You will be considered a victim of a crime if you have suffered harm (e.g. you have been injured or your personal property has been damaged or stolen, etc.) as a result of an incident which constitutes an offence according to national law. According to the law, you have certain individual rights as a victim of a crime before, during and after the proceedings.
In France, criminal proceedings consist of an inquiry and a trial. There are two types of inquiry according to the type of crime committed: a police inquiry conducted by criminal police officers under the authority of the public prosecutor and a judicial inquiry (investigation) conducted under the authority of the investigating magistrate by the criminal police officers or by the investigating magistrate him/herself.
Once the inquiry is finished, the case may be closed or referred back to court for trial, depending on the evidence gathered. In the latter case, the court will examine the evidence gathered and decide whether the alleged perpetrator is guilty or not. If the alleged perpetrator is found guilty, the court will impose a sentence on him/her. If not, the alleged offender is declared not guilty and released or acquitted.
Click on the links below to find the information that you need
1 - My rights as a victim of crime
2 - Reporting a crime and my rights during the investigation or trial
The national language version of this page is maintained by the respective Member State. The translations have been done by the European Commission service. Possible changes introduced in the original by the competent national authority may not be yet reflected in the translations. The European Commission accepts no responsibility or liability whatsoever with regard to any information or data contained or referred to in this document. Please refer to the legal notice to see copyright rules for the Member State responsible for this page.
Als het misdrijf niet wordt aangegeven en niet onder de aandacht wordt gebracht van de gerechtelijke instanties of de politie of gendarmerie, krijgt u geen informatie, omdat de autoriteiten niet op de hoogte zijn van het misdrijf.
Als het misdrijf op enigerlei wijze onder de aandacht wordt gebracht van de gerechtelijke instanties of de politie of gendarmerie (anders dan via aangifte door u als slachtoffer), zult u worden gedagvaard om informatie te verstrekken over de schade die u hebt geleden en de omstandigheden van het misdrijf. Op dat moment wordt u ook geïnformeerd over uw rechten.
Als u zelf aangifte doet bij de politie, de gendarmerie of de gerechtelijke instanties, zult u eveneens worden verhoord zodra de feiten zijn gemeld en op de hoogte worden gebracht van uw rechten.
Indien u Frans onderdaan bent, kunt u aangifte doen op ieder politiebureau of bij iedere gendarmerie-eenheid in Frankrijk. Uw aangifte zal in Frankrijk worden behandeld indien de Franse autoriteiten bevoegd zijn, of worden doorverwezen naar de bevoegde instanties van het land waar het misdrijf heeft plaatsgevonden.
Bent u onderdaan van een ander land en slachtoffer van een in Frankrijk gepleegd misdrijf, dan kunt u aangifte doen op ieder politiebureau of bij iedere gendarmerie-eenheid in Frankrijk. Tijdens het verhoor of tijdens het doen van aangifte kunt u worden bijgestaan door een tolk. U zult op passende wijze op de hoogte worden gebracht van de uitkomst en uw rechten worden op dezelfde wijze beschermd als die van Franse onderdanen, aangezien de wet voorziet in eensluidende regels voor informatie aan slachtoffers en de bescherming van hun rechten, zonder onderscheid op grond van nationaliteit.
U hebt recht op rechtsbijstand als u onderdaan bent van een lidstaat van de Europese Unie of van een land dat een relevant internationaal verdrag met Frankrijk heeft ondertekend.
Tot slot hebben slachtoffers die aangifte doen of getuigen tegen iemand vanwege koppelarij of mensenhandel recht op een voorlopige verblijfsvergunning voor Frankrijk, waarmee ze ook mogen werken, tenzij hun aanwezigheid een gevaar voor de openbare orde oplevert.
Wanneer u een misdrijf aangeeft, worden uw contactgegevens geregistreerd zodat men tijdens het onderzoek contact met u kan opnemen. U wordt ook op de hoogte gesteld van uw rechten en de wijze waarop u deze kunt uitoefenen.
U kunt de politie of gendarmerie, de aanklager of de onderzoeksrechter (als de zaak wordt doorverwezen) vragen naar de voortgang van het onderzoek waarbij u betrokken bent.
In geval van een misdrijf, en voor bepaalde overtredingen als u een burgerlijke partij bent, wordt u om de zes maanden door de onderzoeksrechter op de hoogte gebracht van de voortgang van de procedure.
Na afloop van het onderzoek wordt u op de hoogte gebracht van de genomen beslissing: seponering, of vervolging, waarbij de verdachte voor het gerecht wordt gedagvaard. Als er een proces zal plaatsvinden, wordt u op de hoogte gebracht van de aanklacht tegen de verdachte, en van de datum en plaats van de hoorzitting.
Wanneer een gerechtelijk onderzoek wordt ingesteld, zal de openbare aanklager een onderzoeksrechter met het onderzoek belasten. De onderzoeksrechter moet u laten weten dat er een gerechtelijk onderzoek is ingesteld, dat u het recht hebt om als burgerlijke partij op te treden en wat de procedures zijn om dat recht uit te oefenen. Als u minderjarig bent, wordt deze informatie aan uw wettelijke vertegenwoordigers verstrekt.
In zijn kennisgeving zal de onderzoeksrechter u ook meedelen dat u, als u burgerlijke partij bent, het recht hebt om zich te laten bijstaan door een advocaat van uw keuze of een advocaat die op uw verzoek door de voorzitter van de Orde van Advocaten wordt toegewezen, met de vermelding dat de kosten voor uw rekening zijn, tenzij u toegang hebt tot rechtsbijstand (zie voorwaarden) of over een rechtsbijstandsverzekering beschikt.
U wordt niet noodzakelijkerwijs geïnformeerd of de vermeende dader in voorarrest wordt gehouden of in vrijheid gesteld is.
Als echter met het oog op uw veiligheid een contactverbod is uitgevaardigd, wordt u altijd geïnformeerd indien de vermeende dader onder rechterlijk toezicht uit voorarrest wordt vrijgelaten.
