeker schadevergoeding vordert voor geleden schade aan zijn imago, eer of goede naam zonder enige materiële schade te hebben geleden, of als de vordering waarop het verzoek betrekking heeft, uit de bedrijfsactiviteiten of zelfstandige beroepsactiviteiten van de verzoeker voortvloeit.
Wanneer rechtsbijstand wordt toegekend aan burgers van EU-lidstaten of andere personen die hun woonplaats of gewone verblijfplaats op het grondgebied van een lidstaat hebben, kan de Roemeense centrale autoriteit de verzending van een verzoek om rechtsbijstand aan een andere lidstaat weigeren wanneer dat verzoek kennelijk ongegrond is of buiten de reikwijdte van Richtlijn 2002/8/EG van de Raad valt. Als een verzoek om rechtsbijstand wordt afgewezen door de bevoegde autoriteit van de aangezochte lidstaat, vraagt de Roemeense centrale autoriteit de verzoeker om de vertaalkosten te betalen.
(Artikelen 15, 16, 45 en 46 van noodverordening nr. 51/2008 betreffende rechtsbijstand in civiele zaken, goedgekeurd bij wet nr. 193/2008, zoals gewijzigd en aangevuld)
Aanvullende informatie
Nuttige links:
Nationale vereniging van orde van advocaten van Roemenië (Uniunea Naţională a Barourilor din România)
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.
De kosten van gerechtelijke procedures bestaan met name uit de onkosten van de partijen en hun vertegenwoordigers, waaronder de gerechtskosten, de gederfde inkomsten van de partijen en hun wettelijke vertegenwoordigers, de kosten van bewijsgaring, notariskosten en kosten van het verlijden van handelingen, kosten en honoraria van de executeur in testamentprocedures, vertolkingskosten en vertegenwoordigingskosten van een partij die zich door een advocaat laat vertegenwoordigen.
Iedere procespartij draagt de proceskosten die zij zelf aangaat alsmede de kosten van haar vertegenwoordiger. De gedeelde kosten worden door de partijen betaald naar rato van hun betrokkenheid bij de zaak en de procedure.
Als aan de partijen een advocaat wordt toegewezen die hen vertegenwoordigt, dan worden de kosten en vertegenwoordigingskosten van die advocaat door de staat vergoed.
In testamentprocedures komen de notariskosten voor rekening van de erfgenaam, mits de nalatenschap niet insolvent is. Zijn er meerdere erfgenamen, dan betalen zij deze kosten naar rato van de nettowaarde van hun aandeel in de nalatenschap. In andere gevallen draagt de staat deze kosten.
De term “rechtsbijstand” wordt gedefinieerd in wet nr. 327/2005 inzake het verstrekken van rechtsbijstand aan personen met materiële noden en tot wijziging van wet nr. 586/2003 inzake juridische beroepen en tot wijziging van wet nr. 455/1991 inzake ambachten, handel en beroepen, zoals gewijzigd bij wet nr. 8/2005 (de “wet inzake rechtsbijstand”). Artikel 4, punt a), van de wet inzake rechtsbijstand luidt als volgt: “rechtsbijstand betekent het verstrekken van juridische diensten aan personen die daartoe conform deze wet gerechtigd zijn, ten aanzien van de uitoefening van hun rechten, waaronder in het bijzonder begrepen juridisch advies, steun bij buitengerechtelijke procedures, met inbegrip van de bemiddeling in geschillen, het opstellen van documenten voor indiening bij de rechtbank, vertegenwoordiging in gerechtelijke procedures en het verrichten van de daarbij behorende handelingen, alsmede vergoeding voor alle of een deel van de desbetreffende kosten”.
Meer informatie is te vinden op de website van het Centrum voor rechtsbijstand, ook in het Engels.
Het Centrum voor rechtsbijstand verstrekt voorafgaand advies.
Alle natuurlijke personen kunnen voorafgaand advies krijgen. Dit advies is bedoeld om:
Er wordt per juridische zaak slechts een voorafgaand advies verstrekt van maximaal een uur. De kosten van een voorafgaand advies zijn wettelijk vastgelegd en bedragen 4,50 EUR.
Onder de voorwaarden van de wet inzake rechtsbijstand kan rechtsbijstand in een binnenlands geschil worden verleend aan ieder natuurlijk persoon, maar in een grensoverschrijdend geschil slechts aan natuurlijke personen wier woonplaats of gewone verblijfplaats zich in een lidstaat bevindt (meer bepaald alle lidstaten van de Europese Unie met uitzondering van Denemarken).
“In aanmerking komende personen” zijn natuurlijke personen die krachtens een definitieve beslissing van het Centrum voor rechtsbijstand gerechtigd zijn tot rechtsbijstand na te hebben aangetoond dat zij aan de in artikel 6 van de wet inzake rechtsbijstand genoemde voorwaarden voldoen.
“Buitenlandse in aanmerking komende personen” zijn natuurlijke personen die voldoen aan de in de wet inzake rechtsbijstand vastgestelde voorwaarden om in aanmerking te komen voor rechtsbijstand in een grensoverschrijdend geschil en die krachtens een definitieve beslissing van het Centrum voor rechtsbijstand gerechtigd zijn tot rechtsbijstand.
“Binnenlandse in aanmerking komende personen” zijn natuurlijke personen die tijdelijk of permanent in de Slowaakse Republiek wonen en in een andere lidstaat, waar het grensoverschrijdend geschil door het bevoegde gerecht wordt behandeld, om rechtsbijstand verzoeken.
Een natuurlijke persoon heeft recht op rechtsbijstand als aan de volgende drie voorwaarden wordt voldaan (deze voorwaarden zijn van toepassing in binnenlandse geschillen en zijn niet van toepassing op persoonlijke insolventieprocedures voor natuurlijke personen):
a) De persoon heeft materiële noden, d.w.z. geniet een uitkering en een toelage voor achtergestelde personen of heeft een inkomen dat niet hoger is dan 1,4 maal het bestaansminimum (of niet hoger dan 1,6 maal het bestaansminimum wanneer rechtsbijstand wordt verleend en de verzoeker een eigen bijdrage betaalt volgens de wettelijk vastgestelde voorwaarden), en is niet in staat uit eigen middelen rechtsbijstand te betalen (bewijsstukken voor het inkomen mogen maximaal drie maanden oud zijn).
b) Het beroep heeft kans van slagen.
c) De waarde van de vordering is hoger dan het in de specifieke wet vastgelegde minimumloon (niet van toepassing op vorderingen waarvan de waarde niet kan worden vastgesteld, bijvoorbeeld wat betreft de rechten en plichten ten aanzien van minderjarigen).
Krachtens de wet inzake rechtsbijstand kan rechtsbijstand worden verleend in civielrechtelijke, arbeidsrechtelijke en familierechtelijke zaken, in schuldkwijtscheldingsprocedures onder specifieke wetgeving en in procedures voor een administratieve rechtbank — ook, in alle dergelijke zaken, wanneer de procedure wordt gevoerd voor het Constitutionele Hof van de Slowaakse Republiek (“binnenlandse geschillen”).
Krachtens de wet inzake rechtsbijstand kan in grensoverschrijdende geschillen rechtsbijstand worden verleend in civielrechtelijke, familierechtelijke en handelsrechtelijke zaken, in asielzaken, in zaken in verband met verwijdering op last van de overheid, in procedures in verband met de detentie van een onderdaan van een derde land, in procedures in verband met de detentie van een verzoeker en in procedures in verband met het verlenen van asiel — ook, in alle dergelijke zaken, wanneer de procedure wordt gevoerd voor een administratieve rechtbank of het Constitutionele Hof van de Slowaakse Republiek, en in procedures in verband met personen ten aanzien van wie een arbeidsrechtelijke handeling is opgeschort krachtens speciale wetgeving in een procedure betreffende het indienen van een verzoek om een noodmaatregel.
