Rechten van slachtoffers – per land

Beļģija

Saturu nodrošina
Beļģija

Hoe en waar moet ik een misdrijf aangeven?

Hoe kan ik opvolgen wat de autoriteiten doen met mijn klacht?

Hoe kan ik betrokken worden bij het onderzoek?

Welke rechten heb ik als getuige?

Ik ben minderjarig. Heb ik bijkomende rechten?

Welke informatie kan ik van de politie en de diensten slachtofferzorg krijgen over het verloop van het onderzoek?

Heb ik recht op juridische bijstand?

Hoe kan ik bescherming krijgen als ik me bedreigd voel?

Tot welke diensten kan ik mij tijdens de onderzoeksfase wenden als ik bijstand nodig heb?

Is het mogelijk om een schikking te treffen met de dader of om een bemiddeling op te starten?

Wat zijn de mogelijke beslissingen op het einde van het onderzoek?

Kan ik beroep aantekenen als het dossier gesloten wordt zonder dat dit voor een strafrechter werd gebracht?

Ik ben een buitenlander. Hoe worden mijn rechten en belangen beschermd?

Bijkomende informatie

Hoe en waar moet ik een misdrijf aangeven?

Je kan een misdrijf aangeven op het politiekantoor, bij voorkeur op het politiekantoor van de plaats waar het misdrijf is gepleegd. In een crisissituatie kan je altijd het noodnummer 112 bellen. Als het geen noodsituatie betreft kan je terecht bij het dichtstbijzijnde politiebureau. De adressen van de verschillende politiekantoren kan je vinden op de website van de lokale politie in het Nederlands en Frans.

Elke Belgische burger of Belgische ingezetene (bv als je een permanente verblijfsvergunning hebt) kan  bepaalde minder zware misdrijven (bijvoorbeeld vandalisme, winkeldiefstal en fietsdiefstal) online aangeven in het Nederlands, Frans en Duits.

Daarnaast kan iedereen, dus ook toeristen, internetgerelateerde misdrijven melden via een specifieke website die beschikbaar is in het Nederlands, Frans, Duits en Engels.

Een beperkt aantal misdrijven kan enkel worden vervolgd als het slachtoffer er zelf klacht voor neerlegt, bijvoorbeeld smaad en eerroof (de zogenaamde klachtmisdrijven).

Het is niet nodig om je klacht dadelijk na het misdrijf neer te leggen, maar je hebt er wel alle belang bij om dit zo snel mogelijk te doen zodat de politie over precieze informatie beschikt over de feiten, de omstandigheden en de schade die je hebt geleden. Bovendien moet je er ook rekening mee houden dat na verloop van een bepaalde periode de autoriteiten een misdrijf niet meer kunnen vervolgen (‘de verjaring’). Deze periode is vastgelegd door de wet en verschilt per misdrijf. De termijnen kunnen variëren van zes maanden tot 20 jaar. Ernstige schendingen van het internationaal humanitair recht zijn onverjaarbaar.

De politie zal je verhoren om jouw klacht op te nemen in een proces-verbaal. Tijdens het verhoor heb je een aantal rechten die ook gelden indien je eventueel op een later tijdstip opnieuw zou worden verhoord. Ongeacht in welke hoedanigheid je verhoord wordt (bijvoorbeeld als slachtoffer of als getuige) moet de politieambtenaar je vóór het verhoor meedelen dat:

  • je niet verplicht kan worden jezelf te beschuldigen;
  • je verklaringen als bewijs in rechte kunnen worden gebruikt;
  • je het recht hebt te vragen dat alle vragen en antwoorden in jouw eigen bewoordingen worden genoteerd;
  • je het recht hebt te vragen een bepaalde opsporingshandeling uit te voeren of een bepaald verhoor af te nemen;
  • je gebruik mag maken van de documenten in je bezit, zonder dat daardoor het verhoor wordt uitgesteld en dat je, tijdens de ondervraging of later, mag vragen dat deze documenten bij het proces-verbaal van het verhoor of bij het dossier worden gevoegd.
  • je het recht hebt om kosteloos een kopie van de tekst van jouw verhoor te krijgen. Je moet deze kopie vragen op het einde van het verhoor. Behalve in bepaalde uitzonderingen, zal je deze kopie onmiddellijk ontvangen.

Indien je je in een andere taal dan die van de procedure wenst uit te drukken, wordt een beëdigde tolk opgeroepen om je bij te staan tijdens het verhoor. Dit is kosteloos. Je kan ook gevraagd worden om zelf je verklaring op te schrijven in je eigen taal.

Je klacht zal neergeschreven worden in een proces-verbaal waarin met name de volgende informatie is opgenomen:

  • Je naam, adres, telefoonnummer en eventueel ook je email adres;
  • Gedetailleerde informatie over het misdrijf: wanneer en waar heeft het misdrijf plaatsgevonden, wie was er betrokken, wat is er gebeurd, wat zijn de gevolgen van het misdrijf;
  • De contactgegevens van de getuigen;
  • Een beschrijving van de betrokken personen, zoals hun lengte, hun lichaamsbouw en hun kleding. Informatie over hun mogelijke leeftijd, haarkleur en stijl, accent en eventuele opvallende kenmerken als wratten, littekens, tatoeages of moedervlekken kunnen ook erg nuttig zijn;
  • Verwondingen die je hebt opgelopen (een arts kan hiervoor een attest uitschrijven dat je aan de politie kan overhandigen, zelfs enkele dagen nadat je klacht hebt neergelegd). Je kan aan je arts ook een attest van werkonbekwaamheid vragen;
  • Elke andere (materiële) schade die je hebt geleden (het is handig als je hier foto’s van neemt).

