Nationale gespecialiseerde rechtbanken

Spanje

Inhoud aangereikt door
Spanje

In artikel 117 van de Spaanse grondwet van 1978 wordt het beginsel van eenheid van de rechtspraak vastgesteld, dat de basis vormt voor de organisatie en werking van de rechtspraak in het land.

Binnen het Spaanse rechtssysteem is de algemene bevoegdheid over vier rechtsgebieden verdeeld: burgerlijk recht, strafrecht, contentieus administratief recht en sociaal of arbeidsrecht.

Naast de vier rechtsgebieden die onder de algemene rechtspraak vallen, wordt binnen het Spaanse rechtssysteem ook de militaire rechtspraak erkend, die een integraal onderdeel is van het gerechtelijk stelsel van de staat (Poder Judicial del Estado) en waarvoor uitsluitend de bij wet opgerichte militaire rechtbanken bevoegd zijn.

Jurisdictiegeschillen tussen de rechtbanken van een van de rechtsgebieden onder de algemene rechtspraak en de militaire rechtbanken worden voorgelegd aan een speciale kamer van het Hooggerechtshof (Tribunal Supremo) – de Kamer voor jurisdictiegeschillen (Sala de Conflictos de Jurisdicción) – die bestaat uit de opperrechter van het Hooggerechtshof, twee magistraten van de kamer van het Hooggerechtshof voor het rechtsgebied waarop het conflict betrekking heeft, en twee magistraten van de Kamer voor militaire zaken (Sala de lo Militar), die allemaal door de voltallige commissie van de Algemene Raad van de rechterlijke macht (Consejo General del Poder Judicial) worden aangesteld.

Sommige rechtbanken binnen de rechtsgebieden die onder de algemene rechtspraak vallen, kunnen gespecialiseerd zijn in een bepaald onderwerp. Er zijn bijvoorbeeld rechtbanken voor zaken in verband met geweld tegen vrouwen, handelsrechtbanken, rechtbanken met speciale taken op het gebied van strafrechtelijke veroordelingen, en jeugdrechtbanken.

Op grond van de Organieke wet op de rechtspraak (Ley Orgánica del Poder Judicial – LOPJ) kunnen de volgende gespecialiseerde rechtbanken bestaan:

HANDELSRECHTBANKEN

De handelsrechtbanken (Juzgados de lo Mercantil), operationeel sinds 1 september 2004, zijn gespecialiseerde rechtbanken. Ze zijn onderdeel van het burgerlijk rechtssysteem.

TERRITORIALE BEVOEGDHEID

Over het algemeen heeft elke provincie ten minste één handelsrechtbank – gevestigd in de provinciehoofdstad – die bevoegd is in de hele provincie.

De handelsrechtbanken kunnen, in plaats van in de provinciehoofdstad, ook in een andere plaats zijn gevestigd, indien gerechtvaardigd in verband met het inwonertal, de aanwezigheid van industriële of commerciële centra of economische activiteit. De reikwijdte van de bevoegdheid van deze rechtbanken wordt vastgesteld aan de hand van de vereisten van elke individuele zaak.

Handelsrechtbanken kunnen bevoegdheid hebben voor twee of meer provincies binnen dezelfde autonome gemeenschap.

RECHTSGEBIEDEN

Handelsrechtbanken behandelen zaken in verband met insolventie, overeenkomstig de voorwaarden uit de toepasselijke wetgeving.

Handelsrechtbanken behandelen ook zaken die onder het burgerlijk rechtssysteem vallen, met inbegrip van zaken waarbij rechtsvorderingen worden ingesteld in verband met oneerlijke mededinging, industriële eigendom, intellectuele eigendom en marketing, evenals vorderingen die, binnen dit rechtssysteem, onder de verordeningen vallen die van toepassing zijn op commerciële bedrijven en coöperaties.

De handelsrechtbanken zijn bevoegd om buitenlandse straffen en andere rechterlijke en arbitrage-uitspraken te erkennen en uit te voeren, wanneer deze verband houden met zaken waarvoor zij bevoegd zijn, tenzij deze op grond van internationale verdragen of andere regels door een andere rechtbank moeten worden behandeld.

BEROEP

De provinciale rechtbanken behandelen de bij wet vastgelegde beroepen tegen uitspraken van de handelsrechtbanken in eerste aanleg, met uitzondering van de uitspraken in insolventiezaken die verband houden met arbeidskwesties. Daarvoor moet een of meerdere van de afdelingen gespecialiseerd zijn, overeenkomstig de bepalingen van de LOPJ.