Het Centrum voor rechtsbijstand is niet bevoegd in strafrechtelijke aangelegenheden.
Ja. Een verzoeker die het risico loopt een uiterste termijn niet te halen, kan bij het Centrum voor rechtsbijstand tegelijkertijd met het indienen van zijn verzoek een aanvraag indienen voor voorlopige rechtsbijstand, mits hij kan aantonen dat hij het risico loopt een uiterste termijn niet te halen. Het Centrum voor rechtsbijstand neemt vervolgens zo spoedig mogelijk een beslissing over het toekennen van voorlopige rechtsbijstand, voorafgaand aan zijn beslissing over het toekennen van aanspraak op rechtsbijstand.
Aanvraagformulieren zijn te vinden op de website van het Centrum voor rechtsbijstand en bij al zijn vestigingen.
Documenten ter onderbouwing van de informatie in het aanvraagformulier en die blijk geven van de materiële noden van de aanvrager (die laatste documenten mogen niet ouder zijn dan drie maanden).
Bij de vestiging van het Centrum voor rechtsbijstand die zich het dichtst bij de vaste of tijdelijke verblijfplaats van de aanvrager bevindt. Meer informatie is te vinden op de website van het Centrum voor rechtsbijstand.
Het Centrum voor rechtsbijstand besluit binnen dertig dagen na de aanvraag te hebben ontvangen (zestig dagen bij een grensoverschrijdende aanvraag), of de rechtsbijstand zal worden verleend. De beslissing wordt verzonden per aangetekende post of per elektronische post, voorzien van een gegarandeerde elektronische handtekening, naar de elektronische postbus van de aanvrager.
De aanvrager moet, op uitnodiging van het Centrum voor rechtsbijstand, een rechtsbijstandscontract sluiten hetzij rechtstreeks met het centrum hetzij met een aangewezen advocaat, en het centrum of die advocaat machtigen voor de handelingen die in het kader van het verlenen van de rechtsbijstand nodig zijn. Dit moet plaatsvinden binnen drie maanden na de datum waarop de beslissing om gratis rechtsbijstand te verlenen definitief is geworden.
In de beslissing waarin de aanspraak op rechtsbijstand wordt bevestigd, wijst het Centrum voor rechtsbijstand ook een advocaat, een jurist van het centrum of een bemiddelaar aan die de in aanmerking komende persoon in rechte of in het kader van een bemiddelingsprocedure zal bijstaan voor zover dat nodig is om diens belangen te behartigen.
In zijn beslissing verleent het Centrum voor rechtsbijstand volledige rechtsbijstand of rechtsbijstand met een eigen financiële bijdrage van 20 % van de kosten voor juridische vertegenwoordiging of wijst het de aanspraak af.
Niet van toepassing.
Ja, er wordt ook rechtsbijstand verleend voor gewone en buitengewone beroepsprocedures en tenuitvoerleggingsprocedures.
Ja, de rechtsbijstand kan worden ingetrokken voordat de procedure definitief wordt beëindigd. Zie artikel 14 van de wet inzake rechtsbijstand voor de omstandigheden waarin rechtsbijstand kan worden ingetrokken.
Het Centrum voor rechtsbijstand kan in de volgende omstandigheden besluiten om de rechtsbijstand in te trekken:
Indien de procedure is beëindigd krachtens het wetboek van administratieve rechtsvordering (bv. omdat de vereiste documenten niet zijn verstrekt), kan in het kader van de administratieve procedure binnen vijftien dagen na ontvangst van de beslissing beroep worden ingesteld.
Indien de procedure of het verzoek om rechtsbijstand is afgewezen op grond van wet nr. 327/2005, zoals gewijzigd (bv. omdat het beroep duidelijk geen kans van slagen had of de aanvrager niet aan de inkomensvoorwaarde voldeed), kan de beslissing aan een bestuursrechter worden voorgelegd door binnen vijftien dagen na ontvangst van de beslissing een administratief beroep in te stellen.
Een beslissing tot weigering van rechtsbijstand moet worden toegelicht zoals in de desbetreffende specifieke wetgeving is vastgelegd [te weten de wet nr. 71/1967 inzake administratieve procedures (wetboek van administratieve rechtsvordering, správny poriadok), zoals gewijzigd] en moet aan de aanvrager duidelijk maken dat hij binnen zes maanden nadat de beslissing is gegeven, nogmaals een aanvraag voor dezelfde zaak kan indienen indien er een verandering heeft plaatsgevonden in zijn inkomen of financiële situatie.
In het algemeen leidt een verzoek om rechtsbijstand niet tot schorsing van de verjaringstermijn. De enige uitzondering is de termijn voor het instellen van beroep bij een administratieve rechtbank. Indien een verzoeker, alvorens beroep in te stellen, het Centrum voor rechtsbijstand verzoekt een advocaat ter beschikking te stellen krachtens een bijzondere wettelijke regeling, wordt de termijn voor het instellen van beroep bij een administratieve rechtbank geschorst vanaf de datum van het verzoek tot de datum van de definitieve beslissing op het verzoek.
Wanneer de termijn dreigt te worden overschreden en wanneer het verzoek onder tijdsdruk niet tijdig werd ingediend (op de laatste dag van de termijn), kan het Centrum voor rechtsbijstand besluiten dat het recht op rechtsbijstand voor een specifieke procedurele handeling (zoals het instellen van beroep, het deelnemen aan een rechtszitting enz.) voorlopig wordt toegekend, zelfs voordat het verzoek om rechtsbijstand is beoordeeld; dit is zelfs meerdere malen mogelijk voor verschillende procedurele handelingen, op voorwaarde dat nauwkeurig kan worden vastgesteld voor welke procedures en rechten de verjaringstermijn geldt, en op voorwaarde dat de bij het verzoek overgelegde of in het verzoek vermelde documenten en bewijsstukken het mogelijk maken de betrokken procedurele handeling te verrichten.
Op grond van de wet kan het Centrum de proceskosten voor het krachtens een bijzondere wettelijke regeling vastgestelde bedrag ook achteraf in rekening brengen, indien uit de beoordeling van de voorwaarden voor het recht op rechtsbijstand blijkt dat de verzoeker niet aan die voorwaarden voldoet.
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.
De kosten van gerechtelijke procedures variëren naar gelang van de aard en omvang van de zaak. Gerechtskosten omvatten onder meer de kosten van rechtshulp, de kosten voor de vergoeding van getuigen en voor vertaal- en vertolkingsdiensten, administratiekosten die door publieke instanties in rekening worden gebracht, en aan de staat verschuldigde tenuitvoerleggingskosten. De meeste kosten van gerechtelijke procedures hebben evenwel betrekking op rechtshulp. Als algemene regel draagt elke partij haar eigen kosten. De rechter kan de in het ongelijk gestelde partij echter veroordelen tot het betalen van de kosten van de tegenpartij.
