Kosten

Belgien

Op deze pagina vindt u informatie over de gerechtskosten in België.

Inhalt bereitgestellt von
Belgien

Voor een grondiger analyse van de proceskosten, zie:

Familierecht - Echtscheiding

Familierecht - Gezagsrecht over kinderen

Familierecht - Alimentatie

Handelsrecht - Overeenkomstenrecht

Handelsrecht - Aansprakelijkheidsrecht

Regelgeving inzake vergoedingen voor beoefenaars van juridische beroepen

Gerechtsdeurwaarders

In civiele zaken

De erelonen van gerechtsdeurwaarders in burgerlijke en handelszaken zijn geregeld in een koninklijk besluit van 30 november 1976. Sedert 1 januari 2012 is de gerechtsdeurwaarder in België onderworpen aan de btw-wetgeving. Behoudens de wettelijk voorziene uitzonderingen zal hij dan ook btw moeten aanrekenen op zijn erelonen en kosten.

Wetteksten en tarieven zijn beschikbaar op de website van de Nationale Kamer van Gerechtsdeurwaarders van België of op de Portaalsite van de Rechterlijke Macht van België (rubriek "Wetgeving").

In strafzaken

De erelonen van gerechtsdeurwaarders in strafzaken zijn geregeld in een koninklijk besluit van 23 augustus 2015. Sedert 1 januari 2012 is de gerechtsdeurwaarder in België onderworpen aan de btw-wetgeving. Behoudens de wettelijk voorziene uitzonderingen zal hij dan ook btw moeten aanrekenen op zijn erelonen en kosten.

Wetteksten en tarieven zijn beschikbaar op de website van de Nationale Kamer van Gerechtsdeurwaarders van België of de Portaalsite van de Rechterlijke Macht van België (rubriek "Wetgeving").

Advocaten

Er bestaat geen regeling voor de erelonen van advocaten. Advocaten stellen hun erelonen vrijelijk vast en kunnen daarover onderhandelen met hun cliënten. Erelonen moeten wel met een billijke gematigdheid worden vastgesteld. De Raad van de Orde van Advocaten kan nagaan of advocaten deze grenzen niet hebben overschreden.

Er zijn meerdere berekeningswijzen mogelijk: een vergoeding per uur, een vergoeding per prestatie, een vergoeding afhankelijk van de waarde van de zaak (percentage van de waarde van het geschil), enz. Een beding omtrent erelonen dat uitsluitend verbonden is aan de uitslag van het geschil, is krachtens artikel 446 ter van het Gerechtelijk Wetboek verboden (“pactum de quota litis"). Advocaten moeten hun cliënten voorafgaandelijk op de hoogte brengen van de wijze waarop zij hun erelonen berekenen. Erelonen van advocaten zijn in België niet onderworpen aan btw.

Vaste kosten

Vaste kosten bij civiele procedures

Vaste kosten voor partijen bij civiele procedures

In België zijn de gerechtskosten vast. De kosten variëren naar gelang van de rechterlijke instantie waarbij de procedure is ingeleid en afhankelijk van de fase van het proces (procedure in eerste aanleg of beroepsprocedure).

De kosten van de gerechtelijke procedure worden aangeduid als "kosten" en worden geregeld in de artikelen 1017 en volgende van het Gerechtelijk Wetboek. Artikel 1018 van het Gerechtelijke Wetboek bevat een gedetailleerd overzicht van de kosten. De kosten omvatten:

  • de diverse, griffie- en registratierechten. De griffierechten omvatten de rolrechten, de opstelrechten en de uitgifterechten en worden geregeld in de artikelen 268 en volgende van het Wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierechten;
  • de prijs en de emolumenten en lonen van de gerechtelijke akten;
  • de prijs van de uitgifte van het vonnis;
  • de uitgaven betreffende alle onderzoeksmaatregelen, onder meer het getuigen- en deskundigengeld. Wat de getuigen betreft, worden in een koninklijk besluit van 27 juli 1972 het getuigengeld en de teruggave van voorschotten geregeld;
  • de reis- en verblijfkosten van de magistraten, de griffiers en van de partijen, wanneer hun reis door de rechter bevolen is, en de kosten van de akten, wanneer deze uitsluitend met het oog op het geding opgemaakt zijn;
  • de in artikel 1022 van het Gerechtelijke Wetboek bedoelde rechtsplegingsvergoeding;
  • het ereloon, de emolumenten en de kosten van de bemiddelaar die aangewezen is overeenkomstig artikel 1734 van het Gerechtelijke Wetboek.