Je kan tijdenshet verhoor ook aangeven dat je praktische, sociale, psychologische of juridische hulp nodig hebt.

Het is aangewezen dat je een kopie maakt van de documenten die je aan de politie overhandigt. Je kan de originele documenten immers later nog nodig hebben voor bijvoorbeeld je verzekeringsmaatschappij.

Indien je slachtoffer bent van een seksueel misdrijf, zal het verhoor, in de mate van het mogelijke, plaatsvinden in een aangepast lokaal dat de nodige discretie biedt.

Behoudens een aantal uitzonderingen, maakt de politie het proces-verbaal over aan het parket. De procureur des Konings zal daarop beslissen of de politie een onderzoek moet starten of niet. Dit onderzoek kan gevoerd worden onder leiding van enerzijds de procureur des Konings (opsporingsonderzoek) of anderzijds, bij meer ingewikkelde dossiers of wanneer meer ingrijpende onderzoeksmaatregelen nodig zijn, zoals een huiszoeking, de onderzoeksrechter (gerechtelijk onderzoek). In sommige gevallen kan de politie zelf het onderzoek starten en het afgewerkte dossier naar het parket doorsturen voor verder gevolg (Ambtshalve Politioneel Onderzoek). Voor een aantal lichte misdrijven (bijvoorbeeld fietsdiefstal) en rekening houdend met de omstandigheden (bijvoorbeeld het ontbreken van enig spoor van de verdachte) zal de politie een Vereenvoudigd Proces-Verbaal (VPV) op stellen. Dit VPV blijft op het politiecommissariaat en wordt niet overgemaakt aan het parket. Elke maand wordt er wel een overzichtslijst van alle opgestelde VPV’s overgemaakt aan de procureur des Konings, waardoor hij op de hoogte wordt gebracht van jouw klacht. Indien er nieuwe elementen aan het licht komen (bijvoorbeeld: identificatie van de dader van het misdrijf) die de zaak een andere wending kunnen geven, wordt het proces-verbaal overgemaakt aan de procureur des Konings en zal je hierover geïnformeerd worden door de politie.

Hoe kan ik opvolgen wat de autoriteiten doen met mijn klacht?

Na het indienen van je klacht zal je een attest van klachtneerlegging krijgen. Op dit attest vind je het referentienummer van je zaak, de naam van de politieagent die je geholpen heeft en de contactgegevens van het parket (dat je kan contacteren voor de opvolging van je klacht).

Op dit attest wordt duidelijk aangegeven of je klacht wordt behandeld als een normaal proces-verbaal, een ambtshalve politioneel onderzoek of een vereenvoudigd proces-verbaal.

Hoe kan ik betrokken worden bij het onderzoek?

Indien je geen andere stappen onderneemt dan de klachtneerlegging bij de politie, zal je door de procureur des Konings, in geval van vervolging, enkel worden geïnformeerd over de datum, uur en plaats van de zitting van het vonnisgerecht.

Indien je geïnformeerd wenst te worden over een ander gevolg dat aan jouw klacht wordt gegeven, biedt de wet je de mogelijkheid om je benadeelde persoon te verklaren. Je kan dit door in persoon of via je advocaat een verklaring van benadeelde persoon af te leggen bij de politieambtenaar die het proces-verbaal opstelt, of door de verklaring af te geven op het secretariaat van het parket of op het politiekantoor of ze per aangetekende brief op te sturen naar het secretariaat van het parket . Bij het attest van klachtneerlegging krijg je een modelformulier daarvoor.

Als benadeelde persoon word je schriftelijk op de hoogte gebracht van de beslissing van de procureur des Konings (bijvoorbeeld: de seponering en de reden daarvan of het instellen van een gerechtelijk onderzoek) en van een eventuele rechtsdag voor een onderzoeksgerecht. Je kunt ook elk stuk dat je nuttig acht, laten toevoegen aan het dossier. Bovendien heb je het recht te verzoeken om inzage van het dossier te nemen en er een afschrift van te verkrijgen

Indien je schadevergoeding wenst of indien je andere rechten wil verkrijgen, moet je je burgerlijke partij (1) stellen. Hiervoor moet je in persoon of via je advocaat een verklaring afleggen. Deze verklaring kan worden afgelegd in alle fasen van de procedure. Als burgerlijke partij heb je het recht:

  • om inzage te vragen in het dossier en er een afschrift van te verkrijgen,
  • om aan de onderzoeksrechter te vragen om bijkomende onderzoekshandelingen te stellen,
  • om, op eenvoudig verzoek, minstens eenmaal gehoord te worden door de onderzoeksrechter,
  • om een eventuele wedersamenstelling van de feiten bij te wonen,
  • om schadevergoeding te vragen of een rechtsmiddel aan te wenden tegen de gewezen beslissingen (bijvoorbeeld: in hoger beroep gaan) en ook gehoord en geïnformeerd worden in het kader van de uitvoering van de vrijheidsstraf.

Als burgerlijke partij en als benadeelde persoon kan je je laten vertegenwoordigen door een advocaat in je contacten met de autoriteiten. Aangezien het onderzoek in België geheim is, is het niet mogelijk om aanwezig te zijn bij de onderzoeksdaden (bijvoorbeeld bij het verhoor van de verdachte), met uitzondering van het plaatsbezoek met het oog op de wedersamenstelling van de feiten.

Je hoeft zelf het bestaan van het misdrijf en de schuld van dader niet te bewijzen.