Als u het Frans niet voldoende beheerst, zal de politie- of gendarmerie-eenheid waarbij u het misdrijf aangeeft om een tolk verzoeken. De tolk zal tijdens uw verhoor aanwezig zijn, maar ook tijdens gesprekken die u mogelijk met een advocaat hebt en tijdens het proces.
Tijdens het onderzoek kunt u bij de rechter die uw zaak behandelt verzoeken om een vertaling van de essentiële onderdelen van het dossier. Deze vertaling is gratis als het om belangrijke documenten gaat, maar voor de vertaling van overige documenten zullen kosten in rekening worden gebracht.
Van bepaalde documenten over de rechten van slachtoffers bestaan reeds vertalingen in de meest voorkomende talen, en deze zullen u derhalve door de politie of gendarmerie worden verstrekt.
Als u een handicap hebt die u beperkt bij het communiceren, zult u worden bijgestaan door een tolk die door de opsporingsambtenaren of de rechters wordt aangevraagd. Deze tolk zal tijdens de verhoren, gesprekken met een advocaat of tijdens het proces bij u zijn.
Als u niet kunt lezen, worden de documenten aan u voorgelezen.
Als u minderjarig bent, wordt het verhoor afgestemd op uw leeftijd en mate van volwassenheid en uitgevoerd door speciaal opgeleide ondervragers, soms in aanwezigheid van een psycholoog. Als er meer dan één verhoor nodig is, wordt u indien mogelijk door dezelfde opsporingsambtenaar ondervraagd.
Op sommige politiebureaus zijn bepaalde ruimten beschikbaar die een kindvriendelijke omgeving bieden, waardoor het verhoor een minder formeel karakter krijgt.
U mag altijd vragen om een volwassene van uw keuze bij uw verhoor aanwezig te laten zijn.
Ten slotte, als het onderzoek betrekking heeft op een ernstig misdrijf, en met name bij alle misdrijven van seksuele aard, zal uw verhoor worden gefilmd, of in ieder geval worden opgenomen.
Slachtofferhulp wordt verleend door organisaties voor slachtofferhulp. Het doel van deze organisaties is het verlenen van begeleiding, sociaal-juridische bijstand of psychologische steun aan ieder slachtoffer van een misdrijf, ongeacht of hij of zij deelneemt aan een strafrechtelijke procedure.
Deze organisaties beheren de bureaus voor slachtofferhulp bij iedere regionaal gerechtshof, die hulp en bijstand verlenen aan slachtoffers die bij lopende procedures betrokken zijn.
Daarnaast kunnen gespecialiseerde organisaties passende steun bieden aan slachtoffers van specifieke misdrijven (bijvoorbeeld huiselijk geweld).
U zult op passende wijze op de hoogte worden gebracht van uw recht op bijstand door een overheidsdienst of door een organisatie voor slachtofferhulp, waarvan de contactgegevens aan u zullen worden verstrekt. De wet biedt politie- of gendarmeriediensten geen mogelijkheid om rechtstreeks contact op te nemen met de organisaties voor slachtofferhulp, maar wanneer er welzijnswerkers (maatschappelijk werkers of psychologen) in het pand aanwezig zijn, hetzij omdat om hun aanwezigheid is verzocht , hetzij omdat ze een permanent kantoor hebben, kunnen ze u bij het proces helpen.
Elke departementale directie voor openbare veiligheid heeft een eigen slachtofferhulpmedewerker in dienst, die is belast met het onderhouden van contacten met de organisaties, het verbeteren van de opvang van slachtoffers, het centraliseren van de informatie die voor slachtoffers van nut is en het volgen van de voortgang van de strafrechtelijke procedure om informatie te verstrekken over de voortgang van het onderzoek.
Elke departementale gendarmerie heeft een functionaris voor slachtofferhulp voor "preventie/partnerschap/contact".
Wanneer tegen X aangifte vanwege een ernstig misdrijf wordt gedaan, zal de politiefunctionaris de persoon die aangifte doet altijd een formulier voor slachtofferhulp overhandigen om hem of haar te informeren over mogelijke bijstand door het nationaal instituut voor slachtofferhulp en bemiddeling (INAVEM) en hem of haar te voorzien van contactgegevens van organisaties voor slachtofferhulp of sociale voorzieningen.
De openbare aanklager kan een slachtoffer van een misdrijf vervolgens rechtstreeks naar een organisatie voor slachtofferhulp verwijzen.
Bij een ongeval waarbij een groot aantal mensen betrokken zijn (grootschalig ongeval of terreurdaad) kunnen organisaties voor slachtofferhulp de lijst met slachtoffers raadplegen en rechtstreeks contact met de slachtoffers opnemen.
Tijdens een onderzoek hebt u het recht om, met toestemming van de openbare aanklager, uw privé-adres niet bekend te maken en in plaats daarvan het adres op te geven van de gendarmeriebrigade of het politiebureau, dan wel het adres van een derde, met de uitdrukkelijke toestemming van die derde.
Tot slot hebt u het recht om te verzoeken om een besloten rechtszitting, hetgeen de rechters niet kunnen weigeren als u slachtoffer bent van verkrachting, marteling of wreedheid die gepaard is gegaan met seksuele geweldpleging. In overige gevallen mag het proces alleen besloten zijn als u, of een andere burgerlijke partij, hier geen bezwaar tegen maakt.
In geen geval mag uw identiteit in de media worden vermeld, tenzij u daarvoor toestemming hebt gegeven.
Bovendien zijn de diensten van de organisaties voor slachtofferhulp en de gegevens die zij verzamelen volledig vertrouwelijk.
Als u gebruik wilt maken van de hulp van een organisatie voor slachtofferhulp, hoeft u niet eerst aangifte te doen.
Als u slachtoffer bent van huiselijk geweld, kan de dader worden gedwongen om de woning van het gezin te verlaten, kan de dader de toegang tot bepaalde plaatsen worden ontzegd of worden gedwongen om een medische of psychologische behandeling te ondergaan.