Rechtsbijstand wordt op kosten van de staat verleend aan personen die in een juridische kwestie deskundige hulp nodig hebben, maar de gerechtskosten niet zelf kunnen dragen vanwege hun financiële situatie. Rechtsbijstand omvat juridisch advies, de noodzakelijke maatregelen en vertegenwoordiging in de rechtbank en bij andere instanties, en vrijstelling van gerechtskosten. In het geval van beperkt juridisch advies dat telefonisch of langs elektronische weg aan de aanvrager wordt verleend, kan een inkomenstoets achterwege blijven.
Rechtsbijstand wordt in zaken die onder de Finse jurisdictie vallen, verleend aan personen die woonachtig zijn in Finland of wier woonplaats of gewone verblijfplaats zich in een andere lidstaat van de Europese Unie (EU) of de Europese Economische Ruimte (EER) bevindt. In aanvulling daarop wordt rechtsbijstand verleend als de zaak voor een Fins gerecht wordt gebracht of als er bijzondere redenen zijn om rechtsbijstand te verlenen. In zaken die in het buitenland worden behandeld, dekt de rechtsbijstand het verlenen van algemeen juridisch advies.
Aan bedrijven of rechtspersonen wordt geen rechtsbijstand verleend. Aan een ondernemer kan rechtsbijstand worden verleend in een buitengerechtelijke zakelijke kwestie, maar uitsluitend als daar bijzondere redenen voor zijn.
Rechtsbijstand wordt op aanvraag verleend, kosteloos of met een franchise van de aanvrager, afhankelijk van diens financiële situatie. Die financiële situatie wordt beoordeeld op basis van de bedragen die hem maandelijks ter beschikking staan (zijn beschikbare middelen) en zijn vermogen. Als algemene regel worden de beschikbare middelen berekend op basis van het maandinkomen, noodzakelijke onkosten en alimentatieverplichtingen van de aanvrager en diens echtgeno(o)t(e) of samenwonende partner. Alleen personen wier beschikbare middelen en vermogen een door de regering vastgesteld bedrag niet overschrijden, komen in aanmerking voor rechtsbijstand. Nadere bepalingen omtrent de in aanmerking te nemen inkomensbestanddelen en kosten, de gevolgen van alimentatieverplichtingen voor de berekening van de beschikbare middelen, het in aanmerking nemen van vermogen en de criteria voor het vaststellen van de franchise van de ontvanger van de rechtsbijstand worden door de regering vastgesteld.
Er wordt geen rechtsbijstand verleend als de aanvrager een rechtsbijstandsverzekering heeft die de zaak in kwestie dekt. De rechtbank kan in een zaak die zij in behandeling heeft evenwel besluiten om rechtsbijstand toe te kennen voor kosten die de maximale dekking van de verzekeringspolis overschrijden. Wanneer de aanvrager in aanmerking komt voor rechtsbijstand zonder zelf op grond van zijn financiële situatie te moeten bijbetalen, kan ook rechtsbijstand worden verleend ter dekking van de in de verzekeringspolis vermelde franchise.
Rechtsbijstand kan worden verleend bij zaken die in een rechtbank worden behandeld, maar ook bij buitengerechtelijke juridische kwesties.
Er wordt geen rechtsbijstand verleend indien:
Als regel dekt rechtsbijstand niet de vertegenwoordiging bij:
Ook in deze gevallen evenwel kan een door de overheid aangestelde juridisch adviseur zo nodig juridisch advies verlenen en de vereiste documenten opstellen.
Is de kwestie spoedeisend, dan moet de persoon die de rechtsbijstand aanvraagt, het bureau voor rechtsbijstand (oikeusaputoimisto) daarvan op de hoogte stellen.
Het aanvraagformulier voor rechtsbijstand is te vinden op https://oikeus.fi/oikeusapu/fi/index/asiointi/lomakkeet.html
Het aanvraagformulier voor rechtsbijstand is ook beschikbaar bij het bureau voor rechtsbijstand. Zie voor de contactgegevens van de bureaus voor rechtsbijstand https://oikeus.fi/oikeusapu/fi/index/yhteystiedot.html
U kunt rechtsbijstand ook elektronisch aanvragen via
https://oikeus.fi/oikeusapu/fi/index/asiointi/oikeusavunsahkoinenasiointi.html
In de aanvraag voor rechtsbijstand moet de aanvrager informatie verstrekken over zijn financiële situatie en de kwestie ten aanzien waarvan hij om rechtsbijstand verzoekt, alsmede over zijn rechtsbijstandsverzekering (zie vraag 6 over de aanvraagformulieren voor rechtsbijstand). Op verzoek van het bureau voor rechtsbijstand moet de aanvrager ook opgaaf doen van zijn inkomsten en uitgaven, en van zijn vermogen. Niettegenstaande eventuele vertrouwelijkheidsbepalingen heeft het bureau voor rechtsbijstand het recht zich toegang te verschaffen tot enigerlei informatie die nodig is om te kunnen vaststellen of de aanvrager op basis van diens financiële situatie aanspraak op rechtsbijstand heeft en of de aanvrager over een toepasselijke rechtsbijstandsverzekering beschikt.
Aanvragers kunnen bij ieder bureau voor rechtsbijstand terecht. Zie voor de contactgegevens van de bureaus voor rechtsbijstand https://oikeus.fi/oikeusapu/fi/index/yhteystiedot.html
U kunt rechtsbijstand ook elektronisch aanvragen via
https://oikeus.fi/oikeusapu/fi/index/asiointi/oikeusavunsahkoinenasiointi.html
Of de aanvrager wel of geen rechtsbijstand krijgt, wordt door het bureau voor rechtsbijstand bepaald. Het zal zijn beslissing sturen naar het contactadres dat de aanvrager heeft opgegeven.
De aanvrager (of diens vertegenwoordiger) moet contact opnemen met het bureau voor rechtsbijstand om na te gaan of hij recht heeft op rechtsbijstand.
De rechtsbijstand wordt verleend door juridisch adviseurs in dienst van de overheid. In bepaalde zaken echter die voor de rechter komen, kan voor het verlenen van rechtsbijstand ook een particuliere juridisch adviseur worden aangesteld, als die daarmee instemt. Uitsluitend een advocaat of bevoegd verklaard juridisch adviseur mag als particulier juridisch adviseur worden aangesteld. Wanneer de ontvanger van de rechtsbijstand een bevoegd persoon heeft voorgedragen als zijn juridisch adviseur, dan moet die persoon worden aangesteld tenzij specifieke redenen zich daartegen verzetten. Een juridisch adviseur moet zich tijdens het uitoefenen van zijn taak houden aan de reguliere gedragsregels voor advocaten.
Rechtsbijstand dekt de vergoeding van de juridisch adviseur, geheel of gedeeltelijk, afhankelijk van de beschikbare middelen en spaargelden van de ontvanger. Rechtsbijstand omvat de diensten van een juridisch adviseur voor maximaal 80 uur, tenzij de rechter om specifieke redenen besluit de rechtsbijstand uit te breiden. In buitengerechtelijke juridische kwesties is het plafond van 80 uur absoluut. Rechtsbijstand omvat ook tolk- en vertaalkosten, vergoedingen voor het optreden als getuige in rechtszaken en de kosten van het indienen van de benodigde bewijsstukken, zoals medisch bewijsmateriaal.
Indien de aanvrager over een rechtsbijstandsverzekering beschikt en kosteloze rechtsbijstand heeft gekregen, kan de staat de franchise van de rechtsbijstandsverzekering vergoeden. Om bijzondere redenen kunnen ook kosten worden vergoed die het verzekeringsplafond overschrijden. Het te vergoeden bedrag wordt vermeld in de beslissing inzake rechtsbijstand.