Eens het proces-verbaal naar het parket is doorgestuurd en een eventuele vervolging van start is gegaan, is er geen enkele mogelijkheid om de strafprocedure eigenhandig stop te zetten. Dit geldt ook voor de misdrijven die enkel kunnen vervolgd worden na een klacht van het slachtoffer (klachtmisdrijven), zoals bv. smaad en eerroof.

Welke rechten heb ik als getuige?

Tijdens het onderzoek zal je, als slachtoffer, hoogstwaarschijnlijk verhoord worden als getuige.

Als je je bedreigd voelt als getuige, kan je (alsook je gezin en familieleden) onder bepaalde omstandigheden bepaalde beschermingsmaatregelen toegekend krijgen (link naar ‘Hoe kan ik bescherming krijgen als ik me bedreigd voel?’)

Wanneer je een verklaring hebt afgelegd tijdens het onderzoek, kan je een vergoeding vragen voor je reis- en verblijfskosten. Je kunt ook een tegemoetkoming krijgen als je een halve dag verlof op je werk hebt moeten vragen. Deze kosten worden betaald via het staatsbudget maar zullen teruggevorderd worden van de dader als hij/zij schuldig wordt bevonden.

Wanneer je een beschermingsmaatregel hebt gekregen of als je niet in het land bent, kan je ondervraagd worden via een video- of teleconferentie.

Ik ben minderjarig. Heb ik bijkomende rechten?

Als je jonger bent dan 18 en je slachtoffer bent van een misdrijf, dan heb je de volgende bijkomende rechten tijdens het verhoor:

  • je mag je laten begeleiden door een meerderjarige persoon van jouw keuze;
  • de ondervraging kan in een aangepaste kamer plaatsvinden.

Om te vermijden dat je je verhaal verschillende keren moet herhalen, kan er worden beslist om het verhoor audiovisueel (beeld en geluid) op te nemen. Als je jonger bent dan 12 kan het verhoor opgenomen worden op video nadat men jou hierover heeft geïnformeerd. Als je ouder bent dan 12 zal men jouw verhoorenkel mogen opnemen op video als je hiervoor de toestemming geeft. Deze verhoren vinden plaats in een verhoorlokaal dat hiervoor specifiek is uitgerust.

Als je het slachtoffer bent van seksueel misbruik, prostitutie of kinderpornografie zal de verjaringstermijn van het misdrijf pas beginnen lopen als je 18 wordt.

Als minderjarig slachtoffer zal de politie je ook doorverwijzen naar diensten slachtofferhulp die gespecialiseerd zijn in kindermisbruik.

Je zal ook beschermd worden tegen bekendmaking in de media. De publicatie of verspreiding van foto’s, tekeningen en andere materialen die je identiteit kunnen prijs geven, is immers verboden.

Welke informatie kan ik van de politie of van de diensten slachtofferzorg krijgen over het verloop van het onderzoek?

De politie zal je informatie geven over:

  • de verschillende diensten slachtofferzorg;
  • de procedure die zal gevolgd worden na het neerleggen van jouw klacht;
  • de voorwaarden die je moet vervullen om een schadevergoeding te kunnen krijgen.

Deze informatie zal aangeboden worden aan de hand van het attest van klachtneerlegging en brochures en kan je mondeling verder worden toegelicht. De brochures zijn beschikbaar in de drie landstalen (Nederlands, Frans en Duits) en in het Engels.

Het is belangrijk om te weten dat je enkel op de hoogte zal worden gehouden van een aantal ontwikkelingen in jouw dossier wanneer je een verklaring van benadeelde persoon hebt of je burgerlijke partij (1) hebt gesteld. Het gaat om de volgende zaken:

  • de beslissing van de procureur des Konings om je zaak te seponeren en de reden van deze beslissing;
  • de beslissing van de procureur des Konings om je zaak door te verwijzen naar een onderzoeksrechter voor een gerechtelijk onderzoek;
  • de beslissing van de procureur des Konings om een minnelijke schikking of een bemiddeling in strafzaken voor te stellen aan de dader;
  • de datum dat je zaak voor de rechtbank zal worden behandeld;

Bovendien heb je als benadeelde persoon of als burgerlijke partij het recht te verzoeken om inzage van het dossier te nemen en er een afschrift van te verkrijgen. Deze vraag kan worden gericht aan het openbaar ministerie of aan de onderzoeksrechter tijdens het onderzoek.

Je kan kopieën krijgen van het dossier maar je zal hiervoor een vergoeding moeten betalen (ongeveer 0,25 tot 0,50 eurocent per kopie), tenzij je zaak naar een hof van assisen is verwezen, dan zijn de kopieën gratis.

Heb ik recht op juridische bijstand?

Voor een eerste oriënterend juridisch advies kan je je wenden tot de juridische eerstelijnsbijstand, waar advocaten op bepaalde dagen en uren een gratis advies verlenen en je, indien nodig, naar gespecialiseerde diensten kunnen verwijzen. Er worden zitdagen georganiseerd in de gerechtsgebouwen, de vredegerechten, de justitiehuizen, sommige gemeentelijke administraties en zo verder. Je kan een justitiehuis in elk gerechtelijk arrondissement vinden (hun contactgegevens zijn beschikbaar in het Frans en het Nederlands) of je kan contact opnemen met één van de diensten slachtofferzorg.

Voor een gedetailleerd juridisch advies, bijstand en vertegenwoordiging moet je je tot een advocaat richten. Afhankelijk van je inkomen kan dit geheel of gedeeltelijk gratis zijn, via het systeem van de juridische tweedelijnsbijstand. Een aantal categorieën van personen zoals minderjarigen, geesteszieken of asielaanvragers hebben altijd recht op een volledig gratis bijstand van een advocaat.