Als u slachtoffer bent van geweld door uw (ex-)echtgeno(o)t(e) of (ex-)samenwonende en u ernstig gevaar loopt, kan de openbare aanklager u een telebeschermingsapparaat (SOS-telefoon) toekennen. Een slachtoffer van huiselijk geweld kan ook de familierechter om een gerechtelijk bevel verzoeken, waarmee de dader bepaalde beperkingen worden opgelegd als er goede redenen zijn om aan te nemen dat de gewelddadige handelingen inderdaad zijn verricht en dat het slachtoffer in gevaar is.
De rechter kan u en uw familie ook tegen mogelijke bedreiging of druk van de vermeende dader beschermen door maatregelen te nemen ter voorkoming van contact, zoals voorarrest, rechterlijk toezicht of andere gerechtelijke beperkingen.
De bescherming van het slachtoffer valt onder de verantwoordelijkheid van de gerechtelijke instantie, die de risico's en behoeften van het slachtoffer in overweging neemt bij bepaalde beslissingen, zoals een contactverbod of een verbod om zich op bepaalde plaatsen op te houden (waaronder de woning van het slachtoffer). Beslissingen tot oplegging van deze verboden worden doorgestuurd naar politiebureaus en gendarmeriebrigades, die er vervolgens op moeten toezien dat ze worden nageleefd. Indien de verdachte of schuldig bevonden persoon het verbod overtreedt, kan hij of zij worden aangehouden, aangezien de overtreding een grond kan zijn voor detentie of voor tenlastelegging van een nieuw strafbaar feit.
Als u een speciaal beschermingsapparaat (SOS-telefoon) hebt gekregen, kunt u gemakkelijk contact opnemen met een oproepcentrale; deze waarschuwt dan onmiddellijk de dichtstbijzijnde politie- of gendarmeriedienst, zodat die kan worden ingezet om u te helpen wanneer u in gevaar bent.
De functionaris van de recherche die uw verhoor leidt, heeft als taak de eerste informatie te verzamelen voor een beoordeling van uw specifieke situatie en beschermingsbehoeften. De recherchefunctionaris geeft deze informatie door aan de met de procedure belaste gerechtelijke instantie, die, indien zij dit nodig acht, beslist om een grondige evaluatie te laten uitvoeren door een organisatie voor slachtofferhulp. Deze op uw situatie afgestemde beoordeling is onder meer bedoeld om te bepalen hoe groot de kans is op bedreiging of vergelding door de dader.
Bovengenoemde evaluatie is ook bedoeld om het risico van secundaire victimisatie als gevolg van uw deelname aan de strafprocedure vast te stellen.
Bijzonder kwetsbare slachtoffers worden beoordeeld en ondersteund door een organisatie voor slachtofferhulp.
Daarnaast worden er verschillende beschermingsmaatregelen geboden, afhankelijk van de behoeften van het slachtoffer, zoals:
Een minderjarig slachtoffer heeft dezelfde rechten als een volwassene, en daarnaast ook specifieke rechten die verband houden met zijn of haar leeftijd. Wanneer de ouders (of wettelijke vertegenwoordigers) niet in staat zijn om de belangen van een minderjarige te waarborgen, wijst de gerechtelijke instantie een ad-hocvoogd (een familielid van het kind of een gemachtigde) aan die als taak heeft de minderjarige te vertegenwoordigen en zijn of haar rechten uit te oefenen.
Ook wordt er automatisch een advocaat aangewezen om de belangen van het kind te verdedigen; deze moet bij ieder verhoor van de minderjarige aanwezig zijn.
Voor bepaalde misdrijven, met name van seksuele aard, wordt de minderjarige tijdens de onderzoeksfase van het proces mogelijk medisch of psychologisch onderzocht om de aard en de omvang van de geleden schade te beoordelen en om vast te stellen of hij of zij passende behandeling of zorg nodig heeft. Verhoren van een minderjarige die slachtoffer is van bepaalde misdrijven, in het bijzonder van seksuele aard, worden verplicht gefilmd, om te voorkomen dat de minderjarige meerdere malen wordt verhoord.
Ten slotte kan de minderjarige zich bij elk verhoor, ongeacht de aard van de gepleegde feiten, laten vergezellen door een persoon van zijn of haar keuze (een naast familielid, een wettelijke vertegenwoordiger, arts of psycholoog).
Een persoon die niet rechtstreeks slachtoffer is van een strafbaar feit kan niettemin als indirect slachtoffer worden aangemerkt en bepaalde rechten genieten.
Een indirect slachtoffer dat van mening is dat hij of zij schade heeft geleden, ook als het gaat om immateriële schade, kan in de onderzoeksfase, wanneer de zaak bij de onderzoeksrechter ligt of tijdens de hoorzitting als een vermeende dader voor een rechtbank terecht staat, een burgerlijke partij in de procedure worden.
In tegenstelling tot directe slachtoffers van een misdrijf worden indirecte slachtoffers echter niet noodzakelijkerwijs gedagvaard of op de hoogte gebracht van de hoorzittingen als zij niet vooraf een verzoek daartoe hebben ingediend.
Ten slotte zal het slachtoffer de aard van de geleden schade moeten specificeren, zodat de rechter kan bepalen of de status van burgerlijke partij van het slachtoffer kan worden erkend, ofwel als gerechtvaardigd kan worden beschouwd.
Een persoon die niet rechtstreeks slachtoffer is van een misdrijf kan niettemin als indirect slachtoffer worden aangemerkt en bepaalde rechten genieten.
Een indirect slachtoffer dat van mening is dat hij of zij schade heeft geleden, ook als het gaat om immateriële schade, kan in de onderzoeksfase, wanneer de zaak bij de onderzoeksrechter ligt of tijdens de hoorzitting als een vermeende dader voor een rechtbank terecht staat, een burgerlijke partij in de procedure worden.
In tegenstelling tot directe slachtoffers van een misdrijf worden indirecte slachtoffers echter niet noodzakelijkerwijs gedagvaard of op de hoogte gebracht van de hoorzittingen als zij niet vooraf een verzoek daartoe hebben ingediend.
Ten slotte zal het slachtoffer de aard van de geleden schade moeten specificeren, zodat de rechter kan bepalen of de status van burgerlijke partij van het slachtoffer kan worden erkend, ofwel als gerechtvaardigd kan worden beschouwd.