Overeenkomstig artikel 1019 omvatten de registratierechten die worden gerekend tot de kosten het volgende:

  • het algemeen vast recht,
  • de specifieke vaste rechten, en
  • de rechten verschuldigd op de vonnissen die veroordeling, vereffening of toewijzing van sommen of roerende waarden inhouden.

Behalve wanneer staten bij verdrag hebben bedongen dat hun onderdanen ontslagen zijn van borgstelling ter voldoening aan het vonnis en behalve in bepaalde uitzonderingsgevallen, zijn vreemdelingen als hoofdeiser of tussenkomende partij gehouden, indien de Belgische verweerder het vordert, een borg te stellen voor de betaling van de uit het geding voortvloeiende kosten en schadevergoedingen waarin zij kunnen worden verwezen. Dat is vastgesteld in artikel 851 van het Gerechtelijk Wetboek.

Er moet in voorkomend geval ook rekening worden gehouden met de kosten voor gerechtsdeurwaarders, advocaten (zie hierboven), vertalers en tolken (zie hieronder).

Fase van de civiele procedure waarin vaste kosten moeten worden voldaan

Een aantal kosten moet worden voldaan voordat de vordering wordt ingesteld. Dat is het geval voor de griffierechten die worden betaald op het ogenblik dat de zaak op de rol wordt ingeschreven.

De kosten die tijdens de procedure ontstaan, moeten in de regel tijdens de procedure worden betaald.

Voor bepaalde kosten moet een voorschot worden betaald. Zo worden deskundigen betaald bij wege van voorschot dat wordt gestort door de partij die de instructiemaatregel heeft gevraagd. De partij die vraagt dat een getuige zal worden gehoord, moet krachtens artikel 953 vóór dat verhoor een voorschot ten belope van het getuigengeld en van de terugbetaling der kosten (reiskosten, enz.) aan de griffier in consignatie geven.

De gerechtskosten worden soms voorgeschoten door de advocaat en deze neemt ze dan op in zijn staat van kosten en erelonen.

Vaste kosten bij strafrechtelijke procedures

Vaste kosten voor alle partijen bij strafrechtelijke procedures

De regeling voor vaste kosten in strafrechtelijke procedures is opgenomen in de artikelen 91 en volgende van een koninklijk besluit van 28 december 1950.

Wanneer het slachtoffer, bij toepassing van artikel 66 Wetboek van strafvordering, klacht indient in handen van de onderzoeksrechter, met stelling van burgerlijke partij, zal de onderzoeksrechter aan het slachtoffer vragen een bedrag in geld te consigneren ter griffie van de rechtbank van eerste aanleg (dit is de waarborg). Wanneer de klacht ontvankelijk en geldig wordt verklaard, zal het slachtoffer deze waarborg terugkrijgen.

Fase van de strafrechtelijke procedure waarin vaste kosten moeten worden voldaan

De regeling voor vaste kosten in strafrechtelijke procedures is opgenomen in de artikelen 91 en volgende van een koninklijk besluit van 28 december 1950.

Wanneer de onderzoeksrechter meent dat een verhoging van de waarborg verantwoord blijkt, zal hij daartoe een uitnodiging versturen aan het slachtoffer om die waarborg te voldaan.

Gerechtskosten bij grondwettelijke procedures

Vaste kosten voor partijen bij grondwettelijke procedures

De enige kosten voor de partijen bij een grondwettelijke procedure zijn de kosten voor toezending van een aangetekende brief.

Informatie die wettelijke vertegenwoordigers (advocaten) vooraf moeten verstrekken

Informatie over de rechten en verplichtingen van de partijen

Volgens hun beroepsregels moeten advocaten hun cliënten informatie en advies verstrekken. Dit houdt in dat de advocaten hun cliënten inlichtingen verstrekken over hun rechten en verplichtingen.