De ontvanger van rechtsbijstand ontvangt van de rechtbank en andere instanties kosteloos de documenten die nodig zijn voor de behandeling van de zaak en kopieën van officiële documenten, de betekening enz., mededelingen in het staatsblad en pogingen tot tenuitvoerlegging.
Een aanvrager die op grond van zijn beschikbare middelen recht heeft op kosteloze rechtsbijstand en die niet wordt geacht een juridisch adviseur nodig te hebben, kan van bovengenoemde kosten worden vrijgesteld.
De staat vergoedt de kosten van de wederpartij niet indien de ontvanger van rechtsbijstand de zaak verliest.
De franchise van de ontvanger van rechtsbijstand in de kosten van de gerechtelijke procedure wordt vastgesteld op basis van zijn financiële situatie. Is de rechtsbijstand verleend door een juridisch adviseur in dienst van de overheid, dan betaalt de ontvanger de franchise aan het bureau voor rechtsbijstand. Is de rechtsbijstand verleend door een particuliere juridisch adviseur, dan betaalt de ontvanger de franchise aan die juridisch adviseur.
Ja. Rechtsbijstand dekt alle noodzakelijke juridische kosten van de aanvrager in verband met de zaak. De franchise van de ontvanger van rechtsbijstand in de kosten van de gerechtelijke procedure wordt vastgesteld op basis van zijn financiële situatie.
Als achteraf blijkt dat niet aan de randvoorwaarden voor het toekennen van rechtsbijstand werd voldaan, of als de omstandigheden zijn veranderd of hebben opgehouden te bestaan, dan kan het bureau voor rechtsbijstand of de rechter de beslissing inzake de rechtsbijstand herzien of besluiten dat de rechtsbijstand moet worden gestaakt. Bij wijziging van de franchise van een ontvanger van rechtsbijstand wordt besloten of die wijziging met terugwerkende kracht moet worden toegepast. Wordt besloten om de rechtsbijstand te stoppen, dan wordt ook bepaald of de ontvanger de rechtsbijstand moet terugbetalen aan de staat en zo ja, in welke mate.
Als de rechtsbijstand niet overeenkomstig de aanvraag wordt toegekend, kan de aanvrager de kwestie van de rechtsbijstand ter beslissing aan de rechter voorleggen. In de toekenningsbeslissing van het bureau voor rechtsbijstand wordt ook vermeld hoe die kwestie ter heroverweging aan de rechter kan worden voorgelegd. De herbeoordeling wordt schriftelijk aangevraagd en verzonden naar het bureau voor rechtsbijstand die de betrokken beslissing heeft genomen. Het bureau voor rechtsbijstand kan zijn beslissing ook zelf wijzigen. Als het bureau voor rechtsbijstand van oordeel is dat er geen wijziging nodig is, legt het het verzoek om heroverweging ter toetsing aan de rechter voor. De rechter kan de beslissing van het bureau voor rechtsbijstand ook wijzigen ten nadele van de aanvrager.
Een aanvraag voor rechtsbijstand heeft tot doel rechtsbijstand te verkrijgen voor een specifieke kwestie. Met een aanvraag voor rechtsbijstand wordt geen zaak bij de rechter aanhangig gemaakt en wordt evenmin de verjaringstermijn geschorst.
Meer informatie
In een strafzaak kan de rechtbank in het kader van het vooronderzoek en de behandeling een pro-Deoadvocaat aanstellen voor de verdachte en een juridisch adviseur en vertrouwenspersoon voor het slachtoffer. Uitsluitend een juridisch adviseur in dienst van de overheid, een advocaat of, in bijzondere gevallen, een bevoegd verklaard juridisch adviseur kunnen worden aangesteld als verdediger of juridisch adviseur van het slachtoffer. De vertrouwenspersoon moet over de juiste kwalificaties beschikken. Wordt de verdachte schuldig bevonden aan de overtreding ten aanzien waarvan hem in het vooronderzoek en de behandeling een verdediger werd toegewezen, dan is hij verplicht de compensatiebedragen die hij uit publieke middelen heeft gekregen, aan de staat terug te betalen. Voldoet de verdachte aan de financiële randvoorwaarden voor rechtsbijstand, dan hoeft hij niet méér terug te betalen dan het daartoe overeenkomstig de rechtsbijstand ter beschikking gestelde bedrag.
Meer informatie over rechtsbijstand is te vinden op: https://oikeus.fi/oikeusapu/fi/index.html
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.
In Zweden zijn aan een gerechtelijke procedure zelf, afgezien van het indieningsrecht, geen kosten verbonden. Het indieningsrecht bedraagt momenteel 2 800 Zweedse kroon (SEK) (ongeveer 265 EUR). Voor zaken waarbij het voorwerp van het geschil een waarde van 24 150 SEK (2 270 EUR) niet te boven gaat, bedraagt het indieningsrecht 900 SEK (85 EUR).
Als u rechtsbijstand krijgt, betaalt de overheid het indieningsrecht.
Voor geschillen in civiele zaken zijn de volgende vormen van rechtshulp beschikbaar:
Beide vormen zijn gereguleerd in de wet op de rechtsbijstand (1996:1619) (rättshjälpslagen).
Advies
Eenieder (natuurlijke personen, verenigingen, ondernemingen enz.) kan voor elke juridische aangelegenheid om advies vragen.
Dit advies kan worden gegeven door een advocaat of assistent-advocaat op een advocatenkantoor. Het advies neemt maximaal twee uur in beslag en kan worden verdeeld over meerdere sessies. Voor het advies wordt een vergoeding in rekening gebracht, die momenteel 1 802,50 SEK (ongeveer 170 EUR) per uur bedraagt. Als de partij die het advies ontvangt, over onvoldoende middelen beschikt, kan het tarief worden gehalveerd. Voor kinderen is het advies doorgaans gratis. Als het tarief wordt verlaagd, betaalt de overheid de rest.
Rechtsbijstand
Rechtsbijstand is alleen beschikbaar voor natuurlijke personen. Ondernemingen, verenigingen en andere rechtspersonen kunnen deze vorm van juridische bijstand dus niet krijgen. Een nalatenschap komt onder bepaalde omstandigheden ook voor rechtsbijstand in aanmerking. Burgers van alle EU-lidstaten hebben met betrekking tot rechtsbijstand dezelfde status als Zweedse burgers.
Rechtsbijstand kan worden toegekend voor de meeste juridische aangelegenheden (zie ook het antwoord op vraag 4).
Om voor rechtsbijstand in aanmerking te komen, moet aan de onderstaande voorwaarden worden voldaan:
Zie de digitale gids op: https://www.domstol.se/amnen/rattshjalp/behover-du-rattshjalp/har-du-ratt-till-rattshjalp/.
Er is eveneens een gids beschikbaar aan de hand waarvan u kunt nagaan of u op basis van uw financiële middelen recht hebt op rechtsbijstand. Zie: https://www.domstol.se/amnen/rattshjalp/behover-du-rattshjalp/rakna-ut-ditt-ekonomiska-underlag/
Advies
Zoals vermeld in het antwoord op vraag 3, kan over alle juridische aangelegenheden advies worden gegeven.
