Soorten juridische beroepen

Luxemburg

Op deze pagina vindt u een overzicht van de verschillende juridische beroepen.

Inhoud aangereikt door
Luxemburg

Juridische beroepen – inleiding

Deze rubriek bevat informatie over de beroepen die verband houden met de rechtspraak (beschrijving, toegangsvoorwaarden enzovoort).

Overzicht van het rechtsstelsel

In Luxemburg zijn de rechtbanken georganiseerd in twee orden, namelijk een rechterlijke orde en een bestuurlijke orde, al naargelang de aard van het geschil.

De rechterlijke orde (l’ordre judiciaire) omvat drie vredegerechten (Justices de Paix), twee arrondissementsrechtbanken (Tribunaux d’Arrondissement), één Hof van Beroep (Cour d’Appel) en één Hof van Cassatie (Cour de Cassation). Deze rechtbanken zijn in hoofdzaak bevoegd voor civiele zaken, handelszaken, strafzaken en arbeidszaken. In de rechterlijke orde vinden we rechters (ook wel de magistrats du siège, ‘zittende magistratuur’ genoemd) en substituten of procureurs (substituts en procureurs, ook wel la magistrature debout ‘staande magistratuur’ genoemd); beide categorieën behoren tot de rechterlijke macht.

De bestuurlijke orde (l’ordre administratif) omvat één administratieve rechtbank (Tribunal Administratif) en één administratief hof (Cour Administrative). Deze rechtbanken behandelen geschillen van administratieve en fiscale aard (directe belastingen).

Het Grondwettelijk Hof (Cour Constitutionnelle) bestaat uit rechters die deel uitmaken van de rechterlijke en de bestuurlijke orde. Dit gerecht toetst de wetgeving aan de grondwet, de hoogste rechtsregel van het land.

Rechters

Er zijn twee manieren om rechter te worden:

Aanwerving via een vergelijkend examen

Toekomstige rechters, namelijk junior rechters (attachés de justice), worden aangeworven via een vergelijkend examen. Om toegelaten te worden tot het vergelijkend onderzoek, moet een kandidaat aan de volgende voorwaarden voldoen:

  1. onderdaan zijn van Luxemburg;
  2. de volledige politieke en burgerrechten genieten en bewijzen van betrouwbaarheid leveren;
  3. over een Luxemburgs universitair rechtendiploma beschikken dat overeenkomt met een erkende mastergraad of een buitenlands rechtendiploma dat overeenkomt met een mastergraad die aanvaard en erkend wordt door de minister die verantwoordelijk is voor het hoger onderwijs in het kader van de gewijzigde wet van 18 juni 1969 betreffende het hoger onderwijs en de erkenning van buitenlandse graden en diploma’s;
  4. voldoende kennis hebben van de gerechtelijke en bestuurstalen van het land (Frans, Duits en Luxemburgs);
  5. een gerechtelijke of notariële stage van ten minste twaalf maanden hebben afgerond;
  6. voldoen aan de gestelde voorwaarden van lichamelijke en geestelijke geschiktheid, die worden gecontroleerd in het kader van een medisch onderzoek en een psychologisch onderzoek.

Het vergelijkend onderzoek voor de aanwerving van rechters wordt georganiseerd door de Commissie voor de werving en opleiding van junior rechters (“de Commissie”). Dit vergelijkend examen bestaat uit drie schriftelijke proeven over het burgerlijk recht en burgerlijk procesrecht, strafrecht en strafprocesrecht, en bestuursrecht en administratieve geschillen. De tests behelzen voornamelijk het opstellen van een vonnis of uitspraak. Om te slagen moeten de kandidaten ten minste drie vijfde van de punten behalen voor de drie tests en minstens de helft van de punten voor elke test afzonderlijk. De kandidaten worden gerangschikt door de Commissie op basis van hun definitieve scores. De kandidaten worden dan aangeworven met inachtneming van deze rangschikking.

Aanwerving op basis van een dossier

Dit is een bijkomende aanwervingsprocedure die enkel wordt georganiseerd als het vergelijkend examen niet het aantal junior rechters oplevert dat elk jaar door de minister van Justitie wordt vooropgesteld.

Om te kunnen deelnemen, moet een kandidaat:

  1. voldoen aan bepaalde toelatingsvoorwaarden die gelden voor het vergelijkend onderzoek, namelijk de voorwaarden 1, 2, 3, 4 en 6;
  2. beschikken over een diploma dat bewijst dat de stage werd afgerond;
  3. in totaal ten minste vijf jaar het beroep van advocaat hebben uitgeoefend.