Indien je een beroep wil doen op juridische tweedelijnsbijstand moet je je wenden tot een bureau voor juridische bijstand gaan (meer informatie in het Frans en het Nederlands) dat je in elk gerechtsgebouw vindt. Je zal aan hen de documenten moeten overhandigen die aantonen dat je of tot één van de speciale categorieën behoort of dat je bestaansmiddelen onvoldoende zijn. Het Bureau zal binnen vijftien dagen beslissen of je aanvraag wordt goedgekeurd en zal je de contactgegevens doorgeven van de advocaat die voor jou is aangesteld. Het is ook mogelijk om aan een advocaat van jouw keuze te vragen of hij bereid is om te werken in het kader van tweedelijnsbijstand. In dit geval zal deze advocaat, indien hij toestemt, het Bureau in jouw plaats contacteren om je aanvraag te laten goedkeuren.

Wanneer je over beperkte financiële middelen beschikt, kan je bovendien onder bepaalde voorwaarden vragen om te worden vrijgesteld van een aantal procedurekosten (bv. deurwaarderskosten, kosten voor kopieën uit het strafdossier, …) via het systeem van de rechtsbijstand. Om hiervan te kunnen genieten, moet je een verzoek richten tot het bureau voor rechtsbijstand van de strafrechtbank waar de zaak aanhangig is. Indien je je reeds burgerlijke partij hebt gesteld, kan je dit verzoek, zelfs mondeling, richten tot de strafrechtbank die de zaak behandelt.

Het is je ook aangeraden om in je verzekeringspolissen na te gaan of je een rechtsbijstandsverzekering hebt. Contacteer hiervoor je verzekeringsmaatschappij of makelaar.

Hoe kan ik bescherming krijgen als ik me bedreigd voel?

De politie zal jouw onmiddellijke veiligheid garanderen aan de hand van algemene veiligheidsmaatregelen. Wanneer je verder gevaar loopt als gevolg van de getuigenis die je hebt afgelegd of wil afleggen én je bereid bent om deze getuigenis te bevestigen voor de rechtbank kan de Getuigenbeschermingscommissie je verdere beschermingsmaatregelen toekennen. Indien de procureur des Konings (opsporingsonderzoek) of de onderzoeksrechter (gerechtelijk onderzoek) van mening is dat je deze beschermingsmaatregelen nodig hebt, zullen ze daarvoor een aanvraag indienen bij de Getuigenbeschermingscommissie.

Je kan bijvoorbeeld de volgende beschermingsmaatregelen toegekend krijgen:

  • advies over preventieve maatregen die kunnen getroffen worden en hulp bij de installatie ervan
  • politiediensten die preventief patrouilleren
  • registratie van inkomende en uitgaande telefoonoproepen
  • een geheim telefoonnummer of een gsm voor noodoproepen, een beschermde nummerplaat voor je auto
  • onmiddellijke fysieke bescherming
  • een andere verblijfplaats voor maximaal 45 dagen

In zeer uitzonderlijke gevallen, dit wil zeggen als je het slachtoffer of getuige bent van georganiseerde criminaliteit of van zeer ernstige misdrijven zoals de ontvoering van minderjarigen of moord én de bovenstaande maatregelen zijn niet voldoende om je veiligheid te garanderen, kunnen speciale beschermingsmaatregelen getroffen worden. Deze omvatten onder andere:

  • het bezorgen van een andere verblijfplaats voor meer dan 45 dagen
  • het aannemen van een andere identiteit

Als je slachtoffer bent van seksuele misdrijven of mensenhandel zal je beschermd worden tegen bekendmaking in de media. De publicatie of verspreiding van foto’s, tekeningen en andere materialen die je identiteit prijs kunnen geven is immers strafbaar.

Als je slachtoffer bent van huiselijk geweld en je niet wil terug keren naar de echtelijke woning zal de politie voor jou (en je kinderen) een veilige verblijfsplaats zoeken.

Je mag tijdens het verhoor aan de politieagent vragen om jouw identiteitsgegevens niet op te nemen in het proces-verbaal. Je moet er dan wel rekening mee houden dat de politie deze gegevens toch zal moeten doorgeven als het parket hier expliciet naar vraagt.

Enkel wanneer jij of een van je naastbestaanden ernstig nadeel kan ondervinden als je een getuigenis aflegt, kan de onderzoeksrechter  je volledige of gedeeltelijke anonimiteit toekennen. De onderzoeksrechter zal vaak uit eigen beweging de beslissing nemen voor anonimiteit maar je kan dit ook zelf vragen. Wanneer de onderzoeksrechter dit verzoek weigert, kan je er niet tegen in beroep gaan.

Gedeeltelijke anonimiteit wil zeggen dat je identiteitsgegevens niet worden opgenomen in het proces verbaal van het verhoor. Dit is mogelijk bij zowel een opsporings- als een gerechtelijk onderzoek.

Volledige anonimiteit wil zeggen dat je identiteit verborgen blijft gedurende de volledige strafprocedure. Deze kan enkel toegekend worden als:

  • er een gerechtelijk onderzoek is onder leiding van de onderzoeksrechter;
  • de gedeeltelijke anonimiteit niet voldoende is om je te beschermen;
  • je van mening bent dat je door een verklaring af te leggen jezelf en je familieleden in gevaar brengt én dat dit een reden kan zijn om geen verklaring af te leggen;
  • Het misdrijf gepleegd werd door een criminele organisatie of een ernstig delict uitmaakt (bijvoorbeeld ontvoering van een minderjarige of moord).