Er kan bijvoorbeeld informatie en advies worden gegeven over het volgende:
Rechtsbijstand
Zoals vermeld in het antwoord op vraag 3, kan er voor de meeste – maar dus niet voor alle – juridische aangelegenheden rechtsbijstand worden toegekend. Er wordt bijvoorbeeld geen rechtsbijstand toegekend voor zaken waarvoor een beroep kan worden gedaan op een pro-Deoadvocaat of openbare rechtsbijstandverlener. Als u slachtoffer bent van een strafbaar feit, kan in bepaalde gevallen kosteloos een raadsman voor de civiele partij (målsägandebiträde) worden toegevoegd (zie de wet op de raadsmannen voor de civiele partij (1988:609)). U wordt onder meer geholpen bij het instellen van een civiele vordering in verband met het gepleegde strafbare feit, bijvoorbeeld bij het vorderen van schadevergoeding. Als u een raadsman voor de civiele partij toegevoegd hebt gekregen, kunt u daarnaast niet ook nog rechtsbijstand krijgen.
Voor sommige zaken wordt alleen rechtsbijstand toegekend als daar speciale redenen voor zijn. Dat zijn bijvoorbeeld zaken die in het buitenland aanhangig moeten worden gemaakt of waarbij de waarde van de vordering in elk geval niet hoger zal zijn dan 24 150 SEK (ongeveer 2 270 EUR).
Er bestaan geen bijzondere procedures voor verzoeken om rechtsbijstand die onmiddellijk moeten worden behandeld. Uit de algemene beginselen van het procesrecht volgt echter dat zaken zo snel mogelijk moeten worden behandeld.
De nationale raad voor de rechtspraak (Domstolsverket) heeft een eenvoudig formulier voor het indienen van een verzoek om rechtsbijstand met invulinstructies opgesteld. Het formulier is zowel bij de autoriteit voor rechtsbijstand (Rättshjälpsmyndigheten) als bij de gerechten verkrijgbaar.
Zoals vermeld in het antwoord op vraag 6 is bij de nationale raad voor de rechtspraak onder andere het eenvoudige formulier voor het indienen van een verzoek om rechtsbijstand verkrijgbaar, dat ook invulinstructies bevat. Neem voor aanvullende informatie contact op met de nationale raad voor de rechtspraak.
Een verzoek om rechtsbijstand moet onder andere informatie bevatten over de zaak waarop het verzoek betrekking heeft, of deze mogelijk in het buitenland aanhangig moet worden gemaakt, of er advies over is verstrekt en of u beschikt(e) over een rechtsbijstandsverzekering die dekking biedt voor de zaak, alsook informatie over uw financiële en andere omstandigheden.
Hoewel geen andere documenten hoeven te worden bijgesloten, kan het dienstig zijn om alle documenten bij te voegen waarmee de verstrekte informatie wordt onderbouwd.
Het verzoek om rechtsbijstand moet worden ingediend bij de (gerechtelijke) instantie die bevoegd is voor de beoordeling ervan.
Wanneer er een zaak in verband met de civiele zaak in kwestie aanhangig is voor een bepaald gerecht, is dat gerecht bevoegd voor de beoordeling van het verzoek om rechtsbijstand. Zolang de zaak niet aanhangig is, beslist de Zweedse autoriteit voor rechtsbijstand over het al dan niet toekennen van rechtsbijstand.
De instantie (Zweedse autoriteit voor rechtsbijstand c.q. het bevoegde gerecht) die uw verzoek om rechtsbijstand beoordeelt, stelt u schriftelijk in kennis van haar beslissing.
Tegelijk met de toekenning van rechtsbijstand wordt ook een raadsman toegevoegd. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met deze raadsman.
Een advocaat, assistent-advocaat alsook iedere andere geschikte persoon kan als raadsman worden toegevoegd. Als u zelf een geschikte persoon voorstelt, wordt die in beginsel toegevoegd, tenzij dit tot een significante stijging van de kosten zou leiden of er andere bijzondere redenen zijn om die persoon niet toe te voegen.
Wanneer rechtsbijstand wordt toegekend, draagt de overheid de volgende kosten:
Kosten die niet onder rechtsbijstand vallen, moet u zelf dragen. Als u door de rechter in het gelijk wordt gesteld, kunt u deze kosten mogelijk op de tegenpartij verhalen.
Als u rechtsbijstand krijgt toegekend, wordt een eigen bijdrage gevraagd. Die bestaat uit een percentage van de kosten van de toegevoegde raadsman. Het eigenbijdragesysteem kent zes niveaus, afhankelijk van uw inkomen. De niveaus worden uitgedrukt in vaste inkomensgroepen (in SEK). De percentages voor de verschillende inkomensgroepen lopen uiteen van 2 % tot 40 %. De inkomensgroep waarin u wordt ingedeeld, en dus de hoogte van de eigen bijdrage, is afhankelijk van uw financiële middelen. Deze worden berekend op basis van uw jaarinkomen, de personen te uwen laste en uw financieel vermogen. U betaalt zelf de eigen bijdrage aan de toegevoegde raadsman, naargelang de kosten die deze maakt.
Als u rechtsbijstand krijgt toegekend, komt u in aanmerking voor alle tegemoetkomingen die daaronder vallen (zie het antwoord op vraag 12). Bijgevolg is het niet mogelijk om rechtsbijstand te vragen voor slechts een deel van de kosten.
Wel is het mogelijk om naast de tegemoetkomingen uit hoofde van rechtsbijstand aanvullende financiële ondersteuning te krijgen voor bepaalde kosten die u in verband met het proces hebt moeten maken, zoals de kosten van vervoer naar de rechtbank en van het dagvaarden van getuigen. Als u als partij in een zaak bent opgeroepen om voor de rechter te verschijnen, kunt u bijgevolg uw reis- en verblijfkosten door de overheid vergoed krijgen als dit passend wordt geacht (zie hoofdstuk 11, artikel 6, van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering). Wanneer dit gezien uw financiële situatie passend is, kan de overheid ook de vergoeding van getuigen voor noodzakelijke reis- en verblijfkosten en verlet betalen (zie hoofdstuk 36, artikel 24, van het wetboek van rechtsvordering). Rechtspersonen komen niet in aanmerking voor een vergoeding van reis- en verblijfkosten in verband met een oproeping.
Ja. Houd er wel rekening mee dat alleen de eerste honderd uur dat de toegevoegde raadsman voor u werkt, in aanmerking komen voor vergoeding van overheidswege. Als het maximum van honderd uur al tijdens de procedure in eerste aanleg wordt bereikt, zult u de kosten van de raadsman in procedures in hogere aanleg zelf moeten betalen.
De rechtsbijstand houdt vanzelf op, wanneer de zaak in kwestie als gesloten wordt beschouwd. De rechtsbijstand eindigt in de regel ook zodra de toegevoegde raadsman honderd uur aan uw zaak heeft gewerkt. De rechter kan echter beslissen dat de rechtsbijstand wordt voortgezet.
In bepaalde gevallen wordt de rechtsbijstand al eerder beëindigd. Bijvoorbeeld als u de eigen bijdrage niet betaalt, of als u onjuiste informatie hebt doorgegeven en de rechtsbijstand niet toegekend zou zijn als dit bij de toekenning bekend zou zijn geweest. De rechtsbijstand wordt ook voortijdig beëindigd als uw toegevoegde raadsman bijvoorbeeld honderd uur aan uw zaak heeft gewerkt en er door de rechter geen beslissing tot voortzetting van de rechtsbijstand is gegeven.