Overige beroepen kunnen worden ingesteld zoals vastgesteld in de LOPJ, in de daarin beschreven gevallen.

RECHTBANKEN VOOR HET GEMEENSCHAPSMERK

De rechtbanken voor het Gemeenschapsmerk (Juzgados de Marca Comunitaria) zijn de handelsrechtbanken van Alicante, voor zover deze hun exclusieve bevoegdheid uitoefenen voor de behandeling in eerste aanleg van alle zaken die vallen onder de bepalingen van Verordening (EG) nr. 40/94 van de Raad van 20 december 1993 inzake het Gemeenschapsmerk en van Verordening (EG) nr. 6/2002 van de Raad van 12 december 2001 betreffende Gemeenschapsmodellen.

Bij het uitoefenen van deze bevoegdheid zijn deze rechtbanken bevoegd voor het gehele grondgebied van Spanje, en enkel in verband met dergelijke zaken worden zij rechtbanken voor het Gemeenschapsmerk genoemd.

Ze zijn onderdeel van het burgerlijk rechtssysteem.

Verder behandelen ook de gespecialiseerde afdeling(en) van de provinciale rechtbank van Alicante, exclusief en in tweede aanleg, alle beroepen waarnaar in artikel 101 van Verordening (EG) nr. 40/94 van de Raad van 20 december 1993 inzake het Gemeenschapsmerk en Verordening (EG) nr. 6/2002 van de Raad van 12 december 2001 betreffende Gemeenschapsmodellen wordt verwezen. Bij het uitoefenen van deze bevoegdheid zijn deze rechtbanken bevoegd voor het gehele grondgebied van Spanje, en enkel in verband met dergelijke zaken worden zij rechtbanken voor het Gemeenschapsmerk genoemd.

RECHTBANKEN MET SPECIALE TAKEN OP HET GEBIED VAN STRAFRECHTELIJKE VEROORDELINGEN

Rechtbanken met speciale taken op het gebied van strafrechtelijke veroordelingen (Juzgados de Vigilancia Penitenciaria) zijn verantwoordelijk voor de in de Wet inzake strafrechtelijke veroordeling (Ley General Penitenciaria) vastgelegde gerechtelijke functies in verband met de uitvoering van vrijheidsstraffen en beveiligingsmaatregelen, de uitoefening van gerechtelijke controle op de disciplinaire bevoegdheden van de autoriteiten op het gebied van strafrechtelijke veroordelingen, de bescherming van de rechten en voordelen van gevangenen, en andere bij wet bepaalde kwesties. Ze zijn onderdeel van het strafrechtsysteem.

TERRITORIALE BEVOEGDHEID

Binnen het strafrechtsysteem heeft elke provincie een of meerdere rechtbanken met speciale taken op het gebied van strafrechtelijke veroordelingen.

De stad Madrid heeft een of meerdere centrale rechtbanken met speciale taken op het gebied van strafrechtelijke veroordelingen die bevoegd zijn in heel Spanje.

RECHTSGEBIEDEN

Rechtbanken met speciale taken op het gebied van strafrechtelijke veroordelingen zijn verantwoordelijk voor de in de Wet inzake strafrechtelijke veroordeling vastgelegde gerechtelijke functies in verband met de uitvoering van vrijheidsstraffen en beveiligingsmaatregelen, de uitoefening van gerechtelijke controle op de disciplinaire bevoegdheden van de autoriteiten op het gebied van strafrechtelijke veroordelingen, de bescherming van de rechten en voordelen van gevangenen, en andere bij wet bepaalde kwesties.

BEROEP

De provinciale rechtbanken behandelen de bij wet vastgelegde beroepen tegen uitspraken van de provinciale rechtbanken met speciale bevoegdheden op het gebied van strafrechtelijke veroordelingen.

Overige beroepen kunnen worden ingesteld zoals vastgesteld in de LOPJ, in de daarin beschreven gevallen.

JEUGDRECHTBANKEN

TERRITORIALE BEVOEGDHEID

Elke provincie heeft ten minste één jeugdrechtbank (Juzgado de Menores) – gevestigd in de provinciehoofdstad – die bevoegd is in de hele provincie.