Tot welke diensten kan ik mij tijdens de onderzoeksfase wenden als ik bijstand nodig heb?

Alle personeelsleden van de politionele en gerechtelijke autoriteiten zijn verplicht om je te informeren en indien nodig door te verwijzen naar gespecialiseerde diensten. Er zijn verschillende diensten slachtofferzorg waarop je een beroep kan doen tijdens en zelfs na de strafprocedure:

  • De politieambtenaren zorgen voor het eerste onthaal, praktische hulp, informatie, het voorbereiden van het proces-verbaal en de doorverwijzing naar de geschikte diensten. Als de politieambtenaar niet in staat is om je optimale ondersteuning te bieden (bijvoorbeeld in crisissituaties of bij zeer ernstige situaties) zullen de diensten politionele slachtofferbejegening deze taak overnemen.
  • De diensten slachtofferonthaal die deel uitmaken van het justitiehuis, kunnen je informeren en bijstaan tijdens de hele gerechtelijke procedure. Concreet kan deze dienst je specifieke informatie geven over je dossier en over de lopende procedure. Hij kan je eveneens de nodige ondersteuning en bijstand bieden tijdens deze procedure, zoals bijvoorbeeld bij de inzage van het dossier, op de zitting van de rechtbank, bij de teruggave van overtuigingsstukken, of bij de wedersamenstelling. De dienst heeft bovendien de opdracht om je naar de bevoegde diensten te verwijzen, in functie van het probleem waar je mee worstelt.  Er is een dienst slachtofferonthaal in elk gerechtelijk arrondissement (hun contactgegevens zijn beschikbaar in het Frans en het Nederlands).
  • De diensten slachtofferhulp, bieden je verdere hulp bij de verwerking van de gevolgen van het misdrijf: emotionele en psychologische ondersteuning, informatie (over je rechten, het herstel van de schade, het strafproces en de beschikbaarheid van juridische ondersteuning) en hulp bij de contacten met allerhande instellingen (zoals de verzekeringsdiensten, de politie, de gerechtelijke autoriteiten, de advocatenkantoren, de ziekenhuizen enz.). diensten

Al deze diensten zijn gratis.

Als je slachtoffer bent van mensenhandel zijn er verschillende gespecialiseerde private diensten die je verder zullen ondersteunen. De coördinatie en samenwerking tussen deze verschillende diensten wordt verzorgd door het Interfederaal Gelijkekansencentrum (UNIA) . Je zal ook een beroep kunnen doen op aangepaste regels voor een verblijfsvergunning en/of arbeidskaart als je erkend wordt in het statuut ‘slachtoffer mensenhandel’ (2).

Je kan medische verzorging krijgen maar je zal alles zelf moeten vergoeden als je geen ziekteverzekering hebt (je kan deze kosten wel inbrengen in je schadevergoeding). Inwoners van de 27 EU lidstaten, IJsland, Liechtenstein, Noorwegen en Zwitserland kunnen profiteren van de Europese Verzekeringskaart.

Is het mogelijk om een schikking te treffen met de dader of om een bemiddeling op te starten?

Er zijn mogelijkheden tot bemiddeling in alle fases van de strafprocedure: op het niveau van de politie (politionele schadebemiddeling), op het niveau van de gemeenten (bemiddeling bij administratieve sancties), op het niveau van het parket voordat de beslissing tot vervolging wordt genomen (bemiddeling in strafzaken). Er bestaat ook een mogelijkheid tot bemiddeling los van de gerechtelijke procedure (slachtoffer-daderbemiddeling).

Politionele schadebemiddeling kan worden toegepast bij kleine criminaliteit (bijvoorbeeld graffiti, kleine diefstallen en vandalisme) met het oog op het herstellen van materiële schade. De procedure wordt toegepast voor dat het proces-verbaal wordt doorgezonden naar het parket. De procureur des Konings wordt geïnformeerd over de resultaten van de bemiddeling en als er een overeenkomst werd bereikt, wordt de zaak meestal gesloten.

Bemiddeling bij administratieve sancties (3) wordt toegepast voordat de sanctie definitief wordt opgelegd. Deze bemiddeling is verplicht als de dader jonger is dan 16 jaar. De bemiddeling is vooral gericht op de terugbetaling van de schade en wordt uitgevoerd door lokale overheden.

Bemiddeling in strafzaken kan worden voorgesteld door de procureur des Konings als hij meent dat het feit niet van die aard is dat het gestraft moet worden met een correctionele gevangenisstraf van meer dan twee jaar of een zwaardere straf. Deze vorm van bemiddeling vindt plaats voordat de procureur des Konings een beslissing neemt tot vervolging en wordt uitgevoerd door justitieassistenten. Je wordt als slachtoffer in hoofdzaak betrokken bij de bemiddeling voor de schaderegeling. De procureur des Konings kan ten aanzien van de dader nog één of meerdere bijkomende maatregelen voorstellen (geneeskundige behandeling of therapie, opleiding of dienstverlening). Indien er een overeenkomst wordt bereikt tussen de dader en het slachtoffer over het herstel van de schade en indien de dader de eventuele overige maatregel(en) heeft uitgevoerd, leidt dit tot het verval van de strafvordering  (d.w.z. dat de procureur des Konings  deze zaak niet meer voor de strafrechtbank zal kunnen brengen). Wanneer de dader zich niet aan de voorwaarden houdt, kan de zaak doorverwezen worden naar een rechtbank. De bemiddeling in strafzaken kan niet plaatsvinden indien je niet wenst mee te werken. Indien dit het geval is zal het dossier teruggestuurd worden naar de procureur des Konings die opnieuw een besluit zal nemen in verband met de vervolging.