Ja, dat is zo. Een beslissing tot afwijzing van een verzoek om rechtsbijstand is vatbaar voor beroep. Wanneer de beslissing is gegeven door een rechter, kan daartegen op dezelfde wijze beroep worden aangetekend als tegen elke andere beslissing. In de schriftelijke kennisgeving van de beslissing staat ook vermeld hoe u tegen de beslissing beroep kunt instellen. Wanneer de beslissing is gegeven door de Zweedse autoriteit voor rechtsbijstand, is de raad voor rechtsbijstand (Rättshjälpsnämnden) de aangewezen beroepsinstantie.
Overige informatie
Voor aanvullende informatie over het Zweedse systeem van rechtsbijstand en het aanvragen van formulieren voor het indienen van een verzoek om rechtsbijstand kunt u contact opnemen met de nationale raad voor de rechtspraak, op het volgende adres:
Nationale raad voor de rechtspraak
SE-551 81 JÖNKÖPING, Zweden
https://www.domstol.se/amnen/rattshjalp/
Tel.: +46 36155300
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.
De kosten hangen af van de precieze aard van de zaak. Advocaten maken kosten in uitdrukkelijke opdracht van hun cliënten; onder deze kosten kunnen het honorarium van de advocaat zelf vallen, en ook kosten als griffierechten en vergoedingen voor adviezen van deskundigen. Als cliënten in het gelijk worden gesteld, kunnen zij deze kosten soms gedeeltelijk of volledig verhalen op de in het ongelijk gestelde partij, maar als zij verliezen of als de in het ongelijk gestelde partij niet in staat is te betalen, moeten zij uiteindelijk zelf de kosten van hun eigen advocaat dragen. Aan het einde van een procedure bepaalt het gerecht, met inachtneming van alle omstandigheden van het geval, wie de kosten moet dragen. Hoewel de in het ongelijk gestelde partij in het algemeen veroordeeld wordt tot betaling van de kosten van de in het gelijk gestelde partij, zijn er veel uitzonderingen op dit principe.
De verschillende soorten bijstand in civielrechtelijke kwesties zijn:
Legal Representation (vertegenwoordiging in rechte) omvat de vertegenwoordiging van een partij in een procedure of van iemand die overweegt een procedure aanhangig te maken. Bij spoedeisende familiezaken en andere zaken die door de overheid kunnen worden gefinancierd, gaat het in de meeste gevallen om deze vorm van rechtsbijstand. Deze bijstand is in twee vormen beschikbaar: hulp bij onderzoek naar de slaagkansen van de actie (Investigative Help) en procesvertegenwoordiging (Full Representation).
Financiering van het Legal Aid Agency (LAA) is alleen beschikbaar voor natuurlijke personen met een juridisch probleem dat voor rechtsbijstand in aanmerking komt. Er zijn geen voorwaarden met betrekking tot nationaliteit of woonplaats.
Aanvragers moeten doorgaans ook:
Onderzoek naar de financiële draagkracht
Om te beoordelen of iemand voor rechtsbijstand in aanmerking komt, bekijkt het LAA de financiële situatie van die persoon. Zowel voor rechtshulp als voor vertegenwoordiging in rechte wordt in het onderzoek naar de financiële draagkracht onder meer gekeken naar het brutomaandinkomen, het beschikbaar maandinkomen en het beschikbare vermogen.
Personen die bepaalde inkomensgerelateerde uitkeringen ontvangen die “passporting benefits” worden genoemd, voldoen automatisch aan de inkomensvoorwaarden, maar hun vermogen moet wel worden beoordeeld.
Passporting benefits zijn onder meer:
Als u van de National Asylum Support Service (NASS) financiële steun ontvangt op grond van sectie 4 of sectie 95 van de immigratie- en asielwet (Immigration and Asylum Act 1999), krijgt u alleen voor zaken in verband met gecontroleerde arbeidsimmigratie en asiel en beroepen bij het Upper Tribunal een “passported” status voor zowel inkomen als vermogen.
Voor sommige typen zaken wordt er geen onderzoek naar de financiële draagkracht verricht, waaronder:
Onderzoek op grond van inhoudelijke criteria
Verzoeken om rechtsbijstand worden ook onderworpen aan een onderzoek op grond van inhoudelijke criteria om te beoordelen of het, in de omstandigheden van de zaak, redelijk is dat iemand rechtsbijstand krijgt toegekend.
De Director of Legal Aid Casework (DLAC) beoordeelt daarbij onder meer:
De rechtsterreinen waarvoor rechtsbijstand beschikbaar is, worden beschreven in deel 1 van Schedule 1 van de Legal Aid, Sentencing and Punishment of Offenders Act 2012.
Het betreft onder meer:
Op andere terreinen komt u mogelijk in aanmerking voor rechtsbijstand als is voldaan aan de criteria voor “Exceptional Case Funding” (financiering van uitzonderlijke zaken), zoals beschreven in sectie 10 van de Legal Aid, Sentencing and Punishment of Offenders Act 2012.
Er is noodhulp beschikbaar voor spoedeisende vertegenwoordiging in rechte, bijvoorbeeld om personen en/of hun kinderen te beschermen tegen huiselijk geweld.
Voor private familierechtzaken waarbij er sprake is van huiselijk geweld, wordt doorgaans van u gevraagd om te bewijzen dat u of uw kinderen het risico liepen om door een ex-partner schade te worden toegebracht.
U kunt om bewijs vragen bij:
Juridisch adviseurs met een Legal Aid-contract kunnen spoedeisende wettelijke vertegenwoordiging aanvragen wanneer onmiddellijke actie geboden is. Voor alle lopende werkzaamheden moet nog altijd op de normale manier om rechtsbijstand worden verzocht.
Alle juridisch adviseurs, met of zonder Legal Aid-contract, zijn verplicht hun cliënten te informeren over de mogelijkheden om rechtsbijstand te krijgen en moeten hun de optie geven om naar een rechtsbijstandverlener te gaan.
Civiele rechtshulpdiensten kunnen worden verleend door de telefonische adviesdienst Civil Legal Advice (CLA), advocaten (solicitors en barristers), of organisaties zonder winstoogmerk met een Legal Aid Agency-contract op het betreffende rechtsterrein. Rechtsbijstandsadviseurs zijn online te vinden via “Find a Solicitor – The Law Society”.
Cliënten kunnen ook worden verwezen naar de telefonische adviesdienst CLA om in beeld te brengen waar hun zaak precies over gaat en of die voor financiering in aanmerking komt.
U moet de volgende gegevens verstrekken, zowel over uzelf als over uw partner (indien van toepassing):
U hebt bovendien kopieën nodig van bewijsmateriaal voor uw zaak, bv.:
Verzoeken worden namens een persoon ingediend door advocaten die een Legal Aid-contract hebben met het LAA. Zie hierboven voor de wijze waarop u een advocaat kunt vinden.
Uw advocaat zal u vertellen of uw verzoek om rechtsbijstand is aanvaard en of u een bijdrage moet betalen.
U krijgt daarover advies van uw advocaat.
Dat doet u zelf (zie boven), maar u moet een advocaat kiezen die een contract heeft met het LAA.
Als financiering is toegekend, zijn alle kosten van uw advocaat gedekt, inclusief onkosten zoals griffierechten. Afhankelijk van uw draagkracht kan van u betaling van een vaste maandelijkse bijdrage gevraagd worden.
Zie hierboven.
Als u een voor rechtsbijstand in aanmerking komende zaak die niet werd gefinancierd door het LAA, verliest, kunt u een verzoek indienen voor financiering van uw beroep bij een hoger gerecht. U moet niettemin aan de criteria van financiële draagkracht en de inhoudelijke criteria voldoen.