De stad Madrid heeft een centrale jeugdrechtbank die bevoegd is in heel Spanje en de zaken behandelt die middels de toepasselijke wetgeving voor de strafrechtelijke aansprakelijkheid van minderjarigen aan haar zijn toegewezen.

RECHTSGEBIEDEN

Jeugdrechtbanken zijn bevoegd voor de behandeling van zaken in verband met vermeende misdrijven van personen van 14 tot en met 18 jaar.

Rechters van jeugdrechtbanken voeren de bij wet vastgestelde taken uit in verband met minderjarigen die als misdrijven aangemerkte handelingen hebben verricht, alsook de bij wet aan hen toegewezen taken in verband met minderjarigen.

BEROEP

De provinciale rechtbanken behandelen de bij wet vastgelegde beroepen tegen uitspraken van de provinciale jeugdrechtbanken.

Overige beroepen kunnen worden ingesteld zoals vastgesteld in de LOPJ, in de daarin beschreven gevallen.

RECHTBANKEN VOOR ZAKEN IN VERBAND MET GEWELD TEGEN VROUWEN

TERRITORIALE BEVOEGDHEID

Elk district heeft ten minste één rechtbank die zaken in verband met geweld tegen vrouwen behandelt (Juzgado de Violencia sobre la Mujer) – gevestigd in de districtshoofdstad – die bevoegd is in de hele provincie. Zij ontlenen hun naam aan de gemeente waarin zij zijn gevestigd.

De overheid kan, op voorstel van de Algemene Raad van de rechterlijke macht en, in voorkomend geval, op grond van een verslag van de overheid over de autonome gemeenschap in de gevallen waarin de rechtsbedeling aan deze autonome gemeenschap toevalt, de bevoegdheid van de specifieke rechtbanken voor zaken in verband met geweld tegen vrouwen bij Koninklijk Besluit uitbreiden naar twee of meer districten in dezelfde provincie.

De Algemene Raad van de rechterlijke macht kan er, op grond van een verslag van de Kamers van bestuur (Salas de Gobierno), mee instemmen dat door deze rechtbanken behandelde zaken in die rechtsgebieden, waar nodig en overeenkomstig het aantal lopende zaken, door een rechtbank van eerste aanleg en voorlopige onderzoeken (Juzgado de Primera Instancia e Instrucción) of een lokale strafrechtbank (Juzgado de Instrucción) worden behandeld, naargelang van het geval.

In districten waar enkel een rechtbank van eerste aanleg en voorlopige onderzoeken is, worden zaken die onder de bevoegdheid van de rechtbanken voor zaken in verband met geweld tegen vrouwen vallen, door deze rechtbank behandeld.

Ze zijn onderdeel van het strafrechtsysteem.

RECHTSGEBIEDEN

Binnen het strafrechtsysteem en in iedere zaak overeenkomstig de procedures en beroepen uit het wetboek van strafvordering (Ley de Enjuiciamiento Criminal) behandelen rechtbanken voor zaken in verband met geweld tegen vrouwen onder andere de volgende zaken:

  • onderzoek naar vorderingen inzake strafrechtelijke aansprakelijkheid die voortkomen uit de in de titels van het strafwetboek (Código Penal) genoemde delicten in verband met doodslag, abortus, mishandeling, mishandeling van een foetus, vrijheidsontneming, delicten tegen de morele integriteit, tegen de seksuele vrijheid, tegen het recht op privacy en de bescherming van het persoonlijke imago en de persoonlijke reputatie, of andere delicten die gepaard zijn gegaan met geweld of intimidatie, indien deze delicten zijn gepleegd tegen de huidige of voormalige echtgenote of een vrouw die een vergelijkbare emotionele relatie met de dader heeft (gehad), ongeacht of zij samenwonen, evenals delicten die zijn gepleegd tegen de nakomelingen van de dader of de echtgenote of samenwonende partner, of tegen minderjarigen of wettelijk erkende gehandicapte personen die met de dader samenwonen of feitelijk onder het gezag, de bescherming, de voogdij, de zorg of de hoede van de echtgenote of de samenwonende partner staan, met inbegrip van gevallen waarin gendergerelateerd geweld heeft plaatsgevonden;
  • onderzoek naar vorderingen inzake strafrechtelijke aansprakelijkheid die voortkomen uit een delict tegen de rechten en plichten van de familie, wanneer het slachtoffer een van de bij het voorgaande punt genoemde personen is;
  • het bieden van de bijbehorende bescherming voor slachtoffers, zonder afbreuk te doen aan de autoriteit van de dienstdoende rechter (Juez de Guardia);
  • het behandelen van en uitspraak doen over de lichte strafbare feiten waarvoor zij bij wet bevoegd zijn, wanneer het slachtoffer een van de bij het bovenstaande punt genoemde personen is;
  • het uitgeven en handhaven van de instrumenten voor wederzijdse erkenning in verband met strafrechtelijke uitspraken binnen de Europese Unie waarvoor zij bevoegd zijn;
  • onderzoek naar vorderingen inzake strafrechtelijke aansprakelijkheid die voortkomen uit de inbreuk die wordt beschreven in en bestraft middels artikel 468 van het Strafwetboek, wanneer degene die schade ondervindt van het delict en op wiens straf, voorzorgsmaatregel of beveiligingsmaatregel inbreuk is gemaakt, de huidige of voormalige echtgenote van de dader is, of een vrouw die een vergelijkbare emotionele relatie met de dader heeft (gehad), ongeacht of zij samenwonen, evenals delicten tegen de nakomelingen van de dader of de echtgenote of samenwonende partner, of tegen minderjarigen of wettelijk erkende gehandicapte personen die met de dader samenwonen of onder het gezag, de bescherming, de voogdij of de zorg van de echtgenote of de samenwonende partner staan.

Binnen het strafrechtsysteem mogen rechtbanken voor zaken in verband met geweld tegen vrouwen, in iedere zaak overeenkomstig de procedures en beroepen uit het Wetboek van strafvordering, onder andere de volgende zaken behandelen:

  • zaken in verband met afstamming, moederschap en vaderschap;
  • zaken in verband met nietigverklaring van een huwelijk, scheiding en echtscheiding;
  • zaken in verband met vader-kindrelaties;
  • zaken tot vaststelling of aanpassing van maatregelen in verband met familiekwesties;
  • zaken die uitsluitend verband houden met de voogdij over kinderen of met door de ene ouder van de andere gevorderde alimentatie namens de kinderen;
  • zaken in verband met de noodzaak tot goedkeuring van adoptie;
  • zaken die zijn bedoeld om administratieve besluiten inzake de bescherming van minderjarigen aan te vechten.

Binnen het burgerlijk rechtssysteem zijn rechtbanken voor zaken in verband met geweld tegen vrouwen uitsluitend bevoegd, wanneer de volgende situaties samenvallen:

  • in geval van burgerlijke procedures in verband met een van de in de vorige alinea beschreven kwesties;
  • wanneer een van de partijen bij de burgerlijke procedure het slachtoffer is van gendergerelateerd geweld;
  • wanneer een van de partijen bij de burgerlijke procedure ervan wordt beschuldigd de dader, de aanstichter of een medeplichtige te zijn van gendergerelateerd geweld;
  • wanneer er een strafrechtelijke zaak aanhangig is gemaakt bij de rechtbank die zaken in verband met geweld tegen vrouwen behandelt, met betrekking tot misdrijven of strafbare feiten die het gevolg zijn van geweld tegen vrouwen, of wanneer er een bevel tot bescherming is afgegeven ten aanzien van een slachtoffer van gendergerelateerd geweld.

Wanneer de rechter van mening is dat de handelingen waarvan de rechtbank in kennis is gesteld, niet onomstotelijk een expressie van gendergerelateerd geweld vormen, kan hij de vordering afwijzen en naar de betreffende rechtbank verwijzen.

Bemiddeling is in al deze gevallen niet toegestaan.

BEROEP

De provinciale rechtbanken behandelen de bij wet vastgelegde beroepen tegen uitspraken van de provinciale rechtbanken voor zaken in verband met geweld tegen vrouwen.

Overige beroepen kunnen worden ingesteld zoals vastgesteld in de LOPJ, in de daarin beschreven gevallen.