De Commissie nodigt de kandidaten uit voor een individueel gesprek. Een psycholoog neemt deel aan het individuele gesprek en stelt over elke kandidaat een met redenen omkleed advies op. De kandidaten worden geselecteerd op basis van de resultaten van de eindexamens van aanvullende cursussen omtrent Luxemburgse wetgeving en het eindexamen van de stage, professionele ervaring, eventuele extra kwalificaties en eventuele publicaties. Kandidaten worden geselecteerd door de Commissie.

De grondwet garandeert de onafhankelijkheid van de leden van de zittende magistratuur ten opzichte van de politieke macht. Zij zijn dan ook onafzetbaar. Zij kunnen uitsluitend bij rechterlijke beslissing uit hun ambt worden ontzet of worden geschorst. Overplaatsing is slechts mogelijk na een nieuwe benoeming en gebeurt steeds met instemming van de betrokkene. In geval van ongeschiktheid of wangedrag kunnen de leden van de zittende magistratuur echter wel worden geschorst, afgezet of overgeplaatst overeenkomstig de geldende wettelijke voorwaarden.

De functie van rechter is onverenigbaar met de hoedanigheid van lid van de regering, een mandaat als afgevaardigde, burgemeester, wethouder of gemeenteraadslid, om het even welke bezoldigde openbare of private functie, het ambt van notaris of deurwaarder, een militaire of kerkelijke betrekking en het beroep van advocaat. Rechters zijn onpartijdig en gehouden aan het beroepsgeheim. Hun salaris wordt vastgesteld bij wet.

Voor meer informatie kunt u terecht op de webpagina over het beroep van rechter op de website van het Ministerie van Justitie.

Advocaten

Het beroep van advocaat (avocat) wordt geregeld door de gewijzigde wet van 10 augustus 1991 betreffende het beroep van advocaat.

Het beroep van advocaat is een vrij en onafhankelijk beroep. Het beroep van advocaat kan individueel worden uitgeoefend. Advocaten kunnen ook zich verenigen in een rechtspersoon. Alleen advocaten zijn gemachtigd om partijen bij te staan of te vertegenwoordigen, op te treden namens partijen en hen te verdedigen voor om het even welke rechtbank, stukken en titels van partijen in ontvangst te nemen en aan de rechter over te leggen, de nodige akten op te maken en te ondertekenen teneinde te garanderen dat de procedure op regelmatige wijze verloopt en ervoor te zorgen dat over de zaak uitspraak kan worden gedaan.

Alleen advocaten kunnen regelmatig en tegen een vergoeding juridisch advies uitbrengen of voor anderen onderhandse akten opmaken. Advocaten kunnen hun cliënten tevens vertegenwoordigen of bijstaan voor internationale rechtbanken zoals het Hof van Justitie van de Europese Unie of het Europees Hof voor de rechten van de mens. Advocaten zijn gehouden aan het beroepsgeheim. De geheimhoudingsplicht is van openbare orde en iedere schending ervan is strafbaar.

Wie het beroep van advocaat wenst uit te oefenen in Luxemburg moet zijn ingeschreven op het tableau van een in het Groothertogdom Luxemburg gevestigde orde van advocaten. Dat geldt ook voor Europese advocaten die onder hun oorspronkelijke beroepstitel in Luxemburg willen werken.

Het tableau van de orde van advocaten bevat zes lijsten:

Lijst 1: advocaten bij het Luxemburgse Hof van Cassatie (avocats à la Cour)

Lijst 2: advocaten (avocats)

Lijst 3: ereadvocaten (avocats honoraires)

Lijst 4: onder hun oorspronkelijke beroepstitel werkzame Europese advocaten

Lijst 5: advocatenverenigingen gekwalificeerd als advocaten bij het Luxemburgse Hof van Cassatie

Lijst 6: andere advocatenverenigingen

Eenieder die zich wil laten inschrijven op het tableau van de Orde van Advocaten van Luxemburg moet aan de volgende voorwaarden voldoen:

  • de nodige waarborgen inzake eerzaam gedrag bieden;
  • aantonen te voldoen aan de voorwaarden voor toelating tot de stage bij de balie of met goed gevolg de bekwaamheidsproef voor advocaten uit een andere lidstaat van de Europese Unie hebben afgelegd zoals bepaald bij de gewijzigde wet van 10 augustus 1991 die het algemeen stelsel van erkenning van hogeronderwijsdiploma’s waarmee beroepsopleidingen van ten minste drie jaar worden afgesloten, toepast op het beroep van advocaat, of aantonen te voldoen aan de voorwaarden voor inschrijving als onder de oorspronkelijke beroepstitel in Luxemburg werkzame advocaat, overeenkomstig de gewijzigde wet van 13 november 2002 ter omzetting in het Luxemburgse recht van Richtlijn 98/5/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 1998 ter vergemakkelijking van de permanente uitoefening van het beroep van advocaat in een andere lidstaat dan die waar de beroepskwalificatie is verworven, de taal van de wetgeving beheersen alsook de administratieve en gerechtelijke talen in de zin van de wet van 24 februari 1984 inzake de talenregeling;
  • de Luxemburgse nationaliteit bezitten of onderdaan van een lidstaat van de Europese Unie zijn;
  • de taal van de wetgeving beheersen alsook de administratieve en gerechtelijke talen in de zin van de wet van 24 februari 1984 inzake de talenregeling, onverminderd artikel 31-1 van de gewijzigde wet van 10 augustus 1991. Het te behalen competentieniveau voor het Luxemburgs en het Duits is niveau B2 van het Europees Referentiekader voor Talen voor luistervaardigheid en niveau B1 voor spreekvaardigheid, en voor het Duits niveau B2 voor leesvaardigheid. Voor het Frans is niveau B2 van dit referentiekader vereist, zowel voor luister- als voor schrijf- en spreekvaardigheid.
    In afwijking van voorgaande alinea moeten de Europese advocaten zoals bedoeld in artikel 10 van Richtlijn 98/5/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 1998 ter vergemakkelijking van de permanente uitoefening van het beroep van advocaat in een andere lidstaat dan die waar de beroepskwalificatie is verworven, op het ogenblik van hun toetreding tot lijst I van het tableau van een orde van advocaten de taal van de wetgeving beheersen in de zin van de wet van 24 februari 1984 inzake de talenregeling in de mate waarin zij hun beroepsactiviteiten beperken tot de activiteiten waarvoor de beheersing van de andere talen in de zin van de wet van 24 februari 1984 niet vereist is. Het vereiste niveau van talenkennis staat vermeld in de voorgaande alinea.

Toelichting bij de taalvereisten

Advocaten die individueel zijn ingeschreven, moeten de taal van de wetgeving beheersen in de zin van de wet van 24 februari 1984 inzake de talenregeling alsook elke andere taal die nodig is voor de uitoefening van hun beroepsactiviteiten, onverminderd het voorgaande.

Advocaten die zijn ingeschreven op lijst II, moeten bovendien de administratieve en gerechtelijke talen van het Groothertogdom Luxemburg beheersen die nodig zijn om hun verplichtingen die voortvloeien uit de stage bij de balie na te leven.

Een advocaat die een zaak aanvaardt, moet beschikken over de nodige professionele bekwaamheid en talenkennis, op straffe van tuchtmaatregelen.

De raad van Orde (Conseil de l’ordre) kan, na het advies van de minister van Justitie te hebben ingewonnen, vrijstelling van deze voorwaarde verlenen op vertoon van bewijs van wederkerigheid van het land waarvan de kandidaat onderdaan is en dat geen lidstaat van de Europese Unie is. Hetzelfde geldt voor kandidaten die de status van politieke vluchteling hebben en die asielgerechtigd zijn in het Groothertogdom Luxemburg.

Alleen advocaten die zijn ingeschreven op lijst I zijn gerechtigd om de titel ‘avocat de la Cour’ (advocaat bij het Hof van Cassatie) te voeren. Om opgenomen te worden in lijst I moeten zij:

  • ofwel een stage van twee jaar hebben afgerond als advocaat van lijst II van het tableau van advocaten en het examen ter afsluiting van de stage met goed gevolg hebben afgelegd;
  • ofwel met goed gevolg de bekwaamheidsproef voor advocaten uit een andere lidstaat van de Europese Unie hebben afgelegd zoals bepaald bij de gewijzigde wet van 10 augustus 1991, die het algemeen stelsel van erkenning van hogeronderwijsdiploma’s waarmee beroepsopleidingen van ten minste drie jaar worden afgesloten toepast op het beroep van advocaat;
  • ofwel aantonen gedurende ten minste drie jaar daadwerkelijk en regelmatig in Luxemburg en het Luxemburgse recht, met inbegrip van het recht van de Europese Unie, werkzaam te zijn geweest als onder hun oorspronkelijke beroepstitel werkzame Europese advocaten, ofwel in aanmerking komen voor de bepalingen van artikel 9, lid 2, van de gewijzigde wet van 13 november 2002 ter omzetting in het Luxemburgse recht van Richtlijn 98/5/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 1998 ter vergemakkelijking van de permanente uitoefening van het beroep van advocaat in een andere lidstaat dan die waar de beroepskwalificatie is verworven.