Als uw zaak door het LAA werd gefinancierd, kunt u een verzoek indienen tot aanpassing van uw financieringscertificaat, zodat daar ook een beroep onder valt. Het LAA zal op dat moment verifiëren of uw zaak nog altijd aan de criteria van financiële draagkracht en de inhoudelijke criteria voldoet.
Als uw inkomen en/of vermogen stijgt in de periode dat u financiering voor Legal Representation ontvangt, moet u dit onmiddellijk melden bij het LAA. Mogelijk zal uw draagkracht opnieuw worden onderzocht. Als uw inkomen daalt, kunt u om een nieuw onderzoek naar uw draagkracht verzoeken en kan uw eigen bijdrage worden verlaagd. Als u bijvoorbeeld geld krijgt, omdat u geld erft, uw woning verkoopt of de loterij wint, terwijl uw zaak door het LAA wordt gefinancierd, kan van u worden gevraagd deze financiering gedeeltelijk of volledig van dat geld terug te betalen.
Als financiering wordt toegekend, kan die beperkt worden tot bepaalde werkzaamheden, bijvoorbeeld het verkrijgen van een advies van een barrister (advocaat bij hogere gerechten) over uw zaak, en kan er een maximumbedrag worden vastgesteld. U dient via uw advocaat een verzoek in als u meer werkzaamheden onder de financiering wilt laten vallen of als u het maximumbedrag voor de werkzaamheden van uw advocaat wilt laten verhogen.
Het LAA kan de financiering intrekken als het niet langer redelijk is dat u die ontvangt, bijvoorbeeld als u een redelijk aanbod voor een schikking afwijst of als duidelijk wordt dat uw kans om de zaak te winnen kleiner is dan verwacht. Dit gebeurt om ervoor te zorgen dat er geen overheidsgeld wordt verspild in een situatie waarin een cliënt die met eigen middelen betaalt, de zaak waarschijnlijk niet zou doorzetten. Als het LAA overweegt uw financiering in te trekken, geeft zij u eerst de kans om argumenten aan te voeren waarom zij dat niet zou moeten doen. Als zij vervolgens besluit de financiering in te trekken, hebt u het recht om beroep in stellen bij een onafhankelijke commissie van advocaten. Als de financiering wordt ingetrokken, worden de reeds door uw advocaten gemaakte kosten vergoed.
Wettelijk verschuldigde kosten
Er kan ook van u worden gevraagd om uw kosten gedeeltelijk of geheel terug te betalen, als het proces ertoe leidt dat uw financiële situatie verbetert. Aan het einde van een zaak is het LAA verplicht zijn kosten voor zover mogelijk te verhalen. Het agentschap neemt eerst de eventueel door u betaalde bijdragen in aanmerking en de eventueel op uw tegenpartij verhaalde kosten. Een eventueel resterend tekort verhaalt het agentschap vervolgens op vermogen of geld dat in de loop van de procedure is ontvangen of gereserveerd. Een cliënt die met eigen middelen betaalt, zou alle uitstaande kosten op deze wijze moeten betalen en redelijkerwijs moet een gefinancierde cliënt hetzelfde doen als hij/zij daarvoor de middelen heeft. Als het vermogen in kwestie echter uw woning is (of geld dat opzij is gezet om een woning te kopen), kunt u de betaling opschorten, totdat de woning is verkocht, mits u instemt met de betaling van rente voor de tussenliggende periode.
Een advocaat of adviseur met een Legal Aid-contract kan weigeren om voor u te werken. In zijn/haar contract staat onder welke omstandigheden hij/zij kan weigeren, bv. als er een belangenconflict is of als hij/zij niet bevoegd is. Hij/zij moet u vertellen waarom hij/zij de zaak niet op zich neemt, maar er is geen beroepsmogelijkheid tegen dit besluit.
Als uw verzoek wordt geweigerd om inhoudelijke redenen, zal het LAA u over zijn besluit informeren en de redenen voor dit besluit aangeven. U kunt dan binnen twee weken beroep instellen. Het beroep wordt eerst intern behandeld. Als het LAA, na zich over het beroep te hebben gebogen, van oordeel is dat aan de criteria voor rechtsbijstand is voldaan, en het besluit herroept, wordt het verzoek/de aanpassing toegewezen en wordt een rechtsbijstandscertificaat/aangepast certificaat afgegeven.
Als het LAA oordeelt dat niet aan de criteria voor rechtsbijstand is voldaan, en het besluit handhaaft, zal het u en uw advocaat informeren over de reden daarvan en wordt u tegelijkertijd geïnformeerd of u recht hebt om verder beroep aan te tekenen bij een onafhankelijke financieringsarbiter (Independent Funding Adjudicator, IFA).
Als het beroep wordt doorverwezen naar een IFA, zal deze tot een besluit/aanbeveling komen op basis van de informatie die is verstrekt ter ondersteuning van het beroep en de bestaande regelgeving voor rechtsbijstand. De IFA kan zo nodig contact met u opnemen.
Meer informatie
Meer informatie over Legal Aid is te vinden op de website gov.uk.
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.
De kosten hangen af van de aard van de zaak. Deze kosten kunnen het honorarium van de namens de ontvanger van rechtsbijstand optredende advocaat omvatten, alsmede andere uitgaven zoals gerechtskosten en kosten van deskundigen.
Aan het einde van het geding beslist het gerecht welke partij de kosten moet dragen. In het algemeen wordt de in het ongelijk gestelde partij verwezen in de kosten van de in het gelijk gestelde partij, hoewel er op dit beginsel veel uitzonderingen bestaan. Als de ontvanger van rechtsbijstand in het ongelijk wordt gesteld of als de in de kosten verwezen tegenpartij deze kosten niet betaalt, zal de ontvanger van rechtsbijstand zijn eigen kosten moeten dragen.
Dankzij door de overheid gefinancierde rechtsbijstand (Legal Aid) kunnen personen hun rechten uitoefenen of verdedigen of hun verdediging betalen, wanneer zij zich dit anders niet zouden kunnen veroorloven. De rechtsbijstand in Schotland wordt geregeld door de Scottish Legal Aid Board (SLAB, Schotse raad voor rechtsbijstand), een niet‑departementaal overheidsorgaan dat wordt gefinancierd door de Schotse overheid.
Er zijn drie soorten rechtsbijstand:
Om in aanmerking te komen voor civiele rechtshulp gelden er vaste, transparante criteria, waaraan aanvragen verplicht worden getoetst. De eerste twee toetsen betreffen de juridische inhoud van de aanvraag. Aangetoond moet worden dat er een rechtsgrondslag is voor de zaak waarvoor rechtsbijstand wordt aangevraagd (dit wordt een “probable cause” genoemd, ofwel een gerede aanleiding), en dat het redelijk is om overheidsmiddelen aan te wenden om de zaak te ondersteunen. De derde toets betreft de financiële omstandigheden van de aanvrager.
Een advocaat kan advies en hulp verstrekken, als hij of zij ervan overtuigd is dat de verzoeker gezien zijn financiële draagkracht in aanmerking komt voor rechtsbijstand en de aangelegenheid waarover advies wordt ingewonnen, onder het Schotse recht valt. Een advocaat kan advies en hulp verstrekken tot een bepaald bedrag. Voor rechtsbijstand boven dit drempelbedrag en voor procesvertegenwoordiging is de voorafgaande toestemming van de SLAB vereist.