Bemiddeling is een gerechtelijke maatregel die kan worden toegepast indien er een goede kans is dat zij leidt tot herstel van de schade die het slachtoffer is toegebracht, de uit het strafbaar feit voortvloeiende verstoringen doet ophouden en bijdraagt aan het reclasseringsproces van de dader.
Tot bemiddeling kan worden besloten door de openbare aanklager met instemming van het slachtoffer, of op verzoek van het slachtoffer.
Wanneer geweld is gepleegd door de echtgeno(o)t(e), voormalige echtgeno(o)t(e), een geregistreerd partner of voormalige geregistreerd partner, of samenwonend of voormalige samenwonend partner van het slachtoffer, zal er alleen worden bemiddeld als het slachtoffer hierom uitdrukkelijk heeft verzocht. In dit geval krijgt de pleger van het geweld ook een waarschuwing.
Indien na de bemiddeling opnieuw geweld wordt gepleegd door de echtgeno(o)t(e) of voormalige echtgeno(o)t(e), geregistreerd of voormalige geregistreerd partner, of samenwonend of voormalige samenwonend partner van het slachtoffer, is een verder beroep op bemiddeling niet mogelijk.
Bemiddeling, een maatregel waarmee een opsporingsambtenaar, een afgevaardigde van de openbare aanklager of een bemiddelaar kan worden belast, houdt in dat het slachtoffer in contact wordt gebracht met de dader, waarbij de veiligheid van het slachtoffer wordt gewaarborgd en het slachtoffer met het beginsel en met de wijze van uitvoering moet instemmen. Het slachtoffer mag niet tegen zijn of haar wil worden geconfronteerd met de dader en mag in geen geval met de dader alleen worden gelaten.
Bovendien wordt deze maatregel niet toegepast als er aanwijzingen zijn dat het slachtoffer gevaar loopt als hij of zij met de dader in contact wordt gebracht.
Alle Franse wetgeving is te vinden op de website. De rechten van slachtoffers worden vermeld in het Franse Wetboek van Strafvordering, met name in de artikelen 10-2 tot en met 10-5 en D1-2 tot en met D1-12.
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken lidstaten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. De Europese Commissie aanvaardt geen verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid met betrekking tot informatie of gegevens in dit document. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.
U kunt aangifte doen bij de politie of gendarmerie, die de aangifte zullen doorsturen naar de openbare aanklager van de plaats waar het misdrijf is gepleegd of de plaats waar de dader verblijft of is aangehouden.
U kunt zich ook rechtstreeks tot de openbare aanklager wenden door middel van een eenvoudige brief, waarin u de schade die u hebt geleden, de data en plaatsen waarop de strafbare feiten hebben plaatsgevonden en uw naam en adres vermeldt.
Ook personen die geen slachtoffer zijn, kunnen onder dezelfde voorwaarden aangifte doen van een misdrijf.
Een slachtoffer kan de politie of gendarmerie, de aanklager of de onderzoeksrechter (als de zaak wordt doorverwezen) vragen naar de voortgang van het onderzoek dat hem of haar betreft.
In geval van een misdrijf, en voor bepaalde overtredingen, ontvangt een slachtoffer dat een burgerlijke partij is om de zes maanden een voortgangsverslag van de onderzoeksrechter.
Na afloop van het onderzoek wordt het slachtoffer op de hoogte gebracht van de genomen beslissing: seponering, een alternatief voor vervolging, opening van een gerechtelijk onderzoek, dagvaarding van de verdachte voor het gerecht. Als er een proces volgt, wordt het slachtoffer op de hoogte gebracht van de aanklacht tegen de verdachte, en de datum en de plaats van de zitting.
Wie een misdrijf heeft aangegeven, wordt door de openbare aanklager op de hoogte gehouden van de vervolgstappen.
Als u geen advocaat hebt, kunt u voor informatie over uw rechten en plichten terecht bij het gerecht, rechtswinkels (maisons de la justice et du droit), juridische informatiebalies (points d'accès au droit), het gemeentehuis en buurtcentra waar organisaties voor slachtofferhulp inloopsessies houden. Op deze plekken kunt u ongeacht uw leeftijd, nationaliteit of financiële middelen ook gratis juridisch advies verkrijgen van juristen, waaronder advocaten.
U komt in aanmerking voor rechtsbijstand als u aan de volgende voorwaarden voldoet:
Onder rechtsbijstand vallen
Rechtsbijstand kan de totale kosten of een deel daarvan dekken. Het is belangrijk vanaf het begin van de procedure rechtsbijstand aan te vragen, want kosten die gemaakt zijn voorafgaand aan de aanvraag, worden niet vergoed.
Informatie en het aanvraagformulier voor rechtsbijstand kunt u opvragen bij uw advocaat, in een rechtswinkel, in het gemeentehuis, bij de rechtbank van uw woonplaats of bij het gerecht dat de zaak behandelt. Het formulier kan ook worden gedownload via de volgende link: https://www.service-public.fr/particuliers/vosdroits/R1444.
[1]Voorwaarden betreffende financiële draagkracht voor het verkrijgen van rechtsbijstand:
Om uw behoefte aan rechtsbijstand te beoordelen, nemen de autoriteiten de bestaansmiddelen in aanmerking die u tussen 1 januari en 31 december van het jaar voorafgaand aan uw aanvraag hebt ontvangen. Tot deze middelen worden alle soorten inkomsten gerekend, met uitzondering van gezinsbijslagen en bepaalde sociale uitkeringen. De bestaansmiddelen van uw echtgeno(o)t(e), partner, afhankelijk(e) kind(eren) en alle andere personen die met u samenwonen, worden ook meegerekend.
Kosten in verband met bepaalde procedures kunnen onder bepaalde voorwaarden worden vergoed door uw rechtsbijstandverzekering, indien deze de advocaatkosten, de gerechtsdeurwaarderskosten, kosten van procedures of transacties of kosten van deskundigenoordelen geheel of gedeeltelijk dekt.