GESPECIALISEERDE RECHTBANKEN DIE ZIJN OPGERICHT BIJ BESLUIT VAN DE ALGEMENE RAAD VAN DE RECHTERLIJKE MACHT

In Spanje kunnen gespecialiseerde rechtbanken, zonder dat dit invloed heeft op de eenheid van de rechtspraak, voor zover zij deel uitmaken van de vijf rechtssystemen, niet alleen worden opgericht op grond van de LOPJ, zoals geldt voor handelsrechtbanken, jeugdrechtbanken en rechtbanken voor zaken in verband met geweld tegen vrouwen, maar ook door de Algemene Raad van de rechterlijke macht op grond van artikel 98 van de bovengenoemde wet, zoals geldt voor familierechtbanken (Juzgados de Familia), rechtbanken voor de uitvoering van hypotheken (Juzgados de Ejecución Hipotecaria) en uitvoeringsrechtbanken (Juzgados de Ejecutorias).

Andere gespecialiseerde rechtbanken

In artikel 117, Titel VI, van de Spaanse grondwet van 1978, over de rechterlijke macht, wordt het beginsel van eenheid van de rechtspraak vastgesteld, dat de basis vormt voor de organisatie en werking van de rechtspraak in het land.

Dit beginsel wordt weerspiegeld in het bestaan van één enkele rechterlijke macht, die bestaat uit één enkel apparaat van rechters en magistraten, dat de algemene rechtspraak vormt.

In de Spaanse grondwet wordt bepaald dat het recht van de burgers uitgaat en dat er namens de koning wordt rechtgesproken door de rechters en magistraten, die onafhankelijk moeten zijn, een vaste ambtstermijn moeten hebben, aansprakelijk moeten zijn voor hun daden en uitsluitend onderworpen moeten zijn aan de rechtsstatelijkheid.

Rechters en magistraten kunnen enkel van hun functie worden ontheven, worden geschorst of worden overgeplaatst op grond van en met inachtneming van de waarborgen uit de wet.

De uitoefening van de rechterlijke autoriteit berust voor alle soorten handelingen, bij zowel het doen van uitspraken als het laten uitvoeren daarvan, uitsluitend bij de in de wet bepaalde rechtbanken, overeenkomstig de bevoegdheids- en procedureregels die daarin zijn vastgelegd.

De rechtbanken hebben geen andere dan de in het voorgaande gedeelte beschreven bevoegdheden en de bevoegdheden die uitdrukkelijk bij wet aan hen zijn toegekend als garantie van een recht.

Buiten de rechterlijke macht bestaan er op basis van verschillende titels van de grondwet zelf twee grondwettelijke hoven. Deze zijn volledig onafhankelijk en onpartijdig en uitsluitend onderworpen aan de rechtsstatelijkheid.

Het gaat daarbij om het Grondwettelijk Hof (Tribunal Constitucional) en het Rekenhof (Tribunal de Cuentas).

HET GRONDWETTELIJK HOF

Het Spaanse Grondwettelijk Hof bevindt zich buiten de rechterlijke macht.

Het is de hoogste uitlegger van de grondwet, onafhankelijk van de andere grondwettelijke organen en uitsluitend onderworpen aan de grondwet en de bijbehorende organieke wet.

Het is uniek in zijn bevoegdheid, die zich over heel Spanje uitstrekt.

SAMENSTELLING

Het Hof bestaat uit twaalf door de koning aangestelde magistraten. Vier daarvan worden voorgedragen door de Kamer van Afgevaardigden (Congreso de los Diputados), waarbij een drievijfdemeerderheid nodig is, vier door de senaat (Senado), met dezelfde vereiste meerderheid, twee door de regering en twee door de Algemene Raad van de rechterlijke macht. De aangestelde magistraten kiezen uit hun midden een opperrechter en een plaatsvervangend opperrechter.

RECHTSGEBIEDEN

Het Grondwettelijk Hof behandelt de bij wet bepaalde zaken op de bij wet bepaalde wijze, met inbegrip van:

  • beroepen tegen wetten, regelgeving of rechtshandelingen met rechtskracht in verband met ongrondwettigheid;
  • beroepen in verband met schending van de rechten en vrijheden van burgers zoals vermeld in artikel 53, lid 2, van de grondwet;
  • grondwettelijke jurisdictiegeschillen tussen de staat en autonome gemeenschappen of tussen autonome gemeenschappen onderling;
  • geschillen tussen de grondwettelijke organen van de staat;
  • verklaringen inzake de grondwettelijkheid van internationale verdragen.

Zie voor meer informatie: Het Grondwettelijk Hof

REKENHOF

Het Rekenhof is het hoogste auditorgaan voor de rekeningen en het economische beheer van de staat en de publieke sector.