Om een verzoek om rechtsbijstand te kunnen indienen op grond van de Legal Aid (Scotland) Act 1986 hoeft men niet in Schotland te wonen. Advies en bijstand zijn beschikbaar voor aangelegenheden die onder het Schotse recht vallen (met inbegrip van het Britse recht dat in Schotland van toepassing is). Daarnaast is er rechtsbijstand beschikbaar voor procedures bij Schotse rechtbanken.
Zie vraag 2 hierboven.
Civielrechtelijk advies en civielrechtelijke hulp zijn beschikbaar voor aangelegenheden die betrekking hebben op de toepassing van het Schotse recht.
ABWOR is beschikbaar voor civielrechtelijke procedures bij een aantal gerechten die bij wet zijn aangewezen. Het gaat onder meer om de Immigration Appeal Tribunals (gerechten voor beroepszaken in immigratiekwesties) en de Employment Tribunals (arbeidsrechtbanken).
Civielrechtelijke rechtsbijstand is beschikbaar voor civielrechtelijke procedures bij een aantal andere gerechten die bij wet zijn aangewezen. Het gaat onder meer om het Sheriff Court (de districtsrechtbank) en het Court of Session (het civiel hooggerechtshof), d.w.z. de belangrijkste civielrechtelijke gerechten in Schotland. Rechtsbijstand is ook beschikbaar voor procedures voor een aantal gerechten, zoals de Social Security Commissioners (gerechten voor sociale zekerheid) en de Employment Appeal Tribunals (gerechten voor beroepszaken in arbeidskwesties).
Civielrechtelijke rechtsbijstand kan niet worden verstrekt voor procedures die geheel of gedeeltelijk betrekking hebben op smaad; procedures in verband met een geschil over de geldigheid van verkiezingen op basis van een petitie; vereenvoudigde echtscheidingsverzoeken voor het Court of Session of voor het Sheriff Court; en petities van een schuldenaar in verband met de sekwestratie van zijn boedel. Rechtsbijstand is ook niet beschikbaar voor procedures inzake geringe vorderingen (d.w.z. voor zaken met een waarde van minder dan 3 000 GBP, tenzij de vordering lichamelijk letsel betreft).
Uw advocaat kan u hier wellicht over adviseren in het kader van advies en hulp.
In afwachting van een beslissing van de SLAB over een verzoek om rechtsbijstand, kan een advocaat in bijzonder dringende gevallen bepaalde maatregelen treffen ter bescherming van de positie van de verzoeker.
De SLAB behandelt alleen verzoeken die worden ingediend door een namens de verzoeker optredende advocaat.
Uw advocaat zal u meedelen welke documenten er moeten worden ingediend met het oog op de beoordeling van uw financiële draagkracht en de ‘merites’ van uw zaak.
De SLAB behandelt alleen verzoeken die worden ingediend door een namens de verzoeker optredende advocaat. Rechtstreeks door de verzoeker ingediende verzoeken zijn niet-ontvankelijk.
Lukt het u niet een advocaat te vinden om u te vertegenwoordigen, dan kunt u gebruikmaken van de tool “Find a Solicitor” op de website van de Law Society of Scotland. Deze tool heeft als optie om te zoeken naar een advocaat die is geregistreerd voor het verlenen van rechtsbijstand. U kunt de Law Society ook bellen op 0131 226 7411.
Uw advocaat zal u meedelen of u al dan niet in aanmerking komt voor advies en hulp op basis van Legal Aid.
Voor rechtsbijstand zal uw advocaat namens u een verzoek indienen en zal de SLAB u beiden een brief sturen, zodra uw verzoek om civielrechtelijke rechtsbijstand is beoordeeld. De SLAB heeft op zijn website ook een aantal “Eligibility estimators” (tools om uit te vinden of u in aanmerking komt voor rechtsbijstand) om u te helpen inzicht te krijgen waar u misschien recht op hebt.
Uw advocaat zal u meedelen wat u moet doen.
Voordat u advies, hulp of rechtsbijstand aanvraagt, moet u een advocaat raadplegen.
Lukt het u niet een advocaat te vinden om u te vertegenwoordigen, dan kunt u gebruikmaken van de tool “Find a Solicitor” op de website van de Law Society of Scotland. Deze tool heeft als optie om te zoeken naar een advocaat die is geregistreerd voor het verlenen van rechtsbijstand. U kunt de Law Society ook bellen op 0131 226 7411.
De SLAB kan u ook informatie geven over de dichtstbijzijnde advocaten die hulp verlenen op basis van rechtsbijstand, of andere adviseurs die door de SLAB worden gefinancierd. Voor civiele zaken kunt u op zaaktype zoeken. Een kantoor dat is geregistreerd voor rechtsbijstandswerk, is evenwel niet verplicht om een cliënt zijn diensten aan te bieden, noch om een zaak in behandeling te nemen op basis van rechtsbijstand.
Zie vraag 1 hierboven.
Rechtsbijstand dekt alleen het honorarium van uw eigen advocaat en andere uitgaven in verband met uw zaak, zoals gerechtskosten en kosten van deskundigen. Rechtsbijstand dekt niet de kosten van de tegenpartij.
Als u in aanmerking komt voor rechtsbijstand, kan van u een bijdrage in de kosten van de zaak worden gevraagd. De hoogte van de eigen bijdrage is afhankelijk van uw financiële situatie.
Als u recht hebt op een beperkte toewijzing van rechtsbijstand, zult u de rest van de kosten van de zaak zelf moeten dragen. Als u zelf een bijdrage moet betalen, is het bedrag afhankelijk van uw beschikbare inkomen, spaargeld en vermogen. De SLAB beoordeelt uw inkomen vanaf de datum van het verzoek en uw vermogen (spaargeld en waardevolle goederen die u bezit) gedurende de looptijd van de zaak.
Het aanvankelijke certificaat waaruit blijkt dat u voor rechtsbijstand in aanmerking komt, geldt niet voor het beroep dat u eventueel instelt tegen de gegeven beslissing. Er moet een nieuw verzoek om rechtsbijstand worden ingediend en de SLAB moet ervan overtuigd zijn dat is voldaan aan de verplichte criteria met betrekking tot het beroep.
De SLAB kan de rechtsbijstand om verscheidene redenen opschorten, bijvoorbeeld wanneer een advocaat niet reageert op een verzoek om aanvullende informatie, en doet dit soms ook daadwerkelijk. Krachtens de bij wet vastgestelde criteria om voor rechtsbijstand in aanmerking te komen, moet de SLAB de financiële situatie van een ontvanger voortdurend evalueren en nagaan of het nog altijd redelijk is om rechtsbijstand te verstrekken. Een aspect van de redelijkheidstoets is dat van iemand die rechtsbijstand ontvangt, wordt verwacht dat hij of zij zich aan de beslissingen van de rechtbank houdt.
De rechtsbijstand kan ook worden stopgezet als de ontvanger van rechtsbijstand onjuiste informatie heeft verstrekt of essentiële informatie heeft achtergehouden. In dergelijke gevallen kan de SLAB ook de reeds betaalde rechtsbijstand trachten terug te vorderen.
Als aan iemand rechtsbijstand geweigerd is, zal de SLAB de reden(en) voor de weigering hebben gegeven. U kunt verzoeken om herziening van de zaak, in het bijzonder wanneer de omstandigheden zijn veranderd. U kunt uw zaak met de SLAB bespreken per e-mail (general@slab.org.uk) of telefonisch. Het algemene telefoonnummer (0131 226 7061) is bereikbaar van maandag tot en met vrijdag, tussen 8.30 en 17.00 uur.
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.