Als dit niet het geval is, worden wanneer het vonnis wordt uitgesproken en de schadevergoeding door de rechtbank wordt vastgesteld, deze kosten op uw verzoek ten laste van de veroordeelde partij gebracht.
Als de openbare aanklager aan het einde van het onderzoek besluit de zaak te seponeren, kunt u beroep instellen bij de procureur-generaal van het hof van beroep in het rechtsgebied waar het gerecht dat de zaak heeft geseponeerd, zich bevindt.
Als de procureur-generaal van mening is dat een gerechtelijke procedure nodig is, kan hij of zij de openbare aanklager gelasten tot vervolging over te gaan. Als de procureur-generaal uw vordering ongerechtvaardigd acht, wordt u meegedeeld dat er geen gevolg zal worden gegeven aan uw beroep.
Daarnaast kunt u, als een bij de openbare aanklager gedane aangifte is geseponeerd of als er een termijn van drie maanden is verstreken sinds deze aangifte is gedaan, rechtstreeks aangifte doen bij de bevoegde onderzoeksrechter, door burgerlijke partij te worden.
Tot slot kunt u de vermeende dader rechtstreeks voor het gerecht laten dagvaarden, door een gerechtsdeurwaarder te verzoeken aan hem of haar een dagvaarding te betekenen, in welk geval u een aanbetaling moet doen waarvan de hoogte op basis van uw financiële draagkracht door het gerecht wordt bepaald.
U wordt op de hoogte gesteld van de datum van het proces en u kunt de zitting bijwonen. In sommige gevallen is het proces niet openbaar en mag u slechts voor de duur van uw getuigenis in de zaal blijven. U mag het proces niet geheel bijwonen als het niet openbaar is (achter gesloten deuren plaatsvindt), tenzij u burgerlijke partij in de procedure bent.
U hebt het onvoorwaardelijke recht om tijdens het gehele proces te worden bijgestaan door een organisatie voor slachtofferhulp. De leden van deze organisaties kunnen u helpen bij uw verzoek om burgerlijke partij te worden, zij kunnen bij diverse zittingen aanwezig zijn en u helpen de diverse handelingen en beslissingen van de rechters te begrijpen.
Als u moeite hebt Frans te begrijpen of zich erin uit te drukken, zal er een tolk voor u worden ingeroepen.
Tijdens de zitting kan de burgerlijke partij getuigen oproepen of bezwaar maken tegen het horen van bepaalde getuigen.
Het slachtoffer of een burgerlijke partij kan via de president van de rechtbank vragen stellen aan de getuigen en aan de verdachte.
Tot slot kunt u conclusies (schriftelijke opmerkingen) over de technische aspecten van de procedure, de wet en/of de feiten van de zaak overleggen, waarop de rechter moet reageren.
Zodra de feiten onder de aandacht van het rechtsstelsel of de politie en gendarmerie zijn gebracht, wordt contact met het slachtoffer opgenomen voor een verhoor.
Het slachtoffer is niet verantwoordelijk voor het opsporen van de verdachte of het bewijzen van zijn of haar schuld; dat is de rol van de openbare aanklager. Het slachtoffer kan echter gevraagd worden informatie of bewijs te verstrekken om te helpen bij de waarheidsvinding (medische verklaringen, identiteit van de getuigen enz.).
Het slachtoffer kan ervoor kiezen burgerlijke partij te worden, wat hem of haar het recht geeft financiële vergoeding van de geleden schade te vorderen en door een advocaat te worden bijgestaan.
Zodra een onderzoek is doorverwezen naar de politie of de gendarmerie, zullen zij het slachtoffer ondervragen. Bij die gelegenheid zullen zij hem of haar altijd op de hoogte stellen van zijn of haar recht:
Het slachtoffer moet voor de rechter verschijnen en getuigen indien hij of zij als getuige is gedagvaard.
Een burgerlijke partij hoeft niet zelf aanwezig te zijn indien zij door een advocaat wordt vertegenwoordigd. Als een burgerlijke partij echter afwezig is en ook niet wordt vertegenwoordigd, wordt zij geacht haar vordering te hebben ingetrokken, tenzij zij haar vordering schriftelijk aan de rechter kenbaar heeft gemaakt.
Burgerlijke partijen en slachtoffers die zijn opgeroepen om voor de rechter getuigenis af te leggen, kunnen de kosten van hun aanwezigheid ter zitting terugvorderen indien zij tijdens het proces hierom verzoeken.
U kunt tijdens de hoorzitting een verklaring afleggen en bewijs aandragen; hierbij moet echter het beginsel van hoor en wederhoor worden geëerbiedigd en het bewijs moet van tevoren aan de verdediging (de vermeende dader en/of zijn of haar advocaat) worden toegezonden, alsmede aan de openbare aanklager.
U kunt zelfstandig of met de hulp van een advocaat burgerlijke partij worden.
U moet uw vordering inzake schadevergoeding/rente (geldbedrag tot herstel van materiële schade, leed, verloren tijd als gevolg van de feiten waarvan u slachtoffer bent geworden) kwantificeren. Bij dit proces kunt u begeleid worden door een organisatie voor slachtofferhulp.
Tijdens het proces wordt het slachtoffer op de hoogte gebracht van zijn of haar recht om burgerlijke partij te worden, om gebruik te maken van de hulp van een advocaat en om onder bepaalde voorwaarden rechtsbijstand te krijgen, alsook van de mogelijkheid om begeleid te worden door een organisatie voor slachtofferhulp.
Een slachtoffer dat als burgerlijke partij is erkend, wordt ervan in kennis gesteld dat hij of zij in bepaalde gevallen de commissie voor schadevergoeding voor slachtoffers van misdrijven (CIVI) kan verzoeken schadevergoeding en rente uit te keren indien de rechter dit heeft beslist.
Bij het strafgerecht en de politierechtbank hebt u geen directe toegang tot de dossiers; u moet eerst toestemming van de aanklager verkrijgen.
Als u echter burgerlijke partij bent, kunt u de dossiers in voorkomend geval rechtstreeks of via uw advocaat inzien, of om een afschrift ervan vragen.