Advocaten moeten hun cliënten onder andere informatie verstrekken over de wijze waarop zij hun erelonen berekenen.

Informatie over gerechtskosten

Waar kan ik informatie vinden over gerechtskosten in België?

Informatie over dat onderwerp is beschikbaar op de website van de FOD Justitie, op de website van de Commissie voor de Modernisering van de Rechterlijke Orde (rubriek "Juridische info") of op de websites van de verschillende juridische beroepen.

Dergelijke informatie kunt u ook vinden in de betrokken wetteksten of bij de griffier of een advocaat.

In welke talen kan ik informatie krijgen over de gerechtskosten in België?

Deze informatie is beschikbaar in het Nederlands en het Frans.

Waar kan ik informatie vinden over bemiddeling/mediation?

Informatie over bemiddeling/mediation is beschikbaar op de website van de FOD Justitie (rubriek publicaties) en op de website van de Federale Bemiddelingscommissie.

Waar kan ik aanvullende informatie vinden over kosten?

Een website over gerechtskosten

Zie hierboven.

Waar kan ik informatie vinden over de gemiddelde duur van een procedure?

Een advocaat kan u bij benadering zeggen hoe lang uw procedure zal duren. Dat is afhankelijk van het soort procedure dat u wenst in te leiden en van de rechterlijke instantie waarbij u een vordering wenst in te stellen.

Waar kan ik informatie vinden over de gemiddelde totale kosten van een specifieke procedure?

Een advocaat kan u een raming geven van de kosten van uw procedure. Dat is afhankelijk van het soort procedure dat u wenst in te leiden en van de rechterlijke instantie waarbij u een vordering wenst in te stellen.

Belasting over de toegevoegde waarde (btw)

Waar kan ik informatie over dat onderwerp vinden? Wat zijn de geldende btw‑tarieven?

De meegedeelde kosten zijn exclusief btw. Het geldende btw-tarief is 21%.

Het blijven vaste kosten en dus invariant.

Rechtshulp

Inkomensdrempel voor rechtshulp bij civiele procedures

Deze kwestie wordt geregeld in de artikelen 508/1 en volgende van het Gerechtelijk Wetboek.

Juridische eerstelijnsbijstand is voor iedereen kosteloos. Het gaat om een eerste juridisch advies om meer duidelijkheid te krijgen:

  • praktische inlichtingen,
  • juridische informatie,
  • een eerste juridisch advies of de verwijzing naar een gespecialiseerde instantie of organisatie.

Deze juridische eerstelijnsbijstand wordt verstrekt door beoefenaars van juridische beroepen en is volledig kosteloos, ongeacht uw inkomsten.

Juridische tweedelijnsbijstand wordt verstrekt aan personen van wie de inkomsten niet toereikend zijn om de kosten van een advocaat te betalen en omvat de gedeeltelijke of volledige kosteloze bijstand door een advocaat. Een advocaat zal u dan advies verstrekken en u verdedigen. In een koninklijk besluit van 18 december 2003 zijn de voorwaarden van de volledige of gedeeltelijke kosteloosheid van de juridische tweedelijnsbijstand en de rechtsbijstand vastgesteld.

Personen die op grond van hun sociale situatie aanspraak kunnen maken op volledig kosteloze bijstand:

  • alleenstaanden met een maandelijks netto-inkomen van minder dan 978euro;
  • alleenstaanden met een persoon ten laste en met een maandelijks netto-inkomen van minder dan 1.255euro (+ 173,48 euro per persoon ten laste);
  • personen met een gezin (getrouwd of samenwonend) en met een maandelijks netto-gezinsinkomen van minder 1.255 euro (+ 173,48 euro per persoon ten laste);
  • personen met een leefloon of een bijstandsuitkering;
  • personen met een inkomensgarantie voor ouderen (IGO);
  • personen met een inkomensvervangende uitkering voor gehandicapten die geen integratievergoeding ontvangen;
  • personen met een kind ten laste dat gewaarborgde kinderbijslag ontvangt;
  • personen die een sociale woning in het Vlaams Gewest of het Brussels Hoofdstedelijk Gewest huren voor een prijs die overeenkomt met de helft van de basishuur of die in het Waalse Gewest een minimumhuur betalen;
  • alle minderjarigen;
  • vreemdelingen, voor wat betreft de indiening van het verzoek tot machtiging van verblijf of van een administratief of rechterlijk beroep tegen een beslissing die genomen werd op grond van de wetten betreffende de toegang, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen;
  • asielaanvragers of personen die verklaren of vragen om als vluchteling te worden erkend of die een aanvraag indienen voor het statuut van ontheemde;
  • personen tijdens de procedure van collectieve schuldenregeling of personen die een procedure van collectieve schuldenregeling willen inleiden.