De slachtoffer-daderbemiddeling verloopt los van de gerechtelijke procedure en vervangt deze niet. De gerechtelijke instanties blijven dus verantwoordelijk voor elke beslissing over de strafrechtelijke vervolging, de bestraffing en de uitvoering van de straffen. Dit belet echter niet dat je op elk moment van de procedure kan vragen een bemiddeling te starten: nog voor de zaak eventueel voor de rechtbank komt, tijdens de behandeling van de zaak voor de rechtbank en nadat de rechter een straf heeft uitgesproken. Iedereen die op een directe wijze betrokken is bij een strafdossier kan om een bemiddeling vragen. Dit betekent dat zowel een slachtoffer als een dader om een bemiddeling kan vragen, maar ook bijvoorbeeld de partner, een familielid of een nabestaande. De bemiddeling geeft je de mogelijkheid om, met hulp van een neutrale bemiddelaar, informatie uit te wisselen met de dader over de feiten, de achtergronden, de betekenis, en de gevolgen van het misdrijf. Ook de vergoeding van de geleden schade kan deel uitmaken van het bemiddelingsproces. De overeenkomst die tijdens de slachtoffer-daderbemiddeling wordt bereikt is vertrouwelijk en zal enkel doorgegeven worden aan de gerechtelijke instanties als beide partijen hiermee instemmen. De rechter is verplicht om in zijn vonnis melding te maken van het feit dat er een bemiddeling heeft plaatsgevonden maar hij is niet verplicht om met de bereikte overeenkomst rekening te houden.

De slachtoffer-daderbemiddeling wordt uitgevoerd door twee VZW’s, Moderator in Vlaanderen en Médiante in Wallonië. Deze diensten hebben lokale afdelingen in elk gerechtelijk arrondissement.

Er bestaan mogelijkheden tot bemiddeling in het jeugdrecht. De herstelbemiddeling is mogelijk zowel op parketniveau als op niveau van de jeugdrechter. Een Hergo (herstelgericht groepsoverleg) kan enkel door de jeugdrechter opgelegd worden. Van de rechter wordt verwacht dat hij voorrang geeft aan een dergelijke herstelrechtelijke maatregel (dus in plaats van meteen een straf uit te spreken voor de minderjarige dader) en dat hij de partijen in het conflict informeert over deze mogelijkheid. Indien de herstelbemiddeling resulteert in een overeenkomst tussen dader en slachtoffer zal de rechter deze overeenkomst over het algemeen goedkeuren. Hij mag de inhoud van de overeenkomst niet aanpassen, en kan enkel weigeren om de overeenkomst te erkennen als de inhoud een gevaar kan betekenen voor de veiligheid in de samenleving. De herstelbemiddeling en Hergo worden uitgevoerd door lokale VZW’s in de sector van de jeugdhulp.

Wat zijn de mogelijke beslissingen op het einde van het onderzoek?

De beslissingen die op het einde van het onderzoek kunnen worden nemen, zijn verschillend voor het gerechtelijke onderzoek en het opsporingsonderzoek.

In geval van een opsporingsonderzoek, kan de procureur des Konings beslissen om:

  • de zaak te seponeren;
  • een minnelijke schikking voor te stellen aan de dader. Als de dader het aanbod aanvaardt én hij jou de schade van het misdrijf heeft vergoed, zal de zaak gesloten worden;
  • een bemiddeling in strafzaken voor te stellen;
  • je dossier door te verwijzen naar het vonnisgerecht.

Als benadeelde persoon of als burgerlijke partij, zal je geïnformeerd worden over de beslissing die de procureur des Konings heeft genomen.

In geval van een gerechtelijk onderzoek moet de onderzoeksrechter het dossier doorsturen naar de raadkamer. De zitting in de raadkamer vindt plaats achter gesloten deuren, dit wil zeggen dat enkel de partijen aanwezig mogen zijn. De pers en het publiek hebben bijvoorbeeld geen toegang tot de zitting. De raadkamer kan beslissen om:

  • de verdachte buiten vervolging te stellen wanneer zij oordeelt dat er niet voldoende bezwaren zijn tegen hem of wanneer zij oordeelt dat de feiten geen misdrijf zijn;
  • de zaak door te verwijzen naar het vonnisgerecht wanneer zij oordeelt dat er voldoende bewijzen zijn om de verdachte voor de rechter te brengen;
  • de dader te interneren wanneer die lijdt aan een geestesstoornis die zijn oordeelsvermogen of de controle over zijn daden vermindert en wanneer het gevaar bestaat dat hij opnieuw feiten zal plegen;
  • haar uitspraak op te schorten, dit betekent dat de dader wel schuldig wordt geacht, maar er wordt hem geen straf opgelegd. De raadkamer kan enkel tot deze beslissing komen als de dader niet eerder tot een straf van meer dan 6 maanden is veroordeeld. De rechter kan een proefperiode van maximum vijf jaar opleggen aan de dader waarin hij zich aan een aantal voorwaarden zal moeten houden. Wanneer de dader opnieuw een misdrijf pleegt of zich niet aan de voorwaarden houdt, kan de rechter de zaak opnieuw beoordelen.

Wanneer de raadkamer een beslissing neemt tot internering of opschorting, doet ze uitspraak als een vonnisgerecht en zal ze dan ook een uitspraak doen over je burgerlijke vordering tot schadevergoeding.

Als benadeelde persoon of als burgerlijke partij (1), word je geïnformeerd over de datum van de zitting. Als de zaak wordt doorverwezen naar de strafrechter, word je ook geïnformeerd worden over de datum waarop je zaak voor de strafrechter zal worden behandeld.