Bij het hof van assisen kunt u gratis afschriften verkrijgen van de politierapporten waarin het misdrijf wordt beschreven, van de schriftelijke getuigenverklaringen en deskundigenoordelen en van de overige documenten met betrekking tot de procedure.
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken lidstaten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. De Europese Commissie aanvaardt geen verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid met betrekking tot informatie of gegevens in dit document. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.
U kunt geen beroep instellen tegen het vonnis van de rechter als u niet hebt verzocht zich als burgerlijke partij met een vordering voor schadevergoeding in de strafrechtelijke procedure te voegen. Door het enkele feit dat u slachtoffer bent van het misdrijf, bent u immers nog geen partij in de procedure.
Ook als u wel hebt verzocht zich als burgerlijke partij in de strafrechtelijke procedure te voegen en de rechter uw verzoek heeft aanvaard, kunt u geen beroep instellen tegen de (on)schuldigverklaring of tegen de opgelegde veroordeling. U kunt alleen de onderdelen van het vonnis betwisten die op u betrekking hebben.
In alle gevallen hebt u het recht:
Als u zich als burgerlijke partij in de procedure hebt gevoegd, hebt u ook het recht:
Terwijl de dader zijn of haar straf uitzit, hebt u het recht:
1. elke maatregel die uw belangen schaadt, door te verwijzen naar de gerechtelijke instantie (autorité judiciaire, waaronder de openbare aanklager);
2. uw schade te laten vergoeden, in de vorm van schadevergoeding of een andere passende compensatie; in voorkomende gevallen kunt u worden gevraagd of u instemt met een maatregel voor herstelrecht;
3. te worden ingelicht, indien u dit wenst, over van het einde van de tenuitvoerlegging van een gevangenisstraf, in de gevallen en onder de voorwaarden waarin het Wetboek van Strafvordering voorziet (Code de procédure pénale — CPP);
4. dat er, indien nodig, rekening wordt gehouden met de noodzaak om uw gemoedsrust en veiligheid te waarborgen.
De gerechtelijke instantie is verplicht al deze rechten gedurende de gehele tenuitvoerlegging van de veroordeling, ongeacht welke vorm deze heeft, te waarborgen.
Na het proces kunt u zich laten bijstaan door een advocaat die u kan adviseren over de wenselijkheid om beroep in te stellen of over de wijze waarop u een deurwaarder kunt inschakelen.
U kunt ook hulp krijgen van een organisatie voor slachtofferhulp, zo lang dat nodig is.
Als de dader wordt veroordeeld, wordt u op de hoogte gebracht van de straf indien deze bepalingen bevat die de dader verbieden contact met u op te nemen of in de buurt van uw woning te komen.
Als u zich als burgerlijke partij in de procedure hebt gevoegd, ontvangt u een afschrift van het vonnis waarbij de straf wordt opgelegd.
Als de dader in de gevangenis zit, kunt u op de hoogte worden gesteld van mogelijk voorgestelde voorwaardelijke vrijlating en zult u worden gevraagd uw mening te geven.
Als een persoon voor bepaalde misdrijven is veroordeeld is (verkrachting, moord of poging tot moord, en de meeste misdrijven van seksuele aard) en u als slachtoffer of burgerlijke partij daarom hebt verzocht, wordt u, rechtstreeks of via uw advocaat, op de hoogte gesteld van de vrijlating van de dader na afloop van de straf.
In het geval van ontsnapping wordt u hiervan op de hoogte gebracht door de openbare aanklager.
Wanneer het gevaar bestaat dat een veroordeelde in contact komt met het slachtoffer of de burgerlijke partij, en dergelijk contact moet worden vermeden, zullen de gerechten belast met de tenuitvoerlegging van vonnissen, indien zij beslissen dat de veroordeelde tijdelijk of definitief in vrijheid wordt gesteld, de veroordeelde verbieden om in contact te treden met het slachtoffer of de burgerlijke partij en, indien nodig, verbieden om zich in de nabijheid van diens woning of werkplek te bevinden (artikel 712-16-2, lid 1, Wetboek van Strafvordering).
Een dergelijk verbod moet - tenzij een met redenen omklede andersluidende beslissing wordt genomen - worden opgelegd indien de persoon is veroordeeld voor een van de in de artikelen 706-47 van het Wetboek van Strafvordering genoemde misdrijven (waaronder de meeste zedenmisdrijven, artikel 712-16-2, lid 2, van het Wetboek van Strafvordering).
In dergelijke gevallen wordt het slachtoffer of de burgerlijke partij in kennis gesteld van de maatregel en van de gevolgen voor de dader indien deze het verbod niet naleeft (artikel 712-16-2, lid 3, Wetboek van Strafvordering, zie hieronder).
Als een burgerlijke partij daarom verzoekt, kan een advocaat die voor hem of haar optreedt (maar niet voor een slachtoffer dat geen burgerlijke partij is) in de procedure verschijnen en opmerkingen maken voor een rechter die een verzoek in behandeling heeft om voorwaardelijke vrijlating van een persoon veroordeeld tot een gevangenisstraf (emprisonnement of réclusion) van vijf jaar of meer.
Bovendien kunnen rechters die de tenuitvoerlegging van vonnissen behandelen, alvorens een beslissing te nemen, het slachtoffer of de burgerlijke partij rechtstreeks of via hun advocaat mededelen dat zij hun schriftelijke opmerkingen binnen 15 dagen na een dergelijke kennisgeving kunnen indienen. Het slachtoffer of de burgerlijke partij kan zijn of haar opmerkingen aan de rechter doen toekomen op de wijze die zijn of haar voorkeur geniet.
Een slachtoffer kan geen beroep instellen tegen beslissingen in verband met de tenuitvoerlegging van de straf van de veroordeelde. Het slachtoffer kan opnieuw aangifte doen indien de dader opnieuw strafbare feiten begaat. Als de veroordeelde zich niet houdt aan zijn of haar verplichtingen of aan verboden die hem of haar zijn opgelegd, bijvoorbeeld het verbod om contact op te nemen met het slachtoffer, kan het slachtoffer dit melden bij de rechter die toezicht houdt op de voorwaarden van vrijlating of bij de openbare aanklager.