Personen die op grond van een (weerlegbaar) vermoeden van ontoereikendheid van inkomsten aanspraak kunnen maken op kosteloze bijstand:

  • gedetineerden als bedoeld in de wet op de onmiddellijke verschijning, van wie men vermoedt dat hun inkomen niet voldoende hoog is, tenzij het tegendeel bewezen is;
  • geesteszieken die het voorwerp hebben uitgemaakt van een maatregel vastgesteld in de wet van 26 juni 1990 betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke, worden, behoudens tegenbewijs, beschouwd als personen van wie de inkomsten onvoldoende zijn;
  • beklaagden als bedoeld in de wet betreffende de onmiddellijke verschijning.

Personen die in aanmerking komen voor gedeeltelijke kosteloze bijstand (de advocaat kan een redelijke vergoeding vragen voor zijn prestaties):

  • alleenstaanden met een maandelijks netto-inkomen tussen 978 euro en 1.255 euro;
  • alleenstaanden met een persoon ten laste en met een maandelijks netto-inkomen tussen 1.255 euro en 1 531 euro (+173.48 euro per persoon ten laste);
  • personen die samenwonen met hun echtgenoot of met iedere andere persoon met wie zij een feitelijk gezin vormen en die een maandelijks netto‑gezinsinkomen tussen 1.255 euro en 1 531 euro (+173.48euro per persoon ten laste);

De bovenvermelde bedragen worden elk jaar aangepast aan de evolutie van het indexcijfer van de consumptieprijzen.

Rechtsbijstand heeft betrekking op de gerechtskosten. Indien de cliënt niet over voldoende middelen beschikt om de gerechtskosten te dekken, kan hij zich, hetzij zelf hetzij via zijn advocaat, wenden tot het Bureau voor rechtsbijstand. Hij kan, afhankelijk van de mate van insolvabiliteit, geheel of gedeeltelijk worden vrijgesteld van de verplichting tot betaling van de kosten voor gerechtsdeurwaarders, deskundigen, enz. Deze kwestie wordt geregeld in de artikelen 664 en volgende van het Gerechtelijk Wetboek.

Wanneer kan men als slachtoffer of als gedaagde in een strafprocedure rechtshulp krijgen?

Om als gedaagde dan wel als slachtoffer in een strafprocedure rechtshulp te krijgen gelden dezelfde voorwaarden als hierboven beschreven.

Zijn er kosteloze procedures?

Ja, bijvoorbeeld de procedure tot het verkrijgen van een collectieve schuldenregeling of tot het verkrijgen van de mogelijkheid om kosteloos in rechte op te treden.

Wanneer wordt de in het ongelijk gestelde partij verwezen in de kosten van de in het gelijk gestelde partij?

In civiele en handelszaken

De artikelen 1017 en volgende: bij de uitspraak van het vonnis wordt de in het ongelijk gestelde partij in beginsel in de kosten verwezen (kosten voor een gerechtsdeurwaarder, deskundigen, rechtbanken).

De in het ongelijk gestelde partij moet een forfaitaire tegemoetkoming in de kosten en erelonen van de advocaat van de in het gelijk gestelde partij betalen. Deze tegemoetkoming heet "rechtsplegingsvergoeding" en is een forfaitaire tegemoetkoming die wordt berekend volgens een tarieftabel die is opgesteld op basis van de in het geding zijnde bedragen. Zij dekt niet noodzakelijkerwijze alle erelonen. In een koninklijk besluit van 26 oktober 2007 zijn de bedragen van deze "rechtsplegingsvergoeding" vastgesteld. Het gaat om minimum‑ en maximumbedragen. Het is de rechter die binnen deze schalen het bedrag van de rechtsplegingsvergoeding vaststelt.