Alleen advocaten van de Cour zijn gerechtigd om de handelingen te verrichten waarvoor de geldende regels en voorschriften de bijstand van een procureur vereisen. Dit betekent dat zij partijen voor de Cour Constitutionnelle, de rechtbanken van de bestuurlijke orde, de Cour Supérieure de Justice en de Tribunaux d’Arrondissement die bevoegd zijn voor civiele zaken vertegenwoordigen, namens hen optreden, stukken en titels van partijen in ontvangst nemen en aan de rechter overleggen, de nodige akten laten ondertekenen om te garanderen dat de procedure op regelmatige wijze verloopt en ervoor zorgen dat over de zaak uitspraak kan worden gedaan.

Advocaten die zijn ingeschreven op lijst II, alsmede onder hun oorspronkelijke beroepstitel werkzame Europese advocaten die zijn ingeschreven op lijst IV, kunnen diezelfde handelingen slechts verrichten indien zij worden bijgestaan door een advocaat bij de Cour die is ingeschreven op lijst I van het tableau van advocaten. Partijen mogen vrij vertegenwoordigd worden voor alle rechtbanken waar bijstand door een procureur niet verplicht is. In deze gevallen mogen advocaten die zijn ingeschreven op lijst II of lijst IV partijen vertegenwoordigen zonder aanwezigheid van een advocaat bij de Cour.

De toegang tot de opleiding tot advocaat wordt geregeld door het Groothertogelijk besluit van 10 juni 2009 betreffende de organisatie van de stage bij de balie en de regeling van de toegang tot het notariaat. Het gaat om een beroepsstage die bestaat uit een aanvullende opleiding in het Luxemburgse recht, gevolgd door een praktijkstage.

Na het behalen van het certificaat van de aanvullende opleiding in het Luxemburgse recht mogen de stagiairs zich inschrijven op lijst II van een van de orden van advocaten van Luxemburg.

De stage heeft tot doel het beroep van advocaat te leren uitoefenen. De universiteitsstudies hebben de stagiairs in de gelegenheid gesteld een diepgaande kennis van het recht te verwerven en de aanvullende opleiding in het Luxemburgse recht heeft deze kennis vervolledigd met de specifieke kenmerken van het Luxemburgse recht. Gedurende de stage ligt de nadruk in hoofdzaak op het aanleren van het beroep van advocaat, zowel tijdens de uitoefening van het beroep onder toezicht van een stagebegeleider als tijdens de cursussen die moeten worden gevolgd over de uitoefening van het beroep.

De praktijkstage van ten minste twee jaar wordt afgesloten met een examen. Wanneer de kandidaat dat examen met goed gevolg aflegt, wordt hij advocaat bij de Cour en wordt hij ingeschreven op lijst 1.

Na indiening van een met redenen omkleed verzoek kan het stuurcomité de stagiair toestemming verlenen om ten minste drie maanden en ten hoogste zes maanden van zijn stage door te brengen in een advocatenbureau dat gevestigd is in een andere lidstaat van de Europese Unie. Buitenlandse stageperioden waarvoor naar behoren toestemming is verleend, worden erkend als onderdeel van de beroepsstage.

De advocaten zijn verenigd in een orde. Het betreft een vakgenootschap dat onafhankelijk is van de overheid en de magistratuur. Er bestaat een Orde van Advocaten in Luxemburg en een Orde van Advocaten in Diekirch. Beide hebben rechtspersoonlijkheid. De Orde van Advocaten omvat de volgende organen: de vergadering (Assemblée), de raad van de Orde (Conseil de l’ordre), de deken (Bâtonnier) en, voor het gehele beroep, de disciplinaire en administratieve raad (Conseil disciplinaire et administratif).

Voor meer informatie kunt u terecht op de webpagina over het beroep van advocaat op de website van het Ministerie van Justitie.