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken lidstaten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. De Europese Commissie aanvaardt geen verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid met betrekking tot informatie of gegevens in dit document. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.
Volgens geldende wetgeving mag iedereen die zichzelf als slachtoffer beschouwt:
1) Er zijn een aantal manieren waarop een civiele vordering bij de strafrechter kan worden ingesteld.
- Vervolging (action) die wordt ingesteld wanneer de openbare aanklager geen strafvervolging heeft ingesteld (dit heeft als effect dat strafvervolging wordt ingesteld).
Er zijn twee methoden:
- Tussenkomst (intervention), wanneer reeds strafvervolging is ingesteld.
- Een verzoek om erkenning als burgerlijke partij bij de strafrechtelijke procedure.
Een slachtoffer kan tijdens de zitting vragen om zich als burgerlijke partij in de procedure te voegen, maar kan ook een verzoek richten tot de president van de rechtbank, per aangetekende brief met ontvangstbevestiging of per fax, waarin staat dat de verzoeker zich als burgerlijke partij in de procedure wenst te voegen onder vermelding van de gevorderde schadevergoeding. Dit kan ook via een advocaat worden gedaan.
2) Er kan een civiele vordering worden ingesteld bij de civiele rechter op grond van het gewone recht inzake civiele aansprakelijkheid.
Als een slachtoffer een vordering tot schadevergoeding instelt bij de civiele rechter, kan hij of zij niet meer voor de strafrechter procederen. Als een slachtoffer echter verzoekt om als burgerlijke partij in de strafrechtelijke procedure te worden erkend, betekent dit niet dat hij of zij de zaak niet meer voor de civiele rechter kan brengen.
Als een slachtoffer problemen heeft bij het innen van de schadevergoeding, heeft hij of zij de mogelijkheid gebruik te maken van een civiele tenuitvoerleggingsprocedure waarbij een deurwaarder (huissier de justice) wordt ingeschakeld. De aanvraag moet per post worden verzonden aan de president van de arrondissementsrechtbank (tribunal de grande instance) van de hoofdverblijfplaats (domicile) van de veroordeelde of, indien de veroordeelde in de gevangenis zit, van de arrondissementsrechtbank van de plaats waar de gevangenis zich bevindt. Op de volgende zaken kan beslag worden gelegd:
- een deel van het resterende beschikbare salaris van de veroordeelde;
- geldmiddelen op zijn of haar bankrekening;
- bepaalde activa die hem of haar toebehoren.
Als de veroordeelde het slachtoffer niet vrijwillig schadeloos stelt, kan het slachtoffer de zaak voorleggen aan de dienst voor hulp bij terugvordering door slachtoffers van misdrijven (Service d'Aide au Recouvrement des Victimes d'Infractions — SARVI). Het is voor het slachtoffer voldoende om aan te tonen dat hem of haar schadevergoeding is toegekend in een definitief strafvonnis (waartegen geen beroep meer mogelijk is).
In de plaats van de aansprakelijke persoon betaalt SARVI het slachtoffer alle schade tot 1 000 EUR; daarboven betaalt zij een voorschot van 30%, tot een maximum van 3 000 EUR. Na betaling van een voorschot zal SARVI het resterende saldo betalen indien en wanneer zij geld van de veroordeelde incasseert.
Om een aanvraag bij SARVI in te dienen, moet het slachtoffer een aanvraagformulier voor hulp bij terugvordering (formulaire de demande d’aide au recouvrement) opvragen bij de arrondissementsrechtbank (bijvoorbeeld bij het loket van de griffie (guichet unique de greffe), de griffie van de rechter die bevoegd is ten aanzien van slachtoffers (greffe du juge délégué aux victimes), het uitvoeringsbureau (bureau d’execution), het bureau voor slachtofferhulp (bureau d’aide aux victimes)) of bij een rechtswinkel (maison de la justice et du droit), een juridische informatiebalie (point d’accès au droit), het gemeentehuis enz., vanwaar het ingevulde formulier tevens zal worden doorgestuurd naar SARVI.
Een aanvraag bij SARVI moet minstens twee maanden en uiterlijk één jaar na de dag waarop het vonnis waarbij de schadevergoeding wordt toegekend in kracht van gewijsde is gegaan, worden ingediend.
Het garantiefonds voor slachtoffers van terrorisme en andere misdrijven (Fonds de garantie des victimes d’actes de terrorisme et d’autres infractions — FGTI) vergoedt slachtoffers van terreurdaden volgens een speciale procedure. Het voorziet ook in vergoeding van:
- slachtoffers van verkrachting, seksueel geweld, diefstal, fraude, bedrog, afpersing en vernieling of beschadiging van eigendommen;
- slachtoffers van een misdrijf dat blijvende invaliditeit of volledige arbeidsongeschiktheid tot gevolg heeft;
- familieleden van slachtoffers van moord of doodslag.
Om voor schadevergoeding uit het fonds in aanmerking te komen, moet een slachtoffer dat aan bepaalde voorwaarden voldoet zijn of haar aanvraag rechtstreeks indienen bij de commissie voor schadevergoeding voor slachtoffers van misdrijven (CIVI) via de arrondissementsrechtbank van de hoofdverblijfplaats van de aanvrager of van de plaats van het strafgerecht waar het misdrijf wordt vervolgd.
De aanvraag moet binnen drie jaar na de datum van het misdrijf bij de commissie worden ingediend. Deze termijn wordt met één jaar verlengd vanaf de datum van het laatste strafvonnis.
Indien het misdrijf in Frankrijk is gepleegd, kan schadevergoeding worden toegekend aan:
- personen met de Franse nationaliteit;
- onderdanen van een lidstaat van de Europese Unie.
Als het misdrijf in het buitenland heeft plaatsgevonden, komen alleen Franse onderdanen voor schadevergoeding in aanmerking.
1) Bij ernstig lichamelijk letsel
Het slachtoffer kan volledige schadevergoeding krijgen voor schade als gevolg van lichamelijk letsel wanneer het misdrijf de dood, verminking of blijvende invaliditeit of volledige arbeidsongeschiktheid gedurende minimaal één maand tot gevolg heeft gehad, of wanneer het misdrijf verkrachting, seksueel geweld of mensenhandel betrof.