Het is in sommige gevallen ook mogelijk dat de rechter de in het ongelijk gestelde partij niet in de kosten verwijst, maar dat hij deze kwestie op een andere manier regelt (verdeling van de kosten,…).

In strafzaken

In het geval van een veroordeling van de beklaagde en van de personen die voor het misdrijf burgerrechtelijk aansprakelijk zijn, worden deze in beginsel in de procedurekosten verwezen en worden zij veroordeeld tot het betalen van een rechtsplegingsvergoeding (forfaitaire tegemoetkoming in de kosten en erelonen van de advocaat van de in het gelijk gestelde partij – zie hierboven de rubriek 'In civiele en handelszaken'). Wanneer de beklaagde en de personen die voor het misdrijf burgerrechtelijk aansprakelijk zijn echter niet worden veroordeeld en de burgerlijke partij in het ongelijk wordt gesteld, kan de burgerlijke partij worden verwezen in de kosten jegens de staat en jegens de beschuldigde of in een gedeelte ervan en kan zij worden veroordeeld tot het betalen van een rechtsplegingsvergoeding. In sommige gevallen kunnen de procedurekosten ten laste van de staat zijn. De betrokken regeling is opgenomen in het Wetboek van Strafvordering.

Vergoeding van deskundigen

In civiele en handelszaken

Er bestaat geen regeling voor de erelonen van deskundigen, die zelf vrijelijk het bedrag van hun erelonen vaststellen. De rechter beperkt zich tot een marginale toetsing van deze erelonen (hij kan ingrijpen wanneer de partijen en de deskundige geen overeenstemming kunnen bereiken), maar er is geen wettekst waarin de bedragen voor de erelonen van deskundigen worden vastgesteld. Deze kwestie valt onder de artikelen 987 en volgende van het Gerechtelijk Wetboek en een koninklijk besluit van 24 mei 1933.

In een koninklijk besluit van 14 november 2003 wordt evenwel het tarief vastgesteld van de erelonen en de kosten voor de deskundigen aangewezen door de arbeidsgerechten in het kader van medische deskundige onderzoeken betreffende:

  • de geschillen betreffende de tegemoetkomingen aan gehandicapten;
  • de gezinsbijslag voor werknemers en zelfstandigen;
  • de werkloosheidsverzekering, en
  • de regeling voor verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen.

In strafzaken

De erelonen van deskundigen in strafzaken zijn geregeld in een koninklijk besluit van 28 december 1950 en een ministeriële omzendbrief van 22 januari 2009. De tarieven voor 2010 zijn bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 2 februari 2010.

Wetteksten zijn beschikbaar op de website van de Commissie voor de Modernisering van de Rechterlijke Orde (rubriek "Juridische info" – "professionelen" – "tarieven" – "gerechtskosten") of op de Portaalsite van de Rechterlijke Macht van België (rubriek "wetgeving").

Vergoeding van vertalers en tolken

Het kan nodig zijn tijdens de procedure een vertaler of een tolk in te schakelen, bijvoorbeeld wanneer de documenten in een andere taal dan de proceduretaal zijn opgesteld of wanneer een getuige een andere taal spreekt of wanneer een partij een andere taal spreekt dan de proceduretaal en de proceduretaal niet begrijpt of de rechter de taal van die partij niet begrijpt. Deze kwestie wordt geregeld in de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken.

In strafzaken

De erelonen van vertalers en tolken in strafzaken zijn geregeld in een koninklijk besluit van 22 december 2016. De tarieven voor 2009 zijn bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 12 januari 2009.

Wetteksten zijn beschikbaar op de website van de Portaalsite van de Rechterlijke Macht van België (rubriek "wetgeving").

Links

Federale Overheidsdienst Justitie

Commissie voor de Modernisering van de Rechterlijke Orde

Bestanden

Verslag van België over de studie betreffende de transparantie van de kosten PDF (829 Kb) en

Laatste update: 21/12/2022

De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken lidstaten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. De Europese Commissie aanvaardt geen verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid met betrekking tot informatie of gegevens in dit document. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.