Notarissen

Het aantal notarissen wordt bij Groothertogelijk besluit vastgesteld krachtens artikel 13 van de gewijzigde wet van 9 december 1976 betreffende de organisatie van het beroep van notaris (notaire). Het aantal notarissen voor het gehele land is vandaag vastgesteld op 36.

Notarissen zijn openbare ambtenaren die bevoegd zijn om alle akten en overeenkomsten in ontvangst te nemen waaraan partijen het echtheidskenmerk van overheidshandelingen moeten of willen laten verlenen. Notarissen dateren deze stukken en bewaren ze en geven er grossen of afschriften van af.

Notarissen mogen noch zelf noch via een tussenpersoon, noch direct noch indirect, een zaak uitbaten, optreden als zaakvoerders, beherende vennoten, gedelegeerde bestuurders of vereffenaars van een handelsmaatschappij of een industriële of commerciële vestiging, zich mengen in het bestuur van en het toezicht op vennootschappen, ondernemingen of agentschappen die tot doel hebben het aankopen, verkopen, verkavelen of bouwen van onroerend goed, of daarbij enig ander belang hebben, met de voornoemde vennootschappen, ondernemingen of agentschappen geregelde betrekkingen onderhouden die de vrije notariskeuze van partijen in het gedrang kunnen brengen, regelmatig bankoperaties, discontohandelingen en makelaarsactiviteiten verrichten of speculeren op de beurs – met uitzondering van de operaties die zij in het kader van hun ambtshandelingen verrichten – deposito’s ontvangen – met uitzondering van de deposito’s die zij in het kader van hun ambtshandelingen of de vereffening van een nalatenschap ontvangen –, hun diensten verlenen voor een zaak waarin zij belang hebben, handelingen die zij niet zelf kunnen verrichten door gemachtigden laten uitvoeren en agenten of makelaars in welke hoedanigheid ook in dienst hebben.

De notariële akten zijn rechtsgeldig krachtens de bepalingen van het burgerlijk wetboek; zij zijn uitvoerbaar wanneer zij voorzien zijn van de formule van tenuitvoerlegging. Notarissen zijn verplicht hun akten op te maken in de Franse of de Duitse taal, naar keuze van de partijen.

Zij oefenen hun ambt uit op het gehele nationale grondgebied. Uit hoofde van hun ambt nemen zij deel aan de uitoefening van de openbare macht.

De Kamer van notarissen (Chambre des Notaires) is samengesteld uit zeven leden die door de algemene vergadering van notarissen gekozen worden uit alle notarissen van het land.

Behalve de bevoegdheden die krachtens de geldende regels en voorschriften aan de Kamer worden toegekend, heeft zij de volgende taken:

  • waarborgen dat de discipline onder notarissen gehandhaafd wordt en uitoefenen van tuchtrechtelijk toezicht via de tuchtraad (Conseil de discipline); geschillen tussen notarissen voorkomen of bijleggen en, bij ontstentenis van verzoening, advies uitbrengen via een eenvoudig advies;
  • geschillen tussen notarissen en derden bijleggen;
  • advies uitbrengen over problemen betreffende honoraria, emolumenten, salarissen, door de notarissen in rekening gebrachte kosten en uitgaven en over alle geschillen die in dit verband bij de burgerlijke rechtbank aanhangig zijn;
  • optreden als bewaarster van registers van minuten; toezicht houden op de boekhouding van notarissen;
  • de notarissen van het Groothertogdom vertegenwoordigen ten behoeve van de verdediging van de rechten en de belangen van het beroep.

De tuchtraad bestaat uit de voorzitter van de arrondissementsrechtbank van Luxemburg of de plaatsvervangende rechter, die de raad voorzit, en vier leden van de Kamer van notarissen, die worden aangeduid in volgorde van anciënniteit.

De tuchtraad oefent tuchtrechtelijk toezicht uit op alle notarissen met aandacht voor: schending van wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen betreffende de uitoefening van het beroep; beroepsfouten en nalatigheid; feiten die in strijd zijn met de kiesheid en de waardigheid van het beroep, en met de eerbaarheid en de rechtschapenheid; dit alles onverminderd de rechtsvordering die uit deze feiten kan ontstaan. Tegen de beslissingen van de tuchtraad kan beroep worden aangetekend, hetzij door de veroordeelde notaris, hetzij door de procureur-generaal. Het beroep wordt aangetekend bij de kamer voor burgerlijke zaken van de Cour Supérieure de Justice, die hierover een uitspraak met kracht van gewijsde doet.