Kan ik beroep aantekenen als het dossier gesloten wordt zonder dat dit voor een strafrechter werd gebracht?

Beslissing van de procureur des Konings

Je kan geen beroep aantekenen tegen de beslissing van de procureur des Konings om de zaak te seponeren. Rekening houdend met de feiten en de omstandigheden ervan, en rekening houdend met de redenen van seponering, kunnen er nog mogelijkheden bestaan binnen de strafprocedure om een schadevergoeding te bekomen (naast de procedure voor de burgerlijke rechter):

  • voor wanbedrijven en overtredingen bestaat de mogelijkheid om rechtstreeks te dagvaarden. Hiervoor moet je via een deurwaarder overgaan tot het dagvaarden van de pleger van de feiten.
  • je kan ook een klacht met burgerlijke partijstelling (1) indienen bij de onderzoeksrechter, waardoor deze een gerechtelijk onderzoek moet opstarten. Hiervoor moet je uitdrukkelijk verklaren voor de onderzoeksrechter dat je je burgerlijke partij stelt. Dit kan schriftelijk of mondeling. De onderzoeksrechter stelt een proces-verbaal op van jouw burgerlijke partijstelling. In dit geval kan verzoeken moet u een bepaalde geldsom, of een zogenaamde consignatie betalen. Deze som dient als voorschot op de procedurekosten. De onderzoeksrechter bepaalt het bedrag ervan. Je krijgt deze geldsom terug als de verdachte persoon achteraf schuldig wordt verklaard.

Een rechtstreekse dagvaarding of een burgerlijke partijstelling ten aanzien van een minderjarige is niet mogelijk.

Beslissing van de raadkamer

Je kan, als burgerlijke partij (1), tegen alle beslissingen van de raadkamer, ook als ze besluit om de verdachte buiten vervolging te stellen, beroep aantekenen bij de kamer van inbeschuldigingstelling. Je kan niet in beroep gaan tegen de beslissing van de kamer van inbeschuldigingstelling en je mag ook de dader niet meer rechtstreeks dagvaarden.

Als de raadkamer een beslissing heeft genomen over de schadevergoeding (bij de internering van de dader of bij de opschorting van de veroordeling) kan je wel enkel beroep aantekenen met betrekking tot de schadevergoeding en niet over de strafuitspraak. Als je beroep wil aanteken moet je binnen de vijftien dagen (of drie dagen als de dader in voorlopige hechtenis zit) beroep aantekenen bij de griffie van de rechtbank. De kamer van inbeschuldigingstelling zal daarop je burgerlijke vordering opnieuw beoordelen.

Ik ben een buitenlander. Hoe worden mijn rechten en belangen beschermd?

Als buitenlander kan je van alle rechten genieten die hierboven werden beschreven. Je zal eveneens een aantal bijkomende rechten krijgen om je deelname aan het strafproces te vergemakkelijken.

Zo heb je het recht op gratis bijstand van een tolk wanneer je de officiële taal van het landsgedeelte niet spreekt. Je kan je verklaring ook zelf neerschrijven. Als je burgerlijke partij bent, kan je eveneens aan de onderzoeksrechter of het openbaar ministerie, naargelang van de stand van de procedure, vragen om de vertaling  naar een taal die je verstaat van andere documenten dan deze waarvan reeds in de vertaling wordt voorzien in het Wetboek van strafvordering.

Wanneer je niet in het land bent, kan de procureur des Konings of de onderzoeksrechter je ondervragen via een video- of teleconferentie.

Als asielaanvrager heb je automatisch recht op gratis bijstand van een advocaat via het systeem van de juridische tweedelijnsbijstand.

Bijkomende informatie

  • Grondwet – in Nederlands en Frans
  • Gerechtelijk Wetboek – in Nederlands en Frans
  • Wetboek van Strafvordering – in Nederlands en Frans
  • Wet 5 augustus 1992 op het politieambt – in Nederlands en Frans
  • Wet 1 augustus 1985 houdende fiscale en andere bepalingen – in Nederlands en Frans
  • Wet 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie - in Nederlands
  • Omzendbrief GPI 58 4 mei 2007 betreffende politionele slachtofferbejegening in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus – in Nederlands
  • Omzendbrief nr. COL 5/2009 van het College van Procureurs-generaal bij de hoven van beroep betreffende het gebruik van eenvormige attesten van klachtneerlegging, richtlijnen inzake de overhandiging van deze attesten door de politiediensten en wijziging van de COL 8/2005, herziene versie van 20-12-2012.
  • Omzendbrief 26 september 2008 inzake de invoering van een multidisciplinaire samenwerking met betrekking tot de slachtoffers van mensenhandel en/of van bepaalde zwaardere vormen van mensensmokkel – in Nederlands
  • Omzendbrief nr. COL 16/2012 van 12 november 2012 - Gemeenschappelijke omzendbrief van de minister van Justitie, van de minister van Binnenlandse zaken en van het College van procureurs-generaal betreffende het slachtofferonthaal op parketten en rechtbanken
  • Omzendbrief nr. COL 17/2012 van 12 november 2012 - Gemeenschappelijke omzendbrief van de minister van Justitie, van de minister van Binnenlandse zaken en van het College van procureurs-generaal inzake het respectvol omgaan met de overledene, de mededeling van zijn overlijden, het waardig afscheid nemen en de schoonmaak van de plaats van de feiten, in geval van tussenkomst door de gerechtelijke overheden.
  • Omzendbrief nr. COL 18/2012 van 20 december 2012 - Gemeenschappelijke omzendbrief van de minister van Justitie, van de minister van Binnenlandse zaken en van het College van procureurs-generaal betreffende het tijdelijk huisverbod ingeval van huiselijk geweld
  • K.B. 18 december 2003 tot vaststelling van de voorwaarden van volledige of gedeeltelijke kosteloosheid van de juridische tweedelijnsbijstand en de rechtsbijstand – inNederlands
  • K.B. 16 mei 2004 betreffende de bestrijding van de mensensmokkel en mensenhandel – in Nederlands
  • K.B. 13 juni 1999 houdende organisatie van de Dienst Justitiehuizen van het Ministerie van Justitie – in Nederlands en Frans
  • K.B. 28 december 1950 houdende algemeen reglement op de gerechtskosten in strafzaken
  • Samenwerkingsakkoord 7 april 1998 tussen de Staat en de Vlaamse Gemeenschap inzake slachtofferzorg – in Nederlands
  • Protocolakkoord van 5 juni 2009 tussen de Staat, de Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschap, de Franse Gemeenschapscommissie en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie inzake slachtofferzorg - in Nederlands en Frans
  • Protocolakkoord van 5 juni 2009 tussen de Staat, de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest inzake slachtofferzorg – in Nederlands en Frans
  • Protocolakkoord van 5 juni 2009 tussen de Staat en de Duitstalige Gemeenschap inzake slachtofferzorg – in Nederlands, Frans en Duits