De commissie houdt rekening met reeds door socialezekerheidsinstanties, ziekenfondsen, verzekeringsmaatschappijen enz. uitgekeerde bedragen. Kleding of materiële schade wordt niet vergoed.
2) Bij licht lichamelijk letsel en materiële schade als gevolg van diefstal, fraude, bedrog, afpersing en vernieling of beschadiging van eigendommen
Indien het slachtoffer als gevolg van een van deze misdrijven lichamelijk letsel met volledige arbeidsongeschiktheid gedurende minder dan één maand of materiële schade heeft opgelopen, is de beschikbare schadevergoeding aan strikte voorwaarden en een limiet gebonden.
Om voor dergelijke schadevergoeding in aanmerking te komen, moet het slachtoffer aan de volgende bijkomende voorwaarden voldoen:
- de bestaansmiddelen van het slachtoffer bedragen niet meer dan 1,5 keer het voor gedeeltelijke rechtsbijstand vastgelegde plafond (gecorrigeerd voor gezinslasten);
- het slachtoffer heeft niet de mogelijkheid adequate en toereikende schadevergoeding te verkrijgen van een verzekeringsmaatschappij, een socialezekerheidsinstantie of een andere instantie die aansprakelijk zou kunnen zijn;
- bij uitsluitend materiële schade moet het slachtoffer met ernstige materiële of psychologische problemen kampen als gevolg van het misdrijf.
Als aan deze voorwaarden wordt voldaan, kan het slachtoffer in aanmerking komen voor schadevergoeding tot een maximum van 4 500 EUR.
Als de verdachte niet is veroordeeld, kunt u een civiele procedure voor de civiele rechter instellen om vergoeding van uw schade te vorderen. U moet hierbij aantonen dat de dader verantwoordelijk is voor de schade die u hebt geleden.
Een procedure bij de commissie voor schadevergoeding voor slachtoffers van misdrijven (CIVI) staat los van een eventuele procedure voor een strafgerecht; ook zonder vonnis of uitspraak van een strafgerecht en ook als de verdachte is vrijgesproken, kan een slachtoffer een aanvraag bij de commissie indienen.
Tijdens een procedure bij de commissie voor schadevergoeding voor slachtoffers van misdrijven kunt u een tussentijdse vergoeding aanvragen indien uw recht op schadevergoeding niet wordt betwist en uw schade niet definitief kan worden vastgesteld omdat u het totaalbedrag niet kunt berekenen of omdat de socialezekerheidsinstanties u nog niet hebben laten weten welke bedragen zij aan u zullen vergoeden. Als u niet aan deze voorwaarden voldoet, kan de commissie naar eigen inzicht toch besluiten u een tussentijdse vergoeding toe te kennen.
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken lidstaten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. De Europese Commissie aanvaardt geen verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid met betrekking tot informatie of gegevens in dit document. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.
Instellingen voor slachtofferhulp zijn opgenomen in een register van organisaties voor slachtofferhulp: Annuaire des associations d’aide aux victimes.
U kunt contact opnemen met de dichtstbijzijnde organisatie voor slachtofferhulp.
Specifieke slachtofferhulp:
Ja, de hulp van organisaties voor slachtofferhulp is geheel gratis.
Medische hulp
Een slachtoffer kan naar het ziekenhuis gaan en een arts raadplegen en verklaringen verkrijgen waarin zijn of haar letsel staat beschreven.
Huiselijk geweld
Ongeacht zijn of haar burgerlijke staat kan een slachtoffer in geval van gevaar bij een familierechter (juge aux affaires familiales) van de arrondissementsrechtbank (tribunal de grande instance) een dringend verzoek om een beschermingsbevel indienen dat hem of haar voorlopig het gebruik van de woning toekent en een gewelddadige partner de toegang daartoe ontzegt.
Rechtsbijstand
Iedere arrondissementsrechtbank heeft een bureau voor slachtofferhulp (bureau d'aide aux victimes), dat wordt beheerd door een organisatie voor slachtofferhulp. Deze bureaus informeren, begeleiden en ondersteunen slachtoffers van misdrijven en leggen hun uit hoe rechtbanken werken en hoe eventuele procedures waarbij zij betrokken zijn, zullen verlopen. Op deze manier kunnen slachtoffers op de hoogte blijven van:
Slachtoffers worden altijd gewezen op schadevergoedingsregelingen waarvoor zij eventueel in aanmerking komen.
De verstrekte hulp is kosteloos en vertrouwelijk.
Organisaties voor slachtofferhulp bieden gedurende de gehele procedure hulp aan slachtoffers door het verstrekken van gratis juridische en sociale informatie en psychologische ondersteuning. Hun medewerkers kunnen slachtoffers helpen bij het doen van aangifte of het indienen van een verzoek om als burgerlijke partij in de strafrechtelijke procedure te worden erkend. Zij kunnen strafzittingen bijwonen en het slachtoffer helpen de door de diverse instanties genomen procedurele stappen en beslissingen te begrijpen.
Organisaties voor slachtofferhulp kunnen gevestigd zijn in gendarmerie- en politiebureaus, ziekenhuizen, gerechtsgebouwen, kantoren van welzijnsinstanties enz. Hun adressen en telefoonnummers zijn verkrijgbaar bij de rechtbanken en bij gendarmerie- en politiebureaus, alsmede in het register dat toegankelijk is via deze link.
Naast deze reguliere organisaties voor slachtofferhulp zijn er tal van andere organisaties die geen speciale erkenning hebben voor hun werk op bepaalde gebieden zoals lichamelijk letsel, huiselijk geweld, verkeersongevallen, medische fouten etc. Sommige organisaties die gespecialiseerd zijn in hulp aan vrouwelijke slachtoffers van geweld kunnen vrouwen en hun kinderen tijdelijk onderdak bieden.
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken lidstaten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. De Europese Commissie aanvaardt geen verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid met betrekking tot informatie of gegevens in dit document. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.