Om tot het ambt van notaris te worden toegelaten moet aan de volgende voorwaarden worden voldaan:

  • de Luxemburgse nationaliteit bezitten of onderdaan van een lidstaat van de Europese Unie zijn;
  • over volledige burgerrechten en politieke rechten beschikken;
  • ten minste 25 jaar oud zijn en het diploma van kandidaat-notaris hebben behaald overeenkomstig de Luxemburgse wetgeving (huidige regeling), of het certificaat ter afsluiting van de stage die toegang verleent tot het ambt van notaris (vorige regeling),
  • de taal van de wetgeving beheersen alsook de administratieve en gerechtelijke talen in de zin van de wet van 24 februari 1984 inzake de talenregeling.

Voor meer informatie kunt u terecht op de webpagina over het beroep van notaris op de website van het Ministerie van Justitie.

Andere juridische beroepen

Gerechtsdeurwaarders

De gerechtsdeurwaarder is een ministeriële ambtenaar die als enige gemachtigd is om:

  • akten en exploten te betekenen en krachtens de geldende regels en voorschriften bekendmakingen te doen indien de mededelingswijze niet bij wet geregeld is;
  • uitvoering te geven aan rechterlijke beslissingen, alsmede aan akten of titels die ten uitvoer kunnen worden gelegd.

De gerechtsdeurwaarder kan overgaan tot:

  • de minnelijke of rechterlijke inning van om het even welke vordering. Deze bevoegdheid omvat het recht om namens de eisers een verzoekschrift voor het verkrijgen van een betalingsbevel of een derdenbeslag op periodieke uitkeringen te ondertekenen;
  • het taxeren en openbaar verkopen van roerende goederen, inboedel en oogsten krachtens de geldende regels en voorschriften.

Hij kan door het gerecht worden aangewezen om:

  • louter materiële vaststellingen te doen, wars van enig oordeel over de mogelijke feitelijke of rechtsgevolgen ervan;
  • soortgelijke vaststellingen te doen op verzoek van particulieren; de vaststellingen hebben in beide gevallen rechtskracht zolang het tegendeel niet is bewezen.

Het honorarium van gerechtsdeurwaarders wordt bij Groothertogelijk besluit vastgesteld.

De Kamer van gerechtsdeurwaarders (Chambre des huissiers de justice) vertegenwoordigt het beroep op nationaal niveau. Ze wordt beheerd door een raad van drie leden: een voorzitter, een secretaris en een penningmeester. De voorzitter vertegenwoordigt de Chambre des huissiers de justice in rechte en buiten rechte.

Voor meer informatie kunt u terecht op de webpagina over het beroep van gerechtsdeurwaarder op de website van het Ministerie van Justitie.

Griffiers

De hoofdgriffier (greffier en chef) leidt de griffie en de gerechtsmedewerkers. De administratieve taken van een hoofdgriffier bestaan onder meer uit de uitgifte van kopieën aan advocaten en particulieren (bijvoorbeeld echtscheidingscertificaten laten inschrijven in het buitenland), de uitgifte van afschriften van de processtukken, het accepteren van de neerlegging van handgeschreven testamenten en attesten van erfopvolging, het afnemen van de eed van griffiers, de voorbereiding van algemene vergaderingen, statistieken, en het toezicht op de archieven. Een griffier neemt ook de akte inzake wraking van een rechter in ontvangst.

De rol van de griffie is om rechters te helpen bij alle relevante akten en documentatie, vooral tijdens de hoorzittingen, de verschijning van partijen, onderzoeken, bezoeken ter plaatse, autopsies, inventarissen bij faillissement, het opstellen van beslissingen en verhoren van personen die onder curatele zijn gesteld. Een rechter mag dan niet optreden zonder een griffier.

De taken van de griffier zijn vastgelegd in de artikelen 78 e.v. van de gewijzigde wet van 7 maart 1980 op de organisatie van de rechtspraak.

De toegang tot het beroep wordt geregeld door de gewijzigde wet van 16 april 1979 tot invoering van het algemene statuut van de ambtenaren.

Links

Ministerie van Justitie

Laatste update: 20/04/2023

De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken lidstaten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. De Europese Commissie aanvaardt geen verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid met betrekking tot informatie of gegevens in dit document. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.