Zonder afbreuk te doen aan zijn eigen bevoegdheden maakt het Rekenhof deel uit van de wetgevende macht en brengt het rechtstreeks verslag uit aan het Spaanse parlement (Cortes Generales).

SAMENSTELLING

Het Rekenhof bestaat uit twaalf leden, die auditors (Consejeros de Cuentas) worden genoemd en van wie er zes door de Kamer van Afgevaardigden en zes door de Senaat worden benoemd. Zij hebben dezelfde onafhankelijkheid en vaste ambtstermijn als rechters en vallen onder dezelfde regels inzake onverenigbare functies.

FUNCTIES

Er zijn aan het Rekenhof twee functies toegewezen:

  • de auditfunctie, die wordt gekenmerkt door het feit dat deze extern, permanent en consumptief is, bestaat uit controleren of de economische en financiële activiteit van de publieke sector in overeenstemming is met het legaliteits-, doeltreffendheids- en zuinigheidsbeginsel;
  • de gerechtelijke functie bestaat uit het behandelen van zaken van fiscale aansprakelijkheid tegen personen die gaan over openbare eigendom, inkomsten of effecten, en is bedoeld om publieke middelen te compenseren die zijn geschaad door verduistering, door gebrek aan volledige of gedegen onderbouwing of door andere oorzaken of handelingen.

Zie voor meer informatie: Rekenhof

RECHTBANKEN VOOR GEWOONTERECHT

In artikel 125 van de grondwet worden deze rechtbanken erkend als een van de middelen voor inspraak van het publiek in de rechtsbedeling.

In artikel 19 van de LOPJ worden het Watertribunaal van de vlakte van Valencia (Tribunal de las Aguas de la Vega Valencia), en de Raad van Wijzen van Murcia (Consejo de Hombres Buenos de Murcia) erkend als rechtbanken voor gewoonterecht (tribunales consuetudinarios). Beide zijn instellingen voor gewoonterecht die zaken in verband met waterbeheer behandelen.

Sinds 2009 staan deze twee Spaanse rechtbanken voor gewoonterecht op de Representatieve lijst van immaterieel erfgoed van de mensheid en vormen zij levend bewijs van het vermogen van groepen mensen om democratisch complexe instellingen te creëren op basis van hun eigen leden.

WATERTRIBUNAAL VAN DE VLAKTE VAN VALENCIA

Dit is de oudste gerechtelijke instelling van Europa.

Het Watertribunaal is bevoegd op het grondgebied van Valencia.

Het bestaat uit acht democratisch door de boeren van de Huerta Valenciana (een vruchtbare regio van Valencia) verkozen leden. Zijn rechtsgebieden zijn de eerlijke verdeling van water onder de verschillende landeigenaren, de beslechting van geschillen tussen de boeren, en het opleggen van straffen voor overtredingen van de irrigatieverordeningen.

RAAD VAN WIJZEN VAN MURCIA

De geschiedenis van de Raad van Wijzen van Murcia gaat terug tot de Middeleeuwen. Sinds 1849 is de Raad geïnstitutionaliseerd en gereguleerd als het hooggerechtshof voor de Huerta de Murcia (een vruchtbare regio van Murcia). De Raad bestaat uit een voorzitter, een secretaris en vijf leden.

De Raad van Wijzen van Murcia houdt zijn zittingen, die openbaar toegankelijk zijn, elke donderdag in de kamers van de lokale autoriteit en beslecht iedere zaak tijdens de sessie van die dag of uiterlijk de volgende zitting. De beslissingen worden direct en op basis van een meerderheid van stemmen gegeven, al heeft de voorzitter bij stakende stemmen de doorslaggevende stem. De straffen die voortkomen uit de uitspraken van de Raad van Wijzen van Murcia, zijn uitsluitend geldelijk van aard. Beslissingen van deze rechtbank zijn definitief en uitvoerbaar.

Zie voor meer informatie: Raad van Wijzen.

Verwante links

SPAANSE ALGEMENE RAAD VAN DE RECHTERLIJKE MACHT

SPAANS GRONDWETTELIJK HOF

SPAANS REKENHOF

SPAANSE RECHTBANKEN VOOR GEWOONTERECHT

Laatste update: 17/01/2024

De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken lidstaten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. De Europese Commissie aanvaardt geen verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid met betrekking tot informatie of gegevens in dit document. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.