1. Burgerlijke partij

Als burgerlijke partij kan je niet alleen herstel van de schade vorderen, maar heb je ook een aantal rechten tijdens de hele strafprocedure:

1)       Tijdens het gerechtelijk onderzoek

-     Je kan de onderzoeksrechter toelating vragen om het strafdossier in te kijken en er een afschrift van te krijgen.

-     Je kan de onderzoeksrechter vragen om een bijkomende onderzoekshandeling te stellen.

-     Je kan tijdens de procedure, op eenvoudig verzoek, minstens eenmaal gehoord worden door de onderzoeksrechter.

-     Indien een wedersamenstelling plaats vindt, kunnen jij en je advocaat deze bijwonen.

2)       Tijdens de strafuitvoering

U kan ook een aantal rechten uitoefenen tijdens de strafuitvoering

Hoe kan je je  burgerlijke partij stellen?

Er zijn verschillende manieren en momenten waarop je je burgerlijke partij kunt stellen.

1)       Tijdens de onderzoeksfase

-    Als er geen gerechtelijk onderzoek lopende is, kan je (zelf of via je advocaat) een klacht met burgerlijke partijstelling neerleggen bij de onderzoeksrechter. Je moet dan een bepaalde geldsom in bewaring geven bij de griffie als voorschot op de gerechtskosten. Je krijgt die geldsom terug als de verdachte persoon achteraf schuldig wordt verklaard.

-    Als er wel een gerechtelijk onderzoek geopend is:

  • kan je je burgerlijke partij stellen door zelf of via je advocaat een eenvoudige verklaring af te leggen voor de onderzoeksrechter;
  • kan je je ook burgerlijke partij stellen op het einde van het gerechtelijk onderzoek, op het moment dat het onderzoeksgerecht de zaak behandelt.

2)       Tijdens de zitting van de rechtbank

Je kan je op de zitting burgerlijke partij stellen door, zelf of via je advocaat,  een eenvoudige verklaring af te leggen. Je kan je daarentegen niet voor het eerst burgerlijke partij stellen als de zaak al in behandeling is in hoger beroep.

2. Beschermingsstatuut ‘slachtoffer van mensenhandel’

Sinds het begin van de jaren 90 beschikt België over een systeem van verblijfstatuut voor slachtoffers van mensenhandel, waardoor deze slachtoffers kunnen genieten van speciale regels in verband met een verblijfsvergunning en een arbeidskaart.

De volgende categorieën slachtoffers kunnen genieten van het slachtofferstatuut mensenhandel:

  • slachtoffers van mensenhandel (d.w.z. de verschillende vormen van seksuele uitbuiting, uitbuiting van bedelarij, economische uitbuiting, wegnemen van organen, dwingen om misdrijven te plegen)
  • slachtoffers van mensensmokkel (d.w.z. hulpverlening aan illegale immigratie met een winstoogmerk) met verzwarende omstandigheid. Slachtoffers waartegen geweld gepleegd of wiens leven in gevaar gebracht werd, kunnen genieten van het statuut.

Het beschermingsstatuut ‘slachtoffer van mensenhandel’ kan je worden toegekend, als:

  • Je het contact verbreekt met de vermoedelijke daders;
  • Je de verplichte begeleiding volgt door een gespecialiseerd onthaalcentrum dat erkend wordt door de bevoegde overheden;
  • Je samenwerkt met de gerechtelijke overheden, door verklaringen af te leggen of een klacht in te dienen.

3. Administratieve sancties
Administratieve sancties worden opgelegd door de lokale overheden en zijn geen strafrechtelijke sancties. De lokale overheden hebben de bevoegdheid om bepaalde vormen van kleine criminaliteit en overlast te bestraffen door het opleggen van administratieve sancties (administratieve geldboetes, administratieve sluiting van gebouwen of instituties, administratieve schorsing van vergunningen en licenties). De gemeente mag deze sancties opleggen bij inbreuken op zijn eigen reglementen, sommige vormen van vandalisme, enz. Ze zijn voor de vervolging niet rechtstreeks afhankelijk van de procureur des Konings.
Laatste update: 03/08/2017

De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken lidstaten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. De Europese Commissie aanvaardt geen verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid met betrekking tot informatie of gegevens in dit document. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.